NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Directeur-Uitgever PEEREBOOM. Weekblad voor de Jeugd. FEUILLETON. Zaterdag 4 Maart 1899 ■o 4811 HAARLEMS DABBLAD .a: Voor Haarlem per 3 maanden1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden1.80 Franco door het geheele Kijk, per 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers0.05 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.30 de omstreken en franco per post0.87l/2 A T~)V7-FiTF?,rT'-FrNrl II PTNT- 1 - 5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 20 Cent per regel. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Dit blad verschijnt dagelyks, behalve op Zon- en Feestdagen. Bureaux: Kleine Houtstraat 14, Haarlem. Telefoonnummer 122. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrang'ere G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Snee., Parijs 3Ibis Faubourg Montmartre. Met (uitzondering van het Arrondissement|Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid2en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. BUITEN het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 1—5 regels f 0,75, olke regel meer ƒ0,15; Reclames per regel ƒ0,30. Agenten voor ',dit blad in den omtrek zijn Bloemendaal, Santpoort en Schoten, P. v. d. RAADT, öandpoortHeemstedeJ. LEUVEN,bjj de tolSpaarnda n, C. HARTENDORPZandvoort, G. ZWEMMER VélsenW. J. RUIJTER; Beverwijk, J. HOORNS; Hillegom, ARIE HOPMAN, Molenstraat. Genoemde Agenten nemen Abonnementen en Advertentiën aan. Aan hen die daarop zgn geabon- eerd, wordt hierbij verzonden No. 10 ia het Weekblad voor de Jeugd. Dit keurig geïllustreerde weekblad, pder redactie van den heer F. H. in Leent, bevat in dit nummer: Haar liefste schat. Het Herderinnetje (vervolg). ,De tweelingen (vervolg). Een in de wapenoefening. Het jonge eendje. Kraakamandelen. Bericht. Correspondentie. Lessen der ervaring. Allerlei. Raadsel. Antwoord op het raadsel. De zoon van den Brandweerman. (Elk No., geroot 8 bladzijden, bevat van fraaie, gekleurde platen en en voor kinderen alleraardigsten tkst. De prijs per 3 maanden is slechts 0 Cents.) Officieele Berichten. Burgemeester en Wethouders van ïaarlem, Doen te weten, dat van heden op He werkdagen, van des voormiddags 0 tot des namiddags 4 uur, tot 16 daart e.k., 's namiddags ten 2 ure, ter emeente-secretarie ter visie is ne- lergelegdhet ingekomen verzoek- chrift met de bijlagen yam J. Dgst m vergunning tot oprichting van eene (leubelmakerjj door gaskracht gedre- 'en in het perceel aan een particu- ieren weg aan den Zjjlweg 2, en dat p den 16en Maart e.k. des namid- ags ten 2 ure op het Raadhuis der emeente de gelegenheid zal worden «geven, om ten overstaan van het «meente-bestuur bezwaren tegen het prichten dezer inrichtingen in te Haarlem, 2 Maart 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, BOREEL. De Secretaris PIJNACKER. Burgemeester en Wethouders van Haarlem, Doen te weten, dat bjj hunne be- ichikking van 23 Februari j.l. aan E. Ümits vergunning is verleend tot op richting van eene suikerbakkerij in iet perceel aan de Hoogstraat 14, a aan J. F. Hoff Jr. vergunning is rerleend tot oprichting van eene sme- lerjj in het perceel aan de Nieuwe Cruisstraat 15. Haarlem, 2 Maart 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd, BOREEL. De Secretaris, PIJNACKER. A. H. Neelissen om vergunning tot het verkoopen van sterken drank in het klein in het voorhuis van het per ceel aan de Botermarkt No. 27, van P. J. F. Beccari en Zoon om vergun ning tot het verkoopen van sterken drank in het klein in het perceel aan de Du ven voordestraat hoek Roosveld- straat en van J. D. Ferwerda, firma Ferwerda en Tieman, om vergunning tot het verkoopen van sterken drank in het klein in den winkel en twee kamers daarachter van het perceel aan de Groote Houtstraat No. 5. Haarlem1 Maart 1899. Burgemeester en Wethouders voornoemd BOREEL. De Secretaris, PIJNACKER. Burgemeester en Wethouders van Haarlem, Brengen ter openbare kennis, dat is ingekomen een verzoekschrift van STADSNIEUWS Eerste en tweede pagina. Haarlem, 3 Maart 1899. Door den Minister van Oorlog is bepaald, dat voortaan de miliciens bjj de keuring één voor éen voor de keu ringscommissie moeten worden ge voerd. Ten einde aan dat voorschrift te kunnen voldoen heeft men hier de groote Doelenzaal in tweeën geschei den door een houten schot dat uit el kander genomen kan worden. Tegen dat schot en aan de overzijde van het vertrek zjjn kleine kamertjes gemaakt, in den geest van kleedkamertjes in een zweminrichting, die naar het midden der zaal elk met een gordjjn zjjn af geschoten en onderling door een hou ten wand gescheiden. Deze kamertjes (er zgn èr aan weerskanten negen) hebben elk een bankje en twee flinke kapstokken en zjjn van 1 tot 18 ge nummerd met een cjjfer, dat aan bui ten- en binnenkant zichtbaar is. Ieder ontkleedt zich nu in zjjn kamertje en wacht tot zjjn nummer afgeroepen wordt. Het vertrek zelf wordt nog door een gordjjn in tweeën gescheiden. Op deze wjjze heeft de keuring voor hen, die zich daaraan moeten onderwerpen, minder bezwaren. De wjjze, waarop hier aan het voorschrift van den Minister is voldaan, doet, volgens militaire autoriteiten, den ont werper alle eer aan. Voor de Rjjks Kweekschool voor Onderwjjzers alhier hebben zich aan- j gemeld 98 candidaten. Het schrifteljjk examen zal plaats hebben den 16en dezer. "Voor het examen nuttige handwer- J ken zjjn Donderdag te's Gravenhage geslaagd de dames J. E. Blits en M. C. E. Beekman, beiden alhier. Aan de brug, die ten dienste der electri8che tram over de Leidsche- vaart wordt gelegd, was Donderdag middag van 25'/2 uur de vaart ge stremd doordat twee tjalken onder de brug aan den grond geraakt waren tengevolge van de groote hoeveelheid zand bjj de werkzaamheden in het water gestort. Slechts na groote krachtsinspanning gelukte het de scheepjes weder vlot te krjjgen. He den zgn de werkzaamheden aan de brug zoover gevorderd, dat de vaart vrjj is. Gemeente-reiniging. De openbare vergadering gehouden Donderdagavond in de groote zaal van de sociëteit „De Kroon", door den heer W. A. J. van de Kamp alhier uitgeschreven om, in aanslui ting op zjjn vertrouwelijk schrjjvcn aan de leden van den Haarlemschen Gemeenteraad, over de Gemeente reiniging hier ter stede te spreken, was zeer druk bezocht. Zooals men weet is door den heer Vac de Kamp beweerd dat de admi nistratie der gemeente-reiniging niet is zooals zjj wezen moet, en wel om dat de hoeveelheden verscheepte com post grooter zouden zjjn dan de offi cieele cjjfers aangeven. Zjjn eigenljjk onderwerp van be spreking leidde de heer Van de Kamp in met eene korte geschiedenis van het stichten van den gemeentelijken reinigingsdienst. Indertijd werd hiertoe door den gemeenteraad besloten, toen de particuliere reiniging niet meer aan de behoeften voldeed en door eene commissie uit den gemeenteraad, be staande uit de heeren Dyserinck, Van Dieren Bjj voet en Smits, bijgestaan door den heer Soutendam als deskun dig adviseur (waarom hiervoor de heer Pietjens, reeds 25 jaar beltop- ziebter, niet uitgenoodigd vroeg spr.), tot gemeentelijke exploitatie was ge adviseerd. De heer Soutendam had toen voorspeld, dat de kosten voor de gemeente gering zouden zjjn, ja spoedig eenige baten te verwachten waren. Deze prachtige! voorspelling werd gevolgd door een lijdensgeschie denis en steeds stijgende kosten. Het cardinale punt bjj de gemeen tereiniging, de ziel der negotie, is de compost. Hierover zou spreker dus het woord voeren. Hjj herinnerde aan de woorden door den wethouder den heer de Breuk uit gesproken in de raadsvergadering in Februari, toeo door den heer Bejjnes het vertrouwelijk schrjjven van spr. aan den gemeenteraad werd ter sprake gebracht. De wethouder had toen ge sproken van finesses en koopmanschap, in zake het beheer van den dienst. Spr. wilde nu constateereo, dat die finesses en die koopmanschap ten na- deele zjjn van ons allemaal. In verband met de vraag of elkeen een schip kon meten, herinnert spr. aan het verhaal van een weesjongen te Utrecht, die toen hem gevraagd werd of hjj eene ten behoeve van het ge sticht gekochte koe geen flink beest vond, hierop bevestigend antwoordde na het dier aan een der pooten te hebben gevoeld. Toen hem opgemerkt werd, dat hjj om dat te onderzoeken de koe toch niet aan zjjn poot moest betasten, antwoordde hjj„Och, de andere deelen zjjn toch niet voor ons (Gelach). Het is onjuist, vervolgt spreker, dat in Amsterdam de aflevering van den compost evenals hier naar de maat berekend wordt, zooals de heer Breuk heeft beweerd. Het gaat per gewicht. Op het beweren van den wethou der, dat niet alle schepen, die compost hebben ingenomen, vol geladen waren, antwoordt spr., dat alle 39 schepen in de door hem openbaar gemaakte Ijjst van vaartuigen, die in September j.l. aan de belt vracht hebben inge nomen, hun vracht hadden geladen. Hjj heeft zelf gezien, dat de leren van een schip met bagger waren be smeerd, wel een bewjjs. dat de schip per zjjn vracht had. Spreker neemt als voorbeeld het laatste schip van zjjne Ijjst, No. 39, van J. Oadshoorn, groot 45 ton, d. w. z. met een draagvermogen van minstens 45000 K. G. Als nu het water tot de waardings staat, dan constateert spr. dat het schip minstens 45000 K. G. compost in heeft of minstens 45 M3. en toch geeft de officieele Ijjst slechts aan 36 M3. Op gezag o.a. van den directeur der gemeente-reiniging te Utrecht en van den heer Adolf Mager, van de land bouwschool te "Wageningen, met wie de heer v. d. Kamp zich in contact heeft gesteld, mag aangenomen wor den, dat 1 tonmaat minder is dan 1000 K. G., (ongeveer 950 K.GJ. Bjj onderzoek is gebleken, dat te 's Hertogenbosch de compost evenals hier wordt afgemeten met stères. Vol gens deu directeur aldaar laden sche pen van 45 ton minstens 50 M3. al naar gelang het vuil meer of minder gedrenkt is. Dat verschil36 M3. hier en 50 M\ dat snap ik niet, zegt spr. Dat maakt een verschil van 14 maal fl.80. Wat volgt hieruit Dat men hier niet meten kan. Het moet ons spijten, dat mjjnheer de Breik niet over'de finesses en de koopmanschap duidelijker heeft ge sproken, maar toch is het te consta- teeren, dat dus gezegd is, dat er finesses zgn. In 1897 was de opbrengst aan compost hier ter stede 25000 M\\ in Groningen over hetzelfde jaar 64000 M3. Maar daar zjjn ze er bjj hoor 1 (Applaus). Spreker stelt zich nu beschikbaar voor een debat- Van de aangeboden gelegenheid maakt allereerst gebruik een vroegere werkman van de gemeentereiniging Meesenbeek, (of Miezenbeek) die van 1888 tot 1893 daarbjj werkzaam was die ook voorbeelden gaf omtrent bet laden van schepen, welke volgens hem aantoonden dat den beltladers te kort werd gedaan. Dus ook ons wordt te kort gedaan merkt de heer v. d. Kamp op. Deze constateert de waarheid van wat deze man gezegd heeft en leest uit de notulen van de vergadering van 3 November 1897 der vereeniging „de Goede Verwachting" bestaande uit werklieden der gemeente-reiniging, een en ander voor om aan te toonen, dat toen reeds klachten werden geuit, tekren de wijze van meting van afge- leverden compost. De handelingen van mjjnheer(geen naam werd ge noemd) werden daarbjj zeer gelaakt en eene commissie van 3 leden tot onderzoek benoemd. De werkman bjj de gemeente-reini ging Smit protesteert tegen die be stuursleden van de „Goede Verwach ting," die de notulen der vereeni ging ter beschikking van den heer van de Kamp stelden. Verder treedt hjj in technische bizonderheden betreffende meting der beladen schui ten ter weerlegging vaD de bewerin gen van Miezenbeek, die hem beant woordt evenals de heer van de Kamp, opmerkende: „Wiens brood men eet, diens woord men spreekt." Vervolgens stelt de spreker de vol gende motie voor: „De openbare vergadering op heden „vergaderd in de Groote Zaal der „Sociëteit „de Kroon" alhier. „Kennis genomen hebbende van het „verschil van meting aan diverse ge- „meente-reinigingen, „gehoord den heer v. d. Kamp, „gehoord de debatten, „verzoekt den gemeenteraad van „Haarlem eene commissie te willen „benoemen, ten einde te onderzoeken „of de manier van meting aan onze „gemeente-reinigingis de juiste meting. „Mocht het bljjken dat deze niet vol doende betrouwbaar is, verzoekt zjj „een zoodanige meting te willen voor- „schrjjven, die recht en billjjk is. 'tWelk doende, W. A. J. v. d. KAMP. Haarlem, 2 Maart 1899. Uit het applaus, waarmee de motie werd begroet, neemt de heer v. d. K. aan, dat alleu er mee instemmen. Morgen (heden) zal zjj bjj den ge meenteraad worden ingediend. De heer W. L. Schram protesteert hiertegen. De zaak is te ernstig, de belangen vooral van het corps werk lieden van den reinigingsdienst zgn er te zeer mee gemoeid om zoo klakke loos eene motie aan te nemen, en daaraan bjj overrompeling onze stem te geven (Applaus). Beter is het op de zaak nader terug te komen, en deze in handen te geven bjjv. aan het Alg. Arbeiders Secretariaat hier ter stede en wel door de vakvereeniging der geïnteresseerde werklieden. Een bestuurslid van het Secreta riaat betuigt hiermee zjjne instemming. Ook deelt de heer Schram mede dat hij in 1892 zich met de vereeni ging „de Goede Verwachting" heeft ingelaten, ter bevordering der vak organisatie. Nadat de heer van de Kamp den laatsten spreker nog kort heeft beant woord, wordt door hem de vergade ring gesloten. Tjjdens de bijeenkomst werden af drukken van de meergenoemde Ijjst van verschepingen in September j. 1. rondgedeeld. Donderdagavond werden door den agent-rechercheur Hessels een zestal jongens opgespoord van 12—14 jaar, die van een handwagen welke twee knechts van de firma Verkrujjsen en de Lange eenige oogenblikken onbe heerd in de Zjjlstraat hadden laten staan, twee flesschen wjjn hadden ontvreemd, die zjj gezamenlijk opdron- keneen der beide knechts greep in de Gierstraat een jongen die een ledige flesch in stukken wierp; deze bleek een der daders te zjjn. Hjj werd door hem medegenomen en aan de politie overgeleverd. Bjj de politie is aangifte gedaan door den pachter van het buffet in den schouwburg, dat uit een der zij gangen een vaatje bier is ontvreemd. Museum van Kunstnijverheid. Het Museom van Kunstnijverheid alhier werd gedurende de maand Februari bezocht door 277 personen, terwjjl 160 boek- en plaatwerken uit de aan het museum verbonden boekerjj naar verschillende plaatsen van het land verzonden werden. De aandacht van belangstellenden wordt nogmaals er op gevestigd dat boek- en plaat werken, betrekking hebbende op de versierde kunsten, de kunstgeschiede nis en de kunst-ambachten kosteloos naar alle plaatsen van het land ver zonden worden. Op aanvrage is het reglement der boekerjj verkrijgbaar Haarlemsche Vereeniging van Spoorweg-Ambtenaren. Woensdag-avond werd in de boven zaalder Sociëteit „Vereeniging" door bovengenoemde vereeniging eene ge zellige bijeenkomst gehouden voor le den en genoodigden met hunne dames. Als spreker trad op de heer L. Jansen Fzn. van Haarlem. De Voor zitter, de heer K. Bakker, hield eene korte openingsrede, waarin spreker allen een hartelijk welkom toeriep op deze eerste bijeenkomst vanwege de Haarlemsche vereeniging van Spoor weg-ambtenaren. De reden van afschei ding met de Nederlandsche vereeni ging van Spoorwegambtenaren,die dea ambtenaren voldoende bekend is, achtte spreker hier minder gewenscht om mede te deelen. Recht aangenaam was het hem evenwel te kannen constatee- ren, dat deze nieuwe vereeniging recht van bestaan had. Door aansluiting van vele leden was de vereeniging reeds in staa, dat te geven, wat vroeger de af doeling Haarlem ran de Nederlandsche Ver eeniging kon doen, doch het ledental kon nog aanmerkelijk grooter worden, waarom spreker dan ook alleu op wekte om ieder in eigen kring voor de vereeniging te werken, opdat meer en meer leden zullen toetreden. Nadat spreker nog het doel der vereeniging had uiteengezet, sloot hjj zjjne rede met de hoop nit te spre ken, dat deze eerste bijeenkomst door vele gevolgd moge worden en dat zjj moge strekken tot bloei van de ver eeniging. Hierna kreeg de spreker van den avond het woord. De heer Jansen heeft zjjne repatatie als declamator weder om uitstekend gehandhaafd. Op de hem eigen prettige wjjze droeg spre ker een viertal novelles voor, getiteld „Een drukke avond" van Gerard K> Ier„Een feestavond", „Een koopje en „Oude zeelni", alle van Justus van P ..01 Mevrouw daar ben ik niets bang voor! Menschen, die zooveel van het edele druivensap houden..." „Wat! En dat na al wat gij aan mij| (verplicht zijtbetaalde ik uw prullen- tooi niet driemaal zoo duur als in dei [Bon Marehé „Nanon, ma mie! O! Mevrouw, ik maak u wel duizendmaal mijn excuses! Maar gij zeddet toch, hippopotamus en rhinocerosIk was bezig in de keuken de aardappelen te schillen, maai- ik heb het toch gehoord," riep Chariot zeer be zorgd het winkeltje binnensnellend. want ide notaris was een man van gewicht in 'hun buurt „Zij zeide „het edele druivensap!" riep de vrouw van den notaris. „Uw vrouw zeide, dat ik zooveel van het edele druivensap hield, mijnheer! Dat is lasterIk zal alles aan mijn man vertellen. Hij zal u aanklagen. En uw j artikelen, die tienmaal duurder zijn dan in de PrintempsIk verzeker u dat ik nooit meer in dit stoffige hol terug kom! Zelfs al komen de Pruisen terug en steken alle winkels behalve den uwen in brand, dan nog zou ik niet komen! En mijn „Loulou" een beest te noemen Dat i9 ook laster! Mijn) man zal 't u betaald zetten!" „Loulou is een aardig hondje, pur sang," mompelde Chariot verzoenend. „Maai- toch is hij bang voor Toto." „Toto is een lafaard!" zeide de vrouw van den notaris. Maar nu verloor ook Chariot alle voorzichtigheid' uit het oog. „Een lafaardriep hij. „Als Toto een lafaard is dan waren Alexander en Ce- sar en Karei de Groote en Napoleon I het ook!" En Nanon mompelde„Er zijn veel menschen die vrij wat ergers van u vertellen dan ik, mevrouw. Ze zeg gen Ze houdt wel van een borrel Buiten zich zelf van woede wierp me vrouw Viret het pakje, naalden en garen bevattend, dat zij van Nanon gekocht had op de toonbank en Nanon nam de zooeven ontvangen sous op en gooide ze in de goot, die langs het huis liep. Toto, die zijn naam in het gesprek had hooren noemen verscheen nu in den winkel. ,,Etn lafaard, jij een lafaard', Toto", riep Chariot. „Dan waren dé drie Mus ketiers, de zeven zoons van Aymon en de beroemde Roland het ook." Toto, die nu de bronzen geldstukjes in 't oog kreeg, zette er zijn poot op en nam ze daarna! een voor een met zijn bek op. Toen begaf hij zich, zooals zijn ge woonte was naar den koekbakker, die om den hoek woonde, en ontving voor zijn geld een pond wafeltjes in een par pieren zak, die hij terstond aan zijn vrienden in „dé rozenstruik" bracht. Zij waren te zeer geërgerd geweest om op hem te letten maar toen hij den zak tus- schen hen op de toonbank legde, kusten zij hem. „Wat een slimmerd!" riep Nanon. „Hoe eerlijk!" riep Chariot. „Wat een hartelijldieid ..Wat een geheugen!" „Hij verdient er één," zeide Chariot hem er twee gevend. „Maar ik moet de naalden en het garen terugsturen, nu Toto het geld uitgegeven heeft," zeide Nanon. En dat deed zij ook, maar de notaris vrouw weigerde het gekochte aan te ne men; en de kleine Amée, het kleerma kers dochtertje die met deze zending belast was, liep verscheidene malen met het pakje heen en terug totdat het Na non, die minder eerlijk was dan Toto, begon te vervelen en zij de naalden maar hield aan haar man zeggende dat de notarisvrouw ze gehouden had. De veete tusschen de rozenstruik en de notarisvrouw bleef bestaan. „Jij zeidet haar dat zij dronk! Hoe zal ze je dat ooit kunnen vergeven V' zei de Chariot. „Als zij het niet deedt dan bestond er nog kans op maar nu..." En hij schudde misnoegd het hoofd. Een zoo regelmatige en invloedrijke klant te verliezen als mevr. Viret was een zaak die men niet licht tellen moeat. maar Nanon zou zich liever in stukjes hebben laten hakken, dan haar excuses te gaan maken. ..Wij hebben haar sous niet noodig," zeide zij trotsch, maar zij; zou geen Parijsche winkelierster moeten geweest zijn om niet te weten dat ver standige lui geen enkele klant, hoe on- beteckenend ook, over boord gooien. De notaris, een beeclieiden mannetje, betreurde het dat hij nu geen bézique meer met zijn vriend Chariot kon spe len; maar zijn vrouw schold hem voor een nietswaardigen ellendeling uit, om dat hij Toto en zijn meester niet. voor 't gerecht daagde en de notaris trachtte geen toenadering meer tusschen de bei de partijen te bewerken. Drie maanden waren or, sinds dit voorval verstreken toen op zekeren dag Chariot, die met Toto uit wandelen was, mevrouw Viret met haar Loulou eenige passen voor zich uit zag lcopen Loulou den staart gekruld boven den rug dra gend en keurig uitgedoscht met een licht blauw lint met zilveren belletjes, j Aan den overkant van den weg liep een groote Ulmcrdog. Loulou, rende met de brutaliteit hem eigen den weg j over. rechtstreeks op dien vreemdeling toe. De Duitsche. hond liet hem eerst begaan, maar toen het kleine dier zijn aanval voor de derde maal herhaalde sloeg hij Loulou met zijn groote pooten voor den grond en zou hem zeker afge maakt hebben had Toto niet het- ge vaar gezien. De Newfoundlander onge twijfeld denkend „hij is wel altijd on beleefd tegen mij geweest, maai- hij be- hoort tot mijin landgenoofcen, en die groote kerel is een Pruis, vreemdelin gen zijn niet edelmoedig," vloog de straat over voordat Chariot recht begreep wat er eigenlijk gebeurde en, wierp zich op dén ULmerdog. De Duitscher liet Loulou los om naar zijn machtiger tegenstan der te keeren. Loulou liep verschrikt naar zijn meesteres terug en Toto en de dog zagen elkaar in den baard brom- j mend aan. en maten eikaars krachten. I Gelukkig waren er gc-cn politieagen ten in de buurt om onheil te stichten.; de voorbijgangers kwaaien niet tusschen- beide en Cliarlot doeg de beide honden ademloos gade. Madame Viret bleef ook staan met Loulou in liaar armen gekneld, wiens zijdien lint vuil en gescheurd was. Een. twee, drie minuten stonden de twee reuzen elkaar aan te zien als twee Romeinsche kampvechters; hun hou ding was prachtig. Maar een zeker ieta in Toto's blik maakte den ander eem weinig bevreesd'; hij zag hem aan ala wildé liij zeggen „je hebt het mis, gaj maar heen." De Duitsche dog voelde, dat hij in Toto zijn meerdere had gevon den; koppig en weifelend bekende hij zichzelf dat hij overwonnen was. Hij keerde zich om en liep weg, niet be vreesd, maai- vernederd, evenals La,un- celot door Arthur. Toto bleef onwrik baar als een rots staan, totdat zijn vij and ui"t het gezicht verdwenen was, schudde toen zijn kop en liep naar Char iot terug; een paar werklui die oolfl liadden toegekeken juichten Toto toe. Mevrouw Yiret barstte in tranen uit. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1899 | | pagina 1