DE ZATERDAGAVOND GRATIS BIJVOEGSEL VAN „HAARLEM'S DAGBLAD". Letterkundig Weekblad voor Jong en Oud. Haarlemmer Halletjes. No 35. Zaterdag 4 Ififlei. 1901. Meest gelezen Dagblad in Haarlem en Omstreken. Een hooge spoorbrug. strek ke, dat ze dat zelf waarschijnlijk j en waartoe ik. in de partij van de.n heer j niet bemerken. I Modoo ook zou willen rekenen het over-1 1 Modoo was, toen hij Raadslid werd. J vloedisr gebruik van de letter' k voor de j j sigarenmaker. Z'ï>i Raadslidmaatschap c. Redakteur. radikaal. konservatief, scheen evenwel met dat vak in strijd; koncessie, zijn daar staaltjes van: op 1 te komen, althans hij nam zijn ontslag een aanplakbiljet las ik dezer dagen i en legde zich toe op de gasfitter ij, een zelfs het word konoert. Dat doet me j vak dat hem niet vreemd was geble- ven. Van uiterlijk is hij een klein man, met grijzend haar. die haastig over straat pleegt te "aan alsof hij veel te denken aan de opmerking die ik eens hoorde: wie reactionair spelt met een c. is het waarschijn Rik zelf; wie het doet met een k, reaktionair, is even doen heeft. En dat is ook zoo. want de waarschijnlijk het tegendeel." lieer Modoo bekleedt talrijke functiën. i Maar ik dwaal af van mijn onder- Hij is als Raadslid tevens lid van de werp. De heer Modoo heeft juist deze Commissie voor 't beheer der openbare j week weer een blijk van vertrouwen I gekregen in den vorm. van zijn bénöe-1 werken, verder lid van een der Kamers van Arbeid, Voorzitter van de afd. Haarlem der S. D. A. P.van de ver- I eeniging des Werkmans Vriend en van de coöperatieve bakkerij, secretaris van de begrafenisvereeniging Voor en j door het Volk. penningmeester van de j Vereeniging tot afschaffing van sterken i drank en commissaris van het Alge- I meen Secretariaat. Dat is veel voor j één man en hij stond dan ook zoo hoog j bij zijn vrienden aangeschreven, dat j hij verleden jaar door hen werd gecan- ming tot lid van de Commissie voor de j nieuwe pensioenverordening. Hier heeft hij een gelegenheid om zich te onderscheiden. Wanneer hij kans ziet oni deze zaak. die nu al vijf jaar in de handen van een Commissie rust, ik be- doel berust, spoedig in den Raad te brengen, dan verdient hij een pluimpje. 't Is te hopen, dat. dit spoediger we zen zal, dan het advies komt van B, en \V. over het voorstel van den heer Mo doo tot invoerin" van schoolbaden. Ik Poularde braisé. De perdrix au choux. Chapon roti. Faisant roti. Tourle de pomes a l'engloise. De gatau daman.de. Compott.es de ooirre. Deze zes heeren en drie dames ver orberden bij dit diner 9 flesschen roo- den, 8 flesschen rijnschen, 2 flesschen Moezel- en 2 flesschen witten wijn. Het menu voor het dienstdoende per soneel was al zeer eenvotidig en geens zins in verhouding tot de deftigheid van hun aantal, want het bestond uit: Pour les domestiques: pomes de terre et navels, choux blanc. De reizende bode en de kapitein kre gen elk één flesch, de beide matrozen te zamen één, en de vijf lakeien drie flesschen wijn. Evenals van alle groote steden is ookvan den electrischen spoorweg over 't het uiterlijk van Berlijn in de laatste jaren zeer veranderd, hoofdzakelijk ten gevolge van de steeds toenemende eischen van het verkeer. Waar men een paar jaar geleden nog buiten wan delde, heeft, nu het werk der ingenieurs een algeheele verandering doen ont staan. Het nieuwste reuzenwerk op ver keersgebied is een h- ten behoeve didetyd voor de Tweede Kamer en met geloof wel niet. dat het door den Raad alle kracht aanbevolen door de leiders j aangenomen wordt, maar dat belet niet Van de partij. Des te merkwaardiger is de wenschelijkheicj om ingediende voor- het, dat. men hem dit jaar niet op-stellen wat vlug af te handelen. Als B. nieuw candidaat heeft gesteld. Aan j en W. zeiven "een haast maken met het feit. dat hij verleden jaar zelf niet. hunne prae-adviezen, hoe willen zij bijzonder gelukkig gesproken heefl. j dan in gemoede van den Raad verlan- kan dit wel niet toe te schrijven zijn. gen, dat hij goed maken zal"? Wat ook de reden inae wezen dat hij voor een vacature in de Tweede Ka nier de gunst, verloren 'heeft, in zijn op treden in den Raad kan dunkt mij die oorzaak niet liegen. In mijn oogen al- j thans is hij daar dezelfde als in Juli i 1899, toen hij gekozen werd. veePmin- ALLERLEI. Zenuwziekte bij de Haarlem- sche weeskindereu. I-loe naar eene' bezoeking der ze nuwziekte is, vooral in een weeshuis, is meermalen gebleken, en zeker nooit schrikbaarder dan in 1566 te Amster dam. Anderhalve eeuw later zag inen te Haarlem vol angst eene her nieuwing van dergelijke akelige too- nee!en haderen. Nog waren er toen, als weleer, lieden, die aan booze gees- j ten geloofden, doch toen, en weleer j niet, was er een Boerhaave. i Toen de Haarlemmer weeskinderen I zoo ijselijk de stuipen kregen, werden er al de dokters der stad te hulp ge- j roepen, maar geen hunner had er een recept voor dus namen de Haarlem mer Heeren hun toevlucht tot Boer haave en deze had er een recept voor. Hij kwam in 't weeshuis ..te midden der jonge lijdenden," aldus verhaalt zijn lofredenaar liet een groot, vuur aanleggen en eenige ijzeren staven brengen, waarop hij, met een streng en ontzagwekkend gelaat, order gaf, die staven gloeiend te maken en de armen der kinderen te ontblooten, ten einde bij den eerste, die door stuipen overvallen zou worden, terstond de gloeiende ijzers op de naakte armen te leggen. Dit verwekte zulk een schrik dat de zenuwziekte het weeshuis op eens verliet, en zich er niet meer ver toonde- Een vermakelijke getuige. In zekere confectiemagazijnen is de beste verkooper niet hij. die een jas kan verkoopen aan iemand die koo- I „Hoor eens,' bulderde de rechter, I ..als je me niet dadelijk de juiste waar- J de van die broek opgeeft, laat ik je i opsluiten wegens gebrek aan eerbied voor het Hof.". j „Nu dan, pleitte de getuige op over- redenden toon. „Neem hem voor 20 shilling, 't Is te geef bijna, maar in J vredesnaam, omdat u het bent. I Al de toehoorders barstten in lachen j uit, en zelfs de strenge rechter kon ■zich niet meer goed houden en lachte hartelijk mede. Maar hij kocht de broek I niet. Fig uren uit de Raads vergadering. De Heer L. MODOO. Het eerste wat de bezoeker van onze Raadsvergaderingen ontmoet bij zijn intreden in. de RaaÖszaal is het demo cratische element. Vlak bij de deur op den hoek, een plaats die allesbehalve gewild is omdat het er zoo tochten kan, zit de heer Groot, overtuigd sociaal democraat; daarnaast de heer Schram, ethisch- of zwevend democraat; vervol gens de heer Modoo en ten slotte de heer Hofland, de twee laatsten mede standers van den heer Groot. Een Haarlemsche maaltijd. Wijlen dr. C. Ekama deelde voor der scherp dan de heer Groot maar toch een 30tal jaren de beschrijving van een zijn meerling onomwonden zegende, naarlemschen maaltijd mede, die we alles verdedigende en bevorderende wat i bier laten volgen: Spreekanaal. Daar reeds een spoor-1 kan strekken tot heil van den arbeider j Den' Rten December 1776 had aan brug over dat kanaal lag en de nieu-j in het algemeen. Hij spreekt, dank zij boord van het ...Tagt. van Haerlem" een we brug haar richting kruisgewijze) een langdurige oefemim on vergade-1 maavtijd plaats. Behalve den kapitein I op de bestaande had, heeft men er de i rin§'eri vlot én recht op het doel af, zon- j van bet jacht en zijne beide „knegs" voorkeur aangegeven, de brug voor j der bloempjes, rhetórica of tiararietjes 0f matrozen", bestond het gezelschap den electrischen trein te bouwen bo- toehoorder behoeft zich ua een rede j negen personen, te weten: de bur- van den heer Modoo dan ook nooit af te genreester Francois Benjamin Fagel, vragen wat hij eigenlijk bedoelt en dat de 0ud-schcpenen Johan Theodorus te minder omdat hij nooit lange beton- Koek en Adolph Heshuysen, juffrouw gingen houdt, maar kans ziet zijn mee- j [jeshuvsen, Cornelus Arnoldus van ning in enkele volzinnen samen te druk- j Bretel en zijne vrouw, Hendrik André Het studentenverblijf van den Duitschen kroonprins ven de andere. De plaat geeft een beeld van de hei de bruf""^ Ik geloof dat ik niemand te kort doe door te beweren, dat de' twee laatsten van de rij, de heeren Modoo en Hof land, bij hunne Raadsbroeders den meesten invloed hebben van de vier. noem, zondM. daai.bij het gebl.uikelijke Hofland omdat, al-gaat bij ook eens in .mijnlièer.. uit fe spreke„. ze,ft veler oogen wat ver, uit r«n betoogenheer Hofland zegt," maar altijd spreekt de stem van een goed: Hc(land Gr00, meenr ee„ hartModoo omdat hij den indruk Parvé, mijnheer en mevrouw vanVal- geeft van een goed -verstand en omdat hij den smaak bezit, te zwijgen wan- nigszins onbegrijpelijk en ongemoti veerd afwijken van den regel in de Raadsvergadering en in andere bijeen- neer een ander hetzelfde gezegd beeft, j komsten Het klinkt des u ige,. wat. hij meende te moeten zeggen. Dit is waarlijk geen geringe verdienste. Andere leden vinden naar 't schijnt eerst recht behagen in een onderwerp, wannee: ander vroeger in t midden heeft £e~j)gens verstandige menschen zich naar bracht. Tot hun verontschuldiginghet schijnt niet kunnen ontworstelen ken. Eén eigenaardigheid heeft de heer kenburg. Deze negen personen hadden Modoo met zijn medestanders in den een gevolg bij zich van vijf, zegge vijf Raad gemeen, namelijk dat h dezen .,iackeijen", hetgeen wel deftig moet in het debat eenvoudig bij den naam j ges(,aan hebben, maar toch zeer lastig moet geweest zijn in de beperkte ruim te van een jacht. Verder was er nog een ..reizende bode van de stad" aan wezig, welke evenals de kapitein onder omdat hij. sprekende bijvoorbeeld van i de heeren Van Dieren Bi'voet of Kruse- j man, nooit vergeten zal er het woord mijnheer bij te 'voegen. Dat zijn zoo - zij kunnen herhalen wat een j van die aiterliikbeden, waaraan overi- de „domestiques" gerekend werd, zoo dat 't dienstdoende personeel eveneens uit negen personen bestond. Het menu behoorlijk in 't- fransch gesteld, ver meldt het volgende: Sóupe au ris. Queue de cabilliot aux huitres au fouze. De cotte boeuft roti. Tourte de poulets au blanc. Caré de cochon grillé. Woensdag 24 April heeft de inschrij ving van den Duitschen kroonprins Friedrich Wilhelm plaats gehad aan de hoogeschool te Bonn, waar ook zijn vader, keizer Wilhelm, indertijd ge studeerd heeft. Wij geven hierbij een afbeeldinf van de villa, welke de kroonprins gedurende z"n studietijd zal bewonen, die dus zijn „kast" zal zijn. De villa ligt aan de Wörtherstrasse,. werd indertijd door -1 -• keizer voor 450.000 mark van den toenmaligen be- I zifter, een koopman, gekocht en daar- I na geheel verbouwd en aangevuld met i niouwe gebouwen als stallen, remise, kietsierswoning, serre enz. alsmede een. sportplaats voor tennis en andere spe len. De villa die als de Villa Könjg" in Bonn bekend is, maakt een prettigen indruk en vooral de naar de zijde van den Rijn gelegen voorgevel doet zich met de tuinen en terrassen op zeer aan gename wijze voor. Een Zaterdagavondpr aatje. Nadat Haarlem langer dan een kwarteeuw in zijn groei is belemmerd en gehinderd door de spoorlijn, nadat op tal van manieren naar de juiste op lossing van dat kwaad is gezocht en gestreefd, nadat in dien tijd de eenige goede1 manier is gebleken te wezen een verhoogde spoorbaan met ruime door gangen nadat dit alles is gebeurd en ten slotte een plan gereed is geko men dat alle partijen willen, nu komen er nog weer menschen die zeggen: „Kalmpjes aan, vooral niet te vlug, bekijk de zaak nog: eens van alle kan ten. Haastige spoed is zelden goed!" Haastige spoed is zelden goed. Kon ik den vader van dat spreekwoord nog bij de kladden krijgen, dan zou ik hem vragen: ..och man, slik dat spreekwoord weer in! 't Is niet meer van onzen tijd. Misschien heeft het kostelijke waarde gehad in een pe riode toen spoed nog maar een afge trokken begrip was en geen werkelijk heid, in den zaligen pruikentijd toen alles langzaam ging en afgemeten, sjok, sjok^ kom ik er vandaag niet. dan kom ik er morgen. Sprong er toen soms een uit den band, die sneller vooruit wou, dan zullen de anderen met opgeheven vinger en niet zonder zalving gezegd hebben-. ..Haastige spoed is zelden goed!" Maar nu in onzen tijd, nu alles haast heeft en iedereen achterblijft die zich niet weet mee te haasten, nu is verandering van het beschimmelde spreekwoord noodig. „Haastige spoed is dikwijls goed., zouden wij voortaan willen schrijven. En on de stations plannen zou ik het nieuwe spreek woord allereerst willen toepassen. Onze tijd is een tijd van vergade ren en bespreken. Dat heeft zijn voor deel. Wij menschen zien elkaar, leeren ons gewennen aan waardeering van elkanders oordeel, krijgen daardoor onbewust en als van zelf een ruimeren blik en. doen in 't voorbijgaan meteen nog wat uiterlijke welsprekendheid op. Toch hebben al die vergaderingen en bijeenkomsten hun schaduwzijde. Ze is deze: dat sommigen allicht de vergade ring niet meer beschouwen als.middel om te komen tot een gewenschte zaak, maar als doel; dat allengs de waag niet meer is: waarv oor komen we bij elkaar? maar: wat kunnen we nog eens van het onderwerp zeggen? Bij zulke menschen is de discussie hoofd zaak. de beslissing bijzaak ja zelfs houden ze graag een beslissing tegen, omdat daarmee het onderwerp van de baan zou raken, dat onderwerp waar over je zoo heerlijk kunt oreeren. pero- reeren, redeneeren en beweren. Het liefst benoemen ze commissies, die rap porten moeten uitbrengen, waarover dan weer gediscussieerd kan worden en die allicht tot een nader onderzoek aanleiding geven misschien, o heer lijkheid, tot de benoeming van een j nieuwe commissie! En wanneer men1 hun dan verwijt dat ze zoo weinig vooruitkomen, dan zeggen ze plechtig en met waardigheid: Haastige spoed is zelden goed." Gaat inmiddels de gelegenheid voor bij, dan laten ze zooals dat heet ,,de zaak na rijn beraad verder rusten", wat een sierlijke term is voor het feit dat zij haar hebben gesmoord en ver stikt. Haastige spoed is dikwijls goed. Ik zou dat willen geschreven hebben aan dfe wanden van onze Raads zaal. Daar is een aansporing tot langzaamheid waarlijk niet noodig. des te meer een aansporing tot spoed Daarvan getuigt de nieuwe gasfabriek die de gemeente 25 jaar geleden al had moeten bouwen, het terrein van het Klooster, dat nu goud waard gaat wor den en dat de, gemeente niet heeft dur ven koopen, de pensioen verordening, die nog maar altiid uitblijft en de recht hebbenden overlevert aan de momente- lijke stemming van den Raad! In mijn jeugd was zeer in trek een boekje, waarin de persoon werd be schreven van Jan Salie. Onder zijn ei genschappen was deze, dat hij om alle plasjes heenliep en er nooit in stapte, „omdat men daarvan pijn in den buik kan krijgen." Nooit had hij haast, nooit nam hij een besluit, Of hij groot gewor den is, weet ik niet, waarschijnlijk is het wel, want Jan Salies leven lang. En wanneer dat zoo is, dan heeft hij ongetwijfeld behoord tot de voorstan ders van het ..Haastige spoed is zel den- goed." Misschien is hij zelfs wel de uitvinder geweest van het zielvolle gezegde ..Haast u langzaam." En om den stumper te teekenen in zijn geheel, zooals hij reilde en zeilde, stond deze kernachtige beoordeeling over hem in het boekje: ..Al regent het varkens, Jan Salie krijgt er geen worst je vah." Hetgeen zeggen wou dat de man de schoonste gelegenheid zou laten voor bijgaan. 't Is te hopen, dat de Raad in zijn volgende vergadering duidelijk late blijken, dat hij reen neven of broertjes van dezen Jan Salie in zijn midden heeft. Intusschen is de verhuistijd er weer. Het onrustig menschengeslacht van deze dagen trekt van straat naar gracht en van gracht naar park. Het was deze week welhaast een onmogelijkheid om een straat of gracht te vinden, waar- niet minstens één van die logge ver huiswagens voor de deur stond. Sommige menschen verhuizen nooit,, ze blijven waar ze eenmaal zijn als planten die eenmaal ergens wortel ge schoten hebbende, niet zonder levens gevaar zouden kunnen worden overge plaatst. Anderen verhuizen om 't jaar of om de- twee jaar op zijn hoogst: deze kunnen moeilijk met planten worden vergeleken en doen eerder denken aan vogels, die van den eenen tak op den anderen springen. Maar waarop ze ook lijken of niet lijken, zeker is het, dat de laatsten de gemeentereiniging veel meer te doen geven, dan de eersten, want ze beschouwen als ze verhuizen gaan den publieken weg als algemeene snippermand. Gelukkig voor de reiniging (minder1 gelukkig voor het. aesthetisch uiterlijk van onze gemeente) trekt ze zich over dat geval geen harnas aan. In een straat waai- ik dagelijks langs kom had den een paar verhuizingen plaats ge had, waarvan de overblijfselen nog zichtbaar waren in den vorm van een cartonnen doos met drie wanden (Öe vierde was er uit) een lap gekleurde stof (welke kleur was niet meer te zien) een oude zwarte hoed. vorm kaasbol letje met een afgescheurde rand, eenige verfomfaaide oude couranten en een klosje garen. Dat gezelschap lag aanvankelijk als gezworen kameraden vóór het ont ruimde huis, totdat de wind het in be-1 weging bracht en langs het trottoir voortjoeg. Den volgenden dag kwam de wind van den anderen kant en dreef het ge zelschap weer terug. Den derden dag had een rukwind hutje met mutje naar den overkant ge jaagd. De doos met drie wanden en de hoed, die intusschen geheel rand- loos geworden was, hadden inmiddels meerdere stabiliteit gekregen, omdat ze vol stof en andere ongewenschte za ken gewaaid waren. Den vierden dag gingen de ouwe cou ranten er van door, ik heb ze niet weer gezien. Den vijfden dag vermaakten zich twee jongens met voetbalspelen met de doos en den hoed, maar daar ze niet goed rollen wilden, gaven ze dat gauw op. Den zesden dag was de cartonnen doos ook verdwenen. De hoed is nog een paar dagen bij een boom blijven lig gen, toen heb ik hem ook niet meer gezien. Het klosje garen stak een klein kind in den zak. Naar ik gehoord heb van een van mijn vrienden is de reinirring wel in zijn buurt geweest om den boel te red deren. Een heer met een bezem veegde stof en papier en de rest in keurig sy- metrische hoopjes bij elkaar en ging toen heen. Toen den volgenden dag een ander met een wagen kwam om de hoopjes daarin over te brengen, had de wind ze weer over de straat ver spreid. wat ik van den wind een zeer ongepaste vrijheid vind. Zoo treedt men niet op tegen een remeentelijke reiniging! FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1901 | | pagina 5