Rubriek voor Dames. FEUILLETON. Licht en Schaduw. Trechtervrees. Sedert Edison's uitvindir"- van den phonograaf. is den beroemden tooneel- spelers vaak verzocht, het puikje hun ner artistieke gaven op de rol te ver eeuwigen, maar slechts enkelen hebben de „trechtervrees" ten volle van zich kunnen werpen. Deze vrees sproot doorgaans voort uit het bewustzijn, dat groote nauwkeurigheid een ver- eischte is. wanneer men in het instru ment spreekt. Bekende acteurs en ac trices hieven vaak citaten en dialo gen. waarmede zij ten volle vertrouwd waren aan. om bij de meest onbedui dende fouten schandelijk te blijven steken. Eenigen tijd "eleden wilden Charles Wyndham en Miss Man- Moo re. een dialoo" uit ..The Jest" voor den phonograaf uitspreken. Vol vertrouwen naderden zij den trechter en de eer ste volzinnen liepen uitstekend van stapel, maar toen zii juist bij de mooi ste plaats even aarzo1vloog hun als een bliksemstraal de gedachte door het hoofd, dat deze pauze niet voor het oog der buitenwereld verborgen zou blijven en... zij konden niet verder. Evenzoo ging het Huntley Wright. Na dat hij in den Daly-schouwburg hon derden malen ..The Chinee Sojer Man" gezongen had. beproefde hij het ook voor den phonograaf. maar h« kon slechts enkele woorden uitbrengen. Hij moest de woorden eerst opschrijven, voor zij door de rol konden worden vastgehouden. Bij enkele lieden is de dramatische actie zelfs noodig. wan neer zij de zinnen correct in den ge luidstrechter uitspreken willen. Uitzon deringen hierop zijn miss St. John. miss Ada Reeve en miss Edna Ma- welke laatste, bij het zingen van haar lievelingsliederen, verschillende malen niet danste. Toen Edna May het voor de eerste maal beproefde, ping zii voor den phonograaf staan, zeggende: ..Wat Moet ik voor dit dir~ staan? Nu, voor uit dan maar!" zij had vergeten, dat al haar woorden vastgehouden werden. Sydney Barracloueh. van het Lyrische theater, maakt zelfs een phonograaf- cursus mede. Hij zingt in de machine een lied en neemt de mede naar huis, om zijn voordracht te ciitiseeren en de fouten in toon of uitspraak te verbeteren. Wie een levendig tempera ment heeft, kan onmogelijk zonder be geleidende handeling zingen. Zij sprin gen derhalve voortdurend rond en een gedeelte van het lied gaat zoo natuur lijkerwijs verloren. De leugen, gestraft. Op het marktplein van het stadje Devizes in het Engelsche graafschap Wiltshire staat een monument, dat opgericht is als eene waarschuwing tegen het liegen. Het draagt het vol-' gende opschrift „De Burgemeester en het Stadsbe stuur van Devizes hebben dit. stevige bouwwerk opgericht om eene vreese- -lijke gebeurtenis ter kennis van het nageslacht te brengen, welke gebeur tenis plaats had op dit marktplein in het jaar 1753. Zij honen, dat dit ver haal moge dienen als eene heilzame waarschuwing tegen het gevaar van het lichtzinnig inroepen der goddelijke wraak, of den heiligen naam van God aan te roepen om leugen en bedrog te bedekken. ,Op Donderdag, den 27en Januari 1753. kwam Ruth Pierse. van Posterne, in dit graafschap gelegen, met drie andere vrouwen overeen, dat zij op de markt voor gezamenlijke rekening een zak tarwe zouden koopen. Eene van deze vrouwen, die de verschillende bij dragen van de andere ophaalde, ont dekte een tekort en eischte van Ruth Pierse het ontbrekende bedrag. Ruth Pierse beweerde, dat zij haar aandeel betaald had, en zeide dat zij wenschtc dat zij dood mocht neervallen, als het niet waar was. Zij herhaalde licht- I vaardig dezen vreeselijken wensch, en i tot ontzetting van de omstanders viel zij onmiddellijk neder en gaf den geest, terwijl zij het geld in hare hand ver- borgen hield." Eene politiemacht van één man. Er is een land in de wereld, en waar schijnlijk ook maar één. dat het met een enkelen politiedienaar kan stellen dat is IJsland. De bevolking van IJs land bestaat uit afstammelingen van de Vikings, waaronder vele beroemde krijgslieden en belden waren, en zij j houdt zich zoo getrouw aan de wet. I dat er geen politie nood'" is. De eénige I politiebeambte heeft, niettegenstaande zijne zware verantwoordelijkheid, een gemakkelijk baanti^ dient meer tot sieraad en tot waardigheid dan tot nut. De IJslanders zijn van me' dat liet niet aangaat eene hoofdstad te hebben zonder politiedienaar, en daar- om houden zij er een o- na. i In één opzicht is de politiemacht I echter niet gering te achten. Haar ver- j tegenwoordiger is 6 voet lang, breed van schouders, en dVaagt eene mooie uiiiform. vacature in het stadspolitiecorps. De sollicitante genoot den machtigen steun der dames-leden van de matigheidsge nootschappen, die o.a. te berde brach ten, dat de dronkaards zich wel scha men zouden, als zij door eene vrouw werden in hechtenis genomen. Het is nog niet bekend, of zij de betrekking heeft gekregen. Ook in Engeland werd' het bestuur van gevangenissen vroeger meermalen aan vrouwen toevertrouwd, namelijk in den tijd voordat, de menigvuldige kleine gevangenissen waren gesloten en vervangen door een kleinere aantal groote inrichtingen van dien aard. Uit dat tijdperk bericht men, dat toen de gouverneur eöner gevangenis te Ipswich stierf, zijne vrouw in zijne plaats werd benoemd, en men voegt er bij. dat die gevangenis daarna al tijd aardig vol was. Want de gouver neur of eigenlijk de gouvernante had, echt vrouwelijk, de gewoonte om de gevangenen aan het glazenwasschen en andere huishoudelijke bezigheden te zetten en wanneer zij straffen wilde, sloot zij de gevangenen op in nette cel len, waarin goede, zindelijke bedden stonden en waar dan de malcontenten bijna al hun tijd in vreedzamen slaap konden doorbrengen. Vrouwen in mannen-betrek kingen. In 1893 was en is misschien no" eene ongehuwde vrouw cipier der graaf schapsgevangenis in het graafschap Kent, Nieuw-Schotland. Men zegt. dat zij eene vrouw was van indrukwek kend voorkomen en wel geschikt scheen om de lastige gevangenen in bedwang te houden. Te Kansas City staat eene vrouw aan het hoofd der brandweer. Nog sterker: te Leavenwooth, in den Staat Kansas, is commissaris van po-1 litie zekere mejuffrouw Eva M. Black- man. welke dame bij die zorgelijke betrekking nog den tijd kan vinden om de plaatselijke courant te dirigee- ren en uit te geven en dat op den leef tijd van eerst 27 jaren! Verleden jaar berichtte in Columbia eene dame aan het stedelijk bestuur, dat zij zich candidaat stelde voor eene Het kostte vadeF en moeder heel wat geldelijke opofferingen om één van hun zevental buiten de stad op school te zenden, maar de dorpsmeester had gezegd: „er zat wat in 't kind" en boven dien zij was niet gemakkelijk in huis; er zat een rebellischen aard inhet 1deine juffertje wijsneus, verbeeldde j zich al er een eigen opinie op na te houden en die had de eigenaardigheid i meestal in lijnrechte tegenspraak met die van vader en moeder of van de oudere boers of zusters te zijn. Zij ging dus op haar veertiende jaar het huis uit, door móéder met tranen in de oogen nagestaard en door vader weg gebracht. Zij was haast boos op zich- I zelf zoo kalm onder dat afscheid te j zijn; ging toch we van allen die j haar zoo lief waren. Toch kon zij niet bedroefd zijn; het nieuwe lokte. Zij haakte bijna onbe wust. naai' nieuwe indrukken, haar geboortedorp werd zoo eentonig. Z" wilde jonge meisjes leeren kennen uit de stad zooals ze een enkele maal op het dorp waren komen logeeren. Meis jes met iets vlugs, iets vrijmoedigs, dat haar zoo aantrok, doch dat zij onmo gelijk zou kunnen nadoen; zij droomde van een boezemvriendin, die ook haar al die begeerlijkbeden zou eigen ma ken en met wie zij dan heerlijk ver trouwelijk door mooie omstreken zou wandelen. Mooie natuur behoorde al tijd en ondeelbaar bij haar illusie- droomen; zij kon reeds als jong kind lang in stilte genieten van een schoon vergezicht en de streek, waar zij nu heenging was bekend om haar liefelij ke natuur. De trein brengt haai' steeds nader aan het doel, maai- daarmee wordt j haar stemming er niet opgeruimder op. Het is haar nu als moest zij telkens iets wegslikken uit de keel; oo' denkt j zij dapper, het is zeker die nare siga- rendamp, want vader vond. dat hij met zoo'n kind wel „rooken" kon reizen. De trein fluit, vermindert zijn vaart, nog een stamp, nog een, een onbe schrijfelijk knarsend geluid en vader staat op want de zin is volbracht. Vreemd, nu is zij toch niet meer in den J sigarendamp en dat onnawijsbare stuk blijft maar voor de keel zitten. Vader heeft veel gereisd, hij kent j den weg, zij zoeken 't hotel op en bren gen daarna een bezoek aan de school. De directrice is vriendelijk maar toch zij zou het toen niet onder woorden hebben kunnen brengen, maar nu weet zij wel. wat het was. dat haar daarin hinderde. Het was eene vriendelijkheid, 1 die dagelijks tegenover zoovelen ge- j bruikt werd, terwijl moeder. Ja. zie je, nu zou zij de tranen in de' oogen kunnen krijgen, als zij aan moeder 1 dacht. Het bezoek was spoedig afge- I loopen. want er wachtten andere be- zoeksters, morgen zou het toelatings examen zijn. Een soort van verlichting kwam over haar, toen de zware deur van het som bere gebouw in een nauwe straat dichtsloeg. Nu was ze weer alleen met vader, hoe heerlijk vrij! Zij gingen sa- i men eten, echt gezellig en lekker i en toen wandelen en zij eevoelde zich als in een paradijs. Wat was de we reld toch mooi en wat was het toch ver rukkelijk daarvan eens wat meer te zien. Het examen was wel prettig, ofschoon zij spoedig merkte, dat zij in veel opzichten te kort schoot en alleen in rekenen de aspiranten verre de baas was. Dat kwam door de opleiding op een dorpsschool, toch slaagde ze hoe wel niet schitterend. Dienzelfden dag vertrok vader en toen bleef ze alleen onder vreemden. Daar smolten zij weg alle illusies van vroolijkheid en vrijmoedigheid van meedoen met die stads meisjes. Zij waren er wel, zoo als zij ze zich ge droomd had, maar ze vormden een clubje, zij waren te zamen op een op leidingsschool geweest. Zij kenden de leeraressen en hare medeclubgenooten; zij bemoeiden zich alleen met elkaar en amuseerden zich ten koste van de groentjes. Wat werd er om haai* dia lect en haar solide maar stijve dorps- kleeding gelachen! Zij, die thuis en bij haar medeleerlingen daar ginds zoo'n hoog woord had gehad, zij stond hier met haar mond vol tanden en 's avonds in bed kwamen de waterlanders en dan dacht zij aan haar versmade dorp en zij vond plotseling, dat een dorp zon der mooie omstreken oneindig be koorlijker was dan een stad, die daar op wel kon bogen en zij vond die stads meisjes aanstellerig en zij nam het haar goeden dorpsmeester kwalijk,dat hij de vrijheid genomen had haar bekwaam heden in de hoogte te steken, terwijl zij hier zoo dom leek als een gansje. Den volgenden morgen ging er een brief naar huis vol opgewonden lof uitingen op haar geboorteplaats, maar zij hield zich dapper, geen woord over de geschreide tranen. Maar een ouderoog ziet scherp zij wisten wel, dat hun meisje een trot- schen aard had, maar zij begrepen ook, dat de désillusie gekomen was. Zij voelden met haar doch zonder droefheid omdat zij wisten, want hun zorgeloos meisje nog onbekend was, dat teleurstellingen zoo'n heilzamen invloed kunnen hebben op een karak ter, dat naar 't overmoedige overhelt FRANSCHE DUELS. De ongevaarlijkste tweegevechten zijn de Parijsche, die om de geringste aanleiding worden aangegaan mis schien juist, omdat zij zoo schulde loos zijn. Kogels worden gewisseld, degens worden gekruist, maar bijna nooit wordt een der duellanten ge kwetst; gebeurt het wèl, dan heeft het meest per ongeluk plaats. Toch gaat alles heel deftiv in den vorm, met getuigen en wapenkeuze, een dokter, die hooit hoeft te helpen. Heeft men het afgesproken aantal k gels gewisseld, is het bepaalde aanti rondes geschermd, dan is aan de ei I voldaan De tegenstanders reiken e kaar de hand ter verzoening en t strijd, die zich zoo bloedig liet aai j zien, eindigt in een lekkeren fuif va 1 duellanten en getuigen. De plaat geeft een prachtige, voc zichzelf sprekende parodie van zul I con Fransch duel. De afmetingen der groote oorlogs- en handelsschepen zijn in den iaatsten tijd zoo buitengewoon toegenomen, dat in bijna alle zeestaten de bestaande dokinrichtingen niet meer toereikend zijn en aanmerkelijk vergroote dokken moeten worden gebouwd. Een dok van EEN REUZENDOK. de grootste soort wordt door liet depar tement van marine der Ver. Staten ge bouwd. Op de teekening is het dok voorgesteld, terwijl het het groote Ame- rikaansche slagschip ..Maine" bevat. De afmetingen zijn. als volgt: lengte 525, breedte 126. binnenwijdte 100. grootste diepte 49 1/2 voet. totaal ge wicht 6865 ton. De bodem bestaat uit 3 horizontale, platte pontons. Het dok zal tegenover New Orleans sreplaatst worden. BATEEIJTH. door H. F R E IJ E R. Ook dit jaar trekken duizenden op naar het stadje Bayreuth aan den Rooden Main, om er de reuzenschep- j pingen van den dichtercomponist te 1 bewonderen. Uit alle oorden der we reld komen ze, allen heel verschillende menschen. Deze combineert zijn be zoek aan het Festspielhaus met zijn zomerreisje, die maakt er uit pure nieuwsgierigheid expres een reis voor. De rijke liefhebber gaat er in een ge- j makkelijke luxe-waggon heen, de ar- j me musicus geeft zijn laatste spaar penningen om het voor hem gewijde oord te bereiken. In Bayreuth vindt men gedurende de voorstellingen een internationaal publiek. Alle talen van beschaafde natiën hoort men er spre ken; hotels en pensions hebben geen ruimte genoeg om de gasten te bergen. De plaatsen voor den „Ring" waren dit jaar reeds lang voor het begin der voorstellingen uitverkocht. Met graag te offert ook ieder zijn twintig mark per avond om te genieten of „er van mee te kunnen praten." Bayreuth is de zomersche „publieke vermakelijk heid" van Europa geworden. Richard Wagner heeft het echter nooit zóó bedoeld. Midden in zijn muzikalen arbeid aan de tetralogie overviel den kunstenaar een soort moedeloosheid, die licht is' te verklaren. Een operagezelschap, immers, zou nooit het vraagstuk dur ven ondernemen, een werk uit te voe ren, waarbij het publiek gedwongen is vier avonden achtereen te komen luisteren. Thans zelfs, nu Wagner's scheppingen overal worden opgevoerd, is het nog een gebeurtenis, wanneer men den Ring in zijn geheel te hooren krijgt en het zal dus niemand verwon deren dat de kunstenaar, gesteld dat hij zijn werk opgevoerd wilde zien, van dien kant niets had te verwachten. Maar de dichtercomponist wilde an ders. Zijn werk mocht geen repertoire stuk worden. Hij wilde het niet in af- zonderlijke gedeelten, met groote cou- I pures, zien tot uitvoering brengen voor een schouwburgpubliek, dat in de pau zes lustig de meest interessante ge beurtenissen van den dn? bespreek Op vier achtereenvolgende avonden in een expresselij k daarvoor gebouw den schouwburg, waar men in staa was de grootste technische moeielijk heden te overwinnen en alle wenke van den Meester kon volgen, moest d Ring opgevoerd worden. Daarvoor was natuurlijk hulp, ai tistieke en geldelijke hulp noodig i daarop wachtte Wagner nog tevei geefs. toen hij reeds midden in de com positie van zijn reuzenarbeid was. Bij de uitgave van den tekst vai den Ring had hij het denkbeeld geop perd, dat een Duitsche vorst hem he geld, dat anders aan de hofopera wen besteed, ter beschikking zou geven ei hij, Wagner, daarvoor zijn werk oj zijne manier zou ten gehoore brengen Alles zonder resultaat. De meester, di een opvoering reeds onmogelijk acht te. had het werk reeds geheel ter zijd gelegd, toen eensklaps een vorst hei tot zich riep. Die vorst was Ludwig II koning van Beieren. DE WEERHAAN. Naar het Engelsch van S. BARING GOULD. De winkel van Lydia French stoni tegenover de kerk. Het stadje, of lie ver gezegd het steedsche dorp, hai geen markt, maar tweemaal in 't jaa werd er kermis gehouden op het plein tusschen de kerk en den winkel vai Lydia French. I-Iet waren veemark ten. waar alle boeren bijeenkwamen Bij die gelegenheid zag men ossen rondloopen met hunne staarten in df hoogte en scheeuwende jongen vooi en achter hen. Zij kwamen dan meestal op den muur van het kerkhof of recht op het winkelraam van Lydia French af. Ook hielden de Oddfellows daar hun jaarlijksch feest, waarbij zij met sjer Schetsen van DEKA. Zijn vonnis. Hij had alleen willen gaan naar den dokter. Alleen voel je je altijd veel sterker dan weet je dat je eigen kracht 't em doen moet. Want hij had wel ver wacht dat het komen zou, het vreese- lijke het onafwendbare, dat hij al zoo jaren en 'aren lang bad voelen aan komen, waarvoor hij zijn angst al dien tijd verborgen had gehouden onder een lachend gezicht en opgewekt humeur, hoe wee het hem daar binnen soms ook werd. Nou wist hij eindelijk dan dat h'< niet lang meer te leven had. Dat wil zeggen, zóó had de dokter het hem niet gezegd. Hij wist alleen maar dat hij dezelfde ziekte had als eerst ziin va der. en daarna zijn twee broers en zijn zuster. Die waren er allemaal mee "- gaan. en dat zou voor hem ook wel het eindje wezen. Gek. zoo vreemd kalm als hij er nu onder was. Vóór hij gin' was hij ver schrikkelijk opgewonden geweest. Z<m moeder wist er niets van. en hii had met haar gedold en gelachen, zoodat, zij heelemaal misleid was, en meende niet goed gezien te hebben, dat hij er bleek en lijdend uitzag. Toen was hij schertsend het huis uit gestormd. Twee maal had hij een vierkantje omgeloo- pen voor hij aan het huis van den dok ter dorst aan te schellen, en nog had zijn hand gebeefd. Zonderling deed 'them aan. toen een lief. jong meisje, in een net, zindelHk japonnetje hem opendeel. Had hij dan een cerberus verwacht? Hij wist het niet. De spreekkamer zat vol menschen. Toch was het er heel stilallemaal waren zij met hunne eigen bezwaarde gedachten bezig. Hij nam een tijd schrift van tafel en bladerde er in. hoe wel 't hem niets interesseerde. Maar die benauwende stilte, waarin alleen heel even klonk het getik van vallende droppels in een fonteintje, ergens in de gang. was niet om uit te houden. Geregeld en gewillig gingen de wach tenden om beurten naar achteren als de dokter zijn vroolijk, bebrild gelaat door de deur stak. ..Volgend nummertje," lachte hij dan telkens, en beleefdheidshalve deed de patient het hem flauwtjes na. Dat duurde zoo meer dan een uur. Buiten op de stoep, stond een groote. sterke hond en blafte nijdig en grof tegen 'n smerigen, grooten jonven met een mand. die naar hem sloeg, 't Was of dat harde geluid en die ruwe kracht daar buiten hem pijnlijk aandeden, want hij sloot de oogen en wendde zijn hoofd af. Eindelijk was het zijn beurt geworden; en meteen toen hij opstond uit de crapaud waarin hij had liggen wachten, kwam de kalmte. Hij praatte rustig en doodgewoon met den genees- I heer toen deze hem onderzocht, en' daarna heel voorzichtig en opgewekt aangaf in welke richting zijn ziekte lag. en dat hij nu maar moest zorgen voor dit, en zich wachten voor dat. Even daarna stond hü op de straat, j in de woelige drukte der stad. Karren j j ratelden onmeedoogend en stemmen j I schreeuwden ongevoelig. Maar zoo i groot was zijn kalmte op dit oogenblik dat er zelfs één klein oogenblikje hoop bij hem kwam dat de geneesheer de volle waarheid had geze«"L en dat de kwaal wel vergroeien kon dat er nog wel redding was. Even deed het hem toen pijn, maar hij za<r dat hij die gedachte moest laten varen. Dat was gekheid, daar was geen sprake van. De i guaestie was nu maar moeder met het1 denkbeeld te verzoenen. Dat zou een moeielijke taak zijn, want hij was de eenigst overgeblevene van allen die zü j gehad had. Zou hij naar een vriend toegaan en dezen verzoeken de bood schap voor hem te doen. en z»'** moe der voor te bereiden op den slag die komen moest? Eerst..lachte het denk beeld hem wel toe maar toen hij na- dacht vond hij er geen enkele van zijn j kennissen voor geschikt. Die de boodschap zouden kunnen overbren-1 gen waren te ongevoelig om dat op tactvolle wijze te doen. en zij, die het fijne gevoel er voor hadden, zouden nog minder dan hij zelf in staat zijn te zeggen dat ook hijkom aan, wat was dat nou. kwamen er nu waterlan- j ders? Ja, maar hij had een excuus, 't was niet om zichzelf, 't was om hèar alleen. Hé, daar liep Frans. Zoo, hoe gaat net er mee? Welletjes, welletjes, zoo zijn gewone gangetje hé. 'k Lust nog altijd -een turf. Grappenmaken Nu atjuus. 'k heb niet veel tijd, doe de groeten aan je moeder, "k Kom eens gauw bij jullie oploopen. In lans; niet geweest, maar ik kan het heusch niet helpen. Je De- grijpt. eer dat zoo'n jong huishoud'i'- tje marscheertMaar nou sa ik wer kelijk weg. De rest vertel ik je latei- wel. Adieu! Adieu, en de groeten aan je vrouwtje. Hij liep weer voort, suffende. Zoover was het gelukkig toch niet met hem gekomen. Daar bestond twee jaar ge leden wel kans op. Annie was een lief meisje, en hij wist dat hij haar, men- schelijkerwijs gesproken, zeker had ge lukkig gemaakt, en dat zij ook veel spijt had gehad van de korte, pertinen te weigering van haar papa. Maar, die had de zaken beter ingezien, die wist wat voor vleesch hij in de kuip had. Zou zoo'n man nou gezien hebben dat hij deze ziekte onder de leden had? Je weet het niet, hé, die kooplui, ze hebben zoo'n goed oog. Wat zat daar in z'n zak. O was die vrijkaart voor de operette. Daai moest hij met moeder naar toe. Ze had er zich zooveel van voorgesteld. 1 Kwam niet dikwijls voor dat ze naai de komedie <ringe- bovendien was hel de benefiet van een zanger uit dei jonge-meisjestijd van moe. Dan zou hi het slechte nieuws voorloopig maai heelemaal voor zich houden, 't Wai beter voor hun beiden. Zij zou diep ongelukkig worden en b:' werd maai week van al dat beklag. Zoo deed hij. Maar midden in het stuk schrok h; dien avond opeens op, alsof hij wakkei werd uit een schoonen droom. En toen genoot hij den heelen avond niet meer. Tusschen de kleurige figuren die daai op het tooneel in schitterende kleedine dansten en zongen, zag hij aanhoudend een bleeken jongen man, die la" te wachten op den dood en niet mee mocht doen aan de vreugde, hoewel bi] nog zoo jong en zoo levenslustig was. En die jonge man was hij.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1901 | | pagina 6