Zondag te Wageningori. Go-Ahead zal'
wel vijfde en Quick 6 worden. liet vroe
ger zoo geduchte U. D. is onherroepe
lijk laatst.
De Bekerstrijd naden nu zijne be
slissing. Voor don eindkamp zijn aan
gewezen R. A. P. en 11. B. S.. twee ge
duchte voetbalmachten, de een verlan
gend om zich te wreken voor het ver
loren kampioenschap, de andere vol
vuur om eindelijk ook haar naam ge
vestigd te zien onder de koningen der
koningen naast die van R. A. P.. H. V.
V., Velocitas en H. F. C. (verdwenen
grootheid!)
In de Westelijke 2e klasse A gaan
H. F. C. en Swift (II.) nog steeds gelijk
op. A. V. V. is tot, den promotiewed
strijd met het Ilaagsche Quick aange
wezen.
De W e d s t r ij d e n op Zondag
a.s. zijn in de hoogste mate belangrijk.
Het mooiste is H. V. V.R. A. P een
reuzenkamp tusschen 2 onverzoenlijke
tegenstanders.
Hoewel de Amsterdammers in b"-
zonder goeden vorm zijn, zoo is H. V.
V. op eigen terrein te ongenaakbaar,
om den bezoekers veel kans te geven.
De Hagenaars zullen dus wel winnen,
maar als R. A. P. voltallig is, zal het
moeite kosten. Aja*Rapiditas kan
ook interessant zijn met de beste kan
sen voor de Leidenaars. De wedstrijd
van Sparta tegen Haarlem is in zoo
verre belangrijk, omdat bier aan de
Rotterdammers, wellicht een kansje
voor eene eerste overwinning wordt ge
boden. De strijd zal in allen gevalle
zwaar zijn, vooral als de bewoners der
Spaarnestad zoo in conditie zijn, als
in den laatsten tijd.
In 't Oosten óók spanning. Ontmoe
ting tusschen 1 en 2: Victoria en Hercu
les. Een mooie strijd, die wel in 't voor
deel der kampioenen zal afloopen. Van
Quick—P. W. en U. D.—Go-Ahead is
weinig te zeggen.
In de Westelijke 2e klasse A ontmoe
ten Volharding en H. F. C. elkaar. Een
strijd zeer belangwekkend vooral voor
de Haarlemmers, daar van de over
winning of nederlaag het halve kampi
oenschap afhangt. De promotiewed
strijd tusschen H. V. V. en Quick (de®
Haag) te Haarlem op 't veld van H. F.
C. kan ook interessant worden. De Ara
sterdammers staan er hier niet. al te
best voor.
AMATEUR.
Brieven uit Berlijn.
Van onzen Berl. Correspf)
Kinderkamer en schoollokaal.
Berlijn, 28 Maart 1901
Voor de kinderen is het beste
niet goed genoeg.
In een van de lokalen van het aardi
ge gebouwtje der Berliner Secession
(vereeniging van moderne schilders)
naast het Theater des Westens, ston
den een dertigtal schooljongens tus
schen 10 en 12 jaar dicht op elkaar ™e-
drongen te luisteren naar een heer. die
er blijkbaar den slag van bad hunne
belangstelling op te wekken voor de
verschillende schetsen aan den wand.
Toen ik het zaaltje binnen kwam zou
juist een nieuwe schets onder han
den genomen worden.
Welke plaat vindt je het mooiste
aan dezen kant?" vroeg de mentor aan
een van de jongens uit de voorste rij.
„Die daar, dat schip in de haven,
mijnheer!" De jongen wees naar een
forsch uitgevoerd havengezicht van
Hamburg.
„Zoo, dan zullen we het eens gaan
bekijken."
Geschuifel van veel voeten. Dicht
aaneengesloten verplaatst zich het
troepje en staat een ooeenblili later
voor de bewuste aquarel.
„Jongens, een beetje achteruit 1 Je
staat er nu veel te dicht bij; de achter
sten kunnen er zóó niets van zien.
„Heeft er een van jelui wel eens
zoo'n groot schip gezien?"
Het auditorium zwijgt, doch niet
lang, want door zijn handig gestelde
vragen lokt de schilder allerlei opmer
kingen en antwoorden uit. Meestal zijn
het dezelfde jongens, die hun vinder
in de hoogte steken. De snuggeren zijn
er met hun gedachten geheel bij. zij
kijken met veel belangstelling achter
eenvolgens naar de verschillende
fraaie schetsen: land- en stadsgezich
ten, dierstudies, kijkjes in bosch en
veld, allen ingezonden door de Karls-
ruher Künstlerbund", terwijl de ach
terste jongens nieescliuifelen en kijken,
maar het beantwoorden van de vragen
aan de woordvoerders overlaten. Tout
comme chez nous, denk ik bij mij zelf.
De begeleidende onderwijzers ston-
den op een afstand toe te luisteren. Zij
waren met hunne klasse van een volks
school uit de voorstad Moabit do eerste
schoolbezoekers van de tentoonstelling
welke kort, geleden geopend was. De
jongens waren allen kinderen van
werklieden en uit den kleinen burger
stand, in wier later leven van hard
werken voor het dagelijksch brood de
kunst, in welken vorm dan ook. waar
schijnlijk weinig of geen plaats zou
innemen.
Ik vroeg den eenen onderwijzer, of
hij niet. gezien had, hoe betrekkelijk
weinigen onder de jongens antwoord
den op de vragen van den schilder.
„Zeker wel, de achterblijvers, die
er het zwijgen toe doen, zijn de „De.nk-
faule" (de tragen. die te lui zijn om
na te denken) gaf de onderwijzer mij
ten antwoord.
„Bij voorkeur laat ik in de klas zul
ke jongens het eerst antwoorden op
mijn vragen."
De schilder was intusschen langza
merhand met zijn troepje de zaal rond
geweest. De jongens kregen van den
onderwijzer verlof nog een poosje door
de verschillende andere zalen te dolen
en ik volgde hun voorbeeld.
Heeft deze tentoonstelling eigenlijk
wel reden van bestaan? had ik mij op
weg daarheen afgevraagd. Na een her
haald bezoek aan de merkwaardige ver
zameling en de kennismaking met de
warm gestelde vertogen in den prak
tisch ingerïchten catalogus moet net
antwoord wel bevestigend luiden.
De commissie, bestaande uit school
mannen. schilders en schrijvers, heeft
zich bij de samenstelling van de ten
toonstelling door deze gedachte laten
leiden: Op welke wnze wel het best
verandering is te brengen in de tegen
woordige eenzijdige methode van het
schoolonderwijs, waarbij men slechts
één doel voor oogen schijnt te hebben,
het scherpen van de verstandelijke ver
mogens der kinderen en het bijbren
gen van zooveel mogelijk kennis, ter
wijl aan de ontwikkeling der kinderlij
ke fantasie en van het waarnemings
vermogen weinig of niets wordt ge
daan.
I)e kinderen moeten niet alleen lee-
ren denken, ze moeten ook leeren zien.
Hun schoonheidsgevoel, dat bij het
eene kind meer aanwezig is dan bij het
andere, moet worden ontwikkeld en
gevormd. Men moet hen van jongsaf
opmerkzaam maken op de schoonhe
den in de natuur en in de kunst, hun
gevoel voor het schoone en goede vroeg
tijdig ontwikkelen en verhoeden, dat
in de materialistische tijden, die w:'
beleven, de kinderen van heden op
groeien tot dorre verstandsmenschen
met een helder hoofd, maar een koud
hart, zonder e&nigen zin voor poëzie.
In drie hoofdgroepen werd de ten
toonstelling ingedeeld
I. Het kind als „kunstenaar".
II. Prenteboeken.
III. Wandversiering voor school- en
kinderkamer.
Aan de hand van de tallooze potlood-
en penkrabbels eu teekeningen uit de
eerste groep (Het kind als ..kunste
naar"), welke in een apart zaaltje zijn
bijeengebracht, is het interessant na
tc gaan, hoe het kind langzamerhand
leert zien en het waargenomene op min
of meer gelukkige wijs leert weer te
geven.
Deze geheele, door het. Pestalozzi-Frö-
belhaus disponib&l gestelde collectie,
is in verschillende ondergroepen iöi*-
deeld en geeft een aardig kijkje op de
wijze, waarop in de Pestalozzi inrich
ting het teekenonderwijs wordt opge
vat. Men is daar van meening, dut voui
goed gebroken moet worden met oe
verouderde methode, waarbij m iv do
fantasie en het waarnemingsveimi g-ni
van het kind te kort wordt geia&a.
Niet op het verkrijgen van zoogmin-m
de „mooie" teekeningen, op het af
werken" moet de nadruk worden ge
legd, maar op het juist leeren zi°n, ip
het weergeven van hetgeen de kinde
ren rondom zich waarnemen, zoowel
in hunne huiselijke omgeving als bui
ten in de vrije natuur.
Het doet er niet toe of de krabbels
en teekeningen in den beginne gebrek
kig zijn. De fantasie van bet kind vult
het ontbrekende aan. Naarmate men
het in de keus van zijn onderwerpen
geheel vrij laat, zal zijn oog hoe lan
ger hoe meer geoefend worden in het
zien en opmerken, en zijn hand in het
weergeven, ook te uiten het geheugen.
De zoogenaamde „mooie" voorbeel
den met hunne dorre mathematische
lijnen moesten uit de teekenles der
kinderen worden verwijderd. Men heeft
de opmerking kunnen maken, dat kin
deren bij voorkeur voorwerpen en per
sonen uit hunne naaste omgeving zoo
goed en zoo kwaad als het gaat op liet
papier weergeven, liefst menschen en
huisdieren .terwijl zij slechts hoogs.'
zelden oog hebben voor het levenlooze
ornament, en toch wordt dit bij het
teekenonderwijs veelal tot voorbeeld'
gegeven.
In het Pestalozzi-fröbelhaus huldigt
men een andere methode. Men gaat
met de kinderen in den tuin naar dc
een of andere werkplaats, of laat hen
in huis bi j verschil lende kleine bezig
heden de behulpzame hand bieden.
Het waarnemings-vermogen wordt
daardoor ontwikkeld. Wanneer dan
gezegd wordt :teeken nu eens de zaag
uit dien timmer winkel, waar wij straks
waren, of de schop of hark uit den
tuin. waarmee je gewerkt hebt, zal het
kind doorgaans dadelijk met grooten
ijver aan het werk gaan.
Aardig is het bij deze tentoonstelling
na te gaan. lioe de opmerkingsgave
van kleine kinderen zich overal op de
zelfde wijze uit. onverschillig of het
kind in Engeland of Duitschland, in
Holland of Amerika woont.
Een kleine dreumes van vijf, zes jaar
heeft van. de proporties nog geen be
grip. Wanneer het een mannetje zal
teekenen, zal het van de hoofdzaak het
meeste werk maken; van het hoofd,
een groot ovaal met een paar recht
standige streepen voor haren, groote
nullen ergens bovenaan als oogen, een
dwarsstreep met. vervaarlijke tanden
als mond. Met de armen en beenen
weet het geen raad. Dikwijls bestaat
dc geheele verdere figuur alleen uit
twee streepen direct onder het hoofd,
recht naar beneden, de beenen, en twee
horizontale streepen met dwarshoeken,
de armen e-n handen.
Opmerkelijk is het dat de ldeeding
van de poppetjes er meestal eerst na
derhand bijgeteekend wordt. Het man
netje onderscheidt zich van het vrouw
tje door een geweldige hooge hoed,
dwars door het groote ovaal van het
hoofd geteekend, het vrouwtje door een
paar vlugge kurketrekkers, recht af
staande van het hoofd, de haren, en
een driehoekige „kleedij". welke met
een paar vlugge halen over de arm
en beenstreepen wordt gehangen.
In den beginne zullen de kinderen
constant aan figuren, in profiel gezien,
toch twee oogen en twee afstaande ar
men geven Successievelijk verandert
dit, naarmate het waarnemingsvermo
gen meer ontwikkeld wordt.
Het vesrehil in ouderdom,b.v. van een
heele familie, zal door een kind altijd
worden uitgedrukt door verschil in
grootte der verschillende poppetjes.
Vader het grootst, moeder iets kleiner
en zoo trapsgewijs naar omlaag naast
elkaar de broers en zusters steeds klei
ner en kleiner.
Het beroep van vader of moeder is
onwillekeurig van invloed op den ont
wikkelingsgang der kinderen.
Opmerkelijk is in dit opzicht de tee-
kening van het dochtertje van een mo
diste, die het meeste werk maakt van
een flinke, zwaar geteekende pluim op
de nlioed van het poppetje, terwijl het
zoontje van een bouwmeester, dat een
stoomboot heeft geteekend, blijkbaar
het meest aan de stoomketel en de pij
pen heeft gedacht.
In een bijzondere rubriek zijn de
teekeningen vereenigd, door kinderen
uit het hoofd gemaakt, tallooze spoor
treinen, van de heel primitieve tot de
treinen op rails, met buffers en vier
raderen onder eiken wagen en naast
da rails signaalpalen; tafereelen uit
d;en Ketrsttijd: De „We.ichnacht.s-
mann", zwaar beladen met, zakken en
een roè in de hand voor de ondeugende
kijnderen (de Duitsche Sinterklaas!);
een ijsbaan, waar druk wordt gereden
op geweldige krul schaatsen. Heel
naief heeft de klein© teekenaar de rij
ders geen arme®, gegeven omdat ze
bij het rijden niet noodig zijn!
De groep „Wandversiering voor
school en kinderkamer" omvat zoo
wel teekeningen en platen voor het
aanschouwelijk onderwijs, als fraaie
gekleurde! steendrukplaten en aqua
rellen, bestemd om de muren van de
kale, nuchter© schoollokalen aan te
kleeden of de dikwijls rommelige, on
gezellige kinderkamers te versieren,
waarin vele kindieren ©en groot deel
van den dag met hun gouvernante of
kindermeisje doorbrengen.
Er is keus te kust ©n te keur. Bijna
elke wijze van reproduceeren is verte
genwoordigd, houtsneden, lichtdruk
ken, etsen, lithographieën, ook veel
oorspronkelijke aquarellen en schet
sen.
Alleraardig,st en speciaal geschikt
voor de kinderkamer zijn de kleine
aquarellen van Franz Susemihl: „De
avonturen van het stadsmeisje", dat
een bezoek gaat brengen aan de veldrat
buiten in het korenveld te midden
van de kleurige korenbloemen en klap
rozen. cn dat op zijn verderen tocht
langs den hoenderhof komende, een
gesprek aanknoopt met een klein geel
kuikentje en met eon schuin snoetje
op zijn achterste pootjes moet gaan
staan om zich verstaanbaar te maken.
Wanneer „juf" slag van vertellen
heeft, zou ze de kinderen dunkt me,
met zulke grappige kunstwerkjes uit
stekend kunnen bozig houden.
Ook inet de geïllustreerde volksrij
men in Hamburgsch d'ialekt, aquarel
len, eveneens van Susemihl. Het dia-
lekt heeft veel overeenkomst met Hol-
landsch. Ziellier een staaltje.
Ei ja brumm suse Wat is dat. for 'n
Ddert
Keen Hund nich, keen Katt nïch un
het so'n rugen stiert
Dat krüpt dör de Tun und langt sick
den Hahn
Un löpt, as 'n Hfthnerdeew lopen kann.
(De plaat stelt een os voor, die door
het gebroken helt op het hoendererf
komt cn zich daar van een haan mees
ter maakt).
Onder de reproducties naar oude en
levende meesters, naar het oordeel dei-
commissie geschikt voor schoollokaal
of kinderkamer, nemen de oude Hol
landers ee® groote plaats in. Naast
Hobbema, Frans Halts, Rembrandt,
van Dijck, Paul Potter, Ruysdael, Pie-
ter de Hoogli, die door een, aantal voor
treffelijke fotografische reproducties
van gemiddeld 1215 Mk. per stuk,
van de bekende firma Braun, Clément
Cie in Dornach, zijn vertegenwoor
digd hangen etsen, lichtdrukken en
fotografieën naar Raphael, Dürer,
Millet, Böcklin, Menzel, Liebermann
(Amsterdamsche weesmeisjes), Dau
bach, Veronese, Botticelli, v. Uhde en
anderen in bonte mengeling dooreen.
Alleen bemiddelden kunnen na
tuurlijk voor een enkele plaat tot ver
siering van hunne kinderkamer 15
Mark en meer uitgeven. Voor de mees
te ouders zou een uitgaaf van 9 gul
den voor dit doel veel te hoog zijn.
Doch er zijn ook goedkoope, niet min
der goed uitgevoerde houtsneden en
autotypieën aanwezig, ingezonden
door de' Reichsdruckered, Breitkopf
Hart el in Leipzig, de „Art for schools
associations" London, J. B. Obernetter
in Miincben, wier reproducties naar
oude en levende meesters slechts circa
3 Mark en daaronder kosten en dus
voor velen bereikbaar zijn.
Voor het aanschouwelijk onderwijs
in de lagere school werd vroeger al
heel weinig gedaan. Uit mijn jeugd
herinner ik mij nog de nuchtere afbeel
dingen van een stoel, een tafel en der
gelijke. Veel later kwamen de mooi
uitgevoerde geMeurde schetsen van
Rochussen naar tafereelen uit de Va-
derlandsche geschiedenis.
In den laatsten tijd begint men ook
in Duitschland meer werk te maken
van kunstplaten, geschikt voor aan
schouwelijk onderwijs in navolging
van wat Engeland en Frankrijk op dit
gebied reeds presteerden.
Bijzonder geschikt zijn, voor dit doel
de 28 groote schetsen, van de Karlsru-
her Künstlerbund, waarvan ik in het
begin van dezen brief sprak. Naar deze
schetsen worden krachtige gekleurde
lithographieën voor enkele marken per
stuk in den handel gebracht, welke van
het origineel bijna niet zijn te onder
scheiden.
De Engelsche en Fransche inzendin
gen bestaan hoofdzakelijk uit de Fitz-
roy-platen, die ik vroeger reeds in Hol
land meen te hebben gezien, krachtige
groote gekleurde lithographieën, en
eveneens tien gekleurde lithographi-
sche platen van Henry Rivière. Op een
van de tafereelen van Rivière, een
kijkje op een buitenwijk van Parijs,
met veel vrij bouwterrein, hier en daar
een vrij huis midden in het veld en in
het verschiet de torens van de Nótre
Dame, zie ik dezelfde soort „Arbeiter-
lauben" op het braakland, welke men
hier in Berlijn overal aan den buiten
kant aantreft.
Ik zou te ver voeren, wanneer ik
over de derde groep: geïllustreerde
Kinderboeken", uitvoerig uitweidde. Op
het gebied van kinderboeken heeft men
wel wat gezondigd, zoowel in Holland
als in Duitschland. Leelijk uitgevoerde
teekeningen, zoetelijke versjes waren
aan de orde van den dag.. Onder de
tentoongestelde Duitsche, Fransche en
Engelsche prentenboeken en kinder
boeken munten vooral uit de „Jung-
brunnen-serie" kinderboeken van
Fischer en Franke.
In klein kwarto-formaat geeft deze
firma voor kinderen van 814 jaar
verschillende seriën van bekende
sprookjes en volkssagen uit.
De uitvoering is superbe; In navol
ging van de illustreerkunst der 15e en
16e eeuw zijn de werkjes, welke ge
middeld slechts circa 90 ets. kosten, uit
sluitend met houtsneden versierd, doch
van de hand van jonge t,eekenaars en
schilders, die in den geest hunner groo
te voorgangers gewerkt hebben. De let
tersoort, waaruit de tekst der bekende
sprookjes van Andersen en Grimm en
dergel ij ken, werd ~ezet, is geheel in
overeenstemming met de prachtig uit
gevoerde, diepe zwarte, geestige hout
sneden, welke bijzonder goed tot hun
recht komen op het Hollandsche pa
pier.
De tentoonstelling Die Kunst im
Leben des Kindes", in het gebouwtje
van de Seccession is een interessante
proefneming, welke zeker niet de laat
ste zal zijn op dit gebied.
INGEZONDEN.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt
de redactie zich n et aansprakelijk.
Van iniezonjggh stukken, gep 'aatst of niet
geplaatst, wordt de kopij niet aan den
inzender teruggegeven.
Mijnheer de Redacteur
Beleefd' verzoek ik een plaatsje
in uw veelgelezen blad'.
Door Bakkers en Depothouders
is besloten geen paasehbrood meer
aan de klanten te geven.. Zooals ons
ter oore kwam, zijn er onder de
afnemers, welke m&enen. dat het
paasehbrood' door den fabrikant of
patroon gratis wordt verstrekt.
Wij kunnen dit beslist ontkennen.
Wel werd er het vorig jaar aan de
depothouders eenig rabat ver
leend. maar dit was slechts een
kleinigheid. Wij vertrouwen dan
ook, dat het Haar.lemsche publiek,
na het lezen: van bovenstaande,
overtuigd zal zijn, dat de depöt-
houdiers, ook in verband met den.
verhoogden prijs van het krente-
brood. niet in staat zijn, zic-h die
uitgaaf te getroosten.
U. mijnheer de Redacteur, dank
zeggend voor de verleende plaats
ruimte, teeken ik mij
Uw dw. dr.
Een Brooddepöthouder.
Aan de bewoners van Haarlem en
omstreken.
Den Lezer heil
Waar ondeugd eu misdaad, armoede
en ellende, zonde en lijden hand over
hand toenemen en scharen van man
nen, vrouwen en kinderen zich in "too-
ten nood bevinden of door hun harts
tochten onmachtig zijn om den duivel
weerstand te bieden, en zoo gemaakt
worden tot dronkaards, suelers, genot
zoekers, dieven, slechte vrouwen, land-
loopers en misdadigers van allerlei
slag. en waar nog veel meer millioenen
in heidensche duisternis en bijgeloof
en in het land van de schadu
wen des doods i'onddolen en waar
het aantal gelegenheden om dronk
aards te maken voortdurend toe
neemt, het aantal kroegen legio
is en huizen van vermakelijkheid als
uit den grond oprijzen, en niettegen
staande wetgevers, filantropen, heils
officieren en ap.dere dienaars van Chris
tus den toestand der massa's trachten
te verbeteren, de toestand dezer scha
ren nog steeds zeer beklagenswaardig
is, zoo zij dan allen menschen bekend,
dat de kommandant van het Leger des
Heils in Nederland hen oproept om een
week van gebed en zelfverloochening
te houden, om tot God te roepen voor
de opheffing der gevallenen, om de
fondsen tot bestrijding dezer ellende te
versterken, dronkaards te beteren, mis
dadigers tot een ander leven te bren
gen, hongerigen te voeden en het Licht
des Evangelies onder de heidenen te
ontsteken.
En waar vele huizen reeds geopend
zijn voor Magdalena's en weezen en
vele maatschappelijke instellingen ge
opend werden om de misdaad paal en
perk te stellen, wordt gij hierbij uitge-
noodigd om in het belang der mensch-
heid u zelf te verloochenen in artikelen
van weelde, voedsel of kleeding. geld,
enz. en u met de vrienden en soldaten
van het Leger des Heils te vereenigen
in hun loffelijke pogingen.
En hoewel gij zelf niet arbeiden kunt
aan de opheffing uwer ongelukkige
medeschepselen, kunt hen helpen
die dit doen, kunt gij uw bijdragen ge
ven tot onderhoud van de vele instel
lingen van het Leger des Heils over de
geheele wereld, tot terechtbrenging der
verlorenen en tot. redding van de hei
denen in Indië, Afrika, Java, Japan en
andere landen.
Weet dan, dat van 31 Maart tot 6
April officieren en soldaten van het
Leger des Heils u op alle mogelijke
wijzen in de gelegenheid zullen stel
len om uw minder begunstigde mede
schepselen hulp te verleenen.
Geef gelijk de Heer uw gegeven
heeft."
„Want. Ik bevrijdde den ellendige,
die riep en den wees, die geen helper
had. De zegen desgenen, die verloren
ging, kwam op mij; en het hart der
weduwe deed ik vrooli jk zingen."
M. COSANDEY,
Kolonel. Chef-secretaris.
P- b. Giften zullen met dank wor
den ontvangen aan het gebouw van het
Leger des Heils", Schaehelstraat al
hier.
Gemengd Nieuws.
R =?uze r> konij n e D bo d.
Ter bevordering der konijnenteelt,
die een bron van welvaart voor den
kleinen man is op vele dorpen in Bra
bant, heeft zich gevormd een Noord-
brabantsche Reuzenkonijnenbond, die
zich voorstelt, door aanschaffing van
raskonijnen en het houden van
jaarlijksche tentoonstelling, dezen luk
van bestaan uit te breiden. De veree
niging is gevestigd te Gestel, en ty
pisch is het zeker, dat geen contri
butie van de leden wordt gevorderd,
maar levering van één konijn 's jaars
ten voordeele der kas; 't is er mee als
met de boerinnen op de 's Hertogen-
bossche markt, die gaarne eenige ap
pelen of groenten toe willen geven,
liever da.n één cent van de gevraagde
som af te slaan, alsof de toegift niet
evenzeer kapitaal vertegenwoordigde.
Aan do tyrannië oafsnant.
Een eigenaardig gevail wordt van
Schermerhorn vermeld met betrekking
tot de leerplichtwet. Een jongen van
elf jaar was al van school af en ver
diende reeds iets voor zijne arme ou
ders, maar moest weer op school terug
komen natuurlijk. Een paar dagen is
hij verschenen, maar toen hadden de
ouders raad geschaft. Zij wisten hun
zoontje verhuurd te krijgen als knecht
bij een tuinier in de Beemster, die wel
slechts 7 of 8 minuten gaans van de
school te Schermerhorn af woont,
maar vrij zeker meer dan 4000 meter
van de naaste school in de Deemster.
Betemster kinderen nu worden hier
niet toegelaten, zoodat de jongen nu
mooi aan de „tyrannië" der wet ont
snapt is.
Benoemd tot hoogleeraar aan de Po
lytechnische school te Delft G. II. de
Vries Broekman, civiel ingenieur, db
recteur der gemeentewerken te Leiden;
tot secretaris van het. college van cu
ratoren van de Rijksuniversiteit te Gro-
ningen mr. B. ten Bruggen Cate al
daar.
Tocb arren 1
Het „Utrechtsch Dagblad" meldt
't Was toch wezenlijk jammer, dat
de zoo dikke sneeuwvloed, die nu ze
ker wel de laatste zal zijn in dit sei
zoen, ongebruikt moest blijven vo> r
een ar-partijtje. En daarom: „Van der
Lee! een ar, we willen er het pleizier
nog van hebben!"
„Neen, heeren, dat gaat niet op
zoo'n sneeuw krijg je geen ar van z'n
plaats."
„Dat haal je de drommel! Een ar...
dadelijk je zult zien hoe ze er over
heen gaat!"
De ar komt, en wordt op aanwijzing
der toekomstmannen der wetenschap
geplaatst op een vigilante. Hierin ne
men 4 diier toekomstige geleerden
plaats, terwijl het geheel, zoo samen
gestelde vehikel, wordt bestuurd van
de ar bovenop, alles voorzien van 't.
noodige arretuig.
't Ging uitstekend met de ar zelfs
op plaatsen waai- geen sneeuw meer
lag, en zoo reden zij voort.
Toch arren!heden 27 Maart!
Naar uit New-York bericht wordt,
heeft Edison een nieuwen accumu
lator vervaardigd, die zegt men
door zijn goedkoopte en door
zijn eenvoud een omwenteling in
de techniek zal teweegbrengen. Hij
zal als licht -en krachtbron voor
schepen., wagens,- fabrieken en den
landbouw dienen en zelfs in de
huishouding de steenkolen onnoo-
dig maken 1
Hier in Cappeln zei de de dok
ter. Ik geloof dat hij zich in
Hamburg wil vestigen.
In Hamburg riep de oude
vrouw verschrikt uit en rees van
haar stoel op. Hij wil hier van
daan? Christine meenemen? Ik
zou moederziel alleen achterblijven?
Of misschien meetrekken ver
huizen?! Neen dokter!
Dan geef ik mijn toestemming stel
lig niet; er mag dan van komen
wat wil. O had' ik d!ien rnensch
toch maar nooit gezien d.'us be-
sloot zij heftig en, keek zeer boos.
O wee! Dat was een onbezonnen
woord, geweestDe dokter had er
grooten spijt van en Christine stond
bevend achter de deur. Alles was
stil. De oude kapitein. er hing
een photografie van1 hem boven de
canapé scheen met zijn ernstig,
knorrig gelaat, dreigend in de ka
mer te kijken. Het was alsof hij
alles gehoord had. Juist sloeg de
pendule en de. lamp flikkerde meer
dan gewoonlijk.
Dat kunt gij niet meenen, zei-
de de dokter tot dc* oude vrouw, die
strak voor zich uit keek en als 't
ware zat te nruilen. Denk bij al
les wat. gij doet aan uw man, den
braven kapitein. Hij zou stellig niet
zijn eigen gémak boven het geluk
van zijn kind gesteld hebben. Dat
weet ik, en in zijn geest moet gij
sleedis handelen Misschien blijven
de jongelui ook hier zoo lang gij
leeft. Dat kunt ge immers nog eens
samen bepraten. Wat ik daareven
zeide, was maar een bloot vermoe
den, dat moet gij niet zoo ernstig
opnemen.
De oude vrouw zag er beklagens
waardig uit. Haar hart was over
vol, zij kon niet schreien en toch
had zij er behoefte aan tranen te
storten.
Ik zal er nog eens over den
ken. dokter, zeide zij eindelijk.
Ik moet er eerst eensover slapen,
en zoo scheidden zij.
Toen zich de deur van de kleine
landkajuii achter den. dokter geslo
ten' had, viel hem in, dat Dora en
Reinhard beloofd' hadden dien
avond' bij hem te komen, en daar
het al vrij laat was, spoedde hij
zich naar huis. Zijn schoonzoon
hield niet van wachten, en hij vond
dal het zoo van zelf sprak Rein
hard in alle opzichten te ontzien,
dat het niet in hem opkwam, dat
hij eigenlijk dezelfde aanspraken
maken kon.
Reeds toen hii in de gang zdin
overjas uittrok, hoorde hij een
druk gesprek in de woonkamer,
en Rein hard's stem klonk luid en.
duidelijk in zijn ooren. Hij bleef
een oogen blik staan luisteren. Het
was duidelijk, dat er een twist was
ontstaan, en hij aarzelde of hij wel
naar binnen gaan zou. Hij liet zich
niet gaarne met onaangenaamhe
den in.
Ze hadden het over Tibertius,
wiens zaak Dora in de goedheid
haars harten verdedigde zij ver
weet den apotheker zelfs zijn be
krompenheid en ontzag zich niet
hem onveirholen de beweegredenen
zijner handelwijze onder het oog
te brengen.
Dat was te veel Reinhard: antr
woordde. Hij sprak in drift dat
was duidelijk
In mijn huis wil ik de baas zijn
en zal niet alleen elke inbreuk op
mijn gezag niet dulden, maar die
zelfs, zonder aanzien dés persoons,
weten tegen, te werken.
De dokter haalde de schouders
op hij was alles behalve prettig
gestemd en dacht er over of het niet
beter zou wezen naar zijn eigen
kamer te gaan.. Als hij dan later
binnenkwam zou ReinhanTs .ioorn
stellig bedaard wezen; hij pruilde
dan alleen nog maar wat achterna.
Op hetzelfde oogenhlik echter
hoorde hij en wel tot zijn Toote
ontsteltenis Dora even. luid en
zonder vrees spreken en dat nog
wel in woorden, die h.ij uit haar
mond voor onmogelijk had gehou
den. De jonge vrouw zeide met een
beslistheid, waaraan niet te twijfe
len viel. dat een dwingelandij., ge
lijk haar man, die in dit geval uit
oefende, alle grenzen, te huiten
ging en dat ook zij besloten had
in 't vervolg zulk een slavernij van
zich af te schudden. Dat hij zich
deerlijk vergiste, indien hij uit de
omstandigheid dat zij zich tot nog
toe steeds aan zijn wil onderwor
pen had de gevolgtrekking maak
te-, dat zij zijn handelwijze en. zijn
gedrag beschouwd'e als een. verstan
dig en welwillend man waardig,
Van. een gedrag omtrent haar, dat
uit liefde en achting voortvloeide,
wilde zij niet eens spreken. Op
zoo iets heiligs, dat. zij eenmaal ge
hoopt en waarnaar zij onder heebe
tranen gesmacht had, rekendie zij
sedert lang niet meer.
Een gevoel van toorn en schaam
te overmeesterde den luisteraar,
te meer nog, toen zijn kind haar
eigen zaak verdiedigdie. De schillen
vielen hem van de oogen en hij
zag welk een onverzoenbare zonde
hij bedreven had. Een lang in haar
sluimerende, maar door tijd' en
gewoonte opgekropte verbittering
tegen Reinhard, vond1 nu plotseling
een uitweg. Ja, zij had gelijk,
en wanneer hij d'e waarheid' uit
den mond: van zijn arm, vertrapt
en tot in het diepst harer ziel ge
wond kind hoorde, dan moest hij
zichzelven bekennen, dat slechts
haar engelreine zachtmoedigheid
en haar geduld hem tot nogtoe in
slaap gewiegd: hadden.
Reeds was hij op het punt ge
hoor te geven aan. een goede opwel
ling om binnen te gaan en zich aan
Dora's zijde te scharen, toen hij
de stem zijner vrouw vernam, die
tot kalmte en eensgezindheid aan
maande.
Toen hukte de zwakke man we
der voor zijn afkeer van allen
twistde prozaïsche- drang om al
wat onaangenaam was van zich af
te wenden en zich liever bij de
sterkste partij aan te sluiten deed
zich gelden. Hij. had van een gezel-
lige-n avond gedroomd, na het et'en
een t>::o en een. praatie over van
alles en nog watnu was er ongi.
noegen in huis.
Hij overlegde bij zich zeiven wat
te doen. Vooral wildé hij niet laten
blijken, dial hij geluisterd had. Hij
nam een kloek besluit, opende de
voordeur alsof hij juist was bin
nengekomen. stampte met de voe
ten op den grond, alsof hij de
sneeuw wilde afschudden, maak
te de beweging alsof hij hoed' en
mantel aan den kapstok hing, hoe
wel niemand' hem zag, en trad ein
delijk heel kalm en met zijn ge
woon „goedenavond" dé kamer
binnen.
De tafel was gedekt. Het water
kookte in de theestoof en een aan
gename warmte verspreidde zich
door het vertrek. Door het binnen
treden van den dokter was de hef
tige woordenwisseling afgebroken.
Reinhard ging in kwalijk verholen
toorn, op en neer. Mevrouw Paul
sen keek hem angstig na, Dora was
op de canapé neergevallen en trok
in haar opgewondenheid1 aan de
kwast, van een groen eigengewerkt
canapékussen.
(Wordt vervolgd.)