Kijkjes om ons heen. iej. langzamerhand ging Hun macht i vqrtoren. Set aaainemingssysteem, en het be ta on per uur aait den werkman acht te spreker zeer nadeelig voor het a.m- oacnt. De speculatiebouw heeft ook veol schade daaraan gedaan. Met het ver dwijnen der gilden, verdween ook langzamerhand het ambachtsonder- wijs, totdat ün 1860 eenige particu lieren met goede 'bedoelingen am bachtsscholen oprichtten. Op het Congres van Nijverheid in 1895 wend door tegenstanders het on- derwijs der ambachtsscholen gelie- keld. Mocht een gilde-hroeder maar één of twee leerlingen houden, thans geschiedt het onderwijs klassikaal, waardoor velen maai- halve kennis krijgen, waardoor het ambacht mede sterk achteruitgaat. Ook de leeraren der teekenscholen vestigen meer het oog op prentjesmafcetn en voeren het onderwijs te ver op. Wil men hetam- oacht echter weer in eere herstellen, daai moeten de gezellen hun vak zoo kennen, dat zij daarin kunstenaars zijn. Vele personen zouden dan ook gaarne weder het gildewezen terug zien, doch dit zal voorzeker lot do vrome wenschen blijven behooren. De vooirtstanders van het gildewe zen meenen, dat de concurrentie daar door minder zal worden en dit het vak ten goede zal komen. Hechtte men in den gildentijd wei nig waarde aan het proefwerk, thans zijn overal in den lande scholen op gericht, waar men diploma's kan be halen. Maar wat voor waarde- heb ben die diploma's? Zijn zij voor art sen, leeraren, etc. gewensclit, voor de beoefenaars van het bouwvak geven zij niets, daar slechte bouw alleen af hankelijk is van bouwspeculanten. En dagelijks kan men zden, dat zelfs door den Staat gediploniieerde inge nieurs en opzichters achter worden gesteld bij ervaren, practisch ont wikkelde collega's. Doordat men voor het ambacht zoo weinig gevoelt, wordt de werkman ontmoedigd. De verhooging van het peil van het ambacht is dan ook al leen te verwachten door meer belang stelling in den werkman en zijn werk te stellen. Ingenieurs en architecten moeten belang stellen in het ambacht-, zich er niet alleen toe bepalen om ge vels op papier te maken. Het ambacht ie geenszins door de machines geschaad, zooals men wel eens beweert. De tegenwoordige regeering draagt zeer gelukkig den ambachtsman een goed hart toe. Spreker hoopt dan ook, dat binnenkort eene goede wet, zich toetsende aan de eischen van het werkelijk leven, door practici in elk ander gezet, zal tot stand komen. Waarom hebben de Burgeravondr scholen, de Polytechnische scholen en andere scholen niet aan haar doel beantwoord? Omdat ze die theorie boven de praktijk stelde. Laten dten /ambachtsscholen niet diezelfde fou ten. aankleven. On9 land is val met mannen, die geëxamineerd zijn, maar de praktijk niet kennen. Va de ambachtsscholen, die spreker gezien had, had die te Haarlem dien besten indruk op hem gemaakt.Komt er dan ook eene wettelijke regeling tot stand, dan zou spreker het zeer weaischelijk vinden, dat men deze zou maken ioi overeenstemming met. de Haarlemfeche ambachtsschool, waar practische mannen aan het roer staan. Daarna wees spreker er op, hoe in Oostenrijk reed? een dergelijke wet telijke regeling ie en schetste hoe het leerlingen-systeem da/ar geregeld is. Zoo mag daar alleen een goed vak man, op wien niets aan te merken is, leerlingen hebben. De meester knecht moet den leerling in den ge- heelen omvang van het vak onderwij zen en hem gelegenheid geven tot het bijwonen van vakonderwijs. De welvaart is het onmiddellijk ge volg van de toename van uitstekende werklieden. Jammer is het dan ook, dat men hier te lande nog te weinig van het nut van vakonderwijs is over tuigd- De wetgever van 1863 heeft helaas gemeend dat de ambachtsman onder richt moest hebben in tal van weten schappen, i-nplaats Man in het am bacht. Al is men algemeen ontwik keld, en in het bezit van diploma's, etaam nog geenszins alle werkplaat sen voor u open. Daas- moet. mem. practische mannen hebben, die hun vak door en door kennen. En dit is* helaas steeds voorbijgezien, en daar om hoopt spreker dan ook vam harte dat do wetgever van thans, gebruik makende van de opgedane ervarin gen- de ambachtsscholen bij fa wet zoo zal regelen, dat zij volkomen aan haan- doel beantwoorden, waardoor liet ambacht weder tot hoog er aanzien komte Naar aanleiding van deze voor dracht. worden eenige besprekingen gehouden, waarna do Voorzitter, tie heer Jac Leili. tie vergadering met een woord van dank aan dien spreker sloot. militaire pensioenwet, liet voornaam-' zijn ingediend. Daarbij kwam nog een van d© Comm. van rappor teurs om aan het begrip ,,iu en door den dienst ontstane" ongeschiktheid eenige verruiming te geven en van den heer Passtoors om vernieuwing van dienstverband en toekenning van pensioen met 15 jaren dienst niet. te weigeren op grond van „verregaande nalatigheid in de vervulling van dienstplichten", gisteren reede toege licht. Over al deze amendementen nu liep het debat, zonder vooralsnog toteenig resultaat te leiden. Op zeer enkele punten kwam overeenstemming. Zoo nam de min. van Oorlog een amend- Verhey c.s. over (gewijzigd) bepalen de dot. vernieuwing van dienstverband niet zou worden geweigerd dan met goedkeurigg van den Mm. van Oor log. Maar voor het overige verzette de Min. zich tege.n de andere, vrijge vige amendementen, speciaal die van de hjeerem Staalman en Hugenhaltz omdat daarmede tonnen gouds zouden gemoeid zijn; wanneer men aan alle geneeskundig afgekeurde miliciens pensioenen gaf zouden erna 20 jaren stellig 4 millioen meer ge vorderd worden. Pensioen te veriee-1 nen los van eiken diensttijd ging niet aan. Het amend, der Comm. van rappor teurs wilde de Min. gaarne nog eene op zijn gemak overwegen, al vreesde hij daarvan ook de finantieele gevol gen. Hoe gaarne hij vrijgevig wilde zijn dJe schatkist stelde hare ei schen. Die eischen werden door den Min. van Fin. nog eens nader in het licht gesteld, met de verklaring dal dit ontwerp het maximum gaf, wat de regiering kon toestaan. Verder wilde zij niet gaan. Natuurlijk wa ren de heeren Hugenlioltz «n Staal man daarmede niet tevreden. Beiden betoogjden, ieder in zijn ei genaardig en spreektrant, dat recht en billijkheid boven geld moesten Beiden betoogden ook. dat de miliciens-lotelingeai op gedijken voet moesten behandeld worden als de be roepssoldaten. Het amend. Staalman maakte tusschen die categorien. zoo- als men weet. nog eenig verschil.Daar om zou fa heer Schokking aan dat van de heeren Hugenholtz c.s. de voorkeur hebben gegeven indien hij niet van meening ware geweest, dat de wet met het amend, der Com missie van rapporteurs dan, billijk ware geweest. Dit laatste amende ment werd, vooral om de niet te over- ziene finantieele bezwaren, door den heter Goeman Rorgeöius ontraden; volgens hem zou het zeer aanzienlij ke offers vorderen. De beraadslaging zal nu heden wor den voortgezet, wanneer de Min. van Oorlog (die als waarnemend Min. v. Koloniën de laatste eer wenschte te bewijzen aan tien heer Fransen ven de Putte) gereed mocht wezen met zijn nader oordeel over de amende menten. Tegen half 2 is dus allereerst dein- terpellatie-Helsdingen over die jacht wet aan de orde gesteld. Hedenoch tend werd met het oog op de begrafe nis van den heer v. d. Putte, niet ver gaderd. G. Tr. den erfgraaf von Erbach, verscneen Woensdagavond om lien uur op de soi-1 rée van den heer Howard. De vorstelijke personen werden aan den ingang van de overdekte gang, wel ke van de straat naar de woning van den gezant leidde, ontvangen door den gastheer, en bij de vestibule gecompli menteerd door de dochter van den heer Howard, benevens door de heeren Le- veson Gower en lord Granville, secre tarissen der legatie, en vervolgens, voor afgegaan door tal van bedienden, ge kleed in de livrei van het huis en die luchters met ontstoken waskaarsen droe gen, naar de balzaal geleid. Aan den ingang daarvan weiden de vorstelijke personen ontvangen door lady Howard, de echtgenoote van den gezant. De soirée, in de luisterrijk electrisch verlichte en prachtig versierde salons, werd o. m. bijgewoond door vele leden van de beide hofhoudingen, verschillen de leden van het corps diplomatique, den minister van buitenlandsche raken baron Melvil van Lynden, den heer Ruys- senaers, secretaris-generaal van het hof van arbitrage. H. M. de Koningin-Moeder verliet de partij om kwart over elven, terwijl de overige vorstelijke gasten nog bleven en deelnamen aan het souper. Prinses Alice van Albany en het echtpaar von Erbaeh namen deel aan eenige dansen, o. a. aan den cotillon. Z. K. H. de Prins der Nederlanden, Hertog van Mecklen burg, heelt het beschermheerschap aan vaard van het scherpschuttersgilde St. Hubert, te s-Gravenhage; het eere-voor- zitterschap van de Kweekschool Zeevaart te Leiden. Volgens Duitsche bladen zal de Ko ningin dezen zomer een tijdlang veTblijf gaan houden op het jachtslot „Ratsfeli bij Rudolstadt. Kleine berichten. De Minister Van Asch van Wijck heeft ook de afgeloopen nachten zeer rustig doorgebracht, pols en tempera tuur zijn goed. De algemeene toestand is bevredigende Naar men verneemt, is de voorzitter van de Eerste Kamer, Mr. Van Nah- men van Eemnes, lijdende aan bron chitis, welke hem belette heden, tegenwoordig te zijn bij het laatste eerbewijs van den heer Fransen van de Putte, lidf dier Kamer. rechtswetenschap de heer E. Pino, geb te Amsterdam, op Stellingen. Utrecht. Cand. Aard- en Delfstofk. de heer C. J. Baart de la Faille. Doet. Rechtsw. de heer L. F. A. de Koek. Leiden. Geslaagd voor het doctoraal examen in de rechten de heer A. W. Wichers. Aead. Examens. Leiden. Bevorderd tot doctor in Rechtskundige hulp. Het Bureau van Consulate te Amster dam heeft een schrijven gericht aan den deken der Orde van Advocaten, waarin wordt medegedeeld, dat het Bureau ook naar aanleiding van het gevoelen der jongere advocaten, kenbaar gemaakt in de vergadering der Orde van 23 Januari jL, besloten heeft, de toevoeging van advocaten aan behoeftigen tot kan'on- gerechtzaken uit te strekken. „Hier is niets van aan. „Niet de minister vaai justitie, al leen de wet heeft dat belet De wet eischt, dat de straf ongedeeld zal on dergaan worden. „Hoe dikwijls verzoeken tot zoo iets dan ook bij het departement van justitie zijn ingekomen, aildoar moest men ze afwijzen hoe week van hart ook de minister was. ,,Ook dit verhaal is weer één van die steentjes die alleen onbekendheid met de wet over de ministerie e le schutting wierp. „Een heel andere vraag is intus- schen, of deze hardheid niet te ooven ware te komen door wetswijziging „Kon dit, het ware zeker wnefeche- lijk. „Alleen maar, glad van de spoel zal die wijziging niet viegen. Omslach tig toch zou de .grensbepaling hier zijn, wanneer well en wanneer niet,De begeleiding zou op personeel beslag leggen, en bij ©enigen aMamd zouden de kosten van transport niet- zoo ge- [ring zijn." Dit beroep op een eisch der wet komt ons zegt het ,,Hbld." niet zeer dui delijk voor. De wet spreekt bij de toe passing der vrijheidsstraf van „achter eenvolgende jaren"; die straf kan niet bij gedeelten, met tusschenkomenden tijd van vrijheid, worden ondergaan, behal ve in het geval van voorwaardelijke in- vrijheidsstelling, welke altijd herroep baar is. Maar geheel iets anders wordt bedoeld in het geval waarvan hier sprake is. De gevangene blijft dan gevangen: hij wordt enkel gedurende korten tijd, on der geleide, naar een andere plaats over gebracht en daarna weder in de gevan genis teruggevoerd. Dat heeft ook plaats, wanneer een gevangene in een rechtzaak als getuige moet worden gehoord of om op andere wijze inlichtingen te geven. Of ook wan neer hij een operatie moet ondergaan, waarvoor overbrenging naar een daar- toe geschikt gasthuis vereischt wordt. Is in zulke gevallen de overbrenging in strijd met „den eisch der wet dat de straf ongedeeld zal worden ondergaan?" Ge looft „De Standaard" inderdaad dat hier toe eerst „wetswijziging" noodig ware? En zoo niet, waarin verschillen die ge vallen dan van het bedoelde? Wij erkennen de juistheid der opmer king dat de „grensbepaling' zooal niet .omslachtig", dan toch moeilijk zal zijn, en ook dat „de begeleiding op personeel beslag zou leggen en bij eenigen af stand de kosten van het transport niet zoo gering zouden zijn." Maar dergelijke bezwaren zijn niet on overkomelijk, als men wat „De Stan daard" te recht een „hardheid" noemt, zooveel doenlijk wil wegnemen. In het bedoelde geval gold het den wensch yan een stervend kind en kon de afstahd tus schen de beide plaatsen (Hoorn en Alk maar) zeker geen overwegend geldelijk bezwaar opleveren. Wij hebben, blijkens onze slotopmer king, volstrekt geen „steen over de mi- nisterieele schutting willen werpen," en begrijpen dat de minister, door een te legram onverhoeds voor een lastig ge val gesteld, zich aan de anteceoenten gehouden heeft. Maar nu zulk een feit zich heeft voorgedaan, meenen wij van den Minister te mogen ver-vichteu dut hij ernstig nagaat, of niet voor het ver volg dergelijke „hardheid" kan worden voorkomen. Uit de Omstreken. Zandvoort Uit het jaarverslag 1901 der vereeniging „Onderling Hulpbetoon" ajlhier, blijkt -s. m. dat het batig saldo dier vereeniging bedroeg f 4519.78', dat als volgt belegd is: f 2354 4-1 op de postspaarbank; f 2000 op de Haarlemsche Bank en f 165.34' in kas. Binnenland. Parlementaire Praatjes. Wij hebben gisteren de amende menten medegedeeld die op art, 2 der Uit de Hofstad. Had H. M. de Koningin in de vorigi weken eenige malen Haar belang5.*1 ling doan blijken in weldadigheidscon certen door die met Haar tegenwoor digheid te vereeren, ook Woensdagavond was die eer beschoren aan de soirée, uit gaande van de Vereeniging tot opvoe ding in het huisgezin van half-verwces- de, verwaarloosde of verlaten kinderen van alle gezindten in het Gebouw voor Kunsten en Wetenschappen. Toen Hare Majesteit met Prins Hen drik in het Gebouw binnentrad werden de Koningin en de Prins ontvangen door het uitvoerend comité, de darnes me vrouw de baronesse van Harinxma thoe Slooten, mevrouw Lucardie en de nee- ren mr. A. Ferf, mr. M. de Plnto en mr. M. Polak Daniels. Door jongejuf frouw de Pinto werd Hare Majesteit een fraaie bloemruiker aangeboden. Bij het verschijnen in de hofloge onder de tonen van het Wilhelmus bracht het publiek de Vorstin en den Prins de ge wone begroeting. De vorstelijke perso nen vertoefden van 3Cht uur tot kwart voor negen bij de uitvoering en zagen een in levende beelden samengesteld schilderij, en een door jongelieden uit gevoerde Italiaansche dans; verder zong een jonge dame een drietal liederen en het studenten-mandolinegezelschap Loh- jarkof bracht een nummer ten gehoore. Hare Majesteit was zeer ingenomen met hetgeen Zij had gehoord en gezien en betuigde dit ook, evenals de Prins, aan de commissie die uitgeleide deed, met de verzekering van Hare instem ming met het doel. Van het Gebouw voor K. en W. roden H. M. de Koningin en de Prins naar den schouwburg, om een gedeelte van de op voering van Cyrano de Bergerac, met Coquelin-ainé, in de titelrol, bij te wo nen. De voorstelling werd mede bijgewoond door prinses Alice van Albany en den erfgraaf en erfgravin von Erbach, die tegenover de loge van Hare Majesteit hadden plaats genomen, in de loge van Hare Majesteit de Koningin-Moeder. H. M. de Koningin en de Prins kw men omstreeks kwartier voor negenen bij den aanvang van het tweede bedrijf in den schouwburg, door het overtal rijk publiek met lulde toejuichingen be groet. Om elf uur verscheen Z. K. H. Prins Hendrik op de soirée bij den Engelschen gezant. De Prins droeg de groote tenue van schout-bij-nacht. De heer Howard ontving den Prins aan den ingang zijner woning. Z. K. H. bleef tot middernacht Ook Hare Majesteit de Koningin-Moe der, vergezeld van haar logees, de prin ges van Albany en van de erfgravin en Overreden en gedood. Dinsdagavond werd door de tram Lei den—Haarlem onder vrouw overreden en dood. Oegstgeest onmiddellijk Eenige buizen verdfer wacht een 1 coupé en klinkt uit een der rijk ver lichte vensters lustig de Donau-wals. Dei deur gaat epen en 'twee heeren, die daar een souper hebben bijgewoond komen naar buiten. Terwijl de een plaats neemt in de coupé, hoort die andere angstig geschreeuw en ziet hij de kinderen loooen. .Nu nog kinderen hier?" vraagt mijn heer aan den koetsier. Och ,meneer, die zijn hier totdat de zon aan de dakpan komt; nu eens zijn er veel, dan gaan ze weer dood. net als de ratten in het Rokin." Maar mijnheer was niet voldaan over die koetsierslogica en ging naar de kinderen, die op het geroep van „Puntje leit in 't waternaar alle kanten verdwenen. De heer loopt naar den walkant en ziet den gebrekkigen jongen even bo ven den waterspiegel vastgeklemd aan een vaarboom die daar is geplaatst om een schip, beladen met hout, vast te leggen. Een handreiking en Puntje staat be houden aan wal. Even stilte, behalve het akelig pie pend ademhalen van Puntje. Mijnheer verbreekt dé stilte en vraagt Maar jongen, waarom niet naar huis?" Geen antwoord. „Waar woont je moeder, jongen?" Even gewacht, toen klinkt het uit den mond van het d were je kortweg „Heb geen moeder, is dood I" „Maar je vadier?" „Vaart op 'n kolenboot, zie 'm nooit „Maai- waar woon je dan. waar slaap je gewoonlijk?" „Westerdoksdijk, in de karren, als ze der staan." De heer mompelt iets, en er volgt een greep in zijn beurs. De andere heer is ihtusscben uit den coupé gekomen en zijn vriend ge naderd. Hij legt zijn arm op zijn9 vriends schouder en zegt „Soyez prudent, Alfred, avec ces. „Laissez moi," klinkt het terug. Vervolgens tot Puntje..Kun je le zen?" „Nee," antwoordt d£ knaap, ,maar da s niks, Toon zal het- wel zeggeu." Puntje krijgt een naamkaartje, en nog wat van den heer. „Kom morgen maar daar. wij zullen zien, stumpert" Waarschijnlijk gaat puntje een beter leven te gemoet dan hij tot heden had. Voor ons, die 's nachts steeds laat van het bureau huiswaarts gaan, is het een der treurigste ervaringen vrou wen en kinderen in het ellendigste weer te zien zwerven. Soms ook man nen allen deerniswekkend. Het lijden van die zwervers is groot Droevig is dan ook de aanblik on zer parken in de zomernachten. Geen bank die niet door een zwerver is inge nomen. Komt de zon op. dan verlaten ze verkleumd hun „legerstede", om aan de markten of elders tets te ver dienen. Zoo is het in elke groote stad (Hbld1.) Brand te Gouda. Dinsdagnacht te half één ontstond er in het sponsenmagazijn van den heer C. Strader, achter den Kattensingel te Gouda, brand. Door het flink optreden der brandweer (er waren vijf spuiten op het terrein) heeft men den brand tot bet perceel kunnen beperken. De belendende gebouwen, de houtlood- sen van den houthaifrielaar J. de Jong Pz. en de kleederbleekerij van den heer P. Boumans liepen veel gevaar, doch met veel krachtsinspanning bekwamen zij slechts waterschade. Een neven staand gebouwtje, in gebruik bij den touwspinner Wijnhof, brandde ineae met den inhoud af. Niets is gered kun nen worden. Alles is verzekerd. De zaak-Tor Laan. Men verneemt dat Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland het besluit van den Gemeenteraad! van Delft, houdende ontslag (eervol) van den heer Ter Laan, als onderwijzer, hoofd der school van lager onderwijs, heb ben goedgekeurd. Kinderboud. Uit het jaarverslag v. d. Nederland- bclxen KAnderbond ovctr 1901 blijkt, dat luejt aantal aïdeelingen 13 bleef; bij de twee bestaande correspondent schappen kwamen er nog 3: te Gro ningen, Opmeer en Epe. In Rotter dam, Winschoten, Wagmig-en Haarlem bestaat kans dat af deeding en verrijzen. In Indiö zal, al is het nog niet dadelijk, ook een Kinderbond worden opgericht. De ontvangsten, waaronder een. sal do der vorige rekening van f 34, be droegen f 333: de rekening sluit met een batig slado van f 76. Niet socialistisch. Het hoofdbestuur van den AJg. Ned. Kuipersgezellembond heeft een circu laire verspreid waarin geprotesteerd wordt tegen het feit, déi de Kuipers- geaeilen vereeniging „Eerbied voor Gezag" te Scheveningen zich van den bond heeft afgescheiden, omdat deze gezegd wordt socialistisch te zijn, welke bewering enkel gegrond is op de omstandigheid dat hare oprichting vermeld heeft gestaan in De Zweep. Het Hoofdbestuur, dat. de vereeniging onlangs opgedicht heeft, protesteert tegen hen, die achter deze geschiede nis zitten. Het verzoek vau een stervende. Naar aanleiding van liet vermelde feit, dat aan een stervend meisje ge weigerd is afscheid te nemen van haar vader, verpleegde ioi d)e Rijks werkinrichting te Hoorn, waarover dc heer Marchand in de Tweede Kamer een interpellatie heeft aangekondigd, schrijft De Standaard: „Ben verhaal doét do ronde, dat de minister van justitie aan een va der. toen zijn kind sterven ging, be let heeft van zijn stervend kind af scheid te nemen. Letteren en Kunst. Zwervelingeu. Op den Dam. Drie uur in den afgeloopen nacht. Uit de hoofdwacht klinken comman do's voor de aflossing, die uit het wachtlokaal langs verschillende we gen opmarcheert. Het geluid is weggestorven, alles doodstil, totdat uit de KrommeElle- boogsteeg kinderstemmen klinken. Drie meisjes sluipen langs Zeemans- hoop. al loerende, naar de Kalver traat. Omkijkende, roept een van haar met gedempte stem Puntje, Puntje, kom maar, de piot ten binnen weg Op deze waarschuwing strompelt uit |de steeg een mismaakt kereltje, üat zich bij de drie andere kinderen voegt. Al hijgend en bedenkelijk kuchend!, doet het ventje zijn best om de drie kinderen, die vlug ter been zijn, bij te houden. Voor perceel 11 wordt de pas inge houden, de kinderen fluisteren en een van hen loopt vooruit Zij gluurt in het perceel daarnaast, hoek Papenbroekstecg, dat reeds groo- iendeels gesloopt is. en loopt weer terug. „Puntje," zegt het kind. „pas op, Alleva zit er; hij heeft gisteren Daan ook met hout gegooid." Al va is de bijnaam voor een nog al bar uitziend nachtwaker, die gewoon lijk bij bouwwerken waakt en ook nu weer op zijn post zit, „Ik wou toch zoo graag wat hebben," klinkt bet klagend, op zwakken toon. uit den mond van Puntje. „Ga stiekem naar Idte schuiten in de gracht," raadt een van de andere kinderen, „daar ligt hout genoeg." Het viertal strompelt de Papenbroek- steeg in naar liet Rokin. Even gewacht, gaat Punije vooruit $n de drie andere kinderen sluipen 'langs de huizen heen en weer. Tentoonstelling te Toryn. De Commissie voor Nederland ter tentoonstelling te Turijn heeft aan den kunsthandel der firma ULterwijk Co. ite 'is Graven hag e opgedragen de inrichting van de Nederlandsche afdeeling op deze expositie. Het co mité ontving van ongeveer 60 kunst- indujstrieelen, fabrikanten, aytisten, enz. de toezegging tot deelneming aan de tentoonstelling door inzendin gen, een getal, dat de verwachting der commissie overtreft. De commissaris-generaal jhr. E. van Loon begaf zieh Woensdag naar Haar lem ten einde alidiaar met de daarvoor benoemde jury 'de vetrzameling van photographieën van gezichten en van airid ere m erkw a aridi ghc den in ons land te beoordeelen, welke ter inzen ding bestemd zijn. De firma J. A. A. G e rr i t- sen te Amsterdam zendt ons een plioto- lithographische opname van een me daille, welke door haar in den handel zal worden gebracht ter herinnering aan het 20e eeuwfeest van de Paus. De voorzijde dezer medaille geeft weer de naar links gewende buste van Z. H. den Paus Leo XIII met het rand schrift: Super hanc Petram aedif i cabo ecclesiam meam. Op deze steen rots zal ik mijne kerk bouwen". De keerzijde stelt voor een nederdït- lende engel, in de linkerhand het he- melsch brood) en do keilk naar de aar de brengend, in de rechterhand den scepter des geloofs. Op die rotsen is het Latijnsche Kruis geplant met de woor den: Roma in memoriam saecvli XX ineuntis sx ecclesiae Romanae Catho- licae. „Ter gedachtenis aan 't begin der 20e eeuw der H. Roomsch Katho lieke Kerk". Het modellé, het werk van den artist den heer Aug. Falise te Wageningen. is. in zeer laag relief, karakteristiek uitgevoerd. Uit de Arbeiderswereld BINNENLAND. De Amfeterdamsche- Gemeenteraad heeft op een adres van een aantal winkeliers beslist, dat er geen termen zijn om tusschenbeide te komen in 't geschil tuisschon de diamantbewer kers en de juweliers. In eene Dinsdagavond gehouden ver gadering der gecombineerde besturen van arbeidersvereenigingen is het voor stel van de commissie uit de burgerij be slist onaannemelijk geacht. Heden ochtend zouden de stakende dekenwe- vers over liet voorstel eene geheime stem ming houden. Het Abattoir. Van de abattoirplannen hooren we. in den laatst en tijd niets meer. Het plan staat niet, want dan zou het. vasten grond onder de voeten hebben; evenmin hangt het, want' dan zou het dood wezen. En geen van beide is het geval. Het zweeft dat is het woord. Ik geloof inderdaad niet, dat we er aan kunnen ontkomen. Vandaag of' morgen, al naar de omstandigheden, zal het naar beneden komen dalen zoo den vasten grond onder de voe ten krijgen. Wat mij betreft, moge. dat nog lang duren. De conditiën van hygiëne, waaronder Avij Haar lemmers ver koeren, zijn bijzonder gunstig en wijzen allerminst op de. noodzakelijkheid dei' invoering van een slachthuis. Het wil mij daarom! niet duidelijk worden, dat het noodig zou wezen een gedeelte van onzen middenstand nieuwe financieele be-! zworen te gaan opleggen. Maar de Raad heeft beslist, dat er eem openbaar slachthuis komen zal en daarmee uit. Derhalve komt het» vroeg of laat. En wanneer ik mij af vraag of de Raad met dit besluit ge lukkig ig geweest, denk ik meteen aan) een ander Raadsbesluit, dat voor da' gemeente dure gevolgen hebben kanj Toen indertijd de heer Sanders ver zocht om concessie voor zijn elecfri- schen spoorweg van Amsterdam door de Haarlemmermeer naar hier, was daarvoor ook een brug noodig over helt Zuider Buiténspaarne. Gedepu teerde Staten hadden aan het ge meentebestuur de verplichting opge legd die brug waarvan Haarlem nadeel voor de scheepvaart vreesde' te dulden, maar tevens was de hoogte z-ó voorgeschreven, dat d« stoom booten, die hetspaarne bevaren met ongestreken stoompijp daaronder door konden gaan. De genieente-architcet wou destijds twee vliegen slaan in één klap. HH wees op ,le wenscMijkheid «oer a! gemeene verbinding van het Zuider- Buitenepaarne (Oostkant) met den westkant en zoodoende met den Klei nen Houtweg en den grooteai verkeers- Aveg in de stad. Het inrichten nu vam de brug voor den eOectrischen spoorweg, ook voor rijtuig- en perso nenverkeer, zou een som van f 56.000 hebben gekost. De heer Sanders zou, wanneer hij dit bedrag als subsidie ontvangen had, de brug geschikt heb-,' ben gemaakt ook voor personen- en' rijtuigenverkeer. Maar de Raad wou er toen niet aan. hoewel B. en W. en de Commis sie van Fabricage met het dankbeeld waren ingenomen en diat warm verde digden. De Raad wou niet en dus kwam er niets \-an. En zien wij nu den staat van zaken, onder de oogen, dan is de mogelijk-, heid van een overgang voor het pu bliek over bet Zuiderspaarn© verdei dan ooit. De concessie van den elec- trischen spoorweg is sedert üien tijd verkocht aan de Hollandse he Spoor, d'ie er niet aan denkt ooit een Zuider-, Station in Haarlem te stichten, veelr minder dus een brug over het Zuider. spaarne te bouwen, 't Is waar. de heer Sanders procedeert met het doel, den verkoop der aandeelen van zijn maatschappij nietig te doen verkla ren, en toen ik hem vroeg, of hij zich vam .dat procefc ietB voorstelde, gaf hij ten antwoord: „anders zou ik het niet begonnen zijn T1 Ik hoop er het baste van, maar met een tegenstan der als de Hollandsche Snow i<= het' kwaad vechten. Had nu de Raad de 56.000 subsi die toegestaan en daaraan, de ver plichting toegevoegd om binnen een, korten, nader omschreven tijd met 'te werk gereed te zijn,dan was misschien dé brug or nu al en zou een gewensch- te verbinding tot stand gekomen zijn. Nu maak ik mij daarover geen illu sies meer. Wil de gemeente vandaag of morgen voor haar verkeer een brug over het Zuider spaarne stichten dan zal zij van den eersten tot den laatsten cent zoowel de kosten van den bouw, als die van het toezicht, zelf moeten betalen. Op den duur zal de behoefte daaraan blijken. De gemeente heeft aan den overkant ter reinen gekocht, die zij gaarne pro ductief maken wiL BoA'endien is daar ook het abattoir, waarvoor een breed© ruime toegangsweg noodig is. Niet voor het vee, Avant daarvoor wordt een groote steiger gebouwd, maar voor de slagers, die komen en gaan. en het geslachte vleesch naar de stad moeten brengen. Moet dit geheele verkeer gaan langs de Dubbele Buurt? Op den duur is dat een onmo gelijkheid. Waar zal nu het geld A'oor een ge heel nieuwe brug. laat ons zeggen een paar ton, op zijn minst, vandaan komen? De Raad. die destijds al te rugschrikte voor f 56.000 zal er toch wel niet aan denken om 'n bijna drie maal grooter som te brengen ten las te van de belastingschuldigen? Zóu men misschien, denkende: de slagers, hebben eenmaal breede ruggen," de kosten willen combineereoi met die van bet abattoir? Als dat zoo is, mo gen zij die in Haarlem nog gewoon zijn vleesch te eten, wel ernstig gaan dénken over een vegetariaansch dieet. Dat wil evenwel niet zeggen, dal ik voor mij haast zou hebben met het abattoir. Integendeel, ik heb den tijd" wel. 't Komt altijd vroeg genoeg zooals men hierboven ziet. Leger en Vloot. Naar men verneemt zullen dezen zo mer belangrijke oefeningen worden ge houden m den vestingoorlog in en om Naarden

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1902 | | pagina 2