Ons Hieme Feilte
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Meestgelezen Dagblad, in Haarlem en Omstreken.
Irme O or a
OOM KEES
18e Jaargang Donderdag 7 Maart 1901. No. 5425
HAARLEM'S DASBLAD
ABONNEMENTSPRIJSADYERTENTIËN
Voor Haarlem per 3 maanden ƒ1.20 Van 15 regels 50 Cfcs.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten liet Arrondissement Haarlem
Voor de dorpen in don omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), is de pr^8 dcr Advertentiën Tan 1-5 regele f °-75> elke re8el meer f °15-
per 3 maanden1-30 Groote letterB naar plaatsruimte. Bq Abonnement aanzienlijk rabat.
Franco door bet geheele Eflk, per 3 maanden1.65 Reclames 30 Cent per regel.
Afzonderlijke nummers. 0.02)4 Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Kampersingel 70, vlak bij do Turfmarkt.
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.37)4 Telefoonnummer dor Kedactie 600. Telofoonnummor dor Administratie 122.
n M de omstreken en franco per post0.45 Intercommunale aansluiting.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van bet Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan bet Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Dit blad verschijnt dagelijks* behalve op Zon- en Feestdagen.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 31Faubourg Montmartre.
Over ons laatste groote Feuil
leton KONING MAMMON ontvin
gen vry verschillende bewijzen
var belangstelling. Een onzer leze
ressen schreef ons een briefje om
haar leedwezen er over te betuigen
dat bet ten einde liep.
Wy hebben thans na zorgvuldige
feeuze weder eene zeer boeienden
Roman gevonden, ditmaal een
Dnitscb werk, dat wij van Donder
dag a.s. af zullen laten verschijnen
onder den titel
en waarvoor wij gaarne de belang
stelling van onze lezeressen en
lezers inroepen.
Haarlem's Dagblad van 7 Maart
bevat o. a.
De tongen komen los in den
Dnitschen Rijksdag, Over de China-
pol'tiek, Achter de schermen,
Feestweok in Amsterdam, Parle
mentaire Praatjes.
Politiek Overzicht.
In den Rijksdag zijn bij de eerste
debatten over d'e begroeting van
Rui'tenlandsche zaken, de tongen
losgekomen. Het huis en de tribu
nes, wordt geseind', waren stamp
vol.' Dat is niet te verwonderen,
want hot was natuurlijk te ver
wachten dat aan de zoo algemeen
heerschende ontevredenheid over
de huidige buitenlandsche politiek
van Duitschland lucht zou worden
gegeven.
Natuurlijk kwam het allereerst
de verhouding tot Engeland1 ter
sprake. De afgevaardigde Schaed-
ler van het „Centrum", vroeg in
lichtingen aangaande de politieke
reis des Keizers naar Engeland en
gewaagde van de groote ontstem
ming over het verleenon van den
zwarten Adelaar aan lord Roberts.
Met het oog op de bovenmate
vriendöchapDelijke politiek tegen
over Engeland vreesde men dat
Duitschland zich op het vasteland)
vijanden zou maken, en hij vroeig
daarom „Hoe staan wij tegenover
de andere mogendheden, in de al
lereerste plaats tegenover de mo
gendheden van het Drievoudig
Verbond?" Ook de band met Rus
land mocht niet verbroken worden.
Stolberg-Wernigerode, conserva
tief steldle een soortgelijke vraag.
Hij vroeg in 't bizonder naar de be-
teekeniis van het bekende artikel
in het Russische blad voor handel
en. industrie over de handeïsver-
d'ragenpolitiek.
Die handelsverdragenpolitiek in
't bijzonder en de verhouding te-
genover de andere mogendheden
zal niog tot heel wat scherphedlen
aanleiding geven.
Von Bülow heeft daar heel han-
digjes hoogst beleefd en fijntjes als
van een diplomaat en gevat spre
ker als hij is. te verwachten valt,
geantwoord. Hij heeft, evenals in
dertijd bij de interpellaties over
het niet-ontvangen van Kruger, den
storm bezworen door fraaie rheto-
riek, die de kern van de zaak wei
nig raakte, maar de lachers op zijn
zij bracht en hem, de overwinning
bezorgde, al is die voor zoover wiji
er tenminste thans bericht van heb
ben, niet zoo schitterend als d'e vo
rige maal.
Omtrent's Keizers reis bij g<
genheid van den dood zijner groot
moeder, heeft d'e rijkskanselier ver
klaard, dat het heel gewoon-men-
schelijk was. van Keizer Wilhelm
om onder die omstandigheden naar
Engeland te gaan, dat hier volstrekt
geen politek achter zit en de ver
houding d'oor d'e troonswisseling
volstrekt niet is veranderd.
Het bezoek des Keizers is, zejrt
men, in strijd met de neutrale hou
ding die wij tegenover d'e Zuid-
Afrikaansche verwikkelingen heb
ben ingenomen, zei von Bülow. Ik
heb ook dikwijls vergelijkingen, ge
lezen tusschein het bezoek des Kei
zers aan Engeland en het niet-onit-
vangen van president Kruger. Deze
vergelijkingen gaan echter niet op.
De ontworpen reis van president
Kruger naar Berlijn geschiedde
met het uitgesproken doel, ons in
een ongewonen vorm te noodzaken
tot inmenging in d'e Zuid-Afrikaan-
sche verwikkelingen, terwijl het
bezoek d'es Keizers aan Engeland
niets te maken had met den Zuid-
Afrikaanschen oorlog.
Zeker, er zijn den Keizer in En
geland attenties' bewezen en hij
heeft die attenties beantwoord. Ik
bestrijd echter ten stelligste, dat de
Keizer in eenig opzicht in. strijd
met 's lands welzijn heeft gehan
deld, toen hij die attenties aanvaard
de en beantwoordde. De verleening
van een orde aan lord Roberts be
rust op een persoonlijk eererecht
van de Pruisische kroon overigens
is lord Roberts geen politieke per
soonlijkheid en de hem verleende
onderscheiding had' geen politieke
beteekenis.
Wat de betrekkingen met Rusland
betreft, blijft von Bülow overtuigd
dat 't onderhouden van betrekkin
gen van goede buurschap met deze
mogendheid een der voornaamste
opgaven der D.'sche politiek is.Maar
op den grondslag van volkomen ge
lijkheid'. De basis van elke over
eenkomst over handelspolitieke be
langen met een andere mogendheid1
kan slechts volle reciprociteit, volle
onafhankelijkheid1 van Duisch-
land zijn, doch niet het een of an
der vazallendom. De buitenland
sche politiek wordt niet bepaald
d'oor betrekkingen, van bloedver
wantschap, maar d!oor kalm en
nuchter overwogen staatsbelangen.
Deze bepalen ook de houding d'es
Keizers, diie gericht is op de meest
consciëntieus© zorg voor de wel
vaart, veiligheid en toekomst van
't rijk.Ik zelf, zei v. Bülow zou voor
'n andere politiek als de nationale
Duitsche „Realpolitik" niet te vin
den zijn.
De rede van den Rijkskanselier
werd met levendige® bijval be
groet.
Prof. Hasse, van den Al-duitsche®
vleugel van de nationaal-liberalen,
verklaarde dat sedert 1890 aan de
Duitsche politiek in het buiten
land' werd verweten dat zij zich,
meer dam pas gaf, door persoonlij
ke instemming liet beheerschen en
daarom ongestadig was. Als de ver
leening van den Zwarten Adelaar
aan Roberts geen politieke betee
kenis had, dan had' men d'e ze orde
ook aan de Wet en andere Boeren
aanvoerders moeten geven die to
renhoog boven Roberts uitstaken.
De conservatief d'r. Oertel, hoofd
redacteur van de AgrarischeTag.es-
zeitung", betreurt het dat Duitschr
land niet volledige onzijdigheid
heeft betracht in den Boerenoor
log en zou de bestierders van de
Duitsche politiek het bekende
woord' van Bismarck willen toeroe
pen „Naloopen dóen wij nie
mand I"
Ook d'e regeeringsgezind'e natdo-
naal-liberaal dr. Bassermann, die
voor dwazen haat tegen d'e Engel-
schen waarschuwt en in Bülow's
beleid vertrouwen stelt, constateert
d'at de verleening van den Zwar
ten Adelaar aan Roberts algemeen
onder het volk ontstemming heeft
gewekt.
De soc. d'emocr. afgevaardigde
Ledebour wees op de befaamde
Hunnenbrieven en noemde de re
de van von Bülow eenvoudig her
senschimmig.
Richter verweet den Rijkskanse
lier, dat hij bij zijn laatste verkla
ringen, d'ie als een program, gelden,
niet genoeg in het oog heeft gehou
den het belang van de instandhou
ding van internationale economi
sche betrekkingen.
Naar aanleiding varu hetgeen
Richter zeide, betoogde d'e Rijles-
kanselier, dat het streven der re
geering moet zijn. de. bestaande
scherpe tegenstrijdigheid van be
langen betreffende handelsverdra
gen weg te nemen met medewer
king van_ den Rijksdag. Daarvan
hangt de geheele economische toe
komst af. Bij den noodlijdenden toe
stand van den landbouw acht hij
verhoogimg van invoerrechten voor
tarwe en roa-ve onvermiidelijk. Aan
deze verhoogingen is echter een
grens gesteld door 't productiever
mogen en de uitvoercapaciteit van
d'e Duitsche industrie, evenals door
de zorg voor gunstige levensvoor
waarden voor d'e Duitsche werklie
den.
Hoeveel die verhooging van in
voerrechten zal zijn., daarover kon
hij zich niet uitlaten, "daar de
Bondsraad' nog geen besluit heeft
genomen.
In den verderen loop van het de
bat, waarbij het dikwijls levendig
toeging, verklaarde, de staatssecre
taris Von Richthofen Het is ge
constateerd1, dat feitelijk groote
hoeveelheden oorlogsmaterieel en.
gecons erveerde levensm iddelen
naar Engeland zijn verscheept.
Daar echter andere Staten tot dus
ver geen verbod! van uitvoer uit
vaardigden, zou een Dui.tsch uit
voerverbod slechts de industrie e®
den landbouw geschaad hebben.
daarom vaardigde Duitschland geen
verbod' van uitvoer uit.
Zou Rusland een beetje bang
worden voor de protesten der mo
gendheden
De officieele „Russische Tele-
graphen-Agentur'deelt mede
,,Wij vernemen, ut volkomen ge
loofwaardige bron., dat de tekst van
een Russisch-Chineescbe overeen
komst betreffende China in de bui-
tenlandteche pe,rs met opzet ver
minkt geworden is, om wantrou
wen te wekken tegen Rusland.
,,Dit valt vooral op, dloor de on
mogelijkheid van het medegedeel
de artikel over Nioe-tsjwang. Als
Rusland met China een speciaal
verdrag wildJe sluiten, zou diit al
leen gedaan worden in den wensch,
om Mantsjoerije aan China terug
te geven, en de voorwaarden vast
te stellen, waaronder de ontruiming
dezer pro-vjmcie zou kunnen worden
mogelijk gemaakt."
Heel helder is de bedoeling niet,
maar er schijnt toch wel achter te
zitten dat Rusland1 aan de mogend
heden duidelijk wil maken dat ze
heusch geen kwaad1 bedoelen in
Mantsjoerije.
Hoeveel duisters er ook in de
Chin a-politiek vóór, tijdens eT na de
bevrijding der gezanten moge we
zen, het staat vast, dat dejioogge-
roemd'e eenheid nooit meer dan een
woord is geweest, en dat aan dien
eenen kant Rusland en Frankrijk
staan en aan. den. anderen Duitsch
land, de Vereenigd'e Staten, Enge
land en Japan Italië en Oostenrijk,
dus zoowat allemaal.
En bij alle verwikkelingen blijkt
meer en meer dat het vooral de
economische belangen der verschil
lende mogendheden zijn die de
richting in de staatkundige verhou
dingen aangeven.
öuitenlandsch Nieuws.
Achter de schermen.
De Kaapsche correspondent van
de „Nieuwe Courant" heeft met
een Engelsch sergeant-majoor een
vertrouwelijk gesprek gehad, waar
over hij het volgende mededeelt
Hij heeft zegt de correspon
dent twee vrienden, intieme
vrienden., een te Belfast (Oosterlijn,
Transvaal), een te Zeerust. Beide
zij.n werkzaam als schrijver in de
militaire kantoren van genoemde
plaatsen. Daardoor is het mogelijk,
dat zij brieven er door krijgen, die
niet door den censor geopend wor
den. De majoor is hier nl. ook op
het hoofdkantoor en nu sluiten diie
vrienden hun particuliere corres
pondenties in de groote couverten
der officieele dienstbrieven. Daar
door weet mijn nieuwe vriend' hier
meer dan de „average" Engelsch-
manmen durft elkander op deze
wijze gedetailleerde verslagen te
geven, of althans d'e dingen bij hun
waren naam te noemen, terwijl van
de duizenden Tommies te Pretoria
enz. alle brieven geopend worden,
en vernietigd', als er iets te veel in
staat en dat is er, onder de te
genwoordige omstandigheden, al
gauw in.
Welnu dan„In de laatste we
ken." aldu9 resumeerde hij twee
brieven, dien morgen ontvangen
(hij voelde nog in zijn khaki baatje
of hij ze ook bij zich bad'; helaas
niet I „zijn de onzen overal versla
gen de zaak staat heel bedenke
lijk 1"
Zeerust is nu al vier maanden
belegerdde Boeren liggen er
nauw rondom en geen muis kan er
in of uit. (Ik hoorde van een gym-
nasium-leeraar hier, dat twee stu
denten uit Zeerust niet naar school
teruggekomen warennu begrijp
ik waarom. Corr.) En daardoor is
het hoogst moeilijk nieuws over
Mafeking, 3 uur rijdens van Zee
rust, te verzenden.
Het was echter een gekleurde®
jongen gelukt door het Boerencor-
don heen te komenzoo was al
thans in een begeleidend schrijven
uit Mafeking officieel medege
deeld. De Boeren zijn oppermach
tig in West-Transvaal.
En in het Oosten Daar waren
nog veel Britten ik kon dus ver
wachten dat daar gevochten was,
al wisten wij niets, en al schreef
het gouvernement van Kaapstad in
zijn officeeJe nieuws Vrijdag en de
week te voren, dat er in Transvaal
niets was voorgevallen van aanbe
lang. Ik ken mijn Pappenheimers
en ik wist, dat de helden, in Oost-
Transvaal niet rusten zouden. Ik
heb eenmaal zelf d'aar te Wonder
fontein. bij Belfast gewoond. Ik
ken elk kopie in den omtrek, en
den spoorweg, die daar als een
montagne russe op en neer gaat
alsof ik er nog gister gespoord had,
voel ik nog de wagens holderde
bolder naar onder rollen, als het
kopje-af ging en traag en saai kop
je-op.
Ja, daar was gevochten Het wa9
27 Januari, dat bij Wonderfontein
een Engelsche afd'eeling M. I.}
(mounted infantry), achter een rij
van kopjes trenches maakte't was
mooi droog weer en bijna volle
maneschijn. In den nacht van 29-30
zou het volle maan zijnmaar 't
werd zeer duister; en dikke mist
bedekte het grauwe, stille veld.
(Alle woningen zijn daar verbrand;
er stonden er zes, behalve de school,
die niet branden kon en dus stuk
geslagen werd; dit wist ik al vroe»-
ger, zoomede uit een brief van den]
commandant van een station te
Wonderfontein, Corr.)Wat niemand
verwachtte, gebeurde de. Boeren
joveiTompelden, al de stellingen
mert goed gerichte schoten, in de
eerste morgenschemering van' de®
31 sten Januari, werd1 een derde der
soldaten neergeveld' en de rest
moest zich overgeven met al wat
ze hadden.
Hoeveel er daar waren, was niet
gezegd, maar te oordeelen naar het
gewicht van Wonderfontein zijnde
een kruispunt van wegen naar Ca
rolina en Ermelo, moeten het vele
honderden zijn geweest. Van dit
alles weten wij in Kaapstad abso
luut niets.
Verder zijn de Boeren nergens
meer bedrijvig dan tusschen Won
derfonteinBelfast, eenerzijds en
Carolina anderzijds. Twee vrien
den van mijn majoor, twee werke
lijk bekwame en verdienstelijke
officieren („och, meneer er zijn er
zoo weinig die werkelijk geschikt
zijn nog niet één uit tien") zijn in
het laatst van Januari gedood, ter
wijl zoovele niksnutters nooit ge
raakt worden_ eenvoudig omdat zij,
als het vuur te na komt, wegkrui
pen.
De pest t9 Kaapstad.
Dr. Gregory, waarnemend ge-
zondheidsbeambte der Kolonie, is
d'e laatste dagen bezig geweest met)
onderzoek te doen naar een ver
dacht voorkomende ziekte onder
de rotten in dat .gedeelte van de
dokken, bekend' als de „South
Arm". Na onderzoek kwam hij tot
de gevolgtrekking dat de rotten
aan de builenpest lijden, Op 31
Januari werd een blanke patiënt
tot het Rond'ebosch Cottage-höspd-
taal toegelaten, die d'e kenteekenen
van pest openbaarde. Op 2 Februa
ri werd dit geval aan dr. Gregory
bekend gesteld, en hij ging dadel ijik
onderzoek instellen. De "man was
toen reeds aan het herstellen, maar
Donderdagavond werd een kleur
ling, woonachtig te William straat,
bevonden aan een ziekte te lijden,
welke dr. Gregory verklaarde d'e
Feuilleton.
Naar het Fransch.
Vader stond vooraan, deftig met
de borst vooruit, in. zijn zorgvul
dig schoongemaakte jas. Hij had
dat bekende benzine-geurtje om.
zich heen, dat ik nu nog nooit kan
ruiken zonder een Zondagsgevoel
te krijgen.
Plotseling krijgt hij een paar fij
ne dametjes in het oog, die met
een paar heertjes oesters staan te
eten. Een oude, ge-kromde matroos
opende ze en reikte ze over aan de
heertjes, die ze vervolgens offreer
den aan d'e dames. Netjes met de
schaal op hare zakdoekjes slurpten
déze ze leeg en wierpen de ledige
schelpen, in zee.
Deze gedistingeerde manier van
oesters eten leek mijn vader chique
toe, echt fijn, en op moeder toe
gaande, zeide hij
Wil jelui ook niet eens een
paar oestertjes?
Moeder aarzelde' om. de kosten;
als 't nu nog mosselen warenze
wist niet eens of ze wel van oes
ters hield, ze had ze nog nooit ge
geten. De zusters namen, het aan
bod' echter met graagte aan. Ook
de galant wilde wel meedoen. Moe
der zeiLaat de meisjes dan
maar £gn paar gebruiken, ik lust
ze niet en Eduard' zou er ziek van
worden.
Vader stapte toen. trotsch als een
pauw met de meisjes en den aan
staande op den oesterman af. Ze
kochten oesters en vad^r wees aan
de meisjes hoe ze die móesten uit-
slurpen zonder te' morsen.
Plotseling echter week de goede
man een. paar schreden terug en
keek met een ietwat verschrikt go-
zicht strak naar den oesterman.
Met haastigen tred kwam hii daar
na bij ons tem? en zeidie fluiste
rend tot moeder
't Is vreemd, zooals d'ie oester
man op Kees gelijkt.
Op welken Kees? vroeg moe
der ontsteld.
Op onzen Kees natuurlijk. Als
ik niet wist, dat hij hoog en droog
in Amerika zat
Ben je gek? Wat zijn. dat voor
domme' praatjes? Onze Kees?
Nu kijk zelf maar eens,
Tr.eesje.
Moeder stond op en ging naar
de meisjes.
Ik keek ook met attentie naar den
persoon in quaestie. Hij was oud!,
zag er vuil uit en erg rimpelig. Hij
keek niet op van zijn werk.
Moeder kwam terug en met iets
beverigs in haar stem zeide zb
Ik geloof waarlijk, dat hij het
is. Vraag eens aan den kapitein;
maar wees voorzichtig, dat we den
scharluin niet weer op ons dak
krijgen, begrepen?
Vader ging en ik volgde hem.
Deftig sprak hij den kapitein aan,
die op de brug rondstapte met een
gezicht, alsof hij een Indische mail
boot commandeerde. Langs listige
omwegen bracht vader het gesprek
op de equipage en toen op den oes
terman.
De kapitein, wien het gevraag
blijkbaar verveelde, zeide Be
doelt u dien oude daar Dat is een
oude Rotterd'amsche vagebond,
dien ik verleden 'aar van een Ame-
kaansche boot heb opgepikt. Hij
moet familie hebben te Rotterdam,
maar hij durft er niet heengaan,
omdat ze nog geld van hem moeten
hebben. Hij heet Cornelïs van der
Duim. Hij' moet in Amerika in goe
den doen zijn geweest, maar nu is
hij alles kwijt, dat kan je wel zien.
Dank u, dank u, stamelde va
der die zoo wit als een doek was
geworden. Hij ging heen en de zee
man zag hem met verbazing aan.
Hij kwam. geheel ontdaan bij ons
terug en fluisterde Hij is het,
hij is het! Laat de kinderen zich
van den oesterman verwijderen.
Pas op, dat onze aanstaande schoon
zoon. er niets van bemerkt. Ediuard
ga de meisjes halen.
Woedend' snauwde moeder toen:
'k Heb het altijd wel gedacht,
dat er van dien zwetser niets zou
terecht komen en d'at hij ons weer
op het dak zou vallenWat zou men
ook anders van een1 Van der Duim
kunnen verwachten
Vader streek zich met de hand
over 't voorhoofd' zuchtte en
zweeg.
Geef Eduard nu even het geld,
dan kan die hem betalen voor zijn
oesters. Als jij het doet. dan her
kent de schobbert je. Kom nu meê
naar den anderen kant.
Ze gingen heen. nadat vader mij
een rijksdaalder had gegeven. Mij
ne zusters, die op vader wachtten,
waren verwonderd, toen ze mij za
gen aankomen, maar ik zeide, dat
ze maar naar moeder moesten
gaan, dat die een beetje zeeziek
was. Daarna ging ik tot den oester
man en zeide
Hoeveel is 't voor die oesters,
baas?
Ik gevoelde haast lust oom" te
zeggen.
Een daalder, jongeheer.
Ik reikte hem mijn riks toe en
hij gaf mij kleingeld terug. Toen
zag ik zijn hand, een armzalige,
verweerde, gegroefde matrozen-
hand, ik zag zijn gezicht, het droe
vig, somber gezicht van een afge
leefd man, en een hevige ontroe
ring maakte zich van mij meester,
terwijl de gedachte mij steeds door
de ziel gingdat is mijn oom, dat
is vaders broerEn ik gaf hem uit
de volheid mijns harten een kwar
tje fooi.
Dankje wel beleefd jongeheer!
Dit werd' gezegd op den toon van
een arme, die een aalmoes ont
vangt. Had hij dat in Amerika ge
leerd
Toen ik mijn1 vader de 15 stui
vers teruggaf, zeide moeder bits
Kostten dien oesters vijf en
dertig stuivers? Maar dat is onmo
gelijk, jongen!
Op ferm en toon zei d'e ik„Neen,
de oesters kostten gen daalder en
ik heb den man een kwartje fooi
gegeven.
Moeder sprong op van de bank.
Is de jongen niet wijs? Een
kwartje fooi? Aan dien schavuit...
De blik van vader deed) haar in
binden en zij keek tersluiks nac-
den galant van onze Marie. Daar
na zwegen we allen en zaten stil.
Nooit heb ik na dien Zondag mijn
oom terug gezien. In Mei van 't vol-
gend jaar trouwde Marie. Voila
l'histoire
En nu weet je ook, waarom ik
mij soms niet kan weerhouden aan
een vagebond of bedelaar een rijks
daalder te geven, als ik er toe
vallig een rijk ben.
EINDE.