5
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Meestgelezen Dagblad, in Haarlem en Omstreken.
XE LAAT.
18e Jaargang.
Zaterdag 1U November 1900. No. 5328
DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Yoor Haarlem per 3 maanden 1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gereetigd ia (kom der gemeente),
per 3 maanden 1.30
Franco door het gelieele Rijk, per 3 maanden. i» V 1-65
Afzonderlijke nnmmers. i., -V V 0.02^£
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden 0.37
de omstreken en franco per post 0.45
ADVERTENTIËN
Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Boiten het Arrondissement Haarlem
is de prijs der Advertentiëtt ran 1—5 regels 0.75, elke regel meer 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlgk rabat.
Reclames 30 Cent per regeL
Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Kampersingel 70, vlak bij de Turfmarkt.
Telefoonnummer der Redactie 600. Telefoonnummer der Administratie 122.
Intercommunale aansluiting^
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM.
Abonnementen en Advcrtentien worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Conrantiers. Met uitzondering van bet Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advevtentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan heb Algemeen Advertentie-Bureau A DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31*»" Faubourg Montmartre.
Haarlem's Dagblad van 10 Nov.
bevat o. a.Er wordt nog niet ge
hapt aan de Chineesche taart,
Sipido's uitlevering in de Fran-
pclie Kamer, Eere burgerschap van
crescent Krugcr, Hoe men de ver
loving] der Kouingi» in Paramaribo
ontving (oud; r Koloniën), Een
nieuwe Raadszaal, Atjeh, Eenbriei'
van Dr. Bierens de lïaan, De her
leefd» moed der Boeren.
Onze Brievenbussen
zi;* geplaatst tegen den muur van liet siga-
nMUWMrBZ'in van d n lieer 13. Langeveld,
Houlstra.it 140 en tegen dien van
urn lieer Hellingman, iirnia II. C. Lou-
v.e.i Zoon conliscur, Groote Houtstraat
Jiook Anegang.
ilc ï»iieveii en bescheiden, bestemd t
iittdaetie, onze Administratie en onze
drukkerij, kunnen daarin geworpen
le
,»g gesel.i<
Aslveü'tesaiïëïi
voor het
Z&ierdagavondnummer.
Meermalen zijn wij tot ons leedwe-
ze genoodzaakt Advertentiën af te wij
zen voor liet Zaterdagavondnummer,
die des Zaterdagsmorgens pas worden
bezorgd.
Wil men zeker zijn van de plaat
sing, dan is inzending op Vrijdag
avond ncodig, uitgezonderd natuur
lijk kleine advertenties of familiebe
richten, die moeilijk vooraf kunnen
worden ingeleverd.
DE ADMINISTRATIE.
Weekblad voor de Jeugd.
Aan hen die daarop zijn geabon-
nerd, wordt hierbij verzonden no. 46
van het „Weekblad voor de Jeugd".
Dit keurig geïllustreerde weekblad,
onder redactie van den heer F. H. van
Leent, bevat in dit nummert
Huiselijk geluk.
Grootmoedertje.
De vacantie van de club van mc-
vrouw Roos.
Mijn poesje.
OngeniKido gasten* a
Walpurgisnacht,
Allerlei. 4 ïrft
Bericht,
Raadsel.
Antwoord op het Raadsel..
Wel ladigheid.
(Elk No., groot 8 bladzijden, bevat
'tal van fraaie, gekleurde platen en
een voor kinderen alleraardigste/1
tekst. De prijs per drie maanden is
slechts 50 Cents.)
Politiek Overzicht.
Wat zullen de Chineezen af en
toe toch geweldig moeten lachen
over den mogendheden die hen j
aan 't beschaven ziin en over de I
troepen waarmede ze dat werkje
opknappen
De mogendheden waren zoo raar
aan 't scharrelen over de buit en
zoo jaloersch van elkaar, dat de
Chineezen dat zonderling gedoe
vroolijk konden aanzien tot nog
toe.
Nu is er groote kans op eenstem
migheid gekomen door de Duiisch-
Engelsche nota, maar nu beginnen
de troepen. De „Standard" nl. ont
vangt uit Sjanghai van den 7en het
bericht, dat een Russisch officier,
bevel voerende over 60 man te
Ching-Weng-Tao, waar een En-
gelsch officier en enkele Sikhs ge
stationeerd zijn, de Engelsche vlag
neerhaalde en vertrapte. De En
gelsche officier protesteerde en
schen, doch zag cr van af, daar de
trachtte de vlag weder op te hij-
Rus hem dreigde neer te schieten.
De Russen boden later hun veront
schuldiging aan. Men beschouwt
het. incident als gesloten.
Een stichtelijk schouwspel zal
dat geweest zijn. Er kornen nu eeni-
ge berichten van ter dood brenging.
Volgens de „Times" is Ting-
Yoeng de tegenwoordige onderko
ning van Tsjili, de Tartaren-gene
raal Koei-Heng en kolonel Wang-
Chaume gefusileerd zijn, overeen
komstig het vonnis van den krijgs
raad te Pao-Ti ng-Foe.
En volgens berichten uit Canton
is daar de „hervormer" Szki-Moe
ter dood veroordeeld in verband
met de ontploffing, die het Yamen
van den gouverneur verwoestte.
Een tweede hervormer is heden in
hechtenis genomen. Meer arresta
ties worden venvacht.
Ten besluite der mededeelïng
volgens Reuter dat Campbell
van Paoting-Foe in Tienstin is te
ruggekeerd en 26 dorpen heeft ge
bombardeerd en in brand gesto
ken. Hij sloopte de muren van Me-
nan-Hsien en dwong den magi
straat van Jen-Chin, de Boksers in
zijn district gevangen te nemen en
te vonnissen en den Christenen de
geleden schade te vergoeden.
De onderhandelingen der gezan
ten met de Chineesche gevolmach
tigden zijn, ondanks de herhaalde
en dringende pogingen van Li-
Hoeng-Tsjang nog niet begonnen.
De gezanten weigerden de onder
handelingen aan te knoopen, zoo
lang de hoofdschuldigen aan den
opsland niet onder hun toezicht
zijn gestraft.
Uit een mededeeling van den
Amerikaanschen gezant, den heer
Conger, blijkt, dat de gezanten
voortdurend met elkander confe-
reeren over het vaststellen van een
grondslag voor de onderhandelin
gen. Op verschillende) punten zijn
de gezanten tot eenstemmigheid
gekomen, doch liet resultaat van
illin conferenties wordt nog geheim
gehouden. De Russische gezant
neemt aan alle besprekingen deel.
De heer Conger gelooft, dat als
eens het program is vastgesteld en
de onderhandelingen meti China
begonnen zijn, er niet veel moei
lijkheden van Chineesche zijde te
overwinnen zullen wezen om het
program door de Chineesche Re
geering te doen aannemen.
Buitenlandsch Nieuws.
Eere-burgerschap van pres.
Kruger.
In de maandelijksche vergade
ring van den gemeenteraad van
Dublin deelde Clancy Maandag
mede dat hij een voorstel aan de
orde wilde stellen om het eere-bur
gerschap van de stad aan president
Kruger aan te bieden. Er was veel
belangstelling onder de burgerij in
deze motie en den lieelen middag
heerschte in het stadhuis groote
opgewondenheid en beweging.
Reeds vroeg op den dag waren de
trappen van het stadhuis bezet met
een wachtende volksmenigte, en
lang voor de vergadering geopend
werd, was de openbare galerij vol
rumoerige nationalisten. Sommige
onder hen droegen Boeren-vlagge-
t.jes en af en toe zongen zij nationa
listische liederen of juichten luide
ter eere van den lieer Kruger, Si-
pido, majoor Mc Bride (die met de
Boeren heeft meegevochten) en
Majoeba. De verschillende raads
leden werden ontvangen met ge
juich en hoon kreten, al naar men-
van hen wist dat zij voor of tegen
het voorstel waren.
Het voorstel van Clancy was
,.Dat het burgerschap van de oude
stad Dublin worde verleend aan
Zijne Excellentie president Kru
ger, van de Transvaalsche Repu
bliek, wegens zijn vaderlandslie
vende en moedige pogingen om de
vrijheid zijns lands te handhaven,
en als een protest tegen de. ken
merkende handelwijze van de En
gelsche regeering en haar laaghar
tige en schandelijke poging om de
danpere en onverwinnelijke Boe
ren te knechten."
De lord Mayor zeide dat eij, na
rechtskundig advies gehoord te
hebben, moest verklaren dat hij
het. voorstel niet aan de orde kon
stellen.
Deze mededeeling werd op de
galerij met afkeurende uitroepen
ontvangen, te midden waarvan
Clancy hem vroeg om opheldering.
De lord Mayor herhaalde dat
men het voorstel niet kon behan
delen. Hij ried Clancy zich ervan
te overtuigen door eveneens een
rechtsgeleerde te raadplegen.
Toen brak op de galerij een
storm van verontwaardiging los.
Verscheidene personen eisc-hten
dat de lord Mayor van ziin stoel
zou verwijderd worden, en een
man trachtte over de balie te klim
men, blijkbaar met de bedoeling
om hem te li if te gaan. Clancy en
de deurwaarder deden een beroep
op de menigte om kalm te zijn,
maar het baatte niet.
Een ander lid trachtte de beraad
slaging over andere zaken voort te
zetten, maar zim stem was niet
verneembaar door het gejuich voor
president Kruger en het. geroep om
de politie. Later, toen men hem
weer kon verstaan, protesteerde
hij tegen de houding van het pu
bliek en zeide dat dergelijke too-
neelen een schande waren voor
de.n gemeenteraad en voor Dublin.
Een aantal mannen van het pu
bliek die naar buiten waren ge
gaan, renden nu terug en hernieuw
den hun gejuich en geschreeuw.
Men riep zelfs: ,.Naar de hel met
den lord Mayor
De wanorde duurde nog eenigen
tijd on de demonstraties werden
buiten voortgezet. De lord Mayor
werd later bij het verlaten van het
stadhuis uitgejouwd.
De verkiezing van Mc Kinley.
Toen liet 's nachts tegen half een
in New-York hekend begon te wor
den aal Mac Kinley de meerder
heid had gekregen, overstroomde
de menigte het City-Hall-park en
verspreidde zich verder door de
stad. Overal zag men aan gevels
verlichtingen aansteken, orkesten
begonnen midden op straat te spe
len, mannen, vrouwen en kinderen
bliezen op kleine trompetjes en
maakten een heidcnsch lawaai. De
kalme -'stroten veerden rumoerig.
Er werden fakkeloptochten op touw
gezet, honderd duizenden stemmen
schreeuwden, juichten, tierden.
Menschen die elkander heelemaal
niet kenden, vielen in eikaars ar
men. Anderen sloegen, uit vreug
de, hun hoed stuk op dien van een
ander, weer anderen zaten met
zwaaiende armen op den ru» van
een sterken vriend.
Arbeider&feest op 31 December.
Het Parijsche gemeenteraadslid
Colly en zijn socialistische colle
ga's zullen in den Raad de volgende
motie voorstellen
De eeuw die teneinde loopt,
laat over als erfenis de schitteren
ds bctooging van den vooruitgang,
de wetenschan en de menschelij-
ke werkkracht, deze laatste zoo ver
mogelijk gedreven. Doch zii laat
ons tevens den geheelen nasleep
barer slechte moraal, barer valsche
wijsbegeerte van het schrikwekken
de schouwspel barer krijgsheca-
tomben.
„Zullen wij bii den dageraad
der nieuwe eeuw méér welstand
zien bij de bijen van de greote
mcnschelijke korf, meer gerechtig
heid bij de menschen, meer hel
derziendheid in de geesten ommeer
broederlijkheid onder de volkeren?
Het is onze vurigste wensch, en,
teneinde met een datum het tijd
perk, dat eindigt, aan te duiden
en den nieuwen dageraad te be
groeten, leggen wij aan het bureau
van uwen Raad het volgende voor
stel voor
„De Raad,
..O verwee-en de 'dat 'de arbeids-
wereld hel recht heeft om de eeuw
te beëindigen met een rust- en feest
dag.
„lo. Op 31 December 1900. laat-
sten dag der eeuw zullen de werk
lieden en beambten der Stad vrij
af hebben
„2o. Een volksfeest zal dien dag
gevierd worden.
„3o. Een extrauitkeering zal wor
den toegestaan aan allen, die trek
ken uit het weldadigheidsbureau.
„Vervolgens, overwegende, dat
het aanbreken van het nieuwe tijd
vak aangegeven moet worden door
maatregelen van genade en hoop:
„Spreekt de Raad den wensch
uit, dat de regeering den .31 De
cember als rustdag aanwijst en aan
de Kamers een amnestiewet voor
stelt met de wijdst mogelijke strek
king.
De hernieuwde Bcerenmoed.
De Lcndensche correspondent
van het „Berl. Tageblatt" schrijft
aan zijn blad over de voortduring
van den Boeren-oorlog en vraagt
in de eerste plaats hoe komt het
dat plotseling aan allo kanten de
moed schijnt herleefd, de energie
teruggekeerd - Men schrijft dat te
Londen aan verschillende oorzaken
toe. Er wordt o. a. beweerd dat de
Boeren in het vertrek van Lord
Roberts en een deel van ziin staf
een teeken van Engcland's verzwak
king zien. De corresnondent van
het „Berl. Tageblatt' gelooft ech
ter niet, al moge men dan ook een
zekere naicve goedgeloovigheid bij
de Boeren aannemen, zij zullen
gaan denken dat de Engelscben,
wier veroveringen thans zoo ver
zijn gevorderd, bang zouden zijn
het met de rest der bevolking niet
meer te kunnen klaar spelen.
Een andere verklaring komt hem
veel aannemelijker voor, cn wel
deze, dat de leiders der Bocrenbo-
weging thans teekenen van bij
zonder opgewekt leven willen ge
ven, nu Kruger al meer en meer
Europa nadert. Paul Kruger moet
de vertegenwoordiger van een nog
steeds krijgvoerende macht zijn en,
als het op liet sluiten van vredes
onderhandelingen met Engeland
aankomt moet hij het bewijs kun
nen leveren dat hij de vertegen
woordiger is van een no" gansch
niet geheel onderworpen land.
Hoe liet zij, de hernieuwde moed
en overwinningen zijn feiten, en
de Wet is er de ziel van.
Over die nieuwe operaties schrijft
luit. kolonel de Wit in de „N. R.
Gt." o. a.
Zoover als gissen hier reden van
bestaan heeft, kri^en w>': den in
druk, dat Louis Botha een leger
verzamelt om van het Noorden uit
te 'ageercn, en- dan weer den De-
lagoa-spoorweg te bestoken.
Wil men eenig blijvend resul
taat behalen, dan moet een derge
lijke poging gewaagd worden. De
handelingen van den kleinen oor-
log. die in d$ laatste weken vooral
in het Zuiden van den Oranje-Vrij
staat gevoerd wordt, hebben slechts
lijdelijke, particele gevolgen, den
Engolschen wordt hierdoor het rus
tig bezit van het ingeliifde land on
mogelijk gemaakt, maar -wor
den op deze wijze niet genoodzaakt
het weder te ontruimen, wat toch
het einddoel moet zijn dat do Boe
ren in het oog dienen te houden.
Volharding is een van de meest
kenmerkende eigenschappen van
dep Engelschman; White, ICeko-
wich en „last not least". Baden Po
well hebben het bewezen, en al die
kleine tegenspoeden zullen hem
niet dwingen het bezette land te
verlaten; daarvoor is meer noodig;
daarvoor moet het optreden van
kleine afdcelingen op de verbin
dingslijnen met de oneratiebasis,
gepaard gaan een krachtig optre
den van liet Noorden uit.
Te oordeelcn naar de berichten
die ons hebben bereikt, is do Wet
vooral de man van den kleinen
oorlog, laat ons ze^en een guerril
la aan ...eerder, terwijl Louis lh-lha
een geboren troepenleider in den
veldslag schijnt te ziin. Is dit oor
deel juist, dan is voor elk hunner
een taak weggelegd, geheel in over
eenstemming met karakter cn ge
schiktheid. Als de Wet de lot. nu
toe gevolgde taktiek blijft houden,
en de Kngelschen dwingt zooveel
mogelijk troepen af te zonderen ter
beveiliging van de communicatie
met d Kaapkolonie, is voor Botha
de taaie weggelegd om. zcodra hij
over een voldoend sterke macht
kan beschikken, te trachten in de
eerste plaats Lijdenburg te herne-
Stadsnieuws
HAARLEM, 9 Nov. 1900..
Examsn vrije en orde-
oefeningen.
Haarlem, 7 November. Opg.ir )opan
6heeren-candidaten. Geslaagd 1'. Snij
ders van Amsteiaam, P. Klerk en IS.
Ero, beiden van Alkmaar, H. h'onkes
van Haarlem.
Haarlem, 8 November. Opgeroepen
G heerencand. Teruggetrokken 1. Ge
slaagd T. Duym en D. Vijzelaar, bei
den van Hoorn, P. Kraak, van Purrno-
rend.
Onze Pretteikamer.
In onze Prentenkamer zijn op 't
oogenblik o. m. te zien: een reeks van
platen, betrekking hebbende ,op den
intocht der C. I. V. (City Imperial
Volunteers) in Londen. Verder platen
van de Parijsche Tentoonstelling, de
Gebeurtenissen in China, enz.
Dezelfde wagen van de Electrische
tram, die de vorige week in botsing
kwam met <een vrachtwagen op het
Spaarne, en Donderdagmorgen weor
in dienst is gesteld, kwam Donderdag-
namiddag op ,de Kleine Houtbrug
weder zoodanig tegen een geladen
steenwagen terecht, dat hij ernstig be-
ff'eullletoïi.
Eene schels uit het Zwccdsche leven van
Alfred van Hedenstjerna.
II.
Soms kwamen de vroegere
schoolvrienden als gast aan de tafel
der officieren. Er werd gepraat, ge
lachen en geklonken in de zaal, en
op straat voor de zaal stonden de
'muzikanten en droegen het hunne
bij om de algemeene vreugde te
verhoogen.
Thorzell alleen deelde niet in
deze vreugde; een verterend ver
langen om den scheidsmuur, die
hem van de jongelui in de zaal
scheidde, te overschrijden, door
gloeide hem en maakte hem diep
ongelukkig.
De genoegens en uitspanningen,
die zijn deel mochten zijn, leken
hem niet en als hij vrij was, ver
diende hij veel geld met op zijne
Es-cornet te blazen en spaarde zoo-
veel hij kon.
Eens toen het muziekkorps weer
bijeengeroepen was, keek iedereen
er verrast, van op te hooren, dat
Hendrik Thorzell naar het Con
servatorium vertrokken was. Na
verloop van den vereischten stu
dietijd kwam hij terug, zeer ver
ouderd in zichzelven gekeerd en
somberder dan ooit., maar met het
eervolste diploma in geen acht
jaar was er zoo'n schitterende uit
gereikt.
Hij werd nu in het 10de regiment
als concert-directeur geplaatst.
Zijne schoolmakkers en speel-
genooten begonnen zich nu te her
inneren, dat zij dezen directeur ge
kend hadden en na het feestmaal
in het officiers-casino kwamen
eenigen hunner hem gemeenzaam
op den schouder klopnen „Wel,
Thorzell, hoe maak je het? Ken je
ons nog?"
Clara Wifholm kwam aan den
arm van den kwartiermeester bin
nen als diens bruid; er werd op
haar geklonken en het muziekkorps
blies eene fanfare na dien toost.
Tien jaar later, bij het begin der
manoeuvres, ging Thorzell met
zware, dreunende schreden, de
zaal, waar de officieren aan tafel
zaten, binnen, en nam als een ge~'
poseerde veertigjarige met grijze
haren plaats onder de jonge offi
cieren. Hij had naam gemaakt in
de kunstenaarswereld en daarom
stond hij nu gelijk met deze twee
de luitenants.
Men heette hem hartelijk wel
kom. er werd op zijne gezondheid
geklonken en de muziek buiten
viel in met eene fanfare.
Hij had zijn wensch bereikt. Nu
waren de muzikanten vóór de deur
op hunne beurt van hem eeschei-
den door eene wijde klove.
Hij was echter niet vroolijk; het
eten smaakte hem niet en eerst la
ter, toen hij buiten den dirigeer
stok ophief, hem rnet kracht en
takt zwaaide, terwijl een ander op
de Es-cornet blies, en voelde, dat
vier-en dertig Slavische mannen
hem naar de oogen keken eerst
toen kwam er een vaag, vluchtig
gevoel van trots en vreugde in zijn
hart.
Zijn wensch' was te laat vervuld!
De tijd verliep; hij kreeg de me
daille voor kunst en wetenschap
en in de groote wereld stond hij
bekend als een achtenswaardig
man,.
Op het „Johannes"-feest op den
„Burcht" kwam de vrouw van den
kwartiermeester, Clara Wifholm,
uit zichzelve naar hem toe en ver
telde hem. hoe zij het zich nog
zeer goed herinnerde, dat hij als
kind overal haar cavalier was; zij
had ook zijne laatste compositie
ingestudeerd en vond die verruk
kelijk schoon, maar verschrikkelijk
moeilijk.
Moeders van huwbare dochters
waren zeer voorkomend jegens
hem en de jonge dames vonden
hem zeer interessant. De dochter
van den overste, die de eerste
jeugd voorbij was, keek hem bij
eiken dans smachtend aan, terwijl
hij. tegen den muur geleund, stond
toe te kijken. Er werd een schrik
keldans gedaan.
„Mag ik de eer hebben, mijn
heer de directeur? Het is niet de
eerste keer, niet waar?" vroeg zij,
die eens zijne lieve, kleine danse
res was geweest en in zijne sterke
armen gepolkeerd had.
Ilij schrikte, want hij stond in
gedachten verzonken, en verbeeld
de zich, dat hij vóór zich zag zijn
ldeino uilverkoren nimf in een
gierlijk toiletje als koningin van
het bal; een blos van jeugd en
schoonheid lag over haar wezen
verspreid. Hij herinnerde zich zijn
voortdurend verlangen naar haar
en hoe hij haar overal gevolgd had,
hoe z'in hart van nijd en afgunst
vervuld was tegen allen, die haar
omringden in de wereld, waarin
hij zich nu ook een plaats verwor
ven had.
Hij vestigde zijn vurigen blik op
haar, trad eene schrede vooruit,
maakte eene diepe buiging cn zei
de zacht
„Ik ben zeer vereerd en dank u
voor uw vriendelijkheid, mevrouw;
maar voor mij is het thans te laat
om weer met dansen te beginnen."
In het begin had men moeite te
vergeten, dat de muziekdirecteur
een gewoon muzikant was geweest,
totdat er eenige groote heeren uit
het buitenland kwamen, die daar
gehoord hadden, dat Hendrik Thor
zell zoo'n opgang maakte als kun
stenaar. Men werd hartelijker en
scheen hem nu geheel als gelijke
te beschouwen.
Het doodsbericht van mevrouw
Clara Blirukraz, geboren Wifholm,
verscheen in rle courant.
De muziekdirecteur las het en
bleef met gebogen hoofd zitten;
eindelijk hief hij het hoofd op en
[zette zich, terwijl-er tranen langs
zijne wangen stroomden, aan de
piano om oen afscheidslied te com-
poneeren, aan de vriendin zijner
jeugd opgedragen.
Het lied werd niet bij den lijk
dienst in de kerk gespeeld; het had
daar ook niet gepast; want het was
geen treurmarsch; het was slechts
eene aangrijpende, droefgeestige
melodie en heette: ..Miine danse
res." Bij duizenden werden do
exemplaren verkocht.
Vele oogen zwommen in tranen
of glinsterden van vroolijkheid bij
het hooren er van; het stuk werd
op het Conservatoir gespeeld.
De kapelmeester van een klein
land stal het, zette er ziin naam
onder en droeg het op aan de tante
van den regeerenden Vorst.
Eene jonge dame speelde het
eens in gezelschap en zeide „Do
componist van die melodie moet
wel een schitterende loopbaan ge
had hebben
Do vrouw van den majoor van
het 10de regiment antwoorddo met
veelbeteekencnden blik en nadruk:
„Het had zoo kunnen zijn, maar
zijn gelukster kwam te laat op."