NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Meestgelezen. Dagblad, .in Haarlem en Omstreken.
Dedoodevanden
zwarten koffer.
19e Jaargang
Woensdag 13 November 1901.
No. 563?
HAARLEM'S DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Voor Haarlem per 3 maanden ƒ1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente),
per 3 maanden1.30
Franco door het geheele Rqk, per 3 maandenL65
Afzonderlijke nummers0.02%
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.37%
de omstreken en franco per post 0.45
ADVERTENTIEN
Van 15 regels 50 Gta.; iedere regel meer 10 Ots. Buiten het Arrondissement Haarlem
is de prijs der Advertentiën van 1—5 regels 0.75, elke regel meer 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte. Bg Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 30 Cent per regeL
Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Kampersingel 70, vlak bjj de Turfmarkt.
Telefoonnummer der Redactie 600. Telefoonnummer der Ad min in tralie UW.
Intercommunale aansluiting.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertent!
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Dit blad verschijnt dagelijhs, behalve op Zon- en Feestdagen
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangïr§ Q. L. DAUBE Co. JOHN F. JONE§a §>ucc., Parijs 31Faubourg Montmartre.
_-.imf.j_ aüiji JuniflUi-
Haarlem's Dagblad Tan 13 Not.
borat o.a.
Bennet Burleigh als l'enfant
terrible, De Nederlandsche en
Fransche eischen, Dr. Leyds te
Berlijn, De Boycot, lletbovenzin-
delijke, Prov. Staten ?an Noord-
Holland.
Politiek Overzicht
Het schijnt alsof aan de bijzonder
heden over het gevecht bij Bakenlaag
te maar geen eind zal komen. Nu
heeft Bennet Burleigh, de bekende
oorlogscorrespondent van de „Daily
Telegraph" weer een lang telegram
aan zijn blad gezonden, in welk tele,
gram hij nogal „l'enfant terrible"
speelt en dingen verklapt die de mi
litaire autoriteiten naar alle waar.
schijnlijkheid liever hadden veVzwe-
gen. Zoo vermeldt hij o. m. dat de
Boeren ook een aantal Engelschen
gevangen hebben genomen, die echter
later „bevrijd" werden. Ook is hij zoo
onbescheiden om te verstaan te geven
dat de Boeren alle gelegenheid! had
den om de gewonde en doode Engel
schen van hun geweren en ammuni
tie te berooven, niettegenstaande Kit.
chener verzekerd heeft dat de Boeren
liets dan de twee kanonnen machtig
hebben kunnen worden. Ziehier wat
Bennet Burleigh aan verdere bijzon
derheden seint
Kolonel Mackenzie heeft het bevel
aanvaard over de colonne van wijlen
kolonel Benson. Deze laatste, die
eep. zeer dapper soldaat was, kreeg
drie wonden in zijn laatste gevecht.
Hij bleef bij kennis tot het laatste
en werd binnengebracht en stierf bin-
nen de geïmproviseerde borstweringen
van het kamp te Bakenlaagte.
Vele van de kanonniers, van de
manschappen die het geleide Van de
kanotinen vormden en van de Scot
tish Horse sneuvelden. De officieren
en manschappen waren elk met ge
middeld acht kogels doorboord.
In een stortregen deed Louis Bo
tha, die in 24 uren 100 K.M. had af
gelegd, onverwacht met 700 Boeren
een charge op onze achterhoede en
de twee kanonnen.
De Boeren werden begunstigd door
een inzinking in het terneim, die hun
dekking verschafte. Zij galoppeerden
tot op 40 meters afstand van de ka
nonnen. Terwijl zij te paard zaten en
hun hoofd alleen zichtbaar was, open
den de Boeren een geweervuur op de
achterhoede. Geen van beide kanon
nen was in deze richting geplaatst, en
ongelukkig waren de drie compag-
uiën Buffs niet in slagorde uitgebreid
over het hooge terrein ten westen van
de kanonnen, vanwaar men de plooi
in het terrein had kunnen beheer-
sclien, die de Boeren in staat stelde
hun slag te slaan.
Kolonel Wools Campson, die op dat
jogenblik bezig was een plaats voor
zijn kamp te'zoeken en zijn wagens
uit te spannen, nam het bevel over
de colonne over. Hij riep eiken be
schikbaren man in het geweer en
hield een kopje en een hoeve en de
verder gelegen randjes rechts en links
van deze laatste bezet. Hij liet zijn
twee overblijvende kanonnen en een
pom-pom op de Boeren spelen, terwijl
de rest van de ruiterij en van het voet.
volk de omtrekkende Boeren op een
afstand hielden met een overstelpend
geweervuur.
De Boeren trokken een eind terug,
de kanonnen in den steek latende.
Botha dreigde, dat hij met 1400 man
's nachts een nieuwen aanval zou
doen, maar Lntusschen was het kamp
met de grootste inspanning veranderd
in een bijna onneembare sterkte.
Gedurende den avond werd1 een w
gen met schietvoorraad, dicht bij de
kanonnen, naar het kamp terugge
bracht, maar de Boeren haalden de
twiee kanonnen later weg en waren
met het aanbreken van den dag ge
heel verdlwenen.
Onze verliezen warep. twee hon
derd man en de Boeren ver
loren stellig een honderd man. Er
werden 24 van hun doodien bij d'e ka
nonnen geteld. De gevangenen die de
Boeren namen, werden later bevrijd-
De Boeren hadden die gevangenen en
de gewonden weer uitgekleed en ook
vele gesneuvelden wkren van hun
kleeren beroofd,
Er waren, negen commandanten
(aan Boeren-kant) bij het gevecht.
Chris Botha had twee vleeschwonden
in zijn arm. Opperman sneuvelde.
Kolonel Benson's colonne was die
drie diagen beschoten
door Grobelaar's en Pretorius' com
mando's. Een moeielijke spruit hield
onze wagens op, en bovendien had de
colonne meer dan 40 gevangen Boe
ren. en een honderd vrouwen en kin
deren bij zich. (Werd het Engelsche
kamp soms met behulp van dezen tot
een „onneembare" sterkte gemaakt?)
Binnen de drie laatste maanden had
kolanel Benson bijna 300 gevangenen
genomen.
Dat laatste komt er blijkbaar ach
teraan om die reputatie van dien ge
vallen bevelhebber wat te verbeteren.
Wij echter, die weten, we 1 k e gevan
genen de Engelschen bij voorkeur ma
ken, kunnen daarin geen lof zien,
veeleer het tegendeel.
Of de onthullingen door Bennet
Burleigh gedaan den hoogen heeren
aangenaam zullen zijn, valt te be
twijfelen. Iemand die een weinig na
denkt, moet nu toch wel inzien dat
Bakenlaagte is geweest een nieuwe
slag toegebracht aan Engeland's reeds
zoo geschokt prestige.
Buitenlandsch Nieuws.
Uit den Vrijstaat.
Laffan's correspondent te Bloemfon
tein seinde Maaandag:
In de streek tusscheu Winburg en Tha-
ba'nchu hebben in den laatsten tijd ver
scheidene kleine afdeelingen geopereerd
(Kritzinger is daar, naar men zich herin
nert), die alle met elkander in verbin
ding staan. Als de Engelschen een van
deze benden aanvallen, wordt snel aan
al de andere bericht gezonden, en zij
trekken dan een cordon en trachttn de
troepen te omsingelen; indien zij daarin
niet slagen, trachten zij onze colonie
te beschieten, terwijl zij naar haar Ka n»"
teruggaat. Deze taktiek maakt het nao-
dig voor de dépêche-rijders van de Boe
ren om de Engelsche linie soms op den-
zelfden dag heen en terug over te steken
Gisteren zijn 17 gevangenen, die c,« ro
men waren terwijl zij daarmede 1 czig
waren, te Bloemfontein aangekomen, op
werg naar Groenepunt. Toen zij door de
stad gingen, merkte men op dat zij ge
zond en wel waren, terwijl vroeger ge
vangen gemaakte Boeren in een treuri-
gen toestand aankwamen.
Dr. Leyds te Berlijn.
De gezant der Z. A. Republiek dr.
Loyds en de gedelegeerde A. Fischer
zijn te Berlijn aangekomen en in het
Palasthotel afgestapt.
Zij hebben zich, volgens de „Voss.
Ztg.", met officieele personen aldaar
niet in betrekking gesteld. Naar het
„Tageblatt" mededeelt, laat dr. Leyds
vertellen dat hij met zijn bezoek aan
Berlijn geen politieke oogmerken
heeft, maar toch nog eenige dagen zal
blijven.
Het „Kleine Journal" zegt dat het
tijdstip niet geschikt is om nadere
bizon derheden mede te deelen over
het eigenlijke doel van het bezoek
van de beide heeren.
De „National-Ztg." verklaart dat
men er nu zoo min als vroeger, bij
het Samoa-debat, in den Rijksdag of
de te Berlijn beproefde demonstratie
voor president Kruger, in zal slagen
de Duitscbe politiek te bewegen tot
stappen die verklaard' zouden kun
nen worden als partij kiezen voor de
Boenen. Maar het is zeker geen toe
val dat dr. Leyds te Berlijn is aan
gekomen op het oogenbiik dat in
Duitschland vele protestvergaderin
gen worden gehouden tegen Chamber
lain, wegens diens redevoering te
Edinburg. Want zeer waarschijnlijk
zouden bij de Boeren ongegronde ver
wachtingen gewekt kunnen worden,
als men naar Zuid-Afrika zou kun
nen rapporteeren dat in Duitschland
„overal" protestbijeenkomsten tegen
Chamberlain worden gehouden en dat
dr. Leyds te Berlijn vertoeft. Wie mee
helpt tot het opwekken van zulke on-
ge gronde verwachtingen, zou een ern
stige verantwoordelijkheid op zich ne
men voor het bloedvergieten.
De laatste opmerking slaat voorna
melijk op een Zondag te Leipzig ge
houden bijeenkomst waarop 2000 men-
schen waren verschenen; zij werd ge
presideerd door den advocaat-generaal
Olshausen en de professoren Hasse en
Kirchner voerden het woord. Het
einde was de aanneming van een an-
ti-Engelsche motie die aan graaf Bü-
low is opgezonden.
De „National-Ztg." geeft in de kwes
tie waarschijnlijk de opvattingen van
het ministerie van buitenlandsche za
ken weer, dat de tegenwoordige ma
nifestaties om velerlei redenen met
leede oogen ziet.
De „TagLiche Rundschau" deeit
mede dat, helaas, opnieuw een groot
aantal paarden over Hamburg voor
Engelsche rekening naar Zuid-Afrika
zijn verscheept.
De Nederlandsche en Fran
sche eischen-
In de vergoedings-commissie zeide Sir
John Ardagh Dinsdag, dat hij verheugd
was te kunnen mededeelen, dat de scha-
de-eischen van Nederlanders feitelijk
ook vereffend waren, behoudens eenige
onderdeelen. Engeland betaalt 37.500 pd.
st. schadeloosstelling, die de Nederland
sche regeering zelf onder de belangheb
benden moet verdeelen. Ook de voorzit
ter, de heer Milvain, sprak zijn blijd
schap over de schikking uit en hoopte,
dat zij zoude bijdragen tot de hartelijk:
beid van de betrekkingen tus§phen En
geland en Nederland, waarmede Ardagh
instemde.
De commissie ontzegde definitief den
cisch van den Franschman Martin, daar
zij hem niet als gedeporteerd beschouw
de.
Het Hongaarsche Parlement
Het ontwerp-adres van antwoord op de
Hongaarsche troonrede is een weer
klank op die rede. Wat de met vreemde
landen te sluiten handelstractaten be
treft, wijst het adres op de treurige ana
logie welke er bestaat met het adres van
vijftien jaren geleden, waarin het Par
lement met diep leedwezen constateer
de hoe nadeelig voor de Hongaarsche
belangen de handelspolitiek is, welke
gevolgd wordt juist door die vreemde
mogendheden waarmede Hongarije de
meest uitgebreide handelsrelatiën heeft
en waaraan het tevens verbonden is door
banden van innige politieke vriendschap
Het adres spreekt de hoop uit, dat het
politiek verbond eenigen invloed zal heb
ben op deze anomalie. Als wij in deze
hoop bedrogen werden, zouden wij de
schade, die ons aldus berokkend zou
worden, tot een minimum moeten redu-
ceeren en ons misschien van dezelfde
wapenen moeten bedienen.
De groote Siberische spoorweg
Witte heeft den Czaar het volgend
telegram, dat historische beteekenis
heeft, toegezonden
Den 19 Mei 1891 heeft Uwe Majes
teit te Wladiwostok de eerste zode
voor dien Grooten Siberischen Spoor
weg gestoken. Heden, op den verjaar
dag uwer troonsbestijging, is de Oost-
Azië-Spoorweg voleindigd. Met het
leggen van de rails over een afstand
van 2400 mijlen, van het gebied aan
gene zijde van den Baikal tot Wladi
wostok en Port Arthur is onze onder
neming» in Mantsjoerije een voldon
gen feit. Niettegenstaande buitenge,
woon moeielijke omstandigheden en
alhoewel een deel van den aanleg ver
leden jaar verwoest werd, kan van
heden af tijdelijk vervoer op de heele
lijn toegestaan worden. Ik hoop dat
binnen twee jaar al het overblijven
de werk gedaan zal zijn en de spoor-.
weg voor voortdurend on geregeld
vervoer in gebruik genomen kan
worden."
Het dankbelegram van den Czaar
noemt het werk: een van de grootste
spoorwegondernemingen in de wereld,
in korten tijd en ondanks ongeloof
lijke bezwaren voltooid.
Algemeens berichten.
ALLERLEI.
De „Bien Public" liecft het sensa-
tiemakende berichtje de wereld inge
zonden, dat de Bel. Reg. het plan tot
verbetering van de Schelde bij Ant
werpen, bekend' onder den naam „la
grande coupure waartegen men in
Antwerpen duizend en een bezwaren
heeft, zou hebben prijs gegeven. Blij
kens een bericht van Reuter is er
geen woord van waar.
Te Romans hebben soldaten, wier
diensttijd was verstreken, in een café
eenige officieren afgerost. Drie offi
cieren werden zwaar gewond.
Den laatsten van cleze maand wordt
de telefoonverbinding Milaan-Turijn-
Lyon-Parijs in gebruik gesteld. De
proefnemingen lic-bhe.ii bevredigenden
uitslag gehad. De lijn gaat over den
Mont-Cénis, er waren technische be
zwaren om haar door den tunnel van
den Col de Fréjus aan te leggen. Het
centraal-station bevindt zich te Vog-
hera, een gunstig gelegen punt voor
de ontworpen aansluiting van Genua
Rome en Napels. Men zal tn de vol
gende maand te Milaan en Turijn,
ook van domicilie uit, met Lyon en
Parijs kunnen spreken het tarief be
draagt te Milaan 4 fres., te Turijn 3
fres., voor een gesprek van 3 minu
ten met Lyon of Parijs.
Reutor seint uil Konstantinopel. d.d.
11 November:
De aardbevingen houden aan in Erze-
roem. De bevolking en de vreemde con
suls kampeeren buiten de stad. Er zijn
tal van slachtoffers.
Stadsnieuws
Haarlem, 12 Nov. 1901.
Met ingang van 15 November a. s. zal
op trein 587 (Amsterdam—IJmuiden) te
Velsen een aansluitende trein wórden
ingelascht naar Beverwijk.
In de Leidschestraat werd een ruit ver
brijzeld doordat het paard bespannen
voor een vierwieligen wagen van een be
woner van Zuid-Schalkwijk schichtig
werd en achteruit liep.
Gevonden v orwerpsn.
Een pantoffel. Een petroleumbrander.
Een zilveren cylinderhorloge. Een gou
den broche. Een sportwagen. Een porte-
monnaie met loterijbriefjes. Een barret.
Een broche waarin haar. Een paternos-'
ter in etui. Een zilveren militaire me
daille. Een geel lederen kinderschoentje.
Een blauw fluweelen kindermuts.
De hoer officier van Gezondheid der
2e klasse Dr. A. N. Dtingar alhier, is
door den heer Inspecteur van den Ge
neeskundigen dienst der Landmacht
bestemd, om den Militieraad in het
2e district van Noord-Holland voor dp
lichting 1902 bij te staan.
Dooi- den heer Inspecteur van den
Geneeskundigen dienst der Landmacht
is de lieer I)r. F. Daniels, dirigeerend
officier van Gezondheid der 2e klasse,
chef van heit Militair Hospitaal alhier,
aangewezen om Gedeputeerde Staten,
bij liet keuren van lotelingen enz., bij
te staan, terwijl de heer officSier van
Gezondheid der le klasse K. E. Ziege-
ler als plaatsvervanger voor die functie
is aangewezen.
Heden (Dinsdag) viert het echtpaai
Grootendorst, Margarethastraat 40b,
tegenover de meisjes H. B. school, zijn
gouden bruiloft. Do man verdient een
zeer karig stukje brood als marktven
ter, de vrouw lijdt aan asthma en is
half verlamd. Elke feestgave zal dus
zeer welkom zijn.
Kamer van Koophandel.
In de vergadering, gehouden op 5
November 1901 op het Raadhuis,
werd mededeeltng gedaan van eerie
sedërt de vorige vergadering uitgega
ne missive, gedagteekend 15 October,
aan de Ilollandsche Stoombootmaat
schappij, in verband met do klachten
van den heer M. Schoolmeester, fabri
kant in confectie-goederen, over her
haalde ontvreemdingen van goedc-ren,
verzonden naar Londen, en bevatten
de het verzoek de Kamer wel te wil
Len inlichten, of er, met betrekking
tot het goederenvervoer op Engeland,
langs hare lijn vermissingen hebben
plaats gehad en of zich die feilen nog
in do laatste maanden herhaald' heb
ben, nadat do Kamer te Londen haar
onderzoek bovenbedoeld heeft aange
vangen.
In antwoord' op bovengemeld schrij.
ven werd aan de Kamer toegezonden
een afschrift van een desbetreffenden
brief der Maatij. aan de Nederl. Ka
mer van Koophandel te Londen, behel
zende cene uitvoerige opgave van de
artikelen, welke bij het vervoer van
en via Nederland naar Londen en
omgekeerd aan diefstal onderhevig
zijn, en waarbij zij tevens mededeelt,
dat zij in overleg mot genoemde Ka
mer niets verzuimen zal, wat tot voor.
voorkoming van diefstallen in dezen
leiden kan.
Besloten werd der Ilollandsche
Stoombootmaatschappij voor hare uit
voerige mededeel mg dank te betuigen
en voorts een brief te zenden aan de
Nederlandsche Kamer van Koophan
del te Londen, met dankbetuiging
voor de vele bemoeingen,welke zij zich
in deze hoogst gewichtige zaak wel
heeft willen getroosten, en onder me
dedeeling, met betrekking tot de' in-
dertijd door den heer Schoolmeester
gedane klacht, dat sedert, volgens
zijne opgave, de vermissing van goe
deren geheel heeft opgehouden.
Feuilleton.
Vrij naar het Engels h
van
MAARTEN MAARTENS.
HOOFDSTUK VI.
De geheimzinnige letters.
Zoodra ik in mijn eigen kamer was,
zette ik mij neer om de twee letters
na te denken die ik in een hoek van 't
stuk papier onder het reis-adres had
gezien
Toen ging ik zitten om alles nog
eens te overdenken wat ik van de mis
daad wisten ik bemerkte dat het
al heel veel was.
Moord in de eerste plaats door
een slag en vervolgens door chloro
form, op een dame genaamd „E.
R.", waarschijnlijk gisterenavond;
plaats Southend; waarschijnlijke me
deplichtige of daderes Edith Orr-Simp.
kinson.
Ik twijfelde er geen oogenbiik aan,
met het gevonden papier in aanmer
king genomen, of de misdaad moest
in Southend zijn gepleegd. Ik kon mij
alleen geen rekenschap geven van de
afwezigheid van een of andere aan
wijzing dat de kist van Southend naar
Londen vervoerd was, zooals het ge
val moest zijn geweest eer de kist van
Charing Cross naar 't vaderland kon
worden geëxpedieerd.
De eerste zaak was nu achter den
naam van de vermomde te komen,
wat natuurlijk niet moeilijk kon zijn
voor de politie indien ze maar zoo
snugger was te Southend te gaan on
derzoeken en niet te Tooting, en dan
moest het geheim van den sleutel op
gehelderd worden.
Sprak miss Simpkinson te goeder
trouw, toen ze voortdurend herhaal
de. dat de sleutel die ze in haar bezit
had van de zwarte kist was?
Ze had bewezen goed te kunnen
liegen, maar in dit opzicht was er
toch een opmerkelijke toon van waar
heid, en als, wat ze over den sleutel ge
zegd had, onwaar was, dan was ze
oen grootmeesteres in veinzerij. En
dat kon ik niet van haar gelooven.
Maar, indien ze zelf inderdaad met
dien sleutel misleid was, dan die
conclusie lag voor de hand zou het
met de kist ook wel het geval hebben
kunnen zijn.
Hoe kon dat? De meid had beves
tigd, dat die kist haar eigendom was,
en bovendien bleek ze met den inhoud
bekend. Aan den anderen kant was
de kist het eenige stuk barer bagage,
dat niet was geadresseerd en haar
verklaring daarvan was ten eenen-
male onvoldoende.
Ik was zeer met de zaak verlegen.
Ik kon de theorie, dat de kist niet aan
miss Simpkinson zou toebehooren,
niet volhouden. En ik was geïntri
geerd door den sleutel en het gebro
ken slot en die letters ,,P. II." Te ver
geefs trachtte ik mezelf wijs te ma
ken, dat die letters in 't geheel niets
beteekencten en daar door den een of
ander zonder reden, geheel bij toeval,
waren neergeschreven. En met deze
overtuiging zou ik in slaap gevallen
zijn, toen mij plotseling door de ge
dachten schoot de uitroep van de
meid, dïc ik in 's heeren Duberts pro
ces-verbaal gelezen had: „Waarom
laat u mr. Harvey niet komen
H. Harvey, P. H. Paul Harvey,
Peter Harvey. Wie was die mr. Ha
rvey
Eeu vriend natuurlijk.
En hierna was er aan slaap dien
nacht natuurlijk niet meer te denken.
HOOFDSTUK VII.
Austin,
Den volgenden morgen ontbeet ik
bij Duval en begaf mij daarna naar
Leon Duberts-bureau. Ik brandde van
verlangen te weten hoe ver hij met
de moordzaak stond.
Leon wist er niets nieuws van te
vertellen en verwees me meteen naar
zijn neef Frangois.
Ik vond Frangois druk bezig, ze
nuwachtig en ongeduldig. Aan Scot
land Yard-autoriteiten was ook gete
legrafeerd en zij hadden iemand ovc-r
gezonden. lntusschen was er niets van
belang voorgevallen. Het was nog
onmogelijk Mrs. Simpkinson te on
dervragen c*n men kan niets uit haar
dochter krijgen. Moeder en dochter
wa stoegestaan een kamer te huren
in een huis, dat behoorde bij de ge
vangenis en bewoond werd door een
vrouw, die er verantwoordelijk voor
was, dat de gevangenen haar woning
niet verlieten. Het droeg den statigen
titel: „Pension pour Families" en
nxen betaalde er als in een eerste rang
hotel.
Ik had het er op aangelegd den
Londenschcn detective voor te zijn en
den sleutel van liet geheim te vinden
voor hij kwam. Ik was den ganschen
dag met de zaak bezig, en hoemeer
ik er over dacht, des te duidelijker
werd het mij, dat miss Simpkinson
minder schuldig was dan men op den
schijn afgaand, zou meenen.
Ik vroeg Frangois of ik haar niet te
spreken zou kunnen krijgen. Hij aar
zelde, maar stc-mde ten slotte toe. Een
fiacre reed ons naar 't sombere huis
in een nauwe straat. Het was een
naargeestige plaats, en in het vroege
morgenuur waren er slechts zeer wei
nig menschen en veel gesloten blin
den. We reden tot voor een zware
deur, waar een gaslantaarn Itoven
hing en mijnheer Frangois trok aan de
bel. De vrouw des huizes deed onmid
dellijk open en bracht ons naar een
soort zijkamer. Ze was een dikke,
plompe vrouw, met een lulde stem
Mijnheer Dubert noemde haar mada
me Bassequin.
Hij fluisterde een paar woorden ter
introductie, waarop madame Basse
quin heenging om de dames te waar
schuwen.
Ik kon hare stemmen hooren in de
achterkamer. dje met openslaande
deuren verbinding stond met het
ertrek, waar wij ons bevonden.
Een der stemmen behoorde aan miss
Simpkinson, de ander was een sym
pathieke mannenstem.
Ik had mijn kaartje gezonden en
daarop geschreven: Een landgenoot
die meent u van grooten dienst te
kuimtm zijn.
Ik had waarschijnlijk geen recht dit
vermoeden neer te schrijven, maar het
eene voorwendsel was even goed als
het andere. De stemmen in de aan.
grenzende kamer bespraken of ik toe.
gelaten zou worden. Laat ik hem
eens opnemen, hoorde ik den mar
zeggen, en ik was blij dat het meisje
antwoordde. We kunnen hem even
goed samen ontvangen Ik ging dicht
bij de deur staan o mnog meer te hoo
ren, maar op dat oogenbiik kwam ma.
dame Bassequin terug. Ze lachte een
oogenblikje sarcastisch c-n zei toen
Ik zie, u is van het métier. Toen
opende ze de deur en liet me binnen.
De kamer waar ik kwam was onge
rieflijk gemeubileerd en erg somber.
Miss Orr-Simpkinson zat op een
oude paardenharen sofa in een verre