'wss wmmrm\ dabbelkoor waarin op waarlyke mees terlijke wyze de afzonderlyk motie- ven van hot lied worden bewerkt, terwül bovendien het orkest de statige melodie van den bovengenoemden smeékzang doet weerklinken. Een muzikale apotheose die niet enkel schitterend getuigt voor het combina torisch talent van den toonzetter, maar tevens een waardig slot vormt aan het belangwekkende St. Joseph-Ora- toriam Mogen a.s. Vrijdag zich velen op gewekt voelen om zich onder de be koring te stellen van v. Schalks edele en verkwikkende kunst. PHILIP LOOTS. Id de tapperij van Vos in de Noor der-Schoolsteeg werd Maandagavond eeu commies van 's Rijks belastingen door de gebroeders Deutekom met stoelen mishandeld. Een hunner sloeg bovendien in die inrichting een ruit~in. Zij hadden in verschillende tapperijen reeds wanordelijkheden veroorzaakt. Een negenjarig jongetje dat heden morgen op het Stationsplein met een wagentje reed werd van achteren door een met steenkolen beladen wagen aangereden, waarvan de bestuurder door de gladheid van de straat niet; tjjdig kon stilhouden het kind kwam tas8chen de beide wageDS in do knel,1 doch bekwam slechts onbeduidende kneuzingen. 8lllfg£9ILIIff9 Parlementaire Praatjes. Een vrij laoge rede van den senator Laan opende het debat over „Finan ciën." Zijn standpunt was, dat, werd de tering uaar de nering gezet, de toe stand van 's lands geldmiddelen niet zorgeischend was. Natnurlyk konden die geldmiddelen versterking veien, maar dan zonder nieuwe, liefst door verbetering der bestaande belastingen de spr. wees bijv. op de wonsclielyk- heid van zuiverder aanslag van vaste goederen, op verlaging van het mini mum in de vermogensbelasting tot 6 of 8 mille, op minder geweuschte vrijgevigheid in het berekeuen van bedrijfskosten voor de bedrijfsbelas ting, op de z. i. ongemotiveerde vrijstelling van den landbouw, terwijl hij na eenige andere wenken tegen opheffing der rykstollen waar schuwde, zoolang niet de particuliere tevens werden opgeheven. Over kadaster-verandering en ver betering spraken de heeren Welt en van Lyudeu de eerste wilde aan het kadaster rechtskracht zien toegokeud, de tweede begeerde dat niet. Terwijl de heer van Welderen Rengers meer waarheid in' onze handelsstatistiek verlaogde, schetste de heer van Nis- pen tot Pannerden zynerzyds den financieelen toestand als ongunstig, wfil z. i. de draagkracht der staats burgers achteruitgaande was. Minister Pierson meende, dat zyn bolastingwetten, ofschoon niet zonder fouten, in het algemeen rechtvaardig heid eu billijkheid nastreefden. Een herziening van de belastbare opbrengst van vaste goederen zou aac onbillijk heden te gernoet kunnen komen. By verlaging van het minimum der ver mogensbelasting tot beneden f 10.000 zouden wellicht de kosten rooter zijn dan do opbrengst. De vrijstelling van den landbouw verdedigde de Min. voor de tollen was een ontwerp in bewerking. Tegen de rechtsgeldigheid van het kadaster bleef de Min. gekant. Dit hoofdstuk eu dat der onvoor ziene uitgaven werden goedgekeurd, waarna eveneens de vestingbogrooting, waarbij de heer van Alphen op spoed aandrong by de afwerking der stelling van Amsterdam. Minister Eland hoopte daartoe door een volgende begrooting in staat te worden gesteld. Inmiddels gaf hy toelichting omtrent de pro viandering en bet bezorgen van drink water voor de stelling, waaruit bleek, dat waarsc'nyqlyk de vroeger voor gestelde kostbare maatregelen onnoo- dig zouden blijken. Aan de orde is: Oorlog. G. Jr. Uit de „Staatscourant1" Kon. besluiten. De kapitein A. W. Noorduyn, van het 1ste regt. infanterie, voorden tyd van twee jaar gedetacheerd by de landmacht m West-Indië. Met ingang van 1 April 1899, den moet vergeten, (hit zij mij lief heeft." Maar terwijl hij voortliep blonk hem eon stem in de ooren ..Reuben bevindt zich op de kade. Rij kan het jacht tegen zonsondergang op v-toom gebracht hebben. Gij zult wel een troepje dronken soldaten kun nen vinden, die haar van Fort Alexan der zullen halen. Er zal geruimon tijd verloopen voordat de vlucht bemerkt wordt. En liet meisje, dat gij lief hebt, zal uw vrouw kunnen worden." Hij verwensekte die verlokkende stem, maar toch gaf hij er gehoor aan. Hij riep Reuben en deze antwoordde hem terstond. HOOFDSTUK XI. Marian kon in haar cel het gelui der scheepsklokken hoorenzij had, de ge woonte aangenomen de slagen te tellen en te luisteren of de havenklok hun sein beantwoordde. Zij had gedurende do sombere lange dagen en nachten niet veel anders te doenbehalve het klokgelui vernam zij zoo nu en dan het geroep van een zeeman, die zijn anker uitwierp of eenige woorden met den schildwacht, die voor het fort op en neeriicp, wisselde. Tot nu toe had men. opzichter der telegraphie van de le kl. W. J. van Gulik, op zyn verzoek, eervol ontslag verleend uit 's Ryks dienst Audiëntie. De gewone audientiën van de mi nisters van waterstaat, handel en nijverheid en vau koloniën zullen deze week niet plaats hebben. Tentoonstelling te Parijs. De bijzondere commissie voor groep VII (Landbouw) voor de Parysche Tentoonstelling in 1900 heeft thans uitgegeven de voorwaarden waarop door inzenders aan de tentoonstelling kan worden deelgenomen, en een in- schryvingsbiljet. Met bet oog op de beschikbare ruimte is het gewenscht de opgave tot deelneming zoo spoedig mogelyk in te zenden. Het tijdstip, waarna geen opgaven meer worden aangeno men, is bepaald op 1 Augustus 1899. De byzondere commissie voor groep VII (Landbouw) is ais volgt saam- gesteld mr. C. J. Sickesz, 's-Graven- hatre, voorzitter; D. F. A. Bauduin, 's-GravenhageJ. Breebaart Kzn., Winkel; D.~ van Konijnenburg, Leeu warden H. J. LoviDk, Utrecht; L. Magnée, Hoornmr. J. G. Ridder vau Rappard, Laren, secretarisF. B. Löhnis, 's-Graveuhage, eu prof. dr. J. Ritzema Bos, Amsterdam. De zevende groep (Landbouw) om vat materieel eu methoden van land- bouw-exploitatiönmaterieel eu wijzen vau werken by den landbouwmate rieel eu methoden van landbouwnij verheid landhuishoudkundeland bouwkundige statistiekeetbare land bouwproducten vau plantaardigen oor sprong; eetbare landbouwproducten van dierlijken oorsprongniet-eetbare landbouwproductennuttige insecten en hunne producten en schadelijke insecten en parasitische planten. Nederland zal op zes verschillende p laai sen kounen exposeeren. Voor den Nederlandsellen tumboaw is een gun stig geh-gen plaats by den ingang aangewezen aan de Seiue. De tuin bouw zal in een monumentaal ge bouw gevestigd worden en kan over 400 vierkante meter beschikken. De commissie voor do afdeeling landbouw vergaderde verleden week tot het onderzoeken van een programma voor paarden en veeteelt, waarop haar advies was gevraagd door de generale directie der tentoonstelling. Aan de militaire autoriteiten te 'sGravenbage is door de politie over geleverd een veldartillerist, die Zondag uit pure baldadigheid aan de Konin ginnegracht zyn sabel had getrokken eu daarmede wa3 gaan zwaaien voor een aanrydend rytuig, waarin gezeten was de minister van waterstaat, de heer Lely, met familie. De koetsier had zyu~ paarden moeten inhouden, om ongelukken te voorkomen. Mishandeling op school. Omtrent eene mishandeling, waar van een schoolknaap van school no. 5 der Ver. voor I. o. op geref. grond slag te Amsterdam (hoofd de heer P. Oranje) het slachtoffer zon geweest zyn, deelt het „N. v. N." het vol gende mee: Johan Hesseler is een dertienjarige knaap, die bet zyn onderwijzer, den heer P. Mieheise, op alle mogelyke manieren lastig maakte. Voor straf moest by Donderdagmiddag vóór de klasse staan met de handen achter het hoofd gevouwen. Toen, volgens den onderwyzer, de knaap -lat niet verkoos te doen, kreeg hy een tik om de ooren en toen by hierna begon te schelden, werden hem twee kiappeu toegediend, één op de rechter en één op de linkerwang. Kort hierna merkte de onderwijzer dat het oor een weinig bloedde en hy waschte dit af. Dc jongen ging hier bij voorn-er met zyn hoofd op de bank liggen en bleef zoo langen tyd in die houding. Later bleek, dat hy in bowusteloozen toestand verkeerde. De moeder werd ontboden. Politie kwam er bij en het slot van de ge-1 schiedeuis was, dat do jongen altoos nog in bewustoloozen toestand met eeu gasthniskarretje naar het gast huis gebracht werd. Hier knapte by weer op, nadat hem een pleister op het gewonde oor was gelegd. De onderwyzer deelde ons mede, dat hy zich niet begrijpen kon, hoe zyn twee klappen een wonde hadden veroorzaakt en waagde de onderstelling haar geen andere bezigheid toegestaan. Men liet haar geen arbeid verrichten en sloot haar buiten van 't zonlicht om do beteekenis van haar gevangenschap goed tot haai* te laten doordringen. Dik wijls dacht zij, dat zij haar verstand zou verliccen nu t die voortdurende stilte en duisternis om haar heen; dan weer bekroop haar do lust met haar vuisten op do deur to stompen, of om zich heb hoofd tegen den muur te pletter te stooten, om een cindo aan haar ellende to maken. Maar na Paul's bezoek was zij gela ten er geworden. De liefde van den man, die voci inniger en dieper in zijn hart was dan zij dacht, steunde haai"; nog lang nadat hij haar cel verlaten liad klonken haar zijn bemoedigende woor den in de ooren, en groote tranen rol den bij het herlezen van Dicky's brief, dien zij had gehouden, op liet kinder lijke schrift. Zij vroeg zich zelf af hoe zij zoo laf en wanhopig had kunnen worden, zij, die tot nu toe getoond had pen moed te bezitten, die schier aan 't ongeloofelijke grenadegedurende de maanden, waarin rij de geheimen van Kroonstad één voor één bemachtigd had, waa geen. gevoel van lafheid haar wil komen verlammen. Zij had de maat der forten genomen, de kanonnen ge- dat de knaap best zichzelf kon ver wond hebben, daar hy zich had laten ontvallen „den meester wel te zullen krygen". Wy zochten hierna den jongen op, die een eeuigszins andere lezing van het geval gaf. Hij erkende op school ondeugend te zyn geweest, doch hy had dien dag van 's morgens 9 nur tot 's middags half één voor de klas moeten staan met de handen achter het hoofd gevouwen. En ook des mid dags had de onderwijzer hem weer in dezelfde bonding willen laten staan en toen had hy dit geweigerd. De onderwijzer had hem daarop geen twee klappen gegeven, doch vier harde slagen, die hem vreeseljjke pijnen veroorzaakten. Toen de jongen hierna onwillig werd eu zich eenige voor den onder wijzer min vleiende woorden had laten ontvallen, werd hij over den grond gesleurd en met een fermen schop tegen het been in de bank geduwd. De jongen was toen bewusteloos gewordeD. Wy hebben ons overtuigd, dat de knaap nu zeer moeilijk liep en om het been op raad van den dok ter een waterverband was gelegd en ook het oor gedeeltelijk was ontveld. De moeder van Johan Hesseler ver telde ons nog, dat dezelfde onderwij zer, hem eeuigen tyd geleden zóó danig op den rug had gestompt, dat bloedende wondjes waren ontsta w, waarvan de onderwyzer zich zelf beeft kunnen overtuigen eu waarover hy zyn spijt uitgesproken had. De kuaap is nu van de school af. U leest toch ge-1 i-egeïd het FciïI!» ïletosa van „Maar-1 fleni's I>agblad"?| Werkstaking. Op de sigarenfabriek Lankat te Deventer is een werkstaking uitge broken wegens verschil over de uit- keering van loon. GEMEND mmuws. Een dorp verbrand. Het dorpje Nagybabroch in Hon garije, bestaande uit een duizendtal hutten is geheel in vlammen opgegaan. Het vuur, door het springen van een petroleamlamp ontstaan, verspreidde zich angstwekkend snel en in korten tyd vlamde het geheele dorp. In de paDiek der in hun slaap opgeschrikte dorpsbewoners werden velen gedood en gewond. Hun getal, vermeerderd met dat der slachtoffers van den brand, beloopt 17 dooden en nog veel meer gekwetsten. Een jongen, die van het Aosadal (Zwitserland) uit de bergen beklom om bout te zoeken, is in een twee honderd meter diepen afgrond geval len. Twee zjjner broers, die hem gingen zoeken, kwamen eveneens in dezen afgrond om het leven. Op de Filippijnen. Generaal Otis telegrafeerde Maan dag uit Manilla, dat de toestand uiterst bevredigend is. Het is niet noodig zich ongerust te maken. De stad en omstreken zyn volmaakt rus tig. Wy namen eenige dorpen in. De zeemacht viel den vyand met verras- sond gevolg in de flank aan. Een ander telegram zegt, dat uit alles blykt. dat het voordeel aan don kant van de Amerikaacsche wapenen is. Afschuiving. Opnieuw heeft er een afschuiving plaats gehad op den Sasso Rosso by het dorp Airoio. Er is een rotsmassa van 300 M3 neergekomen, maar het dorp is niet verder beschadigd. Graaf Caprivi f. Een telegram uit Crossen moldt, dat de oud-Rykskanselier, graaf Ca- privi, Maandag voormiddag t Skyren i gestorven is. Caprivi was reeds driekwart jaar ernstig lydend. Op het iaatst was zyne spraak verlamd en kon hy zich teld en zich verheugd in haar succes. Zij besloot rich nu die dagen voor dien geest te halen en ze in haar ver beelding te doorleven. „Ik zal hem niet Laten merken, hoe ik lijd," zeide zij tot zichzelf, „morgen, als hij weer komt, zal ik hem een op geruimd gericht toonen. En hij zal aan Dicky schrijven een langen brief over liet thuis dat ik hem bereid. Daar na zal hij met de overheid spreken. Zij zullen mij niet altijd hier laten., het was zoo weinig, wat ik misdéed." Haar vernieuwde moed was dien dag- in al haar handelingen zichtbaar. Zij toonde den sergeant, die haar liet mid dageten bracht een vriendelijk gericht. En zich aan allerlei kinderlijke voor stellingen overgevend zag zij Paul, al schrijvende aan den gouverneur en Dic ky. ja zelfs bij den Czaar haar zaak be pleitend. De uren vlogen nu om, want elk gelui der scheepsklok vertelde haar dat haar minnaar bezig was alles in 't werk te stellen om baar te redden. Mor gen zo urij hem terugzien. Misschien bracht hij wel goed nieuws mee. In elk gen zou rij hem terugzien. Misschien rijn stem hooren. Tegen zonsondergang bracht men liaar )iet souper, bestaande uit warme thee en roggebrood, dat rij anders bijna niet niet meer bewegen, zoodat men ver moedt dat hy eene hersenziekte had. Zyn toestand was echter alleen bekend aan enkele ingewyden, omdat Caprivi volkomen afgezonderd leefde op zyn klein landgoed, waar hy, met zeer bescheiden geldelijke middelen, zich zooveel hy nog vermocht met zyne boeken bezig hield. George Leo, graaf von Caprivi, was den 24n Februari 1831 te Berlijn ge boren. Hy| kreeg een militaire oplei ding, trad den len April 1849 in het Kaiser Franz-garderegiment, werd in 1850 tot tweede luitenant en in 1859 tot eerste-luitenant benoemd. Als ma joor maakte by den veldtocht in Bo- heme medeby was in 1870 overste van den generalen staf in welke hoe danigheid hy den Fransch-Dnitschen oorlog medemaakte. In 1877 werd hy tot generaal-majoor benoemd en ach tereenvolgens met verschillende com mando's bekleed. Na het aftreden van admiraal Stosch werd hy met het opperbevel over de marine belast, waartoe hy in 1883 tot vice-admiraal benoemd werd. Hjj voerde een aantal hervormingen by de marine in, en bleef aan haar hoofd tot 1888. Het aftreden van Bismarck gaf den Keizer aanleiding Caprivi's talenten als staatsman te beproeven. Den 3den Maart 1890 werd hy be noemd tot Rykskanselier en minister president van Pruisen. In zyn eerste verklaring voor den Ryksdag zeide hy, den ouden koers te willen behouden, maar aan enkele tot nog achteraf gezette denkbeelden grootere vrijheid te willen schenken. De moeielyke taak, Bismarcks op volger te zyn, heeft Caprivi glansrijk ten einde gebracht. Hjj toonde zich in den Rijksdag een goed en handig spreker en iemand, die zyn plannen krachtig en met vunr wist te verde digen. Daarbuiten bleek hy een flink bewindvoerder en een staatsman met een scherpen blik en goede opmerkings gave te zyn. Vooral met de hernieuwing van het Drievoudig Verbond en met het af sluiten der handelsverdragen in 1891, had by een groot parlementair en staatkuudig succes behaald, wat den keizer aanleiding gaf hem in den gra venstand te verheffen. Toen de Pruisische Landdag in 1892 de schoolwet van Zedlitz, die iri Ca privi een ijverig verdediger voud, ver worpen bad, trad hy af als minister president van Pruisen en bleef hy slechts de portefeuille van buitenland- scho zaken behouden. In 1890 had hy in den Rijksdag een versterking van het leger met 18,0"0 man weten door te zetten; in 1892 werd een nieuwe voordracht tot versterking van het leger door hem ingebracht, doch door den Rijksdag verworpen. Den 6en Mei 1893 had de stemming plaats die onmiddellijk gevolgd werd door het voorlezen van het Keizerlijk Besluit, waarop de Rijksdag ontbon» den werd verklaard. De nieuwe Rijks dag keurde de inmiddels wel wat verminderde eischen der Regeering goed. In 1894 sloot Caprivi liet handels verdrag met Rusland, waardoor by zich den steeds stijgenden onwil der conservatieven, voornamelijk der agrarische jonkerpartij, op den hals; haalde. Voortdurend werd zyn Maat kunde heftig bestreden en stond hy zelfs aan persoonlijke aanvallen van hunne zyde bloot. Ig October 1894 kwam de oneenigheid ook in den ministerraad tot uitbarsting, toen Ca privi zich krachtig verzette tegen de dwang- en uitzonderingsmaatregelen, die graat' Eulenburg ter bestrijding der sociaal-democratie wilde voorstel len. De oneenigheid liep spoedig zoo hoog, dat den 26n October de beide ministers den keizer ban ontslag ver- zochteu, dat werd aangenomen, Caprivi trok zich sedert geheel in het ambtelooze leven terug:. Hy woon de de laatste jaren op zyn landgoed te ükyren in het district Crossen in Liet Reg. Bezirk Fraulcfurt, waar hjj Maandag overleden is. Spionnage. De Petit Parisien kondigt een nieuwe spionnage-zaak aan, die, vol gens het biad, een zeer ernstig ka rakter zal drageu. Rechter Boucard zou het onderzoek leiden. door haar keel kon krijgen. Maar van avond gebruikte zij liet sobere maal m-:t smaak en toen rij voldaan was liet zij het hoofd op de armen zinken en be vond zich in 't land dor droomen. Zij zag de heerlijkste bosschen en weilanden, tuinen badend in 't zonlicht1 en hoorde het liefelijk gekweel der vo gels. En rij wandleldc hand in hand met Paul, vernam, de stemmen van vrienden die reeds lang geleden gestorven waren en het gebabbel van Dicky. Het was een liefelijke droom, voortkomend' uit een hoopvol gemoed maar die droom was niet van langen duur want eens klaps werd rij opgeschrikt door het om draaien van den sleutel in de buiten deur, wat een knarsend geluid veroor zaakte. Zij opende haai' oogen en. zag den sergeant en eenige zwaar gebouwde soldaten der artillerie voor zich staan ear daarachter nog een paar anderen, .die zij niet kende. Het eerste oogenblik dacht zij dat rij kwamen om lraar naar Petersburg te brengen of misschien naar een dier versclirikkelijke gevangenissen, waarvan men liever niet gewaagt Zij begon te beven en leunde tegen den muur als wilde rij daar bescherming zoeken rij was weer de zwakke, hul- peloozw vrouw, die terugdeinsde voor de hand, die zich naar haar uitstrekte. $p&e*$ en Wereldkampioenschap op de schaats. De eerste wedstryden om het kam pioenschap op schaatsen voor ama teurs hebben Zaterdag toBerlyn plaats gehad. De wedstryden zyn georganiseerd door de „Berliner Schlittschuh-club" onder voorzitterschap van prins Frie- drich Leopold van Pruisen en keizer Wilhelm heeft er een prachtige spe ciale groote gouden medaille voor uit geloofd. De stryd werd gehouden op do baan van Friedenau. Den eersten dag was de uitslag: 500 M. 1. Oestlund, wereldkam pioen, 50 sec., 2. Greve 51 sec. 5000 M. 1. Oestlund 9 min. 543/5 sec.2. Greve 10 min. 543/5 sec.3. Krjukow ll min. 40 sec. (Seyler ge vallen). 1500 M. 1. Oestluud, 2 m. 45, 2. Beyler, 2 m. 481/s 3. Greve (gevallen). 10,000 M. 1 Krinkow 20 m. 30 s. (wereldrecord van Jaap Eden 17 m. 56 s.). 2 Greve 20 m. 364/s s. 3 Sei- ler 21 m. 25 s. 4. Oest'und 21 m. 25!/s s. Oestlauds nederlaag verwonderde alle toeschouwers. Krinkow werd dooi de jury gedistanceerd en Greve tot winnaar en tevens tot tweeden prys- winner van het wereldkampioenschap geproclameerd. Zooals men ziet, heeft Greve dus nitstekend gereden en de Hollandsche eer hoog gehouden. Het ys was zacht en slecht. IH'«f S5 €6 M $J Schouwburg. Een dolle boel. Wat wy moeten schryven van een dolle boel, is ons nog niet recht dni- deiyk. Samenhang bestaat er niet. 't Is een revue up-to-date, in het genre van „Doofpot", „Groote trom", „Lui lekkerland" maar nog doller, nog aardiger, veel mooier gemonteerd. Waar de gekheid wordt van daan gehaald, wy zouden het heusch niet weten, maar dat wy ons geamuseerd hebben en goed ook staat als een paal boven water. Trouwens deze revue is er zoo echt op berekend om de toeschouwers aan bet lachen tebren- cen. De wyze waarop men een loopje neemt met verschillende beken de eigenaardigheden uit het Amster- damsclie volksleven is zoo ondeugend, maa»- tevens zoo humoristisch, dat men ten laatste zelfs om de meest denk bare aardigheden gaat lachen. Op het Leidsche plein, in circus Renz, by van Laar en op het politiebureau heeft de samenkomst plaats van de verschillende caricaturen, men behoeft dus niet te vragen wat men u te ge nieten geeft. Natuurlijk zynm8vrouw de la MarKley en mevrouw And ré— Meen wissen met den heerWagemans weer de hoofd personen van de revue. Vermakelijk zyn zjj, met hun nu en dan wel eens wat te ondengende cou pletten, movronw Audré—Meeuwissen met een afschuwelijk Amsterdamsch dialect, als moeder van vier jonge dames „de Fickys" rijdende in een rytuig met oeuschelyke paarden over het tooneel. Het aantal figuranten dat op het tooneel komt is niet te tellen. Zelfs heeft, men muziek op h6t tooneel, tegeiyk met die van'het orkest, de Amsterdarasche schutterij, waarbij men half Amsterdam ziet medeloopen. Een woord van lof mag aan den codumier Diet ontbonden worden. Het waren werkelijk fraaie costumes. Voornamelijk de familie Ficky heeft ons schitterende costumes te zien ge geven. In den loop van het stuk zijn zy vier- of vijfmaal van toilet veran derd. Het was werkeiyk een eenige voor stelling. De schouwburg was vol. Alliance francaise. Mademoiselle Marguerite Coppin voor de leden der Alliance fraugaise in het Brongehouweon dame in een groene robe, met een paar veeren (of was het een hoedje?) op het hoofd, een lorgnet voor do oogen, gezeten aan een klein salontafeltje, waarop een gaslamp, in eeu autiek décor van wit met blauw en geel, waartegen eigenaardig afstaken de moderne, fel- roode stoelen en de mahoniehouten pianino. In het achterdoek een ge schilderde klok, die op zeven minuten voor achten wees en bleef wijzen. 't Publiek bestond uit veel dames „Wat is er?" risp rij angstig uit, haar cogcn met de liand tegen het licht der lantaarns beschuttend. „Wat komt gij hier doen? Wat vcr- langt gij van mij;?" „Wij moeten u op bevel van den gou verneur naar Fort Ivatherine overbren gen, mademoiselle." Marian sloeg haar handjes in elkaar rij durfde nauwelijks haar eigen ooren gelooven. Paul had! dus gesproken, de duisternis zou opgeheven worden en zij zou het zonlicht weer mogen aanschou wer». „Komt gij mij nu halen vroeg zij tevergeefs trachtend do blijdschap, die zich van haar had meester gemaakt, te verbergen. „Nu," zeide de sergeant norsch, „dat wil zeggen als mademoiselle haar sou per gebruikt heeft." Zij lachte vroolijk, als was deze ver onderstelling al te dwaas. „Ozeide rij. „Alsof ik zoolang zou kunnen wachten!" Zij was intusschen bezig haai' met .bont gevoerde cape om te slaan en 'dicht te knoopen en toen. zij haar bon ten mutsje op het krullende haar had gezet verzekerde rij den sergeant, dat zij gereed was. De soldaten sloegen haar met bewonderende blikken gade. én minder heeren, zooals gewoonlijk in de Alliance frangaise. Mademoiselle Coppin vertelde ons van Polen, een land dat geen land ie, omdat het in drie stukken is gssneden; waar men in de middeleeuwen is gebleven en niet meegegaan mot den vooruitgang, waar niets ligt tusschen deadellyken en den „tiers état" on waar dan ook aan de hoogston nog groote eer toe dragen en eerbied wordt bewezen. De groote heeren zyn er idealen van mannelijke schoonheid en kracht, als helden van Dumas pèrede vrou wen zyn er een soort van aetherische wezens, slaDk en bleek en blank als de sneeow van haar vaderland die verrukkelijk daüsen in hnnne com fortable hcizen waar een gelijkmatige warmte heerscht en een gear hangt van bloemen. En terwyl de conférencière met haar smalle, in het gloeilicht haast diaphane schijnende handen kleine gestes maakte, vortelde ze van den moed van diezelfde mooie cavaliers op de wolven- of berenjacht; hoe het gezelschap in sleden wolven gmg jagen, eiken slee bevattende twee nuttige personen, met geweren ge wapend eu eene onnutte persoon. „Dans mon traineau j'étais la per- sonne inutile", zei ze met treffende bescheidenheid, die de toehoorders aan 't lachen bracht. Die sledevaarten waren een van de grootste pooische genoegens. Vliegend over de onmetelijke vlakte, in den onveranderlyken galop van vier paar den voelt men de kou niet omdat het zoo stil is en de zon helder schijnt uit een altyd blauwen hemel. Maar eens op oen sledevaart, stuit men*op een drama; een heel dorp mannen, vrouwen, kinderen op de sneeuw uit gestrekt den dood afwachtende, terwijl de sterkste banner de klok laidde. Alles was opgegeten, er was niets meer en ze hadden besloten te sterven. Of de Keizer dat wist? Och hy was te ver. „Notre père blanc est trop loin, il ne pent nons aider." En daarna vertelde Mile. Coppin van de zoutmijnen van haar bezoek aan Paderewski, van de dansfiguren en de costumes, van de vuilheid van 't volk on zijn ellendige woningen. Na eene korte pauze droeg zy eeDigo van hare verzen voor en het was omstreeks tien uur toen we uaar huis gingen hoewel de tooneelklok met beleefde hardnekkigheid op zeven minuten voor achten wees. De toehoorders die op de achterste rijen zaten, hebben van de voordracht wel een en ander gemist. ;De Boter wet. Maandagavond word in cafe Mon tague eene' vergadering gehouden van handelaars en winkeliers in boter eD margarine, ter bespreking van het on derwerp Indiening van een adres aan de Tweede Kamer inhoudende bezwa ren tegen de ingediende Boterwet. De vergadering die gepresideerd werd door den heer G. van der Most van Spijk, was goed bezocht. Na eenige besprekingen werd bet vol gende adres vastgesteld: AAN DE TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Geven met versclmldigden eerbied te kennen de onderget&ekenden, allen, liandelaaxs en winkeliers in boter en margarine te Haarlem, dat zij met. belangstelling hebben kennis genohnen van, d!en inhoud van het Wetsontwerp houdende bepalingen tob voorkoming van bedrog in den lx>- terhamdel, ter vervanging van die, vast gesteld bij de wet van 23 Juni 1889 (Staatsblad no. 82), en ten zeerste waar- deeren het streven d<er Regeering om door eene nieuwe wet met verscherp te bepalingen de groote knoeierijen in den boterhandel te beteugelen, dat rij echter tevens van oordeel rijn, dat de deskundige vakmannen, die blij kens de het wetsontwerp vergezellende Memorie van Toelichting, den Minister bij, de samenstelling daarvan hebben ter zijde gestaan, blijkbaar al te eenzij dig het oog hebben gericht op de bestrr- ding der misbruiken, zonder voldoende rekening te houden met de belangen van den eerlijken handel in margarine, en a'at daardoor eenerrijds het doel van het wetsontwerp is voorbijgestreefd, en anderzijds de bedoeling van don Minis ter alles te vermijden wat zoude kun nen strekken om de eerlijke margarine- industrie en den handel in margarine te bemoeilijken of te benadcelen, niet is verwezenlijkt, „Ik ben klaar, lieelemaal ldaarj" riep zij uit hem lachend aanziend „Zijt ge er wel zeker van. dat gij mij naai' Fort Katherine moet brengen „Sei tchas! Zijn we dan kinderc-n, mademoiselle. Hier lees zelf het is een bevel door den generaal zelf geschreven." „Ik kan van avond niet lezen," zedde zij1 rijfn lantaarn wegduwend, „mijn oogen zijn door het licht verblind. Ik kan hier niet ademen. Het is erg vriendelijk van u om mij te komen halen." „Er is van vriendelijkheid geen spra ke. Ik ben een dienaar van den Czaar en heb slechts te gehoorzamen," zeide de sergeant. Hij ging haar voor de cel uit en het jonge meisje liep babbelend als een kind achter hem aan. Geen macht tea' wereld zou in staat geweest zijn haar te dben zwijgen. Zoo dra zij de cel verlaten had en de treden, die naar de kade leidden besteeg, viel haar een zware last van de schouders. (Wordt vervolgd.), -r

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1899 | | pagina 2