Krnger ia Nederland 'antwoord óp verschillende vragen zei- de de heer Lely, dat men wat dc kosten betreft zich naar de Oostenrijkscha re geling kon richten. De wet "mocht nog onvolledig zijn, de Min. hoopte echter op dezen weg voort te gaan Heden 11 uur behandelt de Kanier de Kieswet. In de Tweede Kamer Hepen de voort gezette replieken en duplieken bij het algemeen debat over de Staatsbegroo- ting meest over daarmede niet in ver band staande onderwerpen, Dr. Kuy- per beweerde tegenover den lieer Loli man, dat zijn ontirev. partij do echte was hield vol, dat algemeen kiesrecht den toesland niet verbeteren zou, dat protectie uit een financieel oogpunt was aan te raden (geen graanrechten). Vervolgens bestreed hij de historische voorstelling van de partijen gegeven door den hoer Troslstra en herhaalde dat de socialisten onvaderlandslievend v/aren, trachtende den band tusschen Oranje en het volk te var zwakken. Dit gaf dan heer Van der Zwaag aanlei ding om te zeggen, dat, werd dit punt weer aangeraakt, hij zich door den voorzitter niet zou laten beletten om te zeggen wat hij van do Oranje's dacht, ook al moest hij met geweld uit de Kamer worden gezet. De heer Mees verdedigde nader do tweede editie der Ongevallenwet van zijn kiesrecht-standpunt De heer Van Kol stelde nog eens in het licht, dat de autoriteiten inzake de werkstaking op dc Merwede ongeoor loofd gehandeld hadden en diends een later te behandelen motie van orde in, waarbij een onderzoek naar de feiten wordt verlangd. De heer Ketelaar den heer De Boer verwijtend, dat deze de radicale vlag had verlaten, hield het recht van be staan der radicale partij voL Nog repliceerden de hoeren Staal man en Lohman, zonder nieuwe ge zichtspunten te openen. Min. Pierson antwoordde zeer kort, herziening dor militaire strafrechtple ging toezeggend (aan den heer v. d. Zwaag) en tegenover den heer Van Kol aanvoerend dat de autoriteiten te Dordrecht optraden juist ter bescher ming der werklieden. Het algemeen debat werd gesloten, de hoofdstukken I en II aangenomen. Met Buiteulandsche Zaken begon men en ging er in de avondzitting me de voort. De heer Van Bylandt vroeg een inter nationale conferentie en consulair op treden tegen den handel in blanke sla vinnen. De heer De Ram kwam terug op zijn nota en betoogde de wensch elijkheid van meerdere bescherming onzer biet suiker-in d u strie. De heer Kuyper vroeg om de Oranje- hoekeu wat uitvoeriger te maken, ten einde een duidelijker beeld te krijgen van den diplomatieken arbeid. Da hoer van Kol vroeg den Min. om door de consuls te doen waken tegen het bestelen der Mekkagangers. De minister trachtte uit consulaire rapporten aan te toon en, dat de Reg. zooveel mogelijk zorg draagt voor de te Djeddah achtergebleven pelgrims. De aandacht van den consul zal daar op nog eens worden gevestigd. De Mi nister beloofde "overweging van den den wensch van den heer van By landt. Wat de suikerpremiën betreft, do door do Ned. suiker in Amerika be taalde suiker was lager dan dio van andere landen werd geheven. Ten aan zien van den wensch van dr. Kuyper, zeide de Min. dat daaraan niet 6teeds gemakkelijk was te voldoen. Hij kwam nog even terug op het bij het algemeen debat gemotiveerde denkbeeld eener vereeniging van de kleine mogendhe den. Hij meende dat er voor een do- fensief verbond te veel uiteenloopen- de belangen zijn. Bij de behandeling der artikelen kwam de heer Schaper terug op zijn grief tegen de ongeschiktheid onzer diplomatie en beriep zich daarbij op het artikel van prof. De Louter in het „Utr. Dgbl." De fout schuilde z. i. niet alleen bij de diplomaten doch bij de toongevende hooge klassen, bij wie het zedelijk bewustzijn zooveel lager staal dan bij het volk. Dat bleek nog dezer dagen in een naburig land bij de be handeling van een sympathiek Staats hoofd. Do diplomatie kostte ons veel meer don zij nut opleverde. De consuls war-en van meer beteekenis; speciaal bracht spr. hulde aan don consul Pott te Loreiu;o Marqués. De Minister zeide dat lang rtiet zooveel meer als vroeger uit de hoogste standen voorkwamen. Alle landen hebben hun corp3 diplo matique uitgebreid, ook Zwitserland, niet langer voor oogen behoefden ie hebben. Mevrouw de barones en de •genadige freule laten den heeren meedeelen, da.t zij, zoo de omstan digheden hel vereischen zij tot hun 'beschikking zijn: aldus meldde een I bediende den landraad' en deze verzocht in antwoord daarop de ■'ic4am.es zij opwachting to mogen 'maken. Hij word in een klein sa lon op do eerste verdieping ont vangen, Mevrouw von Linderode smolt als altijd in tranen weg en beantwoordde met een onverstaan baar gezucht do deelnemende woor den,die do rechter-commissaris baar toesprak. Edith echter was kalm, evenals den vorigen dag. In plaats van haar moeder begon zij onmiddellijk het gesprok. U t. niet kwalijk nemen zoo de -s buizes u niet ont vangt, maa.- mijn broeder is zeer ziek en op het oogenblik niet in staat zijn kanier te verlaten. Ik zou u zeer dankbaar zijn zoo u hem alle pijnlijke formaliteiten kon besparen. Martius boog toe stemmend. Ik zal den toestand var den heer baron zoo veel mogelijk in aanmerking nemen. Mag ik vra- ook de Z. A. Rep! Rrof, de Louter was in gebreke gebleven zijn beschuldigin gen te bewijzen. Hoofdstuk III werd aangenomen. Tegen de heeren Schaper, van Kol, Troelstra, en van. der Zwaag. De heer Hartogh opende de algemee- ne beraadslaging over Justitie met een hulde aan de werkzaamheid van den Minister. Hij sprak er zijn leedwezen over uit, dat niets gekomen was van wijziging van het Wetb. van Strafvord. speciaal ten aanzien van preventieve hechtenis en voorwaardelijke veroor- deeling. Voor de volgende vierjarige periode achtte de spr. wenschelijk re geling van het goederenrecht der ge huwde vrouw en van de naamlooze vennootschappen, op welke beide pun ten onze wetgeving verouderd was. Vooral de regeling der naaml. ven nootschappen noemde spr. zeer slecht. Er was onvoldoende waarborg voor den opzet, onvoldoende aansprakelijk heid, onvoldoende publieke contróle, enz. Spr. kwam vervolgens op tegen te Amsterdam geschiede huiszoekin gen op grond van een uitleverings-trac- taat met Oostenrijk. Dr. Brummelkamp wilde opgetreden gezien tegen de propaganda voor het Nieuw-Malthusianisme. De heer Marchand hoopte, dat de Min. streven zou naar een regeling van de preventieve hechtenis. De toe passing van het rechtsmiddel vorderde wijziging. Preventieve hechtenis was een noodzakelijkheid, maar een kwaal waarop spr. meer bepaaldelijk den na. druk legde dooreen uitvoerige beschou wing over hel moreele lijden van een preventief gevangene, vooral wanneer geen veroordeeling volgt. Don verdach te moesten waarborgen worden gege ven tegen vrijheidsberooving; hij moest ln raadkamer worden gehoord en inen moest hem aanstonds een raadsman toevoegen of er een tot hem toelaten. Zonder kosten kan men in dezen soci alen nood voorzien. De heer Bouwman bracht ter spra ke, o. m. de klachten tegen liet zich buitengerechtelijk verschaffen van emolumenten bij sommige kantonge rechten. De heer Pijnappel vroeg nog of er speciale aanleiding was voor de te Amsterdam gehouden huiszoekingen. De heer Kerdijk drong nog eens na der aan op de quaestie der preventieve hechtenis; hij achtte speciale behande ling der verdachten wenschelijk, zoo- dat de cel van den preventief behandel de op een woning gelijke. De vergadering wordt te 11 uur vei-- daagd tot heden 11 uur. De Kamer heeft de motie-Van Raalte (consulaatwezen) weder van da agenda afgevoerd. Maandags wordt voortaan te half twee, de andere dagen, ook des Zaterdags, ten 10 uur begonnen, ten einde vóór Kerstmis gereed te ltomen. g. Jr, {Per brief van onzen Specialen Correspondent) OP REIS NAAR EMMERIK. Het stond geschreven dat ik geen St Nicolaas-banket zou genieten in den huiselijken kring. Terwijl in den namiddag van 5 December drommen menschen haastig liepen over de slie- rigei moddearstraten in den kregel- stemmenden, viezen motregen, om hun laatste inkoopsn en bestellingen te doen, spoorde ik naar Amsterdam om mij vandaar naar Emmerik te be geven ten einde tegenwoordig te kun nen zijn bij de aankomst van President Kruger en de reis naar den Haag te kunnen medemaken. Duizendstralig, glanzend van licht stond Amsterdam het uit tegen den grauwen, donkeren avond. Complexe massa's wiskunstig afgedeeld licht straalden uit de hreedo huizenrij en, uit de massieve stukken bouwwerk en daartussehen de lange, donkore, glim- merende stralen, waarin rijen straat- lanlaars haar kleine, wapperende lichtjes hoorden en in smalle streepen uitteekenden op de hol-zwarte straten. Hooge torens keken daar zwijgend boven uit, stil-ernstig vingerwijzend naar boven in lange, slanke lijning. Toen ging het voort door den zwarten avond, zonder duisternis-breking in den aanhoudenden motregen. Utrecht, stoppen, Arnhem overstap- Deze brief kwam gedeeltelijk te laat voor ons vorig nummer van gis teren, zoodat we hem eerst nu geheel afdrukken. RED. gen van welken aard zijn ziekte ia? Hij lijdt aan een zenuwziek te, die hem reeds sinds zijn jon gelingsjaren kwelt, en die, onder den invloed van opgewonden ge moedsstemming, zich met bijzon dere hevigheid doet gelden. Bij de vreeselijke gebeurtenis, die giste ren hoeft plaats gehad, is het niet te verwonderen, dat dezo laatste 'aanval heviger is dan alle vroe gere. Elke nieuwe gemoedsbewe ging kon de noodlottigste gevolgen hebben. Ook mevrouw von Lmdercde hief nu de smeekend gevouwen banden op. Ja, ik bezweer u, mijnheer, ontzie voor alles de zoo geschokte s&zondheid van mijn zoon. Tk wensch oprecht dat wij der heer heron in 't geheel niet zul len behoeven te verontrusten. Uw inspecteur heeft ons reeds een kamer aangewezen, waar wij eenige voorlopige gelui gen verhoo- ren in het protocol kunnen opne men en we hebben voorloopig geen reden den baron testoren. Ik moet u nog opmerken, mijnheer, dat mijn broeder mij uitdrukkelijk gemachtigd heeft te dien; overigens steunend, voortgejaag door den donkeren avond, alleen van Arnhem af wordt telkens gestopt. In dezo stad ziet men. in da stra ten vrij druk leven en hoe snel ik ook snor langs do hui zenrij en van den spoorbaan, heb ik toch gelegenheid een paar lieve interieurs in. vogelvlucht te zien, daar, waar de gordijnen zijn opgehaald en liet heldere lamplicht een blik naar binnen gunt,en ik zag een paar tafe reeltjes van iiejve, Sint-Nicolaasvie- ring; menschen knus om volle tafels zittend. DE AANKOMST IN EMMERIK. Hevig sloeg de druilige regen mij In 't gelaat toen ik, na te Elten gevisi teerd te zijn, te Emmerik aankwam en uitstapte. Twee vriendelijke Emmeriksche da mes, die vooruit van mijn komst ver wittigd waren, hadden de goedheid mij door Emmeriks verlaten straten naar den „Rheïnïsche Hof" te gelei den, waar ik overnachten zou. Do clames waren niet bijzonder te sproken over den „neun-ulir Laden- schlusz", die aan de straten een. doodsch, droefgeestig aanzien gaf. Ik ben even gaan wandelen, maar dat heb ik gauw opgegeven, want een verlatenheid als om half tien in Em- merik's uitgestorven straten is zoo al- lerverlatenst als men zich maar den ken kan. Een paar menschen kwam ik tegen, die dan vriendelijk ..n'Ahend" riepen, maar ze waren te tellen. Behalve do vroege winkelsluiting was hieraan ook schuld het St. Nico- laas-feest, dat gedeeltelijk thuis, ge deeltelijk in de café'a gevierd werd. maar, naar 't mij voorkwam, toch voor het meerendeel thuis. Informeeran kon ik den avond van mijn aankomst niet meer, om de dood eenvoudige reden, dat men zoo vroeg „m's Bett" ging. Overigens kwam het mij voor, dat er weinig belangstelling was voor de dingen die den volgenden morgen stonden te gebeuren, want mqn praat te er zoo losjes over alsof hat de meest alledaagsche gebeurtenis ter wereld gold. Alleen werd mij verteld, dat „defr mamier-Gesang-verein" op 't station san Kruger een „Standchen" zou brengen. 's MORGENS was ik natuurlijk reeds vroeg op, om gelegenheid te hebben eens wat te zien van 't plaatsje. Veel bijzonders is 't niet. Het aardigste gedeelte is dat langs den Rijn. Maar ook hier treft niet veel. Wat mij het meest heeft ge troffen is de merkwaarighei d dat van de menschen die men tegenkomt bij na de helft uniform draagt. Alles draagt uniform en blauwe lage Duit- sche pet. De menschen nemen over 't alge meen Krugers „durchfahrt' verbazend kalm op. Een goedmoedige Duitscher die mij verteld, dat er niemand op het perron mocht, voegde er de vertroos tende woorden aan toe: „Aber was giebt's, 's isc doch ein geWöhnlicher Mensch wie ein Ander." Maar langzamerhand komt er stem ming in. Heeren in rok en dames in licht toilet begeven zich naar het sta tion, dat weldra stampvol is, niet het minst van geuniformden, wier Pickel- hauhen schitteren in 't zonlicht. Als deputaties hadden zich opge steld: de Bürgexverein, de Gesaxigver- ein en eene deputatie van dames, na mens wie Mej. Schwarz het volgende vers voordroeg. O, Haupt der Helden, der vor blutsver- V/and ten Stamm, Den wachsend rings hedrc-ht, des Un- heiis wilder Flaname, Die letzto Deutsche Stadt, grüszt dicli mit öiesein Kranz Eins mit dem Deutschen Volk im Mit- gefühle g ,anz. Mej. Schwarz reikte hierbij een fraaie krans over, waarvan op het eene lint dit gedicht stond en op het andere: ,,Bürgerschaft Emmerichs dem Presi denten Kruger." Verder sprak hier nog de heer van Gulpen uit Emmerik. Dc burgemeester en de gemeenteraad hadden op hoog bevel een wenk gekregen niet te ko men, de raadsleden waren individueel wel tegenwoordig. Zooals de oude Kruger daar stond, de grijze haren als pony over zijn ge laat, de bekende diepe kringen onder de oogen, met een kalm. gracielijk handgebaar, waarin de rouw-bekripie hooge hoed tot dank gezwaaid wordt, verklaren dat hij ten opzichte van do daad of van den dader niels weet mee te doelen. Zijn overtui ging, dat de houtvester Fabian de moordenaar is, berust niet op ei gen waarnemingen, maar alleen op de mededdeelingen van andere personen, die waarschijnlijk spoe dig door u verhoord zullen wor den. Is de overtuiging van de schuld des houtvesters hier dan al gemeen? Ja, en clat spreekt wel van- zolf, want de bewijzen sluiten, naar mijn meening, allen twijfel uit. De redenen tot verdenking, wil de genadige freule zeker zeg gen, want van bewijzc-n-in juridi- schen zin is mij totnogtoe nog niets bekend geworden. En zijn vlucht? Zijn raadsel achtig verdwijnen? Geldt dat bij u ook niet voor een bewijs? Het getuigt tegen hem... zeker 1 En van de zijde van de politie is .Ion ook gisteren reeds de vervol ging van den verdachte met alle racht begonnea. Ik ben zeker dat men hem zeer spoedig zal vatten. Maar daarop kunnen we natuurlijk niet wachten en ik vraak u om ver is hot do Kruger der portretten, maar toch ook weer niet. Hij valt mee, hij houdt zich kranig, is vlug en beweegt zich gemakkelijk. De 75jarige is een imposante verschijning. De mannenzang-vereeniging zong nog: „Was uns eins als Deutsche Brü- der" en daarna stoomde de trein lang zaam weg, lang nagejubeld en nage wuifd door Emmeriks bevolking. In Elten wapperde de eerste Neder- landsche vlag en waren we dus op Nederlandseh grondgebied. Daarom was ook te ZEVENAAR de manifestatie nog veel indrukwek kender. Daar speelde bij aankomst een mu ziekgezelschap het Transvaalsche volks lied, en jubelde de menigte toe. Het eerst sprak hier de burgemeester van Zevenaar den grijzen President toe, en heette hem hartelijk welkom op Nederlandschen bodem. Maar toen. weerklonk een onbedwing bare roep om stilte. Hij ging spreken, de president- zelf. Zelf zou het volk zijn stemgeluid hooren kunnen. Treffend waren da woorden, met vaste stem uitgesproken, waarmede hij zijn dank uitsprak. Ik heb in de couranten gelezen, zei hij o.a., van de sympathie die hij u is voor de Boeren en ik weet dat Nederland steeds hart heeft gehad voor onze zaak. "Wij ver trouwen op den Heer, die het goed zal maken. Toen sprak de heer Dr. Honing, Voorzitter van het Roodu Kruis-comi- tó voor Transvaal. Hij huldigde in Kruger denman, die door eigen kracht tot eene hooge positie is opgeklommen en weet dat de regeerders er zijn voor het volk en niet het volk voor de re geerders. Weer sprak Kruger, wees nu op den kleinen jongen die door den grooten mishandeld wordt. Indrukwekkend was het, toen Kruger de menigte met „broeders en zusters" aansprak en zijn innig vertrouwen op God, die eens zeg gen zal„Tot hiertoe en niet verder." Kruger spreekt duidelijk, kort afge broken en met nadruk. Terwijl tot hem gesproken wordt knipt hij voortdurend met de zieke oogen. Er zijn aan dit station nog heel wat hartelijke toespraken tot den grijzen balling gericht, o. a. door den burge meester van Heeresberg, het eerste plaatsje over den Nederlandschen grens en uit Doetinchem, Diedam.Wehl en van den kerkeraad der Ned. I-Ierv. Gemeente te Terborg waren deputaties aanwezig. Van de deputatie uit Doetinchem sprak Ds. Knuttel, wiens gevoelvolle woorden den president de tranen in de oogen brachten. Toen de trein wegstoomdè brak de jubel weder los, de juichkreten stegen op, de handen en armen wuifden ten afscheidsgroet en donderend weerklonk weer het Transvaalsche volkslied. Te ARNHEM werd de trein reeds in de verte verwel komd door de onafzienbare menschen- rij. Reeds van verre, als de versierde locomotief in zicht komt, zwelt als een machtige zee de volksjubel aan. Een groote dondering van onbedwingbaar enthousiasme. Helder en luid deint het Transvaaischo Volkslied door de blau we lucht als de daverende uiting van het volle gemoed, vol van sympathie voor den eerbiedwaardigen grijsaard. Onder de autoriteiten werden opge merkt predikanten van de verschillen de protestantsche gemeenten, R. K. en Isr. geestelijken, leden van den Ge meenteraad en Kamer van Koophan del, deputaties van gemeentebesturen uit aangrenzende gemeenten, verschil lende mil. autoriteiten en de officieren der schutterij. Van gymnasium en H. B. S. waren deputaties met fraaie bloemstukken aanwezig. Op het eerste perron stonden opge steld de Arnh. Orkestvereen. „Aurora" en het koor van kinderen van Christ, scholen De waarnemende burgemeester, jhr. C. A. Van Nispen hield een rede, waar in hij o. a. zei „Wees overtuigd, dat nergens meer dan in Nederland in gedachten met u gestreden, nergens meer met u gele den en inniger voor u gebeden werd. Ontvang de verzekering, dat het ons eene groote eer is, u den welkomst groet te kunnen brengen in de hoofd stad der provincie, waarvan de naam gegeven werd aan het thans in de gan- sche wereld bekende oorlogsschip, dat, dank zij der met zooveel blijdschap vernomen en algemeen toegejuichte be schikking van H. M. onze zeer gelief- schooning wanneer ik ine met het oog op uw verklaarbare smart zelfs niet laat weerhouden eenige vra- gen tot de dames te richten. We weten dat u daarmee slc-chts uw plicht doet, zei Edith ©enigszins trotscli; we zijn natuur lijk bereid u te antwoorden. Ik dank u, freule, en ik ver zeker u dat ik u niet dan hoog noodzakelijk zal lastig vallen. Er is dan ook geen sprake van een re gelmatig verhoer, wat u kunt op maken uit het feit, dat ik mijn schrijver beneden heb gelaten. Ik zal u alleen maar eenige alge meens inlichtingen versoeken. Bij deze laatste woorden had hij zich tot mevrouw von Linderode gewend; Edith verhinderde hem ecter een vraag tot de barones te richten. Neemt u mij maar in 't ver hoor, mijnheer. Mijn moeder zal niet in staat zijn u iets van belang inee te dooien. Ach hemel... neen! Wat zou ik u kunnen meedeelen? stemde de troosteiooz© dame zuchtend toe. Ik kan me de verschrikkelijke ge beurtenis nog niet begrijpen; het is me nog steeds een akelige droom als een..* de Koningin, het door etat-majo'r, on derofficieren en manschappen zoo hoog gewaardeerde voorrecht genoot, u van Afrika naar Europa over te brengen. Groote bewondering voor uwe onver moeide werkkracht, uw kloek beleid, uwe energie en eerbied voor uw per soon gaan in Arnhem gepaard met warme sympathie voor de strijders in de Transvaal en den Oranje Vrijstaat, die ons onwillekeurig herinneren aan onze heldhaftige voorvaderen, die niet rustten voordat zij na een buitenge woon langdurigen worstelstrijd ten slotte hunne onafhankelijkheid her kregen." Namens de vereeniging „Oranje-dag" werd den President een oorkonde aan geboden, door de zusiers van „Inonla Dei" op perkament gebracht. En toen weer verder, terwijl het kin derkoor Psalm 72 7 aanheft. Het gedrang is- ontzettend, het ge juich overstelpend, en telkens, ook ge durende do redevoeringen was het ge jubel zoo stérk dat het gesprokene on verstaanbaar was, verloren ging in de daverende jubelklanken, .en het ge drang zoo groot dat de verslaggevers niet dan met de allergrootste moeite uit hun waggon konden komen, om hun verslagen ta schrijven te midden van het gedruk en geduw der schare. Verder weer, door het lieve Arnhem, langs de overvolle straten en de boule vards, waar eveneens zich onafzien bare menseheninassa's hadden samen gepakt, en dicht ineen gedrukt neer hingen over brugleuningen en hekken en overal uit den ramen der villa-wo ningen, Transvaalsche vlaggen, gevelversie ringen gaven Arnhem het aanzien als of een groote feestdag gevierd werd. De eerste ovatie die nu volgde was te EDE, waar de manifestatie was uitgegaan van de leerlingen der Landbouwschool. Ik behoef niet te zeggen dat het hier als elders was gejuich -en bloemenhul de en hartelijke toespraken. Do heer Op ten Noort sprak een wel komstwoord en een frisch kinderkoor, do kinderen der Gemeenteschool en van de Christelijke school liet zich hooren. Hier wapperden weer de Nederland- sche, Transvaalsche en Vrijstaatscho vlaggen. Het was een aardig moment toen da hoofddirecteur der landbouwschool een bloemstuk in Kruger's waggon wierp. Het traject van Ede naar ZEIST—DRIEBERGEN door de heuvelachtige, mooie natuur onder de heldere zon, nu Kruger-zon- netje, is spoedig afgelegd. In Zeist-Driebergen zou men eerst niet stoppen, doch op verzoek geschied de dit nog wel en de ovatie was ook hier diep treffend. Een muziekgezelschap begroette den trein met het Transvaalsche volkslied, terwijl boven de menigte uitstaken vaandels met de opschriften: „De Hoer is mijn banier' en een ander, een kruis dragend met de woorden: „In dit tee- ken zullen we overwinnen." De ovatie bad hier over 't algemeen een ietwat godsdienstig karakter, ook door de rede van den burgemeester van Driebergen, die sprak naar aan leiding der woorden: „Uw volk is mijn volk, Uw God is mijn God" en de bur gemeester van Zeist sprak de beste wenschen uit voor de Republieken. Nu wachtte 'de betooging te UTRECHT. Beide ^perrons waren stampvol en de politie had alle mogelijke moeite de menschen in bedwang te houden, die met geweld naar den trein wilden loopern Vele dames brachten ook hier weer bloemenhulde, o.a, de dames Mevr. D'Aulnis de Bourrouül en mej. Ver- spyck, die een krans schonk, dragende de woorden „Voor moed, beleid en trouw." Het eerst sprak de burgemeester, de heer Reiger, doch vanwege de overdon derende toejuichingen is het onmoge lijk hem te verstaan. Als in een omlijs ting van bloemen stonden de autoritei ten vlak bij de presidentieels waggon do burgemeester, dames, generaal Verspyck, rector en senaat van het Studentencorps. Ook generaal Verspyck sprak nog en poogde zijn stem te doen domineeren over den juichenden jubel, maar even eens zonder succes. Het is een ontroerende manifestatie, do menschen zijn wild van geestdrift, de vlaggen waaien, de handen wuiven, uit duizenden kelen davert het Trans vaalsche Volkslied. O, wat een tragisch moment, als de De houtvester Fabian had eer gisteren van mijn neef zijn ontslag gekregen, aldus sneed Edith plot seling alle verdere uitweidingen af, en het is wel zeker dat de woe de over die mededeeling hem tot de misdaad gedreven, heeft, riet voorval in de werkkamer van den baron, waarvan de hoofdinspec teur ooggetuige is geweest... Neemt u me niet kwalijk, ge nadige freule, viel de landraad haar zeer hoffelijk in de rede, het is nu minder mijn bedoeling te- vernemen wat u van anderen ge hoord heeft als wel wat u zelf ge zien en bemerkt heeft. Heeft de baron u iets van zijn gevecht met den houtvester verteld? Noen. Maar u heeft hem toch na het voorgevallene nog gesproken? Zeker I Zoo de baron aan den toorn van den ontslagen houtvester eenig gewicht had gehecht ik wil zeg gen: als hij van hem een daad van vertwijfeling, een verrad ijken aanval of iets dergelijks v rzien had gelooft u dan niet dat hij dan niet met u daarover gesproken zou hebben? Waarschijnlijk niet. Ook sloot menschen zoo jubelend zingen lijden is voorbij." Terwijl,., ma daar schiet juist de zon heldere si len op ds groote Transvaalsche vl die door het spoorwegpersoneel dragen wordt, als blijde straal i hoop Kruger antwoordde nog en most gelijken geest hebben gesproken ali Zevenaar. Ook hij was niet te verst; boven de baren der ongetemde sym thie-kreten. Langs alle straten, tot op do dal der huizen en overal in lange ris de zingende menschen. Nu naar GOUDA, waar de betooging niet minder w De burgemeester en de heer Pr van Doesburg, die zich niet versta baar konden maken, hielden redev ringen. Het gejuich en gejubel was li niet minder dan elders en het gedn vooral ook niet. Do muziek schetterde, de menig zong. In snellen rit nu naar DEN HAAG waar ik de heerlijke, plechtige, om getelijke hulde heb gehoord der z gers onder aanvoering van IIol. Toen de trein binnenstoom de hie de 600 zangers den twee-en-zeventigs Psalm aan, den psal mvan den vre die zal nederdalen als een regen het nagras en de droppelen, die aarde zal bevochtigen. Tal van vereenigingen met hui banieren, een rijke schildering banieren op het perron. De 'over vereenigingen hadden zich huiten station opgesteld. Mijn taak was hier afgcloopen, mi ik kan niet nalaten mijn EIND-INDRUK nog even neer te schrijven. Het is niet dan met diepe ontroer i bij herhaling en tot tranen toe be\ gen, dat men zoo'n onvergetelijl 1 dag meemaakt. f Dit was de heiligo volksjubel, welt uit het beste wat er in den m 1 schen is. De onbedwingbare geestdr die zich uiten moet, met een kracht het hevig gebeuk van de golven tej het duin wanneer de storm de zee 1 vig beweegt. i Als een zacht ruischen klonk bij a stations de jubel, maar het geli 1 zwol, het werd hoe meer men nadei een onbeschrijfelijk geroep en i schreeuw. Over de duizenden on duizen; i hoofden heen klonk het machtige sj pathie-geluïd. Men was niet tot bedaren te br I gen, en de woorden van officieel rakter, gingen verloren in de spont: hulde, die de echte was, omdat zij ting gaf aan wat in de harten Irji l Was het wonder dat de oucte nis die zich gedurende de gaiw-che 1 kranig hield, telkens zich moest 1 wenden, en telkenmale sprei; I kon bijna, omdat de tram. zijn st I verstikten! j O, dacht ik, als de regeeringen to eens de volkeren waren, als die dra naar vrijheid en recht eens het- co r pas was, waarnaar do staMkun haar koers richtte. Dan sou de stoere mail, de man o dat sympathieke uiterlijk, met d0 krachtig Godsvertrouwen naar i z volk terugkec-ren met ds blijde hoi schap dat het idesüle »ug niet is v loren gegaan in ie hesehu. kle slat; j- Nooit iol ik den indruk verget; i die den hoog-eerbiedwaardige ou p pres. cd mij maakte, wiens gelaat uitdrukking was van zijr lijden, n D zijn stille groet, de br kende hmulw ving op de betoogingen. g Zijn beroemde pelgrimstocht m; nog tot tegen worden voor zijn a n voile. j V. D. B.b Ontvangst van pres. Eru« a te Amsterdam. h De receptie, door den president v de Zuid-Afrikaansche Republic, te i ven ^an de ingezetenen van Aiust dam, zal op een nader te bepaler. plaats vinden in het Paleis voor Voil vlijt. 6 Corporation te Amsterdam gevestij die zich daar willen doen vertegi woordigen door haar besturen, avoi bericht lo. dat van elke corporatie ten hoi Z( ste acht personen als bestuurders ki nen worden toegelaten ,j( 2o. dat schriftelijke aanvragen tQ toelating ingewacht worden alleen j1) Maandag 10 December a. s., van vo jj, middags 10 tot namiddags 5 uur, a je het Raadhuis, O. Z. Voorburgwal, q 3o. dat deze aanvragen moot ja j0 de aard van ons onderhoud vw dien avond dergelijke mededeel gen, naar zijn opvatting zeker v Ia ondergeschikt belang, uit, Zi Mevrouw von Linderode na li; plotseling den zakdoek van ham oogen weg en wierp haar dochi een angstigen, smeekenden bl nt toe. Waarom, in hemelsnaa k< moest Editli dezen vreemden m h; dergelijke zaken meedeelen? a; De landraad schraapte zich keel en begon de glazen van zid; bril ai te vegen. te Ik hoop dat bet u niet on bi scheiden zal voorkomen, gonad fo freule, als ik herhaal, wat hier zc algemeen bekend geheim sclii a, geweest te zijn: U was do bn j. van uw thans overleden neef? <vc Fdith beantwoordde den ouog, beer met een zeer genadigen biee j je (Wordt vervolgd; h; ra Je rc jc ra ra ra:

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1900 | | pagina 2