PREDIKBEÜRTEK
ALLCOCK'S PLEISTERS
dagen. Volwassenen lain non. voorname
lijk als zij veel water drinken, tot. 60
dagen toe vasten. Dr. Schaffer nam een
47jar;ge vrouw waar, die, .nadat zij 43
dagen lang liad geweigerd te eten,
stierf. Zij dronk slechts water. Heb
lichaamsgewicht, hetwelk een jaar vóór
den dood 65 KG. was geweest, vermin
derde tot 45 K.G.de pols. de zintui
gen. de ademhaling en de temperatuur
bleven normaal. De vrouw, die aan
melancholie leed en vaak pogingen tot
zelfmoord had gedaan, stierf, zooals zij
gewild had, rustig en kalm, nauwelijks
door haar bloedverwanten opgemerkt,1
zonder klagen of smarten den vrijwil-
ligen en heldhaftig doorgevoerden hon
gerdood. (Mdbl. tegen Verv.)
Dreyfus.
Kapitein Dreyfus is opnieuw licht
ongesteld. Zijn geneesheer heeft hem
dieet voorgeschreven en verzekert dat
hy met een dag of twee, drie, weer
geheel in orde zal zyn.
Een encycliek van den Pans.
De „Daily Telegraph" verneemt uit
Rome: Men verzekert in Vaticaan-
sche kringen, dat de paus voornemens
is, eerstdaags een krachtige encycliek
uit te vaardigen, waarin hij met na
druk opkomt tegen het vervolgen van
de Kerk door de Italiaausche regee
ring, hetgeeu zyu toppunt bereikte
in de grootste vernedering haar on
langs aangedaan, toen Italië met al
zyn diplomatieke middelea den paus
belette, zich op de Haagsche vredes
conferentie te laten vertegenwoordi
gen, hetgeeu Leo XÏ1I gelijkstelt met
schending van Italië's eigen wetten,
want de garautiewet van J871 schryft
voor, den paus te behandelen als sou-
vereiu.
Engeland en. Transvaal.
Uit Kaapstad komt de bevestiging
van het beric'nt, dat de Britsebe agent
te Pretoria de Transvaalsche regee
ring een dépêche van de ryksregee-
ring betreffende de gemengde commis
sie heeft overhandigd. De Afrikander
party is voor hel aannemen van het
onderzoek.
De Düïtsche schryver Wedekind.
die vervolgd werd wegens majesteits
schennis, door het plaitsen van twee
gedichten in het tijdschrift „Simpli-
cissimus", betrekking hebbende op
de reis van Keizer Wilhelm naar
Palestina, is te Leipzig veroordeeld
tot zes maanden gevangenisstraf, met
aftrek van de preventieve hechtenis,
zijnde één maand.
De gele koorts.
Uit New-York wordt emeld dat
de laatste berichten uit Virginië over
gele koorts, wijzen op verbetering van
den toestandgeeu nieuwe gevallen,
geen sterfgevallen hebben zich voor
gedaan.
Iets over dum dum kogels.
Het is wel interessant iets omtrent
deze kogels te vernemen.
De Eugelschen hebben het geweer
stelsel Lee-Metford, kal. 7,7 ui.M. De
aanv. snelheid bedraagt 6L0 M., de
dracht ruim '2400 M bij eeu arbeids
vermogen van 263 K. G. M.
Tegen Indische Grensdacunea in
Ciiritral gebezigd, ia 1897, gaven deze
gewereu onvoldoende uitkomsten, zoo
dat de Engelsche soldaten de nikkelen
punten afslepen, totdat de looden kern
goed zichtbaar werd. In dezen vorm,
werden zy bij het treffen van lichaams
deelen geheel plat, maar zoo onregel
matig, dat de verwondingen door deze
Haarlemmer Halletjes
Aeil Zaterdagavond])raatje.
CCCXO.
De Vereeniging tot Verfraaiing hier
beeft in de laatste 2 jaar niet te klagen
over gebrek aan steun. En het mooiste
is, dat .ze voor dien steun niet eens
dankjo behoeft te zeggen, omdat de
steuners dien ongevraagd verleenen. Ik
geloof bijvoorbeeld niet, dat het .Be
stuur van Verfraaiing aan vele winke
liers hier ter stede gevraagd! zal' heb
ben „Och toe, bouwen, jullie ma eens
nieuwe winkels, om do stadi te ver
fraaien De winkeliers hebben dat ze
ker wel uit eigen beweging gedaan.
Evenzeer acht ik het onwaarschijnlijk,
dat de Binnenlandsche Maatschappij
tot exploitatie van onroerende go&clerren
Duir.cndaal zou hebben gekocht op ver
zoek ,van Verfraaiing. Toch heeft zij
door den aankoop en het openstellen
van het buiten, voor 't publiek, aan de
verfraaiing van de omstreken een groo-
ten dienst 'bewezen. De exploitatie van
Hartenlust gaat ook buiten „Verfraai
ing" om, maar is toch ook weer een
verfraaiing van de omgeving. En zoo
zijn er honderd dingen, met de opsom
ming waarvan ik mijn lezers niet £al
vervelen.
Maar als ik van Hartenlust spreek,
dan overvalt me meteen een gevoel van
angst. De eigenaars van dat prachtige
buiten, nog niet voldaan on verzade-
lijken die ze zijn met dat bezit, heb
ben, naar verluidt, 't oog gericht opeen
stuk va n het Bloemendaalsche bosch,
en hebben onderhandeld (of onderhan
delen nog) met mejuffrouw Crommelin
over den aankoop daarvan. Het Bloe-
mendaalsche Bosch Saxenburg zooals
de officieele Bloemendalers zeggen
grenst aan het overbosch van Harten
lust. zoodat de eigenaars daarvan qpk
inderdaad belang kunnen hebben bij
het bezit van het Bloemendaalsche
bosch. Dergelijke uitbreiding, noemt
men in de wereld waarin men grond
koopt en verkoopt: „zijn bezitting af
ronden."
zacht-neuzige (soft-nosed) projectielen
inderdaad verschrikkelijk waren.
De Eügelscbe regeering liet ze na
deze gunstige uitkomsten officieel
aanmaken, voorzien van een nog dun
nere nikkelen mantel en kort looden
b idem. Davis meende, dat ze in een
Europeescben oorlog wel verboden
zonden worden
De Duifsche onderzoeker von Bruns
heeft met dergelyke kogels op de
schietbanen by Tübingen proeven ge
nomen, die de vreeselyke werking
bevestigden.
Gewone harde kogels geven eene
cilindervormige verwonding. De Durn-
Dnm-kogel geeft verwondiugen met
franjes en smalle strooken, in- eu nit-
gang is onherkenbaar, het is een ver
minking, ontzettend zoowel bij bet
treffan van beenderen (geheels ver
splintering) als zachte deelen.
De lengte en breedte der onregel
matige wonden bedragen 11—13 cM.,
zoodat men kan nagaan, hoe sterk de
kogel van een kaliber van ruim 7 mM.
als 't ware uiteenspat.
De oorzaak ligt in de groote snel
heid en de weekheid van het metaal,
dat in reepen gescheurd wordt bjj het
treffen van het lichaam.
De kogel kan slechts 1 mensch bui
ten gevecht stellen (de harde kogels
3 en meer).
De uitwerking op groote afstanden
is dan ook gering, zoodat het zeer de
vraag is, of zy in Afrika tegeaover
de Transvalers dezeifde uitkomsten
zouden hebben als tegenover wilde
stammen, die zoo dicht by kwamen,
dat de Engelsche soldaten de verbrij
zelende werking ten vol ie toepassen.
Toegepast dus tegenover taktiscb
geoefende troepen zuilen de verliezen
vermoedelijk numeriek minder worden,
en ook op afstanden van 1000—1500
M. minder vreeselyk. Op afstanden
beneden 500 M. gelykt dit schieten
op een waar „moorden".
Na het gebruik dezer kogels giDgen
er stemmen op, om tegen deze con
structie te protesteeren, en om daar
aan tegemoet te komen, werd o. a.
tegen de Derwischeo in Boven-Egypte
een kogel gebruikt, welke echter mede
ontzettend in uitwerking wasalleen
moet gezegd worden, dat ze iets min
der is dan de eerst gebezigde. Het
verschil bestaat daarin, dat ze van een
kanaaltje voorzien zyn, 2 mM. in
lengte.
Hunne uitwerking is bijzonder ver
nielend bij het treffen van met vocht
gevulde organen, zooals het hart, de
blaas enz.
Veol humaner dan de Dam Dum
kogel is dit projectiel dus niet.
Intussch8n, strijdig niet het oorlogs
recht, in beginsel, is bet wenschelyk,
dat niet alleen ontplofbare kogels,
maar ook deze soortsn, welke onnoo-
dige verwoestingen aanrichten, waar
tegen de geneeskundige dienst niets
vermag, worden verboden verboden
niet alleen in oorlogen tusschen be
schaafde volkeren, maar ook tegenover
onbeschaafde natiën, die, niet bewa
pend en uitgerust als hun vijaod, op
korten afstand een vreeselykeu dood
tegemoet loopeu.
Moge dus het voorbeeld van Enge
land geen navolging vindon, en zelfs
Late men daarmede Diet, tevreden zijn
maar een krachtig protest uitgaan van
de andere Ryken, by voorkeur van de
tooDgevenden, om aan deze proeven
en proefnemingen, welke iuderdaad
mensch-onteerend zyo, paal en perk
te stelleD.
Mocbt de afgeloopeu vredes confe
rentie of wel bare voortzetting in een
niet al te lang tijdsverloop daartoe het
hunne bijdragen, opdat er kracht uitga,
niet alleen van mond maar ook in
daad-werkelyk effect
Zoo staat het dan te vreezen, dat
Saxenburg ons als publieke uitspan
ningsplaats zal worden ontnomen. Het
gerucht daarvan liep al een week of izes
geleden, maar ik heb het niet willen,
gelooven. 't Was in de stoomtram van
Nijmegen naar Berg en Dal, dat ik er
het eerst van hoorde. „Kom," dacht
ik. „hoe zouden ze dat nu hier weten,
terwijl ik er in Haarlem niets van ge
hoord heb!" En bij mijn terugkomst in-
formeerende, vond ik niemand, die het
gerucht wist te bevestigen. Ik heradem
de, totdat het gerucht weer den kop
opstak en dezen, keer met grooter durf
en zelfvertrouwen.
Nu 'zou ik nog wel ,weer willen ger
looven, d'at het niet waar is, maai' dat
gaat helaas niet ,meer. De menschen,
die ons in het Bloemiendaadschc Bosch:
van heet water voor thee of koffie
plachten te voorzien, voor een kleinig
heid en van pannekoekera en sla voor
iels meei' dan dat, hebben aanzegging
gekregen, dat ze dit jaar hun handel
voor het laatst hebben gedreven. Mijn
zegsman, die deze Jobstijding hoorde,
zag ook, hoe men bezig was met het
uitzetten Van paaltjes, altijd een nood
lottig teeken, dat een bestaande toe
stand op het punt is om veranderd te
worden. Hij meent ei* juffrouw Crom
melin zelf ook bij) te hebben gezien,
maar daarin kan liij. naai' zijn eigen
erkenning, zich vergissen.
Er mag dus misschien nog een stuk
van het Bloemendaalsche bosch over
schieten, het is mogelijk, dat we jn dat
3tuk nog zullen mogen blijven wande
len, maar het Bloemendaalsche Bosch,
ons Bloemendaalsche Bosch, gaat voor
ons verloren. Ze gaan weg, die heerlij
ke zitjes onder de hooge hoornen, waar
we smakelijk thee dronken of koffie, of
wel een glaasje niet al te ,koud bier ,of
een onschuldig glas limonade. Ze zullen
verdwijnen, die wip en -die schommel,
waar onze kinderen zich vermaakten
zonder het ooit moe te worden. We «ul-
Idn ze niet meer zien, die toon eel tjes
van uitgelaten vreugde van volwassen
menschen, die op een zeldzamen vacan-
tiedag, stuivertje wisselden of krijger
tje speelden tusschen de boomen, hij-
Een jacht op de Gorilla.
Uit het schetsboek van een Afrika-
reiziger.
Een onzer drijvers, die een kleine
twintig meters voor ons uitliep, liet
eensklaps een kreet hooren, veel gelij
kend op het schrille krijten van een
papegaaieen geluid, dat gewoonlijk
door de Papoeae's voortgebracht wordt
ter waarschuwing. Op hetzelfde oogen-
blik stond iedereen, als bij instinct stal.
De inboorling, die het teeken. gegeven
had, kwam kruipend terug.
„Wat is er?" vroeg het opperhoofd.
„Een gorilla," mompelde de man, zijn
vinger aan het voorhoofd brengend;.
..In welke richting?"
De man wees naar den rechter kant.
„Voor die boomen," zed hiji.
„Wacht een oogenbiik," zei de chef
op korten, bevelenden toon, een toon,
dien hiji altijd tegenover zijne mindere
'aansloeg, als hij onverbiddellijk wilde
gehoorzaamd zijn. Zich vervolgens tot
mij wendend, sprak hij zachter
..Dat de blanke kapitein mij volge."
Het opperhoofd had zich langzaam'
en stil ter aarde gebogen, en kroop in
do lichting hem. door den krijgsman;
aangewezen. Ik volgde hem en ik moet
verklaren, dat ik op dat oogenbiik alles
behalve op mijn gemak was.
Gedurende vijf minuten, die mij wel
uren toeschenen, zag ik, hoe de hoofd
man, zonder het minste gedruisch te
maken, zachtkens voortschoof, terwijl
hij met de hand de struiken op zijde
duwde en za zóó lang vasthield, tot
ook ik doorgekropen, was; eensklaps
hield hij stil, richtte zich. ten halve op,
en door het dikke gebladerte heen, was
zijn blik star gevestigd op één enkel
punt voor ons; mijn hart sloeg alsof
het breken moest. Hij gaf mij een tee
ken te naderen. Ik keek... en de haren
rezen mij te berge. Op een grooten tak
zat een enorme gorilla, met wijde neus
gaten, deze openende, als rook hij het
gevaar.
Het was de eerste maal. dat ik dit
vreemde en verschrikkelijke dier zag.
Het was, alsof hij van het gevaar be-
wu§t -waswant zijn oog was met wil
de woede gericht op de struiken, waar
achter wij verscholen waren; hij scheen
te berekenen, op welke manier ons het
bost te kunnen aanpakken. De oude
Jen ga, die aan dergelijk schouwspel ge
woon scheep! .te zijn, -vertrok geen
spierwat mij aangaat, ik was als vast
genageld door den schrik ik had; niet
gedacht een dier te ontmoeten, dat
zoo'p vreeselijken aanblik opleverde.
Het is eeoi van de weinige keeren,
dat ik gemerkt heb, dat de verbeelding
soms niet scheppen kan, hetgeen da
werkelijkheid is.
Recht opstaande, de breede borst met
zijn stevige vuisten slaande, slaakte
het dier kreten, waartusschen nien men-
scheliike Manken meende te hooren;
grommende, volle tonen, ontsnapten
zijne keel, tonen, overgaande ,ini eene
razende uiting van vroede, evenals don
derslagen, die wegsterven in de verte,
na eerst in volle kracht te zijn uitge
barsten.
Eensklaps hoorde men weer het ge
schetter van een papegaai. De gorilla
keek verwonderd op onwillekeurig
keek ik zelf naai' het gebladerde boven
mij, ten einde te zien waar de vogel zat.
die op het oogenbiik zongik zag niets
doch toen ik den kreet nogmaals hoor
de, bemerkte ik. dat het Jenga was, die
op deze manier zijne gezellen riep.
Toch scheen de gorilla zich niet te
laten bedriegen, want het geluid ver
dubbelde slechts zijne woede.
Onze makkers waren allen, stil voort-j
sluipend, bij ons gekomen.
.Hoofdman", zei Otcnee zoo zacht,
dat ik liet nauwelijks hoorde, „het-
gend van de buitengewone beweging.
Het Bloemendaalsche Bosch. Dorado
voor ieder die eens prettig, huiselijk
en goedkoop uit wou zijn. het Bloemen
daalsche Bosch gaat voor ons verloren
Baedeker (want het stond in Bae
deker) zal uit zijn reisgids .moeten
schrappen, dat- er een landelijk diner
in 't. Bloemendaalsche Bosch te krij
gen is. t
Kraantjelek en het Kolkje zullen, er
wel bij; varen, maar liet Bloemendaal
sche Bosch zullen zij nooit kunnen ver
vangen. En waar ik in het begin sprak
van vooruitgang, daar is dit helaas, als
schadepost op de .rekening van ons zo
mergenot te boeken.
En toch, in, weerwil van de aanzeg
ging aan. den. -man van het heete wa
ter. in 'weerwil van de noodlottige paal
tjes, in weerwil zelfs van de vermoede
lijke tegenwoordigheid van de eigena
resse, in weerwil van dat .alles koester'
ik nog een flauwe hoop, dat het on
heil zou zijn te keeren. We hebben de
Verfra aiïngsvereeniging nog. Kan ziji
niet iets doen om het Bloemendaalsche
Bosch als publieke uitspanningsplaats
te .behouden? Het gerucht gaat. dat de
"maatschappij: Hartenlust aan mejuf
frouw Crommelin, in ruil voor een stuk
van 'haar bosch, een stuk weiland zou
afstaan. Het schijnt mij .niet volslagen
onmogelijk, dat het bestuur van Ver
fraaiing de eigenaresse van het bosch
zou weten te overtuigen, dat het sap
pigste stuk weiland haar nooit zooveel
genoegen zou opleveren als de weten
schap, dab het publiek uit Haarlem en
omstreken, uit Noord-Holland, ja uit
Nederland, haar dankbaar zou zijn wan
neer zij het Bloemendaalsche Bosch
liet zooals het nu is.
Misschien is het nog niet te laat
Ik noemde een en andermaal de
Vereeniging tot Verfraaiing. Welbeke-
ken is die naam niet juist. De vereeni
ging draagt den titel van Vereeniging
tot Verfraaiing van Haarlem en omlig
gende Gemeenten en tot bevordering
van het Vreemdelingenverkeer. We
denken juist in deze dagen meer aan
"vreemdelingenverkeer, dan anders. Of
brengt niet de kermis-een heelen stroom
beest heeft ons reeds lang bemerkt."
..Waaraan ziet ge dat vroeg ik, den
adem. bijna inhoudend.
„Ziet go niet, hoe zijn neusgaten
kwellen, cm zijn vurig oog steeds ge
richt is op de struiken, waarachter we
ons verbergen?" vroeg hij.
„Maar als hij weet, dat we zoo dicht
bij zijn, waarom valt hij ons dan niet
aan? Zou hij bang zijn?"
„Wat? Een gorilla bang?" Die ge
dachte zult ge niet lang hebben."
„Waar wacht hij dan op?"
Nauwelijks had ik deze woorden ges-
sproken et' het. opperhoofd legde me
door een, energiek gebaar het zwijgen
op. Het gebrul van den, gorilla werd
storker en verontrustender het was
merkbaar, dat er iets bijzonders ge
beurde. Het vreeselijko dier bewoog
zich onrustig heen ,en weer, doch ging
n iet van zijn plaats eai voor de zo-oveel-
sfce mgal vroeg ik me af, waarom! wei
direct niet een schot op d'em kolossalen
aap zouden lossen.
Reeds cenige malen had ik mijn ges-
weer op het dier gericht, doch telkens
werd mij belet te schieten. Ik zou spoe
dig bemerken waarom dit gebeurde.
Otonee gaf me een teeken eens naar
den grond te kijken; ik gehoorzaamde
machinaal en, sidderend van schrik en
afgrijzen, bemerkte ik een tweeden go-
rillakop. die halverwege tusschen een
hoop bladeren uitstak.
„Dat is het wijfje," mompelde Oto
nee. „begrijpt u nu waarom de aap ons
niet aanvalt Hij is nu tot het toppunt
van woede, omdat, in weerwil van zijn
kreten, het wijfje hem niet begrijpt."
..Wat wil hij dan
„Hij zou willen, dat het wijfje onder
de struiken wegkroop, en, dan dan
komt hij met ons afrekenen maar daar
het wijfje waarschijnlijk een jong heeft,
wil ze in moederlijke voorzichtigheid
't gevaar overzien, en vooraf bespieden,
naar wecken kant zij de vlucht moet
nemen."
Na cenige seconden scheen ze toch
tot een besluit te zijn gekomen; zij
sprong eensklaps van uit haar schuil
plaats. verwelkomd door een vreeselijk
gebrulen als liad ze geraden waar het
gevaar school, sloop ze juist tegenover
onze schuilplaats .in het struikgewas.
Ik was als versteen van angst ge
weest bij het zien dier twee verschrik
kelijke dieren.
Nu sprong de gorilla Van zijn plaats
af en bromde, doch niet zoo woe
dend mooi'; het .wijfje was in veilig
heid, en het scheen alsof hij; ons met
rust wilde l'a.ten en haar volgen, hoewel
hij nog gloeiende blikken wierp naar
onze hinderlaag.
„Pas op, zei Otonee. „zoud't ge dit
dier willen schieten?"
Ik knikte „ja,"
„Dan. moeten we voor den dag ko
men, a ndera ontsnapt hij ons."
Wij traden voort en toen het dier
ons zag hield het stil.
„Schiet niet vóór jk het zeg," zei
Otonee snel. Het was geerr oogenbiik
om opheldering te Vragen, doch ik
richtte het geweer ein wachtte.
Het dier was geen vijftig pas van
mij afik was zeker van mijn schot,
doch ;k weerstond de verleiding. Ik
heb mij bij: al mijne reizen in binn en-
Afrik a. tot stelregel genomen altijd op
jacht de wenken der inlanders, zooveel
met mijne veiligheid overeenkwam, in
acht te nemen.
De gorilla wilde op vier pooten weg-
loopen. doch ons ziende, stond .hij, op
eenmaal op zijn achterpooten hij brul
de vreeselijkhet was alsof het woud
sidderde en met uitpuilende oogen, het
groote. witte, angstwekkende gebit too-
nende, trad hij, op ons toe. terwijl hij
zich weer de breede borst met de ste
vige vuisten sloeg.
Het scheen, dat deze beweging hem
vreemdelingen in de stad. kramers, wa
felbakkers, artisten, de laatsten twee-
en vierbeenig Nu weet ik wel, dat die
er dooi' de Vereeniging niet worden, in
gehaald. Misschien zou het bestuur van
Verfraaiing, als het kon. dit vreemde
lingenverkeer zelfs wel uit de gemeente
willen weren, maar daarvan van de
verdwijning der kermis is nu voor
eerst geen sprake.
't Kan toch wonderlijk loopen. Een
jaar of wat geleden, toen 'enkele leden
van den Raad regelmatig eens per jaar
op do kermis stormliepen, d'aeht menig
een „een volgend jaar zal de Raad wel
tot afschaffing besluiten". Eh de ker
misvrienden hielden hun hart vast. Zet
kunnen het nu gerust weer loslaten,
want .de kermis staat .vaster op de bee-
nen, dan ooit. Dat heeft de verpachting
van de standplaatsen, gedaan. Toen: de
ze werden, gegund zonder inschrijving
en een honderd guild, of wat opbrachten,
was de gemeentekas niet zoo bij! de
kermis geïnteresseerd als tegenwoordig,
nu er eenige duizenden uit geklopt wor
den. In deze benarde tijden, nu we
lang niet in onzen schik zijn over de
nieuwe belasting, zal zich de Raad wel
zesmaal bedenken vóórdat hij een ont-
vangpost als deze vrijwillig laat varen.
En waarom ook? Laat wie er plezier
in heeft, kermis vieren en zelf zorgen,
dat hij er maat in houdt. Dat is een
kunst, die we elkaar wel eiken dag on
der het oog mogen brengen, maar met
de kermis komt zij het meest van pas.
Als men hoort van menschen, die
zich de kleeren van 't lijf zouden ver-
koopon of verpanden om toch maar voor
al zonder ophouden te kunnen feestvie
ren, en die de heele kermisweek in één
doorgaanden feestroes doorbrengen, dan
is er waarlijk reden te over om' maat
houden aan te raden. Maar aan den
overkant zijn er ook. aan wie de juiste
maat wel eens onder 't oog kan worden
gebracht. Er zijn er, die in de kermis
week met angstige nauwgezetheid iede
re straat, ieder plein mijden, waar ze
maar iets (hoe weinig ook) van de ker
mis opmerken, De Groote Markt is een
gruwel in hun- oog. de Gedempte Ou
degracht een vloekwaardig oord. Zij be-
vooral in oogenblikken van drift eigen
was; want in die tion minuten, dat
wij hem bespied hadden, was dit reeds
de dorde maal, dat hij dezelfde manoeu
vre herhaalde. Het geluid dat hij voort
bracht kon ik niet beter vergelijken,
dan met liet doffe geroffel eener ,met
zwart laken overdekte trom.
Zwaar klonken de slagen op zijne
borst, en dc woede straalde uit de glin
sterende donkerbruine oogen.
Jenga..gaf een teeken, dat ik het eerst
schieten zou.
„Kan ik schieten?" vroeg ik.
„Wacht tot hij| over dien dooden
palm komt dóch schiet goed, anders
zijt gij. een kind des doods."
De ,boom, dien hij bedoelde, was
geen twintig meter van ons af. Met
zorg mikte ik... do gorilla naderde.
Nauwelijks was het dier over den
ouden palm, gekropen, of mijn soliot
ging af, en zonder een kreet te slaken,
viel .het reusachtige beest necler.
Ik had cone ontplofbare patroon ge
bruikt, en wilde mc van de uitwerking
overtuigen, maar Otonee weerhield me.
..Wees voorzichtig, riep 'hij, misschien
is hij nog niet dood, en een greep met
zijn machtige knuisten is voldoende, u
den buik open te rijten en te dóoden."
De raad was voorzichtig en ik on
derwierp er miji aan.
Toch was ik overtuigd, dat de gorilla
geen seconde na mijn schot meer ge
leefd' had. De gorilla bewoog zich niet
meer, hij was wel degelijk dood.
Jenga liet uit voorzichtigheid nog
even door een van zijne lieden met -de
lans naar het dier stooten, doch het
was nutteloos, er was geen .leven meer
in.
Toen ik aan de inlanders de schrik
kelijke wonde door mijn kogel veroor
zaakt. liet zien, begonnen de dragers
onder elkander te mompelen, terwijl ze
met sclirik naar mijn buks keken.
„Wat zeggen ze toch?" vroeg ik aan
Otonee.
„Ze zeggen, dat ze u wel twee vrou
wen en tien. slaven zouden willen ge
ven. om zoo'n geweer te bezitten."
Hetgeen ik daar hoorde, was jriets
naar mijn smaak, want hoewie reizi
gers zijn er niet in Cent raai-Afrika ver
moord, omdat ze zoo'n mooi wapen
hadden. Ik wendde daarom direct een
middel .aan, dat mij en mijne wapens
in veiligheid moest stellen. Ik had. bij
mijn voorraad ammunitie enkele losse
patronen en de buks aan den hoofdman
Jenga overgevende, plaatste ik mij op
twee meter afstand van hem, en beval
hem op mij te schieten.
Daar hij weifelde, riep ik hem toe:
„Schiet gerust, zooals ik beveel. Die
karabijn is betooverd, slechts mijne
hand kaai daarmee treffen."
De oude hoofdtnan schouderde, mik
te, trok afmen hoorde slechts .het
doffe geluidi der cartouche en Jenga,,
zichtbaar verschrokkengaf me direct
mijn wapemi terug, terwijl de andere
inlanders mijl vol angst en bewondering
aankeken.
Het bijgeloof is daar zoo ingeworteld
dat ik zeker weet, dat geen mijner ge
zellen de buks zelfs zou hebben durven
aanraken.
Ik kon dus genist zijn.
Het is de eenigste maal, dat ik den
gorilla gejaagd heb. doch vergeten zal
ik het nooit
Ik woon builen de stad, zri eene
dame, en ik wou een goeden houd
hebben.
Jawel, mevrouw, zei de honden-
koopman.
Maar het moet er natuurlyk niet
een wezen, die ons den heelen nacht
wakker houdt en om Diemendal blaft.
wandelen in die week de Wilhelmina-
straat méér. dan ze anders doen in
een heel jaar. Nu kan ik me voorstel
len, dat er menschen zijn, wier gehoor
zenuwen niet tegen het lawaai van Te-
we bestand zijn. maar in hoever zij er
hinder van hebben om op den dag. als
•het er stil is in de tent, een kijkje te
nemen van de merkwaardige weelde,
die er aan den buitenkant op ten, .toon
gespreid, wordt, ia me nooit duidelijk
kunnen worden. En .het zien van de
vreemdelingen, die we in da kermis
dagen op onze straten aantreffen, zal
ons waarlijk .geen, kwaad doen. Ik zou
zeker niet in hunne, woonwagens of kra
men op visite willen gaan, maar ander9
'kan .men niet van. hen zeggen, daan dat-
de meesten arme tobbers zijn, die met
een onrustig, zwervend' leven een vrij
mager broodje trachten te verdienen..
Uitgezonderd de firmant va.n de in
richting-Te we, die' naar ik me heb laten
vertellen, in Haarlem's deftigste .hotel
logeert.
En zoo ben ik) dam weer tot mijn
uitgangspunt, het vreemdelingenver
keer teruggekomen. Ook in die tak van
haar werk krijgt de langnamige ver
eeniging, .die ik hierboven noemde, van
alle kanten ongevraagden en kosteloo-
zen steun. Of wordt bet vreemdelingen
verkeer niet bevorderd doca.' dc electri-
sche trams naar Zandvoort en door de
stad? Voorwaar, wanneer ons in Haar
lem iets ontbreekt, dan zijn bet niet
de vervoerm'iddelen.
Maai' we moeten ook de vreemdelin
gen hebben. En een van onze Raads
leden bracht mij onlangs de gelukkige
tijding, dat langzamerhand dc gezeten
lieden weer naar Haarlem het oog rich
ten .om er zich te vestigen. Ik boop, dat
hij zich hierin niet vergist men ge
looft zoo gaarne wat men hoopt want
we weten nog wel, dat het op een'
oogenbiik scheen alsof Arnhem en den
Haag, den Haag vooral ons te machtig
werden. Alle verbeteringen in een stad.
een mooie tram, een goede waterlei
ding, mettertijd goedkooper gas, zijn
aantrekkingspunten .voor de gewensch-
te categorie van menschen, die kunnen
wónen waar ze willen en die veel geld
Neen, mevrouw.
Hy moet groot en sterk en
waaksch wezen, begrijp je
Ja, mevrouw.
Grimmig, maar toch zoo zacht
als een lam voor my, weet je?
Ja, mevrouw.
Eq hy moet op iederen land-
looper, die aanscbelt, aanvliegen en
bem wegjageD.
Ja, ice-rjuw.
Maar een arm, maar eerlyk man,
die werk zoekt, moet hy stil zyn
gang laten gaan.
Ja, mevrouw.
Als er 'snachts eon inbreker
komt, moet de hond bem oogenbiik-
kelyk aanvliegen.
Ja, mevrouw.
Maar hy moet een buurman, die
mii 's avonds komt bezoeken niet aan
vallen.
NeeD, mevrouw.
En natuurlyk moet hy niet hin
derlijk zyn voor de menschen, die op
alle ure.i van den nacht myu man
komeu halen, want die is dokter moet
je weten.
Neen, mevrouw. Ik zie wel wat
u hebben moet. U moet eon bond
hebben, die gedachtenlezer is.
Ja, dat kan wel wezen. Kun je
me er zoo een bezorgen
Eet spy't me, mevrouw, maar
dat soort is juist uitverkocht.
INGEZONDEN MEDEDEE-
LINGEN.
30 cents p©r regel.
Denk er om dit
genezing bieden voor
PIJNEN, VERSTUIKINGEN, of KNEUZINCEN. Zij
worden in de geheele beschaafde wereld verkocht.
Als huismiddel tegen alle KWALEN en PIJNLIJKE
AAKD0ENINCEN zi,n ALLCOCK'S PLEISTERS de
beste Bij alle Apothekers verkrijgbaar.
Agan: -Centraal Apotheek Lange Houtstraa'.
Groote Houtstraat 24.
OUDSTE HUIS IN
Zijdenstoffen en Dames-
fournituren.
Steeds liet nieuwste voorhanden.
Tournures,
in 12 soorten.
H. J. VISSER.
op ZONDAG 6 Aug. 1898.
TE HAARLEM.
Groote Kerk.
Voorm. 7 ure?
Voorm. 10 ure. Knottenbelt.
's Av. 6 ure, Siuaan.
Nieuwe Kerk.
Voorm. 10 ure, Van Lennep.
Janskerk.
Voorm. 10 ure, Veen.
Bakenesserkerk. (Voor de kinderen).
Voorm. 10 ure, Hilbrander.
Het stoomschip Malang, van Rot
terdam naar Java, arriv. 3 Aug. te
Padang.
Het stoomschip Merapivan Java
naar Rotterdam, vertr. 4 Aug. van
Perim.
Het stoomschip Frinses Sophie, van
Amst. naar Batavia, vettr. 3 Aug.
van Genua.
Het dubbelschroefstooraschip Rot
ierdam, van de Holland Amerika Lijn,
van Rotterdam naar New-York. pass.
4 Aug. des av. 6 u. 15 min. Lizard
vei-teren.
Evenwel, de tijd is voorbij dat het.
spreekwoord waar wasgoede wijn be
hoeft geen krans. Hoe zal, zeggen we te
genwoordig in onfeen tijd van reclame,
hoe zal het publiek weten dat de wijn
goed is. wanneer we het. niet wereld
kundig maken naar alle kanten Door
heel Nederland moeten zo weten de
voordeel en, de genoegens en gemakken,
die Haarlem in zooveel opzichten ople
vert. En daarbij denk ik aan de Ver
eeniging die zich naast de verfraaiing
die bevordering van 'b vi-eem delingen-
verkeer ten doel stelt. Hier is 'het ter
rein. groot, ja, ik wil gelooven, moeielijk
te overzien. Maar toch zal heb vruchten
opleveren en het zaad, dat er op uitge
strooid wordt, kan/ lang onder den
grond blijven, ten laatste kan bet niet
anders dan weilig opschieten. In andere
gemeenten wordt dat zaad uitgestrooid/
in dien voa-m van keurige reclaim ©boek
jes, waarin met pen en teeken stift alles
•staat opgesomd, wat den gegoede kan
overreden om er te komen wonen. Nij
megen, Groningen, Apeldoorn, Arn
hem geven hierin het goede voorbeeld.
Nijmegen stelt zelfs kosteloos gidsen
beschikbaar. In deze richting is voor
onze Haarlemsche vereeniging nog veel
te doen.
Ten slotte moet ik, tot mijn leedwe
zen, waarschuwen voor een soort Van
vreemdelingenverkeer, die onze burgerij
bij de a.s. kermis heelwat geld kan kos
ten. Ik bedoel de zakkenrollers. Ver
leden jaar kermis zijn er bij de politie
niet minder dan 36 aangiften gedaan
van zakkenrollerij- De politie doet wat
ze kan, maar ze kan niet alles verhinde
ren of voorkomen. Lezeressen, en lezers,
weest zelf voorzichtig. Bergt portemon-
naie en horloge behoorlijk weg en weest
vooral m het gedrang op uwe qui vive.
Want niemand geeft u het eens gesto-
lene terug; ge krijgt bet noch vergoed
van het gemeentebestuur, noch van de
politie, noch. óok van uwen toegenegen
FIDELIO.