Tweede Blad,
behoorende bij
jjHaarBerci's OagbSsd9
van
Dinsdag 7 Mei 1901.
Ma. 5476
Bismarck en Engelsche
invloeden.
Te allen tijde, in 't openbare zoowel
als in het intieme leven, placht Bis
marck er rond voor uit te Komen, dat
hij voor Duitschland geen heil. en dik
wijls groot nadeel, verwachtte van En
gelsche invloeden. Hij hield niet van
Engelsche parlementaire stelsel;
hij hield niet van den eigendunk der
Britsche aristocratie omtrent de min
derwaardigheid van de Duitschers. „die
zij alleen maar goed genoeg acht om
voor haar geld zich als soldaat te laten
aanwerven en dan ergens voor Enge-
land's belangen ten strijde te gaan";!
hij hield allerminst van de Britsche I
buitenl. staatkunde, die Duitschland
tegen Rusland wil gebruiken." Het is
dus geen wonder, dat hij nooit te spre
ken was voor plannen, welke den Ea-
gelschen invloed in Duitschland kon
den versterken. En kon hij ze niet be
letten, dan was het zijne nimmer afla
tende zorg om ze in hunne gevolgen
tegen te gaan. Vooral bij verlovings
plannen der Duitsche vorsten en vorst
innen hield hij een oogje in 't zeil om
staatsgevaarlijke echtverbintenissen te
voorkomen. Toen de tijd nog niet voor
hem gekomen was om ter hoogster
plaats" met gezr - te spreken, nl. toen
hij nog Bondsgezant te Frankfort was,
moest hij zich natuurlijk met uitin
gen van weerzin aan bloedverwanten
en vrienden vergenoegen, maar te dien
opzichte liet hij zich gewoonlijk dan
ook niet onbetuigd.
Aldus de heer A. W. Stellwagen in.
de jongste aflevering der „Vragen van
den Dag", en de schrijver bewiist deze
uitspraak door tal van voorbeelden uit
het leven van den ijzeren kanselier,
waaruit blijkt hoe Bismarck niet alleen
zich steeds gekant heeft tegen huwelij
ken tusschen Duitsche en Engelsche
vorstenhuizen, maar, wanneer zulk
een huwelijk dan ondanks ziin tegen
streven toch gesloten was, al zijn best
deed om den Engelschen invloed te
niet te doen.
Bismarck was van oordeel, dat het
vorstenhuis, waaruit de vrouw stamt
invloed uitoefent op dat van den man,
en dat die invloed omgekeerd weinig
merkbaar is.
En het was vooral daarom dat
hij zich met hand en tand verzette te
gen het huwelijk van Duitsche vorsten
met Engelsche prinsessen, vreezende
den Engelschen invloed op de Duitsche
politiek.
Reeds in 1855 kwam die weerzin van
Bismarck uit naar aanleiding van de
verloving van den Pruisischen Kroon
prins met de Engelsche prinses Victo
ria.
Een kleine twee jaar daarna werd
het huwelijk voltrokken. In den eer
sten tijd hoorde men van hen niet,
maar al spoedig bleek het, dat de Prins
in staatkundigen zin een kant uitging
tegengesteld aan de politiek zijns va
ders, diei eerst als Regent optrad ge
durende de krankzinnigheid zijns broe
ders, en toen, in 1861, als Koning, (bij
den dood zijns voorgangers) den Prui
sischen troon verwierf. Weldra begon
de conflictstijd en, als laatste toevlucht
voor Koning Wilhelm, het Ministerie
Bismarck. Kroonprins Friedrich'was
tegen de wijze, waarop de koninklijke
regeering zich de reactionaire partij
in de armen wierrt en met name was
een man als Otto von Bismarck in de
hoedanigheid van eersten raadsman
der Kroon hem een gruwel. Toen hij
dien Bismarck echter dulden moest,
bleef hij toch telkens in den kroonraad
zich verzetten tegen 's Ministers maat
regelen, en zóó dat men den Engel
schen invloed ziiner vrouw in zijne
woorden herkende. Eigenlijk werd de
toestand al spoedig een weinig gespan
nen tusschen vader en zoon, en het is
nog Bismarck's werk, dat de maat van
's vaders gramschap tegen den libera
len. zoon niet overliep!
Veel staaltjes van dï« oneenigheid
vertelt de beer Stellwagen, die blijk
baar over heel wat materiaal in deze
beschikt. Ter karakteriseering dit aar
dige:
In de Mei-maand van 1863 was prin
ses Victoria met den Kroonprins mede
op reis gegaan en den Sisten was het
echtpaar te Dantzig aangekomen, waar
de Prins eene militaire inspectie kwam
houden. Het was in den tijd der druk
persvervolgingen die volgens Bismarck
en Roon hoog noodig waren ter beteu
geling der bandeloosheid van vele bla
den, die 't volk tegen de regeering op
hitsten. De Kroonprins echter dacht
daar anders over en had voor zijn ver
trek uit Berlijn een brief aan ziin va^
der <?ericht om hem de despotische
maatregelen tegen de pers te ontraden.
Hij had ze zelfs onbillijk en waarde
loos genoemd. Maar natuurlijk was uit
schrijven voor 't publiek een geheim.
Thans echter, toen hij te Dantzig was,
en er met zijne «-emalin door den eer
sten Burgemeester Von Winter plech
tig ontvangen werd, liet hij zich ook
in 't publiek uit. „Ik betreur het zeer,"
had Von Winter o. a. gezegd, „dat
de omstandigheden het aan de buj-ge-
rij uiet mogelijk maken, hare vreugde
over de komst van Uwe Hoogheden lui
de uit te jubelen." En toen had de Prins
geantwoord: „Ook mij doet het leed,
dat ik in een tijd naar hier ben geko
men, nu er tusschen de Regeering en
het Volk eene vijandschap is ontstaan,
van welke te vernemen mij zeer heeft
verrast. Ik heb van de maatregelen, die
daartoe leidden, niets geweten. Ik heb
geen deel aan de beraadslagingen ge
had; ik was afwezig. Maar wij allen,
en ik wal het meest., die de edele en
landsvaderlijke bedoelingen en verbe
ven gezindheid van Zï'ne Majesteit
ken, wij allen hebben 't vertrouwen,
dat Pruisen onder zijnen sehepter de
grootheid te gemoet gaat., waartoe de
Voorzienigheid het heeft bestemd.
Dit alles klonk zeker mooi en goed
voor de Dantzigsche burgerij, maar
was toch openbare critiek op de han
delingen van de Koninklijke Regeering
ene week later, 7 Juni, ontviii" de
Prins dan ook eene ernstisre schrifte
lijke vermaning van zijn vader, met de
bedreiging er bij, dat hij gestraft zou
worden, als hij in dien toon verderging
Terstond antwoordde Zijne Hoogheid,
dat hij leedwezen gevoelde1 over 't ver
driet, dat zijn vader door zijne woor
den geleden had maar dat liii het ge-'
sprokene niet kon terugnemen, en
dat hot hem hinderde door Bismarck
zoo geheel buiten de zaken gehouden
te zijn. Tevens stelde hij voor, ontsla
gen te mogen worden van al zijne mi
litaire en staatsrechterliike bedienin
gen. Natuurlijk was de Koning ver
gramd, maar onder Bismarck's leiding
bedwong hij zich. In zijn antwoord aan
zijn zoon liet hij de quaestie der ont-'
slag-aanvraag onaangeroerd, maar ver
weet hem opnieuw zijne oppositie, en
hoe hij een vaandel omhoog gestoken
had. waardoor het volk tusschen den
Koning en den Kroonprins moest kie
zen. Ook Bismarck zond alsnu een
schrijven aan Zijne Hoogheid, met de
mededeeling: de Koning heeft mij
verboden uw ingezonden protest ter
kennis van het Staatsministerie te
brengen."
Wat Bismarck meer deed, was Ko
ning Wilhelm tot bedaren brengen om
hem af te houden van maatregelen, die
aan Friedrich Wilhelm I en Küstrin
zouden herinnerd hebben. Handel
zacht met uwen zoon Absalon!" sprak
hij tot Zijne Majesteit, „en bedenk, dat
ten dage van 't conflict tusschen Frie
drich Wilhelm en zijn zoon voor den
laatste de sympathie van tijdgenoot en
nakomeling was weggelegd; bedenk,
dat het niet raadzaam zijn kan den'
Kroonprins tot martelaar te maken."!
Inderdaad waren deze woorden de olie,
die de golven der gramschap in 's Ro
llings hart ter ruste legden. Feitelijk
zou de quaestie dus uit ziin geweest,
als niet heel spoedig de „Times", door
eene indiscretie op de hoogte gebracht,
de heele correspondentie tusschen de
beide vorstelijke briefschrijvers had
openbaar gemaakt.
„De Prins", aldus wordt de historie
door d© „Times" verhaald' endoegelicht
„veroorloofd© zich, bij gelegenheid
eener militaire dienstreis, nopens de
politiek van den Souverein tegenspraak
te wagen en de genomen maatregelen
van twijfelachtige waard© te noemen.
Het minste wat hij kon doen om deze
zwai'e beleediging weer goed te maken,
ware het terugnemen zijnerjuitlatingen
geweest. Dit eischte de Koning van
liem in een brief, er bijvoegend, dat
hem zijne ambten en bedieningen ont
nomen zouden worden, als hij weiger
de het te doem De Prins, in overeen
stemming naar men zegt met Hare
Koninklijke Hoogheid de Prinses, zond
een beslist antwoord op dit verlangen.
Hij weigerde, iets hoegenaamd terug,
te nemen, bood aan, zijne ambten en
waardigheden neder te leggen, en ver
zocht verlof om met zijne echtgenoote
en familie zich ergens te mogen terug
trekken, waar hij buiten verdenking
zou kunnen leven, zich op eenige wijze
hoegenaamd in de staatsaangelegenhe-
den te mengen." Deze brief, zegt men,
was een uitmuntend stuk, ep wel zou
de Prins gelukki" te achten zijn in het
bezit eener gade. die niet slechts zijne
liberale denkbeelden deelt, maar ook
in staat ic hem in een gewichtig en
kritiek oogenblik zijns levens zooveel
hulp te verleenen. Niet licht zou men
zich eene moeilijker positie denken
kunnen dan die van het Prinselijke
paar. met een eigenwillige» Souverein
en een verderfelijk Kabinet aan den
eenen, en een opgewonden volk aan,
den anderen kant!"
Niet noodi" te zeggen, dat de indis
cretie van de „Times" de maat
Bismarck's geduld zoowel als die van
Koning Wilhelm deed overloopen
maar wat er verder gebeurde, weet
men niet. .Wel dit: dat de Prins naar
Schotland op de jacht gin°- en uitbleef
tot de binnenlandsche staatkunde van
Pruisen voor de verwikkelingen met
het buitenland een beetje achteruit ge
schoven werd. Toch werd het 1864, en
had de bestorming der Düppeler schans
reeds plaats gevonden en nn" bleef
de Engelsche trade van Koning-Keizer
F riedrich mocht dat in ruime mate
ondervinden.
Maar een opflikkering kwam er toen
weer ter gelegenheid van de Batten-
bergsch/9 huwelijksplannen, door wij
len Koningin Victoria ~ewenscht, tus
schen Prinses Victoria en Prins Alex
ander van Batten her" welke huwelijks
plannen echter zijn afgesprongen.
Het was in April 1888, toen deze din
gen geschiedden, vertelt de heer Stell
wagen. Twee maanden later, 15 Juni,
overleed Keizer Frederik, en Wilhelm
II werd Keizer van Duitschland De
gebeurtenissen, die r.eeds in 't eerste
jaar van den jongen monarch tot vij
andschap tegen den ouden Rijkskanse
lier leidden, en Bismarck's ontslag ten
gevolge hadden, zijn bekend. 1-Iet Schip
van Staat moest den nieuwen koers
uit, .en de oude loods verliet het vaar
tuig. Maar zoolang hi j bleef leven ver
nam men van tijd tot tijd zijn geroep,
als er gevaar dreigde. Er werd nog re
kening met hem gehouden en met zijne
waarschuwende stem, als er hooge zee
stond. Maar de oude van Friedrichsruh
is ter eeuwige rust gesraan, en het
Staatsschip der Hohenzollern vaart
thans met een loods, die zich bij 't rich
ten van 't vaartuig schikt naar de wen-
schen van den kapitein, zonder vreeze,
dat eene machtiger stem dan de zijne
het scheepsvolk op 't -«vaar van schip
breuk zal kunnen wijzen. Eens was
een Rijkskanselier, die den keizerlij
ken wil leidde; thans is er een, die zijn
wil richt naar 's Keizers lioogsten
wensch.
Zou het onder Bismarck, of zelfs
maar zoolang Bismarck nog leefde, ooit
zoover gekomen ziin. dat de Engelsche
invloed „ter hoogster plaats" in
Duitschland triumfeerde over Russi
sche sympathieën niet slechts, maar
zelfs over de sympathieën van het gan-
sche Duitsche volk? vraagt hij ten slotte
In Het verki ziDgsvuur.
De verkiezing in 't district Winscho
ten zal waarschijnlijk nog een proces
veroorzaken. De heer Brader (rev. soc.)
candidaat voor de Tweede. Kamer heeft
nl. bij den officier van justitie een aan
klacht ingediend' tegen den heer Ken-
ther (parlem. doe.) wegens hem aan
gedane beleediging in de openbare ver
gadering welke onlangs te Scheemda
werd gehouden.
Verkiezingen voor de Tweede
Kamer.
De Vrijzinnige Kiesvereeniging te
I.eiden heeft gisteren tot candidaat ge
steld voor het lidmaaschap van de
Tweede Kamer rnr. H. L. Drucker, al
daar.
Op de voorloopige candidatenlijst
waren geplaatst rar. H. L. Drucker en
W. van der Kaay.
Stadsnieuws
IN MEMORIAJI.
F. W. van EEDEN.
en no1
Zijne Hoogheid de staatkunde van Mi
nister Bismarck wantrouwen en zich
buiten het gedrang houden. Zoo ver
zette hij zich. ook tegen den oorlog met
Oostenrijk, en sprak het in den mi
nisterraad onverholen uit, dat debroe
derstrijd." hem tegen de borst was. La-j
ter we weten het toen Oostenrijk
de nederlaag had geleden, en Bismarck
den vrede wenschte zonder gebiedsver-
mindering van den Keizerstaat, wilde
Koning Wilhelm allerlei veroverd ge
bied annexeeren, en heeft het Bismarck
bovenmenschelijke moeite gekost zijn
wil te doen zegevieren. Maar toen heeft
Zijne Hoogheid Bismarck's politiek ge
steund, en werd de vrede te Nikolsburg
geteekend; en toen is ook de Kroon
prins op beteren voet gekomen. Noch
tans moest deze laatste altijd tegen den
„invloedder dames" op z"'ne hoede blij
ven, en meer dan eens liep hij zelfs
gevaar met ..een bankroet zijner zenu
wen" het keeren van dien invloed te
betalen.
De heer Stellwagen vertelt dan van
den Engelschen invloed vooral, die ten
tijde van den Fransch-Duitschen oor
log de beschiet!* van Parijs zoo lang
deed ophouden, terwijl die beschieting
had men den zin der Duitschers ge
volgd, reeds veel eerder een feit zou
zijn geweest.
Al lang zag raen. dem opgewek-
tan, levendigen grijsaard niet meer
in zijn groote. werkkamer aan het
Paviljoen..
Eerst weinig, toen* allengs meer.1
deden zich de gebreken, van den
ouden dag gevoelen, en eindelijk
was de heer Van Eeden zoo ziek,
dat aan zijn herstel niet meer te
denken viel. en men elk oogenblik
de doodstijding verwachtte
Een paar maanden geledien reeds,
werd het ergste gevreesd, d'och toen
is een tijdelijke betersch?'*- ingetre
den. totjiat nu. dezer dagen plotse
ling de toestand zeer verergerde en
ten laatste Zaterdagnamiddag de'
levensdraad1 werd afgesneden.
De oude heer Van Eedien is heen
gegaan niet zóó, dat zijn afsterven
een groote, geweldige verandering
zal teweegbrengen in den kring,
waarin hij werkte. Want reeds in
zijn laatste levensdagen was de
plaats, die hij in het maatschappe-
1 k leven Innam', door een ander
vervuld.
Maar, zal dus zijn heengaan niet
gevoeld' worden als een plotselinge.
groote leegte, verwekkend een zeke
re schrik-emotie, hevig, doch spoe
dig uitgeleefd, het zijn andere ge
voelens. die zijn sterven verwek
ken zullen.
Zóó stil en zoo lang en zoo wer
kend' als hij geleefd! heeft, zoo ern
stig als zijn exorbitant werk-leven
is geweest, zoo stil, maar ook zoo
lang en intens zal zijn heengaan
worden gevoeld', door hen die hem
in zijn1 werken hebben leeren waar-|
deeren.
Niet als de man, die b. v. de or-
ganiseerend'e leiding van het een
of andere groote lichaam had, en
wiens leiding schier niet kan wor
den gemist, doch die toch ver
vangen wordt, ook niet als de spe
cialiteit, die door een andieren
specialiteit word't opgevolgd, zal hij
worden betreurd. Maar als de man,
die iets tot stand heeft gebracht,
dat zijn eigen leven was, waarin
hij zijn eigen individualiteit heeft
neergelegd, dat hij liefhad en met
zich vereenzelvigde, in één woord,
d'at hij zelf was.
En. diafc waren de stichtingen der
maatschanoij van nijverheid, en
vooral het Koloniaal Museum van
die maatschappij.
De heer Van Eeden, wiens vader
secretaris van de Maatschappij
ter bevordering van Nijverheid was,
is in 1829 geboren, en in 1859, toen
zijn, vader om gezondheidsredenen
zijn betrekking neerlegde, volgde
hij hem op.
Hij was toen d'e man, onder wiens
secretariaat de maatschappij een!
nieuw tijdperk van herlevenden'
bloei i9 tegemoet gegaan, een bloei
tijdperk, waartoe de stichting van
het Koloniaal Museum., hetwelk
men hoofdzakelijk, zoo niet uitslui
tend aan zijn initiatief, ziin veer
krachtige en onverpoosde energie
te d'anken heeft, zeer veel heeft bij-
senm gebloeid en is ontwikkeld tot
den tegenwoordigen staat. In vijf
jaren waren de verzamelingen zoo
danig toegenomen, dat directeuren
in het jaar 1871 besloten het Mu
seum voor het publiek open te stel
len.
Die ontw ik kei ings-gesch i eden is
kunnen we niet in haar geheel vol
gen, want we hebben van den heer
Van Eeden nog meer te zeggen.
Vóór alles was hij botanicus.
Met zijn trommel op den rug
heeft hij gezworven door de bos-
schen van. K enne m er land, door de
bosschen van Drederode, op die
binnenduinen, door de omstreken
van, Alkmaar, over Tessel, op den
Lochemschen berg en zijn omge
ving, over de Veluwe, door Hol
land enz.
En hetgeen hij op zijn botani
sche zwerftochten in ziin trommel
verzameld had. werd1 dan thuis on
derzocht. ontleed en beschreven.
Zeer onderhoudend, altijd de flora
houdend in verband met het ge-
heele landschap, vol aardige en be
langrijke folklorische bi zonderhe
den. schreef hij toen een 9erie ar
tikelen in „Het Album der Na
tuur", die toentertijd zeer de aan
dacht trokken, en later in twee
deeltjes en onder den. titel „On
kruid" nog afzonderlijk het licht
hebben gezien.
En nog meèr werkjes op bota
nisch gebied zijn van zijn hand
verschenen.
Verder komt den heer Van Eedien.
de eer toe, van het eerst met het
woord en óók met de daad, pogin
gen. te hebben gedaan het handwerk
te veredelen, kunst en handwerk
tot elkander te brengen.
Met het wóórd reeds in 1864 in
het „Tijdschrift" van de „Miaat-
schappij ter bevordering van nijver
heid", en met de daad1 door het
geen hij heeft gedaan voor de tot
standkoming van het museum van
Kunstn ij ve die Ld'.
En zoo danken wij eveneens aan
zijn initiatief de oprichting van het
Museum van Kunstnijverheid, dat
evenals het Koloniaal Museum in
het Paviljoen op den Dreef in Haar
lem werd onder dak gebracht en
van hetwelk hij tevens ook direc
teur was.
Ten slotte zij nog in herinnering
gebracht hoe dJe heer Van Eedien de
man is geweest dei" West-Indische
Tentoonstelling in het bijgebouw
van het Paviljoen, die thans een
permanente tentoonstelling is.
Door de Maatschappij ter bevor
dering van Nijverheid zijn zijn
groote verdiensten naar waarde er
kend. In de maand Juli 1899 legde
hij het Secretariaat van <fc „Maat, van wijck Arnhem;
schappij ter bevordering van Nij
verheid" en. zijn directeurschap De R,
De kiesvereeniging Burgerplicht te
Dordrecht heeft candidaat gesteld voor
de Tweede Kamer het aftredend Ka
merlid, den heer Van Gijn, die bereid
is de candidatuur te aanvaarden.
Jhr. Mr. W. Th. Gevers Deynoot
door de kiesvereeniging Vaderland en
Koning te 's Gravenhage, (in district
III) candidaat gesteld voor het lid
maatschap der Staten-Generaal, heeft
voor de hem aangeboden candidatuur
bedankt.
Mr. D. Fock te Rotterdam heeft voor|
de voorloopige candidatuur voor de
Tweede Kamer in het district Enschede
dankt
Ingevolge de stemmingen in de af-
deelingen heeft de centrale vrijzinnige
kiesvereeniging hoofdkiesdistrict Loos
duinen definitief candidaat gesteld
voor het lidmaatschap der Tweede
Kamer den heer J. Pattist.
Naarmen verneemt heeft de heer J.
M. Pijnacker Hordijk, lid van de Twee
de Kamer te 's Gravenhage, die ge
plaatst is op een dubbeltal ter ver
kiezing van een lid in het hoofdbe
stuur van den Vrïjz.-democratisclien
bond, voor een eventueele benoeming
bedankt.
Mr. W. H. Beaufort zal, naar men
aan het Utr. Dbld. meldt, een eventu
eele candidatuur voor lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal,
zoolang hij minister is, niet aanvaar
den.
II. M. de Koningin-Moeder heeft l
dezer het déjeuner gebruikt bij den
Keizer en de Keizerin van Duitschland.
Vrijdag déjeuneerden de Reizen* en
de Keizerin bij H. M. te Postdam.
PI. M. is. zooals gemeld i-. Vrijdag
vertrokken naar König tot het brengen
van een bezoek aan de erfgravin van
Erbach en zal zich heden begeven
naar Kohlberg bij Heidelberg, alwaar
H. M. haar verder verblijf in het bui
tenland zal houden.
Acad. Examens.
Leiden. Geslaagd voor liet doctoraal
examen in de rechten de heer A. A.
Loopuyt, voor het candida:.!sexamen
in de rechten de heer W. C. Bcucker
Andrcae.
Utrecht. Bevorderd tot semi-arts do
heer Th. L. de Groot. Bevorderd tot
arts de heer G. van Gangelen.
Examens vroedvrouw.
De minister van binnenlandsche za
ken brengt ter kennis van belangheb-
benden, dat eerlang gelegenheid zal
worden gegeven tot het afleggen der
examens ter verkrijging van een ge
tuigschrift als vroedvrouw.
Zij zullen worden afgenomen vóór
1 Augustus e.k. te Amsterdam eu tus
schen 1 Augustus en 31 December e.k.
te Groningen.
Woedende krijv.
Reeds te ruim 6 uur Woensdagoch
tend was op de werkplaats der S. S. te
Tilburg de draaierij, onder baas Bie-
zer, veranderd in een waar oorlogsveld.
Bij het binnenkomen van voornoemden
baas stond zekere P. L., die niet in de
draaierij tehuis behoort, te praten met
zekeren S.
B. nam P. L. toen bij den arm en
wilde hem verwijderen, doch zoodra
had hij S. niet aangeraakt, of deze gaf
baas B. een slag in den hals.
Als ware deze slag het teeken van
een algemeenen aanval van de zijde
der andere werklieden uit de draaierij,
vlogen hamers, alen fare
a™? he'beda«licn van ds. Talma va
w h f de anlirev- kiesvereeni
ging Nederland en Oranje te Aalten als
voorloopige candidaten voor liet dis
trict Doetincbem gesteld de heeren P
van Vliet en jhr. mr. H. W. van Asch
van het Museum van, Kunstnijver
heid neer. In zijrn plaats werden
toen die heer De Clercq uit Amster
dam tot secretaris der Mij., en de
heer Von Saher, te voren conserva
tor van het Museum en o. m. be
kend door de verzameling afgietsels
van Hindoe-monurnen-ten op Java,
die hij voor de Wereldltentoonstel
ling te Parijs bijeenbracht, tot di
recteur van het Kunstnijverheid-
museum benoemd-.
Het directeurschap van het Kolso-1
niaal Museum bleef hij echter be
houden van zijn -troetelkind kon
hij zoo ineens nog geen. aischeid
nemen.
Zijn heen-gaan werd in de laatste
Algemeene Vergadering dier Maat
schappij tot een huldefeest gemaakt.
Officieel en plechtig werd' hij toe
gesproken. zijn portret, geschilderd
door Thérèse Schwartz© werd' hem
aangeboden, zijn benoeming tot
Eerelid der Maatschappij volgde,
zijn naam bleef aan, het Kunstnij-
verheid-museum verbonden dOor
hem tot honorair-directeur te be
noemen
De overledene was commandeur
der orde van Wasa van Zweden,
en ridder in die 4e kl'. der orde van
den Leeuw en de Zon van Perzië.
Binnenland.
Toen Bismarck kanselier was, is die
weerzin wel wat verminderd. Vooral
De bescheiden aanvang van ons
nu zoo beroemd Koloniaal Museum
is gemaakt op een zolderkamertje
mi de vroegere woning van den
heer Van Eeden. In 1865 was de
verzameling reeds zoodanig aange
groeid, dat ernstig werd uitgezien
naar een lokaal, waarom, op voor
stel van den heer Van Eeden
werd aangevraagd de toen ver
laten benedien vendieping van het,
Paviljoen, die ook, voor het beoog
de doel werd' afgestaan
I?„ A - ln
De drankwet
In eene Vrijdag te Utrecht gehou
den vergadering van bierbrouwers
distillateurs en likeurstokers
handelaren in gedistilleerd, in Ne
derland is de volgende motie aan
genomen
De vengade,ring op heden, den
3den Mei, te Utrecht bijeengeko
men te beraadslagen wat te doen
om de herziening der drankwet zoo
min mogelijk nadeelig te doen zijn
en maatregelen te beramen om een
gedeelte van Nederlands bevolking
niet geheel broodeloos te maken en
ten gronde te richten, spreekt als
hare meening uit. dat de leden van
de Tweede Kamer van de Statern-
Generaal, ongeacht tot welke partij
zij behooren, die tot aanneming
van het wetsontwerp lot aanvul
ling der drankwet hebben meege
werkt, bij de aanstaande verkiezin
gen ten felste moeten wonden be
streden en hunne herkiezingen on
mogelijk moeten worden gemaakt,
terwijl zij tevens de afwezigheid
van zooveel kamerleden betreurt.
De vergadering spreekt de noodza
kelijkheid uit. dat bij de aanstaan
de verkiezingen aan de candidaten
voor de Tweede Kamer der Staten-
Generaal wier meen-ing in deze nog
niet bekendi is de volgende vragen
te stellen
lo. Hoe is uw oordeed over het
maximum der drankwet?
2o. Zijt gij ge-negen tot eene mil
de en rechtvaardige wijziging van
de drankwet mede te werken.
Van het antwoord der candidaten
zal dan afhangen op wie
Rath, kiesvereeniging Een
dracht, te Den Helder, heeft besloten
voor de Tweede Kamer geen candidaat
te stellen of aan te hevelen.
In de te Neede gehouden vergadering
dor liberale kiesvereeniging Jacob Dam
is met algemeene stemmen tot voor-
loopig candidaat voor de Tweede Ka
mer gekozen de heer C. Lely, aftredend
Ld.
De volkskiesvereeniging to Winters
wijk heeft besloten de candidatuur van
mr. H. F. Hesselink van Suchtelen te
steunen.
Da afdeeling Doetinchem van de S.
D. A. P. heeft den heer G. A. P. Hels-
dingen candidaat gesteld voor het lid
maatschap der Tweede Kamer.
De antirev. kiesvereeniging Wijn-
britseradeei heeft tot voorloopig can
didaat voor de Tweede Kamer gesteld
mr. H. Okma te Sneek,
Jhr. Mr. W. Th. Gevers Deynoot,
door de kiesvereeniging Vaderland
Koning candidaat! gestfeld voor L„.
lidmaatschap van d'e Tweede Kamer
der Staten-Generaal in district III te
's-Gravenhage, heeft voor die candida
tuur bedankt.
De centrale antirevolutionaire kies
vereeniging in het district Zutphen,
nam met algemeene stemmen het be
sluit, bij de eerste stemming ditmaal
geen candidaat te stellen voor do
Tweede Kamer.
Heit bericht, als zou mr. W. H. de
Beaufort door de kiesvereeniging der
christelijk-historischen te Amersfoort
candidaat zijn gesteld, berust waar
schijnlijk op een misverstand. Er be
staart, geen „kiesvereeniging", en de
Christ.-hist besloten de candidatuur
van den heer Van Asch van Wijck te
steunen.
De heer Kolkman, aftredend lid is
door do r.-k. kiesvereeniging te Bheden
SA.LV ue Ultuwe
logen hamers, sleuters, schroeven en
bouten naar het hoofd en lichaam van
B., die in allerijl de vlucht nam naar
het kantoor van den werkmeester S.
De deur was echter gesloten, en zeker
zou toen de zaak een erger aanzien
hebben genomen, ware niet de heer S.
aangekomen, waarop de gemoedereu
kalmeerden en ieder weer aan zijn
werk ging.
De drie voornaamste daders in deze,
zekere P. L„ P. S. en G., zijn reeds ge
schorst.
Een groot aantal Leidsche studenten
moet van plan zijn, nu prof. Van lter-
son is overleden, hun studies te Am
sterdam te gaan voortzetten, waar do
hulpmiddelen van het onderwijs zoo
veel beter en omvangrijker zijn.
Nederl. Longlijders.
Te Davos is een nieuw huis aange
kocht om als sanatorium voor Neder-
landsche longlijders ingerient te wor
den.
Sedert vier jaar bestaat te Davos een
sanatorium voor weinig bemiddelde
Nederlandsche longlijders. Reeds veel
vroeger kwamen ondelr den grooten
stroom vfleemdeJUngen, ook weinig
bemiddelde Nederlanders naar Davos
eu velen van hen werden door bemid
deling der leden van de daar bestaande
Hollandeche club in goedkoope pen
sions onder dak gebracht. Daar hier
echter de zwaar zieken geen volledige
verpleging konden vinden en de wei
nig zieken niet voldoende onder ge
neeskundig toezicht stonden, was ver
betering van dezen toestand zeer noo
dig, en er werd toen op initiatief van
enkele leden der club een vereeniging
opgericht tot behartiging der belangen
van Nederlandsche longlijders met als
voornaamste doel: de exploitatie eener
eigen inrichting voor minder bemid
delde land'genooten. Aanvankelijk
met zeer bescheiden mijddelen werd
een huis in Davos gehuurd en tot sa
natorium ingericht, terwijl een aldaar
gevestigd Zwitsdrsch geneesheer de
practijk in huis werd opgedragen.
Was dit toen reeds een groote voor
uitgang, vooral daar toen in het vader
land zelf de plannen voor dergelijke
inrichtingen pas in het verschiet la
gen, toch was hiermee slechts een
eerste stap op den goeden weg gezet.
Al spoedig bleek, dat er nog veel in
het belang der patiënten te verbeteren
viel en de vereeniging ging er daarom
toe oven Hollandsche verpleegsters
in de inrichting aan te stellen, en ook
een Nederlandsch geneesheer te be
noemen. Maar ook met deze verbeterin
gen kon den zieken nog niet al 't noo-
dige geboden worden. De groote moei
lijkheid bleef altijd schuilen in de
ongeschiktheid van het gebouw.
JH6iuB uj nneaen j Het nu aangekochte huis is gelegen
bij accAamatfe voorloopig candidaat]""
trecf (via
gesteld.
In Veendam stelden de antirevolutio
nairen tot candidaat voor de Tweede
Kamer den heer P. Dijkhuis van Mid-
wolda.
De antirevolutionaire kiesvereeni
ging Nederland en Oranje, te Delft,
heeft den heer mr. 11. A. van der Velde,
te Loosduinen, weder candidaat gesteld
voor het lidmaatschap der Tweede
Kamer.
De centrale anti-revolutionaire kies
vereeniging in het kiesdistrict Zut
phen heeft in hare vergadering
met algemeene stemmen beslo-i
ten, om voor de a.s. verkiezing van
leden voor de Tweede Kamer bii eerste
stemming geen candidaat te stellen.
Tot definitieve candidaten van de
afd, den Haag der vrijzinnig-democra
tische kiesvereeniging bleken gekozen
te zijn: in district I, F. Mol; in district
TT, P. J. In de Betou; in district III, J.
op eender beste punten van Davos, op
oen weinig gebouwd gedeelte, terwijl
bovendien op de weide er voor servi
tuut rust, zoodat daar ook niet ge
bouwd kan worden en een ruim frisch
uitzicht over het geheele dal gewaar
borgd is. Na de verbouwing zal in het
gebouw plaats zijn voor 55 4 60 patiën
ten. terwijl er nu onder de tegenwoor
dige omstandigheden slechts 40 ge
plaatst kunnen worden.
De Vereeniging moet echter., zij het
ook noode, den verplegingsprijs, al
thans voor de eerste jaren, zoolang
hare schuld niet is afgelost, verhoo-
gen, waartegenover echter den zieke
veel meer gerief ten goed komt. Be
trekkelijk blijft ook dan nog de prijs
laag. Het Sanatorium had in de laat
ste 12 maanden een exploitatie-deficit
van 9000 4 10,000 francs en daar ook
in het nieuwe gebouw steeds een te
kort in dit opzicht zal bestaan, blijft
het doel der vereeniging, weinig ver
mogende en zwaar zieke Nederland
sche longlijders in staat te Btellen, te
gen zoo gering mogelijke kosten hun
ne gezondheid terug te krijgen, geheel
bewaard.