Rubriek voor Dames.
FEUILLETON.
Licht en Schaduw.
Trechtervrees.
Sedert Edison's uitvindir"- van den
phonograaf. is den beroemden tooneel-
spelers vaak verzocht, het puikje hun
ner artistieke gaven op de rol te ver
eeuwigen, maar slechts enkelen hebben
de „trechtervrees" ten volle van zich
kunnen werpen. Deze vrees sproot
doorgaans voort uit het bewustzijn,
dat groote nauwkeurigheid een ver-
eischte is. wanneer men in het instru
ment spreekt. Bekende acteurs en ac
trices hieven vaak citaten en dialo
gen. waarmede zij ten volle vertrouwd
waren aan. om bij de meest onbedui
dende fouten schandelijk te blijven
steken. Eenigen tijd "eleden wilden
Charles Wyndham en Miss Man- Moo
re. een dialoo" uit ..The Jest" voor den
phonograaf uitspreken. Vol vertrouwen
naderden zij den trechter en de eer
ste volzinnen liepen uitstekend van
stapel, maar toen zii juist bij de mooi
ste plaats even aarzo1vloog hun
als een bliksemstraal de gedachte door
het hoofd, dat deze pauze niet voor het
oog der buitenwereld verborgen zou
blijven en... zij konden niet verder.
Evenzoo ging het Huntley Wright. Na
dat hij in den Daly-schouwburg hon
derden malen ..The Chinee Sojer Man"
gezongen had. beproefde hij het ook
voor den phonograaf. maar h« kon
slechts enkele woorden uitbrengen. Hij
moest de woorden eerst opschrijven,
voor zij door de rol konden worden
vastgehouden. Bij enkele lieden is de
dramatische actie zelfs noodig. wan
neer zij de zinnen correct in den ge
luidstrechter uitspreken willen. Uitzon
deringen hierop zijn miss St. John.
miss Ada Reeve en miss Edna Ma-
welke laatste, bij het zingen van haar
lievelingsliederen, verschillende malen
niet danste. Toen Edna May het voor
de eerste maal beproefde, ping zii voor
den phonograaf staan, zeggende: ..Wat
Moet ik voor dit dir~ staan? Nu, voor
uit dan maar!" zij had vergeten, dat
al haar woorden vastgehouden werden.
Sydney Barracloueh. van het Lyrische
theater, maakt zelfs een phonograaf-
cursus mede. Hij zingt in de machine
een lied en neemt de mede naar
huis, om zijn voordracht te ciitiseeren
en de fouten in toon of uitspraak te
verbeteren. Wie een levendig tempera
ment heeft, kan onmogelijk zonder be
geleidende handeling zingen. Zij sprin
gen derhalve voortdurend rond en een
gedeelte van het lied gaat zoo natuur
lijkerwijs verloren.
De leugen, gestraft.
Op het marktplein van het stadje
Devizes in het Engelsche graafschap
Wiltshire staat een monument, dat
opgericht is als eene waarschuwing
tegen het liegen. Het draagt het vol-'
gende opschrift
„De Burgemeester en het Stadsbe
stuur van Devizes hebben dit. stevige
bouwwerk opgericht om eene vreese-
-lijke gebeurtenis ter kennis van het
nageslacht te brengen, welke gebeur
tenis plaats had op dit marktplein in
het jaar 1753. Zij honen, dat dit ver
haal moge dienen als eene heilzame
waarschuwing tegen het gevaar van
het lichtzinnig inroepen der goddelijke
wraak, of den heiligen naam van God
aan te roepen om leugen en bedrog te
bedekken.
,Op Donderdag, den 27en Januari
1753. kwam Ruth Pierse. van Posterne,
in dit graafschap gelegen, met drie
andere vrouwen overeen, dat zij op de
markt voor gezamenlijke rekening een
zak tarwe zouden koopen. Eene van
deze vrouwen, die de verschillende bij
dragen van de andere ophaalde, ont
dekte een tekort en eischte van Ruth
Pierse het ontbrekende bedrag. Ruth
Pierse beweerde, dat zij haar aandeel
betaald had, en zeide dat zij wenschtc
dat zij dood mocht neervallen, als het
niet waar was. Zij herhaalde licht-
I vaardig dezen vreeselijken wensch, en
i tot ontzetting van de omstanders viel
zij onmiddellijk neder en gaf den geest,
terwijl zij het geld in hare hand ver-
borgen hield."
Eene politiemacht van
één man.
Er is een land in de wereld, en waar
schijnlijk ook maar één. dat het met
een enkelen politiedienaar kan stellen
dat is IJsland. De bevolking van IJs
land bestaat uit afstammelingen van
de Vikings, waaronder vele beroemde
krijgslieden en belden waren, en zij
j houdt zich zoo getrouw aan de wet.
I dat er geen politie nood'" is. De eénige
I politiebeambte heeft, niettegenstaande
zijne zware verantwoordelijkheid, een
gemakkelijk baanti^ dient meer tot
sieraad en tot waardigheid dan tot nut.
De IJslanders zijn van me' dat
liet niet aangaat eene hoofdstad te
hebben zonder politiedienaar, en daar-
om houden zij er een o- na.
i In één opzicht is de politiemacht
I echter niet gering te achten. Haar ver-
j tegenwoordiger is 6 voet lang, breed
van schouders, en dVaagt eene mooie
uiiiform.
vacature in het stadspolitiecorps. De
sollicitante genoot den machtigen steun
der dames-leden van de matigheidsge
nootschappen, die o.a. te berde brach
ten, dat de dronkaards zich wel scha
men zouden, als zij door eene vrouw
werden in hechtenis genomen. Het is
nog niet bekend, of zij de betrekking
heeft gekregen.
Ook in Engeland werd' het bestuur
van gevangenissen vroeger meermalen
aan vrouwen toevertrouwd, namelijk
in den tijd voordat, de menigvuldige
kleine gevangenissen waren gesloten
en vervangen door een kleinere aantal
groote inrichtingen van dien aard.
Uit dat tijdperk bericht men, dat
toen de gouverneur eöner gevangenis
te Ipswich stierf, zijne vrouw in zijne
plaats werd benoemd, en men voegt
er bij. dat die gevangenis daarna al
tijd aardig vol was. Want de gouver
neur of eigenlijk de gouvernante had,
echt vrouwelijk, de gewoonte om de
gevangenen aan het glazenwasschen
en andere huishoudelijke bezigheden
te zetten en wanneer zij straffen wilde,
sloot zij de gevangenen op in nette cel
len, waarin goede, zindelijke bedden
stonden en waar dan de malcontenten
bijna al hun tijd in vreedzamen slaap
konden doorbrengen.
Vrouwen in mannen-betrek
kingen.
In 1893 was en is misschien no" eene
ongehuwde vrouw cipier der graaf
schapsgevangenis in het graafschap
Kent, Nieuw-Schotland. Men zegt. dat
zij eene vrouw was van indrukwek
kend voorkomen en wel geschikt scheen
om de lastige gevangenen in bedwang
te houden.
Te Kansas City staat eene vrouw aan
het hoofd der brandweer.
Nog sterker: te Leavenwooth, in den
Staat Kansas, is commissaris van po-1
litie zekere mejuffrouw Eva M. Black-
man. welke dame bij die zorgelijke
betrekking nog den tijd kan vinden
om de plaatselijke courant te dirigee-
ren en uit te geven en dat op den leef
tijd van eerst 27 jaren!
Verleden jaar berichtte in Columbia
eene dame aan het stedelijk bestuur,
dat zij zich candidaat stelde voor eene
Het kostte vadeF en moeder heel wat
geldelijke opofferingen om één van
hun zevental buiten de stad op school
te zenden, maar de dorpsmeester had
gezegd: „er zat wat in 't kind" en boven
dien zij was niet gemakkelijk in huis;
er zat een rebellischen aard inhet
1deine juffertje wijsneus, verbeeldde
j zich al er een eigen opinie op na te
houden en die had de eigenaardigheid
i meestal in lijnrechte tegenspraak met
die van vader en moeder of van de
oudere boers of zusters te zijn. Zij ging
dus op haar veertiende jaar het huis
uit, door móéder met tranen in de
oogen nagestaard en door vader weg
gebracht. Zij was haast boos op zich-
I zelf zoo kalm onder dat afscheid te
j zijn; ging toch we van allen die
j haar zoo lief waren.
Toch kon zij niet bedroefd zijn; het
nieuwe lokte. Zij haakte bijna onbe
wust. naai' nieuwe indrukken, haar
geboortedorp werd zoo eentonig. Z"
wilde jonge meisjes leeren kennen uit
de stad zooals ze een enkele maal op
het dorp waren komen logeeren. Meis
jes met iets vlugs, iets vrijmoedigs, dat
haar zoo aantrok, doch dat zij onmo
gelijk zou kunnen nadoen; zij droomde
van een boezemvriendin, die ook haar
al die begeerlijkbeden zou eigen ma
ken en met wie zij dan heerlijk ver
trouwelijk door mooie omstreken zou
wandelen. Mooie natuur behoorde al
tijd en ondeelbaar bij haar illusie-
droomen; zij kon reeds als jong kind
lang in stilte genieten van een schoon
vergezicht en de streek, waar zij nu
heenging was bekend om haar liefelij
ke natuur.
De trein brengt haai' steeds nader
aan het doel, maai- daarmee wordt
j haar stemming er niet opgeruimder
op. Het is haar nu als moest zij telkens
iets wegslikken uit de keel; oo' denkt
j zij dapper, het is zeker die nare siga-
rendamp, want vader vond. dat hij met
zoo'n kind wel „rooken" kon reizen.
De trein fluit, vermindert zijn vaart,
nog een stamp, nog een, een onbe
schrijfelijk knarsend geluid en vader
staat op want de zin is volbracht.
Vreemd, nu is zij toch niet meer in den
J sigarendamp en dat onnawijsbare stuk
blijft maar voor de keel zitten.
Vader heeft veel gereisd, hij kent
j den weg, zij zoeken 't hotel op en bren
gen daarna een bezoek aan de school.
De directrice is vriendelijk maar toch
zij zou het toen niet onder woorden
hebben kunnen brengen, maar nu weet
zij wel. wat het was. dat haar daarin
hinderde. Het was eene vriendelijkheid,
1 die dagelijks tegenover zoovelen ge-
j bruikt werd, terwijl moeder. Ja. zie
je, nu zou zij de tranen in de' oogen
kunnen krijgen, als zij aan moeder
1 dacht. Het bezoek was spoedig afge-
I loopen. want er wachtten andere be-
zoeksters, morgen zou het toelatings
examen zijn.
Een soort van verlichting kwam over
haar, toen de zware deur van het som
bere gebouw in een nauwe straat
dichtsloeg. Nu was ze weer alleen met
vader, hoe heerlijk vrij! Zij gingen sa-
i men eten, echt gezellig en lekker
i en toen wandelen en zij eevoelde zich
als in een paradijs. Wat was de we
reld toch mooi en wat was het toch ver
rukkelijk daarvan eens wat meer te
zien.
Het examen was wel prettig, ofschoon
zij spoedig merkte, dat zij in veel
opzichten te kort schoot en alleen in
rekenen de aspiranten verre de baas
was. Dat kwam door de opleiding op
een dorpsschool, toch slaagde ze hoe
wel niet schitterend. Dienzelfden dag
vertrok vader en toen bleef ze alleen
onder vreemden.
Daar smolten zij weg alle illusies
van vroolijkheid en vrijmoedigheid
van meedoen met die stads meisjes.
Zij waren er wel, zoo als zij ze zich ge
droomd had, maar ze vormden een
clubje, zij waren te zamen op een op
leidingsschool geweest. Zij kenden de
leeraressen en hare medeclubgenooten;
zij bemoeiden zich alleen met elkaar
en amuseerden zich ten koste van de
groentjes. Wat werd er om haai* dia
lect en haar solide maar stijve dorps-
kleeding gelachen! Zij, die thuis en bij
haar medeleerlingen daar ginds zoo'n
hoog woord had gehad, zij stond hier
met haar mond vol tanden en 's avonds
in bed kwamen de waterlanders en dan
dacht zij aan haar versmade dorp en
zij vond plotseling, dat een dorp zon
der mooie omstreken oneindig be
koorlijker was dan een stad, die daar
op wel kon bogen en zij vond die stads
meisjes aanstellerig en zij nam het haar
goeden dorpsmeester kwalijk,dat hij de
vrijheid genomen had haar bekwaam
heden in de hoogte te steken, terwijl
zij hier zoo dom leek als een gansje.
Den volgenden morgen ging er een
brief naar huis vol opgewonden lof
uitingen op haar geboorteplaats, maar
zij hield zich dapper, geen woord over
de geschreide tranen.
Maar een ouderoog ziet scherp zij
wisten wel, dat hun meisje een trot-
schen aard had, maar zij begrepen
ook, dat de désillusie gekomen was.
Zij voelden met haar doch zonder
droefheid omdat zij wisten, want hun
zorgeloos meisje nog onbekend was,
dat teleurstellingen zoo'n heilzamen
invloed kunnen hebben op een karak
ter, dat naar 't overmoedige overhelt
FRANSCHE DUELS.
De ongevaarlijkste tweegevechten
zijn de Parijsche, die om de geringste
aanleiding worden aangegaan mis
schien juist, omdat zij zoo schulde
loos zijn. Kogels worden gewisseld,
degens worden gekruist, maar bijna
nooit wordt een der duellanten ge
kwetst; gebeurt het wèl, dan heeft het
meest per ongeluk plaats.
Toch gaat alles heel deftiv in den
vorm, met getuigen en wapenkeuze,
een dokter, die hooit hoeft te helpen.
Heeft men het afgesproken aantal k
gels gewisseld, is het bepaalde aanti
rondes geschermd, dan is aan de ei
I voldaan De tegenstanders reiken e
kaar de hand ter verzoening en t
strijd, die zich zoo bloedig liet aai
j zien, eindigt in een lekkeren fuif va
1 duellanten en getuigen.
De plaat geeft een prachtige, voc
zichzelf sprekende parodie van zul
I con Fransch duel.
De afmetingen der groote oorlogs- en
handelsschepen zijn in den iaatsten
tijd zoo buitengewoon toegenomen, dat
in bijna alle zeestaten de bestaande
dokinrichtingen niet meer toereikend
zijn en aanmerkelijk vergroote dokken
moeten worden gebouwd. Een dok van
EEN REUZENDOK.
de grootste soort wordt door liet depar
tement van marine der Ver. Staten ge
bouwd. Op de teekening is het dok
voorgesteld, terwijl het het groote Ame-
rikaansche slagschip ..Maine" bevat.
De afmetingen zijn. als volgt: lengte
525, breedte 126. binnenwijdte 100.
grootste diepte 49 1/2 voet. totaal ge
wicht 6865 ton. De bodem bestaat uit
3 horizontale, platte pontons. Het dok
zal tegenover New Orleans sreplaatst
worden.
BATEEIJTH.
door H. F R E IJ E R.
Ook dit jaar trekken duizenden op
naar het stadje Bayreuth aan den
Rooden Main, om er de reuzenschep- j
pingen van den dichtercomponist te 1
bewonderen. Uit alle oorden der we
reld komen ze, allen heel verschillende
menschen. Deze combineert zijn be
zoek aan het Festspielhaus met zijn
zomerreisje, die maakt er uit pure
nieuwsgierigheid expres een reis voor.
De rijke liefhebber gaat er in een ge-
j makkelijke luxe-waggon heen, de ar-
j me musicus geeft zijn laatste spaar
penningen om het voor hem gewijde
oord te bereiken. In Bayreuth vindt
men gedurende de voorstellingen een
internationaal publiek. Alle talen van
beschaafde natiën hoort men er spre
ken; hotels en pensions hebben geen
ruimte genoeg om de gasten te bergen.
De plaatsen voor den „Ring" waren
dit jaar reeds lang voor het begin der
voorstellingen uitverkocht. Met graag
te offert ook ieder zijn twintig mark
per avond om te genieten of „er van
mee te kunnen praten." Bayreuth is
de zomersche „publieke vermakelijk
heid" van Europa geworden.
Richard Wagner heeft het echter
nooit zóó bedoeld.
Midden in zijn muzikalen arbeid aan
de tetralogie overviel den kunstenaar
een soort moedeloosheid, die licht is'
te verklaren. Een operagezelschap,
immers, zou nooit het vraagstuk dur
ven ondernemen, een werk uit te voe
ren, waarbij het publiek gedwongen
is vier avonden achtereen te komen
luisteren. Thans zelfs, nu Wagner's
scheppingen overal worden opgevoerd,
is het nog een gebeurtenis, wanneer
men den Ring in zijn geheel te hooren
krijgt en het zal dus niemand verwon
deren dat de kunstenaar, gesteld dat
hij zijn werk opgevoerd wilde zien,
van dien kant niets had te verwachten.
Maar de dichtercomponist wilde an
ders.
Zijn werk mocht geen repertoire
stuk worden. Hij wilde het niet in af-
zonderlijke gedeelten, met groote cou- I
pures, zien tot uitvoering brengen voor
een schouwburgpubliek, dat in de pau
zes lustig de meest interessante ge
beurtenissen van den dn? bespreek
Op vier achtereenvolgende avonden
in een expresselij k daarvoor gebouw
den schouwburg, waar men in staa
was de grootste technische moeielijk
heden te overwinnen en alle wenke
van den Meester kon volgen, moest d
Ring opgevoerd worden.
Daarvoor was natuurlijk hulp, ai
tistieke en geldelijke hulp noodig i
daarop wachtte Wagner nog tevei
geefs. toen hij reeds midden in de com
positie van zijn reuzenarbeid was.
Bij de uitgave van den tekst vai
den Ring had hij het denkbeeld geop
perd, dat een Duitsche vorst hem he
geld, dat anders aan de hofopera wen
besteed, ter beschikking zou geven ei
hij, Wagner, daarvoor zijn werk oj
zijne manier zou ten gehoore brengen
Alles zonder resultaat. De meester, di
een opvoering reeds onmogelijk acht
te. had het werk reeds geheel ter zijd
gelegd, toen eensklaps een vorst hei
tot zich riep. Die vorst was Ludwig II
koning van Beieren.
DE WEERHAAN.
Naar het Engelsch
van S. BARING GOULD.
De winkel van Lydia French stoni
tegenover de kerk. Het stadje, of lie
ver gezegd het steedsche dorp, hai
geen markt, maar tweemaal in 't jaa
werd er kermis gehouden op het plein
tusschen de kerk en den winkel vai
Lydia French. I-Iet waren veemark
ten. waar alle boeren bijeenkwamen
Bij die gelegenheid zag men ossen
rondloopen met hunne staarten in df
hoogte en scheeuwende jongen vooi
en achter hen.
Zij kwamen dan meestal op den
muur van het kerkhof of recht op het
winkelraam van Lydia French af.
Ook hielden de Oddfellows daar hun
jaarlijksch feest, waarbij zij met sjer
Schetsen van DEKA.
Zijn vonnis.
Hij had alleen willen gaan naar den
dokter. Alleen voel je je altijd veel
sterker dan weet je dat je eigen kracht
't em doen moet. Want hij had wel ver
wacht dat het komen zou, het vreese-
lijke het onafwendbare, dat hij al zoo
jaren en 'aren lang bad voelen aan
komen, waarvoor hij zijn angst al dien
tijd verborgen had gehouden onder een
lachend gezicht en opgewekt humeur,
hoe wee het hem daar binnen soms ook
werd.
Nou wist hij eindelijk dan dat h'<
niet lang meer te leven had. Dat wil
zeggen, zóó had de dokter het hem niet
gezegd. Hij wist alleen maar dat hij
dezelfde ziekte had als eerst ziin va
der. en daarna zijn twee broers en zijn
zuster. Die waren er allemaal mee "-
gaan. en dat zou voor hem ook wel het
eindje wezen.
Gek. zoo vreemd kalm als hij er nu
onder was. Vóór hij gin' was hij ver
schrikkelijk opgewonden geweest. Z<m
moeder wist er niets van. en hii had
met haar gedold en gelachen, zoodat,
zij heelemaal misleid was, en meende
niet goed gezien te hebben, dat hij er
bleek en lijdend uitzag. Toen was hij
schertsend het huis uit gestormd. Twee
maal had hij een vierkantje omgeloo-
pen voor hij aan het huis van den dok
ter dorst aan te schellen, en nog had
zijn hand gebeefd.
Zonderling deed 'them aan. toen een
lief. jong meisje, in een net, zindelHk
japonnetje hem opendeel. Had hij dan
een cerberus verwacht? Hij wist het
niet.
De spreekkamer zat vol menschen.
Toch was het er heel stilallemaal
waren zij met hunne eigen bezwaarde
gedachten bezig. Hij nam een tijd
schrift van tafel en bladerde er in. hoe
wel 't hem niets interesseerde. Maar
die benauwende stilte, waarin alleen
heel even klonk het getik van vallende
droppels in een fonteintje, ergens in
de gang. was niet om uit te houden.
Geregeld en gewillig gingen de wach
tenden om beurten naar achteren als
de dokter zijn vroolijk, bebrild gelaat
door de deur stak.
..Volgend nummertje," lachte hij dan
telkens, en beleefdheidshalve deed de
patient het hem flauwtjes na. Dat
duurde zoo meer dan een uur. Buiten
op de stoep, stond een groote. sterke
hond en blafte nijdig en grof tegen
'n smerigen, grooten jonven met een
mand. die naar hem sloeg, 't Was of
dat harde geluid en die ruwe kracht
daar buiten hem pijnlijk aandeden,
want hij sloot de oogen en wendde zijn
hoofd af. Eindelijk was het zijn beurt
geworden; en meteen toen hij opstond
uit de crapaud waarin hij had liggen
wachten, kwam de kalmte. Hij praatte
rustig en doodgewoon met den genees-
I heer toen deze hem onderzocht, en'
daarna heel voorzichtig en opgewekt
aangaf in welke richting zijn ziekte
lag. en dat hij nu maar moest zorgen
voor dit, en zich wachten voor dat.
Even daarna stond hü op de straat, j
in de woelige drukte der stad. Karren j
j ratelden onmeedoogend en stemmen j
I schreeuwden ongevoelig. Maar zoo
i groot was zijn kalmte op dit oogenblik
dat er zelfs één klein oogenblikje hoop
bij hem kwam dat de geneesheer de
volle waarheid had geze«"L en dat de
kwaal wel vergroeien kon dat er
nog wel redding was. Even deed het
hem toen pijn, maar hij za<r dat hij die
gedachte moest laten varen. Dat was
gekheid, daar was geen sprake van. De i
guaestie was nu maar moeder met het1
denkbeeld te verzoenen. Dat zou een
moeielijke taak zijn, want hij was de
eenigst overgeblevene van allen die zü j
gehad had. Zou hij naar een vriend
toegaan en dezen verzoeken de bood
schap voor hem te doen. en z»'** moe
der voor te bereiden op den slag die
komen moest? Eerst..lachte het denk
beeld hem wel toe maar toen hij na-
dacht vond hij er geen enkele van zijn j
kennissen voor geschikt. Die de
boodschap zouden kunnen overbren-1
gen waren te ongevoelig om dat op
tactvolle wijze te doen. en zij, die het
fijne gevoel er voor hadden, zouden
nog minder dan hij zelf in staat zijn
te zeggen dat ook hijkom aan, wat
was dat nou. kwamen er nu waterlan- j
ders? Ja, maar hij had een excuus, 't
was niet om zichzelf, 't was om hèar
alleen.
Hé, daar liep Frans.
Zoo, hoe gaat net er mee?
Welletjes, welletjes, zoo zijn gewone
gangetje hé. 'k Lust nog altijd -een
turf.
Grappenmaken Nu atjuus. 'k heb
niet veel tijd, doe de groeten aan je
moeder, "k Kom eens gauw bij jullie
oploopen. In lans; niet geweest, maar
ik kan het heusch niet helpen. Je De-
grijpt. eer dat zoo'n jong huishoud'i'-
tje marscheertMaar nou sa ik wer
kelijk weg. De rest vertel ik je latei-
wel. Adieu!
Adieu, en de groeten aan je vrouwtje.
Hij liep weer voort, suffende. Zoover
was het gelukkig toch niet met hem
gekomen. Daar bestond twee jaar ge
leden wel kans op. Annie was een lief
meisje, en hij wist dat hij haar, men-
schelijkerwijs gesproken, zeker had ge
lukkig gemaakt, en dat zij ook veel
spijt had gehad van de korte, pertinen
te weigering van haar papa. Maar, die
had de zaken beter ingezien, die wist
wat voor vleesch hij in de kuip had.
Zou zoo'n man nou gezien hebben dat
hij deze ziekte onder de leden had?
Je weet het niet, hé, die kooplui, ze
hebben zoo'n goed oog.
Wat zat daar in z'n zak. O
was die vrijkaart voor de operette. Daai
moest hij met moeder naar toe. Ze had
er zich zooveel van voorgesteld. 1
Kwam niet dikwijls voor dat ze naai
de komedie <ringe- bovendien was hel
de benefiet van een zanger uit dei
jonge-meisjestijd van moe. Dan zou hi
het slechte nieuws voorloopig maai
heelemaal voor zich houden, 't Wai
beter voor hun beiden. Zij zou diep
ongelukkig worden en b:' werd maai
week van al dat beklag.
Zoo deed hij.
Maar midden in het stuk schrok h;
dien avond opeens op, alsof hij wakkei
werd uit een schoonen droom. En toen
genoot hij den heelen avond niet meer.
Tusschen de kleurige figuren die daai
op het tooneel in schitterende kleedine
dansten en zongen, zag hij aanhoudend
een bleeken jongen man, die la" te
wachten op den dood en niet mee
mocht doen aan de vreugde, hoewel bi]
nog zoo jong en zoo levenslustig was.
En die jonge man was hij.