NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Meestgelezen Dagblad, in Haarlem en Omstreken. Koning Mammon. 18e Jaargang Vrijdag 15 Februari 1901. No. 5408 ABONNEMENTSPRIJS Voor Haarlem per 3 maanden1.20 Yoor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd ia (kom der gemeente), per 3 maanden1-30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1-65 Afzonderlijke nummers0.02% Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden 0.37% de omstreken en franco per poBt0.45 ADVERTENTIEN Van 1- —5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 15 regels 0.75, elke regel meer 0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 30 Cent per regeL Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Kampersingel 70, vlak bij de Turfmarkt. Telefoonnummer der Redactie COO. Telefoonnummer der Administratie 123. Intercommunale aansluiting. Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 3iFaubourg Montmartre. Dit nummer bestaat uit actit bladzijden. Haarlem's Dagblad van 15 Febr. bevat o. a. De inval van de Wet in de Kaap kolonie en de positie van Botha. Mooi etegeustanders, Parlementaire Praatjes. Politiek Overzicht. De Wet heeft gedaan waarmede hij al zoolang gedreigd heeft. Zon dagavond is hij gelijk men weet de Oranjerivier bij Nor- valspont overgestoken, en in de richting van Philipstown de Kaap kolonie binnengerukt. Hij deed het niet zonder statie. Zijn gevolg bestaat uit niet min der dan drie Engelsche generaals en twee kolonels, nl. de generaals Paget, Charles Knox en Bruce Ha milton, benevens de kolonels Plu- mer en Cradock. De eenige hoop der Engelschen is nu maar gevestigd op omsinge ling, waarop in het bergachtige Kaapland echter minder gevaar is dan in den vlakken Vrijstaat. Df Wet's troepen schijnen nog aan zienlijk versterkt te zullen wor den. Bij Donkerpoort, het laatste Vrijstaatsche station vóór de Oran jerivier, wemelt hèf'van'Bóeren. Bij Colesberg. nauwkeuriger ge zegd bij Hamilfontein, waar be gin Januari ook een gevecht plaats had, is opnieuw gestreden door Boeren, die. evenals de Wét. ver moedelijk op weg naar Philipstown waren. Wat de gevolgen van de Wet's persoonlijken inval in de Kaapko lonie zullen zijn, en of hij einde ijk den grooten opstand zal weten uit te lokken, laat zich met geen moge lijkheid gissen. Tengevolge van vrees voor de Wet heerscht er aan Engelsche zij de groote levendigheid in het zui den van den Vrijstaat en het noor den van de Kaapkolonie. Alle gar nizoenen en stations zijn versterkt en een groot aantal kleine kolon- nes loopen rond om de Wet's voort gang te beletlen door een omsinge ling. Dit zal echter even weinig helpen als Knox's wanhopige po ging om den gladden Vrijstater Zondag nog vast te houden ten noor den der Oranjerivier. De herhaal delijk gemelde noordwaartsche be weging van een deel der vroeger binnengevallen kommando's in den laatsten tijd wijst op een streven naar vereeniging met de Wet, wai zijn mac-ht zeer ten goede zal ko men. Speciaal Hertzog schijnt in deze richting te werken van uil van Wïjksvlei. Laffan seint uit Kaapstad dat de Wet s hoofdmacht de spoorweglijn tusschen Springfontein en Jagers- fontein(weg) heeft opgebroken, en daar l.v s komende spoortreinen vernield heeft, om vervolgens w^ei verder te trekken. MidcLelerw jl waren kleine afdeel in gen van de Wet's strijdmacht bezig bij Roux ville, Zastron, en de driften over de Oranjerivier, om daar de Engel scnen vast te houden. Vermoede lijk was het de Wet's bedoeling, naar het district Herbert (Grikwa- land^ op te rukken, de Vaal over schrijdende bij Douglas, en zoo Prieska te bereiken. De Wet's amu- nitie moet overvloedig, en zijn paar den in zeer goeden staat zijn. Zijn wij dus over de Wet tame lijk gerust, de toestand van Botha boezemt een gewoon mensch jneer dere bezorgdheid in. De toon der Engelsche telegram men is zoo zeker als wij dat in lan gen tijd niet gewoon waren. Maar gesteld al dat Botha inderdaad in het nauw is gebracht, dan nog blijft er hem een goede kans om te ont snappen naar een in vele opzich- snappen naar een in vele opzichten gunstige wijkplaats (Swaziland). Kan hij die ontsnapping vrij rustig uitvoeren dan behoeft ook zijn leger tros geen ernstig gevaar te loopen Maar 't blijft dan nog de vraa^ of 't den Boeren niet zeer moeilijk zal vallen terug te keeren. wanneer de Engelschen de passen, op de Swa- zigrens bezetten. Éen andere mogelijkheid, welke de Londensche bladen trouwens ook erkennen, is dat Botha die over een behoorlijke legermacht en over een aantal kanonnen beschikt, het kloeke voorbeeld, door de Wet in December bij Sprinkha.an.snek gegeven, volgt en zich dwars door een der Engelsche kolonnes een weg baant naar het veilige noor den. Dit zal hem echter veel zwaar der vallen dan de Wet juist we gens een blijkbaar grooten trein, die den Vrijstater niet hinderde, en het grootere getal der door te brengen strüders. Laat er ons het beste van hopen Voor een koen en kundig veldheer als Botha is veel mogelijk. Ruitenlandsch Nieuws. Mooie tegenstanders. De mannetjes die Engeland af zond om de Wet in de Kaapkolo nie tegen te houden schijnen al heel slecht berekend voor die laak. Hun gehalte zegt de Londen sche correspondent van de ,,N. R. Ct." wijkt geheel af van dat der Engelsche strijders, die benoorden de Oranjerivier den hopeloozen kamp nog voortzetten moeten. De half- of geheel ongeoefende Kaap- sche recruten van Brabant zijn wel allerminst de mannen, welke een de Wet en zijn geharde volgelin gen zullen tegen- of vasthouden. En waar vandaan zal de Engel sche regeering zich plaatsvervan gers moeten halen? Ik heb reeds, opgemerkt, dat de kwaliteit dei- nieuw geworvenen hier te lande veel te wenschen laat. niettegen staande de grootere kieskeurigheid, welke gezegd wordt te bestaan bij het aannemen der gegadigden. Die grootere kieskeurigheid strekt zich bovendien niet uit tot de zedelijke waarde wie schieten en paard rij den kan wordt gretig genomen, on verschillig wat hij overigens is. Particuliere berichten, welke ik uit Aldershot heb ontvangen, en d;ie grootendeels bevestiging vinden in de mededeelingen zelfs van ultra- imperialistische jingobladen gelijk de ,,Pall Mall Gazette", hangen inderdaad een droevig tafereel op van wat het kamp daar is en wezen moet, met zulke elementen, als het legerbestuur thans niet schroomt daar bijeen te schrapen, van waar het maar kan. Rijp en groen, goe de vaderlanders en allerlei misda digere, worden er naast elkaar haastig zoogenaamd geoefend en tot troepen gevormd. Men kan na gaan, wat dat is Daarbij een jam merlijk beheer. Bedden ziin er niet. althans niet in voldoende aantal, en tafelgereedschap evenmin. De heeren vrijwilligers moeten met hun vingers eten en zich behelpen met matrassen op den eroncl neer gelegd en zoo huil militaire loop baan inwijden. Oostenrijk's sympathie. Volgens de Westminster Gazette heeft, de Keizer van Oostenrijk de Fran' Jozef-orde verleend aan den heer Adolf Epler, een Oostenrijker, die volgens de W. G. de Transvaalsche goudmijnen voor vernieling behoed heeft. vóór de bezetting van Johannesburg door de Engelschen. Epler was namelijk toen komniandant van de (speciale) politie aan den Witwatersrand en beval zijn manschappen, toen hij hoorde dat een Transvaalsche ambtenaar tot vernie ling der mijnen lasi. had gegeven, dit met geweld te beletten. Tegelijkertijd deed hij met succes een beroep op het gezond verstand der hoogere autoritei ten in Transvaal. De W. G. ziet in Epler's decoratie een nieuw bewijs van Keizer Frans Jo zefs sympathie voor de zaak der En gelschen. Bevolatie in Spanje? Van dag tot dag komen er be richten met de mededeeling. dat de oproerige beweging eigenlijk ernstiger was, dan eerst was voor gesteld. Nu zijn de standjes al niet meer alleen anticlericaal en tegen het huwelijk van de prinses van Asturië gericht, doch komt de er kenning dat er voor een belangrijk gedeelte eene republikeinsche be weging in moet worden gezien. Den elfden Februari 1873 deed ko ning Amedeus afstand van de re geering en is de republiek in Span je uitgeroepen. Het schijnt dat de republikeinen bij den acht-en-twin- tigsten verjaardag van die gebeurte nis. van de troebelen die toch juist in het land heerschen hebben ge bruik gemaakt, om tot eene repu blikeinsche betooging te geraken. Daarbij is het leger, toch in Span je een troete-lkiidje, dan het voor werp van de warmste ovaties. Veel bizonderheden dringen overi gens niet naar het buitenland door. Ér is in Spanje een strenge cen suur ingesteld, zoodat eerst de brie venpost over de gebeurtenissen van de laatste dagen ons juist zal kun nen inlichten. Het republikeinsche blkd ,,Païs" is geschorst, de „Pro- greso" en de ..He-raldo" een demo- kfatisch blad, worden vervolgd. Impartial," „Liberal" en ..Cor- reo" gaan overigens door met het plaatsen van heftige artikelen. De militaire bladen hebben wanne ar tikelen tegen de Carlisten opgeno men en steunen de liberale volks- betoogingen. De Roomsche pers daarentegen, en de conservatieve, prijzen de regeering om de energie, waarmede zij tegen de oproerlingen optreedt. Algemeene berichten. DE OORLOG IN ZUID-AFRIKA Volgens telegrammen uit Kaap stad weigert de Afrikaanderbond de zoogenaamde Kroonstadsche vre- descommissie te erkennen. Piet de Wet erkent dat de taak van zijn commissie waarschijnlijk onvrucht baar zal zijn de commissie zal ge- ruimen tijd te Kaapstad vertoeven. Naar de .Standard" uit Kaap stad verneemt, heeft het uitbreken van de pest geen invloed op het ver voer van de troepen, die daar ge lijk vroeger aan wal gezet zullen worden. De Morning Post" drinert aan op het zenden van meer bereden troe pen, en tart het Departement van Oorlog, om aan Kitchener te vra gen, hoeveel hij er zou willen heb ben, en dan het antwoord te publi- ceeren. De „Exchange Telegraph Compa ny" ontvangt uit Parijs het bericht, dat de heeren Mezières, Monod, Madaillac en de graaf De Francque- ville in interviews verklaarden, de arbitrage raadzaam te achten als hot beste voor Engelands eer, voor spoed en moreele grootheid, maar tevens dat zij er aan wanhopen of Engeland dit zal willen aannemen. De oorlog zal zoolang duren als de Boeren troepen en ammunitie heb ben. Enkele Boeren trekken rond' tus schen Standerton en Greylingstad en richten van tijd tot tijd schade aan den spoorweg, maar onthou den zich van vechten. Generaal French viel verleden week met succes het Boerenlaager te Ermelo aan men zegt, dat 40 man van den vijand zijn gesneu veld. tweehonderd gevangen ge-| nomen en veel vee is buit gemaakt. Het blijkt, dat de Boeren het vee van het Boschveld hadden bijeen- gebracht in het laager, maar gene raal French rukte hun te snel voor waarts. Met het oog op de groote uitbrei ding van tynhus in geheel Zuid- Afrika. hebben de gemeentebestu ren zich tot de regeering gericht om uitbreiding van hun sanitaire bevoegdheden. De Wet. die zich thans te Kaap stad ophoudt, tracht den Afrikaan derbond te bewegen, die Boeren de finitief mede te deelen dat zij geen steun van den Bond hebben te wachten. Piet de Wet schrijft den inval in de Kaapkolonie en het voortzetten van den tegenstand gro o tend eels toe aan de redevoerin gen. op het Afrikaander congres te Worcester gehouden. De Boeren werden daardoor in de meening gebracht dat de Hollanders zich bii ben zouden aansluiten, hetgeen 7" niet gedaan hebben,. CHINA. De „Times" verneemt uit Pe king dat, naar de Engelsche ge zant aan de Chineesche regeering heeft medegedeeld, de regeering te Londen een geheel onbekend persoon als Tsjang-po-hei niet wil ontvangen als buitengewoon zant. Het lijk van ex-koning Milan ligt in praal op het sterfbed, waarbo ven een baldakijn met de Servische koningskroon is opgericht. Het lijk wordt gebalsemd en gekleed in de Servische generaalsuniform. Met betrekking tot de begrafenis is nog niets bepaald. Het schijnt dat er geen testament bestaat, dat de begrafenis in het klooster van Kruschedal voorschrijft, maar dat Milan verleden jaar in een schrij ven aan Keizer Franz Joseph het verlangen uitsprak, in dit klooster begraven te worden. Waarschijnlijk zal het lijk wor den ten toon gesteld in de Griek- sche kerk van Sint Sara te Wee- nen, waarheen het hedenavond wordt overgebracht met militaire eer. Vrijdag wordt met gelijke eer bewijzen het stoffelijk overschot naar het station geleid om vandaar per bijzonderen trein naar Peter- wardein .bij het klooster Krusche dal. of naar Belgrado te worden vervoerd. Keizer Franz Joseph en de aartshertogen zullen de plech tigheden te Weenen bijwonen. Wederom woedt te Bombay de pest. Verleden week had de stad 2000 sterfgevallen, waarvan 922 aan de pest worden toegeschreven. In de haven van Cherbourg zijn proeven genomen met een tele- phoon zonder draad, uitgedacht door den luinenant ter zee Tadié. De proeven moeten uitnemend ge slaagd zijn. Men is begonnen met het afbre ken van de monumentale noort van de Parijsche wereldtentoonstelling. Het beeld der Parisienne zal in ze ven stukken naar beneden worden gelaten en daarna in elkander ge zet en bijgewerkt worden om een nog onbekende bestemming te vin den. Bij de behandeling van de wet op de speelholen verwierp de Bel gische Kamer met 97 tegen 16 stem men artikel 7, dat het bijzonder recht van Ostende en Spa om een speelhuis te hebben, handhaafde. Het artikel was door den Senaat oorspronkelijk aangenomen. Uit Buenos-Aires wordt aan de „Times" gemeld dat de Argentijn- sc-he regeering aan een Italiaansch consortium een landconcessie van 80.000 HA. gegeven heeft in Pata- gonië, in den omtrek van de meren Musters en Co-lhue (ten zuidwesten van Rawson of C.hubut.) Binnen 2 jaar moeten daar in elk van de twee koloniën 140 gezinnen geves tigd zijn, zij zullen het .eerste jaar kosteloos vee, zaden, gereedschap pen en levensmiddelen ontvangen. De Duitsche Rijksdag heeft in de tweede lezing het eenige Ire-H- stuk van het wetsontwerp betref fende China zonder debat aange nomen evenzoo de verschilijnde artikelen van de aanvullings-be- grooting, waaronder het artikel be treffende de ontbinding der '.roe penmacht zoodra de taak van het Duitsche leger in China afgeloopen is voorts het artikel betreffende de aan den Rijkskanselier te geven in demniteit voor de kosten der Chi- na-expeditie. Stadsnieuws. Haarlem, 14 Febr. 1901. Emma Nevada. Toen de heer Philip Loots Woens dagavond in den schouwburg kwam, werd hem aan de contröle de toegang geweigerd, omdat hij een dame mee bracht en zijn persdiploma de/en keer slechts voor één persoon geldig was, hoewel daarop uitdrukkelijk vermeld staat dat het toegang geeft met eene dame. De heer Loots, zeer terecht, van oor deel dat het geen pas geeft om wan neer eenmaal een diploma recht geeft op twee plaatsen, zoo maar eens wil lekeurig en zonder motief, een der twee in te trekken, stelde zijn diploma ter beschikking van de Directie en verliet den schouwburg. Bij nader onderzoek is ons medege deeld, dat de hoofdschuld in deze zeer onheusche behandeling ligt bij een be ambte van de Nederi. Opera. Hoe dit ook zij. wij zijn het volkomen eens met den heer Loots en geven dus geen ver slag van deze opera wat betreft het muzikale gedeelte. Medegedeeld kan worden dat de zaal vol was, de zangeres veel succes ver wierf en velerlei bloemenhulde ont ving, o. m. van het koor van de ope rette Francheniont. feuilleton. 42) Wel, Claude-lief, ik geloof niet dat jij of ik veel kunnen doen om Ralph Brandon tot een andere denkwijze te brengen, maar ik ge loof toch dat het goed voor je is, te weten dat een gelijke verdeeling van je vader's fortuin van zooveel gewicht is voor een man, dien wij beiden hoog achten, en die tot nu toe met zooveel moeilijkheden heeft te kampen gehad. U hebt. gelijk. Lady Elmslie en ik ben u zeer dankbaar. Het is beter altijd de waarheid te weten. Haar dankbaarheid schijnt mij niet zoo groot toe, dacht Lady Elmslie. die luid er aan toevoegde: Ik voel mij zooveel beter, nu ik jou dit uurtje zoo rustig bij mij neb gehad. Zou je mij nu wat wil len voorlezen? maar je moet het mij niet kwalijk nemen als ik sorns even indommel. Zeker niet. Wat zal ik lezen Er staat een artikel in het Tweemaandelijksch Tijdschrift, dj ik graag van je zou hooren breng het mij even. dan zal ik het je wij zen. Als ik soms indommel, ga dan wat wandelen je moet wel behoef te voelen aan wat frissche lucht. HOOFDSTUK XX. Zooals zij voorspelde, dutte Lady Elmslie al spoedig in, terwij] zij luisterde naar Claude's zangerige stem. Want haar voorlezen was ook eentonig vandaag. Een paar maal keek zij uit haar boek op, en ein delijk, toen zij zag dat haar gast vrouw vast in slaap was, het hoofd op zij, mistende op haar kussens, stond zij op, legde het boek neer, en sloop zachtjes de kamer uit. Met haar grooten hoed op tegen d!e zon, haastte zij zich door den tuin, en door het met klimop begroeide, poortje, naar het koele, schaduw rijke bosch hierachter. Hier volgde zij een smal voetpad door de hooge, breed-uitstaande varens, totdat zij een afgesloten plekje bereikte, met in het midden een oude boom, waarvan de wortels boven dien grond uitstaken, en, als het ware, tot zitten uitnoodigden. Op één van deze nam Claude plaats. Zij zette haar hoed af om elk zuchtje in de lucht langs haar voorhoofd te voelen, maar de plaats was te zeer beschut en ingesloten hiervoor. Een barstende hoofdpijn drukte haar neer, al was zij er ook maar half bewust van, zoo vurig wenschte zij het plan uit te den ken, haar door Lady Elmslie aan de hand gedaan. Allerlei waarschijnlijkheden kwa men bij haar op, toen zij zich de buitengewone onthullingen weer voor den geest riep, waarnaar zij zoo juist had geluisterd. Maar waarom noemde zij die „buitenge woon" Ralph Brandon was zeker veertien of vijftien jaar ouder dan zij. Het kon best, en waarschijnlijk had hij ook al een heele rol afge speeld, voor zij in de lange kleeren ging. Dat hii een of twee ernstige liefdesgeschiedenissen had doorge maakt was mogelijk, ofschoon het haar onwaarschijnlijk voorkwam, daar zij hem^ als een ernstig, beza digd, kalm m'an had leeren kennen. Maar vanwaar kwam dit vreeselij- ke gevoel van verlatenheid, die af schuwelijke verlatenheid, die haar nu zoodanig overmeesterde, dat haar leven haar niets meer waard scheen Was het mogelijk dat Brandon, haar vriendelijke, hartelijke voogd, haar zoo dierbaar was, dat het haar hart brak hem te moeten missen nu hij zich aan een ander ging wij den Wat had zij in denkbeeldig geluk geleefd Nu zag zij pijnlijk duidelijk, waarom het leven haar in den laatsten tijd zoo zoet en zoo lieflijk toescheen. Zoolang Brandon bij haar was. kende haar hart. geen ander verlangen was hij weg dan verblijdde zij zich weer over zijn terugkomst. Zij wist zeker dat zijn afwezigheid van geen langen duur kon zijn, en meende steeds dat hij aan haar dacht, voor haar handel de, uit plichtsgevoel, wel is waar. maar ook dat dit plichtsgevoel hem lief was. Het was haar of zij in ze keren zin, aan hem hoorde, en hij aan haar; en zij had niet geweten dat deze groote vriendschap die zij voor hem voelde, en die haar nooit deed blozen, of haar hart vlugger deed slaan, die langzamerhand was ontstaan op een avond, toen hij zoo eerlijk bekend had geen liefde voor haar te voelen, en het hem alleen te doen was geweest een ..mariage de raison" te sluiten, waarlijk lief de was. Wat herinnerde zij zich hun kennismaking nog goed, en hoe die steeds intiemer was gewor den. haar kinderlijke triomf, dat zij dezen bezadigd en man van de we reld had weten te bewegen haar te bekennen wat voor plannen haar vader met hem had. Later was zij hem gaan waardje- ren en had zij zijn ari stok rat isch voorkomen, zijn flink postuur be wonderd. Niomand kon in zijn schaduw staan neen niemand I En nooit te voren had zij geweten hoe hartstochtelijk zij hem "liefhad. Er was niets dat verandering bracht in hun onderlinge verhouding, niets om haar uit haar heerlijken droom te doen ontwaken een droom, waarvan zij zelf niet besef te, hoe lang die zou duren. En toch wachtte hij al dezen tijd slechts op een ander. Dat hij. toen zijn hart nog vrij was, besloten had haar te trouwen, haar gelukkig te maken en lief te hebben zooveel hij kon, als vergoeding voor de gelde lijke zorgen waaruit zij hern zou redden, was een groote fout, maar die toch nog wel te verg*ven was, vooral daar h" het haar bekende; maar dat hij, terwijl hij met hart en ziel eene andere vroi.w toebe hoorde, aldus kon hande-len, was voor haar bedrog, dat hem diep deed. dalen in haar achting, en zij brak zich het hoofd met al deze overdenkingen. In haar groote smart van dit van Brandon te moeten gelooven, strek te zij haar handen uit naar het mos sige gras, trok het, in gedachte, uit en strooide het over de varens. Als als Lady Elmslie haar toch maar niet de oogen had geopend maar hoe kon zij anders doen, wilde zij de geschiedenis vertellen Toen kwam de steeds terugkeerende vraag bij haar op, wie had Bran don lief? 't Is waar, hij kende heel wat menschen, waarvan Claude niets afwist maai* toch Was Lady Elmslie zelf niet een oude, dierbare vriendin van hem Was zij niet mooi, beminnelijk, knap en beschaafd? Is het niet duidelijk dat hij macht óver haar heeft, dat hij haar heeft weten te bewegen, zoo'n onbeduidend kind. als zij (Claude) zelf was, op te zoeken Verder had Lady Elmslie gezegd dat er bezwaren waren andere bezwaren dan geldelijke, en Lord Elmslie was toen in leven. Mis schien wanhoopte Brandon eraan zijn oude liefde ooit voor zich te winnen, toen hij haar ten huwt\

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1901 | | pagina 1