Uit de „Staatscourant". Koninklijke Besluiten. Benoemd tot rechter in de arr.- reehtbank t.e Amsterdam mr. L. J. A. van Lidtit de Jeude. thans rechter in de arr.-rechtb tuk te Zieriksee tot griffier aan het kantongerecht teZie- rikzee. mr. C. De Witt Hamer JGz., thans kantonrechter-plaatsvervanger, advocaat en procureur te Middelburg tot ambtenaar van bet openbaar mi nisterie by de kantongerechten in het arrondissement Tiol, voor de kantons Zalt-Bommel. Druten en Vianen. ter standplaats Tiei, rar. H. W. van Tien- hoven, thans kantonrechter-plaats vervanger, advocaat en procureur te Amsterdam. Benoemd tot burgemeestervan Leerdam. B. Tukker; vauZwartsluis W. vaa Eek, secret iris dier gemeente van Berkel C. Brenders, secretaris dier gemr ente van Ginneken en Bavel mr. W. H. E. bar >u van der Borcb van Haar e a C. A. Scbyvensvan Mierloo M. N. Pauken, secretaris dier gemeente; van O ad-Vr oenhoven W. Prick. Benoemd tot lid van het College voor de zeevisscherijen jhr. mr. J. Rüeli, lid van de Eerste Earner te 's Gravenhagetot directeur van het post- en telegraafkantoor te Blokzijl, G. J. de Jong, thans in ge'.yke be trekking te Kuisen. Aan rar. .T. J, Sessé, op verzoek eervol ontslag verleend uit zijne be trekking van notaris te Maastricht. De Koninginnen te Amsterdam. Omtrent het verblijf van H. M. de Koningin en H. M. de Koningin- Moeder in Amsterdam van li—17 April a. s. is het volgende oföcieele programma bekend gemaakt: Woensdag 12 April: 10 uur v. m. audiëntie militaire autoriteiten. 1 uur n.m. audieutie civiele autori teiten. 4.15 uur n.m. rijtoer. Donderdag IS April: 10 aar v. m. audiëntie, commissies en particulieren. 2.30 uur n.m. rijtoer en daarna be zichtiging vau het gedenkraam in de Nieuwe Kerk. Vrijdag 14 April: 10.45 uur v. m. bezoek Luthersche Diacouescenbuis cu Stedelijk Museum. 2 uur n. ra. bezoek Industrieschool voor de vrouwelijke jeugd tentoon- steiiiug van houden in het Paleis voor Yoiksvljjt en Israëlietiscli Ziekenhuis. Zaterdag 15 April 9.45 uur v.m. bezoek aan het mail schip Koningin Regentes der Maats. „Nederland".' 1.30 uur n.m. bezoek aan hetR.K. Onze Lieve Vrouwe Gasthuis; aan Arti Amicitiae, eu het KoniDg Wiilemshuis. 8 uur n.m. Galavoorstelling Stads schouwburg. Zondag 16 April 10 uur v. ui. bijwonen der Gods dienstoefening in de Nieuwe Kerk. 1.45 uur n. in. bezoek aan Kon. Zoölogisch Genootschap „Natura Artis Magistra"daarna rijtoer. Ken. bezoek aan Amsterdam. H. M. de Koningin-Moeder, die II. M. de Koningin op Haar bezoek aan de hoofdstad vergezelt, heeft tot ge-: vo!gde hofdames Jonkvrouwe Van de Poil en Baronesse Vau Ittersnm den intendant Jhr. S. M. S de Ranitz en den kamerheer .Thr. mr. v. Weede. Opnieuw heeft de heer Jansen te Amsterdam 40 HA. heidegrond aan gekocht, ditmaal onder Haulerwyk, waarvan de ontginning eerlang za! aanvangen. Koninklijks liefdadigheid. Da 16 jarige Schellingerhout te Zaandam, een lichamelijk zwakke knaap, gevoelde een onweerstaaubareu i drang in zich tot de muziek. Daari zijn ouders niet by machte waren om aan dat verlangen te gemoet te komen, trok de knaap de stoute schoenen aan en schreef aan Koningin Wil- helmina. Zyn verzoek werd goed opgenomen. Terstond gaf H. M. la t om den jon gen als proef een balf jaar piano-les te laten geven. Luiden dan de rap porten daaromtrent, welke aan H M. moeten worden ingezonden, gunstig, ..Ik ben dicht bij den kuii van de Mar sianen onder puinhoopen begraven ge weest. Ik heb er mii uitgewerkt en ben ontsnapt." Hut is geen voedsel," zc-ide hij. „Dit is mijn. terrein al het land tusschen de rivier en Clapham behoort mij. Er is slechts genoeg voedsel voor een. Waar rijt gij van plan naar toe te gaan?" Ik antwoordde op langzamen toon. „Ik weet het niet. Gedurende dertien a veertien dagen ben ik opgesloten ge weest en weet dus niet wat er heeft plaats gehad." Wantrouwig zag hij mij: aan, en schrikte toen op, terwijl zijn gelaat ter stond een andere uitdrukking aannam. ,.Ik ben niet van plan hier te blij ven," zeide ik. „Ik denk naai- Leather- haad te gaan, want daar is mijn vrouw achtergebleven Hij drukte zijn hand tegen het voor hoofd. „Ja, gij zijt het. Gij zijt de man van Woking. En zijt gij dan niet te Wey- bridge vermoord?" Terzelfder tijd' herkende ik hem nu. „Jij bent de artillerist, die in mijn tuin klom." „Groote Hemel!" riep hij uit. „Wij zijn er gelukkig afgekomen. En gij zijt hot dus werkelijk!" Hij stak zijn hand dan worden deze leasen voortgezet en ontvangt hy van H.M. ook een pianino ten geschenke. Een treurig ongeluk gebeurde Woensdagmiddag om 5 uur op de Croeselaan te Utrecht. Een 7-jarig meisje, dat op die laan woont, geraakte in de daar langs loopende sloot. Haar broertje, een 9-jarigejon- gen, trachtte haar te te redden, maar geraakte ook te water. Ge:n hulp kwam er opdagen, totdat eindelijk de slager Nyhuizen, werkzaam aan de militaire slachterij aldaar, het gevaar bemerkte. Hij sprong gekleed te wa ter en bracht beide kinderen op den wal. Het meisje was echter reeds over leden, hot knaapje in bewusteloozen toestand. Terstond werden de beide ongel uk kigen naar hun woning ver voerd De moeder schrikte zoo hevig, dat zij bewusteloos neerviel. Een in middels gearriveerde geneesheer kon slechts don dooi constateeren vau het meisje. (Z7. D.) Jeugdige toeristen. Voor ecnige dagen arriveerden aan bot station te Almelo twee kinderen uit Russisch-Polan, geheel alleen, zon der begeleiding, wiens plaats van be stemming wasNew-York (Ame rika); 't was een jongetje van 3 en een meisje van 4 jaar. Broertje en zusje hadden elkaar by de hand en droegen een broeden baad op de borst, waarop de naam eeoer familie ie New-York te lezen stond. Reisbe- noodigheden, als: een paar hemden, een paar broeken, enz. waren den kleinen in een bundeltje op den arm vastgebonden. De vorige week reisde te Almelo weder door een jongetje van 10 jaar uit Halle a d Saaie, 't Ventje reisde eveneens geheel alleen; het droeg cp de borst het adres: „Leo huis, Rot terdam", verder den naam van de „afzendster" een weduwe te Halle, de moeder van den knaap. De kleine werd aan 't statiou te Almelo ruim voorzien van broodjes en reisde wel gemoed verder. (Tw. Ct.) Kievitseieren. Te Saeek werden jl. Dinsdag aan gevoerd ruitn 1800 Kievitseieren, die tegen 25 tot 27 */2 ct. hun weg vonden naar 't buitenland. Een schipbreuk. Dezer dagen is gemeld, dat de te Yeendam thnisbehooreude ijzeren tjalk Dankbaarheid', kapt. Brouwer, geladen met, panoen en bestemd voor Altona, bij Rit tersgat was gezouken. Yau de bemanning, bestaande uit den gezag voerder Sebe Brouwer, stuurman H. Fokkoos, matroos Teere de Jong en den 14jariireü kok Enge! Brouwer, allen van Yeendam. werd alleen de stuurman H. Fok kens gered. De an deren kwamen by de seuipbreuk in de golven om. Aan een paar brieven van den stuurman, die, half verkleumd, door schipper Flink van de sleepboot Sophia Paulina werd gered en aan laud gebracht, ontleent de Veend. Ct. de volgende regelen. In den eersten brief, onmiddellijk na de redding, klaarblijkelijk met groote moeite door Fokkens aan zyn ouders en zuster geschreven, leest men„Ik vat de pen op, om u te schrijven, dat ik een groote ramp mee heb doorstaan. Wij hebben ons schip verloren, en de grootste ramp is nog, dat Sebe, Engel en Teere er by zijn omgekomen. Ik ben er aüeeu maar afgekomen, wat meer dan wonder is. Nu lig ik in Tonningen in het zieken huis." En wat verder: „Ik heb wat in dien nacht doorstaan. Drie te zien verdrinken, dat is wat, hoor Ik heb van 's avonds half acht tot 's mor geus vijf uur in het want gezeten, met een laars om den rechter voet en idea linker bloot." In den brief, gedateerd 31 Maart, en met veel regelmatiger schrift, dan van den vorigen, zegt de schipbreu-' keling: „Wy zaten op strand. In de, roef zouden wy droge kousen aan- i doen, maar toe» begon het waterzoo hard te wassen, dat we moesten ma ken, dat wy er uit kwamen, auders konden wy verdrinken. Toen de laar zen maar aan eu op de roef, wy met ons vieren. Maar daar konden wy niet blijven zitten. Wij moesten naar vo ren. Maar 't water sloeg dwars over bet schip, dat kant u denken. Toen uit, rise ik hartelijk drukte. ..Ik heb mij in een greppel verscholen gehouden", vervolgde hij. „Maar zij vermoordden nidt iedereen. Later, toen zij weg wa ren. sloop ik over de velden naar Wal ton. Maar... geen zestien dage» geleden scheidden wij van elkaar... en gij zijt grijs geworden." Plotseling zag hij om. „Het is maar een kraai", zeide hij. „Maar in dezen tijd doet iedere schadnw iemand' opschrikken. Het is hier wel wat open. Laten wij tusschen die struiken kruipen en daar praten." .Hebt gij de Marsianen gezien vroeg ik „Sinds ik ontsnapte..." „Zij hebben him weg door Londen genomen," antwoordde hij. „Daar zullen zij een grootcr en beter terrein gevonden hebben om aan hun vernielzucht bot te vieren, 's Avonds, daar in de richting van Hanipstoad is de lucht hel verlicht. Zij ziet er dan uit als een groote stad en dan kunt ge de Marsianen onder scheiden. Bij daglicht kunt gij niets van hen zien. Maai- beter en meer van dich terbij heb ik ze nooit aanschouwd..." Hij telde op zijn lingers na. „Ja, vijf dagen geleden zag ik er een paar zich door Hammersmith bewegen, blijkbaar iets groots en zwaars meesleep end. En eergisteren avond," hij» zweeg en zeide toen met nadruk op ieder woord', „zag heb ik een touw van de zeilscboot om myn lyf gebondeu. Ik wou zien, of ik in bet want kon komen. Dat is my ge lakt, God dankMaar dan was ik er on der en dan weer boven. Ik kwam er met inspanning van al myakrachten Ik was er nog maar even, toen kwam een zware zee en sloez de heele roef weg. Sebe, Engel en Teere te water. Ik had het touw vast gezet. Zy hiel den vast en kwamen eraan spartelen. Maar halverwege was Sebe al weg, toen, dicht by my, Teere ook. Toen kwam Engel er nog aan. Dien heb ik nog zoo wat by de hand gehad maar met een groote zee was ook hjj weg. Toen wist ik my haast geen raad. In wat toestand ik toen verkeerde, laat zich beter gevoelen dan beschryven. Niet waar Dat was een aanblik. Met myn toestand is het op heden wel zoo goed. Myn rechter hand en voet, die in dien nacht verkleumd waren, zyn weer zoo goed als hersteld. Myn lin ker voet betert ook al mooi. maar mjjn linker hand dat wil nog niet. Die was zoo erg gekneusd by 'i heen en weer slaan van de staurtallie. Ik ben van harte gezond. De behande ling is hier in 't hospitaal zeer goed. 's Morgens by de koffie kryg ïk hier wittebrood met boter, om 9 uur wit tebrood, ham en thee, 's middags weer goed eten met ham en zoo gaat het door. My dunkt, zoo leef ik er wel bij. De Nederlandsche consul eu zyn dóchter hebben mij sigaren, een pond shagtabak, een pyp en chinaasappe- len gebracht, en later bracht een dochter van den consul ray nog 3 mark, als ik nog zin aan 'teen of an der had, kon ik mij dat maar laten halen. Dat was toch mooi, niet waar ©e kunt U abois - jjieeren op onsb Lj&lad bij al leg jv! Eiiekliaiidelaai1: x |eii CourantlercjJ ij en aas® ons SMGSZOUOEa. Voor den inhoud dezer rubriek stel' de redactie zich niet aansprakelijk. Van ingezonden stukken, geplaatst of niét geplaatstwordt de copij niet aan den inzender terug- gegeven. Haarlem, 5 April 1899. Mijnheer de Redacteur! Bij voorbaat mijaen dank voor de plaatsing van dit schrijven in uw veel gelezen blad. Naar aanleiding der j. I. gehouden gecombineerde bestuursvergadering der Schilders- en Behangersvereeni- ging „Halpt lenigt den Nood", en den Nederl. Behangers- en Stof- feerdersbond afdeeiing Haarlem, tot het verkrijgen van loonsverhooging, voor beide vakken, zyn door genoemde bonden circulaires gezonden aan alle patroons te dazer stede. Tot onze tevredenheid is reeds van de zijde der .Schilderspatroons een gunstig bericht ingekomen, namelijkdat zij de ver hooging van 2 cent per uur op het bestaande loon willen toestaan, by voorkeur aan bekwame knechts, niet op den datum 17 April a.s. door ons gevraagd, maar op 1 Januari 1900. Dus hieruit blijkt dat zij in geen ge val ongenegen zijn eeuigszins aan ons verlangen te willen voldoen. Maar van de Behangerspatroons is slechts één schrijven ingekomen die niet alleen van gééu verhooging spreekt, maar persoonlijk is van slechts een patroon daarbij. Als ik mij niet vergis telt Haarlem ongeveer 45 a 50 Behan gerspatroons. Zou liet nn zoo moeilijk vaileo, dat deze patroons eens om dit verzoek te behandelen een vergade ring belegden evenals de Schilders- patroons hebben gedaan? Ik geloof dat het zeer doeimatig zon zyn de belangen van hunne gezellen te be spreken, die volgens myn gedachten wel het nauwst aan hunue kamerader, 1 de Schildersgezellen, door hunnen arbeid verwant zyn. Ik hoop dan ook dat door dit schrijven, de bedoelde patroons zich bereid mogen gevoelen om onderling deze zaak te bespoedigen en dit tot een gunstig antwoord aan ons bestuur moge leiden. Het is daarom ook dat ik openlijk mijnen dank be- -ik een gedwarrel vau lichten en iets door de lucht vliegen. He geloof dat zij een vliegmachine hebben vervaardigd eu nu bezig ziju te leeren vliegen." Ik hield plotseling op handen en voe ten stil, want wij hadden nu de bosclijes bereikt. „Vliegen „Ja," zeide hij. „vliegen." Ik ging zitten. „Met de mensckheid is 't gedaan," zeide ik. „Als zij kunnen zullen zij de aarde rondgaan..." Hij knikte. „Dat zullen zij wel doen. Maar... Daardoor zal het hier kalmer worden. Daarenboven..." Hij zag mij aan. „Wijs zijn totaal verslagen." „Alles is voorbij," vervolgde hij. „Zij hebben er één verloren slechte één, en de grootste macht in de wereld ver nietigd. Zij hebben ons doodeenvoudig vertreden. De dood van dien eenen Mar- siaan te Weybridge was aan een toeval te wijten. En dit zijn nog maar pionnen. Zij houden hier de waclit. En dan die groene sterren... de laatste vijf a zes da gen heb ik er geen zien vallen, maar ik twijfel niet of zij zijn hier of daar ergens nedergekomen. Er is niets aan te doen. Wij zijn ten onder gebrachtWij zijn totaal ver- tuig aan de Schilderspatroons voor de reeds gedane toezegging en wakker door dit voorbeeld de Behangerspa troons aan, hen spoedig in de voet sporen te volgen. Moge dan ook door deze publicatie beide zoo nauw ver wante vakken steeds op een lyw ge schaard kunnen blijven. C. J. C. LOM AN, Korte Poeilaau 29a. Haarlem. P.S. Anderen bladen die sympathie voor deze zaak gevoelen wordt be leefd verzocht dit schrijven over te nemen. Leiteren en Kunat Nederlandsche Opera-Ver- eeniging. Door het Yoorloopig Comité voor de stichting van eene „Nederlandsche Opera-Yereeniging," dat zich in het laatst van het vorig jaar geconstitu eerd heeft, zijn thans de statuten en het huishoudelijk reglement vastge steld. De vereeuiging steil zich ten doel het bevorderen van de naiiouale muzikaal-dramatische kunst. Zij tracht dit doel te bereikenlo. door het verschaften vao .geldelyken steun aan eene hier te lande geves tigde instelling tot het vertolken van muzikaal-dramatische werken, iu 't bijzonder aan diegene, die de opvoe ring vaa oorspronkelijke Nederland sche muzik&al-dramatischo werken onderneemt; 2o. door het toekennen aan andere dan de sub lo bedoelde instellingen, van bijdragen voor de opvoering of uitvoering van muzikaal- dramatische werken van Nederland sche componisten; 3o. door het ver- leeneo vau steun aan jou dige veel belovende zangers cd zangeressen, die zich wenschen te bekwamen voor operazang4o. door alle andere mid delen waartoe de algemeeue vergade ring zal besluiteu. Terwijl alzoo de vereeuiging zich een werkkring heeft gekozen, die toelaat te arbeiden iu het belang dei- nationale muzikaal-dramatische kunst, ook indien geen Nederl. Opera dour haar wordt ondersteund, heeft zij toch den naam „Nederlandsche Opera- Yereeniging" gekozen, om hei hoofd doel, do bevordering van oen goede Nederlandsche Opera op den voor grond te stellen en voor 't publiek in 't oog te doen springen. Zy zai zich daarbij VI'Ü houden van een bepaalden band of van voorkour voor eenige operaonderneming, daar in het huishoudelijk reglement is be paald dat het hoofdbestuur een deel der fondsen voor subsidie eener Ne derlandsche Opera alleen kan aan wenden door het sluiten van eene overeenkomst met de te snbsidieeren instelling, na advies ingewonnen te hebben van drie deskundigen, terwijl die overeenkomst de waarborgen moet, bevatten dat het subsidie financieel en artistiek do te subsidieeren instel ling zal kunnen verheffen en alzoo aan de nationale kunst ten bate komeu. Er zijn drie categorieëu vau leden: douateurs, die ten minste f25 per jaar bijdragen, kunstlievende leden die f 5 eu gewone leden die 12,50 per jaar contribueereu. Het voorloopig comité heeft nn tot dagelijksch bestuur voorloopig geko zen de heeren Riclmrd Hol voorzitter, mr. A. J. van Waveren secretaris en J. J. Broek, penningmeester, terwijl in de eerste algemeene vergadering, in bet laatst van Mei bijeen te roepen, het hoofdbestuur zal worden gekozen. Het genootschappelijk jaar is ge steld van 1 Mei tut 30 April, zoodat reeds met 1 Mei a.s. de vereeuiging in werking treedt. Binnen eenige dagen zal eene cir culaire tot medewerkiog algemeen worden verzonden terwijl alle inlich tingen door den lieer mr. A. J. van Waveren, Bilderdykstraat 54, gaarne zulien worden verstrekt. Leger en Vicot. Plechtige uitvaart. Woensdag is te Nijmegen op de Pro- testantsche Begraafplaats op plechtige wijze het stoffelijk overschot bijgezet van wijlen den oud-kapitein van het Ned.- Ind. Leger C. van Houten. Een breede rij gepensiouneerde en actief dienende officieren van de legers in Ned.-Indië en hier te lande, de te Nijmegen wonende ridders der Militaire Willemsorde en vele anderen, hadden zich geschaard om het familiegraf, waarin zijn stoffelijk slagen Ik gaf hem geen antwoord en staarde voor mij uit tevergeefs trachtend hier iets tegen in te brengen. „Dit is geen oorlog." zeide de artille rist. .Alen kan het geen krijg noemen; evenmin als de mieren tegen de men- schén opgewassen: zijn. zijn wij het te gen hen." Plotseling herinnerde ik mij mijn avond in de sterrenwacht. „Na het tiende schot losten rij er geen meer tenminste niet voordat de eerste cylinder viel." „Hoe weet gij dat?" vroeg de artille rist. Ik verklaarde het hem. Hij dacht eenige ©ogenblikken na. „Zou er iets aan het kanon mankeeren?" zeide hij. „Maar wat dan nog als het zoo is Zij zullen het wel weer in orde makeu. En al is er eenigo vertraging wat kan die aan hun plannen veranderen. Wij kunnen de partijen 't best vergelijken bij: menschen en mieren. De mieren bouwen hun woningen, le ven lnm eigen leventje, voeren somtijds oorlog totdat de mensch komt om hen uit den weg te ruimen en dan gebeurt dat ook. En in dit geval rijn wij dé mie ren. Alleen..." E enigen tijd zagen wij elkaar zwij gend aan. overschot, onder heerlijke bloemen als bedolven, langzaam voor het oog ver dween. De oud-luitenant-kolonel van het Ned.- Ind. Leger, D. C. J. A. Ponse, herdacht de verdiensten van den ontslapene. Gij weet het aJlen, zeide spr., o.a„ hoe schitterend lvij uitgeblonken heeft door talloozc daden van moed, beleid en trouw, toen hij. in de jaren 1853 en 1S54, met en in heffe Nederlandsche leger, voor zijn vaderland en koning streed. De bergen en valleien van Borneo's Wester-afdeeling, Sepang, Seminis, Se- kadouw en Montrado zijn getuigen ge weest van zijne doortastende wijze van handelen, zijn heldhaftig gedrag, rijn onbezweken moed. zijn schitterend, voor zijne onderhebbenden bezielend, voor beeld. Konden rij hier aan zijné groeve spre ken de mannen van toen, met en onder wie hij destijds in de moeielijkste en gevaarlijkste omstandigheden verkeerd heeft, mannen; als Andresen, Kroesen, Geerling. Crena, Verspijck, Donleben en nog zooveel anderen, zij zouden ons zeg gen, waarom onze hooggeachte, trouwe eri brave vriend Cornel is van Houten, zooveel recht had op den cerenaani van stormlcapitein, hem toen op ons zóó ver bitterde vijanden, de Taijkong-Chineezen gegeven, die zelfs, gelukkig te vergeefs, toenmaals den veel vermogenden hef boom van het goud hebben aangewend, om zijn hoofd machtig te worden. Maar niet alleen als officier, bovenal als bloedverwant, als vriend, als staats burger. in hot algemeen als mensch, roemde spreker den gestorvene, die om zijne edele hoedanigheden van hoofd en hart, rijn grooten eenvoud -:.n zijne be scheidenheid, bemind', geëerd en hoog geacht was. Daarna herdacht de oud-kolonel der infanterie A. E. L. Wellan, als vriend van den overledene. Van Houtens in nige verhouding met zijne éénig overge bleven zuster, welke in den broeder, dien zij steeds zoo hartelijk liefhad en met moederlijke liefde verzorgde, alles verloor. Nadat door allo aanwezigen met een hand vol immortelles een laatste groet aan den betreurden overledene was ge bracht. dankte de overste Ponse, namens I de zuster van den overledene, voor de treffende bewijzen van vriendschap en achting haren broeder bewezen. RECHTSZAKEN. De Ahnelooscbe rechtbank veroor deelde Woensdag Hmtzbergen, we gens poging tot moord op den hoer Lede boer te Eoschede, tot drie jaar gevangenisstraf. De zaak-van Hall. Mr. F. A. van H'ail heeft eene lij vige memorie van grieven ingediend 'tegen het requisitoir van den officier vau justitie. Sport en We«l®trijdlef9. Hockey. Zaterdag S April a.s. speelt de Leopold F. C. van Brussel een match tegen een studenten elftal des morgens to Cüugendaal cu Zondag 9 Aprii te Heemstede tegen de Haariemsche H. en B. club. Worstelen. De Hollandsche worstelaars slaan geen slecht figuur te Luik. Vooral Dirk vau den Berg schijnt weer op dreef ie komen Dinsdagavond werd door hem Clément gelegd in 2S min. 3S -/5 sec., terwyl Salomon den Ras Konrinsky iu den tijd van 1 min. 49 sec. legde. G£*B£S*'3Q NIEUWS De zaak-Dreyfus. De „Figaro" bevatte Woensdag nog twintig kolommen getuigenis van gene raal lloget, maar nu ook zijn handtee- kening aan het einde. De generaal is even zeker van; de juistheid! van rijn betoog als Cavaignac. Ook van hem le zen wij dc verzekeringAls men mij bewees, dat Esterhazy het borderel moet geschreven hebben, zou ik dat natuurlijk niet kunnen betwisten, maar als Ester hazy zelf het mij zeide, zou ik hem niet gelooven. Heft is EJterliazy, volgens generaal Rogct. volstrekt onmogelijk ge weest, zich de bescheiden, in het bor derel genoemd, te verschaffen, tenzij hij aan den general e n staf een mede plichtige heeft gehad. En Henry kan De artillerist legde zijn bruine hand op mijn arm. „Per slot van rekening zullen, wij niet veel meer vernemen voor dat... Maar stol u dit voorvier of vijf van die vechtwerktuigen gaan op marsch. zenden hun verzengende stralen naar rechte en links, zonder dat een Marsiaan het werktuig in beweging brengt. Geen Marsianen zitten er in maar menschen, die het kunstje ook al ge leerd hebben. Wellicht beleven wij dat nog. Verbeeld je een van die snoeperige machines met de hittestraal te kunnen besturen Wait zou het er op aankomen of we nog wat aan dien brandstapel toevoegden. Ik verbeeld mij dat de Mar sianen hun oogen wijd zouden openzet ten Kunt gij; het u niet voorstellen, kerelKan je ze niet zien loopen, puf fend en blazend om hun andere machines te bereiken En als rij daar dan aanko men, stappend, vliegend en rennend in hun machines d'an blakeren wij hen op hun beurt met hun eigen verzengende schijf, zooals zij rt ons geleerd hebben en de mensch is weer heer en meester op rijn eigen planeet." Een oogenblik werd ik door den be slisten toon van den artillerist over bluft. Op deze wijze spraken wij: nog eenigen tijd door en kwamen' toen uit dat niet geweest zijn. Waarom niet? Na ontdekking van de verval selling had de generaal Henry ondervraagd en deze had toen ontkend, met Estcrhazrv in betrekking te hebben gestaan, behalve in Tunis en eenmaal in 1895. Op het oogenblik der ondervraging zegt Ro- gethad Henry geen enkele reden om niet de waarheid te zeggen; hij is toen stellig oprecht geweest. En dan alsof die basis al niet zwak genoeg was voegde Roget er aan toe „Ik geloof dit- ten minste". En dat heet een ernstig onderzoek. Roget en du Paty zijn het, gelijk uit het verhoor van den laatstgenoemde reeds gebleken is. geheel oneens. Het optreden van du Paty verklaart Roget uit hei verlangen, zijn gedrag van 189-1 te verdedigen, en uit zijn verstoordheid tegen Picquart. Du Paty en Esterhazy, door zich voor te doen als van hooger- hand beschermd, zouden, volgens getui ge, hierin enkel het beste middel heb ben gezien om zich uit de verlegenheid to redden. Ik zou zeggen, dat dit wel het slechtste middel is. Immers hadden hooggeplaatste personen, ten onrechte vastgepakt, du Paty eu Esterhazy kun nen afschudden. Wat liet „Pelit-Bleu" bete eft geeft Roget tor. dat. als het echt is, hut het lie wijs zou brengen dat Esterhazy ver dachte betrekkingen liad. Hij vertelt dan de geschiedenis van het kaartrte- le-gram op rijn bekende wijze. Wat het faux Henry betreft „Deze heeft geen medeplichtige gehad, tenminste dat heeft hij ra ij altijd verzekerd." Maar als rijn persoonlijken indruk geeft de generaal, dat iemand hem heeft ingeblazen. Zijn chefs waven zco verpletterd op heffe be richt van do ontdekking van de verval- sching, dat Roget onmogelijk kan ver- onderstellen dat zij het ooit voor ver- valscht hebben gehouden. Hoe weinig 'oeteekenis de getuigenis sen van Cavaignac. en Roget hebben, blijkt uit een artikel van Jaurès in de ..Petite République. Heden zoo schrijft Jaurès kunnen wij de kwes ties slechts aanroeren, maar wij moeten in bijzonderheden treden. Ik verzeker u, dab wij parels zullen vinden. Tegen hun zin zullen Cavaignac en Roget ooi: dit maal ons helpen, d'e waarheid te vin den. Zij is verpletterend voor Esterhazy en den generalen staf en bevrijdend voor Dreyfus. Naar aanleiding van 'den brief van Henry van 2S October 1894 aan de Libre Parole", waarvan Reinach een kopie heeft gegeven welke d'e geadres seerde Papillaaid als juist erkent, heeft Reinach aan Mazeaai geschreven, d'at lxeb openbaar maken van d'e inhechte nisneming van kapitein, Dreyfus, in for- meelen strijd mett dte bevelen van den- minister van oorlog is geschied, en dlat hij, de eerste president van. het Hof van Cassatie, stellig wel onontbeerlijk zal vinden, na te gaan welke beweegrede nen Henry met die openbaarmaking kan gehad hebben. Enz. Uit Florence heeft Gabriel Monod een schrijven gericht aan het „Journal du Havre" oven1 de quaestie van dokter Gibert en Faure. Na gezegd te hebben een man als Gibert kan nooit gelogen hebben, en dus als hij verklaartFaure heeft dit of dat aan mij toevertrouwd, clan is dit waar, geeft de schrijver het volgende opzienbarende nieuwsDe senator Siegfried weet als ik dat Faure, den naam Gibert ziende onder- die dei- getuigen in het proces-Zola, hem niet alleen met tegenspraak gedreigd heeft, maar ook met te laten vertéllen, dat de dokter zijn verstand verloren had en door eene somnambule zich iu de luren liet leggen. Wij zien nu d'at die bedrei gingen niet iidel waren. Als Gibert ge zwegen heeft, is dit echter niet uit per soonlijken angst geweest, maar wijl hij vreesde de zaak van een onschuldige te benadeelen, door eene zoo hoog geplaat ste persoonlijkheid, in staat dergelijke bedreigingen te doen. te vertoornen. Eene andere courant te Havre vertelt, clat het artikel tegen dokter Gibert van November 1897, haar is bezorgd door Blondel, de rechterhand van Faure. Het vergaart der „Stella" De laatste berichten omtrent het vergaau der „Stella" toonen, dat het verlies aan mecschenlevens op tachtig gesteld moet worden De lijsten der vermisten in de Eogelsche bladen vau 4 April noemen slechts Eogelsche namen als slachtoffers. Een verhaal van een merkwaardige redding geeft nog de „Westminster Gazette", vau een knaap, wiens moe der hem een voetbal om het middel het struikgewas te voorschijnna goed om ons heen tx hebben gezien of er ook Marsianen in do buurt te bekennen wa ren. snelo.en wij naar 't huis te Putnev Hill, waar hij rijn intrek had genomen. Hij had zich "schuil gehouden in een ko lenkelder. en toen ik rijn werk zag, waaraan hij een week besteed had' het kolenhok was nauwelijks tien el lang van waaruit hij een loopgraaf wilde vervaardigen naar het hoofdricol te Putnev Hill-, besefte ik welk een onein dige ruimte er tusschen rijn droomen en de verwezenlijking daarvan, lag. Ditzelfde werk zou ik in een dag hebben kunnen doen. Den geheel en morgen hielp ik hem graven. Wij hadden een kruiwagen tot onze beschikking en wier pen het zand op een hoop bij de keu ken. Toen wij eenigen tijd gewerkt had den deden wij ons aan wat schildpadsoep en wijn te goed. welke wijl in de provi siekamer vonden. Dit gestadige werk was een ware verademing voor miji nai al het pijnlijke en vreemde dat ik door gemaakt had. Onder het werk dacht ik over de plannen van den artillerist na. en opnieuw begon er een twijfel bij mij op te rijzenmaar ik werkte den gehee- len morgen door, zoo blij was ik weder een doel te hebben. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1899 | | pagina 2