Tweede Blad,
EES HALYE f EEK
lot gedwongen.
behoorende bij
Haarlem's Dagblad"
van
Maandag 6 Januari 1002.
Nom 56&0
Haarlemsche Handels-
vereeniging.
Goedgek. bij Kon. Besluit van
12 Nov. No. 22, 1899.
De Haarlemsche Handelsvereen. telt
thans ruim 650 leden, dat is veel, doch
niet genoeg. Elke winkelier, elke han
delaar. zijn belang begrijpende, moet
zich aansluiten. De contributie be
draagt slechts f2.50, terwijl de voor-
deelen groot zijn.
Rechtskundige adviseurs zijn de hee.
ren mrs. Th. de Haan Hugenholtz en
H. Ph. de Kanter, Spaarne 94, welke
gratis advies in handelszaken geven
aan de leden en voor hen gratis optre
den in faillissementen.
Voor incasso's, door bemiddeling
der advocaten gedaan, wordt 5 be
rekend.
Bankiers der vereeniging zijn de
heeren Laane van Bemmel, Kruis
straat 51.
Alle brieven of aanvragen (ook opga
ven voor het lidmaatschap) moeten ge
richt worden aa nhet bureau der ver
eeniging, 22 Lange Begijnestraat.
Het is ons gelukt eene overeenkomst
te sluiten, waardoor het mogelijk is
H.H. leden nauwkeurige informaties
te verschaffen omtrent alle firma's in
Nederland.
De kosten dezer informaties bedra
gen 60 cents per adres, plus 5 cents
voor porto, en moeten vooruit betaald
worden. aan het bureau. Informatiën
naar binnen de stad wonende perso
nen gratis.
Ruim 650 informatiën en rechtskun
dige adviezen werden in het afgeloo-
pen jaar verstrekt.
In October zijn 51 vorderingen tot
een bedrag van /2751.93 betaald; 8 vor
deringen worden afbetaald, 10 vorde
ringen zijn uitgesteld.
Volgens artikel 7 dient het Geheim
der Maandlijsten ongeschonden be
waard te blijven.
H.H. Leden worden er op attent ge
maakt, dat pretention, buiten de stad
in te vorderen, niet worden behan
deld, tenzii ^orto-vergoeding (10 ets.)
is bijgevoegd.
Het Bureau der vereeniging is geves
tigd 22 Lange Begijnestraat en is ge
opend iederen werkdag van 's morgens
9 tot 1 en 's middags van 2 tot 4 uur.
Dagelijks is een der bestuursleden
aanwezig en bereid tot het geven van
alle gewenschte inlichtingen en wel
Maandag en Vrijdag van 1112 uur
v.m., de overige dagen van 34 n.m.
Wereldgeschiedenis»
De Trans-Siberische spoorweg
overtroffen. Per spoor van Pa-
rijs naar New-York. De delfstof
fen rijkdom van Alaska en Sibe
rië. Het drukfoutend'uiveMje bij
het ..Berliner Tageblatt' Enge
land's ondergang.
De TransrSöberische spoorweg is nau
welijks voltooid, of men spreekt al
weer van een ander groot plan, dat
nog reusachtiger is en wel niets meer
of minder omvat dian de oude met ue
nieuwe wereld! te verbinden over de
Behringstraat. Men zou zich dam per
spoor van Parijs naar New-York kun
nen begeven.
De heer Loicq de Lobel, in wiens
brein dit grootsche denkbeeld het eerst
is opgekomen, heeft den heer André
Nède alle bijzonderheden van die uit
gebreide onderneming medegedeeld
en deze publiceert ze thans in dien „Fi
garo":
„Het was op mijn eerste reds, in
1898," zeide de lieer die Lobel, „dat ik
het plan heb opgevat om een spoorweg
aan te leggen dtoor Alaska, de Bahriug-
straat en Siberië.
„Ik heb mij rekenschap kunnen ge
ven van de onnoemelijke minerale
rijkdommen, die er in deze woeste stre
ken opeen gehoopt liggen, en die bij
gebrek aan communicatiemiddelen on
gebruikt moeten blijven.
„Inderdaad vanaf CircleCity tot de
Behringstraat, treft men slechts goud-,
zilver-, koper- en kolenmijnen aan, om
van andere kostbare delfstoffen nog
niet eens te spreken. Het is geen ver
schijnsel van de laatste tijden, dat de
Araerikaansche mijnwerkers goud
wasschen in Alaska. Vooral de streek
van dien Yukon is bezaaid meit mijn-
kampen. die elk jaar dOor Am2rik
firma's, door middel van groote sto( m-
booten en rivierschepen van levens
middelen worden voorzien. Ongeluk
kig is het land 8 van de 12 maanden
ontoegankelijk, daar de thermometer
er dan daalt tot 60 gr. F. onder nul.
„Sedert de ontdekking van de ie-
roemd'e Klondike-placers in 1897 had
eene Amerikaansche handelsvennoot
schap de stoutmoedigheid een
spoorweg te maken over de „Wlute-
pass", om aan de mijnwerkers die moei
lijkheden en de gevaren van den
„Chilkoot-pass" te bespraren. Laatstge
noemde pas was tot op dat tijdstip die
eenige toegangsweg tot hot land'. Toen
deze lijn eenmaal gereed was, heeft
Klondike zich reusachtig ontwikkeld
en 't verkeer heeft zulke groote afme
tingen aangenomen, dat binnen twee
jaren de kosten van aanleg vergoed
waren.
..Weldra zal deze spoorweg doorge
trokken zijn tot Dawson-City en de
grens van Alaska, waar wij ons eerste
traject kunnen openen. Men verze
kert, dat een andere spoorlijn spoe
dig Dawson met Vancouver op Cana-
deesch grondgebied zal verbinden. De
goudproductie van Klondike 1 eelt
sinds 1897 het fabelachtige cijfer van
tweehonderd zestig millioen
francs, bedragen, d. i. pl. m. hon
derd vijf-en-twintig millioen gulden,
1901 niet inbegrepen.
,,Op 't oogonblik produceeren ver
schillende belangrijke centra van Alas
ka goud, en ik geloof, dat de aanleg
van de spoorlijn duizenden werklie
den hierheen zal voeren, die de kosten
van de exploitatie zullen verminderen.
Op 't Voorbeeld van DawsonCity,
zullen weldra overal steden verrijzen,
waar nu slechts kampen worden aan
getroffen en te oordeelen naar het
aantal stoommachines, die naar Klon
dike worden uitgevoerd, durf ik
zonder vrees beweren, dat binnen eeni
ge jaren Alaska in even bloeienden
toestand zal verkeeren als Britsch Co
lumbia.
„Maar opdat deze spoorweg zoo nut
tig mogelijk zal zijn, moet hij verbon
den worden met de kusten van Sibe
rië. Vandaar dat men op het idéé ge
komen is van een veerpont door, of
een tunnel ondier de Behringstraat.
Binnen eenige maanden zullen wij de
voordeelen van de beide systemen
hebben overwogen en dan een keus
doen.
„Wat ik u heb gezegd van de ontwik
keling van Alaska geldt evesneens van
Siberië, waar wij de voortzetting heb
ben gevonden van de goudlagen in
Alaska.
„Mijn plan is om den Trans-Siberi-
schen spoorweg te bereiken in de om
streken van Irkoutsk, aldius een bocht
beschrijvend) van de Oostkaap naar 't
Baïkal-meer. Daar zal onze vereeni
ging met de Siberische lijn. ons ver
oorloven, in Europa te komen, en het
denkbeeld! van de reis om de wereld
in denzelfden trein zal verwezenlijkt
zijn.
„Het is overbodig te zeggen, dat on
ze treinen zeer weelderig ingericht zul
len zijn en men er al de gemakken zal
aantreffen, die de Amerikaansche
spoorwagens aanbieden."
De heer De Lobel voegde er aan toe,
dat hij in Rusland evenveel medewer
king zal ondervinden als in Amerika,
om de zware taak die hij op zich heeft
genomen tot een goed einde te bren
gen.
De redactie van het „Berl. T." is
door booze droomen gekweld gewor
den. Het drukfouten-duiveltje spook
te voor haar oogen; de schalk zou 0. a.
de volgende telegrammen in de krant
hebben gebracht.
Londen, 31 Dec. (W. T. B.) En
geland' heeft zich bereid verklaard, het
commando zijner troepen op ie -jagen
aan De Wet en met de pacificatie an
Transvaal de keizerin-weduwe van Chi
na te belasten.
Parijs, 31 Dec. (W. T. B.) Sarah
Bernhardt is besloten Esterhazy haar
hand te reiken zoodra heit Fransche
eere-gerecht gerehabiliteerd is.
Rome, 31 Dec. (W. T. B.) De Mi
nister van Buitenlandsche Z. legde in
zijne gisteren gehouden rede in de Ka
mer grooten nadruk op de bestaande
vriendschappelijke betrekkingen met
alle buitenlandsche Meisjes (Madchen
voor Machte).
In het „Tageblatt" wordt een over
zicht gegeven van een artikel van den
Russischen generaal Dragomirof, een
beroemd tacticus, vijand van Enge
land, die daarin den ond-i-gang van
dö politieke macht vam dlat rijk be
schrijft.
Veel nieuws leest men er niet in. Dat
Engeland doodslaat met t gelaat van
den Farizeëer en zijn dorst naar geld
bemantelt met schoonschijnende spreu
ken, als: wij handelen alleen in 't be
lang der menschheid en beschaving,
dat weten we nu wel. Maar toch is er
waarde te hechten aan de profetie van
een vermaard oorlogsman als de Rus
sische generaal, die de onderdrukking
van Ierland, Britsch-Indié en nu weer
Z.-Afrika a-llerbedenkelijkst in haar
halsstarrigheid vindt; die in Enge-
land's verblinding gelijk hij 't noemt
een zeer veeg teeken ziet.
Met de beminnelijke nederigheid hem
eigen,, moet Joe Chamberlain eens heb
ben gezegd: „Och, het rijk blijft be
staan, al mocht ik doodgaan."
In een puntdichtje in een der Brit-
sche bladen wordt daarop geantwoord,:
„Ja, dat weten we. Maar of het rijk
wel zal blijven bestaan, wanneer Joe
lang blijft leven, dat zouden wij wel
eens willen weten."
Ook deze week moest het overzicht
van Woensdag wegens het Nieuwjaars
feest achterwege blijven.
De plaat van „de Groene".
Een zeer aantrekkelijke en interes,
santé karakterschets in „De Holland-
sche Revue" ditmaal. De karakter
schets van den door heel ons land be
kenden Joh. Braakensiek.
„Ga Zaterdagsavonds maar eens
naar een sociëteit of koffiehuia
„Aanneme, geef me de plaat van
de Groene eens."
„In handen, meneer."
„Zal je hem dan voor me bespre
ken?"
Vier, vijf hoofden zitten er aan een
ander tafeltje over gebogen, of hij gaat
daar van hand tot hand.
Ook vangt men wel eens brokken
van gesprekken op:
„Hebt je de plaat van Braaken
siek al gezien?"
„Nee, nog niet."
„God. kerel, die is van de week
weer zoo goed. Nee, die moet je- zien!
Hoe komt de vent er toch aaii?"
En loop dan Zaterdagsavonds eens
door de verlichte Winkelstraten van de
stad. Ziet men dan voor liet raam van
een sigarenhandel een klompje kijkers
staan, die dringen en wachten om voor
aan te komen, om ook eens een goede
beurt voor het glas te krijgen, terwijl
er anderen met een lach weggaan, of
elkander waardeerende of bewonderen
de opmerkingen toevoegen wees dan
zeker, dat Braakensiek's plaat er ach
ter de glazen hangt.
Zoo houdt Braakensiek iederen Za
terdag du'izenden mienschen in het
land bezig, geeft hij ze enkele oogen-
blikken van kijkgenot, vormen hij en
de voorstelling van zijn plaat de on
derwerpen van honderde gesprekken,
verschaft hij ze op reis, in de huiska.
mer, in de sociëteit, op straat, en 'in
het koffiehuis een kleine afleiding voor
hunne gedachten, en laat hij ze even
lachen over een malligheid onzer pu
blieke personen, of doet hij de wreed
heid, zotheid, domheid, ijdelheid en
onredelijkheid in hun handelingen met
striemend sarkasme even zien.
Twee-en-vijftig maal in het jaar is
Braakensiek op die manier voor enke
le uren de meest besproken Nederlan
der: bij den man op straat, die zijn
plaat voor den winkel ztiet hangen; bij
den societeits- en koffiehui9heer, die
ook wat in dei politiek liefhebbert; bij
den Minister en het Kamerlid, die zich
geparodieerd op de prent terugvinden;
bij het overige groote publiek, dat die
gebeurtenissen in binnen- en buiten
land van hooren-zeggen kent, en nu
op zijn platen een voorval, een stem
ming, een handeling of een gebeurte
nis, waarover het ook wel eens iets ge
hoord heeft, in enkele figuren duide
lijk toegelicht en door den humor of
het sarkasme der teekening bekriti
seerd vindt voorgesteld.
Aldus teekent Frans Netscher de be-
kendhoid van Braakensiek.
En over Braakensieks jeugd vertelt,
hii:
Johan Gram, die hem zeer goed
schijnt te kennen, heeft van hem ver
haald dat, hij als zoon van een uiterst
bekwaam aardrijkskundig teekenaar,
wiien het niet voorspoedig ging, slechts
tot zijn elfde jaar de school bezocht,
waar hij, ook tengevolge van ongenees
lijke doofheid, zeer achterlijk gebleven
\\r. Ciivj het In-ren be:n nu m i 1 i j k af
des te grooter was zijn aanleg voor het
reekenen. VaJi allerlei, wat zijn oog zag
of zijne verbeelding hem voortooverde,
op hot papier te brengen, was het eeni.
ge wat zijn hoof en hand bezig h'ield
en wat zijne roeping beslist openbaar
de. Men zond hem dan ook tweemaal
per week ter teekenschool bij den kerk-
schilder Tetar van Elven, waar echter
het gebrekkig toezicht oorzaak was, dat
de jonge kwêekeling te geringe vorde
ringen maakte en dat op zijn aanleg
te weinig gelet werd.
Zoo verspilde de jongen veel tijd en
zwierf op straat, onbewust van alles
in zich opnemend, wat later zijn
vruchtbare teekenpen verrassend open
baren zou. Zijne vlugge en gemakke
lijke gave van teekenen, bezorgde hem
een baantje aan een modewinkel, waar
hij patronen voor sous-taclie en bor
duurwerk toekende en bij dien eento-
n'igen arbeid meermalen naai- een vrij
oogenblik smachtte, om zich aan de
dingen, die hij bij voorkeur op bet pa
pier bracht, te mogen wijden. Woeste
gevechten en overvallen uit den toen
losgebarsten Fransch-Duitschen oor
log. hartroerende militaire tafereelen
op het slagveld, moord en doodslag wa
ren de geliefkoosde onderwerpen,
waarmede hij elk papier, dat onder zijn
bereik kwam, volteekende.
Een gelukkig toeval bracht den va
der van den jongen teekenaar in aan
raking met wijlen Martin Kalff, den
welbekenden redakteur van het „Am.
sterdamsche Handelsblad".
Deze, nml. Martin Kalff. zou een be
schrijving van een wandeling door of
om Baam voor een der bladen leve
ren, en Braakensiek's vader zou er als
kaartteekenaar een schets van den
plattegrond bij maken. Om over dit
werk te spreken, vervoegde Kalff zich
ten huize van den ouden Braakensiek,
waar hij in de kamer eenige teekenin.
getjes van den jongen Braakensiek zag
leggen.
Drommels zei Kalff dat is
mooi, dat leeft. Wie heeft dat getee-
kend?
Mijn jongen. Daar staat hij.
Hoe oud is hij?
Vijftien jaar, niet waar Johan...
Vijftien en een half, vader!
Gaat hij op teekenen?
Ja, bij den ouwen Tetar van El
ven. Johan komt later bij mij in de
zaak.
Och, kom! Dat mag niet. Je jon
gen heeft te veel talent. Hij moet naar
de Akademie. Laat mij eens begaan.
En Kalff hield woord.
Hij klopte dadelijk bij den toenmali-
gen Direkteur der Rijksakademüe, den
heer De Poorter, aan, ten einde diens
oordeel over de schetsen en komposi-
tiën van den jongen teekenaar te ver
nemen. De d'irekteur, wien al die schet
sen en boetades van den jeugdligen op
merker werden voorgelegd^ weigerde
eenvoudig te gelooven, dat die'rijke
oogst het werk was van een vijftien
jarige, die perspektief en anatomie am
per bij naam kende, en om wiiens op
leiding zich niemand bekommerd had-
Toen bleef voor dezen Thomas geen
ander overtuigingsmiddel over, dan
dien jongen, slechts met potlood en pa
pier Uitgerust, op te sluiten in een ver
trek, en hem daar een of ander ondier-
werp op te geven. De Dir. werd' over
tuigd, erkende hier een buitengewonen
natuurlijken aanleg en verleende zijne
medewerking om een zooveel beloven-
den kweekeling de deuren der Akade-
mie zoo gemakkelijk mogelijk te ont
sluiten.
Om hem de kans op slagen voor het
toelatingaeixamen gemakkelijker te ma
ken, nam hij den jeugdigen Braaken
siek onder zijn persoonlijke leiding,
gaf hem eenige maanden kosteloos les.
en smaakte toen het genoegep. hem bij
den nieuwen kursus te zien- slagen.
Nu was hij op de Akademlie.
Dit is zijn redding en behoud voor
de toekomst geweest.
En Martin Kalff was dusYijn redder
geworden.
Wat er zonder deze toevallige tus-
sclienkomst van dien heer Kalff van
Braakensiek geworden zou zijn, is na
tuurlijk niet met zekerheid" te zeggen,
maar dit staat toch vast. dat hij zich
hoogstwaarschijnlijk niet ontwikkeld
zou hebben tot den bekenden teekenaar
die hij nu is
Zelfs heeft hij een oogenblik het ver
langen gekoesterd, om tooneelspeler te
worden; zjjn z!in voor typeering en be
weging, waardoor zijn platen zich nu
nog kenmerken, dreef hem wel oemigs-
zins dien kant op; maar gelukkig heeft
hij nog intijds ingezien, dat hij de ove
rige vereischten om een goed acteur
te worden, miste, terwijl zijn liardhoo.
righeid voor deze carrière ook een be
l.'i^cl zon zijn geweo>t En zijn gezond
verstand en zijn zelfkennis hebben hem
dus nog voor een groote levensdecep
tie behoed.
Ook zou er kans geweest zijn, dat hij
een eenvoudig, onbekend kaartteeke
naar zou zijn geworden, want vóórdat
Martin Kalff zich voor hem interesseer
de, had zijn vader immers al bij zich
zeiven besloten hem in zijn zaak op te
le'iden.
Maar de tusschenkomst van den heer
Kalff heeft hem ooit daarvoor behoed
en daan'an gered.
En naast de karaktereigenschap der
eenvoudigheid mogen we ook die der
dankbaarheid op het debet van den
heer Braakensiek stellen, want wat de
heer Martin Kalff in dit opzicht voor
hem gedaan heeft, wordt door hem
nog immer in erkentelijke herinnering
gehouden.
Eenmaal op de Akademie heeft hij
rijf jaar getrouw de lessen gevolgd en
hij herdenkt thans nog dankbaar wat
hij aan het onderwijs van Professor
Aug. Allebé en B. .T. Wijnveld verplicht
£s.
Terwijl hij daar studeerde, teekende
hij in zijn vrijen iijd om geld voor an
deren, ten einde zijn vader, die gaarne
alles voor hem zou opgeofferd hebben,
niet tot te zwaren last_te zijn.
Professor Allebé- wist, dat het jaar-
lijksch kollegcgeld' van hem of zijn va
der een zwaar offer eischte. Om hem
daarin tegemoet te komen, zoo wist de
heer Ross ng ook te vertellen, vroeg hij
den leerling kort voor den nieuwen
kursus of hij eens eenige teekeningen
medebracht, in zijn vrijen tijd ge
maakt.
Johan Braakensiek kwam den vol
genden dag met een geheele porte
feuille.
Professor Allebé zocht er drie uit en
vroeg of hij die voor 100 koopen
mocht.
„Heel graag, professor!" zei Braa
kensiek.
De professor kocht de teekeningen
voor den heer Willink van Collen, en
Braakensiek had geen zorg meer voor
de f 100, vereüscht voor het volgende
studiejaar.
Tot de teekeningen in zijn vrijen tijd
gemaakt, behooren o.a. vele schouw
burgbiljetten voor het Théótre G. Prot
en Zoon. Professor Allebé verzocht
steeds er een te mogen hebben, die hij
trouw bewaarde.
Minder examens.
Evenals te Amsterdam en te Utrecht,
wil men te Rotterdam een vereeniging
oprichten om vermindering van exa
mens te verkrijgen zoowel bij het uit-
gebreid lager en meer u'itgebrejd lager
onderwijs, als bij de middelbare scho
len en gymnasia.
Stadsnieuws.
Aan gespoel d. Het lijk van de op
zulk eene noodlottige wijze om het le
ven gekomen schippersknecht Bos is
Vrijdag onder de gemeente Woerden
drijvende gevonden.
Geslaagd voor het examen Boek
houden, gehouden van wege de Ver
eeniging van Leeraren in het Boekhou
den te Amsterdam en 's Gravenliage de
heer G. J. van der Heijden en me»j. Th.
A. J. J. W. Geers, beiden alhier.
Binnenland.
Voor de Boeren.
De Haagsche Pro Boer Vereeniging
heeft groot succes met haar te houden
internationale kunstveiling. Reeds
meer dan 360 toezeggingen van IIoll.
beeldend© kunstenaars zijn ingeko
men.
Hoewel de verzending der uitnoodi-
gingen tot deelname naar het buiten
land pas begonnen is (tien duizend
Fransche en evenveel Duitsche circu
laires moeten verzonden worden)
kwamen reeds vele toezeggingen bin
nen, waaronder een aantal met typi
sche bijschriften, het groote enthou
siasme voor de Boeren duidelijk uit
sprekend, o.a. van een schilder uit
München.
Bij den voorzitter der Ned. Zuid-
Af r. Vereeniging, den lieer G. A. A.
Middelberg, kwam Vrijdag een giftin
groot f 1000 van Q. Q„ ondier het mot
to: „Der Boeren volharding stemme
velen tot steun voor het lijdende Afri
ka. Leve de Boeren.
Transvaal en Oranje-Vrijstaat
De „Standard" verneemt uit Brus
sel:
„De Nedieriandsche minister van
buitenlandsche zaken heeft een lang
onderhoud gehad met den voorzitter
van de Nederlandsch- Zuid-Afrikaan-
sche Vereeniging in zake het overbren
gen van vrouwen en kinderen van
Boeren uit de concentratiekampen
naar Nederland, liet gesprek luul u-n
gevolge, dat hot plan als onuitvoer
baar voor goedl opgegeven is."
Dezelfde correspondent meent weer
to weten, dat mevrouw Stoijn binnen
kort in ons land verwacht wordt.
Inbraak.
Tusschen 3 en 4 uren Donderdag
nacht werden de gezusters Davids, die
een winkel in fijne vleesch- en poe
lierswaren hebben aan den Stations
weg te Rotterdam, gewekt door ge
stommel in den winkel. Opstaande en
naar den winkel gaande, troffen zij
daar aan den hoofdagent H. Hoefna
gel en den agent van politie van der
Werff, niet twee door hen gearresteer
de personen, waarvan er één in dein
winkel had ingebroken, terwijl de un
der op de straat tegenover den winkel
was gegrepen, waar hij op den uitkijk
stond om ingeval van onraad te waar
schuwen. Toen de heide agenten dien
uitkijker, een knaap van 15 jaar, gre
pen, zagen zij tegelijkeriijd aan de
overzijde een man door het tuimel
raam in den winkel van de gezusters
Davids wippen. Die man, een 25jarige
varensgezel, was daartoe geklommen
op een hekje als afsluiting tusschen
twee winkels, in de portiek aange
bracht. en toen hij zich daarna door
het opengemaakte tuimelraam naat
binnen werkte, brak hij tegelijkertijd
den verklikker van de deurschel af. Ic
den winkel gekomen, was zijn eerste
werk de knippen van de winkeldeur
te schuiven, opdat hij later gemakke
lijk zou kunnen vertrekken. Daarop
brak hij de toonbanklade open, doch
vond deze ledig, zoodat. toen de bedde
agenten inmiddels door de winkeldeur
waren binnengekomen, er nog niets
ontvreemd was.
De beide gearresteerden zijn op het
politiebureau in bewaring gesteld.
Lakker beetje.
Een ingezetene to BI ij ham kocht de
zer dagen een haas tegen 25 cent per
pondL liet beestje werd geslacht, en
wat bleek toen? Achter in de lichaam.-»,
holte was het dier gevuld met bijna
een pond tin en lood.
Bij een vechtpartij
op don Broekheumerweg te Enschede
is de vrouw van J. H. A. aldaar le
vensgevaarlijk verwond. Ook de man
zelf bekwam een ernstige wond aan
de hand. I)e politie heeft de vermoede
lijke dader aan gehouden.
Onderwijs.
Da zaak-Ter Laan.
Op het verzoek om adhaesie to betui
gen in zake het verzoekschrift van don
heer K. ter Laan aan' den gemeente
raad om verlof als hoofd eener school
tengevolge van zijn Kamerlidmaat
schap, heeft do afdecling II van het
Ned. Onderwijzersgenootschap met ol-
gemecne stemmen een motie aangeno
men, hierop neerkomende, dat doo»
haar geen adres ter ondersteuning zaói
wordenp ingezonden, uit hoofde zij
meent, «lat de mogelijkheid niet i6 uit
gesloten, dat het onderwijs aan de
school schade zal lijden, indien een
regeling wordt getroffen, zooals de
heer Ter Laan wonscht.
Da leerplicht in Amsterdam
De heer P. Jongejan, schoolhoofd
to Amsterdam, geeft in het „Hdbl. een,
overzicht van de resultaten der leer-,
plichtvvet in Amsterdam. Hij komt
tot de conclusie, dat in do wet zelve
do oorzaak ligt, waardoor zij in groo
te sleden vooral, zoo weinig uitwerkt.
Ook is het groot getal vrijspraken
door den kantonrechter hier van niet
weinig invloed- op.
Rechtszaken.
Ontrouwe postbeambten.
Vrijdag verschenen voor de recht
bank te Amsterdam de twee postbeamb.
ten. die zich meester maakten van den
inhoud van een uit Pretoria aan hot
adres van d n heer Kampfraath te Am
sterdam verzonden brief, en de op
brengst verteerden. De brief hield iu
Feuilleton.
ïïot
Naar het Duitsch.
16.
Toen zij echter aan de smalle, stee-
ruen trap kwam gaf Hilde haar aan
den jongen man over, gedeeltelijk
om vooruit te snellen en boven
licht aan te steken, gedeeltelijk om
dat het zoo nauw was, dat slechts
één persoon de slanke gestalte kon
dragen. Boven gekomen nam men
hem echter de nog half bewuste-
looze weder af en beduidde hem in
die woonkamer to wachten tot hij
geroepen werd. In de slaapkamer
er naast was het nu een half uur
zeer levendig en druk, af en toe
sloop eene van de twee schilderes
sen hem voorbij de trap af om be
neden in de keuken iets te halen of
gereed te maken. Men wierp hem
dian een woord van troost toe, „het
ging heel goed, d'e zieke werd zicht
baar beteir".
Eindelijk werd hij bij haan.' toe
gelaten en vond haar in een stoel
misten .alti jd nog niet minder bleek
dan het witte kussen waarop het
zwakke jonge hoofd rustte, maar
toch niet mieer met diie angstige uit
drukking zooals in de boot.
Zij opende de oogen toen. Wilm
bij haar ging zitten en hare hand
vatte' die ijskoud was. Hoe gevoel
je je nu, mijn zoet meisje? vroeg hij.
Goed. Maar moeder zij zal
in doodelijken angst zijn!
Ik heb hlaar reeds geschreven,
j Hier, kijk malar! Ik heb haar gezegd
dat wij niet haddien kunnen terug-
komen, maar hier gelukkig aan
wal zijn gekomen en door twee be-j
minnenswaardiige dames allervrien
delijkst zijn opgenomen. Morgen,
als de storm bedaarde, zouden wij
terug komen. De- brief geef ik aan
Francesco mede om hem nog heden
vóór den nacht aan je moedler te
brengen1. Wees maar zondier zorg.
Laat mij je pols eens voelen, liefste!
Zij was reeds wedter in hare halve
sluimering teruggezonken toen hij
de slagen van haar bloed telde.
Koorts heeft zij niet, fluisterde hij,
toen Otti met een dampend' kop
thee. van beneden kwam. Het is al
leen een hevige zenuwaandoening!
en ik wenschte wel dat ik er iets 'te-
gen kon doen. maar oen apotheek
zal wel niiet te bereiken zijn.
Neen, antwoordde Otti, die
woelde kent men niet aan den Oos-|
telijken oever van het Garda-meer,
maar misschien vindt u wel iets
(fat u gebruiken kunt in Hilde's
reisapotheek. Zij haalde snel het
kistje dat tot niu toe slechts eens
geopend was geworden. Fame us 1
zeide de jonsp doktert D-iar is
phenaoetin-poeder. Meer heb ik
niet rnoodtig. Nu hoop ik dat zij
rustig zal gaan slapen, dan is mor
gen alles weder in orde.
R;; liet de patiënte toen over aan
d'e ee<ne arti9te. terwijl do andere
hem naar beneden naar de keuken
vergezelde om daar voor avondeten
te zorgen. Hij zelf zocht Francesco
op, overhandigde hem den brief
voor mevrouw Marie in Gardone en
drukte hem op het hart on
middellijk den terugtocht te on-
dtefrnieniien. Daarbij gaf hij hem
oen tien-l ires-stuk en beloofde hem
dezelfde douceur als hij. zijn bood-,
schap snieil en stipt iritvoeztte.
Deze knikte voor antwoord, stak
het papier en het goudstuk bij zich
en boson toen hot touw, waarmedeJ
de boot aan de paal was bevestigd,
los 'lie maken. Nauwelijks had ech
ter Wilm den rug gekeerd of hij
knoopte het opnieuw vast en ging
toen met levendige gebaren naar
een groep jonge schippers, die naar
het zco onstuimige waiter keken. Hij
vertelde hun wat diie gekke vreem
deling van hem vergde. En al had
hij hem in plaats van tien, honderd
lires gegeven, zijn leven en zijn
vrouw en kind waren hem meer
waard. Hij had zich genoeg moe
ten isJfbeuk ii om het tot hier te bren
gen en voor dat hij fcerug ging zou
hij eonab gaan slapen om versche
krachten op te doen.
Men vond dit alles heel verstan
dig en natuurlijk, en zoodoende
kwam de boodschap die het ang
stige moederhart moest gerust stel-!
len. dien d?" niet tot hare bestem-'
ming.
Oiid)ai»tiusschon hadden de vrien
dinnen zich beven in huis wel
moe Lte gegeven om de woon- en
eetkamer feestelijk en gastvrij in te
rich/ten.
Over d'e tafel vóór de canapé was
een sneeuwwit servet gelegd, waar
op een groote met sf/roo omvlochten
flesch stond, midden tusschen ver
scheidene schotels, die den gehcelen
in 't huis aanwezigen voorraad eet
waren bevatten; ten eerste een half
brood, zeker hard genoeg, want het
was reeds zeven dagen in huis. dain
ee.n bord met groote roodO schij
ven naar knoflook ruikende Sala
mi een schoteltje waarin1 nette
stukken van de beroemde tonijn in
olie zwommen, eindelijk drie eieren
die de huisvrouw met heel veel
moeite van een buurvrouw had we
ten machtig te worden.
Dit smakelijke stilleven zag er
aanlokkend' genoeg uit voor een;
gasc, die gedurende verscheidene!
uren tegen den storm en de golven
had moeten strijden. Ook werd het
aardig verlicht door een petroleum-1
bampje mei groene kap en twee in
fleeschen gestoken kaarsen, die op
den' rand van, den. schoolsteen ston-
d'-n. Twee andere op soortgelijke!
kandelaars boven op de commode
waren eigenlijk overbodig. Hilde
had er echter op gestaan zich nu die
onverstandige weelde te veroorlo
ven omdat het tweede lampje op
de tafel naast de zieke niet kon ge
mist wonden.
Wilm bleef met een uitroep van;
Italiaansche worst van ezels-
vleesch.
ongehuichelde verbazing steian toen
hij bij het binnenkomen deze fees
telijke toebereidselen aanschouwde.
Otti die juist de vierde kaars had
aangestoken, kwam hem lachend
tie gomoet en zeide. hem d'e hand
reikend: Braaf ,dat n ons de eer!
aandoet mijnheer Wilhelm Loren-
zon. als ik den naam goed verst can
hob, (Wilm Lornsen, verbeterde hij'
snel, onaangenaam herinnerd aan
de noodlottige verlovings-annonce}
u moet het maar voor lief nemen,,
twee arme schilderesjes hebben niet!
beter en San Vigiiio is nog niet zoo
geciviliseerd, dat er een delicates
sen winkel is. waaruit men al het'
noodigo kan laten hnlen als er on
verwachts gasten komen. De hoofd-,
zaak is datuwe lieve maar wat
is zij eigentijk van u? Zuster
nicht vriendin verloofde?
Die vraag bracht hem oen oogen
blik in verlegenheid. Hij mocht
Stina niet meer zijne verloofde noe
men on toch kon hij de vreemde
verhouding zoo maar niet met een
onkel woord zoo gauw uitleggen.
Twee jaren geleden hebben wij;
ons met elkaar verloofd, zeide hij
eindelijk, maar na lange scheiding
hebben wii elkander eerst heden-