SCHAAKSPEL. Prijsraadsel. u niet met hetgeen misschien De Czaar van Rusland zal dan voor de tweede maal Frankrijk bezoeken omstreeks halt September, 't Bericht van het bezoek is te Parijs officieel ontvangen uit St. Petersburg. Caran d'Ache stelt de ontvangst van de blüde boodschap voor als volgt: H IJ KOMT. Frankrijk als infanterist ziet een ze zijn tiende jaar verscheidene werken kwel de studie der wis- en sterrenkunde. vond uit zichzelf verscheidene oplos singen: vond een methode uit om den afstand op zee te berekenen en werd op zijn veertiende jaar lid der aca demie van Berlijn. Hij bestudeerde terzelfder tijd het publiek recht,, de literatuur en de oudheid. Hij publi- ceerde werken .die zeer beroemd wer den en het nog zijn. Hij stierf reeds q gjj heerlijke, gezegende arbeid! op 19-jarigen leeftijd. j Wel den mensch, die op de hem aan- Toen Kardinaal Messofanti nog een gewezen plaats in staat is nuttig te jong priester was. werd hij op zeke- zjjnj Wanneer wij werken, vergeten ren dag geroepen om twee zeeroovers, wjj den |as^ des ievens, en dat is mis- die ter dood waren veroordeeld, en schien nog het beste van alles. En dan die nog slechts vierentwintig uren I de schoone rusturen in het bewustzijn te leven hadden, de biecht te hooren. van vervulden plicht, hoe zoet zijn die! P IT Z Z T. TT. Is 't groote u niet vergund. Wees daarom niet. verdrietig. Noch noem uw dagtaak nietig. Als gij slechts 't kleine kunt; 't Kan groot zijn voor den Heer! Ook 't needrig kruid der heide. Ook 't grasbloempje op de weide, Zij bloeien tot Gods eer. Hij begeeft zich aanstonds naar hen toe, maar beide misdadigers spreken een taal. die hem volkomen onbekend I is. Hoe nu zijn werk van barmhar- I tigheid uit te oefenen? Troosteloos kroonden adelaar komen aanvliegen, i gjng hij naar huis. toen hij juist een Het dier heeft een olijftak, sym-1 granmiaire en een woordenboek in de bool van den vrede - want Rusland i|er zeeroovers v„nd. Hij studeer- heeft immers een vredesczaar de klauwen: in den bek een brief met het heuglijk nieuws Ik vond juffrouw Loita in haar win keltje. Zij zal ongeveer 30 jaar oud ge weest zijn en had een recht plezierig, ofschoon eenigszins verweerd gelaat. Ik deelde haar toen' het gelu' dat haar zoo onverwachts ten deel was gevallen mede en de voorwaarde, die er bij ge steld was, zonder haar te vertellen, aan wie zij al dat geluk te danken had. Juffrouw Lotta kreee bijna eene flauwte van blijdschap. Zooals men zich kan voorstellen, nam zii met al-\ les genoegen en drong er bü miï op aan. dat ik als bewijs van dankbaar heid voor de verblijdende boodschap een half dozijn van hare versche drab- belkoekjes zou meenemen. Van juffrouw Lotta rif» ik dadelijk naar den kleermaker dien ik vlijtig naaiende op zijne tafel von'1 terwijl hij een vrbolijk wijsïe neuriede Holm, dichter bij d? 40 dan bii dei 30 jaar. had een gezond, flink uiter- lijk. Zonder veel omhaal deelde ik ook hem het verblijdende nieuws mede. I Eerst staarde hij mij met open mond verwonderd aan: daarna s-urm» hij vlug van de tafel, greep mij bij de mou wen van mijne jas en danste zoo met j mij in de rondte, totdat ik eindelijk zoo duizelig werd. dat ik uit"unit op eene oude bank neerviel. Ongelukkig vermorzelde ik tegen de harde leuning de drabbelkoeken van u iff rouw Lotta. zooclat daarvan niet veel overbleef. Zoo vlug. mogelijk trok de lapper zij ne Zondagsche kleederen aan en ging hals over kop naar het mangelhuis in de Fredèrikstsaat. Wees zoo goed1 en geef mij voor 30 cents taartjes, riep hij tot juffrouw Lotta, en daarbii op den koop toe je hart en hand! Watlwie zijt gij? stamnde juffrouw Lotta blozende'. Holm, antwoordde hij, kleerma ker van beroep, maar van hart en ziel eerlijk en trouw tot in den dood. Daarna namen zij elkander een poos je op zonder een woord te zeggen. Misschien vond de kjeerenmaker juffrouw Lotta's neus wat kort en te breed, evenals zij den zijnen te lang en spits vond: maar in het huwelijk behooren de twee één te ziin met in begrip van de neuzen, zoodat, wat bij den een te veel is. de plaats moet aan vullen van wat de tweede te weinig heeft. Ik trouwde dit paar, en nadat ce plechtigheid was afgeloopen gaf ik aan de jonggehuwden de 5000 rijks daalders tegen quitantie. welke ik daarna aan ..arme Lise" bracht, die hijzonder tevreden scheen met haar werk. Holm begon eene groote kleerma kersaffaire en was na verloop van ee- nigen tijd een van de eerste kleerma kers van Stockholm. Juffrouw Lotta kon zich zeer goed in haar nieuwen werkkring schikken en wer zooals te verwachten was. eene goede echt- genoote en moeder. Aan wie zij dit eluk te danken had den. zouden zij pas na den dood hun ner weldoenster vernemen. Na verloop van ongeveer 5 a 6 jaar na het huwelijk werd ik bii de arme Lise geroepen, die stervende was. Zij had in die laatste jaren nog ruim 100 rijksdaalders overgespaard, welke zij mij verzicht op den dag harer begra fenis onder de armen - het armenhuis van hare wijk te verdeelen- Eerst had ik gedacht, dit geld ook aan Holm en zijne vrouw te verma ken. sprak ze, maar voegde er al zuch tende bij: Hoe meer de mensch krijgt, des te gieriger wordt hij. Hebt gij reden om ontevreden op de familie llolm te zijn? vroeg ik. P, neen. dat niet bepaald, ant woordde zij, maar in de laatste jaren waren zij toch niet zoo vriendelijk voor mij als vroeger. Soms vonden zij, dat ik te dikwijls kwam, als ik tweemaal in de week aanbelde. Maar zoo gaat het nu eenmaal in de wereld; men moet zich daar maar niet meer over verwonderen. Hoe meer goud, hoe minder hart ;hoe schooner uitwendig, hoe slechter inwendig. Maar misschien moet het zoo zijn om het evenwicht te bewaren, anders waren de rijken te gelukkig en de armen al te beklagens waardig. God weet wel. hoe het het beste voor ons is hier op de aarde, en 1 de den geheelen nacht. Daarna keer- de hij naar de gevangenen terug en sprak hen toe; zij begrepen hem en i hij begreep wat zij zeiden. Hij had j slechts één nacht noodig gehad om daarom heb ik ook nooit over mijn een taaj voldoende te leeren om zich lol geklaagd, beste dominee, steende daarin verstaanbaar te kunnen ma zij met hare gewone smeekende stem. j ken ()p vijftig-jarigen leeftijd kende Ik krijg toch zeker eene kostelooze een vijftigtal talen. Het was waar- kist en begrafenis? want ik ben zoo hjjjj wonderlijk hem te zien te midden arm, zoo arm. zoo arm. Als bloemen geuren in het schemer avonduur, Als vriendelijk starrenlicht aan 's he mels diep azuur. Zoo stil en zacht omzweeft in later da gen Herinn'ring ons met innig welbehagen. En nooit verbleekt de glans van haar bekoorlijk licht Waarnaar in 's levens strijd de moede ziel zich richt; Nooit wordt zij ontrouw als zooveel op aarde, Maar blijft den mensch een schat van hooge waarde. Het is mijn vaste overtuiging, dat de I vrouwen mettertijd veel uitstekender Waar is de landlooper Wonderlijke heugenis. Gladstone. I van een kring personen van verschil- redenaars zullen worden dan de man- I lende nationaliteit, en nu eens deze. nen. dan gene aansprekend, telkens in een andere taal zonder zich ooit. te ver-1 j gissen. Leo XIII bezit ook een buitengewoon geheugen. Op zekeren dag bood een zijner kamerheeren hem een zeer oude en zeldzame editie aan van de Het volgende moge dienen als cu rieuze staaltjes van het wonderlijke geheugen van verschillende beroem de mannen uit den ouden zoowel als uit den nieuwen tijd. Themistocles kende alle namen der I inwoners van Athene, die op zijn minst machl,g te worden" Ue paus 40,000 in getal waren. ALLERLEI. ..Divina Comedia", die hij voor de 1 Vaticaansche bibliotheek had weten hem geluk daarmee en voegde er Cyrus, koning van Perziè, kende het daa™a gelaat en clen naam van zijn 30,000 soldaten. Seneca onthield tot bij de 2000 woor den en zeide ze daarna op in de orde, waarin hij ze gehoord had. De rechtsgeleerde Marc-Antoine Mu- ret sprak voor een Corsicaan een groot aantal Latijnsche, Grieksche. Bar- baarsche en verzonnen namen uit. De Corsicaan herhaalde ze alle zonder zich te vergissen. George Cuvier onthield alles wat hij gelezen had, zelfs wist hij in welk boek en op welke bladzijde het stond. Mithridates, koning van Pontus, ken de de twee-en-twintig talen, die in zijn rijk gesproken werden. Crassus sprak de vijf dialecten der Grieksche taal. Theodectus herhaalde zooveel ver zen als men wilde, nadat hij ze slechts éénmaal gehoord had. Cesar dicteerde aan zijn secretaris sen vier brieven tegelijk over de be langrijkste zaken en zelfs zeven, in dien hij niet door andere bezigheden verstrooid werd. De H. Hiëronymus sprak de He- breeuwsche, Chaldeeuwsche, de Griek sche, Latijnsche en de meeste Ooster- sehe talen. De H. Antonius, aartsbisschop van Tours, kende alle decreten der conci lies. De H. Thomas van Aquine vergat niets gedurende zijn leven, kende den bijhei van buiten en citeerde steeds de H. Vaders en de oningewijde schrij vers van buiten. Henri Dilson kon geheele preeken onthouden en ze na verscheidene ja ren zonder een fout herhalen. De kluizenaar Gregorius Lopez kende al de boeken van buiten, die hij eens gelezen had. Pic de Mirandole kende op 18-jari- gen leeftijd twee-en-twintig talen en Ik kan van het begin tot het ein de geheel de Divina Comedia" op zeggen; beproef maar mij vast te zet ten. De prelaat wees een groot aantal passages aan, doch de paus aarzelde geen oogenblik. Nu en dan hield hij op om op de schoonheid van sommige verzen, te wijzen, daarna zeide hij zonder moeite het vervolg der verzen op. George III, koning van Engeland, bezat een wonderlijk geheugen van menschen. Het was voldoende dat hij een persoon eenmaal zag om hem ge- Ook een specialiteit. De speelgoedfabrikanten m Oosten rijk bepalen zich in de uitoefening van hun vak tot het maken van de bijzondere artikelen, waarin zij uit munten. Zoo is er bijv. eene werk ster eene oude vrouw die katten, honden, wolven, schapen, geiten en olifanten maakt. Haar leven lang heeft zij die zes dieren gemaakt, en zij heeft er geen begrip van iets anders te maken. Zij maakt ze in twee groot ten en levert er jaarlijks ongeveer I 1000 af. Zij heeft geen model of teekening, waarnaar zij werkt, maar gaat gere- I geld zonder fouten te maken voort, gebruikt maten van verschillende grootten en geeft den dieren den ver- I eischten vorm, met eene gemakkelijk heid en getrouwheid aan de natuur, drinkwater onbruikbaar maakten. Maar dat is nu uit. „De malle" heeft het haar afgeleerd. Hij legde twee even wijdig loopende draden rondom den waterbak en laadde die met tegenover gestelde electriciteiten. Daarna strooi de hij broodkruimeltjes in de nabijheid en toen nu de torren aankwamen en hare pooten op de draden zetten, wer den zij tot asch verbrand." In dezen torren-verdelger lag de kiem voor het latere gloeilicht opgesloten. Heel wat anders. ,Neem me niet kwalijk, is u de hoofdredacteur?" vroeg een forsche vrouw, een dagbladbureau binnentre dende. „We hebben geen verzen noodig. dank u." „Ik kom niet om „Ja, jad ik weet het wel. Ik heb nu geen tijd om te hooren." „Maar ik zeg u, dat ik niet „Hoor eens, juffrouw. Hoe ben je hier binnengekomen? Ik heb buiten een man staan, die er op gehuurd is om alle dichtduivels van de trap te werken." Je lijkt wel gek, mijnheer! Ik ben geen dichtduivel. Ik heb uw knecht zooeven met zijn hoofd naar omlaag in een aschvat gestoken, en als je nog verder zoo tegen me spreekt, doe ik het u ook. Ik ben de baker, dat ben ik. De dokter heeft me gezegd, dat ik gauw hier naar toe moest loopen om u te zeggen, dat het kind een jongen is, dat het 9 pond weegt en dat uw vrouw verlangt, dat u dadelijk thuis komt om het te zien." „Mensch! waarom heb je dat niet eer gezegd? Waar is mijn hoed?" j die men kunstig zou kunnen noemen, durende het overige van zijn leven te als zi] alles niet louter machinaal deed. Zij heeft van hare moeder ge leerd hoe zij die dieren moest maken, en hare moeder heeft het van hare herinneren. Een Canadees, Charles de Lanau- dière, die toentertijd nog in diénst was van Frankrijk, had zijn oom, graaf De Boishebert, die belast was met een diplomatieke zending bij het Engelsche hof, vergezeld, en werd aan koning George III voorgesteld. Vijf tien jaren na dit onderhoud met den koning van Groot-Brittannié, werd hij opnieuw aan dezen voorgesteld, maar grootmoeder geleerd, De oude vrouw heeft het nu weer aan hare kleindoch ter geleerd, en zoo zal het van het eene geslacht op het andere overgaan. In sommige huizen wonen gezinnen, die hobbelpaarden, poppen of ander speelgoed maken, en weer in andere j j 1 huizen wonen gezinnen van schilders, toen als Engelsch onderdaan. De ko-i,. I Lr is een huis. waar twaalf meisjes mng herkende hem aanstonds en zei i ziin. die bruine paarden met zwarte tot hem in de Fransche taal: i T T-. 1 spikkels schilderen. In een ander huis Gij zijt vroeger als Fransch on- worden alleen roode paard®» met witte derdaan aan mij voorgesteld, maar ik j ben gelukkig dat gij het thans zijt als een mijner onderdanen. Daarna voegde hij er bij, terwijl hij i zich van de Engelsche taal bediende: Ik vergat, dat gij het Engelsch even goed machtig zijt als het Fransch. En hij zette het gesprek in deze taal j voort. spikkels geschilderd. Zadels en hoofd stellen beschilderen is een afgeschei den tak van het vak. Eene goede werk ster schildert twaalf dozijn paarden op een dag, elk paard van ongeveer een voet lengte, en daarvoor worden haar zestig soldi of ongeveer een halve kroon hetaald. Van alle tijden. Voor alle tijden. Edison als jongen. Toen Edison zeventien jaar oud werd hij na een van zijn proeftochten geplaatst op het kantoor van de Wes tern Union Telegraph Company te Cin- Iemands tijd afwachten, is altijd het cinnati, waar hij om zijn dwepen met ijste, wat hij doen kan, en men hoeft electriciteit en zijne voorspellingen bladzijden in hun natuurlijke orde of njet met de handen over elkaar te zit. omtrent haar toekomstige macht den van achteren naar voren, nadat bit i ten luiaren en jammeren; de hemel bijnaam ..de malle" kreeg, welken een boek driemaal had hooren lezen. weet, dat er verdriet genoeg is in de naam hij behield, zelfs nadat zijn roem wereld, waar een mensch, die tijd heeft reeds gevestigd was. wat aan doen kan, en daar zijn juist „Wij hebben bij ons op kantoor een herhaalde de woorden van geheele wijste wat hij doen kan en men hoeft De Duitscher Muller sprak twin tig talen. "W ïllem Postel kon de reis om de ongetrouwde vrouwen voor in de wieg allerzotsten vent," zeide de directeur wereld maken zonder tolk. Jozef Scaliger leerde den geheelen Homerus in twintig dagen. Raymond Lulle, die vier duizend werken geschreven heeft, vond nog fiid om Grieksch en Arabisch te leeren. Indien men Rossi een of ander vers van Dante, van Petrarca of van Tasso voorlas, kon hij aanstonds de honderd volgende verzen opzeggen. Lopez de Vega maakte vijftienhon derd blijspelen in verzen, driehonderd drama's. 10 epische gedichten, acht novellen in proza en een groote me nigte andere werken en had nog tijd, om Grieksch, Latijn, Italiaansch. Por- tugeesch. Fransch en Engelsch te lee-j ren. Postel, de beroemde professor ten tijde van Frans I. die te arm was om leeraars te hebben, onderwees zichzelf geheel alleen. Hij leerde het He- breeuwsch met behulp van een een voudig alphabet. Verbonden aan een commissie, die Frans I naar Turkije zond. werkte hij zoo ijverig dat hij gedurende zijn reis twintig talen leerde. Baratier sprak op zijn vierde jaar Fransch en Duitsch, gelegd. L. Alcott. De hand den ploeg. Nieuwe denkbeelden zijn de vreemde munten, welker waarde door het groo ts publiek niet met juistheid kan wor den geschat. Loop uwe zorgen niet vooruit en van het telegraafkantoor eens tot den redacteur van het Handelsblad van Cincinnati: „hij doet allerlei rare din gen. Het zou mij niei. verwonderen, als hij nog eens beroemd werd. Verbeeld u wat hij laatst weer heeft uitgedacht. Wij werden al eenigen tijd geplaagd door groote zwarte torren, die ons Dubbelzinnig grafschrift. Een weduwnaar, die niet bijzonder eendrachtig met zijne vrouw had ge leefd, vroeg aan een vriend voor haar een grafschrift, 't Werd hem gegeven en is nog op de begraafplaats te Bin- gen'te lezen, aldus: Wohl auch die stille Haüslickheit 1st. eines Denkmals werth; Ihr sei es hier von mir geweiht. Und wer die Tugend ehrt, Auch in dem einfachen Gewand, Mir, meinem Schmerz ist er ver- wandt. Het ondeugende hiervan werd eens na jaren ontdekt, toen men opmerkte, dat de eerste woorden zijn: „Wohl ist ihr und auch mir. GOEDE DEFINITIE. Neefje: ..Wat is eigenlijk toch poda gra, Oom Jan?" Oom Jan: „Wel beste jongen, dat kan ik je tot mijn spijt, heel precies zeggen: als je podagra hebt, dan heb je een gevoel of je loopen moet en geen voe ten hebt en of je werken moet er geen handen, maar tegelijk héb je in tien. paar voeten en in tien paar han den pijn!" OOK EEN MASKER. Officier luit de hoogte tot burger): „En gaat u óók naar het bal masqué. In welk kostuum zal men u daar zien verschijnen?" Heer: „Als officier in politiek!" VERSTROOID. „Is u Zondagavond nog uit geweest. Professor?" „Neen, ik ben thuisgebleven. En u?" „Ik was óók denheelen avond thuis?" „Welzoo! Vreemd, dat we elkander dan niet gezien hebben!" WEL EENS WAAR. „Wat verstaat men onder emancipa tie?" „Als er geen om je komt!" OUDE MUSICI. Twee bekenden theorie-leeraren ont moeten elkander en wisselen de vol gende begroeting: „Zoo, kwintenzoeker!'.' „Zoo, kartjesvinder!" ONBEWUSTE ZELFCRITIEK. Eenigedames zaten op een avond bij elkander en spraken over de-' deugden harer respectieve echtgenooten. „Mijn man," zei eene der dames, drinkt niet, vloekt nooit; kortom: hij heeft geen slechte aanwendsels." Rookt hij ook niet?" vroeg eene an dere. Ja; hij houdt veel van een sigaar na een goeden maaltijd. Maar ik ge loof, dat hij gemiddeld niet meer dan eenmaal in de maand' rookt." De dame kon maar niet begrijpen, waarom hare vriendinnen zoo lachten! Uit den Moppentrommel, Een maai-automobiel. Geen tak van bedrijf, of de automo- lijke kwaliteiten moeten des te beter biel. het rijtuig der 20ste eeuw, dringt zijn. Zij wordt in beweging gebracht kende op zijn en zich in. Zoo is nu in den handel ge- door een petroleum-motor van 10 paar- vijfde jaar Latijn, met zijn zevende j bracht een maai-automobiel, die bij dekrachten en de bediening er van is jaar Grieksch en Hebreeuwsch. bestu-1 den oogst goed werk kan doen. De auto te leeren door ïederen landarbeider met deerde de joodsche boeken en de ker- J is op de teekening afgebeeld en niet gezond verstand, kelijke geschiedenis en schreef van af mooi van uiterlijk, doch haar inner- UIT LOGEEREN. „Ja, aan oude dingen hecht je! Zoo zou ik niet graag het horloge willen missen, dat mijn vader altijd droeg, toen hij nog een ongetrouwde jongen was?" „Mag ik het eens van je zien?" „Met plezier! Maar 't is waar, het is op het oogenblik bij bij mijn va ders broer!" IN STILTE. Een heer, die bij een kanoer kwam om zijn haar te laten knippen, werd door den babbelgragen artist "evraagd hoe hij het wilde gedaan hebben. „In stilte" luidde het antwoord. GEPAST ANTWOORD. Z-ij: „Wat zei Hij: ..Hij wees mij de deur." Zij: „En wat zei jij toen?" Hij: „Ik zei, dat ik het wel een moeie deur vond; maar dat ik niet -«komen was om daérover te praten Dat maak te hem aan 't lachen, en -minuten later gaf hij zijn toestemming." PROBLEEM No. 17. ZWART. Wit speelt en geeft in twee zetten mat. Oplossingen worden vóór 16 Septem ber ingewacht aan het adres van den redacteur dezer rubriek, Jhr. A. E. van Foreest. Atjehstraat 134, te Den Haai Oplossing van Probleem No. 15. 1 Dd2. TfB, 2 Ddl, KbS, 3 Ddöf enz. TeS, 3 Da4f enz. Th8, 3 Dalf enz. ThS, 2 Da5f, Kb8. 3 Da5t enz. Kb8, 2 Df4f, Ka8, 3 De4f enz. Overige varianten gemakkelijk. Goede oplossing ontvangen van W. v. B. Jr., te Haarlem. Op onze vorige prijsvraag: Een 12 regelig versje op Koninginnedag wa ren 22 antwoorden ingekomen. Het aardigste leek ons dat van den heer G. J. KOK Jr. die het volgend versje had ingezonden. De prijs ligt Maandag a.s. ter be schikking voor den winner aan ena Bureau, Kampersingel 70. Deze week vragen wij een 16-regelig versje op den naderenden herfst. Antwoorden worden ingewacht tot en met Woensdag as.. Al9 prijs lovei wij uit een KOP EN SCHOTEL. Feest Eén geest Maakt heel 'tland Tot een feest-warand' Alom doen blijde klanken Van loven en bidden en danken Zich jubelend hooren hoog het luchtruim door, Als een machtig geheeleen vaderlandsch koor O dat feestlied van 'tvolk Zij en blijve Uw tolk Van Nederland's min. Koningin

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1901 | | pagina 8