Kijkjes om ons heen.
iej. langzamerhand ging Hun macht i
vqrtoren.
Set aaainemingssysteem, en het be
ta on per uur aait den werkman acht
te spreker zeer nadeelig voor het a.m-
oacnt.
De speculatiebouw heeft ook veol
schade daaraan gedaan. Met het ver
dwijnen der gilden, verdween ook
langzamerhand het ambachtsonder-
wijs, totdat ün 1860 eenige particu
lieren met goede 'bedoelingen am
bachtsscholen oprichtten.
Op het Congres van Nijverheid in
1895 wend door tegenstanders het on-
derwijs der ambachtsscholen gelie-
keld. Mocht een gilde-hroeder maar
één of twee leerlingen houden, thans
geschiedt het onderwijs klassikaal,
waardoor velen maai- halve kennis
krijgen, waardoor het ambacht mede
sterk achteruitgaat. Ook de leeraren
der teekenscholen vestigen meer het
oog op prentjesmafcetn en voeren het
onderwijs te ver op. Wil men hetam-
oacht echter weer in eere herstellen,
daai moeten de gezellen hun vak zoo
kennen, dat zij daarin kunstenaars
zijn. Vele personen zouden dan ook
gaarne weder het gildewezen terug
zien, doch dit zal voorzeker lot do
vrome wenschen blijven behooren.
De vooirtstanders van het gildewe
zen meenen, dat de concurrentie daar
door minder zal worden en dit het
vak ten goede zal komen.
Hechtte men in den gildentijd wei
nig waarde aan het proefwerk, thans
zijn overal in den lande scholen op
gericht, waar men diploma's kan be
halen. Maar wat voor waarde- heb
ben die diploma's? Zijn zij voor art
sen, leeraren, etc. gewensclit, voor de
beoefenaars van het bouwvak geven
zij niets, daar slechte bouw alleen af
hankelijk is van bouwspeculanten.
En dagelijks kan men zden, dat zelfs
door den Staat gediploniieerde inge
nieurs en opzichters achter worden
gesteld bij ervaren, practisch ont
wikkelde collega's.
Doordat men voor het ambacht zoo
weinig gevoelt, wordt de werkman
ontmoedigd. De verhooging van het
peil van het ambacht is dan ook al
leen te verwachten door meer belang
stelling in den werkman en zijn werk
te stellen.
Ingenieurs en architecten moeten
belang stellen in het ambacht-,
zich er niet alleen toe bepalen om ge
vels op papier te maken.
Het ambacht ie geenszins door de
machines geschaad, zooals men wel
eens beweert.
De tegenwoordige regeering draagt
zeer gelukkig den ambachtsman een
goed hart toe. Spreker hoopt dan
ook, dat binnenkort eene goede wet,
zich toetsende aan de eischen van het
werkelijk leven, door practici in elk
ander gezet, zal tot stand komen.
Waarom hebben de Burgeravondr
scholen, de Polytechnische scholen
en andere scholen niet aan haar doel
beantwoord? Omdat ze die theorie
boven de praktijk stelde. Laten dten
/ambachtsscholen niet diezelfde fou
ten. aankleven. On9 land is val met
mannen, die geëxamineerd zijn, maar
de praktijk niet kennen.
Va de ambachtsscholen, die spreker
gezien had, had die te Haarlem dien
besten indruk op hem gemaakt.Komt
er dan ook eene wettelijke regeling
tot stand, dan zou spreker het zeer
weaischelijk vinden, dat men deze zou
maken ioi overeenstemming met. de
Haarlemfeche ambachtsschool, waar
practische mannen aan het roer
staan.
Daarna wees spreker er op, hoe in
Oostenrijk reed? een dergelijke wet
telijke regeling ie en schetste hoe het
leerlingen-systeem da/ar geregeld is.
Zoo mag daar alleen een goed vak
man, op wien niets aan te merken
is, leerlingen hebben. De meester
knecht moet den leerling in den ge-
heelen omvang van het vak onderwij
zen en hem gelegenheid geven tot het
bijwonen van vakonderwijs.
De welvaart is het onmiddellijk ge
volg van de toename van uitstekende
werklieden. Jammer is het dan ook,
dat men hier te lande nog te weinig
van het nut van vakonderwijs is over
tuigd-
De wetgever van 1863 heeft helaas
gemeend dat de ambachtsman onder
richt moest hebben in tal van weten
schappen, i-nplaats Man in het am
bacht. Al is men algemeen ontwik
keld, en in het bezit van diploma's,
etaam nog geenszins alle werkplaat
sen voor u open. Daas- moet. mem.
practische mannen hebben, die hun
vak door en door kennen. En dit is*
helaas steeds voorbijgezien, en daar
om hoopt spreker dan ook vam harte
dat do wetgever van thans, gebruik
makende van de opgedane ervarin
gen- de ambachtsscholen bij fa wet
zoo zal regelen, dat zij volkomen aan
haan- doel beantwoorden, waardoor
liet ambacht weder tot hoog er aanzien
komte
Naar aanleiding van deze voor
dracht. worden eenige besprekingen
gehouden, waarna do Voorzitter, tie
heer Jac Leili. tie vergadering met
een woord van dank aan dien spreker
sloot.
militaire pensioenwet, liet voornaam-'
zijn ingediend. Daarbij kwam
nog een van d© Comm. van rappor
teurs om aan het begrip ,,iu en door
den dienst ontstane" ongeschiktheid
eenige verruiming te geven en van
den heer Passtoors om vernieuwing
van dienstverband en toekenning van
pensioen met 15 jaren dienst niet. te
weigeren op grond van „verregaande
nalatigheid in de vervulling van
dienstplichten", gisteren reede toege
licht.
Over al deze amendementen nu liep
het debat, zonder vooralsnog toteenig
resultaat te leiden. Op zeer enkele
punten kwam overeenstemming. Zoo
nam de min. van Oorlog een amend-
Verhey c.s. over (gewijzigd) bepalen
de dot. vernieuwing van dienstverband
niet zou worden geweigerd dan met
goedkeurigg van den Mm. van Oor
log. Maar voor het overige verzette
de Min. zich tege.n de andere, vrijge
vige amendementen, speciaal die van
de hjeerem Staalman en Hugenhaltz
omdat daarmede tonnen gouds
zouden gemoeid zijn; wanneer men
aan alle geneeskundig afgekeurde
miliciens pensioenen gaf zouden erna
20 jaren stellig 4 millioen meer ge
vorderd worden. Pensioen te veriee-1
nen los van eiken diensttijd ging niet
aan.
Het amend, der Comm. van rappor
teurs wilde de Min. gaarne nog eene
op zijn gemak overwegen, al vreesde
hij daarvan ook de finantieele gevol
gen. Hoe gaarne hij vrijgevig wilde
zijn dJe schatkist stelde hare ei
schen. Die eischen werden door den
Min. van Fin. nog eens nader in het
licht gesteld, met de verklaring dal
dit ontwerp het maximum gaf, wat
de regiering kon toestaan. Verder
wilde zij niet gaan. Natuurlijk wa
ren de heeren Hugenlioltz «n Staal
man daarmede niet tevreden.
Beiden betoogjden, ieder in zijn ei
genaardig en spreektrant, dat recht
en billijkheid boven geld moesten
Beiden betoogden ook. dat de
miliciens-lotelingeai op gedijken voet
moesten behandeld worden als de be
roepssoldaten. Het amend. Staalman
maakte tusschen die categorien. zoo-
als men weet. nog eenig verschil.Daar
om zou fa heer Schokking aan dat
van de heeren Hugenholtz c.s. de
voorkeur hebben gegeven indien
hij niet van meening ware geweest,
dat de wet met het amend, der Com
missie van rapporteurs dan, billijk
ware geweest. Dit laatste amende
ment werd, vooral om de niet te over-
ziene finantieele bezwaren, door den
heter Goeman Rorgeöius ontraden;
volgens hem zou het zeer aanzienlij
ke offers vorderen.
De beraadslaging zal nu heden wor
den voortgezet, wanneer de Min. van
Oorlog (die als waarnemend Min. v.
Koloniën de laatste eer wenschte te
bewijzen aan tien heer Fransen ven
de Putte) gereed mocht wezen met
zijn nader oordeel over de amende
menten.
Tegen half 2 is dus allereerst dein-
terpellatie-Helsdingen over die jacht
wet aan de orde gesteld. Hedenoch
tend werd met het oog op de begrafe
nis van den heer v. d. Putte, niet ver
gaderd.
G. Tr.
den erfgraaf von Erbach, verscneen
Woensdagavond om lien uur op de soi-1
rée van den heer Howard.
De vorstelijke personen werden aan
den ingang van de overdekte gang, wel
ke van de straat naar de woning van
den gezant leidde, ontvangen door den
gastheer, en bij de vestibule gecompli
menteerd door de dochter van den heer
Howard, benevens door de heeren Le-
veson Gower en lord Granville, secre
tarissen der legatie, en vervolgens, voor
afgegaan door tal van bedienden, ge
kleed in de livrei van het huis en die
luchters met ontstoken waskaarsen droe
gen, naar de balzaal geleid. Aan den
ingang daarvan weiden de vorstelijke
personen ontvangen door lady Howard,
de echtgenoote van den gezant.
De soirée, in de luisterrijk electrisch
verlichte en prachtig versierde salons,
werd o. m. bijgewoond door vele leden
van de beide hofhoudingen, verschillen
de leden van het corps diplomatique,
den minister van buitenlandsche raken
baron Melvil van Lynden, den heer Ruys-
senaers, secretaris-generaal van het hof
van arbitrage.
H. M. de Koningin-Moeder verliet de
partij om kwart over elven, terwijl de
overige vorstelijke gasten nog bleven en
deelnamen aan het souper. Prinses Alice
van Albany en het echtpaar von Erbaeh
namen deel aan eenige dansen, o. a.
aan den cotillon.
Z. K. H. de Prins
der Nederlanden, Hertog van Mecklen
burg, heelt het beschermheerschap aan
vaard van het scherpschuttersgilde St.
Hubert, te s-Gravenhage; het eere-voor-
zitterschap van de Kweekschool
Zeevaart te Leiden.
Volgens Duitsche bladen zal de Ko
ningin dezen zomer een tijdlang veTblijf
gaan houden op het jachtslot „Ratsfeli
bij Rudolstadt.
Kleine berichten.
De Minister Van Asch van Wijck
heeft ook de afgeloopen nachten zeer
rustig doorgebracht, pols en tempera
tuur zijn goed. De algemeene toestand
is bevredigende
Naar men verneemt, is de voorzitter
van de Eerste Kamer, Mr. Van Nah-
men van Eemnes, lijdende aan bron
chitis, welke hem belette heden,
tegenwoordig te zijn bij het laatste
eerbewijs van den heer Fransen van
de Putte, lidf dier Kamer.
rechtswetenschap de heer E. Pino, geb
te Amsterdam, op Stellingen.
Utrecht. Cand. Aard- en Delfstofk. de
heer C. J. Baart de la Faille. Doet.
Rechtsw. de heer L. F. A. de Koek.
Leiden. Geslaagd voor het doctoraal
examen in de rechten de heer A. W.
Wichers.
Aead. Examens.
Leiden. Bevorderd tot doctor in
Rechtskundige hulp.
Het Bureau van Consulate te Amster
dam heeft een schrijven gericht aan den
deken der Orde van Advocaten, waarin
wordt medegedeeld, dat het Bureau ook
naar aanleiding van het gevoelen der
jongere advocaten, kenbaar gemaakt in
de vergadering der Orde van 23 Januari
jL, besloten heeft, de toevoeging van
advocaten aan behoeftigen tot kan'on-
gerechtzaken uit te strekken.
„Hier is niets van aan.
„Niet de minister vaai justitie, al
leen de wet heeft dat belet De wet
eischt, dat de straf ongedeeld zal on
dergaan worden.
„Hoe dikwijls verzoeken tot zoo
iets dan ook bij het departement van
justitie zijn ingekomen, aildoar moest
men ze afwijzen hoe week van hart
ook de minister was.
,,Ook dit verhaal is weer één van
die steentjes die alleen onbekendheid
met de wet over de ministerie e le
schutting wierp.
„Een heel andere vraag is intus-
schen, of deze hardheid niet te ooven
ware te komen door wetswijziging
„Kon dit, het ware zeker wnefeche-
lijk.
„Alleen maar, glad van de spoel zal
die wijziging niet viegen. Omslach
tig toch zou de .grensbepaling hier
zijn, wanneer well en wanneer niet,De
begeleiding zou op personeel beslag
leggen, en bij ©enigen aMamd zouden
de kosten van transport niet- zoo ge-
[ring zijn."
Dit beroep op een eisch der wet komt
ons zegt het ,,Hbld." niet zeer dui
delijk voor. De wet spreekt bij de toe
passing der vrijheidsstraf van „achter
eenvolgende jaren"; die straf kan niet
bij gedeelten, met tusschenkomenden tijd
van vrijheid, worden ondergaan, behal
ve in het geval van voorwaardelijke in-
vrijheidsstelling, welke altijd herroep
baar is.
Maar geheel iets anders wordt bedoeld
in het geval waarvan hier sprake is. De
gevangene blijft dan gevangen: hij
wordt enkel gedurende korten tijd, on
der geleide, naar een andere plaats over
gebracht en daarna weder in de gevan
genis teruggevoerd.
Dat heeft ook plaats, wanneer een
gevangene in een rechtzaak als getuige
moet worden gehoord of om op andere
wijze inlichtingen te geven. Of ook wan
neer hij een operatie moet ondergaan,
waarvoor overbrenging naar een daar-
toe geschikt gasthuis vereischt wordt.
Is in zulke gevallen de overbrenging in
strijd met „den eisch der wet dat de straf
ongedeeld zal worden ondergaan?" Ge
looft „De Standaard" inderdaad dat hier
toe eerst „wetswijziging" noodig ware?
En zoo niet, waarin verschillen die ge
vallen dan van het bedoelde?
Wij erkennen de juistheid der opmer
king dat de „grensbepaling' zooal niet
.omslachtig", dan toch moeilijk zal zijn,
en ook dat „de begeleiding op personeel
beslag zou leggen en bij eenigen af
stand de kosten van het transport niet
zoo gering zouden zijn."
Maar dergelijke bezwaren zijn niet on
overkomelijk, als men wat „De Stan
daard" te recht een „hardheid" noemt,
zooveel doenlijk wil wegnemen. In het
bedoelde geval gold het den wensch yan
een stervend kind en kon de afstahd tus
schen de beide plaatsen (Hoorn en Alk
maar) zeker geen overwegend geldelijk
bezwaar opleveren.
Wij hebben, blijkens onze slotopmer
king, volstrekt geen „steen over de mi-
nisterieele schutting willen werpen," en
begrijpen dat de minister, door een te
legram onverhoeds voor een lastig ge
val gesteld, zich aan de anteceoenten
gehouden heeft. Maar nu zulk een feit
zich heeft voorgedaan, meenen wij van
den Minister te mogen ver-vichteu dut
hij ernstig nagaat, of niet voor het ver
volg dergelijke „hardheid" kan worden
voorkomen.
Uit de Omstreken.
Zandvoort
Uit het jaarverslag 1901 der vereeniging
„Onderling Hulpbetoon" ajlhier, blijkt
-s. m. dat het batig saldo dier vereeniging
bedroeg f 4519.78', dat als volgt belegd is:
f 2354 4-1 op de postspaarbank; f 2000 op
de Haarlemsche Bank en f 165.34' in kas.
Binnenland.
Parlementaire Praatjes.
Wij hebben gisteren de amende
menten medegedeeld die op art, 2 der
Uit de Hofstad.
Had H. M. de Koningin in de vorigi
weken eenige malen Haar belang5.*1
ling doan blijken in weldadigheidscon
certen door die met Haar tegenwoor
digheid te vereeren, ook Woensdagavond
was die eer beschoren aan de soirée, uit
gaande van de Vereeniging tot opvoe
ding in het huisgezin van half-verwces-
de, verwaarloosde of verlaten kinderen
van alle gezindten in het Gebouw voor
Kunsten en Wetenschappen.
Toen Hare Majesteit met Prins Hen
drik in het Gebouw binnentrad werden
de Koningin en de Prins ontvangen door
het uitvoerend comité, de darnes me
vrouw de baronesse van Harinxma thoe
Slooten, mevrouw Lucardie en de nee-
ren mr. A. Ferf, mr. M. de Plnto en
mr. M. Polak Daniels. Door jongejuf
frouw de Pinto werd Hare Majesteit
een fraaie bloemruiker aangeboden.
Bij het verschijnen in de hofloge onder
de tonen van het Wilhelmus bracht het
publiek de Vorstin en den Prins de ge
wone begroeting. De vorstelijke perso
nen vertoefden van 3Cht uur tot kwart
voor negen bij de uitvoering en zagen
een in levende beelden samengesteld
schilderij, en een door jongelieden uit
gevoerde Italiaansche dans; verder zong
een jonge dame een drietal liederen en
het studenten-mandolinegezelschap Loh-
jarkof bracht een nummer ten gehoore.
Hare Majesteit was zeer ingenomen
met hetgeen Zij had gehoord en gezien
en betuigde dit ook, evenals de Prins,
aan de commissie die uitgeleide deed,
met de verzekering van Hare instem
ming met het doel.
Van het Gebouw voor K. en W. roden
H. M. de Koningin en de Prins naar den
schouwburg, om een gedeelte van de op
voering van Cyrano de Bergerac, met
Coquelin-ainé, in de titelrol, bij te wo
nen.
De voorstelling werd mede bijgewoond
door prinses Alice van Albany en den
erfgraaf en erfgravin von Erbach, die
tegenover de loge van Hare Majesteit
hadden plaats genomen, in de loge van
Hare Majesteit de Koningin-Moeder.
H. M. de Koningin en de Prins kw
men omstreeks kwartier voor negenen
bij den aanvang van het tweede bedrijf
in den schouwburg, door het overtal
rijk publiek met lulde toejuichingen be
groet.
Om elf uur verscheen Z. K. H. Prins
Hendrik op de soirée bij den Engelschen
gezant. De Prins droeg de groote tenue
van schout-bij-nacht. De heer Howard
ontving den Prins aan den ingang zijner
woning. Z. K. H. bleef tot middernacht
Ook Hare Majesteit de Koningin-Moe
der, vergezeld van haar logees, de prin
ges van Albany en van de erfgravin en
Overreden en gedood.
Dinsdagavond werd door de tram Lei
den—Haarlem onder
vrouw overreden en
dood.
Oegstgeest
onmiddellijk
Eenige buizen verdfer wacht een 1
coupé en klinkt uit een der rijk ver
lichte vensters lustig de Donau-wals.
Dei deur gaat epen en 'twee heeren,
die daar een souper hebben bijgewoond
komen naar buiten. Terwijl de een
plaats neemt in de coupé, hoort die
andere angstig geschreeuw en ziet hij
de kinderen loooen.
.Nu nog kinderen hier?" vraagt mijn
heer aan den koetsier.
Och ,meneer, die zijn hier totdat
de zon aan de dakpan komt; nu eens
zijn er veel, dan gaan ze weer dood.
net als de ratten in het Rokin."
Maar mijnheer was niet voldaan
over die koetsierslogica en ging naar
de kinderen, die op het geroep van
„Puntje leit in 't waternaar alle
kanten verdwenen.
De heer loopt naar den walkant en
ziet den gebrekkigen jongen even bo
ven den waterspiegel vastgeklemd
aan een vaarboom die daar is geplaatst
om een schip, beladen met hout, vast
te leggen.
Een handreiking en Puntje staat be
houden aan wal.
Even stilte, behalve het akelig pie
pend ademhalen van Puntje.
Mijnheer verbreekt dé stilte en
vraagt
Maar jongen, waarom niet naar
huis?"
Geen antwoord.
„Waar woont je moeder, jongen?"
Even gewacht, toen klinkt het uit
den mond van het d were je kortweg
„Heb geen moeder, is dood I"
„Maar je vadier?"
„Vaart op 'n kolenboot, zie 'm
nooit
„Maai- waar woon je dan. waar slaap
je gewoonlijk?"
„Westerdoksdijk, in de karren, als
ze der staan."
De heer mompelt iets, en er volgt
een greep in zijn beurs.
De andere heer is ihtusscben uit
den coupé gekomen en zijn vriend ge
naderd. Hij legt zijn arm op zijn9
vriends schouder en zegt
„Soyez prudent, Alfred, avec ces.
„Laissez moi," klinkt het terug.
Vervolgens tot Puntje..Kun je le
zen?"
„Nee," antwoordt d£ knaap, ,maar
da s niks, Toon zal het- wel zeggeu."
Puntje krijgt een naamkaartje, en
nog wat van den heer.
„Kom morgen maar daar. wij zullen
zien, stumpert"
Waarschijnlijk gaat puntje een beter
leven te gemoet dan hij tot heden had.
Voor ons, die 's nachts steeds laat
van het bureau huiswaarts gaan, is
het een der treurigste ervaringen vrou
wen en kinderen in het ellendigste
weer te zien zwerven. Soms ook man
nen allen deerniswekkend.
Het lijden van die zwervers is groot
Droevig is dan ook de aanblik on
zer parken in de zomernachten. Geen
bank die niet door een zwerver is inge
nomen. Komt de zon op. dan verlaten
ze verkleumd hun „legerstede", om
aan de markten of elders tets te ver
dienen.
Zoo is het in elke groote stad
(Hbld1.)
Brand te Gouda.
Dinsdagnacht te half één ontstond er
in het sponsenmagazijn van den heer
C. Strader, achter den Kattensingel te
Gouda, brand. Door het flink optreden
der brandweer (er waren vijf spuiten op
het terrein) heeft men den brand tot bet
perceel kunnen beperken.
De belendende gebouwen, de houtlood-
sen van den houthaifrielaar J. de Jong
Pz. en de kleederbleekerij van den heer
P. Boumans liepen veel gevaar, doch
met veel krachtsinspanning bekwamen
zij slechts waterschade. Een neven
staand gebouwtje, in gebruik bij den
touwspinner Wijnhof, brandde ineae
met den inhoud af. Niets is gered kun
nen worden. Alles is verzekerd.
De zaak-Tor Laan.
Men verneemt dat Gedeputeerde
Staten van Zuid-Holland het besluit
van den Gemeenteraad! van Delft,
houdende ontslag (eervol) van den
heer Ter Laan, als onderwijzer, hoofd
der school van lager onderwijs, heb
ben goedgekeurd.
Kinderboud.
Uit het jaarverslag v. d. Nederland-
bclxen KAnderbond ovctr 1901 blijkt,
dat luejt aantal aïdeelingen 13 bleef;
bij de twee bestaande correspondent
schappen kwamen er nog 3: te Gro
ningen, Opmeer en Epe. In Rotter
dam, Winschoten, Wagmig-en
Haarlem bestaat kans dat af deeding en
verrijzen. In Indiö zal, al is het nog
niet dadelijk, ook een Kinderbond
worden opgericht.
De ontvangsten, waaronder een. sal
do der vorige rekening van f 34, be
droegen f 333: de rekening sluit met
een batig slado van f 76.
Niet socialistisch.
Het hoofdbestuur van den AJg. Ned.
Kuipersgezellembond heeft een circu
laire verspreid waarin geprotesteerd
wordt tegen het feit, déi de Kuipers-
geaeilen vereeniging „Eerbied voor
Gezag" te Scheveningen zich van den
bond heeft afgescheiden, omdat deze
gezegd wordt socialistisch te zijn,
welke bewering enkel gegrond is op
de omstandigheid dat hare oprichting
vermeld heeft gestaan in De Zweep.
Het Hoofdbestuur, dat. de vereeniging
onlangs opgedicht heeft, protesteert
tegen hen, die achter deze geschiede
nis zitten.
Het verzoek vau een stervende.
Naar aanleiding van liet vermelde
feit, dat aan een stervend meisje ge
weigerd is afscheid te nemen van
haar vader, verpleegde ioi d)e Rijks
werkinrichting te Hoorn, waarover dc
heer Marchand in de Tweede Kamer
een interpellatie heeft aangekondigd,
schrijft De Standaard:
„Ben verhaal doét do ronde, dat
de minister van justitie aan een va
der. toen zijn kind sterven ging, be
let heeft van zijn stervend kind af
scheid te nemen.
Letteren en Kunst.
Zwervelingeu.
Op den Dam.
Drie uur in den afgeloopen nacht.
Uit de hoofdwacht klinken comman
do's voor de aflossing, die uit het
wachtlokaal langs verschillende we
gen opmarcheert.
Het geluid is weggestorven, alles
doodstil, totdat uit de KrommeElle-
boogsteeg kinderstemmen klinken.
Drie meisjes sluipen langs Zeemans-
hoop. al loerende, naar de Kalver
traat. Omkijkende, roept een van haar
met gedempte stem
Puntje, Puntje, kom maar, de piot
ten binnen weg
Op deze waarschuwing strompelt
uit |de steeg een mismaakt kereltje,
üat zich bij de drie andere kinderen
voegt. Al hijgend en bedenkelijk
kuchend!, doet het ventje zijn best
om de drie kinderen, die vlug ter been
zijn, bij te houden.
Voor perceel 11 wordt de pas inge
houden, de kinderen fluisteren en een
van hen loopt vooruit
Zij gluurt in het perceel daarnaast,
hoek Papenbroekstecg, dat reeds groo-
iendeels gesloopt is. en loopt weer
terug.
„Puntje," zegt het kind. „pas op,
Alleva zit er; hij heeft gisteren Daan
ook met hout gegooid."
Al va is de bijnaam voor een nog al
bar uitziend nachtwaker, die gewoon
lijk bij bouwwerken waakt en ook nu
weer op zijn post zit,
„Ik wou toch zoo graag wat hebben,"
klinkt bet klagend, op zwakken toon.
uit den mond van Puntje.
„Ga stiekem naar Idte schuiten in
de gracht," raadt een van de andere
kinderen, „daar ligt hout genoeg."
Het viertal strompelt de Papenbroek-
steeg in naar liet Rokin.
Even gewacht, gaat Punije vooruit
$n de drie andere kinderen sluipen
'langs de huizen heen en weer.
Tentoonstelling te Toryn.
De Commissie voor Nederland ter
tentoonstelling te Turijn heeft aan
den kunsthandel der firma ULterwijk
Co. ite 'is Graven hag e opgedragen
de inrichting van de Nederlandsche
afdeeling op deze expositie. Het co
mité ontving van ongeveer 60 kunst-
indujstrieelen, fabrikanten, aytisten,
enz. de toezegging tot deelneming
aan de tentoonstelling door inzendin
gen, een getal, dat de verwachting
der commissie overtreft.
De commissaris-generaal jhr. E. van
Loon begaf zieh Woensdag naar Haar
lem ten einde alidiaar met de daarvoor
benoemde jury 'de vetrzameling van
photographieën van gezichten en van
airid ere m erkw a aridi ghc den in ons
land te beoordeelen, welke ter inzen
ding bestemd zijn.
De firma J. A. A. G e rr i t-
sen te Amsterdam zendt ons een plioto-
lithographische opname van een me
daille, welke door haar in den handel
zal worden gebracht ter herinnering
aan het 20e eeuwfeest van de Paus.
De voorzijde dezer medaille geeft
weer de naar links gewende buste van
Z. H. den Paus Leo XIII met het rand
schrift: Super hanc Petram aedif i
cabo ecclesiam meam. Op deze steen
rots zal ik mijne kerk bouwen".
De keerzijde stelt voor een nederdït-
lende engel, in de linkerhand het he-
melsch brood) en do keilk naar de aar
de brengend, in de rechterhand den
scepter des geloofs. Op die rotsen is het
Latijnsche Kruis geplant met de woor
den: Roma in memoriam saecvli XX
ineuntis sx ecclesiae Romanae Catho-
licae. „Ter gedachtenis aan 't begin
der 20e eeuw der H. Roomsch Katho
lieke Kerk".
Het modellé, het werk van den artist
den heer Aug. Falise te Wageningen.
is. in zeer laag relief, karakteristiek
uitgevoerd.
Uit de Arbeiderswereld
BINNENLAND.
De Amfeterdamsche- Gemeenteraad
heeft op een adres van een aantal
winkeliers beslist, dat er geen termen
zijn om tusschenbeide te komen in 't
geschil tuisschon de diamantbewer
kers en de juweliers.
In eene Dinsdagavond gehouden ver
gadering der gecombineerde besturen
van arbeidersvereenigingen is het voor
stel van de commissie uit de burgerij be
slist onaannemelijk geacht. Heden
ochtend zouden de stakende dekenwe-
vers over liet voorstel eene geheime stem
ming houden.
Het Abattoir.
Van de abattoirplannen hooren we.
in den laatst en tijd niets meer.
Het plan staat niet, want dan zou
het. vasten grond onder de voeten
hebben; evenmin hangt het, want'
dan zou het dood wezen. En geen
van beide is het geval. Het zweeft
dat is het woord.
Ik geloof inderdaad niet, dat we er
aan kunnen ontkomen. Vandaag of'
morgen, al naar de omstandigheden,
zal het naar beneden komen dalen
zoo den vasten grond onder de voe
ten krijgen. Wat mij betreft, moge.
dat nog lang duren. De conditiën
van hygiëne, waaronder Avij Haar
lemmers ver koeren, zijn bijzonder
gunstig en wijzen allerminst op de.
noodzakelijkheid dei' invoering van
een slachthuis. Het wil mij daarom!
niet duidelijk worden, dat het noodig
zou wezen een gedeelte van onzen
middenstand nieuwe financieele be-!
zworen te gaan opleggen.
Maar de Raad heeft beslist, dat er
eem openbaar slachthuis komen zal
en daarmee uit. Derhalve komt het»
vroeg of laat. En wanneer ik mij af
vraag of de Raad met dit besluit ge
lukkig ig geweest, denk ik meteen aan)
een ander Raadsbesluit, dat voor da'
gemeente dure gevolgen hebben kanj
Toen indertijd de heer Sanders ver
zocht om concessie voor zijn elecfri-
schen spoorweg van Amsterdam door
de Haarlemmermeer naar hier, was
daarvoor ook een brug noodig over
helt Zuider Buiténspaarne. Gedepu
teerde Staten hadden aan het ge
meentebestuur de verplichting opge
legd die brug waarvan Haarlem
nadeel voor de scheepvaart vreesde'
te dulden, maar tevens was de
hoogte z-ó voorgeschreven, dat d«
stoom booten, die hetspaarne bevaren
met ongestreken stoompijp daaronder
door konden gaan.
De genieente-architcet wou destijds
twee vliegen slaan in één klap. HH
wees op ,le wenscMijkheid «oer a!
gemeene verbinding van het Zuider-
Buitenepaarne (Oostkant) met den
westkant en zoodoende met den Klei
nen Houtweg en den grooteai verkeers-
Aveg in de stad. Het inrichten nu
vam de brug voor den eOectrischen
spoorweg, ook voor rijtuig- en perso
nenverkeer, zou een som van f 56.000
hebben gekost. De heer Sanders zou,
wanneer hij dit bedrag als subsidie
ontvangen had, de brug geschikt heb-,'
ben gemaakt ook voor personen- en'
rijtuigenverkeer.
Maar de Raad wou er toen niet
aan. hoewel B. en W. en de Commis
sie van Fabricage met het dankbeeld
waren ingenomen en diat warm verde
digden. De Raad wou niet en dus
kwam er niets \-an.
En zien wij nu den staat van zaken,
onder de oogen, dan is de mogelijk-,
heid van een overgang voor het pu
bliek over bet Zuiderspaarn© verdei
dan ooit. De concessie van den elec-
trischen spoorweg is sedert üien tijd
verkocht aan de Hollandse he Spoor,
d'ie er niet aan denkt ooit een Zuider-,
Station in Haarlem te stichten, veelr
minder dus een brug over het Zuider.
spaarne te bouwen, 't Is waar. de
heer Sanders procedeert met het doel,
den verkoop der aandeelen van zijn
maatschappij nietig te doen verkla
ren, en toen ik hem vroeg, of hij zich
vam .dat procefc ietB voorstelde, gaf
hij ten antwoord: „anders zou ik het
niet begonnen zijn T1 Ik hoop er het
baste van, maar met een tegenstan
der als de Hollandsche Snow i<= het'
kwaad vechten.
Had nu de Raad de 56.000 subsi
die toegestaan en daaraan, de ver
plichting toegevoegd om binnen een,
korten, nader omschreven tijd met 'te
werk gereed te zijn,dan was misschien
dé brug or nu al en zou een gewensch-
te verbinding tot stand gekomen zijn.
Nu maak ik mij daarover geen illu
sies meer. Wil de gemeente vandaag
of morgen voor haar verkeer een
brug over het Zuider spaarne stichten
dan zal zij van den eersten tot den
laatsten cent zoowel de kosten van
den bouw, als die van het toezicht,
zelf moeten betalen. Op den duur
zal de behoefte daaraan blijken. De
gemeente heeft aan den overkant ter
reinen gekocht, die zij gaarne pro
ductief maken wiL BoA'endien is daar
ook het abattoir, waarvoor een breed©
ruime toegangsweg noodig is. Niet
voor het vee, Avant daarvoor wordt
een groote steiger gebouwd, maar
voor de slagers, die komen en gaan.
en het geslachte vleesch naar de stad
moeten brengen. Moet dit geheele
verkeer gaan langs de Dubbele
Buurt? Op den duur is dat een onmo
gelijkheid.
Waar zal nu het geld A'oor een ge
heel nieuwe brug. laat ons zeggen
een paar ton, op zijn minst, vandaan
komen? De Raad. die destijds al te
rugschrikte voor f 56.000 zal er toch
wel niet aan denken om 'n bijna drie
maal grooter som te brengen ten las
te van de belastingschuldigen? Zóu
men misschien, denkende: de slagers,
hebben eenmaal breede ruggen," de
kosten willen combineereoi met die
van bet abattoir? Als dat zoo is, mo
gen zij die in Haarlem nog gewoon
zijn vleesch te eten, wel ernstig gaan
dénken over een vegetariaansch dieet.
Dat wil evenwel niet zeggen, dal ik
voor mij haast zou hebben met het
abattoir. Integendeel, ik heb den tijd"
wel. 't Komt altijd vroeg genoeg
zooals men hierboven ziet.
Leger en Vloot.
Naar men verneemt zullen dezen zo
mer belangrijke oefeningen worden ge
houden m den vestingoorlog in en om
Naarden