ALLERLEI. Uit de Meppentromme], Prijsraadsel. SCHAAKSPEL Een Stocmjubiieum. Het verbeterde ^locomotief-type (1803). Tegen 'het einde van 1801 en het be gin van 1802, dus juist 100 jaar gele den, had in Engeland het eerste ver- Toer van personen door middel van een stoommachine plaats en weinigen ver moedden toen, welke rol het verhitte, rook en vonken spuwende monster hij verdere volmaking eens in het ver keersleven van alle volkeren zou spelen De eerste locomotief, die 100 jaar ge leden gebruikt werd en waarvan het model nog in het South-Kensington Museum te Londen te zien is, was een uitvinding van den Engel schen inge nieur Richard Trevithik en verwekte natuurlijk groote sensatie bij het pu bliek, dat de verschillende proefritten op den straatweg hij Camborne, waar de machine vervaardigd was, bijwoon de. De verkregen resultaten waren ~1~naar bevredigend, doch reeds na korten tijd werd de lo- comotief, tengevolge van v&rircerde behandeling, vernield. Op onze plaat zijn te zien het model uit bovengenoemd museum en een lo comotief, die een jaar na de vernieling der eerste machine door Trevithik werd geconstrueerd voor spoorwegen. Deze locomotief voldeed goed en was zelfs bruikbaar voor rijzenden en dalende bodem. Bij beide machines is het ei genaardigste het groote vliegwiel, dat de draaiende beweging van de as ge lijkmatiger moest maken en bij de tweede locomotief valt het groote aan-i tal tandraderen op, waardoor de be weging van de cvlinderkolf op de vier ërijfwielen wordt overgebracht. Beide I locomotieven bezitten slechts één cy linder. die aan cle voorzijde van den atoomketel was aangebracht en er ge deeltelijk in stak. Van de tweede loco motief is eveneens een model te zien in het South-Kensington Museum. Zij werd gebruikt op den Merthyr-Tydfill- spoorweg. in het zuiden van Wales, voor het vervoer van ruw ijzer en was in staat verscheidene wagens te trek ken, die gezamenlijk belast waren met l een gewicht van 10,000 K. G De locomotief van Tre^thik bracht haar uitvinder geld nooi succes en in 1833 stierf de knappe ngenieur in zeer armoedige omstandigheden, zoodat hij op kosten vaa het armbestuur be graven moest morden. Thans 100 jaar na zijn eers^ proeven, is men het er over eens, jat zijn uitvinding één van de mee# ingrijpende geweest is in de geschillen is van het verkeerswezen. Degeerste locomotief (1802). winnen. U. D.Victoria is wel een overwinning voor de gasten; van QuickP. W. zal Quick wel de over winning slepen. Voor de tweede klasse hebben wij: SwiftSparta, Sparta zal hier wel wfinnen, "doch haar kampioenschap is weg. A. V. V.Quick zal wel wor den gewonnen door A. V. V. AMATEUR. Schoenen- crème. 300 gr. geel was wordt gesmolten en 1 L. terpentijn toegevoegd. Dan lost men 120 gram harszeep in 1 L. water op en roert de wasoplossing door tot een schuimende pasta. Moet witte crème verkregen worden dan neemt men wit was en witte zeep. Zoo kort mogelijk. Prind'ar. een man uit het volk, pak te alles aan om door de wereld te ko men, doch veel mislukte. Op het laatst was hij huisknecht Nog geen week was hij in dienst of zijn meester gaf een diner en Prin'cier werd beduid dat bij de komst der gas ten hen moest aankondigen. Majoor Ludemeijer. mevrouw Ludemeijer, de jongeheer Ludemeijer, de jongejuffrouw Ludemeijer; en zoo voort Dit verveelde eindelijk zijn meester en deze beet hem toe: Prinder, je moet de gasten niet zóó aankondigen maak het korter. De schel ging en binnenkwamen de heer en mevrouw Gulden en hunne dochter. Prinder opende de salondeur en riep plechtig de zaal in: Drie pop! Een. bekend pianist was gewoon, als men hem complimen tjes maakte over zijn spel, hét volgende ln herinnering te brengen, toen zijn trots een ongemakkelijken duw had ge kregen. Hij was met anderen een paar da gen gast geweest in een huis ergens even buiten de stad. De laatste avond was zeer gezellig en men drong er nog •fens op aan dat hij ten besluite iets zou spelen en wel du Hongaarsche rhapsodie van Liszt, „Die heb ik twee of drie maal ge- epe-eld" zdi de pianist, „en 't is al vrij laat. Ik ben bang dat ik de buren zal hinderen." „Dan moet u het vooral doen," zeide de jongste dochter des huizes, „want ik ben er zeker van dat ze verleden week onze kat hebben vergeven. Als er iets kan worden gedaan dat hen hindert, dan is dat juist goed." Maar toen werd haar vriendelijk ge- at eensklaps door een hooge blos over- togen en het gezelschap gierde het uit van pret. Overdreven liefde voor de dieren. De wetenschap heeft het verschijnsel nog niet kunnen verklaren, dat juist het vrouwelijke geslacht geneigd schijnt, zulk een overgroote liefde voor de die ren aan den dag te leggen. Vooral hon den en katten profiteeren er in ruime mate van. Tot welke buitengewone vriendschapsbetuigingen zulk een hon denvriendin wel in staat is, heeft ieder een als eens ondervonden. Het zijn en- kere rassen, die een onweerstaanbaren indruk op zulke met de hondenwereld dwepende gemoederen schijnen te maken en wel in de eerste plaats de mops, een ras, dat volgens een bekend spreekwoord zoo dom is, dat het de maan aanblaft. Of het spreekwoord gelijk heeft, zullen we in het midden laten. Een overigens zeer voortreffelijke vrouw had al de liefde, die zij het menschdom schuldig was, op hare mops overgedragen, een afschuwelijke onver- trouwbare, onaardige, snoepachtige kef fer. Zij en haar mops waren onafschei delijk. Wanneer zij met het leelijke beest onder den arm op straat een kennis ontmoette, zei ze altijd, dat zij en haar mops 'theel aangenaam vonden. Volgens de goede vrouw was het dier geweldig slim, merkte met zijn eene oog alles op, en het at zich zoo vet, dat het niet meer loopen kon. De verregaande dwaasheden waaraan de hondenvriendinnen zich schuldig ma ken, zijn niet te tellen en zouden kolom men vullen. We willen dus slechts een bloemlezing geven. Een dame te War schau had drie kamerhonden, die met de grootste zorgvuldigheid verpleegd werden. Op zekeren keer zouden haar honden een partij geven en op het be stemde uur werden twaalf honden in fraaie rijtuigen gebracht, alle gekleed in fantastische costumes en met fraaie mutsen. In de eetzaal was de tafel ge dekt. Het menu was extra fijn, voor honden tenminste: kostelijke pastijtjes, roastbeef, kalfsvleesch, wild, gevogelte en dessert. De viervoeters werden door lakeien bediend, doch deze menschen waren niet weinig in hun eer getast door de wel wat ver gedreven gekheden van mevrouw. Een ander geval wordt nog uit Pa rijs gemeld. Op het politiebureau werd een op straat opgevangen windhondje af gegeven, dat een met zijde gevoerden, goed gewatteerd en en met bont bezette mantel droeg. In een binnenzak van den mantel vond men een met echte kant omzoomden en met een gravenkroon be stikten zakdoek. Om den hals droeg deze voorname hond een geel zijden lint, dat met een gouden, met echte paarlen en brillanten bezette speld aan den man tel bevestigd was. Men hield het diertje zoolang opgesloten, tot de eigenares, een dame uit een zeer voorname familie, het kwam opeischen. Toen zij haar lie veling weer terug zag, vergoot zij tra nen van vreugde. Zij kuste en liefkoos de het dier onophoudelijk. Maar haar woede kende geen grenzen, toen zij ver nam, dat het lieve beest den nacht zoo maar op de kale planken had moeten doorbrengen, opgesloten met een troep van die gewone honden, die er in het geheel geen gevoel voor schenen te heb ben, dat ze de eer genoten van zeer hoog gezelschap. flanellen wereld en zij ruikt vreeselijk naar brandewijn. Erg licht is het; 't doet mijn oogen pijn, zoo waar ik leef. En ik weet nog niet, wat ik met mijn handen uitveren moet: mij dunkt dat ik de vuisten in mijn oogen duwen zal. Of neen, ik zal liever de linten in mijn mond stoppen, tot ik stik. Hoe meer ze zich met mii bezig hou den, hoe harder ik schreeuw. Dat doet me goed. Die oude juffrouw steekt telkens de spons in mijn mond en snoept de helft van mijn melk op. Zij liet er gisteren avond weer snuif in vallen en tn=n 't niet hebben moest, kneep ie neus dicht. Dat komt ervan ais men een weer loos wicht, pas twee dagen oud is! Maar wacht; als 'ik eens groot ben. zal ik 't haar inpeperen. Er prikt riie een speld, maar als ik er -iets ,an ze£. word ik op mijn buik geleed of heen en weer geschud. se hebben er pl'eizïer in, om me zoo n te pakken, dat ik geen vin verroeren 'kan; ik wou de oude juffrouw wel eens zien, als ze zoo in de kleeren zat: Dat is een boosaardig mensch, daar gaat niets van af. Waar ik eigenlijk ben, weet ik niet. Een jonge man keek naar me en zei. dat ik: een kleine schreeuwleelijk ben en de oude juffrouw zei dat ik sprekend op hem gelijk. Laat ze hem dat niet wijs maken! Ik ga weer slapen. Dat is in onze omstandigheden 't beste. Ik kan me niet begrijpen, waarom ik mijn handteh nieit brengen kan. waar ik ze hebben wil. Ik geloof, diat lik met mijn mutsen banden maar eens spelen zal voor de variatie. Twee beroemdheden. Mevrouw Melba, de beroemde zan geres, zat eens op een diner ten huize van een lid der Engelsche aristocratie aan de rechterzijde van lord Wolse- ley, opperbevelhebber van hjet Brit- sclie leger, die de gastvrouw aan zijn linkerzijde had. Toen men pas aan tafel zat, vroeg lord Wolseley aan de gastvrouw: Wie is die dame aan mija rech terhand? Wel, dat is mevrouw Melba, Wie is dat, mevrouw Melba? Hoe nu? Kent Uwe Excellentie de groote zangeres niet? O ja! Zij is in Australië geboren. De beleefde lord wendde zich daar op tot mevrouw Melba en maakte haar zijn compliment zoo goed hij kon. Gij zijt een Australische, me vrouw? Ik ken Australië zeer goed. Mijn broeder woont te Melbourne. - Hoe heet uw broeder, als ik vra gen mag? Wel, natuurlijk Wolseley, even als ik. - Welke WoliseÜey? Ik weet nog niet precies, Maar mevrouw, ik ben generaal Wolseley! O! zei de geestige zangeres, met een gezicht, alsof ze dien naam voor het eerst hoorde. Lord Wolseley beet zich op de lip pen. Hij had de ontvangen les be grepen. Nuttige raad. Als met 't voorjaar de bladeren van die boomen in die tuinen ontspruiten, gebeurt het ook dikwijls, dat er in 't gezicht van sommige menschen roade vlekken ontstaan. Om U hiervan te verlossen, dames, maakt ge een poeder bestaande uit een derde geraspt krijt, een derde glycerine en een derde ge- distelleerd water. Doe het 's avonds voor gij gaat slapen op uw gezicht en binnen acht dagen hebt gij Weder uw& gewone tint terug. Geneesmiddel. Dat citroensap een uitnemend middel tegen hoest kan zijn, weet ieder leek, maar in de wereld der ge- neesheeren moet dat nog eens met na druk geconstateerd worden. Zoo vindt men in de „Medische Revue" een aan haling van Schröd/er uit het Monat- schrift f. Ohrenh. over de „auffollende Wirking eines Ilausmittels bei suba- culem Reizzustand des Respirations- tractus" en wel dit Een patient klaagt over zwelling in de keel en heftige nachtelijke hoest- aanvallen, pharynx rood en prikkel baar, zoo de patient wil gaan liggen, krijgt hij hevige hoestaanvallen. Co- caïniseeren, penseelen van den pha rynx met joodglycerine zonder resul taat. Uitgeperst citroensap met wat suiker gemengd, langzaam doorge slikt, doet den hoest verdwijnen". Alleenspraak van een zuigeling. Daar ben ik. En als dat is, wat ze de wereld noemen, dan heb ik er niet veel mee op. 't Is een erg benauwde Bonte steentjes. Kant beweerde eens in een gezel schap, dat de vrouwen te vergelijken waren bij eene torenklok, eene slak en eene echo. „Zij vertellen aan de geheele stad", zeide hij, „wat er binnenshuis ge schiedt, evenals eene torenklok. Zij dragen al wat zij bezitten aan het lijf, evenals eene slak, en zij moeten altijd het laatste woord hebben, evenals eene echo." Al de aanwezige dames kwamen na tuurlijk met verontwaardiging daar tegen op. „Ook voor u, lieve vriendinnen,'" ze'ide Kant, „geldt de vergelijking. Maar bij u is het: stipt als eene toren klok, onafscheidelijk van uw huis als eene slak en altijd slechts de echo van uwen man!" Nu maakte de verontwaardiging plaats voor blijde instemming en men vond de vergelijking zeer juist. Een middel tegen vermoeidheid van de oogen wordt door het weekblad English Mechanic aanbevolen. De ontdekker van ddt middel zat op een avond ijverig te schrijven, toen hij zijn werk moest staken, voordat het af was, omdat zijne oogen hem be gaven. Toevallig viel zijn blik. op eenige strengen kleurige zijde, welke zijne vrouw op een tafeltje had laten lig gen, en de heldere kleuren van die zijde werkten blijkbaar op zijne ver moeide oogen, zoodat hij na verloop van weinige minuten in staat was ver der te schrijven. Hij legde nu op zijne schrijftafel verscheidene Strengen kleurige zij-die en ondervond, dat zijne oogen niet vermoeid werden, als hij. telkens wan neer hij zijne pen in den inktkoker doopte, even naar die kleuren keek. Sedeii, eenige jaren zocht een Ame rikaan, Murray gebeeten, een man voor zijne dochter Ella, een jong meisje, dat 8 voet en 1 duim groot is en een beetje minder dan 400 pond \vee£"(- Hij zette adlvertentiën in de kranten, loofde een aardig huis en een flinke som uit als bruidschat, maar de grootte en de omvang der bruid joegen alle aanbidders van het huisje en het geld op de vlucht. Ein delijk kwamen d'e advertentiën onder het oog van een jongmensch, Edward Beaupré geheeten, die 8 voet meet (2 M. 59) en 367 pond weegt. Hij doet dus wel, zij het dan ook niet veel voor zijn bruid onder. Hij ging naar het jonge- meisje toe en verloofde zich met haar. Binnenkort denkt men dat ze trouwen zullen. Alweer een overwinning van de publiciteit! Een hoogst aangenaam bericht zal het voor het paar zijn, dat zij waar schijnlijk ook in aanmerking komen voor de 100.000 francs, die een inwo ner van Rouaan, de heer de Pierre- court, beschikbaar stelde voor het grootste echtpaar. Veol concurretie zullen ze ongetwij feld niet hebben! Een fantastisch plan is dat van den heer Loicq de Lobel. Deze heer wil niets meer of minder dan de Oude met de Nieuwe Wereld door middel van een spoorweg via Behringstraat verbinden en daartoe gebruikmaken van een veer pont of van een tunnel onder de Behring straat. Zoo zou de droom van een reis oin de wereld in denzelfden trein wel eens vervuld kunnen worden. Onnoodig te zeggen dat de treinen even comforta ble en weelderig ingericht zouden wor den als de Amerikaansche Pullmann- treinen. De hoogste sterrenwachten der aarde liggen in Amerika, het Lick-observatori um op Mount Hamilton in California, 1400 meter boven de zee, en dat van Boy- den bij Arequipa in Peru, 2700 meter hoog. Men schrijft aan deze ligging, wel ke veel helderder lucht aanbiedt, daal de nevels en wolken vaak laag hangen, toe, dat aldaar vele belangrijke waarne mingen zijn gedaan. In Europa liggen de hoogste sterrenwachten op Mont Gros bij Nice (600 M.), en op de Königstuhl hij Heidelberg (565 M.), dus veel lager. In Oostenrijk is nu het plan opgevat een volledig toegeruste sterrewacht te bou wen op de Sonnwendstein, een 1500 me ter hoogen berg, welks top uit Weenen, gedeeltelijk per spoorweg, in 4 uren is ie bereiken en waar ook in den winter als het beneden regende of sneeuwde of bewolkt was, vele heldere nachten voor kwamen. De laatste nieuwigheid uit Frankrijk is eene spaarbank-automobiel. Het gemeen tebestuur van Mezïères heeft om het spa ren onder de landelijke bevolking aan ie moedigen, een electrischen motorwagen doen bouwen, waarin vier zitplaatsen zijn: een vooi den bestuurder en drie plaatsen binnenin, welke om eene k'ei- ne tafel zijn aangebracht. Een plank in een der zijwanden, Cje ó-ent als toonbank, waarop geld door bui naar buiten kan worden omgeslagen, (en den wagen staande personen kan worden uitgeteld. Onder het tafeltje staat eene kleine gepantserde geldkist, in den wagen bevinden zich twee beamb ten van de gemeentelijke belastingen en een kassier. De wagen rijdt nu door het land cn houdt op vooraf bepaalde dagen in elk dorp stil, om de inlagen van de bewo ners uit den omtrek op te nemen. Tot nu toe schijnt evenwel de goed bedoelde in stelling nog niet veel bijval te hebben ge vonden onder de landbewoners Het Fransche Militaire Museum te Pa rijs is dezer dagen verrijkt met eene ver zameling van knoopen 800 stuks be- hoorende bij de Fransche regiments-uni- formen van den tijd der eerste Repu bliek tot op heden. In de versierselen van die knoopen kan men de afwisselende regeeringsvormen van het land nagaan. Men vindt daar de uniformknoopen der lijfwacht van de Consuls van welke de meesten zeer eenvoudig zijn; slechts één is versierd met een lictoren-roede. Op de knoopen der keizerlijke lijfwacht stond in relief de adelaar met de keizers kroon. De keizerlijke gendarmerie had knoopen met een adelaar die bliksems hield in zijne geweldige klauwen. Op de knoopen der Parijsche garde stond het oude schip uit het Parijsche wapen. Andere, met adelaars versierde knoo pen, droegen het opschrift: Garde de Paris. Sureté publique. De uniform der krijgsschool was tij dens Restauratie versierd met vergul de knoopen, waarop een Gallische haan fier met een klauw op een kogel steunt. Op de knoopen der artillerie zag men ter weerszijden een kanon en daartus- schen in eene lictorenroede met de Phry- gische muts er boven. Onder het Koninkrijk droeg de cava lerie eene uniform met knoopen, waarop eene eenvoudige hand lelie stond. De knoopen der veeartsen waren met een paard versierd. Op die van den staf der genie stond een adelaar, door vaandeltropeeën om geven. Ik ben hier een vreemdeling mijnheer. Kan U mij een goede kerl wijzen? Oh, ja! Rechts o mden hoek. Wat voor een soort van predi kant hebben ze daar? Een zeer goede man. Belangwekkend? In de hoogste graad. Welsprekend? Zeer. De beste predikant in de »tad denkt U? Ongetwijfeld. Hoe is zijn naam? Oh, mijn vriend, dat. is een vraaj welke dg beleefdheid mij verbiedt, ti beantwoorden. Mevrouw Millioen. Men kan O] de wereld zeer gelukkig zijn met een goede gezondheid en met, geld. Jonge Dedbroke. Nu, laten wi 't ons dan gelukkig maken, ik heb di gezondheid en geeft U 't geld. Moeder. Willem, wat heb je me dat twee-en-een-halve centstuk ge gedaan, dat ik je vanmorgen heb g. geven? Willem. Ik heb het aan de aaj gegeven. Moeder. En wat deed die er mee Willem. Hij deed 't in zijn pet ei gaf 't aan zijn vader, die op 't orge speelde, Oh, zei Amy zuchtend, de man nen zijn niet wat ze vroeger waren - Zoo, zei Douglas. En vraaron niet? Wel ze waren vroeger jongens. En hij ging heen. Waarom kom je zoo laat? vroe| zijn moeder. De onderwijzer liet mij zitten omdat ik Moscou niet -op de kaart vai Eux-opa kon vinden, zei Jan. Dat is geen wonder, dat je da niet kon vinden, 't Is afgebrand h 1812. 't Is eene beleediging om eei kind zoo'n vraag te doen. VERSTANDIG. Wat zou je doen, als je rijke oon stierf en je benoemde tot zijn univer seelen erfgenaam? Niets! MAGERE KOST. Zit daar aan den overkant dedicb ter Robert niet? O, wat is die man vree selijk mager geworden. Ja, weet je, die teert altijd nog oj zijn roem. De oplossing van ons vorige Prijsraad sel is „Stedelijk Nieuws". De prijs is bij de loting ten deel geval len aan A. J. DIEL, Gaelstraat 19, alhier Ons nieuwe prijsraadsel luidt: Mijn geheel bestaat uit 11 letters enii een gewoon en gezond voedingsmiddel. 9, 8, 11, 5, is een verkorte vrouwennaan 6, 1, 5, 3, 4 is een edel dier. 6, 2, 5, 3, 9, 8, 11, zijn dikwijls zeei kostbaar. 7, 1, 4, is een afzichtelijk dier. Oplossingen worden ingewacht tot ei met Woensdag a.s. Als prijs loven wij uit: EEN INKTKOKER. PROBLEEM No. 48. Zwart (4 stukken). b c d e f g Wit (7 stukken). Wit speelt en geeft in drie zetten mat. Oplossingen worden vóór 21 April Ingewacht aan het adres van den redacteur dezer rubriek, Jhr. A. E. VAN FOREEST, Atjehstraat 134 U 's Gravenhage. Oplossing van Probleem No. 46. 1 Tg6, Kd5, 2 Df7f, Ke4, 3 Df3 Kfö, 2 Pd4f> Ko4, 3Tg4 Rd43 e4 d6, 2 Dc6t, onversch. 3 Dc2 d5, 2 Tg5 onversch. 3Deö hg62 DgC :f, Kd5, 3 Pe3 b5ofh6, 2 Td6 onversch., 3 Dg6 Goede oplossingen ontvangen van A. v. V. en J. F. M. te Haarlem en R. J. S. te Wormerveer.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1902 | | pagina 8