Zondag te Wageningori. Go-Ahead zal' wel vijfde en Quick 6 worden. liet vroe ger zoo geduchte U. D. is onherroepe lijk laatst. De Bekerstrijd naden nu zijne be slissing. Voor don eindkamp zijn aan gewezen R. A. P. en 11. B. S.. twee ge duchte voetbalmachten, de een verlan gend om zich te wreken voor het ver loren kampioenschap, de andere vol vuur om eindelijk ook haar naam ge vestigd te zien onder de koningen der koningen naast die van R. A. P.. H. V. V., Velocitas en H. F. C. (verdwenen grootheid!) In de Westelijke 2e klasse A gaan H. F. C. en Swift (II.) nog steeds gelijk op. A. V. V. is tot, den promotiewed strijd met het Ilaagsche Quick aange wezen. De W e d s t r ij d e n op Zondag a.s. zijn in de hoogste mate belangrijk. Het mooiste is H. V. V.R. A. P een reuzenkamp tusschen 2 onverzoenlijke tegenstanders. Hoewel de Amsterdammers in b"- zonder goeden vorm zijn, zoo is H. V. V. op eigen terrein te ongenaakbaar, om den bezoekers veel kans te geven. De Hagenaars zullen dus wel winnen, maar als R. A. P. voltallig is, zal het moeite kosten. Aja*Rapiditas kan ook interessant zijn met de beste kan sen voor de Leidenaars. De wedstrijd van Sparta tegen Haarlem is in zoo verre belangrijk, omdat bier aan de Rotterdammers, wellicht een kansje voor eene eerste overwinning wordt ge boden. De strijd zal in allen gevalle zwaar zijn, vooral als de bewoners der Spaarnestad zoo in conditie zijn, als in den laatsten tijd. In 't Oosten óók spanning. Ontmoe ting tusschen 1 en 2: Victoria en Hercu les. Een mooie strijd, die wel in 't voor deel der kampioenen zal afloopen. Van Quick—P. W. en U. D.—Go-Ahead is weinig te zeggen. In de Westelijke 2e klasse A ontmoe ten Volharding en H. F. C. elkaar. Een strijd zeer belangwekkend vooral voor de Haarlemmers, daar van de over winning of nederlaag het halve kampi oenschap afhangt. De promotiewed strijd tusschen H. V. V. en Quick (de® Haag) te Haarlem op 't veld van H. F. C. kan ook interessant worden. De Ara sterdammers staan er hier niet. al te best voor. AMATEUR. Brieven uit Berlijn. Van onzen Berl. Correspf) Kinderkamer en schoollokaal. Berlijn, 28 Maart 1901 Voor de kinderen is het beste niet goed genoeg. In een van de lokalen van het aardi ge gebouwtje der Berliner Secession (vereeniging van moderne schilders) naast het Theater des Westens, ston den een dertigtal schooljongens tus schen 10 en 12 jaar dicht op elkaar ™e- drongen te luisteren naar een heer. die er blijkbaar den slag van bad hunne belangstelling op te wekken voor de verschillende schetsen aan den wand. Toen ik het zaaltje binnen kwam zou juist een nieuwe schets onder han den genomen worden. Welke plaat vindt je het mooiste aan dezen kant?" vroeg de mentor aan een van de jongens uit de voorste rij. „Die daar, dat schip in de haven, mijnheer!" De jongen wees naar een forsch uitgevoerd havengezicht van Hamburg. „Zoo, dan zullen we het eens gaan bekijken." Geschuifel van veel voeten. Dicht aaneengesloten verplaatst zich het troepje en staat een ooeenblili later voor de bewuste aquarel. „Jongens, een beetje achteruit 1 Je staat er nu veel te dicht bij; de achter sten kunnen er zóó niets van zien. „Heeft er een van jelui wel eens zoo'n groot schip gezien?" Het auditorium zwijgt, doch niet lang, want door zijn handig gestelde vragen lokt de schilder allerlei opmer kingen en antwoorden uit. Meestal zijn het dezelfde jongens, die hun vinder in de hoogte steken. De snuggeren zijn er met hun gedachten geheel bij. zij kijken met veel belangstelling achter eenvolgens naar de verschillende fraaie schetsen: land- en stadsgezich ten, dierstudies, kijkjes in bosch en veld, allen ingezonden door de Karls- ruher Künstlerbund", terwijl de ach terste jongens nieescliuifelen en kijken, maar het beantwoorden van de vragen aan de woordvoerders overlaten. Tout comme chez nous, denk ik bij mij zelf. De begeleidende onderwijzers ston- den op een afstand toe te luisteren. Zij waren met hunne klasse van een volks school uit de voorstad Moabit do eerste schoolbezoekers van de tentoonstelling welke kort, geleden geopend was. De jongens waren allen kinderen van werklieden en uit den kleinen burger stand, in wier later leven van hard werken voor het dagelijksch brood de kunst, in welken vorm dan ook. waar schijnlijk weinig of geen plaats zou innemen. Ik vroeg den eenen onderwijzer, of hij niet. gezien had, hoe betrekkelijk weinigen onder de jongens antwoord den op de vragen van den schilder. „Zeker wel, de achterblijvers, die er het zwijgen toe doen, zijn de „De.nk- faule" (de tragen. die te lui zijn om na te denken) gaf de onderwijzer mij ten antwoord. „Bij voorkeur laat ik in de klas zul ke jongens het eerst antwoorden op mijn vragen." De schilder was intusschen langza merhand met zijn troepje de zaal rond geweest. De jongens kregen van den onderwijzer verlof nog een poosje door de verschillende andere zalen te dolen en ik volgde hun voorbeeld. Heeft deze tentoonstelling eigenlijk wel reden van bestaan? had ik mij op weg daarheen afgevraagd. Na een her haald bezoek aan de merkwaardige ver zameling en de kennismaking met de warm gestelde vertogen in den prak tisch ingerïchten catalogus moet net antwoord wel bevestigend luiden. De commissie, bestaande uit school mannen. schilders en schrijvers, heeft zich bij de samenstelling van de ten toonstelling door deze gedachte laten leiden: Op welke wnze wel het best verandering is te brengen in de tegen woordige eenzijdige methode van het schoolonderwijs, waarbij men slechts één doel voor oogen schijnt te hebben, het scherpen van de verstandelijke ver mogens der kinderen en het bijbren gen van zooveel mogelijk kennis, ter wijl aan de ontwikkeling der kinderlij ke fantasie en van het waarnemings vermogen weinig of niets wordt ge daan. I)e kinderen moeten niet alleen lee- ren denken, ze moeten ook leeren zien. Hun schoonheidsgevoel, dat bij het eene kind meer aanwezig is dan bij het andere, moet worden ontwikkeld en gevormd. Men moet hen van jongsaf opmerkzaam maken op de schoonhe den in de natuur en in de kunst, hun gevoel voor het schoone en goede vroeg tijdig ontwikkelen en verhoeden, dat in de materialistische tijden, die w:' beleven, de kinderen van heden op groeien tot dorre verstandsmenschen met een helder hoofd, maar een koud hart, zonder e&nigen zin voor poëzie. In drie hoofdgroepen werd de ten toonstelling ingedeeld I. Het kind als „kunstenaar". II. Prenteboeken. III. Wandversiering voor school- en kinderkamer. Aan de hand van de tallooze potlood- en penkrabbels eu teekeningen uit de eerste groep (Het kind als ..kunste naar"), welke in een apart zaaltje zijn bijeengebracht, is het interessant na tc gaan, hoe het kind langzamerhand leert zien en het waargenomene op min of meer gelukkige wijs leert weer te geven. Deze geheele, door het. Pestalozzi-Frö- belhaus disponib&l gestelde collectie, is in verschillende ondergroepen iöi*- deeld en geeft een aardig kijkje op de wijze, waarop in de Pestalozzi inrich ting het teekenonderwijs wordt opge vat. Men is daar van meening, dut voui goed gebroken moet worden met oe verouderde methode, waarbij m iv do fantasie en het waarnemingsveimi g-ni van het kind te kort wordt geia&a. Niet op het verkrijgen van zoogmin-m de „mooie" teekeningen, op het af werken" moet de nadruk worden ge legd, maar op het juist leeren zi°n, ip het weergeven van hetgeen de kinde ren rondom zich waarnemen, zoowel in hunne huiselijke omgeving als bui ten in de vrije natuur. Het doet er niet toe of de krabbels en teekeningen in den beginne gebrek kig zijn. De fantasie van bet kind vult het ontbrekende aan. Naarmate men het in de keus van zijn onderwerpen geheel vrij laat, zal zijn oog hoe lan ger hoe meer geoefend worden in het zien en opmerken, en zijn hand in het weergeven, ook te uiten het geheugen. De zoogenaamde „mooie" voorbeel den met hunne dorre mathematische lijnen moesten uit de teekenles der kinderen worden verwijderd. Men heeft de opmerking kunnen maken, dat kin deren bij voorkeur voorwerpen en per sonen uit hunne naaste omgeving zoo goed en zoo kwaad als het gaat op liet papier weergeven, liefst menschen en huisdieren .terwijl zij slechts hoogs.' zelden oog hebben voor het levenlooze ornament, en toch wordt dit bij het teekenonderwijs veelal tot voorbeeld' gegeven. In het Pestalozzi-fröbelhaus huldigt men een andere methode. Men gaat met de kinderen in den tuin naar dc een of andere werkplaats, of laat hen in huis bi j verschil lende kleine bezig heden de behulpzame hand bieden. Het waarnemings-vermogen wordt daardoor ontwikkeld. Wanneer dan gezegd wordt :teeken nu eens de zaag uit dien timmer winkel, waar wij straks waren, of de schop of hark uit den tuin. waarmee je gewerkt hebt, zal het kind doorgaans dadelijk met grooten ijver aan het werk gaan. Aardig is het bij deze tentoonstelling na te gaan. lioe de opmerkingsgave van kleine kinderen zich overal op de zelfde wijze uit. onverschillig of het kind in Engeland of Duitschland, in Holland of Amerika woont. Een kleine dreumes van vijf, zes jaar heeft van. de proporties nog geen be grip. Wanneer het een mannetje zal teekenen, zal het van de hoofdzaak het meeste werk maken; van het hoofd, een groot ovaal met een paar recht standige streepen voor haren, groote nullen ergens bovenaan als oogen, een dwarsstreep met. vervaarlijke tanden als mond. Met de armen en beenen weet het geen raad. Dikwijls bestaat dc geheele verdere figuur alleen uit twee streepen direct onder het hoofd, recht naar beneden, de beenen, en twee horizontale streepen met dwarshoeken, de armen e-n handen. Opmerkelijk is het dat de ldeeding van de poppetjes er meestal eerst na derhand bijgeteekend wordt. Het man netje onderscheidt zich van het vrouw tje door een geweldige hooge hoed, dwars door het groote ovaal van het hoofd geteekend, het vrouwtje door een paar vlugge kurketrekkers, recht af staande van het hoofd, de haren, en een driehoekige „kleedij". welke met een paar vlugge halen over de arm en beenstreepen wordt gehangen. In den beginne zullen de kinderen constant aan figuren, in profiel gezien, toch twee oogen en twee afstaande ar men geven Successievelijk verandert dit, naarmate het waarnemingsvermo gen meer ontwikkeld wordt. Het vesrehil in ouderdom,b.v. van een heele familie, zal door een kind altijd worden uitgedrukt door verschil in grootte der verschillende poppetjes. Vader het grootst, moeder iets kleiner en zoo trapsgewijs naar omlaag naast elkaar de broers en zusters steeds klei ner en kleiner. Het beroep van vader of moeder is onwillekeurig van invloed op den ont wikkelingsgang der kinderen. Opmerkelijk is in dit opzicht de tee- kening van het dochtertje van een mo diste, die het meeste werk maakt van een flinke, zwaar geteekende pluim op de nlioed van het poppetje, terwijl het zoontje van een bouwmeester, dat een stoomboot heeft geteekend, blijkbaar het meest aan de stoomketel en de pij pen heeft gedacht. In een bijzondere rubriek zijn de teekeningen vereenigd, door kinderen uit het hoofd gemaakt, tallooze spoor treinen, van de heel primitieve tot de treinen op rails, met buffers en vier raderen onder eiken wagen en naast da rails signaalpalen; tafereelen uit d;en Ketrsttijd: De „We.ichnacht.s- mann", zwaar beladen met, zakken en een roè in de hand voor de ondeugende kijnderen (de Duitsche Sinterklaas!); een ijsbaan, waar druk wordt gereden op geweldige krul schaatsen. Heel naief heeft de klein© teekenaar de rij ders geen arme®, gegeven omdat ze bij het rijden niet noodig zijn! De groep „Wandversiering voor school en kinderkamer" omvat zoo wel teekeningen en platen voor het aanschouwelijk onderwijs, als fraaie gekleurde! steendrukplaten en aqua rellen, bestemd om de muren van de kale, nuchter© schoollokalen aan te kleeden of de dikwijls rommelige, on gezellige kinderkamers te versieren, waarin vele kindieren ©en groot deel van den dag met hun gouvernante of kindermeisje doorbrengen. Er is keus te kust ©n te keur. Bijna elke wijze van reproduceeren is verte genwoordigd, houtsneden, lichtdruk ken, etsen, lithographieën, ook veel oorspronkelijke aquarellen en schet sen. Alleraardig,st en speciaal geschikt voor de kinderkamer zijn de kleine aquarellen van Franz Susemihl: „De avonturen van het stadsmeisje", dat een bezoek gaat brengen aan de veldrat buiten in het korenveld te midden van de kleurige korenbloemen en klap rozen. cn dat op zijn verderen tocht langs den hoenderhof komende, een gesprek aanknoopt met een klein geel kuikentje en met eon schuin snoetje op zijn achterste pootjes moet gaan staan om zich verstaanbaar te maken. Wanneer „juf" slag van vertellen heeft, zou ze de kinderen dunkt me, met zulke grappige kunstwerkjes uit stekend kunnen bozig houden. Ook inet de geïllustreerde volksrij men in Hamburgsch d'ialekt, aquarel len, eveneens van Susemihl. Het dia- lekt heeft veel overeenkomst met Hol- landsch. Ziellier een staaltje. Ei ja brumm suse Wat is dat. for 'n Ddert Keen Hund nich, keen Katt nïch un het so'n rugen stiert Dat krüpt dör de Tun und langt sick den Hahn Un löpt, as 'n Hfthnerdeew lopen kann. (De plaat stelt een os voor, die door het gebroken helt op het hoendererf komt cn zich daar van een haan mees ter maakt). Onder de reproducties naar oude en levende meesters, naar het oordeel dei- commissie geschikt voor schoollokaal of kinderkamer, nemen de oude Hol landers ee® groote plaats in. Naast Hobbema, Frans Halts, Rembrandt, van Dijck, Paul Potter, Ruysdael, Pie- ter de Hoogli, die door een, aantal voor treffelijke fotografische reproducties van gemiddeld 1215 Mk. per stuk, van de bekende firma Braun, Clément Cie in Dornach, zijn vertegenwoor digd hangen etsen, lichtdrukken en fotografieën naar Raphael, Dürer, Millet, Böcklin, Menzel, Liebermann (Amsterdamsche weesmeisjes), Dau bach, Veronese, Botticelli, v. Uhde en anderen in bonte mengeling dooreen. Alleen bemiddelden kunnen na tuurlijk voor een enkele plaat tot ver siering van hunne kinderkamer 15 Mark en meer uitgeven. Voor de mees te ouders zou een uitgaaf van 9 gul den voor dit doel veel te hoog zijn. Doch er zijn ook goedkoope, niet min der goed uitgevoerde houtsneden en autotypieën aanwezig, ingezonden door de' Reichsdruckered, Breitkopf Hart el in Leipzig, de „Art for schools associations" London, J. B. Obernetter in Miincben, wier reproducties naar oude en levende meesters slechts circa 3 Mark en daaronder kosten en dus voor velen bereikbaar zijn. Voor het aanschouwelijk onderwijs in de lagere school werd vroeger al heel weinig gedaan. Uit mijn jeugd herinner ik mij nog de nuchtere afbeel dingen van een stoel, een tafel en der gelijke. Veel later kwamen de mooi uitgevoerde geMeurde schetsen van Rochussen naar tafereelen uit de Va- derlandsche geschiedenis. In den laatsten tijd begint men ook in Duitschland meer werk te maken van kunstplaten, geschikt voor aan schouwelijk onderwijs in navolging van wat Engeland en Frankrijk op dit gebied reeds presteerden. Bijzonder geschikt zijn, voor dit doel de 28 groote schetsen, van de Karlsru- her Künstlerbund, waarvan ik in het begin van dezen brief sprak. Naar deze schetsen worden krachtige gekleurde lithographieën voor enkele marken per stuk in den handel gebracht, welke van het origineel bijna niet zijn te onder scheiden. De Engelsche en Fransche inzendin gen bestaan hoofdzakelijk uit de Fitz- roy-platen, die ik vroeger reeds in Hol land meen te hebben gezien, krachtige groote gekleurde lithographieën, en eveneens tien gekleurde lithographi- sche platen van Henry Rivière. Op een van de tafereelen van Rivière, een kijkje op een buitenwijk van Parijs, met veel vrij bouwterrein, hier en daar een vrij huis midden in het veld en in het verschiet de torens van de Nótre Dame, zie ik dezelfde soort „Arbeiter- lauben" op het braakland, welke men hier in Berlijn overal aan den buiten kant aantreft. Ik zou te ver voeren, wanneer ik over de derde groep: geïllustreerde Kinderboeken", uitvoerig uitweidde. Op het gebied van kinderboeken heeft men wel wat gezondigd, zoowel in Holland als in Duitschland. Leelijk uitgevoerde teekeningen, zoetelijke versjes waren aan de orde van den dag.. Onder de tentoongestelde Duitsche, Fransche en Engelsche prentenboeken en kinder boeken munten vooral uit de „Jung- brunnen-serie" kinderboeken van Fischer en Franke. In klein kwarto-formaat geeft deze firma voor kinderen van 814 jaar verschillende seriën van bekende sprookjes en volkssagen uit. De uitvoering is superbe; In navol ging van de illustreerkunst der 15e en 16e eeuw zijn de werkjes, welke ge middeld slechts circa 90 ets. kosten, uit sluitend met houtsneden versierd, doch van de hand van jonge t,eekenaars en schilders, die in den geest hunner groo te voorgangers gewerkt hebben. De let tersoort, waaruit de tekst der bekende sprookjes van Andersen en Grimm en dergel ij ken, werd ~ezet, is geheel in overeenstemming met de prachtig uit gevoerde, diepe zwarte, geestige hout sneden, welke bijzonder goed tot hun recht komen op het Hollandsche pa pier. De tentoonstelling Die Kunst im Leben des Kindes", in het gebouwtje van de Seccession is een interessante proefneming, welke zeker niet de laat ste zal zijn op dit gebied. INGEZONDEN. Voor den inhoud dezer rubriek stelt de redactie zich n et aansprakelijk. Van iniezonjggh stukken, gep 'aatst of niet geplaatst, wordt de kopij niet aan den inzender teruggegeven. Mijnheer de Redacteur Beleefd' verzoek ik een plaatsje in uw veelgelezen blad'. Door Bakkers en Depothouders is besloten geen paasehbrood meer aan de klanten te geven.. Zooals ons ter oore kwam, zijn er onder de afnemers, welke m&enen. dat het paasehbrood' door den fabrikant of patroon gratis wordt verstrekt. Wij kunnen dit beslist ontkennen. Wel werd er het vorig jaar aan de depothouders eenig rabat ver leend. maar dit was slechts een kleinigheid. Wij vertrouwen dan ook, dat het Haar.lemsche publiek, na het lezen: van bovenstaande, overtuigd zal zijn, dat de depöt- houdiers, ook in verband met den. verhoogden prijs van het krente- brood. niet in staat zijn, zic-h die uitgaaf te getroosten. U. mijnheer de Redacteur, dank zeggend voor de verleende plaats ruimte, teeken ik mij Uw dw. dr. Een Brooddepöthouder. Aan de bewoners van Haarlem en omstreken. Den Lezer heil Waar ondeugd eu misdaad, armoede en ellende, zonde en lijden hand over hand toenemen en scharen van man nen, vrouwen en kinderen zich in "too- ten nood bevinden of door hun harts tochten onmachtig zijn om den duivel weerstand te bieden, en zoo gemaakt worden tot dronkaards, suelers, genot zoekers, dieven, slechte vrouwen, land- loopers en misdadigers van allerlei slag. en waar nog veel meer millioenen in heidensche duisternis en bijgeloof en in het land van de schadu wen des doods i'onddolen en waar het aantal gelegenheden om dronk aards te maken voortdurend toe neemt, het aantal kroegen legio is en huizen van vermakelijkheid als uit den grond oprijzen, en niettegen staande wetgevers, filantropen, heils officieren en ap.dere dienaars van Chris tus den toestand der massa's trachten te verbeteren, de toestand dezer scha ren nog steeds zeer beklagenswaardig is, zoo zij dan allen menschen bekend, dat de kommandant van het Leger des Heils in Nederland hen oproept om een week van gebed en zelfverloochening te houden, om tot God te roepen voor de opheffing der gevallenen, om de fondsen tot bestrijding dezer ellende te versterken, dronkaards te beteren, mis dadigers tot een ander leven te bren gen, hongerigen te voeden en het Licht des Evangelies onder de heidenen te ontsteken. En waar vele huizen reeds geopend zijn voor Magdalena's en weezen en vele maatschappelijke instellingen ge opend werden om de misdaad paal en perk te stellen, wordt gij hierbij uitge- noodigd om in het belang der mensch- heid u zelf te verloochenen in artikelen van weelde, voedsel of kleeding. geld, enz. en u met de vrienden en soldaten van het Leger des Heils te vereenigen in hun loffelijke pogingen. En hoewel gij zelf niet arbeiden kunt aan de opheffing uwer ongelukkige medeschepselen, kunt hen helpen die dit doen, kunt gij uw bijdragen ge ven tot onderhoud van de vele instel lingen van het Leger des Heils over de geheele wereld, tot terechtbrenging der verlorenen en tot. redding van de hei denen in Indië, Afrika, Java, Japan en andere landen. Weet dan, dat van 31 Maart tot 6 April officieren en soldaten van het Leger des Heils u op alle mogelijke wijzen in de gelegenheid zullen stel len om uw minder begunstigde mede schepselen hulp te verleenen. Geef gelijk de Heer uw gegeven heeft." „Want. Ik bevrijdde den ellendige, die riep en den wees, die geen helper had. De zegen desgenen, die verloren ging, kwam op mij; en het hart der weduwe deed ik vrooli jk zingen." M. COSANDEY, Kolonel. Chef-secretaris. P- b. Giften zullen met dank wor den ontvangen aan het gebouw van het Leger des Heils", Schaehelstraat al hier. Gemengd Nieuws. R =?uze r> konij n e D bo d. Ter bevordering der konijnenteelt, die een bron van welvaart voor den kleinen man is op vele dorpen in Bra bant, heeft zich gevormd een Noord- brabantsche Reuzenkonijnenbond, die zich voorstelt, door aanschaffing van raskonijnen en het houden van jaarlijksche tentoonstelling, dezen luk van bestaan uit te breiden. De veree niging is gevestigd te Gestel, en ty pisch is het zeker, dat geen contri butie van de leden wordt gevorderd, maar levering van één konijn 's jaars ten voordeele der kas; 't is er mee als met de boerinnen op de 's Hertogen- bossche markt, die gaarne eenige ap pelen of groenten toe willen geven, liever da.n één cent van de gevraagde som af te slaan, alsof de toegift niet evenzeer kapitaal vertegenwoordigde. Aan do tyrannië oafsnant. Een eigenaardig gevail wordt van Schermerhorn vermeld met betrekking tot de leerplichtwet. Een jongen van elf jaar was al van school af en ver diende reeds iets voor zijne arme ou ders, maar moest weer op school terug komen natuurlijk. Een paar dagen is hij verschenen, maar toen hadden de ouders raad geschaft. Zij wisten hun zoontje verhuurd te krijgen als knecht bij een tuinier in de Beemster, die wel slechts 7 of 8 minuten gaans van de school te Schermerhorn af woont, maar vrij zeker meer dan 4000 meter van de naaste school in de Deemster. Betemster kinderen nu worden hier niet toegelaten, zoodat de jongen nu mooi aan de „tyrannië" der wet ont snapt is. Benoemd tot hoogleeraar aan de Po lytechnische school te Delft G. II. de Vries Broekman, civiel ingenieur, db recteur der gemeentewerken te Leiden; tot secretaris van het. college van cu ratoren van de Rijksuniversiteit te Gro- ningen mr. B. ten Bruggen Cate al daar. Tocb arren 1 Het „Utrechtsch Dagblad" meldt 't Was toch wezenlijk jammer, dat de zoo dikke sneeuwvloed, die nu ze ker wel de laatste zal zijn in dit sei zoen, ongebruikt moest blijven vo> r een ar-partijtje. En daarom: „Van der Lee! een ar, we willen er het pleizier nog van hebben!" „Neen, heeren, dat gaat niet op zoo'n sneeuw krijg je geen ar van z'n plaats." „Dat haal je de drommel! Een ar... dadelijk je zult zien hoe ze er over heen gaat!" De ar komt, en wordt op aanwijzing der toekomstmannen der wetenschap geplaatst op een vigilante. Hierin ne men 4 diier toekomstige geleerden plaats, terwijl het geheel, zoo samen gestelde vehikel, wordt bestuurd van de ar bovenop, alles voorzien van 't. noodige arretuig. 't Ging uitstekend met de ar zelfs op plaatsen waai- geen sneeuw meer lag, en zoo reden zij voort. Toch arren!heden 27 Maart! Naar uit New-York bericht wordt, heeft Edison een nieuwen accumu lator vervaardigd, die zegt men door zijn goedkoopte en door zijn eenvoud een omwenteling in de techniek zal teweegbrengen. Hij zal als licht -en krachtbron voor schepen., wagens,- fabrieken en den landbouw dienen en zelfs in de huishouding de steenkolen onnoo- dig maken 1 Hier in Cappeln zei de de dok ter. Ik geloof dat hij zich in Hamburg wil vestigen. In Hamburg riep de oude vrouw verschrikt uit en rees van haar stoel op. Hij wil hier van daan? Christine meenemen? Ik zou moederziel alleen achterblijven? Of misschien meetrekken ver huizen?! Neen dokter! Dan geef ik mijn toestemming stel lig niet; er mag dan van komen wat wil. O had' ik d!ien rnensch toch maar nooit gezien d.'us be- sloot zij heftig en, keek zeer boos. O wee! Dat was een onbezonnen woord, geweestDe dokter had er grooten spijt van en Christine stond bevend achter de deur. Alles was stil. De oude kapitein. er hing een photografie van1 hem boven de canapé scheen met zijn ernstig, knorrig gelaat, dreigend in de ka mer te kijken. Het was alsof hij alles gehoord had. Juist sloeg de pendule en de. lamp flikkerde meer dan gewoonlijk. Dat kunt gij niet meenen, zei- de de dokter tot dc* oude vrouw, die strak voor zich uit keek en als 't ware zat te nruilen. Denk bij al les wat. gij doet aan uw man, den braven kapitein. Hij zou stellig niet zijn eigen gémak boven het geluk van zijn kind gesteld hebben. Dat weet ik, en in zijn geest moet gij sleedis handelen Misschien blijven de jongelui ook hier zoo lang gij leeft. Dat kunt ge immers nog eens samen bepraten. Wat ik daareven zeide, was maar een bloot vermoe den, dat moet gij niet zoo ernstig opnemen. De oude vrouw zag er beklagens waardig uit. Haar hart was over vol, zij kon niet schreien en toch had zij er behoefte aan tranen te storten. Ik zal er nog eens over den ken. dokter, zeide zij eindelijk. Ik moet er eerst eensover slapen, en zoo scheidden zij. Toen zich de deur van de kleine landkajuii achter den. dokter geslo ten' had, viel hem in, dat Dora en Reinhard beloofd' hadden dien avond' bij hem te komen, en daar het al vrij laat was, spoedde hij zich naar huis. Zijn schoonzoon hield niet van wachten, en hij vond dal het zoo van zelf sprak Rein hard in alle opzichten te ontzien, dat het niet in hem opkwam, dat hij eigenlijk dezelfde aanspraken maken kon. Reeds toen hii in de gang zdin overjas uittrok, hoorde hij een druk gesprek in de woonkamer, en Rein hard's stem klonk luid en. duidelijk in zijn ooren. Hij bleef een oogen blik staan luisteren. Het was duidelijk, dat er een twist was ontstaan, en hij aarzelde of hij wel naar binnen gaan zou. Hij liet zich niet gaarne met onaangenaamhe den in. Ze hadden het over Tibertius, wiens zaak Dora in de goedheid haars harten verdedigde zij ver weet den apotheker zelfs zijn be krompenheid en ontzag zich niet hem onveirholen de beweegredenen zijner handelwijze onder het oog te brengen. Dat was te veel Reinhard: antr woordde. Hij sprak in drift dat was duidelijk In mijn huis wil ik de baas zijn en zal niet alleen elke inbreuk op mijn gezag niet dulden, maar die zelfs, zonder aanzien dés persoons, weten tegen, te werken. De dokter haalde de schouders op hij was alles behalve prettig gestemd en dacht er over of het niet beter zou wezen naar zijn eigen kamer te gaan.. Als hij dan later binnenkwam zou ReinhanTs .ioorn stellig bedaard wezen; hij pruilde dan alleen nog maar wat achterna. Op hetzelfde oogenhlik echter hoorde hij en wel tot zijn Toote ontsteltenis Dora even. luid en zonder vrees spreken en dat nog wel in woorden, die h.ij uit haar mond voor onmogelijk had gehou den. De jonge vrouw zeide met een beslistheid, waaraan niet te twijfe len viel. dat een dwingelandij., ge lijk haar man, die in dit geval uit oefende, alle grenzen, te huiten ging en dat ook zij besloten had in 't vervolg zulk een slavernij van zich af te schudden. Dat hij zich deerlijk vergiste, indien hij uit de omstandigheid dat zij zich tot nog toe steeds aan zijn wil onderwor pen had de gevolgtrekking maak te-, dat zij zijn handelwijze en. zijn gedrag beschouwd'e als een. verstan dig en welwillend man waardig, Van. een gedrag omtrent haar, dat uit liefde en achting voortvloeide, wilde zij niet eens spreken. Op zoo iets heiligs, dat. zij eenmaal ge hoopt en waarnaar zij onder heebe tranen gesmacht had, rekendie zij sedert lang niet meer. Een gevoel van toorn en schaam te overmeesterde den luisteraar, te meer nog, toen zijn kind haar eigen zaak verdiedigdie. De schillen vielen hem van de oogen en hij zag welk een onverzoenbare zonde hij bedreven had. Een lang in haar sluimerende, maar door tijd' en gewoonte opgekropte verbittering tegen Reinhard, vond1 nu plotseling een uitweg. Ja, zij had gelijk, en wanneer hij d'e waarheid' uit den mond: van zijn arm, vertrapt en tot in het diepst harer ziel ge wond kind hoorde, dan moest hij zichzelven bekennen, dat slechts haar engelreine zachtmoedigheid en haar geduld hem tot nogtoe in slaap gewiegd: hadden. Reeds was hij op het punt ge hoor te geven aan. een goede opwel ling om binnen te gaan en zich aan Dora's zijde te scharen, toen hij de stem zijner vrouw vernam, die tot kalmte en eensgezindheid aan maande. Toen hukte de zwakke man we der voor zijn afkeer van allen twistde prozaïsche- drang om al wat onaangenaam was van zich af te wenden en zich liever bij de sterkste partij aan te sluiten deed zich gelden. Hij. had van een gezel- lige-n avond gedroomd, na het et'en een t>::o en een. praatie over van alles en nog watnu was er ongi. noegen in huis. Hij overlegde bij zich zeiven wat te doen. Vooral wildé hij niet laten blijken, dial hij geluisterd had. Hij nam een kloek besluit, opende de voordeur alsof hij juist was bin nengekomen. stampte met de voe ten op den grond, alsof hij de sneeuw wilde afschudden, maak te de beweging alsof hij hoed' en mantel aan den kapstok hing, hoe wel niemand' hem zag, en trad ein delijk heel kalm en met zijn ge woon „goedenavond" dé kamer binnen. De tafel was gedekt. Het water kookte in de theestoof en een aan gename warmte verspreidde zich door het vertrek. Door het binnen treden van den dokter was de hef tige woordenwisseling afgebroken. Reinhard ging in kwalijk verholen toorn, op en neer. Mevrouw Paul sen keek hem angstig na, Dora was op de canapé neergevallen en trok in haar opgewondenheid1 aan de kwast, van een groen eigengewerkt canapékussen. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1901 | | pagina 6