NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Meestgelezen Dagblad, in Haarlem en Omstreken.
DEFEESTWEEKIN AMSTERDAM
18e Jaargang
Maandag 11 Maart 1901
No Ó428
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Voor Haarlem per 3 maanden1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd ib (kom der gemeente),
per 3 maanden1-30
Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65
Afzonderlijke nummers0.02)4
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.37)4
de ometreken en franco per post0.45
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster.
ADVERTENTIEN
Van 15 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem
is de prijs der Advertentiën van 15 regels 0.75, elke regel meer 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 30 Cent per regel.
Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Kampersingel 70, vlak bij de Turfmarkt.
Telefoonnummer der Redactie 600. Telefoonnummer der Administratie 122.
Intercommunale aansluiting.
Directeur: J. C. PEEREBOOM.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONES, Suec., Parijs 3ihti Faubourg Montmartre.
Dit nummer bestaat uit
acht bladzijden.
Haarlem's Dagblad van 11 Maart
beyat o. a.
De aanval op Liclitenburg, De
positie yan de Wet, Balfour's mo
tie in liet Lagerhuis, Chineesche
zeerooyers De Feestweek in Am
sterdam, Sportpr aatje.
Bovendien behoort bij dit nummer
no. 27 van „De Zaterdagavond", let
terkundig weekblad voor jong en oud,
bevattende: „De Statenzaal in het Prin
senhof; Haarlemmer Halletjes; Kro
niek; Feuilleton: Blondje; Allegro en
Largo; Gehypnotiseerd; De klanten van
den coiffeur; Moment-Opname: In de
Kalverstraat; benevens de gewone ru
brieken, afbeeldingen, oplossing prijs
raadsel en nieuw prijsraadsel.
Politiek Overzicht.
Kitchener seint, d'at de le. Rey
niet geslaagd is in zijn aanval op
Lichtenburg. De Engelsche verlie
zen waren volgens hem twee offi
cieren, terwijl de Boeren generaal
Celliers verloren.
De laatste berichten van gisteren
waren, dat Kitchener versterkingen
zond, maar in het telegram waarin
me die-gedeeld wordt dat de aanslag
der Boeren niet is gelukt, wordt
gezwegen over het al of niet aan
komen der versterkingen.
Of ze er dus inderdaad! zijn, we
ten we niet. Het is dus best moge
lijk, dat met de gewone voorbarig
heid geredeneerd wordt over het
afslaan van de aanvallen nog vóór
de versterkingen er zijn. De.n huid
verdeelen voor de beer geschoten
is, misschien.
Lichtenburg ligt aan> d'en grooten
weg van Johannesburg naar Mafe-
king, 190 KM. ten westen van eerst
genoemde en 65 K.M. oostelijk van
laatstgenoemde stad;. Vlak ten noor
den ligt Zeerust, d'at vermoedelijk
ook door de Boeren belegerd wordt,
en ongeveer even ver zdidelijk li'rt
Hartebeestfontein, waar Methuen
voor drie weken zulk een zwaar
pak slaag van de Villiers en Liaben-
berg heeft gehad. Uit dit alles kan
men zich een denkbeeld vormen,
wat Methuen's gesnoef over schoon
vegen van westelijk Transvaal
waard' is, e;n zich tevens verklaren,
waarom Kitchener altijd zoo wei
nig vandaar heeft te vertellen.
Waar De Wet is, weet men1 na
tuurlijk niet, er komen omtrent
hem „afwijkende berichten" in.
We weten wat dat zeggen wil,
Maar over 't algemeen schijnt men
hem toch te zoeken n d'e buurt van
Philippolis, zich bewegende in
noordelijke richting, naar Petrus-
beg bv. 't Reuter-telegram van gis
teren immers sprak er van, dat hij
zich, na de Oranjerivier te zijn
overgetrokken, naar Philippolis be
gaf. En thans wordt uit Engelsche
bron gemeld', d'at de Engelschen,
d'ie in noordelijke richting rukken,
thans de Petrusburg zijn. French
meldt dat hij een snelvurenden
C re u zot-veerti e n p on die r en h et on
derstel van een Hotchkiss buit heeft
gemaakthii heeft nu in het ge
heel zeven kanonnen genomen. Het
is bekend- dat er, sedert de opera
ties in het oosten begonnen zijn,
979 Boeren buiten gevecht zijn ge
steld. Verder heeft French nog 169
geweren, 24.970 patronen,. 183 paar
den, 1240 trekossen, 3920 stuks
hoornvee, 13.580 schapen, 100 wa
gens en karren en groote hoeveel
heden voer buitgemaakt. Geen ver
liezen.
Nu zullen de kranen hem d'an
toch zeker wel krijgen wanneer...
ze wisten waar ze hem. krijgen kon
den. De „Daily Mail" vernam dat
de Wet zelfs reeds te Petrusburg
was. Dus dan zou men zóó aan d'en
dans kunnen gaan
Dc „Standard" verneemt uit Dur
ban De Boe ren overste Engelbnecht
heeft zich Zondag overgegeven. De
Engelschen hebben Prinsloo met
vijftig volgelingen en vier-en-twin-
tig wagens te Piet Relief gevangen
'genomen.
Steijnacker's verkenners hebben
te Belpmakaar een schat van die
Boeren opgegraven waarvan de
waarde op duizenden ponden ge
raamd wordt. Terwijl aldus vol
gens de Engelsche berichten, de
stand1 van d'en, oorlog is breidt zich
steedis die pëst uit. Uit Kaapstad
wordt gemeld', dat eiken dag nieu
we gevallen van pest voorkomen,
ook onder de Europeanen. Van de
acht personen die Donderdag aan
getast werden, zijn 3 Engelschen.
Een is er overleden. Er zijn ook
gevallen- van pest te Stellenbosch
en Somerset-West, waar de de
Beersmaatschappij, de besmette
huisjes verbrandt. Ook zijn een
paar blanke schoolkinderen; te
Kaapstad' aangetast, wat het pu
bliek verontrust, evenals het besluit
van het legerbestuur om pestgast-
huizen in te richten in de voorste
den van Kaapstad'.
Verder is uitgelekt dat de mili
taire autoriteiten vele Kaffers die
tot nog toe te Kaapstad werkzaam
zijn geweest, elders in de Kaapko
lonie loopgraven enz. laten maken.
Prof. Simpsom spreekt de vrees
uit dat de pestepidemie niet langer
te stuiten is. Het gebrek aan genees-
heeren belemmert grootelijks de
sanitaire maatregelen van het stads
bestuur. Waarschijnlijk zal men
trachten d'e binnenkort tarugkee-
rende Australiërs te Kaapstad vast
te houden tegen hooge soldij om
hulp te verleen-en.
Dit bericht werpt het schelste
licht op den toestand', en toont hoe
ellendig en droevig het er daarginds
uitziet voor de Engelschen.
Naar aanleiding van het geval
met d)e Iersche led'en in het Lager
huis en het daaruit voortgevloeide
schandaaltje heeft Balfour een mo
tie voorgesteld', dat een, lid, 't welk
met geweld uit het huis moest wor
den verwijderd, geschorst zoude
worden voor den overigen duur der
zitting. Het is aangenomen met 264
tegen 51 stemmen.
De „Westm. Gazette" noemt het
een harden maatregel maar zegt te
vens
Een andere vraag is echter of niet
de Begeering en in 't bijzonder
minister Balfour de aanleiding tot
deze parlements-rebellie hadden
kunnen wegnemenEn die vraag
beantwoordt de- „Westm. Gaz." be
vestigend. In de eerste plaats be
hoorde de regeering het parle
ment niet zoo buitensporig laat bij
een te roepen. Het is absurd', te ver
onderstellen dat een parlement, dat
op 14 Februari bijeen komt en.
met inbegrip nog van een paar we
ken vacantie, tot begini Augustus
werkt, alle zaken behoorlijk kan
afdoen.
Voorts behoort het tot d'e minder
goede eigenschappen van den heer
Balfour, dat hij het debat maar da
delijk wil sluiten, zoodra een zaak
hem verveelt. Het was zeer onbe
leefd en zeer weinig tactvol, om
eerst de Engelsche aangelegenhe
den te bespreken e-n over de Ier
sche het debat maar te sluiten. Fn
dit wordt nog erger wanneer men
weet dat de Iersche leden, die uren
lang hadden gewacht om aan het
woord te komen, d'en Minister si
dien tijd' niet hadden gezien en hem
eerst zagen opdagen, toen hij, ,-js
een soort van chief executioner, het
debat kwam sluiten.
Zulk een behandeling is in hoo
ge mate kwetsend en zeker meer
geschikt om die toch reeds vijandi
ge stemming der Ieren te verbit
teren dan te verbeteren.
Buitenlandsch Nieuws.
Chineesche zeeroovers.
Men schrijft dd. 1 Februari uit Hong
kong:
Zaterdag 26 Januari, des namiddags
om 5 uur, vertrok een gezelschap van
vier personen van Sjamien in een zoo
genaamde huisboot, om den volgenden
morgen bij het aanbreken van den dag
te gaan jagen in de omstreken van
Koemtajoek, ten zuiden van Kanton
aan de West-Rivier gelegen. Het gezel
schap bestond uit de beeren Spalinger
en Burckhardt (Zwitsers en eigenaars
van de huisboot) Hogg (een EngeJsch-
man) en Huygen (Britsch consul te
Kanton.)
Om half twee 's nachts werden de
jagers plotseling uit bun slaap opge
schrikt door een hevig geweervuur, en
spoedig bleek, dat men door zeeroovers
was aangevallen. Gelukkig was men
zoo voorzichtig geweest bij het naar
bed gaan de vuurwapens te laden en
had men dus twee Winchester repe
teergeweren en twee revolvers tot zijn
beschikking. Reeds bij de eerste scho
ten werden de beide Zwitsers gewond,
de heer Spalinger in den linker-boven-
arm en de heer Burckhardt in de rech
terdij en den linkerhiel, doch dit belet
te niet, dat beiden voortgingen, het ge
weervuur der roovers te beantwoorden
De heeren Hogg en Huygen hadden
zich in de voorste kajuit op den grond
gelegd om de roovers het binnendrin
gen in de kajuit te beletten. Na.dat zoo
wat een 40 schoten gelost waren, en
de roovers door brandende, in petro
leum gedrenkte lompen het dak van
de huisboot in brand gestoken had
den, werd de boot geënterd en rukte
een der Chineezen de deur van de ka
juit open om een brandende stinkbom
naar binnen te slingeren. Die daad
werd echter beloond door twee kogels
uit de Winchesters, die den kerel waar
schijnlijk gedood hebben. Gelukkig kon
de brand binnenboord snel gebluscht
worden, terwijl de heer Burckhardt
met bewonderenswaardige koelbloe
digheid de bom opnam en dwars door
een venster in het water wierp. Eenige
sefflmden later zou de bom waarschijn
lijk ontploft zijn. De stinkbommen zijn
gevuld met kruit, spijkers, zwavel enz.
en dienen de zeeroovers om de passa
giers der booten, die zij overvallen,
schrik aan te jagen. Gewoonlijk worden
die passagiers dan zoo bang, dat zij
zich niet durven verroeren, en dat had
men ook van deze Europeanen ver
wacht. De heer Spalinger had eenige
kerels met zijn revolver gewond of ge
dood, twee lijken werden eenige dagen
later gevonden, en de roovers dropen
of, toen ze zagen dat hun eerste aan
val afgeslagen was.
De boot waarin de roovers het gezel
schap aanvielen, was een zoogenaam
de snakeboat, een lang vlak vaartuig
je, waarmede zij zich snel kunnen be
wegen.
Nadat alles weer stil geworden was,
kwamen de koelies, die het wiel trap
pen, uit hun schuilplaatsen voor den
dag; zij trapten de huisboot zoo snel
zij konden naar het nabijliggende
plaatsje Sam-joeng-ki, waar men het
anker uitwierp bij een Chineesche
wachtboot, om het aanbreken van den
morgen af te wachten.
Intusschen kwam men tot de ont
dekking, dat behalve de twee Europe
anen ook nog een oude bootkoelie, een
factotum, die reeds dertig jaar in die
betrekking geweest was, gewond was.
Hem was een arm verbrijzeld en bet
gelukte helaas niet, het bloeden te
stoppen, zoodat de arme kerel om 9 uur
's morgens overleed. Bovendien had de
bediende van den heer Burckhardt
eenige kneuzingen opgeloopen door af
gedwaalde kogels.
Men vertrok om 6 uur van Sam-
joeng-ki en was zoo gelukkig een
sleepboot te ontmoeten, die onmiddel
lijk gerequireerd werd om de boot full
speed naar Samien terug te sleepen.
Daar kwam men om elf uur aan. Voor
de gewonden was die terugtocht ver
schrikkelijk, zij waren zoo goed als de
omstandigheden het toelieten verbon
den, maar men verkeerde voortdurend
in angst of niet de een of ander door
het groote bloedverlies in zwijm zou
vallen, en het was een groote verlich
ting toen men eindelijk in staat was,
geneeskundige hulp te verkrijgen.
De zaak werd daarop in handen der
betrokken consuls gegeven, die naar
het schijnt krachtig willen optreden.
De waarnemende onderkoning toont
het gewicht van dezen schandelijken
overval, zoo brutaal als sedert het be
staan van Sjamien nog niet voorgeko
men is, te beseffen en doet zijn best
om de schuldgien te vangen en te straf
fen.
Zoover ons bekend is zijn de eischen:
bestraffing der schuldigen volgens de
Chineesche wetten en wel in tegen
woordigheid der consuls of van hun
vertegenwoordigers op de plaats waar
de aanval plaats had, voorts krachtige
maatregelen tot uitroeiing der zeeroo-
verij, die voortdurend toeneemt in de
districten ten zuiden van KShton en
op de West-Rivier (Si-kiang), en scha
devergoeding aan de betrokken perso
nen.
Het Spaans che Ministerie.
Het nieuwe ministerie schijnt het
ernstig te meanen en is met de bes
te voornemens vervuld'. De minister
van onderwijs, dJie van justitie, van
oorlog en marine allen hebben zich
al over hunne plannen, uitgelaten.
De minister van binnenlandsohe
zaken zal zich vooral bezig houden
met eene betere organisatie van het
binnenlandsch bestuur, vooral wat
de personen aangaat. Bij de keuze
van prefecten, en burgemeesters zal
de uiterste zorg worden aan dien
dag gelegd). De minister van justi
tie voelt zich bovenal democraat,
en daarvan zullen de gevolgen in
de wetgeving moeten blijken soci
ale wetgeving dus. Generaal Wey-
ler zal al zijne krachten ten beste
geven tot het organ iseeren van het
leger, opdat het in alle omstandig
heden nuttig zal kunnen zijn, maar
of hij met d'e hervormingsmaatre
gelen van zijn voorganger zal mee
gaan wist hii nog niet zeker te zeg
gen.
Stadsnieuws.
Haarlem, 9 Maart 1901.
In het douchebadhuis zijn in de af-
geloopen week 350 baden genomen.
Maandagmorgen zal het lijk van den
in het militair hospitaal alhier over
leden milicien B. met militaire eer ter
aarde worden besteld.
Zondag a.s. zal in het Museum van
Kunstnijverheid alhier tentoongesteld
zijn een gedeelte van de inzending der
firma Enschedé en Zonen, ter Parijsche
tentoonstelling van verleden jaar. Het
bevat de modellen van geldswaardig
drukwerk, waaronder van biljetten van
verschillende bankinstellingen, postze
gels voor Nederland, de Koloniën, Lux
emburg, Zuid-Afr. Republiek en Per-
zië. Voorts proeven van plaatwerk en
illustratiewerk, voortbrengselen van
de lettergiterij en Brailledruk. Belang
rijk is deze verzameling ook met het
oog op de afdrukken van oude letter
schriften-uit de 15e en volgende eeuwen
waarvan de matrijzen nog in het be
zit der firma zijn.
De volgende week zal de Tentoonstel
ling van Finlandsche huisvlijtproduc-
ten in de Rotonde van het Museum
worden ingericht.
Zondag is de toegang kosteloos.
Naar men verneemt heeft de letter
lievende vereeniging „J. J. Cremer",
daartoe uitgenoodigd door een com
missie, voorz. den WelEdelgeb. Heer
J. Krol Kz., welwillend aangenomen
om op Vrijdag 15 dezer, in den Schouw
burg eene voorstelling te geven ten be
hoeve van een veelbelovend jong-
mensch, om zijne twee laatste studie
jaren als arts te kunnen voltooien.
Wij juichen het ten zeerste toe, dat
de keuze der artistieke Kamer is geval
len om de tooneelvoorstelling te doen
bestaan in de opvoering van de histo
rische schets van het leven van Frans
Hals. Zooals we weten, mocht het stuk
de groote sympathie van de commissie
van de Frans Halsfeesten en genoodig-
den wegdragen, tevens bleek de schouw
burg te klein toen het stuk voor de le
den van genoemde vereeniging werd
opgevoerd.
Wij twijfelen dan ook niet, of deze
pennevrucht van onzen stadgenoot, den
heer H. M. P. van Emmerik, welke
tot dusver in intiemen kring werd op
gevoerd, zal bij Haarlem's welwillend
publiek een grootsch onthaal vinden
en de uitvoering geheel beantwoorden
aan het schoone doel, dat de commis
sie ermede beoogt.
(Van onzen specialen verslaggever.)
8 Maart.
DE GALA-VOORSTELLING IN
DBN^ST ADSSCHOUWBURG.
Nogmaals zou het Vorstelijk echtpaar
Vrijdagavond in de gouden koets uit
rijden. Dart; bracht weer een dichte
muur van menschen langs den gehee-
len weg die vol wuivende illuminatie
vlammetjes was. Heit schouwburgplein
lag neer in heit bleekwitte licht der tal
rijke eleotrische booglampen, in een
wijden boog afgezet terwijl op de mo
numentale brug-versiering over de
Stadhouderskade de vreugdevuren hel
opvlammenden tegen een donkeren
nachthemel.
In de vestibule van den schouwburg,
voor deze gelegenheid met wat groen
afgezet en belegd met Perzisch tapijt,
werden de hooge bezoekei*s verwelkomd
door den voorzitter der feestcommissie,
den heer S. P. van Eeghen, die den
voorzitter van de subcommissie van
den schouwburg, den heer W. J. Geert-
sema, aan Hare Majesteit en Z. K. H.
H. voorstelde.
De heer Geertsema presenteerde
daarop de leden van den Raad van
Beheer, Jbr. Wichers en Generaal
Vrancken benevens den heer Pit, se
cretaris dea- subcommissie, waarop de
heeren Van Eeghen en Geertsema het
echtpaar langs de trap, waar op ver
zoek der feestcommissie de eerewacht,
wier leden als ceremoniemeesters fun
geerden, zich hadden opgesteld, naar
de koninklijke loge leidden. Langs een
haag van groen, afgezet met heerlijke
witte seringen in de.vestibule boven
aan de trap, werd de tot foyer inge-
richfè koffiekamer bereikt
In den foyer deden frissche planten
groepen het oog aangenaam aan, witte
en liebtroode azalea's, witte seringen
gaven vriendelijke rustpunten aam het
oog. 't Perzisch tapijt op den vloer en
het reebruin, kunstvol bewerkte kleed
over de tafel, waarom de gouden statie-
stoelen van den schouwburg waren
gerangsch ikt, brachten warmte en
kleur in dezen gezelligen salon; het
geheel maakte een uiterst fijnen in
druk.
Ook de koningsloge zelf, waartoe een
deur in den tijdelijken foyer toegang
gaf, was met bijzonder veel smaak inge
richt. Roode damasten gordijnen slo
ten de loge af, aan den voorkant waren
op zij yan de vorstelijke zetels, de be
kende rood met vergulde stoelen van
den schouwburg, gouden kronen, ge
plaatst. Voor het. midden der loge was
een bed van witte seringen gelegd, dat
zich uiterst gelukkig aansloot aan de
decoratie der zaal met deze bloemen
en gele tulpen op gele zijden festoe
nen.
Het geheel was uiterst eenvoudig,
maar getuigde van- zeer voornamen
smaak. Bij het binnentreden van het
Vorstelijk Echtpaar in de zaal, rezen
allen op, om buigend te groeten.
Toen rolde het doek omhoog, en
schetterden, wijd door de zaal,, uit
groote gouden bazuinen, twaalf herau
ten van Oranje-Nassau, van Mecklen
burg en van de stad Amsterdam, een
koningsfanfare.
Een middeneeuwsch schouwspel
haast, die ridderlijk gelooide mannen,
waarvan de kleurige kleedij sterk
sprak het neerhangende blauwe ach
terdoek, waarop bloemranden wat le
ven braclrteai.
Nu werd het opeens heel lieflijk van
gezicht en geluid. De dames R. Hopper
en A. Klaasen, leden van de Kon. Ver.
het Nederlandsch Tooneel, spraken,
neen zongen hunne" verzen de pro
loog van Mr. G. L. van Loghem. De
weeke stemmen trilden van ontroering
maar waren toch groot van zeggings
kracht. Mej. Hopper was in net licht
rose, terwijl haar hoofd getooid was
met witte rozen en ook van den boezem
neerviel een heerlijke ruiker bloemen
van dezelfde kleur. Mej. Klaassen was
daarentegen geheel in witte tunica en
behangen met licht rose bloemen.
Toen kwam wat wij zouden willen
noemen een der succesnummers van
den avond, het tableau-vivant „Prins
jesdag" naar de schilderij van Jan
Steen. Het schilderkundig genootschap
„Arti et Amicitiae", dat deze schilde
rij en volgende had gearrangeerd,heeft
dat gedaan op een wijze boven een elks
lof verheven.
Het achterdoek werd naar twee zij
den weggetrokken, en van uit de van
pracht flonkerende gouden zaal, die
nu opeens donker werd, zag men op
het 'tooneel in zwarte lijst een dier
jolige, drukke, rijk en levendig ge
schilderde paneelen, levensgroot, maar
toch de visie gevend van een schilder
werk, door de losse, bevallige groepee
ring, de trouwe navolging in costumes
en de meer dan bewonderenswaardige
verlichting.
Even was het nu pauze, maar het
programma was lang en veelsoortig en
de tijd kort want buiten werd ge
wacht!En weldra begon het orkest
de fijngevoelig en mooi uitgesponnen
inleiding van het Bruidslied uit Lo
hengrin, spoedig gevolgd door het
prachtig koor, gezongen door leden der
Wagnervereeniging.
Trouw'lijk geleid, voeren wij u,
waar u de zegen der liefde bewaar,
Roemrijke moed, liefdesgeluk
Maakt u in trouw tot het zaligste paar,
Strijder voor onschuld, ga gij vooraan!
Sieraad der Jonkheid, ga gij vooraan!
't Ruischen der feestvreugd zij nu ont
vloden,
Vreugde des harten word' u geboden.
enz.
En dan acht vrouwen te zamen
Nu God u zalig wijdde.
Nu wijden w'u tot vreugd
in liefde-heils geleide
dat lang dit uur u heugt!
T
Moge het zoo zijn.
Het Duet van Brünnhilde en Sieg
fried uit „Götterdümmerung", gezon
gen door mej. Josephine Reinl, lo dra
matische zangeres van de Kon. Opera
te Berlijn, en door den heer Heinrich
Zeiler, hofzanger van Z. K. II. den
Groothertog van Saksen-Weimar(waar
om die geïmporteerde sterren, waar ons
land vooral onder de uitvoerende kun
stenaars zoo machtige talenten telt?),
maakte niet zoo grooten indruk als mo
gelijk was. Mr. H. Viotta, directeur van
het Kon. Conservatorium van Muziek
te 's-Gravenhage, leidde het geheel
Het tableau vivant „Salomo en de
Koningin van Scheba" was van Ooster-
sche pracht.
Daarop werd van het poëtische „Ro
manesk", het blijspel in verzen van
Edmond Rostand het eerste bedrijf op
gevoerd.
Het frissche, aardige ding maakte
een blijden, zonnigen indruk.
Mej. Klaasen was de bevallige Syl-
vette in een sierlijk kleedje van rose
satijn met wit onderkleed.
Mej. Rika Hopper de vurig minnen
de blauwzijden Percinet,. Voorts waren
de rollen aldus verdeeld: Straforel, do
heer Schulze, Bergamin, de heer L. H.
Chrispijn, Pasquinot de heer L. v. Wes-
terhoven.
Het derde tableau vivant stelde „De
laatste dagen van Carthago" voor, ook
heerlijk mooi gearrangeerd.
Toen kwam het Tanz-Divertïssement
van den Koninklijken Balletmeester
Emil Graeb aan de beurt. Die danseres
sen leken haast Sèvre-poppetjes. in
haar glanzende zijden kleeren. Eerst
„Liebeswerben" wat wij zouden noe-
met „het vrijen naar iemand". Toen
een licht en keurig gedankte gavotte
„Uit vroeger tijd", daarna een komi
sche „Olt Meckelnborgsche" boeren-
polka.
De mannen waren gekleed in lange
blauwe jassen met hooge kaplaarzen,
de meisjes in roode keurslijfjes en
blauwe rokken. Het deed den Prins
blijkbaar veel pleizier, die typisch na-
ieve dansbewegingen uit zijn goede va
derland te zien. Ten minste hij lachte
hartelijk en praatte voortdurend druk
en prettig met de Koningin.
Na een dans op de muziek van „An
den Schonen blauen Donau", waarbij
het paar in rose zijde met pistache, af
zetting gekleed was, eindigdo dit num
mer met „Iluldigungsreigen", een hul
de door het gansche personeel, allen in
de hand houdend een bouquet van
Oranjebloemen, en een waarvan de
kleuren rood, wit en blauw waren.
Ze vormden er allerlei figuren mee in
sierlijke danswendingen. Nu een „Ge
loof, Hoop en Liefde" (een Kruis, een
Hart en een Anker) dan weer.de naam
cijfers, W. en H. Dit was een zeer ge
lukkig, algemeen voldoend nummer.
Tot slot het tableau vivant „De Ruy-
ter aan boord der Zeven Provinciën".
