Tweede iiiad, iSKPlüHi'a Dagblad' Brieven uit Berlijn. Fealileton. VAN EEN PO JTZEÖEL behoorende bij van Donderdag 8 Nov. 1900. No. 5326a Stadsnieuws Schermen. Zondag ging dc reeds lang aangekon digde kamp K. D. O. en V. V. en K. De twee sterkste corpsen betwistten el kaar de voorrang. Er werd zeer loyaal geschermd. Stol kwam voor 't laatst uit, gedwongen na zijn ziekte, de sa bel er bij neer te leggen, ofschoon het oude vuur nog niet gedoofd is. Stol die twee jaar lang, na het uittreden der professionals, de sabel wedstrijden be- heerschte, en steeds bijna altijd als no. 1 uit het strijdperk trad, heeft thans zijne laatste partijen gestreden, soms nog niet de oude krachtmaar .och niet zooals vroeger. Ook Donselaar is nog niet op kracht, om te werken zoo aks we van hem gewoon zijn. Ge noemd mogen worden als spannende partij#, Stél—Teekens, RoozenToe- 'iens, en als rnoQien striid Roozen Donselaar, en de laatste partij Stol 'Jonselaar. Lindeman was goed op Jreei, zijn succes was het slaan van Teekens. Roozen schijnt zich in een Achilles te willen omzetten, ook nu iverd hij niet geslagen. Brauchman vas niet gelukkig, wat zeker aan wei- lig oefenen te wijten is. Teekens is bij zonder vlug en belooft nog veel voor ie toekomst. K. D. O. won met 42—26 touché's, wel wat al te groot verschil, V'. V. en K. Er heerschte den gehceVn middag een opgewekte geest. Hst schermers-devies „Loyal sans intrigue" werd bier hoog gehouden. Cl Club. 1. Coiujprdia... 2 1 1 2 /4 65 K. D. 01 1 2 42 26 i. Depot Escad. 1 1 2 35 31 D. O. S1 1 0 30 43 V. V. en K. 1 - 1 0 26 42 daary Me da -• goed meen; hij bi niets Bennebroek. cere B. wonende in de Haarlem- ue-or kort onder deze gemeente, met een goeden kennis K. uit :rdam, varkens om die voor ge- rlijke rekening vet te mesten en ;:a te verkoopen. andagmiddag nu vervoegde zich r. eterdammer bij de vrouw van :t de boodschap dat haar man vond dat hij de 5 beste varkens am. Toen B. thuis kwam begreep tgenomen te zijn daar hij van afwist. De politie doet onderzoek. Uit goede bron wordt medegedeeld, dat het huis te Bennebroek" eerst in April a.s. door den nieuwen Ambachts heer van Benebróek, den heer J. II. Willink, zal worden betrokken. De zitting van den militieraad zal voor u&ze gemeente worden gehouden op Maandag 17 December a.s. des voor- middags tien uur op den Doelen te Haarlem. De afd. Bennebroek e. a. der Algem. Vc: eeniging voor Bloembollencultuur zal op do vergadering den 12en Nov. a am:, taande te houden, worden verte genwoordigd door de heeren J. H. Went holt cn S. Roozen of hunne plaatsver vangers de hoeren W. van Lierop on l. .de Wilde. Zij zullen voor de vaca turen in het hoofdbestuur te stemmen hebben op de aftredende leden en voor oen voorzitter op den heer J. H. Went- bc-lt. die reeds in meerdere afdeelin- gen eandidaat is gesteld. ZAudvoort. Door den inspecteur van politie en den alhier gestationeerden Rijksveld wachter, brig.-tit., is Zondag aange houden de huzaar J. v. G. alhier, die zonder verlof zijn garnizoensplaats had verlaten. Hij is ter beschikking gesteld van den heer garnizocns-com- mandant te Haarlem. De militieraad zal voor deze gemeen te zitting houden te Haarlem in den Doelen op 17 December a.s. des voor- miudags ten 10 ure. Binnenland. Eerste Kamer. De Eerste Kamer is Maandagavond half negen bijeengekomen tot hervat ting barer werkzaamheden. sives, waaronder een van H. M. de Ko ningin, houdende kennisgeving van de verloving van H. M. de Koningin met Z. H hertog Hendrik van Meckien- burg-Schwerin. eu luidende als volgt Mijne Heeren 1 Wij vervollen bij deze de aangename taak u kennis te geven van Onze verlo ving met Zijne Hoogheid Hertog Hen drik van Mecklenburg-Schwerin. Wij zijn overtuigd van de belangstel ling waarmede de Eerste Kamer der Staten-Generaal deze mededeeling zal ontvangen. En hiermede, Mijne Heeren. beveleD wij u in Godes Heilige bescherming. Het Loo, den lGen October 1900. Get W1LHELMINA. De voorzitter zegt daarop: Mijne Heeren! Deze gewichtige en naar wij hopen en vertrouwen voor ons land en Vor stenhuis hoogst gelukkige gebeurtenis, die een nieuw, tijdperk zal openen tot heil van Land en Volk in een lan ge reeks van jaren, hèbt u zeker met mij met .de hoogste belangstelling en ingenomenheid vernomen. Ik heb gemeend in den geest de/Ka mer te handelen door deze missive van onze geliefde Koningin namens u te be antwoorden met de volgende missive, welke ik den heer griffier verzoek voor te lezen: De griffier doet voorlezing van den brief aan H. M. de Koningin, luidende: Mevrouw! „Namens de Eerste Kamer der Sta ten-Generaal kwijt ik mij van de hoogst vereerende taak Uwe Majesteit de har telijke gelukwenschen der Kamer aan te bieden jpaar aanleiding van IT->og- derzelver verloving met Zijne Hoogheid hertog Hendrik van Mecklenburg Schwerin. „Deze gewichtig© verbintenis zal on der Gods zegen ongetwijfeld bet le vensgeluk van Uwe Majesteit in hooge mate bevorderen. Zij zal tevens den eeuwenouden band tusschen Nederland en Oranje nog hechter maken en daar door strekken tot heii van Vaderland en Volk." Deze missive wordt met applaus be groet. Onder da ingekomen stukken be hoort voorts nog de nota van den mi nister van buitenl. zaken van 15 Oct. jL, naar aanleiding van de woorden door den voorzitter der Eerste Kamer gewijd aan de nagedachtenis van ko ning Humbert van Italië, ten geleide van den brief van dankbetuiging van den heer Visconti Venosta, zoomede de van de Tweede Kamer ingekomen wetsontwerpen. De vergadering is verdaagd tot lieden 11 uur ter behandeling van de Waterstaatswet en hetgeen verder aan de orde zal worden gesteld. Voor de Boeran. Voor de krijgsgevangen Boeren te St. Helena en Ceylon en hunne vrou wen en kinderen to Kaapstad zijn uit verschillende plaatsen van het land en zelfs uit België en Frankrijk eeho groo- te hoeveelheid geldelijke giften en goe deren, als kleeren, versnaperingen, boeken en dekens, enz. aan het Mid- daiburgsche Damescomité ten geschen ke gegeven, zoodat 22 October eene be zending goederen (ter waarde van f 1000) voor de krijgsgevangenen te St. Helena aan den lieer W. J. Williams, consul-generaal der Nederlanden al daar, is gezonden, mede op dien datum eene bezending goederen voor de vrou wen en kinderen der gevangen Boeren (ter waarde van f 1500) aan den heer B. H. de Waal, consul-generaal der Nederlanden te Kaapstad geëxpedieerd die deze aan mevrouw KoopmansDe Wet aldaar zal doen toekomeneen kleine nazending had 2 November van Amsterdam plaats. Te Leiden vormde zich een sub-comi té tot het in ontvangst nemen en naar Amsterdam opzenden van hetgeen men daar of in den omtrek ten behoeve der vrouwen en kinderen der gevangen Boeren wjl bijdragen. Te Parijs stellen zich eenige dames beschikbaar tot het ontvangen der gif ten, die men daar voor de vrouwen en kinderen in Zuid-Afrika en voor de krijgsgevangenen wil geven. De goede-; ren aldaar moeten gezonden worden naar Mme. Estieime, 10 rue Lafontai- ne, Paris Autine, welke dame de ont vangsten aan de Expediteurs De Vries Co., te Amsterdam zal zenden. Het totaal bedrag der tot dusver in gekomen gelden bedraagt f 4640. Het comité bericht tevens, dat het gaarne meer goederen en geldelijke giften in ontvangst neemt, ook met het oog op het aanslaande Kerstfeest ura jAorstaagun Kaapstad en St. Helena te zijn, moeten de goederen uiterlijk 8 of 15 November bij de cargadoors en expediteurs De Vries en Co., D© Ruyterkade 100, Am sterdam, bezorgd zijn. Tevens gaan. met deze gelegenheden goederen voor d© vrouwen en kinderen der Boeren van Amsterdam naar Kaapstad. Alle goederen gelieve men onder het merk M. C. met opgave van inhoud, te zenden aan De Vries &Co., expediteurs De Ruyterkade 100, Amsterdam. Vracht en onkosten komen voor rekening van het Middelburgsche comité. Een verkeerd bezorgde brief. B. en W. van Amsterdam hebben praeadvies uitgebracht op een adres van A. Post, eigenaar vau het perceel Rozenstraat 193, houdende verzoek om schadevergoeding wegens het onbe woonbaar verklaren van genoemd per ceel, zonder dat hij van t© voren was gewaarschuwd. Dit laatste is inderdaad het geval, en wel doordien de gebruikelijke me dedeeling aan den eigenaar van het perceel van de redenen tot het voor stel van onbewoonbaarverklaring werd uitgereikt aan een ander persoon, die ook den naam van A. Post draagt met denzelfden voornaam „Antonie". Wijl deze, na de ontvangst dier me dedeeling die steeds geconstateerd wordt door een proces-verbaal der po litie, of, wanneer de eigenaar elders woont, door bemiddeling van het ge meentebestuur zijner woonplaats geen bezwaarschrift daartegen indien de maar ook evenmin mededeelde geen eigenaar te zijn, bleven B. en W. in de onwetendheid, dat hij de eigenaar niét was, als gevolg waarvan de thans adresseerende A. Post eveneens onbe kend bleef met hetgeen ten opzichte van zijn perceel geschiedde. Hij kwaoaewst tot de kennis hiervan door zijne, huurders, aan wie na het Raadsbesluit van 23 Mei 1900 no. 414 vanwege B. eri W. kennis werd gege ven, dat het perceel door hen op 1 Oc tober 1900 ontruimd moest zijn. Toen adressant zich deswege tot B. en W. wendde, besloten B. en W; stap pen te doen tot herziening van be doeld besluit, en werd aan hem mede gedeeld. dat zijn perceel voorloopig be woond kon blijven en de ambtenaar met de uitvoering van de aanschrij ving tot ontruiming belast, hiervan verwittigd. Doch, al ware het voornemen tot onbewoonbaarverklaring tot zijne ken nis gekomen, ook dan zou een even tueel in te dienen bezwaarschrift voor hem toch geen gunstig resultaat heb ben opgeleverd, omdat de commissie adviseerde: „dat in den slechten toe stand van dit perceel geen afdoende verbeteringen zijn aan te brengen." Derhalve stellen B. en W. voor, wijl de grond voor schadevergoeding ont breekt, afwijzend op het adres te be schikken. Verdronken. Twee novicen van het Capucijner- klooster te Meerseldroef onder Breda zijn op treurige wijze om het leven ge komen. In een roeibootje waren zij de rivier de Mark opgevaren; een van bei den heeft een bad wiüen nemen, doch door kramp bevangen zonk hij in de diepte weg. Zijn confrater was op zijn hulpgeroep uit het bootje gesprongen; om hem te redden, doch ook deze door de koud© overmand, in het diepe water weg, zoodat beiden verdronken. Hunne lijken zijn later opgevischt. Een vreeselijk. oosonblik. Te Venlo is de wisselwachter J. Wer ner overreden. Een vreeselijk oogenbLik muet de man vóór zijn dood gehad hebben. Hij was met den hak van zijn schoeisel tus schen de rails en contrarail beklemd geraakt en deed alle moeite om zich los te v/erken, toen hij een rangeerma chine zag aankomen. De machine na derde en hij had geen gelegenheid te ontkomen. Hij moet nog geschreeuwd hebben, doch niemand merkte hein op vóórdat het te laat was. De Redactie van het Familieblad schrijft in hat no. van 21 Juli ji. als volgt: Bekend is bet, welk een belangrijke plaats onze Noordelijke Industrie in neemt. Do Sneeker Firma J. Veen Co., die hare nieuwe exploitatie heeft aangevangen behoort tot de oudste en meest geachte op het gebied van Cacao en Chocolade; hare producten zijn in hot bijzonder in de lij no en degelijke gezinnen zeer gezocht. Trouwens Veen's Cacao is een fijn merk en de Chocolade is zelfs bepaald eenig in een zuivere en heerlijke watcrchoco- laad in vasten vorm is, die hare oude aantrekkelijkheid steeds ziet toene men; en het kan niet uitblijven of deze uitbreiding der vaderlnndsche nijver heid zal land en gewest ten goede ko men. De Pers toonde zich met de nieu we exploitatie der Fabrlek-Veen zeer ingenomen; als een voorbeeld uit vele halen wij hier aan wat het Dagblad voor Zuid-Holland en 's Gravenhage hierover zegt. Onderwijzers. Door de raadsleden Zeehande laar. IJzerman, dr. Josephus Jitta en Blankenberg is bij den raad van Amsterdam een voorstel inge diend tot nadare regeling der sala rissen van onderwijzers en onder wijzeressen en afschaffing der 'rangexamens. Zij achten het overbodig, om nader toe te lichten, dat eene be zoldiging van 850, welke een on derwijzer thans na 12 jaren dienst kan bereiken, ten eenemale onvol doende geacht moet worden; zij 'wenschen echter in het belang van het onderwijs eene scherpe afschei ding te behouden tusschen onder wijzers mèt en onderwijzers zon der hoofdakte. Hierdoor zal het peil der ontwikkeling verhoogd, en daardoor ook de achting voor don onderwijzersstand in Amster dam bevorderd worden. De van f 100 tot 200 verhoogde toelage voor het bezit der hoofdak te zal eene aansporing zijn voor geschikte, jonge onderwijzers, om eene plaatsing bij het onderwijs te Amsterdam te begeeren. De on dervinding heeft geleerd, dat dit bij de bestaande regeling niet het geval is. Ieder onderwijzer moet de ze kerheid hebben, dat hij, na be hoorlijke vervulling zijner taak, op de bij de verordening, bepaalde tijdstippen recht heeft op de vast- gestelde verhooging. Aan de ge meente is het, zich te overtuigen, dat de geschiktheid en de dienst ijver van den onderwijzer hem de bepaalde lotsverbetering waardig maken. Rangexamens zijn daartoe niet noodig. Waar aan onderwijzers en on derwijzeressen dezelfde taak op gedragen wordt, is het niet meer dan rechtvaardig, dat aan beiden dezelfde belooning voor de bewe zen diensten wordt toegekend en mogen de laatsten niet bij de eer sten worden achtergesteld. Dat art. 25 van de wet op het lager onder wijs de laagste klassen bij voor keur aan de onderwijzeressen wil opgedragen zien, is nog geen be wijs, dat dezen eene minder ge wichtige taak te vervullen zouden hebben. Wat de rangexamens betreft, wijzen de voorstellers er nog op, dat iemand, die een zeer goed the oretisch examen heeft afgelegd, maar die feitelijk naar het oordeel van den arrondissemcnts-schoolop- zienor en van het hoofd der school, waaraan hij werkzaam is, op grond van onvoldoende praetische ge schiktheid of onvoldoenden dienst ijver niet voor bevordering in aan merking moest komen, toch op de lijst geplaatst kan worden. Omge keerd kan iemand, die eene zeer goede praetische kracht in dc school is, en die minder gélukkig is op het theoretisch gedeelte van het examen, van bevordering versto ken blijven. Dit is niet in het be lang van het onderwijs; wèl geven de voorstellers toe, dat een andere meer rationeel© wij zo van beoor- deeling, een verbeterd schooltoe zicht noodig maakt. Van onzen Correspondent.) De dienstboden „beurs" jn de Jagers tr. No. 15. II. Emmy heeft het lange relaas van Mama maar half aangehoord. Met haar gedachten is ze nog half bij de griezelige bijzonderheden van het pro ces in Könitz. Als Mama zwijgt, heerscht er een oogenblik stilte. Dan zegt Emmy, die de laatste woorden heeft opgevangen Best, Mama, ik'ga met u mee, maar we zullen toch eerst even koffie drinken. Als we om 5 uur in de Jager- strasse zijn, is het nog vroeg genoeg. Na de koffie stappen heide dames iu ue tang» Lcssingstrasse, Hansa Piatz aa Alto- naer Strasse naar den Grossen Stern in den Tiergarten, waar zij overgaan in de electrische tram, die haar ©en kwartier I&lar langs de Cnarlotvenbur- ger Chaussee, voorbij de BrandenLur- ger Poort en door de Dorotheen Strasse tot aan de Friedrichstrasse brengt. Zij hebben wel een omweg gemaakt, maar een ritje bij mooi weer door den Tier- garten is altijd prettig en het is nog vroeg genoeg. Daarom wordt het laat ste gedeelte van deu weg door de Friedrichstrasse te voet afgelegd. Hier is een geregeld gesprek niet meer mo gelijk. Telkens raken Wilhelmine en haar dochter van elkaar af, want op het smalle trottoir golft een groote menschenstroom. Op den hoek van Friedrichstrasse en Linden, hij Kranz- ler staat Emmy, die vlug overgestoken is, een oogenblik stil om op haar moe der te wachten, die nog aan den over kant staat bij de krantenstalletjes in het middenpad van de Linden en niet over durft te steken tusschen de equi pages, huurrijtuigen, omnibussen en automobielen, welke elkaar hier krui sen. Dan neemt Wilhelmine een kalm oogenblikj© waar en voegt zich bij haar dochter. Hot is net, of het hier met den dag drukker wordt, zegt ze tegen Emmy, want ze is trotsch op haar Berlijn. Hier en daar een oogenblik stil hou dende om de uitstallingen in de win kels te bekijken, komen moeder cn dochter nu spoedig aan de Jager- strasse, waar zich vlak bij den hoek van de Friedrichstrasse, het groote ge bouw verheft van het „Erstc Gesinde- Vermietungs-Kontor", het doel van den tocht Deze „arbeidsbeurs", de groot ste op dit gebied in de stad, welke reeds van het jaar 1815 dagteekent, is den geheelen dag geopend. In de morgen uren voor het mannelijk cn in de na middaguren voor het vrouwelijk dienst personeel. In de zalen van dit bureau, dat steeds de „grootst© keuze" heeft, zooals het prospectus vermeldt, kan men dus 's morgens zijn huisknecht, koetsier of palfrenier huren en 's mid dags keuken-, linnen-, binnen- of kin dermeiden. Wie zich wil verhuren, moet voor zien zijn van een behoorlijk bijgehou den „Gesiude-Dienstbuch", dat op de eerste bladzij het signalement bevat, uitgegeven door het politiebureau, ter wijl op de volgende bladzijden in 7 ver schillende rubrieken het nummer van den dienst, naam, stand en woonplaats van heer of dame die huurtde aard van den dienst (huisknecht, koetsier, keukenmeid, kindermeid)de verschil lende data van in- en uitdiensttreding; de reden van het vertrek uit den laat sten dienst en het getuigschrift moeten worden ingevuld. Het Gesinde-bureau ontvangt na elk tot stand gekomen huurltontrakt een vast bedrag van 3 Mk. van dengen© die huurt, en van 1 Mk. van dengene die zich verhuurt. Wanneer het „Gesinde? Dienstbuch" niet in orde is. mag het bureau niet optreden als tusschenper- soon. Frau Wilhelmine en Emmy zijn het gebouw binnengetreden en doorkrui sen achtereenvolgens de verschillende zalen en de groote binnenplaats met moeite dringen zij tusschen do vele dames en dienstmeiies door. Ilct is overal stampvol. In de eerste zaal, vóór o an do straat staan de keukenmeiden, die zich verhuren voor hotels en restau raties. Verderop, in de andere zalen is do „beurs" voor de dienstboden, die bij families in dienst willen treden. Overal hangt een benauwde, onaange name lucht, hetgeen geen wonder is, daar van 's morgens tot 's avonds hon derden personen in- en uitloopen. In elke zaal staan in een hoek achter een groote lessenaar twee beambten, die in twee zware, geweldige kantoor boeken alle tot stand gekomen huur- konirakten registreeren. Hun lessenaar is steeds omstuwd door een groot aan tal contractanten. Bij den eenen be ambte staan do dienstboden, die zich verhuurd hebben, bij deu andere staat1 de „Gnadige", die gehuurd heeft. Zoo- i dra alles geboekt is, moeten beide par-j tijen hun offer betalen, daarop krijgt de dienstbode van haar nieuwe me vrouw den Mielschaler (3 Mk.), de goospenning", en mevrouw ontvangt van den beambte het bewijs, dat de meid zich bij haar verhuurd heeft. Gemakshalve wordt ieder, die er een beetje damesachtig uitziet, met den wijdsehen titel „Gnadige Frau" aange kken. Overal in de zaal staan de dienstmeisjes met haar Dienstbuch" uiieii muurbloemen bejaarde, zwaarlijvig* mevrouwen geduldig te wachten, 1*1 haar ter keuze achtereenvolgens vort schillende dienstmeisjes worden gepre senteerd door de vrouwelijke beamb ten van het bureau. Deze beamb ten, vrouwen met een witte strooh om de mouw, die in dienst zijn van het verhuurkantoor, zijn ijverig ii^ de weer. Een bejaarde dame in gind< schen hoek, die een perfekte Köchir» noodig heeft en haar wenscli aan een van de vrouwen meedeelde, zit al een kwartier te wachten. Eindelijk komt de vrouw, dio alle „voorradige" keu kenmeiden geïnspecteerd heeft, naat mevrouw toe en biedt haar de beste aan, dio ze heeft kunnen uitzockon j dan gaat ze onmiddellijk weer weg eri laat de twee alleen onderhandelen, want ze moet kindermeisjes zoeken voor een andere dame. In dezen drukken tijd van het jaar, na de groote zomervacantie, is de vraag grootor dan het aanbod. Da dienstboden zoeken niet een nieuwen dienst, maar omgekeerd de mevrou wen zoeken een nieuwe meid. Overal in de verschillende zalen staan groepjes, waarvan meestal een dienstbode met haar „Dienstbuch" in dc hand het middelpunt uitmaakt. Zij heeft slechts te kiezen uit verschillende „mevrouwen". Het Dienstbuch gaat van hand tot hand Dames, die met veel kleine kinderen gezegend zijn, moeten voor dit misdrijf boeten. Zij zijn wel genoodzaakt allerlei accoramo- dements te maken in den vorm van hooger loon, veel verval, een rijkelijk ontbijt met worst enz., daar zich an ders geen meid verwaardigt, bij haar in dienst te treden. Deze weten maar al te goed, hoe dikwijls de eeno me vrouw de andere de loef afsteekt door eenvoudig een hooger bod te doen. Wilhelmine heeft maar een klein ge zin. Voor haar is het dus niet zoo moeielijk, een „Müdchen für alles" te vinden. Maar liet duurt toch wel eon uur vóór ze eindelijk klaar is. Zij heeft verscheidene „Dienstbüeher" doorge snuffeld en de bezitsters ter dege opge nomen. De een biedt zich als keukenmeid aan en verlangt 100 thaler loon (300 M.. gelijk 180 gld„) een ander is niet on genegen do betrgkkiug van Müdchen für alles in een „Kleinen, feinen llaus- halt". (een kleine, voorname familie) aan te nemen. „Dat wil zooveel zeggen, dat jc van luieren houdt, is 't niet?" antwoordt Wilhelmine en dan wil ie nog 70 Thaler (210 Mk.) loon hebben I Neen, dank je kind, jou kan ik niet gebrui ken. Eindelijk wordt ze het voor 60 Th. (108 gld.) eens met een jonge dorps- schoone, die zich als Madchen für al les aanbiedt, en al een jaar in Ber lijn gediend heeft „Ik had er liever een gehad, die di- rekt van buiten kwam, zegt ze tegen Emmy onder het weggaan. „Deze zal ook wel weer heel wat vijven en zessen hebben. Ze zei ten minste dadelijk, dat zo niet op den „Hangeboden" verkoos te slapen (een klein kamertje, laag van verdieping boven de badkamer, dat al leen met een ladder te bereiken is). „Laten we er het beste maar va., ljo- pen. Mama. liet is en blijft eene lote rij, want op die Dienstbüeher kan men ook al niet meer aan. En nu moesten we op den goeden afloop maar eens een lekker glaasje Eier-Cognac (advo- kaat) gaan drinken, in het Kaiser Kaf fee in de Friedrichstrasse. Ik ben moe van het ronddrentelen. Wilhelmine stemt toe, maar noemt zich vast voor, in haar Weekblad het meiden-vraagstuk weer eens ter spra ke te brengen. K. Sport en Wedstrijden. Wieier nieuws. In tegenwoordigheid van een groot en uitgelezen publiek waar onder vele hooggeplaatste civiele en militaire autoriteiten hadden Zondag op do baan te Agen groote wielerwedstrijden plaats waaraan ook Jacquelin deelnam, die den in ternationalen wedstrijd, 3000 me ters, gemakkelijk won van Dangla 2e en Bor 3e. Een 50 kilometer wedstrijd met motor-gangmaking werd in J u. 5 sec. gewonnen door Dangla uit Agen. 2e Bor 32 ronden achter. In de 23o kilometer raakte Jacquelin het achterwiel van zijn gangmakers en viel; hij kwam er gelukkig slechts met enkele ont vel iin.treil af. doch daar hij reeds Naar het Deensch van F. BADDITZ. II. Toch mocht ik hem niet hee- lemaal lijden. Er kwam nu en dan een harde klank in zijne stem, en ik wist ook, dat men zeide, dat hij zijn riikdom had verworven door den verkoop van opium aan de Chineezen eu door speculaties, die niet zoo heel zuiver waren geweest. H" was, ondanks zijne veertig ja ren, een knappe man, met een voorkomen, dat aan de meeste vrouwen bevalt, en hij' sprak op eene manier, die vrouwenharten boeit. Mijn hart had hij evenwel niet gevangen; hij was voor mij nog een volslagen vreemde. En nu vroeg die man mij ten hu welijk. Nu, je behoeft niet op te stui ven, hij was heusch niet de eerste vrijer, die om mij kwam. Twee van de jonge onderwijzers aan mij ne school hadden hun hart en hun ne meer of mindere onzekere voor uitzichten al vroeger aan mijne voeten gelegd. He zou nu de vrouw van een dokter ergens in de pro vincie of predikantsvrouw aan de Oostzee zijn, wanneer ik een van beiden genomen had. Ik bcod hun alleen mijne vriendschap aan, die zij goed opnamen, zoodat ik ge loof, dat zij beiden nu nog mijne goede en trouwe vrienden zijn. Maar deze brief was van een heel anderen aard. Hij was kort, vurig, bijna hartstochtelijk en toch zoo merkwaardig zakelijk. Hij bemin de mij, zooals hij zeide, en alles wat hem toebehoorde zou ook het mijae zijn. en hij wilde in alles mijn slaaf zijn, a's ik zijne vrouw wilde worden. Maar hij verlangde onmiddellijk antwoord. Zaterdag morgen zou hij op reis gaan. Wan neer hij, voordat de trein vertrok, geen antwoord had, zou hij dat als eene afwijzing beschouwen; maar als ik zijn aanzoek aannam, zou hij blijven en mij den volgenden dag in mijn woning opzoeken. Het was mij alsof bij door dit verlangen den loop van een pistool op mijn hart richtte. Maar hij had eene verontschuldiging. Hot was Vrijdagavond, en als ik door dit ongelukkige schooluitstapje niet den ganschen dag van huis was ge weest, had ik er over kunnen na denken en mijne moeder om raad kunnen vragen. Nu was het daar voor le laat. Er moest ja of neen geantwoord worden. Ik deed het venster open en keek de straat in. In het Noorden stak de lichte boog van den helderen nacht tegen den donkeren hemel af. Het was laat en ik hoorde alleen de voetstappen van een paar late voorbijgangers en heel in do verte de heldere, weeke tonen van eene viool. Ik keerde mij van het vensier af, nam den brief op en las hem nog eens. Het schrift was vast eu duidelijk; wel een beetje stijf en met krachtige neerhalen. De mar., die den brief geschreven had, scheen een vasten wil en karakter te bezitten. Maar ik beminde dezen man niet. Bij hot lezen van zijn brief had mijn hart in 't minst niet gebeefd. Ik gevoelde zelfs niet het geringste spoor van zachte ont roering, zooa.ls de acht bladzijden lange minnebrieven der onderwij zers mij hadden doen gevoelen. Neen, het was mij duidelijk, dat, als ik met dien man trouwde, het alleen zou zijn, omdat hij in zeke ren zin mijne verbeelding bezig hield, lot mijn verstand sprak en ook waarom zou ik het je niet eerlijk bekennen? Je weet hoe ik nu eenmaal ben omdat ik meen de, daardoor de deur van mijne gevangenis te kunnen openen en mij bevrijden van al de kleine ver drietelijkheden en drukkende zor gen en te kunnen uitvliegen in de groote, lichte, heerlijke wereld. Ik hield niet van hem, en het is de vraag of ik hem ooit had kunnen liefhebben. Ik zou hom afwijzen. Daar hoorde ik opeens moeder in de slaapkamer in haren slaap zuch ten, en toen neen, beoordeel mij niet te hard bezweek ik voor de verioiding. Ik ging aan mijne ta fel zitten en schreef een kort en vriendelijk jawoord. Ik beloofde, dat ik voor hem eene goede en trouw© gade wil worden en er naar zou streven zijne liefde te be antwoorden. Ik verheelde hem niet dat ik hem eigenlijk nog te wei nig kende. Maar kort en goed: ik zeide ja, en dat op eene manier, die hem onmogelijk zou kunnen kwetsen. Ik deed den brief dicht, schreef er het adres op, dat hij mij had opgegeven, en wilde naar beneoen gaan om den brief in de postbus to doen die zoo wat tien passen van ons huis stond. Nu nog een postzegel er op. Ik nam het doosje op, waarin ik gewoonlijk postzegels bewaar de en dat op do schrijftafel stond. Den vorigen avond waren er nog fcvee' stuiverspostzegels in geweest nu was het doosje leeg. Daar stond ik nu met den brief in de hand en ik kon hem niet tij dig genoeg verzenden. Dc brief on gel' rankeerd op de post doen wil de ik niet. Ik heb evenals jij een hekel aan on gefrankeerde brieven. Wat moest ik doen? Moeder wak ker maken? Dat zou nutteloos zijn geweest en dan had ik haar cok de heele geschiedenis van het hu welijksaanzoek moeten vertellen en wat ik er op geantwoord had en waarom. Dat was onmogei'ik. Ik zocht en zocht, maar in het hee le huis was geen enkel postzegel te vinden. Later hoorde ik, dat mij ne moeder, terwijl ik van huis was aan haren broeder, oom Ka- rel, geschreven had. Eigenlijk had hij, omdat het ongelijk aan zijn kant was, den verzoeningsbrief moeten schrijven. Voor dien brief nl waren dc twee laatste postze? gels gebruikt. Daar stond ik nu. Wat le doen? Vroeg opstaan en hem een tele gram sturen, of misschien zelf nog naar het station gaan? Wat zou hij wel denken en wat moest ik hem zeggen? Neen, dat was ook onmo gelijk. Ik stond geheel radeloos en was vermoeid van het denken en Ik ging weer naar het open ven ster eu keek naar buiten. Do (lag begon aau te breken; het was al bij na licht en er klonk een zonderling gegons en goruisch door de groote" stad, die begon te ontwaken. Plot seling hoorde ik de vogels tjilpen, een zwaluw vloog rakeJings voor bij, en tegelijkertijd kwam een luchtstroom een frissche, koele morgengroet, die opeens alle nare, angstige droomen van den nacht wegjoeg en mijn jeugdigen moed, mijn geloof aan de toekomst en aan het geluk wakker maakte. Wat was die vreemde man voor mij? Zou do vrijheid, die ik wilde koopen, niet misschien de zwaar ste ketenen, die een mensch kan dragen, meebrengen? Een huweliik zonder wederzijdsche lief#e... Voor

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1900 | | pagina 5