NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
^iJBO!<risrEnVEEI]iTTSI3ï?,Ta"S
Directeur-Uitgever J. C. PEEREBOOM.
FEUILLETON.
fjkjes in de Sportwereld,
(Ba Jaargang
Dinsdag 17 Januari 1899.
■e 4771
HAABLEH'S DAGBLAD
Voor Haarlem per 3 maandenf 1.20
Voor de dorpen in den omtrok waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente), per 3 maanden1.30
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden„1-65
Afconderlijke nummers0.05
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30
de omstreken en franco per post 0.37!,2
i 1 5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte.
Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 20 Cent per regel.
Abonnementen en Advertentiön worden aangenomen door onze Agenten
en door alle Boekhandelaren en Courantiers.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122.
Hoofdagenten voor hei Buitenland: Compagnie Générale de Publicity Etrangbre G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31bis Faubourg Monimartre.
Met uitzondering van bet Arrondissement Haarlem is bet uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiön en Reclames betreffende Handel, Nyvorheidgen Geldwezen, opgedragen aau bet
Algemeen Advertentie-Bureau A. DB LA MAR Azn. te Amsterdam.
BUITEN bet Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiön van 1—5 regels f 0,75, elke regel moor ƒ0,15; Reclames per regel 0,30.
Agenten ..voor ;dit blad in den omtrek zijn: Bloemendaal, Santpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, Zandpoort; Heemstede, J. LEUVEN,bij de tol; Spaamdv.oi, C. HARTENDORPZandvoort, G. ZWEMMER
Velsen, W. J. RUIJTER; Beverwijk, J. HOORNS; Uitleg om, ARIE HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen cd Advertentiön aan.
STAOSHI£UWS
Eerste en tweede pagina.
Haarlem, 16 JaD. 1899.
De le-luit. V. H. Klijnsma alhier,
■noemd tot kapitein by het 4e reg.
f., is ingedeeld by de 2e comp, 3e
it. alhier.
|De kapt. J. Engelenburg alhier,
overgeplaatst by de 4e comp. Ie
tt. te Delft, en beeft Zondag bet
mniando over die compagnie over-
inomon.
Het bekende plan van den heer Jan
tuyt, architect bier ter stede, voor
nieuwe villawijk by de Leidscbe
aart, is op het oogenbük te Am-
erdaea geëxposeerd in het magazijn
de heeren Gebr. Schroder, Rokin.
Stukken van den Raad.
ngekomen is een adres van Christina
ïpeze, weduwe vau den stratenma-
r Matthys Cremers, om opnieuw
a som van f50— als onderstand
ontvangen.
B. en W. en de meerderheid van
commissie voor de pensioenen advi
iren tot afwijzing van het verzoek,
idat het college niet gebleken is,
adressante inderdaad behoefte
aan den gevraagden onderstand.
Voorstel van B. en W. totaan-
op voor de som van f 60.van een
ook grond aan de Hoogstraat, ter
ootte van ongeveer 6 M2.
- Afwijzend advies wordt uitge-
icht door B. en \V. en de commissie
bijstand in het beheer der open-
re werken op een adres van den
jr H. G. Caalen om te mogen
jpen 133l/-s M2 grond aan de Pape-
envest, thans by hun in huur.
leide colleges achteü n. 1. dezen
rkoop ongewenscht.
- Voorstel van B. en W. totvast-
lliug eener suppi. begrooting dienst
18, tot regeling van eenige buiten-
ipone uitgaven, waaronder die van
.700 voor den sluisbouw te Spaarn-
i.
- Ingekomen is bet 2 suppl. ko-
der pi. dir. belasting dienst 1898
f2117.625.
Schermwedstrijd.
)oor de Sehermvereeniging van het
al jon d. d. Schutterij alhier is aan
Raad verzocht om een prijs van
- te willen uitloven voor haren
ermwedstryd in Februari.
Sergeant-majoor-dichter.
>e heer Johan Winkler schrijft
i hier aan den „Spectator"
In het voorgaande nummer van
blad wordt, bij de bespreking van
i Frieschen Volksalmanak voor
19, het vermoeden geuit, dat „Jan
'e Gaestmar",de dichter van schoone
zen, in dat jaarboekje opgenomen,
schuilnaam zou zyn voor my,
»r ik moet haar weerspreken. Ik
in niet al te onbescheiden te zyn,
ik hier verklap, wat althans
den Friezen te Haarlem genoegzaam
bekend is. Namelijk dat „Jan fen'e
Gaestmar" een schuilnaam is van den
heer Jan Jelles Hoff, een jonkman,
als sergeant-majoor hier ter stede in
garnizoen. Verscheidene buitengewoon
schoone gedichten, allen in het Friesch,
van dezen „üs nij uplibbe Gysbert
Japicx", zooals de beer Hoff'in de
talrijke Friesche volksplanting hier
ter stede wel terecht genoemd wordt,
zyn in het Friesche weekbl. „Sljucbt
en Rjucht" en in het Friesche jaar
boekje „SwaDneblommon" in hst licht
verschenen. De gedichten van den
herleefden Gysbert Japicx, die mees
ter van de taal en meester van den
vorm is, en met waarachtig dichterlijk
vuur bezield, zyn als zoovele schit
terende edolsteeneo in de kroon der
Friesche letterkunde van denjongsten
tijd."
3!!llflEftLANO
HAAGSCHE BRIEVEN.
De menschen doen net eender alsof
't winter was. En, niet waai*, een enke
len stormaclitigen nacht daargelaten,
heeft heft er toch weinig van? 't Ver
schijnsel heeft, van sociaal standpunt
bezien, twee kanten. Aan den eenen
kant staan de menschen die biji een
strengen winter handelsbelang hebben,
aan den anderen degenen voor wie
een zachte winter een zegen is. Een
handelaar in steenkolen denkt er na
tuurlijk ganscji anders over dan de
beurtschipper en zijn knecht, die aan
„gesloten water" een broer dood heb
ben. De schaatsenrijder mort over het
wegblijven van goed veldijs, de voet-
balspeler jubelt, dat zijn veld zoo mooi
droog blijft. Dat is de strijd van belan
gen. in alles, ook in het weder.
Alleen de „uitgaander" laat alles
langs zijn koude kleeren glijden; hij
verdeelt het jaar in seizoenen en dat
er geen koude is, wordt voor hem geen
reden om zich wintergenoegens te ont
zeggen. De Hemel weet, dat dit dan
ook iu de residentie onnoodig is. Behal
ve opera's en comedie, concerten en
voordrachten, leizingen en bijeenkom
sten, hebben we de rij: der minder of
meer nuttige publieke vermakelijkheden
aangevuld gezien metlezingen over
theosofie, dito's over spiritualisme, de
biograaf, de bioscoop, de mutoscope
(verschillende kinderen van het ge
slacht cinematograaf), avondjes in „Ons
huis." English lectures, Alliance Fran-
$aise, cursus over botanische onderwer
pen. dito's in verbandleer, enz. Een tijd
je geleden hoorde er het „zanderen" bij,
een werkwoord,, dat deze toelichting
behoeft, dat het toegepast werd' op de
genen, die, alvorens naar de „Witte
Sociëteit" te gaan, eerst een half uurtje
spandeerden iu het Zander-iustituut. Dat
was een quaestie van mode, vooral voor
oud-achtige heeren of bachelors, die
zich verbeelden, dat ze zoowat een tien
tal kwalen, of meer, hadden. Die mode
is aan het luwen, evenals die andere om
bij dezen of genen geneesheer een na-
tuurgenees-methode op zich 'te laten
toepassenwaterkuur, Ruhnenbaden^.
zonnebaden, et tutti quanti. Met minder
of meer weelde zijn daarvoor, voorna
melijk in de Scheveningsche Boschjes,
villa's ingericht of prachtige gebouwen
gezet, die de omgeving verfraaien
doch waarin ik liefst geen aandeelhou
der zou zijn.
En ook niet in de 's Gravenhaagsche
Brood- en Meelfabriek, die opnieuw met
haar arbeiders overhoop ligt over maat
regelen, die voor het zuinig beheer der
directie pleiten, doch juist niet van
weelde spreken. Die inrichting, de oud
ste van de zusters, heeft al heel wat
beleefd. Vroeger de standjes om den
nachtarbeid, oneerlijk beheer, brandy en
opnieuw mot. Indien ooit het volksge
rucht. dat van „in den brand uit den
brand" spreekt, gelogenstraft is, dan
is het wel in dit geval. Want, al werd
een vrij aanzienlijke som aan assuran
tiepenningen ontvangen, al wordt aan
de aandeelhouders voorgesteld een be
langrijk deel der bezittingen (grond en
gebouwen) te verkoopen, toch schijnt
nog een obligatieleening van anderhalve
ton noodig, om de zaak verder te doc-n
marcheeren.
Een brand van veel geringeren om
vang dan die der bedoelde fabriek, doch
met bijna, even noodlottige gevolgen (de
twee vrouwen die gewond werden, zijn
overleden) is reeds in dit blad vermeld.
Ik zou er dan ook niet op terugkomen,
ware liet niet, dat het voorval het be
staan van ergerlijk-gevaarlijke woning-'
toestanden had doen ontdekken. Hier
was nu een hofje, dat hoogstens tien
of twaalf krotjes bevat, woninkjes van
een verdieping, zes vierkante meter op
zijn hoogst. En in dit eene hofje, dicht
ombouwd aan alle zijden, werd op
twee plaatsen het bedrijf van de vuur-
makers-kleinindustrie uitgeoefend. In
den loop van jaren was er herhaalde
lijk begin van brand door de gevaar
lijke hars, die meestal zonder de noodige
waarborgen van veiligheid wordt
kookt. Doch dit feit staat niet op zich
zelf mij is verzekerd, dat elders, in
straten waar het conglomeraat van klei
ne huisjes nog dichter is, vier, vijf en
meer dergelijke fabriekjes gehouden wor
de^ die, zonderling genoeg, door de
mazen van wetten en plaatselijke ver
ordeningen heenkruipen. Maar elk
onheil heeft een goeden kant nu is
er tenminste rumor in casa gewekt.
Dat is ook het geval in de Haagsche
perswereld. Men weet reeds, dat de di
rectie der Italiaansche opera, boos over
afkeurende critieken, de verslaggevers-
kaart van den recensent van „Het Va
derland" heeft ingetrokken niet alleen,
doch tevens den bureaulist verbood
dezen heer eeu plaatsbiljet te verkoo
pen. Waar het nu een criticus betreft
wiens bevoegdheid tot oordeelen door
geen enkel collega en door honderden
artisten in binnen- en buitenland niet
wordt betwijfeld; maar die zich trou
wens, bijna een kwarteeuw lang, door
groote rechtvaardigheid heeft doen ken
nen, heeft dit geval bepaald sensatie
gewekt. Men kan het nu alleen betreu
ren, dat de hooggeroemde solidariteit,
waarvan op vergaderingen, en aan...
diners zoo sterk wordt blijk gegeven,
zich niet heeft geopenbaard door een
collectief optreden der andere Haagsche
organen. Maar ongetwijfeld zal er iets
gebeuren; laten wij hopen, dat de
eer en de waardigheid der vrije en on
partijdige critiek tegenover ondernemers
van publieke vermakelijkheden daardoor
in beteekenis zal stijgen.
Plaatselijk nieuws van eenige betee
kenis is er niet. Aan 't Hof gaat alles
zijn gewone doenkleine, meer intieme
dineetjes, een enkele grootere partij. De
Koninginnen rijden dagelijks uit en
gaan 's avonds nu en dan eens een
concert bijwonen. Dat Koningin Wil-
helmina niet op het eerste casino-bal
verscheen, werd aan een lichte verkoud
heid geweten, die intusschen wel niet
veel te beduiden kon hebben, daar er
Zaterdagmiddag weder een klein diner
ten Hove plaats heeft.
En van onze gemeentelijke vroede
vaderen kan ik ditmaal geen Kamper
moppen vertellen.
Maar wat in een goed vat is, zuurt
niet.
H. A. GANTTS Jr.
i
Uit de „Staatscourant".
Koninklijke Besluiten.
Aan den heer J. H. de Reus, vice-
consul der Nederlanden te Yokohama,
de persoonlijke titel van consul ver
leend.
Th. Cluysena8r benoemd tot burge
meester der gemeente Borculo, met
gelijktijdige toekenning van eervol
ontslag als burgemeester der gemeente
Adorp.
Aan A. C. Nieuwkerk, katnerbe-
waarder en concierge van de Eerste
Kamer der Staten-Generaal, de eere-
i medaille der orde van O raüje-Nassau
in zilver toegekend.
Benoemd tot plaatsvervangend voor
zitter van den raad van beroep voor
de vermogensbelasting te Rotterdam,
|mr. C. H. B. Boot, officier vau .justitie
by de arrondissements-rechtbank al
daar.
Benoemd tot ontvanger der directe
belastingen en accijnzen en van den
j waarborg en de belasting op de gouden
en zilveren werken te Schoonhoven
j c. a., H. G. van Duyl, ontvanger der
directe belastingen en accijnzen te
Wamel c. a.
Het Panislamisme in onze
Oost.
De correspondent te Konstantino-
pel van de „N. R. Ct" schreef dd.
10 Januari:
„De „Maloemat" en de Servet"
van 9 Januari melden in hun eerste
rubrieken, welke den titel voeren L'e
Moslimsche Wereld, en waarvan de
bewerking aan een oelema van het
palies te Jildiz is opgedragen, het
I volgende
I Mebemed Kiamil bei, consol van
Turkije te Batavia is te Singapore
j aangekomen. Hy werd er ontvangen
I De ox consul, die van zyn post
is ontzet op dringend verzoek van de
Nederl.-Indische regeering, en die
tevens het hoofd is van de panisla-
mistische zending voor de Neder-
landsehe koloniön.
door de moslimsche notabelen van
allerlei landaard, door Arabieren zoo
wel als door Hindoes, Chineezen en
Maleiers.
Zoodra by aan wal was gestapt,
nam hy plaats in een prachtig rijtuig
met den ras (hoofd) Seid Abd-ul-
Kader. De notabelen volgden in een
ander rijtuig.
Het lokaal van het (PaDis'amisti-
sche) Genootschap was met Ottoma-
nische vlagen en bloemen versierd.
De voorzitter van het gezelschap hield
een redevoering, waarin hij de aan
hankelijkheid en do trouw dörSinga-
poorsche moslims aan den troon van
het califaat deed nitkomen. Aan het
einde wenschte hy Zyn Majesteit (den
Sultan)voorspoed en een lang leven toe.
Eeü groot banket had daarna plaats,
waar de kadi een treffende rede hield,
welke eindigde met hernieuwde wen-
schen voor het geluk van Z. K. M.
den Sultan.
„Dit bericht bevat dus de als officieel
te beschouwen bevestiging van het
geen ik reeds den Hen, en daarna
nogmaals den 26en December meidde
omtrent het vertrek van den gewezen
consul te Batavia Kiamil bei, voor-
loopig slechts naar Singapore.
Zooals men ziet is die panislamistische
onruststoker daar ontvangen met alle
eer die een afgezant van den Chalief
toekomt.
„Dit hoogst officieuse bericht in de j
beide paleisbladen is verder wederom
een bewys te meer, dat de terugroeping
vaa den consulaire» ambtenaar uit
Batavia, die geschied is met vergun
ning van de byregeering te Jiidiz (de
officieele èn onmachtige Turksche
regeering), al zeer weinig practische
waarde heeft.
„Kiamil bei zal immers nu zijn
zending ten behoeve van de panisla
mistische propaganda in onze koloniën
verder van Singapore nit voortzetten,
en hy zal in dat brandpunt van alle
mogelyke intriges tegen ons bewind
in Oost-Indië, waar onze regeering
geen vat meer op hem heeft, het
Nederlandsche gezag in onze Oost
misschien nog meer kwaad kunnen
doen, en de Nederlandsch-Indische
regeering nog meer last kunnen be
zorgen dan eertyds te Batavia."
Een. aanhouding.
Op verzoek van den officier van
justitie te Amsterdam is Vrydagavond
door inspecteurs der recherche in den
Grooten Schouwburg in de Aert van
Nesstraat te Rotterdam aangehouden
de bankier H. uit Amsterdam. De
aangehoudene wordt verdacht van
frauduleuse handelingen. Hy kwam
uit Londen en logeerde sedert enkele
dagen in een hotel aan de Hoog
straat te Rotterdam. Hy was voor
nemens naar Spa te gaaD, waar by
een villa heeft.
Zaterdagmiddag is by gevankolyk
naar Amsterdam overgebracht.
Spelden in een glas.
Het is nu zoo goed als zeker, dat
de spelden in het glas van Louis
Boawmeester daarin niet ?eraaktzyn
door eenig boos opzet, maar dat de
heele geschiedenis is voortgesproten
uit een achteloosheid van een der
beambten.
Yan spelden in een glas wijn is
dus gemaakt een storm in een glas
water.
Brand aan boord.
Sinds eenieen tyd ligt te Amsterdam
aan de Handelskade gemeerd een
zeilschip van 2000 ton, de viermaster
JeannetteFrancoise,gebouwd te Krim
pen aan de Lek, zeilende voor reke
ning der reedery De Hoog aldaar. In
het begin van Februari zou het schip
met stukgoed, teer en lijnolie geladen,
naar Java vertrekken. Toen nu de ge
zagvoerder, kapitein Bleeker, Zater-
terdagavond omstreeks 8 oor met zyne
vrouw aan wal zou gaan. kwam de
wacht hem mededeelen, dat er uit het
voorluik rook opsteeg. Met den twee
den stuurman begaf de kapitein zich
naar het voorschip, liet, toen het bleek
dat in het voorruim brand was ont
staan, het loik sluiten en de brand
weer waarschuwen. Al spoedig werd
men gewaar, dat ook de twee overige
laadruimten vol rook stonden. In het
voorruim was stukgoed geladen en
eenige fusten alcohol; in hetmidden-
ruim was hoofdzakelijk teer geborgen,
en in het achterruim lag een groote
hoeveelheid lijnolie. De brand liet zich
dus gevaarlijk aanzien.
Twee stoomspuiten en twee hand
spuiten werden met de drijvende
stoomspuit Jan van der Heyden, te
werk gestelddaarbij nog een hydrau
lische brandkraan der Handelskade.
Uren lang bleef men massa's water
in het schip brengen; maar laat in
den avond kon men nog niet zeggen, dat
het blnssingschwerk geheel volbracht
was. Slechts een korten tyd heeft
men nu en dan een rooden gloed in
het achterruim gezien, overigens niets
dan dikke rook.
Brand-slacbtoffers.
Vrouw van Ooyen en hare dochter
zyn in het Ziekenhuis te 's-Graven-
hage aan de by den brand van Vrij
dag in de Roode Poort bekomen won
den bezweken.
Men had hoop de dochter in het
leven te kannen houden. Eene operatie
aan het hoofd echter, door het meisje
kort voor het ongeval ondergaan,
moest van grooten invloed geweest
zyn op den doodelyken afloop.
Inbraken.
Op drie verschillende plaatsen is
te Vlaardingen Vrijdagnacht ingebro
ken. Aan de Nienwehaven, waar het
nog al eenzaam is, is een bezoex ge
bracht aan het pas gebouwde kan
toor en pakhnis van den heer O., waar
uit zij nit een lessenaar f 40 hebben
weggenomen; ook de brandkast is ge
opend, zonder geweld, dus boe zij aan
een sleutel zyn gekomen is niet be
kend, maar aan do binnenzijde is dat
meubel zeer beschadigd. Door afwe
zigheid van den patroon kan op dit
oogenblik niet gezegd worden wat er
vermist is.
In het pakhuis van de Doggermaat-
Zeker." Hij ging er verder niet op
en deed alsof het de natuurlijkste
k van de wereld was, niet de moeite
rd er over te spreken,
ïen honderd pas verder namen rij
iheid van elkaar.
lij kuste haar en heete tranen rol-
haar over de wangen.
,Vaarwel, Konrad."
(Vaarwel, Kathchen."
>e koetsier legde de zweep over de
fden, het rijtuig hotste en stootte
r den hobbeligen weg, Grenowo met
lindeboomen verdween uit 't ge
it en Konrad keerde huiswaarts.
EN1 EN TWINTIGSTE HOOFD
STUK.
tandes was zeer tevreden, toen hij
tdo dat Kathchens ongesteldheid' niet
te beduiden had, en Konrad den
i en rijn Russische huishouding in
tamelijk goeden staat aangetroffen had.
Hij schreef rijn schoonzoon een langen,
vriendschappelijken brief en stuurde voor
i de eerste maal uit eigen beweging een
niet onbelangrijke som gelds.
„Zoolang ik iets bezit, zal ik u beiden
niet vergeten," schreef hij, „maar gij
moet het wat verstandiger aanleggen
en weten huis te houden.
Misschien breekt er voor ons allen
nog wel eens een betere tijd aan."
Konrad had van de Griotte's in lan-
I gen tijd niets gehoord'; het was zeer
merkwaardig hoe een zekere verlegen
heid rich van hem meester maakte,
zoodra hij rich in Annie's nabijheid
bevond. Telkens als hij haai* weerzag
viel het hem op hoe zeker en lieftallig
rij zich wist voor te doen en haar schoon
heid vooral had hem getroffen. Ja,
Annie Griotte was een mooi meisje
geworden, dat merkte een ieder op; rij
was groot en slank en haar gelaat zoo
fijn besneden, dat Griotte er zelf ver
baasd van stond. Hij en rijn vrouw wa
ren volstrekt niet mooi gebouwd of knap
van gelaat en zoo moest Annie haar
schoonheid dan zeker van een overgroot
moeder geërfd hebben, die een bekende
beauté was geweest.
Sinds rijn terugkeer uit Rusland leef
de Konrad als een kluizenaar. Nu, met
de smart aan de ongelukkige Kathchen
nog in zijn hart, zou het hem onmoge
lijk geweest, rijn Annie weer te ont
moeten.
Griotte, die na lang aandringen weer
in genade door den directeur van den
Ostenschouwburg was aangenomen, in
elk geval voor een ellendig klein salaris,
werd onophoudelijk gekweld met het
verzoek
„Laat uw mooie dochter toch aan 't
tooneel gaan of zich voor de pantomimt
aan een circus verbinden"maar Gri
otte bleef standvastig en at weer tevre
den rijn sobere maaltijden. En Annie
was er hem in haar hart dankbaar
voor, ofschoon er tusschen hen nooit
een woord over gewisseld was. Zoo zou-
den rij nog jaren lang voortgetobd heb
ben. was Griotte en rijn collega's niet
op een goeden dag het was 1 Octo
ber him betrekking opgezegd en den
dag daarop stond het volgende nieuwtje
in de couranten
„De Ostenschouwburg is in handen
van een zeer bekend sportsman over
gegaan. Deze heeft het plan den welbe
kenden schouwburg te verbeteren en
te verheffen tot één van den eersten
rang, waarin vnl. opera's zullen worden,
opgevoerd."
Wie was die bekende sportsman?
Niemand wist het, totdat C. W. op
een goeden middag in de club verscheen
en met groote zelfvoldoening met den
vinger op rijn borst wijzend zeide
„Ik ben die man."
Men lachte, was verbaasd, maakte er
grappen over maar benijdde hem toch.
Terwijl anderen rich in de club ver
veelden, en zich alleen om paarden be
kommerden, kocht die kerel, die Kalm
een schouwburg! Ja, dat was nog eens
een slimmerd!
Officieren, sportliefhebbers en man
nen van adel zaten in de groote rook
kamer van de club bijeen en in hun
midden stond C. W. Kalm, in rijn al
tijd eenigszins smoezelige kleeding met
een slechte sigaar in den mond en de
handen in de zakken.
„Het is tooverachtigdenk eens aan
driehonderd balletdanseressen, electri-
sche verlichting, een eerste danseres
uit Milaan en een andere uit Madrid,
lederen avond is er een ballet, de loge
kost dertig mark, maar de leden der
club krijgen iederen avond een vrij
kaart. Gij zult allen verbaasd staan!"
En men was ook verwonderd!
„Die Kalm, die ]cerelDriehonderd
balletdanseressen en hiji eigenaar van
dat alles
Werkelijk), dat was een man met
energie.
's Avonds maakte men een spelletje
en C. W. won de helft van wat de
schouwburg hem gekost had.
Ja, dat was een man!
De nederlaag van Lucifer kon hem
niets meer schelen hij bekommerde
zich ook in 't geheel niet meer om
paarden. Maar in de club speelde hij
de eerste viool, en daar was 't hem toch
ook om te doen geweest. Lieden,
die een grooten naam droegen waren
rijn schuldenaars en rijn deposito bij
de Engelsche bank werd met den dag
grooter.
Brandes en hij zagen elkaar dagelijks
in de club.
Soms haalde men nog wel eens de
dwaze geschiedenis van het duel op,
maar C. W. ergerde zich hier niet meer
over. Die George Brandes was tegen
woordig zoo'n onbeduidend, hij daaren
tegen zoo'n groot man!
Werkelijk, dien ouden man droeg
hij geen haat meer toe. Op een goeden
keer zou hij hem rijn laatste restje geld
nog afzetten, zoodat het besutur hem
dan zou moeten royeeren, maar dat
had geen haast
Men had' hem ook ridderorden toege
kend, die hij gaarne droeg.
Onbeduidende orden, die C. W. niet
bevredigden.
De oude baron von Rosse, dien hij
quasi op een goeden dag weer van de
straat opgeraapt en met eenige bedien
den in rijn dienst genomen had, moest
dagelijks ellenlange redevoeringen aan-
hooren.
„Ik moet altijd hooger klimmen, bes
te baron; ik ben nu vier en veertig
jaar en na mijn dood wil ik dat men
van mij zegtC. W. Kalm was een
groot man. Ik wil met de beroemdste
kunstenaars omgaan, in den adelstand
verheven worden en eenmaal zullen de
deftigste lui aan mijn tafel aanzitten."
En de oude baron, die C. W.'s afge
dankte kleeren droeg en in rijn tegen
woordigheid niet rooken mocht en niet
ongevraagd spreken durfde dacht bij zich
zelf
„Binnen een jaar is hij krankzinnig."
Dag en nacht moest hij in Kalms
nabijheid blijven en 'a middags in da
nieuwe, keurige equipage met C. W.
gaan toeren. Zijn Weeding werd hem
voorgeschreven en was «as volgt: zwart
pak, hoogen hoed en roode handschoe
nen. En C. W.'s stemming werd hoe
langer hoe vroolijker. Hij lachte voort
durend en draaide, terwijl hij rijn hel
dendaden opdischte, de knoopen van
von Rossets jas af.