Tweede Blad, Een Man van Adel. behoorende bij ipHaarlems Dagblad" van Maandag 29 Juli 1901. No5545 Haarlemsche Handels- vereeniging. Goedgeh bij Kon. Besluit van 12 Nov. No. 22, 1899. De Haarlemsche Handelsvereen. telt thans ruim 650 leden, dat is veel, doch niet genoeg. Elke winkelier, elke han delaar. zijn belang begrijpende, moet zich aansluiten. De contributie be draagt slechts f2.50, terwijl de voor deden groot zijn. Rechtskundige adviseurs zijn de hee- ren mrs. Th. de Haan Hugenlioltz en H. Ph. de Kanter, Spaarne 94, welke gratis advies in handelszaken geven aan de leden en voor hen gratis optre den in faillissementen. Voor incasso's, door bemiddeling der advocaten gedaan, wordt 5 be rekend. Bankiers der vereeniging zijn de neeren Laane van Bemmel, Kruis- AUe brieven of aanvragen (ook opga ven voor het lidmaatschap) moeten ge richt worden aa nhet bureau der ver eeniging, 22 aLnge Begijnestraat. Het is ons gelukt eene overeenkomst te sluiten, waardoor het mogelijk is H.H. leden nauwkeurige informaties te verschaffen omtrent alle firma's in Nederland. De kosten dezer informaties bedra gen 60 cents per adres, plus 5 cents voor porto, en moeten vooruit betaald worden aan het bureau. Informatiën naar binnen de stad wonende perso nen gratis. Ruim 650 informatiën en rechtskun dige adviezen werden in het afgeloo- pen jaar verstrekt. In April, Mei en Juni zijn 72 vorde ringen tot een bedrag van f 2657 7b' betaald. 25 vorderingen worden afbe taald 28 vorderingen zijn uitgesteld. Volgens artikel 7 djent het Geheim der Maandlijsten ongeschonden be waard' te blijven. H.H. Leden worden er op attent ge maakt, dat pretentiën, buiten de stad in te vorderen, niet worden behan deld. tenzii ->orto-vergoeding (10 ets.) is bijgevoegd. Het Bureau der vereeniging is geves tigd 22 Lange Begijnestraat en is ge opend iederen werkdag van 's morgens 9 tot 1 en 's middags van 2 tot 4 uur. Dagelijks is een der bestuursleden aanwezig en bereid tot het geven van alle gewenschte inlichtingen en wel Maandag en Vrijdag van IJ—:la uur v.m., de overige dagen van d4 n.m. Haarlemmer li ede en Spaarn- woude. Overleden: M. Rouhos d.. 3 j. Velsen. Ondertrouwd: C. Srnan en C. Swart. Bevallen: G. Oosthuis—van Son, d. G. Kem-pe—Griekspoor. d. J. Koper Paap, z. M. T. Visser—Simonis, d. M. BarrihoornMeiier. z. G. Graaman- Jansen, z. A. A. Canninga-Vermeulen d. Overleden: H. A. G. Bergman, 9 w. D. Langeveld. 79 j. N. Grapendaal, 8 m. P. van Wijngaarden, 47 j. Binnenland. Legertoestanden. De Anrti-mili-tajiris-fcis-ohe Pi'opa- ganda-Vei'ee nliigtng te Delft, is wor- neniens eene brochure uit. te ge ven over die Legertoestanden in ons vaderland. Met het oog daarop is onder de Leiden van het, reserveka der een ciircutaire verspreid), waan in hun verzocht word'fc U© aniüwoon den op verschil lende vragen, heit soldatenleven, voeding, behande ling, oamti-ne. misbruiken enz. be treffende en die antwoorden vóór 1 September aan het bestuur in te zendien. waarbij de verzekering wordt gegeven, dat de namen d genen, die inlichtingen geven,, niet zondier hun toestemming zullen worden openbaar gemaakt. Postwensehen. Het maandschrift ,,De Post- en Telegraafwereld' heeft een rubriek geopend „Wensche-n voor het aan staand post congres." Daarin bestaat gelegenheid tot inzending van wen- se-hen ter verbetering van het in ternationaal postverkeer. In het Ju- linummer vinden wij die twee vol gende voorstellen opgenomen. Openstelling van d:e gelegenheid' •tot vooruitbetaling van het ant woord, diat men op een brief wenscht te ontr ontvangen'. Daar het invoeren van een inter nationaal postzegel' vooralsnog on doenlijk schijnt, ware daartoe wel licht wenscheilijk dfe invoering van antwoord briefomslagen" van een duidelijk opschrift voorzien1, zoodiat ze alleen zoudJen zijn te gebruiken naar het land van uitgifte. Werden dJeze enveloppen met lm gedrukt zegel (zooals hier te lande met de bestaande geschiedt) in al le landen verkrijgbaar gesteld tegen b.v. i a 1 ot. of het daarmede over eenkomende bedrag in vreemde munt boven de waarde van het zegel..dan wiairei, (zooals men voor internationaal zegel vreesde) spe culatie op het verschil in muntstel sel der verschillende landen ver moedelijk voldoende uitgesloten en was men mede genoegzaam zeker, dat dleze omslagen ook nagenoeg uitsluitend voor antwoord zouden worden gebruikt. ijzig,ing in de berekening van het van den geadresseerde te hef fen- port wegens ontoerei kend gefrankeerde stukken. Voorbeeld'Voor een briefkaart uit DuitscMand] gefr. met 5 pf. (ge lijkgesteld met 5 ets.) wordt gehe ven 2 maal ctms. is gelijk 12i ctms. (hier te l'ande ct.)voor een briefkaart uit Frankrijk gef-r. met' 5 ctms., 10 ctms. (hier te lan de 5 ct.) Daar 5 pf. meer is dan 5 ctms. is dus voor de eerste briefkaart meer vooruitbetaald dlan voor de tweede, terwijl tevens nog meer moet betaald worden bij uitrei king. Dit is o. i. onbillijk. Zou bij' ontoereikende frankee ring berekening op de volgend© wijze niet naltiofnieeter zijn VoorbeeldHet internationaal port voor een briefkaart bedraagt 10 ctms.. voldaan is 5 pf. of 6} ctms.. ontbreekt dlus ctms. In het land van- bestemming is dus verschuldigd 2 maal 3f is gelijk ctms.. of het daarmede overeenko mende bedrag in andere munt. Een jeugdige dief. Sedert enkele dagen dagen had het de aandacht van den winkelier H. Breemen aan de Voorstraat te Dor drecht getrokken, dat verschillende kleedingstukken uit zijn winkel ver dwenen, zonder dat hij kon vermoe den op welke wijze. Dezer dagen ont moette hij op straat zijn 13-jarigen loopjongen, in het bezit van een jas. Op zijn vraag wat hij daarmee doen moest gaf de knaap zulke ontwijkende en verwarde antwoorden, dat zijn pa troon hem spoedig tot bekentenis bracht, dat zijn plan was, het klee- dinkstuk te gaan beleen-en. Terstond werd de politie met het geval in ken nis gebracht en weldra bleek haar dat de deugniet tal van andere kleeding- stukekn weggenomen en in huizen van verkoop met recht van wederinkoop of bij uitdragers had te gelde ge maakt. waar zij in beslag genomen zijn. 't Is reeds een heele stapel, maar no gsteeds komt er bij. Dat de jeugdige dief de opbrengst versnoept heeft, spreekt vanzelf. Thans is hij in arrest. Brieven uit Berlijn. (Fan onzen specialen correspondent.) De mogelijkheid van een Duitsch-NederlandBche P o s t- unie. Berlijn, 25 Juli 1901. Over het algemeen neemt de Duit- sche pers weinig of geen notitie van de binnenlandsche aangelegenheden in Holland. Slechts enkele groote bladen hebben een correspondent in Amster dam of Den Haag aangesteld om hun ne lezers over het maatschappelijk en politiek leven der bewoners van den Beneden-Rijn in te lichten. De overige bladen drukken eenvou dig de weinige Hollandsche telegram men van Reuter of Wolff af, zonder zich de moeite te geven aan deze tele grammen een commentaar toe te voe gen. Het bezoek van Koningin Wilhel- mLna bracht hierin ook weinir veran- dering. Men was niet kar'- met aller lei hoffelijke en beleefde nhrasen aan het adres van de ..liebreizende König- in," welke reeds bij vroegere gelegen heden hadden dienst gedaan; men verwonderde zich over de buitengewo ne eerbetuigingen, waarmee H. M. door den Keizer werd ontvangen en waarop volgens sommige bladen alleen souvereinen van mogendheden aanspraak kunnen maken, doch van een grondige bespreking van het he- dendaagsche Koninkrijk der Nederlan den en zijne verhoudir- tot de overige mogendheden was nergens sprake. Bij de jongste verkiezingen maakten de bladen natuurlijk melding van de overwinning der verbonden „Clerica- lcn, Anti-Revolutionairen und Histo rische Christen" zonder meer; zij ver zuimden echter hunne lezers mede te deelon, wat deze laatste partijen be oogen. Waarschijnlijk wisten de re dacties het zeiven niet of achtten z>; het onderwerp niet interessant genoev om zich hierover te oriënteeren. Was sind denn das für I.eute ..Historische Christen!"? werd mij van bevriende zijde meermalen gevraagd. Intusschen is de onverschilligheid ten opzichte van het nuenbare leven in Holland slechts schijnbaar. De Duitsche regeering is drommels goed op de hoogte van den toestand aan ge ne zijde der zwart-witte grenspalen, zoowel op militair- als op maatschap pelijk gebied en naar ik uit zeer ver trouwbaren mond van iemand, die het weten kan. vernomen heb. heeft men in het ..Auswartige Amt" (Ministerie van Buitenlandsche Zaken) den loop en den uitslag der algemeene ver kiezingen met veel belangstelling ga- degeslagen. Uit den aai'd der zaak wachten zich echter officieele perso nen wel, hiervan bliik te geven in dag bladen of tijdschriften, ten minste on der hun eigen naam. Of evenwel niet menigmaal langs een omweg in tijd schriften en brochures vragen worden te berde gebracht, welker oplossing der regeering om meer dan een reden slechts aangenaam kan zijn, is een an dere vraag. Voor mij ligt een interessante bro chure 1), waarin de anonyme schijver naar aanleiding van talrijke statisti sche gegevens, ontleend aan de ..Ver slagen aan de Koningin betrekkelijk den dienst der posterijen en der tele- graphie in Nederland in 1898" en aan de Duitsche ..Reichspoststatistik in 1898" en aan D-Nederl. postunie" be pleit en aantoont, dat beide partijen bij een dergelijke in steil'- gebaat zouden zijn. Het lijkt me wel de moei te waard, nader met het geschriftje kennis te maken. Het is waarschijnlijk niet van alge meene bekendheid, dat Holland met geen enkel rijk zulke levendige han delsbetrekkingen onderhoudt als met Duitschland en dat verreweg h.et groot ste gedeelte der post voor Jiet buiten land voor onze oostelijke buren be stemd ;s. In 1898 werden uit Holland gemid deld) dagelijks 205 brievenmalen naar Duitschland verzonden en 190 vandaar ontvangen terwijl België met zijn 3 millioen VIamen slechts 87 brieven malen daags ontvin" en 111 aan ons afzond, Frankrijk slechts 21 resp. 12, Groot-Britannië 11 resp. 16, Italië 4 en 5, Oostenrijk 1 en 3 en Zwitserland 2, resp. 4 brievenmalen! Bij zulk een groot aantal dagelnk- sche brievenmalen naar en van Duitschland, kan men licht nagaan, dat het ""tal briefkaarten, drukwer ken, jaarlijks van Holland; uit naar Duitschland verzonden, enorm is. Van de 22,409.727 poststuks, welke in 1898 voor het buitenland bestemd waren, (waarvan 1,581.136 voor Oost en West-Indië), gingen 9.318.372 stuks. 44 1/2 naar Duitschland, dat dus nagenoe" evenveel ontving als alle an dere rijken te zamen. Duitschland ontving van de 11.343.685 gefrankeerde brieven 4.655.880 stuks, 42 tegen Engeland slechts 1.940.172, België 1,597.202, Frankrijk 867.712, Vcreenigde Staten 316.139, Transvaal 189.072, Rusland 130.780 en Italië 103.090 brieven. Van de 936.918 telegrammen in 1898 naar het buitenland verzonden, waren 36 340.238 stuks voor Duitschland bestemd tegen slechts 58.873 voor Frankriik en 154.637 voor België. 38 van alle buitenlandsche post pakketten, 104.903 stuks gingen naar Duitschland. Neerlandsch-Indië ont ving daarentegen slechts 28.795 pak ketten, Engeland 33.104, België 31.267, Frankrijk 30.269 stuks. Nog eclatanter is het verschil bij de post-abonnementen op buitenlandsche couranten en tijdschriften. Door Ne derland werde" hi 1898 16.586 postabon nementen met 22 verschillende staten afgesloten. Hiervan trok Duitschland het leeuwendeel, 85 In dat jaar werden namelijk 14.152 abonnementen bij de Nederlandsche post benomen op Duitsche couranten en tijdschriften. Gelijktijdig werden in de 22 buiten landsche staten bij de post op 3.289 Hollandsche dagbladen en tijdschriften geabonneerd, waarvan er alleen voor Duitschland 2.708 (82 bestemd wa ren tegen 349 voor België en 117 voor Zwitserland. Dit laat zich wellicht hier uit verklaren, dat in Duitschland niet minder dan 50.743 Hollanders wonen, bijna het dubbele getal van de Duit- schers in Holland (28.767). Het spreekt van zelf, dat een leven dige handel tusschen beide landen gelijken tred houdt met het drukke postverkeer. Votems den Almanach de Gotha voerde Nederland in '98 voor 787.5 millioen gulden naar Duitschland uit of 52 van den geheelen uitvoer. Verbazend groot is het aantal postver zendingen van Duitschland naar Hol land in verhouding zeer veel grooter dan naar rijken als Engeland en Frankrijk met bevolking van plus minus 40 millioen zielen. Uit het Duit sche rijksgebied werdgn in '98 na aftrek van ongeveer 59 millioen stuks aan Beieren en 30 millioen aan Württem- berg. welke eigen post hebben, verder na aftrek van circa 45 1/2 millioen stuks naar het eigenlijke buitenland verzonden. Daarvan gingen niet minder dan 11.166.500 postzendlngen naar Holland, dat slechts door Eneeland en Frank rijk werd overtroffen. Naar Engeland werden ruim 14 millioen, naar Frank rijk ruim 13 1/2 millioen stuks verzon den: alle overige landen, zoowel N. Amerika als Rusland, Italië, België, enz. ontvingen minder postzendingen dan Nederland. 10 van alle Duitsche telegram men voor het buitenland gaan naar Holland, evenveel als naar Italië, Span je, en Zweden te zamen. Eveneens gaan 10 van alle Duitsche postpak ketten voor het buitenland naar Hol land dat met 379.057 Duitsche pakket ten reeds in de derde plaats komt meer pakketten jaarlijks ontvangt dan Engeland en Rusland te zamen! Met de bovenstaande cijfers voor oogen, welke een sprekend bewijs le veren van het levendige verkeer tus schen Duitschland en Holland, komt de anonvme schrijver tot de conclusie, dat het tot stand komen van een post unie tusschen de beide stam- en taal- veirwandte volken aan een bestaande behoefte zou voldoen. Waar het post verkeer tusschen beide rijken reeds zoo druk is, niettegenstaande weder- keerig het hooge tarief van den ..Welt- postverein" wordt, in rekening gebracht en niet het binnenlandsch tarief, ligt het voor de hand, dat de verschillende eind-cijfers nog veel grooter zouden zijn, wanneer voor het verkeer tus schen beide rijken het hooge Weltpost- tarief werd afgeschaft en de tarieven op dezelfde wijs geregeld werden als tusschen. Duitschland en Oostenrijk- Ho ngari je. De schrijver betoogt dat zulk een unie vr/j wat meer reden van bestaan zou hebben, dan tusschen Duitschland en Hojigariie. Niettegenstaande Horr- garije 10 maal grooter is dan Neder land en 3 1/2 maal zooveel inwoners heeft als ons land, verzond Holland in 1898 nagenoeg 3 maal meer poststuk ken (brieven, briefkaarten, drukwer ken enz.) naar Duitschland dan Hon garije. Terwijl bv. dit laatste rijk tegen het binnenlandsch tarief van 5 Kreuzer (10 Pfennig), 1,836.718 brieven naar Duitschland) verzond gingen van uit Holland in dienzelfden tijd 4.352.512 brieven tegen het dubbele tarief van 12 1/2 ets. (20 Pfennig j Er is reeds een schrede gedaan op den weg. welke tot een post-unie tus schen Duitschland en Nederland zou kunnen leiden. Den 13en Mei en 9en Aug. '98 werd tusschen beide rijken voor brieven, verzonden over en weer naar plaatsen tot op een afstand van 30 Kilometer van de grenzen geleg een bijzonder gereduceerd tarief vast gesteld. Uitvoerig staat de schrijver ten slotte stil bij de verschillende binnenlandsche tarieven der beide riiken voor brieven, drukwerken, telegrammen en postpak ketten en geeft als zijne opinie te ken nen dat voor het verkeer over en weer tusschen beide staten nu nog geldende internationale tarieven onge veer tot het bedrag der binnenlandsche tarieven zouden moeten worden ver laagd. Voor beide rijken is hieraan na tuurlijk in den beginne een risico ver bonden en wel voor Duitschland tot een bedrag van 881.000 mark en voor N ---d van 488.000 gulden, doch alleen In het ge ral, dat het postver keer op dezelfde hoogte zou blijven staan, wat natuurlijk niet is aan te nemen. Integendeel, de ervaring heeft in andere landen geleerd, dat het onder ling postverkeer tengevolge der gere duceerde tarieven nog aanmerkelijk zou toenemen. Men zou het risico van een half millioen gulden ook over cc- nige jaren kunnen verdoelen door te beginnen met een tot op de helft ver laagd tarief voor brieven en briefkaar ten, waarna men successievelijk even eens een verlaagd tarief voor druk werken, telegrammen en postpakket ten zou kunnen invoeren. Met eenigen goeden wil over en weer behoort het tot stam! komen van een post-unie tusschen beide rijken niet tot de onmogelijkheden na het optre den van het nieuwe Kabinet. Of hetzelfde kan gezegd worden van een tolverbond en vooral van een of- en defensief verbond, waarvan de schrijver in den aanhef van zijn bro chure gewag maakt, is een vraag waar achter men een groot vraagteelcen zou moeten plaatsen. Bij die laatste quaestie komt de aap uit 1 - mouw en laat de schrijver door schemeren, waar hij het eigenlijk wil heen sturen. Wanneer de Pruisische regeering er ten slotte toch nog in slaagt, in den Landdag een meerderheid' te vinden voor het erroóte kanaalnet en hoofdza kelijk voor het zoogenaamde „Mittel- land-Kanal." dat den Rijn met Elbe en Weser, dus met Hamburg en Bre men moet verbinden, zou er voor onze regaering wel eens een oogenblik kun nen aanbreken waarop zij zich ter wille van Rotterdam en Amsterdam wel gedwongen zag, bij Duitschland met voorstellen aan boord te komen. Immers na het tot stand komen van het „Mittelland'-Kanal" waarvoor in de eerste plaats de Keizer zelf met zulk een energie werkzaam is, zouden de voor export bestemde goedgreiï uit het Duitsche binnenland, welke tot nu toe grootendeels langs den waterweg via Rotterdam werden uitgevoerd, voor taan met voorbijgaan der Hollandsche zeehavens Rotterdam en Amsterdam, langs directen weg door de eigen bin nenlandsche kanalen naar de eigen binnenlandsche havens Hamburg en Bremen kunnen worden vervoerd! „Wir warten ruhig ab, bis Ihr Hol lander uns kommt!" zei onlangs de hoofdredacteur van een der weinige Berlijnsche bladen, welke de regeering onbewimpeld de waarheid zeiden we gens hare weigering om Kruger te ont vangen, toen in den loop van ons ge sprek de politieke en handelsbetrek kingen tusschen Duitschland en Ne derland ter sprake kwamen. ,,Ihr wird doch kommen müssen!' Successievelijk zijn de verschillende Duitsche havens aanmerkelijk vergroot en voor de opname van de grootste zeeschepen geschikt gemaakt, Ham burg, Bremen, daarna Stettin en Dan zig en nu Einden 2) welke haven bin nenkort met groote feestelijkheden wordt geopend en ons op den duur grooten afbreuk kan aandoen. K. 1) ,,DLe Fr age eines deutsch-nieder- landiischen. Post-verems." Mit genauer Berechnung der finanziellen Wirkun- gen für die beidierscitieen Poslverwal tungen. Berlin,, 1901. Verlag von Gose und Tetziaff. 2) Men zal zich herinneren, dat op de onlangs gehouden jaarvergadering d'er Maats, ter bevordering der Nijver heid, door den voorzitter, den heer Con rad, werd betoogd, dat de haven van Emden niet zulk een ernstige concur rent wezen zal, als men w$l meent. Redactie H.'s D.). Sportpraatje. Het kan Zondag weer een echte ..sportdag" worden. Ie. de openings wedstrijden op de Amsterdamsche Wielerbaan; 2e. de courses op Cruys- bergen bij Bussum, en 3e de ontmoe tingen voor de le klasse Cricket-com petitie. Het is lang geleden, sinds we de laatste wielerwedstrijden op de baan te Amsterdam hebben bijgewoond. Door velen is het zeker betreurd, dat de directie door financieele omstandig heden gedwongen, tot sluiting moest overgaan. Laat ons hopen, dat wat in het Willemspark niet wilde schikken, beter slagen more op den Zeeburger- dijk. Het programma, dat ei-steren in dit blad gepubliceerd werd is aanlokke- Iijk genoeg P'ilili-.-k te trekken. Wat de courses op Bussum betreft, mijne winners zijn J u 1 i-p r ij s: Schabernack, reserve Krylatyna. S p a n n e n- p r ij s: Abdul Afcieer en Ilirye. H e i d e-p r lj s: Ceres, reserve stal- v. d. Berg. Cr uys berge n-p r ij s: Hirye, re serve stal-Ockhorst. B u s s u rn-p r ij s: Stal-van Hoboken reserve Christiaan. T r i b u n e-p r ij s: Mloche et Mels, reserve Stal-van Hoboken. Groote Bussummer Steeple chase: Stal-van Hoboken, reserve Stal van Heemstra. Verwachtingen voor de Cricket-wed strijden op Zondag a.s,: A. C. C.Volharding, vermoedelij ke winner A. C. C. 's-Gr. C. C.Ajax, vermoedelijke winner 's-Gr. C. C. AMATEUR. Letteren en Kunst. Boekentafel. Mej. A. C. Kuiper heefteen bundeltje verhalen verzameld en bewerkt „om in de vacantie te lezen", zooals da veelzeggende titel luidt, en dit bun deltje is bij de Erven Loosjes alhier verschenen. ..Het boekje wenscht alleen nu en dan prettig, mocht het zijn onderhou dend gezelschap voor onze meisjes te wezen en een bescheiden plaatsje in ta nemen in koffer of reistaschje of op de fiets." Welnu, aan deze bedoelingen der schrijfster heeft het onpretentieuse boekje, dat. er handig en aanlokkelijk uitziet, in het lieve bandje, volkomen voldaan. Het zijn een achttal verhalen, meest uit het Engelsch vertaald, prettig en onderhoudend ook wel. De Engelsche litteratuur pleegt niet zoo bijzonder in de gunst te staan, maar het is merkwaardig, hoe mejuf frouw Kuiper er steeds juweeltjes uit weet op te diepen en onze meisjes reeds meer dan eens verblijd heeft met de vertaling van uitstekende meis jesboeken en meisjesverhalen uit het Engelsch. Ook uit dit bundeltje blijkt weer dat mej. Kuiper uitnemend weet wat hare lezeressen boeien zal, en in de keuze bijzonder gelukkig is geweest. Er zijn inderdaad „snoezige" ver haaltjes bij, waarvan de meisjes, wanneer ze buiten eens een oogen- blikjc in den schaduw van 't lommer gaan verpoozen en het aardige boekje bij zich hebben, genieten zullen. Vooral de verhalen „Een dichteres" en „Elena's gevangene" zullen boeien. „Een Mistkoning". hoe aardig ook verteld, komt ons niet voor in dit bun deltje thuis te behooren, en moeilijker te begrijpen te zijn dan de andere stuk jes. Schrijfster en uitgevers wenschen wij succes met het werkje. Wij ontvingen de eerste afleverin gen van den tweeden jaargang van „Jong Holland", lialfmaande- lijksch tijdschrift voor Nederland, Ko loniën en Vlaanderen, onder hoofd redactie van den heer Arnold Wij- brandt te 's Gravenhage. Het tijdschrift zal niet volgens het voorbeeld van vele periodieken: haast uilsluitend werk opnemen van hen die reeds bekendheid verwierven of tot do vrienden van het tijdschrift be hooren. Ieder medewerker die blijk geeft van ernstig willen en kunnen, is ons welkom, zegt de heer Wijbrandt in een begeleidende circulaire. Deze verklaring nu, ontwapent in zekeren zin de critiek. Streven naar waarachtig kunst-mooi, met ernstige bedoelingen, met ernstig willen, ver dient ten volle sympathie en toe juiching, en wanneer de jonge ren, weinig of geheel niet be kend, schromend hun bijdragen naar een groot eischen stellend pe riodiek te zenden, zelf moedig het een eigen tijdschrift voor den dag ko men, dat van hun zoeking getuigt, dan mag de critiek niet onwelwillend we zen. Maar, de hoofdredacteur verklaart in genoemd rondschrijven tevens: „Daar wij den steun wisten te ver krijgen van eenige bevoegde redacteu ren, die op ons verzoek zich bereid ver klaarden met den aanvang van den tweeden jaargang in de redactie zit ting te nemen; daar wij van verschei dene zijden blijken van sympathie mochten ontvangen en van vele jon- Feutlteiuu. Naar het Engelsch. 6) Mijnheer Stocks rees van zijn stoel overeind en verklaarde, dk* het hem hoogst aangenaam was, ken/nis te maken met mijnheer Le wie Haystoua. Hij kende hem na tuurlijk al lang bij naam maar had nog nooit het genoegen gehad, hem persoonlijk te ontmoeten-, en hij hoopte, dart, zij dikwijls samen zouden spreken over aangelegen heden, diie hun- beidien -even na aan 't hart lagen. Lewie scheen daar voor 't oogenblik nog niet bijster veel zin in te hebben, want hij Met den stoel tusschen Bertha en Stocks onbezet en strekte zich op het gras uit, naast de rieten fauteuil, waarin Alice zait. Tot haar eigen-, niet geringe ver bazing, voelde het meisje, hoe een gewaarwording van blijdschap haar hart doortintelde. Zijn Tam en Joch nu weer goede vriendenvroeg zij. Tam en Jooh leven nooit sa men in vrede. Ze kunnen niet met elkaar overweg. Joch is ernstig en bezadigd voor zijn leeftijd en Tam is een menschel! jke collie, wild en uitgelaten dartel. Ik heb hem, toen u weg waart, nog een keer of wat uit het water moetien hal-en. Alice lac-hte. Ik wist niet. dat jie Lewie al kende, Alice, liet Lady Manorwa- ter zich verwonderd hooren. Juffrouw Wishart en- ik heb ben elkaar eergisteren bij de fo- rellenbeek ontmoet, deelde Hay- stoun mede. Bent u daar geweestEn daar hebt u mij niets van gezegd 1 riep Arthur op een toon, die on miskenbaar gekrenktheid en teleur stelling verried. Nergens kan men zoo prettig visschen als daar, en het was eergisteren juist zoo'n uitgezochte dag. Hoeveel heb je ge vangen-, Lewie? Om -en bij de twintig forellen. Y-erbe'eld je eens En diaar heeft één mensch alleen nu al de aardigheid van gehadEn bij wij ze van schad'etoosstelling dronk hij het kopje thee van zijn neef leeg. Thans legde mijnheer Stocks be slag op deai wegkomen gast, in dezen trouw bijgestaan door Lady Manorwater, en Lewie werd nauw keurig ondervraagd omtrent zijn verrichtingen in de laatste jaren. Hoe kwam je er toch too, om zóó ver weg te gaan, beste jongen? vroeg zijn tante. Ik had daarvoor meer dan één motief, luidde Lewie's antwoord. Ten eerste hoopte ik in de ge legenheid te zullen worden ge steld, eens een tijgerjaeht mee te maken, en ten tweede werd ik ge dreven door mijn belangstelling, dlie soms zoo groot is, dat zij mij rust noch duur gunt. Maar Wratis- law is toch de voornaamste aan lei dende oorzaak. Kent u Wratislaw vroeg Stocks. Tommy? Dat zou ik mieenen Hij is mijn beste vriend. Hij was al klaar met zijn studiën^ toen ik aan de universiteit kwam, maar ik heb hem dikwijls te O.xfordi ont moet en hij heeft mij ontelbaar veel malen geholpen. De jonge man sprak met een. warmte, <jie alle recht gaf tot, de onderstelling, dat hij gaarne be reid was, vriendschap te bewijzen aan ieder, die Tommy kende. Hij is heel knap, zei-de Stocks op vergoelijkenden toon, alsofWrar tislaw's knapheid, heel veel andere dingen goed moest maken. Lewie vond het wel eenigszins vreemd!, dat dit hem zoo nadrukke lijk verteld werd. Als iemand dit weten kon, was hij het voorzeker wol. Hebt u in den laatsteai tijd nog iets van hem .gehoord? hernam Haystoun. Wij schreven elkaar geregeld, terwijl ik buitenslands was, maar hij vertelde nooit iet-s van zichzelf, en verleden week heb ik hem i-n Londen maar heel even gesprok em Stocks maakte een afwerend handgebaar. Hij heeft zich geen populari teit weten te verwerven. Zijn ga ven -en talent-en zijn niet van- dlien aard, dat ze hem ooit populair zul len maken. Maar wij, die in het volk gelooven en voor het volk werken, hebben in hem steeds een hefbig bestrijdeo* gevonden. Een academisch opgevoed man is dik- wiils eenzijdig en niet geschikt voor de praktijk des levens. Eenzijdig is hij volstrekt niet, merkte Lewie kalm aan. Ik heb nooit iemand gezien, die zoo alzij dig ontwikkeld is als juist Tom my. Hij is een echte werkezel. Hij wijdt al zijn gaven en talenten aan een drogen, saaien arbeid, enkel; en alleen, omdat hij zoo uitemst nauwgezet is en niemand het zoo goed kan doen als hij. Oprechtheid was een eigenschap, die hij steeds wist te waarcïceren, en daarom werd hij dan ook niet boos op den man, die zich niet zoo bijster gunstig over zijn vriend had uitgelaten. Ik heb uw boek over Kasjmir gelezen, mijnheer Haystoun, liet Alice zich hooren, die een even- tueele botsing tusschen de twee heeren wenschte te voorkomen. Wat moet u moeilijke dïigen door leefd hebben 1 U deelt in uw werk mede, dat er ten noorden, vam Bar- dur wel twee honderd mijlen on- beke<nd land liggen,, vóór men op Russisch grondgebied komt. Waair- om is men daar nooit in doorge drongen Om verschillende redenen niet. Het is een zeer hoog gelegen land met een allesbehalve lieflijk klimaat. Ook wonen daar een aan tal wilde stammen met- een krom soort van mes tot wapen, dat zij heel handig weten t'e hanteeren en dat zelden of nooit zijn doel mist. En ten derde werkt ons gouverne ment alle Britsche ondernemingen daar tegen, en Rusland zou hetzelf de doon. als het iets van dien aard merkte. Maar wat een prachtige gele genheid voor iemand met wils kracht en erne-rgieriep Alice met een van opgewondenheid gloeiend gezichtje. Lewie blikte op naar die tengere gestalte in den stoel naast hem en zag den glans harer donkere oogen. Wie weet, juffrouw Wishart, wat er nog eens gebeurt 1 zeide hij langzaam en onverschillig. Drie menschetn keken naar hem. Bertha, zijn tante er> mijnheer Stocks, en drie menschen zagen hetzelfde. Zijn gelaat had een uit drukking van strenge vastberaden heid aangenomen. Het was niet langer het prettige, joviale gezicht van den sportman en gezelligen ka meraad, maar het vain een ijzeren wil getuigend gel aal vam den1 strij-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1901 | | pagina 5