schandaal dat ie- lie zich mijnwerker durft noe- et ambacht op die manier te maakt. Ik ben erg blij. dat apt bent." ook." en ik niet minder," klonk het van alle kanten. zei de gevangene. ,dat ichien als een soort kameraad li op eenig medegevoel had mo- cenen en dat je mij wel een zoudt willen geven." zeker! Je nog helpen ook. jp.ü, allemaal een veeg hebt. gege- Westawav hem toe. zei Dorothea, terwijl zij i de hand vatte, toe, ladt hém popen." a laten loopen? Dat zou wat kunnen worden voor ons; je wel: de heler is zoo goed als1 nu maar," vleide het kind ver- aat hem toch maar loopen. Gij zoo maar uw ei-en eten —e- m nu zult ge hem toch niet wil- jrleveren?" zeker, wil ik dat" zei Westa- ,al was 't maar alleeü om de ik doe 't heelemaal voor' ik wil dat. geld, dat ge er voor nooit aanraken en nooit iets eten, wat voor dat geld ge- is: 't is echt bloedgeld." nu! Doröthea' wees verétan-' n praat riiet zulke - ekkenhraat. een doortrapte, schurk, die heeft gebracht over ons alle- daar hij zelf ook mijnwerker is; t heeft hem veroordeeld on'i óp- te worden." zou dat met de wet? Toe va- lat hem toch vrij! Misschien iiij kwaad gedaan, maar hij zal ipassen voor een volgenden keer een braaf mensch gaan wor- hoe kan jij dat wete,n? Hoe?" ben er zeker van; ik durf best in staan." - Doddv. jij bent mal". ,der, eens was ik zelf ook een lecht, ondeugend meisje: 't was Bi'bonden om van den honig te m ik heb er toch van -stolen: er toen niet voor naar de ge- gebracht, maar ik heb groot er over gehad en zal stellig stelen En hij zal het even- ioen, ik beloof het u. Toe. va- aat hem nu los!" vroeg nu den gevangene: Hoe je?" ge. vader, net als u!" wil mi*:" uiterste hest, doen om mensch te worden," zei Joe een schemering van hoop. De «kin" kwam onverwachts en ik ir voor bezweken/ recies zooals ik met den honig." lorothea. ..Toe nu, vader, als ge iefhebt, geef hem dan zijn vrij- weer." kind," zei nu Clemo ,zou- zelf leelijk tegen aanloopen als hoorden." [ie zou het. hooren? Wij kunnen allemaal den mond wel houden, k denken zei Dorothea levendig. L maai' al zei niemand van ons over 'de zaak, dan. zou hij direct opgepikt worden, want jalle, kanten loeren ze op hem." u stond Joe op, daar hij hier en eenige weifeling zag O" de ge ien om. hem heen. am eraden," zei 'hij, „God geve ben van u ooit in de verzoeking zooals ik, of als de verzoeking amocht komen, dat gij dan kracht zult vinden om ze te weerstaan, dan ik gedaan héb. Bedenkt, toch p"i m^'nwerker ben "e- j' al was het dan ook maar in de |i Kunt gij niet een weinig mede- ii'voelen en mij een reddende hand .eken?" heb je nood'-* als we je laten vroeg Westawav. K kan nu niet wegkomen; maar mij een naar weken,, nog een pd bij jelui in de mijn werken, at de groote woede van 't zoeken ishet erts, dat ik uitgraaf, kunt (nder elkander deelen en loon be- ik niet te verdienen, enkel daags brood en. kaas, om in 't leven te sa." mannen zagen elkaar vorschend fel," zei Clemo, denk dat het st is, dat we zóo weinig mogelijk je te zien krijgen." (lui kunt wel hooren, of ik aan 't Ten." at Is zoo." en ontstond er e-ene pauze, waar eman d iets zei; de mannen keken den ploegbaas, en deze keek naar vader van de mijn, die de premie iend had. a de mijn maar in." zei Dorothea t tegen den vluchteling. Het zijn naai zulke: goede, beste menschen, uilen het wel goed vinden." m vinwerkers trokken de schou- op en gingen den een na den an- laar hun werk. durende eene heele maand werk je zoo hard, als hij kon, zonder te beproeven iemand met zijn sre- ihap lastig te vallen. Zij haddeal eene afzonderlijke plek in de aangewezen en hoorden voortdu- slagen van zijn houweel en huiten uitvallen. Geen woord werd er in al dien tijd tusschen hen gespro ken. 's Avonds laat, als iedereen lang I naar huis was of 's morgens vóór dag en dauw, kwam Joe een oogenblik naar buiten om van de frissche lucht te ge nieten. Deze voortdurends stille on derwerping stemde de mijnwerkers ten laatste gunstig voor hem en wekte een gevoel van kameraadschap bij hen oo. Toen de maand bijna om was. kwa-1 men de mijnwerkers te zamen, om te j overleggen, in hoev.errei zij zijne vlucht zouden kunnen bevorderen. Zij besloten dari om onderling voor een i pak kloeren te zo reen. in plaats van hét' gevangenispak... en tóen besloten zij tót nog iets. Clemp lesrde als bij toeval zijn pet met den open kant naar boven op een stuk rots. vlak bij den ingang van de mijn; ieder van de man nen wierp er zooveel in, als hij missen kon, totdat er een aardig sommetjè i bijeen was. Daarna ging ieder weer i gewoon aan zijn werk behalve Clemo, die, zoo gauw als de anderen uit het gezicht waren, de miin ins-in*"" en Joe riep, waarop deze dadelijk voor den) dag kwam. ,,.Tongmensch," zei de. ploegbaas, ..omdat ge een mijnwerker zijt en als kameraad een beroep op ons hebt ge daan en vooral ook omdat de kleine meid, waar wij allen veel van houden, het e-evraagd heeft, hebben wij beslo ten je een kans te geven.- Hier. zijn. kleêi'én* en hier is een som ":©lds, die wij bij elkaar hebben gebracht; 't is g-eiïoeg om je overtocht naar Ameri ka mee te betalen; ik hoor dat daar ook mijnen zijn: zie daar werk te krij gen en word een braaf en eerlijk mensch. Neem het aan en ga in vrede, de." „Hoeveel kameraden, hebben er aan mee gedaan?" vroeg Joe. ..En hoe heet het kleine meisje? Ik zou haar zoo graag nog even willen zien, voordat ik ga." Clemo beloofde, dat hij haai' zou gaan vragen of zij wilde. Toen Clemo bij Dorothea kwam, stond zij zonder iets te vragen op m met hem mede te gaan naar de mijn; ze had het dadelijk begrepen waarom hij kwam. De maan was intusschen opgekomen. Zij liepen rechtuit naar de mijn. Onderweg zei de ploegbaas: ..Hij gaat vannacht weg, maar heeft gevraagd, of hij je nog even mocht groeten. Voor den ingang van de mijn liep Joe op en neer tusschen steenblokk-m en afval in zijne nieuwe kleeren, die hem. vólkomen onkenbaar maakten, terwijl zijn haar in de laatste maand flink was aangegroeid. Toen zij nader bij kwamen, stond hij stil en bracht de hand aan zijn pet. De maan scheen vol op zijn mannelijk, aantrekkelijk gezicht. ..Miss Dorothea Westaway," zei hij. DE CHINEESCHE MUUR, De door Duitsche troepenafdeelingenl sterkt en vergroot. [pen en aan de zijde van Mongolië eenige weken geleden van Paotingfoe j De muur begint in het westen van draagt hij nog een goed onderhouden, uit gevoerdep strijd om den Chinee-1 Kansoe bij Soetsjou en loopt in een 6 voet hooge borstwering, die op iedere schen muur, heeft de aandacht weder j wijden boog aan den rand van het j 10 voet onderbroken wordt door tuinen eens 'gevestigd op het geweldige, uit- j hoogland tot aan de golf van Petsjili van 2 voet breed en drie voet hoog. gebreide bouwwerk, dat het Mongoli- en in noordoostelijke richting tot aan Aan de buitenzijde liep vroeger een ta- sche hoogland scheidt van het eigen-de Soengari-rivier. De muur is aan den j melijk breede gracht, die nu voor het lijke China. Aan den muur, die meer voet 40 voet, aan de kroon 25 voet dik, grootste gedeelte vervallen en alleen in dah 2.450 KM. lang is, werd meer j de hoogte bedraagt ongeveer 35 voet. den regentijd op sommige plaatsen nog dan 2100 jaar geleden met bouwen he- Om de 200 passen bevindt zich een bas- j met water gevuld is. gonnen en in 37 jaar tijd was hij ge- tion, dat ongeveer 29 voet tegen den De muur verkeert nog in vrij goeden heel voltooid. Later werd hij door bij-1 muur vooruitspringt. De rug van den toestand. voeging van enkele stukken nog ver- muur is belegd met groote steenklom-1 bij te springen en begonnen zich lang- zien, ik ben je toch zoo oneindig veel zamerhand ernstig ongerust te maken verschuldigd." over de verdere exploitatie. Zelfs de „O", zei Dorothea, „en ik heb zoo ploegbaas Clemo begon een bedenkelijk I veel aan je gedacht! Maar waarom liet gezicht te zetten Bovendien daaldë de I je toch nooit meer iets van je hooren? prijs .van het tin aan de markt. Het Was je niet juist nu gekomen, moge werkvolk aan de mijn zou verminderd i lijk hadden we elkaar dan nooit weer worden, er bestond zelfs veel kans, dat i gezien, want we staan op het,punt om het werk zou gestaakt worden, hing van de aandeelhouders af. Een inwendige stem dreef .Toe terug, en het volgend oogenblik alle gevaar vergetend, stond hij naast haar. „Dorothea!" „Joel" Het klonk als een vreugdekreet. ...Mag ik u raden, om nog meer geld gesloten." van hier weg te gaan: de mijn levert I geen tin genoeg meer en zal worden in de mijn te steken?" zei Clemo, Zal niet gaan, 't is niet te wagen." De Dorothea ging steeds achteruit, terwijl onze Dorothea opgroeide tot „Goddank, dat ik dan nog juist bij tijds ben gekomen; daardoor ben ik dan zeker hierheen gedreven, want ik had daar ginds geen rust meer; en Dorothea nam de zeshonderd gulden aan. maar met inbegrip van Joe zei ven. En zij en haar vader volgden Joe naar de Nieuwe Wereld, die in meer dan. één opzicht voor Dorothea een nieuwe wereld is geworden. ALLERLEI. T< een mooie en beminnelijke jonge vrouw. I Dorothea dit wilde ik je ook nog zoo „Zeg, Westaway," zei Clemo op een graag zeggen: denman, dien ik vroeger avond, geheel terneergeslagen en ver- benadeelde, heb ik tot den laatsten drietig, „zal ik.je eens zeggen, Jozua, 1 cent toe het zijne teruggegeven. Eens waar 't aan toe is? Dat jij en ik naar I op je onschuldige kinderhandjes had wat anders moeten uitzien; zooeven ik dit, gezworen, wel niet in woorden, een paar regeltjes met de post uit Lon-1 maar in mijn hart, en dien eed heb ik den gekregen. Het begint den aandeel-1 gehouden." „O Joe", riep Dorothea vol zalige verrukking en stralend van vreugde, I nig tin voor in de plaats uit te halen. ..ik wist heel zeker, dat je het doen i contrast met de democratische pret Zoo zullen we wel verplicht zijn. om zoudt." „Enkel met u," zei Joe verder, j ik nog niet afgerekend." t Is wel hard op onzen leeftijd zoo houders te vervelen om langer goud in de mijn te steken en er maai' heel wei- I Een kort koningschap. i Londen ligt op het oude kerkhof van St. Anna in Dean-Street, Soho, een man begraven, die een zeer kor ten tijd als koning heerschte en dood arm stierf Theodoras van Corsica. De plek grond dient thans tot speel plaats voor kinderen, en als treffend - i den winkel te sluiten en een goed heen- ,ik zou zoo graag iets tegen u zeggen. - komen te zoeken. Gi] hebt voor mrj een belofte gedaan, en terwijl hij dit zei, nam hij hare beide handjes in de zijne en vervolgde: „lk zweer, dat ik voortaan mijn best zai doen om een ander mensch te wor den," daarna drukte hij een kus op hare handen en liet ze los. Hij draaide zich om zonder verder iets' te zeggen, zonder zelfs éénmaal nog om te zien, en ging heen. De oude Clemo met zijne witte haren en het kind met haren prachtigen git zwarten haardos keken hem met tranen in de oogen na, totdat hij in den sche merschijn van het maanlicht uit hun gezicht verdween. Eindelijk zei Dorothea tot haar ouden metgezel: „Je zult zien, dat hij zijn woord houdt." 'Precies twaalf maanden later kwam er een brief uit Amerika, met een inge sloten waarde van tien pond, aan het adres van Dorothea, met verzoek om hiervan aan twee der mijnwerkers ieder zestig gulden uit te betalen ter voldoe ning van J.oe's schuld aan hen, en met de toezegging,' dat deze zelfde som zou gezonden worden voor al de mannen, die toen aan. de mijn werkten. Een adres werd niet opgegeven en verder ook over niets geschreven. Drie maanden later kwam er weer geld en nu volgden de zendingen ge regeld elkander op, totdat allen, die aan de ontvluchting hadden meege holpen waren afbetaald. Voor Dorothea zelve kwam echter niets.' „Het verwondert mij toch erg, Westa way", zèi Clemo eens, „dat hij voor ons kind geen borstspeldje of geen hals kettinkje of zoo iets gestuurd heeft." „Och," zei Dorotha, „hij heeft mij het beste van alles gegeven: het bewijs, dat hij goed opgepast en zijn woord heeft gehouden; hij zal zelf best be grijpen, dat mij dit gelukkiger maakt dan al het andere." Toch was het voor Doortje eene soort teleurstelling, dat het laatste geld was afbetaald en dat ze nu nooit meer iets van hem vernam. „Het is nu al meer dan twee jaar, dat wij niets uit Amerika hoorden," begon Clemo weer. Hij kon het nog nooit té best zetten, dat Dorothea hee lemaal niets had gekregen. „Vergeten kan hij haar toch niet Lebben, want al zijn brieven waren aan haar gea dresseerd." „Wel," zei Dorothea, „waarom zou hij schrijven? Stellig en zeker heeft hij niemand van ons vergeten." Nu kwam er een zware: tijd voor de mijnwerkers, daar de Dorothea steeds minder tin leverde. De aandeelhouders iets te moeten ondervinden; van den teleurgesteld en eenigszins scherp van eersten dag af was ik bij de mijn," zei hare lippen. Westaway. „Ja, maar voor een ploegbaas is 't nóg erger, om weer werk aan een mijn te vinden, als hij komt van een mijn. die niet rendeerde," zei Clemo. „Maar :t is toch onze schuld niet., dat er niet meer tin in den grond zit; we moeten dan maai' zien om er het beste van te maken," troostte Westaway nu, enmet deze woorden verlieten zij elkan der en ging Westaway. nadat hij er met zijne dochter over gesproken had. naar de herberg van Warren, om er te o ver leggen met de overige mijnwerkers, die en bezit, mijn heele bekeering ben ik aan u verschuldigd. Alles wat ik nog ééns hoop te worden! Dit is een schuld zoo groot, dat ik die onmogelijk beta- j len kan; maar ik ben altijd zuinig ge-1 weest. en heb nu toch 600 aan bank papier voor je bij mij; neem ze van mij aan. Gij gaat de mijn verlaten, je vader komt misschien zonder werk, toe neem ze,.ze zullen je misschien van nut kunnen zijn. En en denk nog eens aan den armen Joe." ..Neen," zeidé" het meisje, met een daar gewoonlijk vergaderden, als er gevoel van ergernis, die haar bijna der kleinen ziet men in den muur dei- kerk een behouwen steen ingemetseld, die getuigenis aflegt van koninklijken rampspoed. Op dien steen ziet men bovenaan eene kroon en daaronder een graf- .U ben ik verschuldigd al wat ik ben I sc^lrjft van Horace Walpole, van on- „heb „Ge zijt mij niets schuldig," kwam iets van belang was te doen. Toen Dorothea alleen was. ging buiten de deur voor het huis staan, alles nog eens te overdenken en -in; de omgeving, zoo zacht verlicht, door liet pui-per van de ondergaande zon, r weemoed te beschouwen, haar nart v>i droefenis, nu ze weldra <.oa mo;;m deed stikken. „Neen! Neen! Is je be I keering je niet. meer waard dan zes- jhonderd gulden?" „Zeker, 't is lang niet genoeg", zei Joe teleurgesteld, „maar 't is ook nog naar een begin. Ik beloof je stellig. geveer dezen inhoud: Geen wijzer meester dan het stille graf; 't Maakt helden, slaven, bedelaars gelijk, En neemt aan koningen én kroon en schep ter af. Maar Theodorus moest dit levend reeds ervaren; Hem schonk het lot een kroon als eereblijk, Maar die hem niet voor armoed' mocht bewaren! De aldus vereeuwigde monarch was de zoon van. een Westphaalsch edel man, Baron von Neuhoff und Stein, die een huwelijk beneden zijn stand had aangegaan en daarom door zijne familie was uitgestooten Theodorus werd in 1696 te Parijs dat ik je meer zal sturen, veel meer geboren, verloor vroeg zijne ouders en scheiden van de plek. waar als mijn zaken goed gaan." „Dat meen ik natuurlijk niet," groot gebracht en waar zij loe had kt ren kennen. Joe, van wien ze nu zó wel nooit meer iets zou hooren zij was Dorothea snikkend, „maar ik wil niet met geld afbetaald worden." „Wat wil je dan hebben?" Niets, dan dat je voortgaat, zoo- kwam in de eene of andere betrekking bij den Hertog van Orleans. Hij was nog jong. toen hem de krijgsroem van Karei XII van Zweden aanlokte, in wiens dienst hij aan menig gevecht deelnam. Na een zeer avontuurlijk Droomerig keek ze naar het wegster- als' je begonnen bent, en tot het laatsl leven in verschillende landen, kwan vend daglicht. In de verte, daar, 'vaa de zon verdween, om een ander deel toe een eerlijk man blijft." „Dorothea! Dat lieve kindergezichtje, hij in dienst hij den Keizer van Oosten- ijk. Hier was het begin van de rol. van de wereld, van waar Joe het geld 1 c)at z00 hartelijk voor mij pleitte, dadr die hij later op Corsica spelen zom j i-- i i,.., i l ingang van de mijn, toen ik Dit eiland had to dien tijd onder op uw handen als op een BUbel zwoer I de heerschappij der Genueezen ge- misschien ook was hij al lang dood! om een beteè mensch te worden, altijd staan, maar deze waren zulke strenge Plotseling werd, ze uit haren droom estuurd. had en waar hij. misschien nog altijd voortwerkte en streed; heb ik dat voor mij gezien. Als een dwingelanden over dit huu wingew est, opgeschrikt door een., stem dicht bij licht, een ster zijt gij mij geweest op dat de Corsicanen waren opgestaan, mijn dikwijls moeilijken levensweg; doch de bemiddeling van den Keizer en nu zijt ge zeker al getrouwd of ten-1 hadden aangenomen. Theodoras von minste verloofd?" „Ik getrouwd of verloofd! rothea. „Neen, zeker niet." ,En waarom wildet ge niet?" Neuhoff ontving nu van den Keizer riep Do-1 de opdracht om de grieven der Corsi canen te onderzoeken, en kweet zich van zijn last op zulk eene wijze, dat de ii het erts dat hij loswerkte, naar waren al aangesproken om financieel haar, die vroeg: „Neem me niet kwa lijk, maar kan u mij ook zeggen, waar Miss Dorothea Westaway woont?" ,.'t Is. Joe," jubelde het in haai' hart, ,,'t kan niemand zijn dan Joe," en „Joel" riep zij., terwijl een glans van verrassing en geluk over haai' gezicht kwam. „En gij zijt Dorothea!" riep Joe. „O, Joel" zei Dorothea, „waarom heb voor ilare voeten was geweest, die' Met.de hulp van den Sultan van je later nooit meer geschreven?" „Wat zou ik nog meer geschreven j duidend had gemaakt? hebben? De mannen had ik allen afbe taald. Waren.ze tevreden?" „Mei-dan dat," zei Dorothea, „som-Voor mijn veiligheid, geen minuut durf bracht een leger büeen. migen hadden niet meer dan vijf shil- j ik. hier langer te blijven; maar moet wetboek te zanien, verminderde de he ling bijgedragen en ze kregen ieder vijf i ik nu heengaan zonder iets volbracht lastingen en liet munt slaan met zijn i Dorothea zweeg: zij kon toch niet eilanders, hetooverd1 door zijne aange- zeggen, dat al die jaren dat ernstige, name manieren, hem verzochten om berouwvolle gezicht van Joe een lamp hun koning te worden, j voor hare voeten was geweest, die Met. de hulp van der alle andere gezichten voor haar onbe- Turkije durfde hij deze aanbieding aan te nemen. Zijne regeering duur „Dorothea," zei Joe plotseling, „hoe! de echter slechts eeri half jaar; maal eerder ik hier vandaan ga, des te beter hij verluierd© dien tijd niet. want hij pond terug. Maar hoe heb je zelf he! in al die jaren gehad?" ,,'t Js mij nogal meegeloopen; ik was vrij voorspoedig met mijn werk, ik hen in dit land nog niet veilig, mijn straf is nog niet verjaard, ik loop hier altijd de kans, dat ze irE weer oppakken, ik moet voorzichtig zijn; maar mijn hart trok me te sterk naar je, ik verlangde zoo om je terug te te hebben zonder je mijn.. „Geen geld," zei ze strak. heeldenaai'. Hij schonk brieven van i adeldom en stichtte eene nieuwe rid- In de verte kwamen eenige mannen derschap, de orde van den Verlosser. aan het waren Westaway en Clemo, die terugkwamen uit het dorp. Vrij spoedig slaagden de priesters er in het wispelturige volk tegen hem op „Vaarwel! Vaarwel!" zei Joe haastig te zetten; de Genueezen zonden een le en ging heen. ger en Theodorus moest van de eene „Vaarwel," antwoordde zij koel en Europeesche hoofdstad naar de andere terughoudend, een paar pas terug-1 vluchten. In 1748 gaf zijn noodlot hem gaande naar huis. 1 den genadeslag. De ex-monarch had namelijk enkele schulden ~emaakt, en nu werd hij om de kleinigheid van 400 pond sterling naar de gevangenis der King's Bench gezonden waar hij voor i dageliiksch onderhoud afhing van de liefdadigheid van Horace Walpole en anderen. Voor het overige, schijnt hij in dat verblijf een vrij gemoedelijk leven te hebben <releid en zelfs no'* een flauwe schittering van zijn onderge gaan koningschap te hebben behouden want hij ontving er zijne bezoekers en hunne gaven, zittende onder een troonhemel, en ieder, die er het noo- dige voor over had. kon door hem tot ridder der orde van den Verlosser ge slagen worden. n Juni 1755 maakte Theodorus zich de nieuwe wet op den staat van onver- nogen ten nutte en deed met groote rijgevigheid in de Guildhall afstand van zijn koninkrijk Corsica ten behoe ve zijner schuldeischers, doch het staat le vreezen, dat die van dit arti kel uit den faillieten boedel niet veel zullen hebben getrokken. Hij bleef zich binnen de vrijheid der Fleet- wijk ophouden tot December 1756, toen hij in een stoel gebracht werd naar 't huis van een kleedermaker in de klei ne Chapel-sireet, wijk Soho. Deze kleedermaker nam hem op, omdat hij een oude kennis van hem was, en hij stierf in dat huis na wei nige dagen. Hij zou nog op kosten van het arm wezen begraveri zijn; maar 'een olie- kooprnan in Conipton-street zeide dat hij eenmaal iri zijn leven de eer wilde hebben van een koning te begraven, en nam de kusten der begrafenis voor zijne rekening. De kiem van eenige kolossale vermogens. Het is hoogst merkwaardig opeen gestapelde rijkdommen van hunne oor sprong af na te sporen en te zien, door welk eene toovermaclit één sovereign binnen twee of drie 'geslachten tot een millioen is aangegroeid. De kiem van de 12,000,000, waar mede de overleden Jack Gould zijne zes kinderen tot rnillionairs maakte, lag in eene kleine boerenwoning te Ruxburg. in den Staat New-York. John Goulds vader was een gewone melkboer en had eene draaiende karn, die door een hond of schaap in bewe ging werd gebracht. Als beiden hem in den steek lieten, wat nogal dikwijls gebeurde, werd zijn zoon geprest om de karn te laten draaien. Tegen dat werk kwam de zoon in verzet, waar door hij dikwijls een pak slaag kreeg en het gevolg daarvan was, dat hij wegliep en werk vond bij een smid. Kort daarna werd hij bediende in een ijzermagazijn en binnen weinige jaren leverden de uitvinding van eene muizenval en de gelukkige verkoop van een lapje grond in Albany hem zooveel voordeel op, dat het de kiem werd van zijn vermogen van 60.000,000 dollars. De oorsprong van het aanzienlijke vermogen van Astor, dat op 80,000,000 p. st, wordt geschat, waarvan de helft raste goederen in de stad New-Y'ork bestaat, was een lapje grond in de Bo wery, dat voor eene som van 250 ge kocht was-i Die grond, welke nu 200,000 dollars waard is, werd gekocht van de voordeelen eener kleine zen ding muziekinstrumenten aan John Jacob Astor, den stichter van de fa milie. Vijftig jaar later verdiende Andrew Carnegie, de millionair van Pittsburg, 5 shillings in de week als een wevers jongen in de stad Alleghenn. Zijn va der was een gering wever in Schot land geweest, totdat de invoering van den stoom op de weeftoestellen hem van zijne kostwinning beroofde en hem noodzaakte naar Amerika te emigree- ren. Carnegie verhaalt een© aandoenlijke geschiedenis van die vroegere dagen op de katoenfabriek, toen hij in don ker van huis ging en in donker weer thuis kwam en in al die uren sloofde voor 10 pence op een dag. Toen hij later 12 shillings in de week verdien de als een Pittsburger telegrambestel ler. was hij tevreden, als hij er mee rondkwam, weinig vermoedende, dat er een tijd zou komen, dat zijn dage- lijksch inkomen bij duizenden xionden geteld zou worden en zijn vermogen millioenen zou bedragen. Eene kleine boerderij was de oor sprong van al de Rockefeller millioe nen, waarvan John D. Rockefeller al leen er 40 bezit. Vijftig jaar geleden zag men den jongen, die de rijkste man van de wereld zou worden, den akker van zijn vader beploegdn, en zijne hoogste eerzucht was eenmaal in een circus op te treden. Toen hij in later jaren als kantoor bediende, een salaris van 10 in de maand had. en er zelfs nog niets ver moed werd van de toekomstige milli oenen, die.in de petroleumbronnen ver borgen lagen, vond hij, dat hij een rijk bestaan had. Thans brengt ieder uur van zijn leven hem meer op, dan hij toen in een jaar verdiende, en eiken dag levert hem zooveel op als het jaar- lijksch salaris van den Kanselier van de schatkist. De wieg van de rijkste familie in de wereldgeschiedenis, de Rothschilds, wier opgestapelde rijkdom, over twin tig families verdeeld, gezegd wordt 400,000,000 te zijn, was in een pand jeshuis in de Judengasse, te Frank-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1901 | | pagina 7