SCHAAKSPEL i m m i m m m k m m w Prijsraadsel. Stoombaden wool1 huiselijk gebruik. Stoombadten voor huiselijk gebruik komen meer en meer in zwang, hoofd* zakelijk, omdat de goede resultaten van een stoombad zeer gemakkelijk door kou vatten ten kwade kunnen "worden beinvloed, als men, na het ne men van het bad', weer over straat moet gaan. Een zeer gemakelijk bad voor huis gebruik is op het plaatje voorgesteld De oven, waarin de stoom of heete lucht wordt voortgebracht, staat ge heel buiten het eigenlijke bad en dit is voorzien van een leeslessenaar, die tegen verveling kan vrijwaren. vrucht een soort van gelei gemaakt worden. Het sap der pisang "is zeer rijk aan looizuur, zoodat men er ook goeden inkt en schoensmeer van zou kunnen i bereiden. De wasachtige stof, door de blade ren afgscheiden, kan ook een uitmun tend handelsartikel opleveren. De kust van Honduras is een mid delpunt geworden voor den uitvoer van vruchten. In 1883 werd deze han del nog slechts met een kleinen schoe ner gedreven. Tegenwoordig zijn drie stoomvaartlijnen, en 16 zeilschepen in dien handel betrokken en het grootste deel van hun lading bestaat uit pi sang. Een stoomschip laadt van 8000 tot 15.000 trossen pisang, waaruit wel eenigszins de belangrijkheid van den West-Indischen uitvoer dezer vrucht kan blijken. De handel zoowel van de Westindische eilanden, als van Costa- Rica en Centraal-Ainerika in pisang neemt verbazend toe. Van Jamaica alleen worden jaarjlijks millioenen trossen naar Engeland uitgevoerd. Het is een geruststelling, met het oog op de gevreesde vermindering der tarweproductie. Brieven uit Berlijn. (Van onzen Correspondent). Berlijn, 8, V, 1902. Duitsche sympathie voor „Ons Willemientje". Hoe de geze ten werkman gehuisvest is. Een kijkje in de grootste huur kazerne van de stad met 1000 bewoners. In Duitschland is Koningin Wilhel- mina populairder dan menig bonds- vorst. Zij handelde geheel in den geest van het Duitsche volk, toon zij de „Gelderland" zond om den grijzen Kruger af te halen. Wat werd die dappere daad door de Duitschers lui de toegejuicht! Iloe gaarne had men gezien, dat hare iniiiatieve daad „au massgebender Stelle" zou worden on dersteund! Dat het Duitsche volk voor „Ons Willemientje", zooals de Koningin hier algemeen genoemd wordt, harte lijke sympathie gevoelt, blijkt in deze hachelijke dagen weer opnieuw, nu haar leven in gevaar is. Dag aan dag bevatten de bladen van de meest vel schillende richtingen uitvoerige tele grammen en hartelijk gestelde bij schriften van de redacties over liet be loop der ziekte. Het Duitsche volk en de geheele Duitsche pers is een stemmig in den welgemeenden wensch dat zij voor haar volk gespaard moge blijven. In veel opzichten is de Duitsche ar beider er beter aan toe, dan de kleine beambte en de kleine winkelier. Hij is georganiseerd, heeft 'dikwijls meer loon dan deze, wanneer hij zijn werk verstaat, is in allerlei kassen voor ziekten, begrafenissen en uitkeerin- gen na overlijden, en geniet van zijn leven, zoodra de Zondag is aangebro ken. De kleine ambtenaar moet met een schraal salaris krampachtig zijn stand ophouden en lijdt liever honger dan zijn ,,heer"-schap op te geven. Hij kan zich lang zoo krachtig niet voeden als de gezeten werkman met een weekloon van tusschen 30 en iO mark, die in den schafttijd zijn dikke „Stuiten", belegd met worst of spek, naar binnen spoelt en met geen kalen meneer zou willen ruilen. In Abraham's schoot leeft de Ber- lijnsche werkman echter evenmin als zijn collega elders. Tegenover een vrij lioogen loonstandaard staan de hooge huishuren en de duurte dei- levensmiddelen, welke er niet minder op zullen worden, wanneer het aan hangige toltarief wordt aangenomen. In het Noorden, Oosten en Zuiden woont hij, zoo dicht mogelijk bij fa brieken en werkplaatsen, in de onaf zienbare straten der buitenwijken. Die straten zijn meestal veel vroolijker dan de oude straten in het centrum. Ze zijn breed met dubbele rijen hoo rnen, een wandelpad in het midden en aan beide zijden öf geasph alteer d, óf goed geplaveid. Er is ruimte genoeg voor de ontelbare kinderen om te spelen, die naar het middenpad de wijk nemen, wanneer de electrische tram komt aanstuiven. Er is licht en lucht voor de tallooze bewoners der groote huurkazernes van 4 en 5 ver diepingen links en rechts van de straat. De lange „Acker-Strasse" in het Noorden is een typische sti-aat voor den werkman. Daar vond ik ook de grootste huurkazerne van de stad, „Meijer's Hof", met een bevolking van ongeveer 1000 personen. In één huis meer bewoners dan in al de hui zen van menig dorp, van menig klein Duitsch landstadje te zamen! Hoe is zoo'n groot gebouw ingericht om 1000 menschen te kunnen herbergen? Hoe ziet zoo'n arbeiders-interieur" er wel uit? Ik zal trachten, den lezer dit in het kort duidelijk te maken. Laat ik be ginnen met te zeggen, dat het bewus te duizendtal slechts schijnbaar in één huis woont. Zij hebben alle hui: domicilie op het ééne enorme terrein, j dat Meijer's Hof heet naar den vader van den legenwoordigen bezitter, doen wonen doen zij in vijf op gelijke af standen met net hoofdgebouw paral lel loopen.de zoogenaamde „Querge- baude", elk even breed, hoog en diep als het straatgebouw. Door den hoogen doorrit in het mid den van den gevel en de zich steeds herhalende bogen der doorritten in de vijf achtergebouwen, zien we op het bureau van den administrateur, dat heel aan het eindt het uitgestrekte terrein afsluit, een aardig perspecief van hooge bogen. Al de binneplaatsen tusschen de gebouwen hebben dezelf de afmetingen en worden links en rechts door de blind© zijmuren der be lendende panden volkomen afgeslo ten. Doodsch zijn ze daarom nog lang niet. Er is genoeg leven en beweging Kinderen ravotten en spelen er, in de eene binnenplaats heeft een smid zijn werkplaats gedeeltelijk naatr buiten verlegd en zwaait den zwaren hamer op het aambeeld, dat de vonken uit het gloeiende ijzer spatten, op een volgende komen stallen uit, in een derde kakelen ijverig wroetende en krabbende kippen, weer in een ande re is een bergplaats voor hout van den timmerwinkel in het aangrenzende achtergebouw, waar ,de zaag krast en de hamer klopt, in een volgende is een slachterij, wagens worden uit-en aangespannen, de wasch wordt door vrouwen te drogen gehangen, kort om, het is een wereldje in het klein. En op al die langwerpig vierkante binnenplaatsen komen de tallooze ra men uit der parallel loopende achter gebouwen van vijf verdiepingen elk. Achter vele ramen staan bloeiende planten. Alle doorritten zijn bedekt met namen van firma's, welke hier hunne werkplaatsen hebben en op een groot bord staan telkens al de Par te ien" vermeld, welke in het onderha- ige achtergebouw hunne tenten heb ben opgeslagen. Onder de beroepen en bedrijven ontbreekt er bijna geen een. Timmerlui, ververs, schoenma kers, smids, wagenmakers, bakkers, metselaars, blikslagers, borstelma kers. slotenmakers, hebben hier groo- tere en kleinere werkplaatsen. En winkeltjes zijn er ook te kust en te keur. In de „Materiahvarenladen" en in den „Grünkraniladen", ware to ko's in het klein, vinden de huismoe ders ailes wat ze noodig hebben. Ze behoeven voor hare inkoopen het ter rein van Meijer's Hof niet te verlaten. Natuurlijk zijn er ook eenige „Des- lillen" (kroegen), waar menige mark Zaterdagsavonds in bior of schnaps wordt omgezet, terwijl buiten in den doorrit moeder de vrouw tevergeefs op haar man staat te wachten. Op sommige uren van den dag is het bijzonder druk op binnenplaatsen en trappen, 's Morgens vroeg gaan honderden bewoners naar hun werk oni 's avonds moe en wel thuis te ko men. 's Middags om 12 uur komen de tallooze kindieren uit school; dan gaat er een geschuifel van vele voetjes over de uitgesleten trappen. Maar 's Zon dags! Dan is er den heelen dagleven en beweging al wordt er ook niet ge werkt in de vele werkplaatsen van Meijer's Hof. Dan braai, i het groote gebouw paasr.hbest uitgedoste bewo ners uit, die allen buiten aan de Spree of in den GrunewaJd van hun vrijen dag gaan gemeten. Vader duwt de „Ehestandslokomo- tive", den kinderwagen, met de Le tte jongsten er in, moeuer heeft een bar bies in den arm met Stullen (dikke boterhammen) en een van de andere kinderen draagt de onvermijdelijke ronde bus in een roodbruin gewekrt hoesje met Kuchen voor de middag- koffie. Jonge werklui, die nog „ledig" zijn gaan met hun liefste gearmd de poort van liet gebouw uit op weg naai' een der ballokalen in Halensee ofWilmers- dorf, zij in een licht kleedje en dito hoed1, het manteltje aan de pink dra gend, hij in uitgesneden vest inet !(°1 mooien lichten das. Soms komt er 's Zondags ook een heuscne equipage voor de deur! De eigenaar van don groentenwinkel gelijkvloers vóór aan de straat heeft zijn paard voor df-n wagen gespannen, wa.irir.ee hij op werkdagen bij dag en dauw zijn waar in de Centralmarkthalle inkoopt; de speciale „vriendjes" uit het huis zijn geïnviteerd, een paar planken doe" dienst als zitplaats en voort gaat de equipage in een klein sukkeldrafje naar den Grunewald. Gelukkig voor de arme ro? nan1 dat de wekelijRsche groe-itenvracntjes niet zoo zwaar <e trekken zijn als zoo'n Zondiagsch vrachtje van stevige mannen en vrouwen. Aan het eind van dien langen door rit trof ik den eigenaar aan in zijn eenvoudig kantoor, waar hij mij een en ander omtrent de wordingsgeschie denis van zijn merkwaardige onder neming meedeelde. Oorspronkelijk was I Meyer's Hof uitsluitend bestemd als j woonplaats voor den kleinen man; af gesloten werkplaatsen waren er latei- bijgekomen. De inrichting werd door zijn vader gebouwd jn de eerste jaren na dien oorlog van 1870/71 en was bere kend voor 3000 personen. In den eer sten tijd ging alles goed, alle woningen waren steeds verhuurd, op de plaats waar nu zijn bureau staat, had zijn va der een bad-inrichting gebouwd, waar van de huurders gratis gebruik moch ten maken; een eigen waterleiding voor zijn uitgestrekt terrein werd aan gelegd, het ging alios voortreffelijk, zooal soveral in Berlijn in dlie merk waardige „Gründer jaïire". Doch na de beste kwamen de magere jaren. Na een afwezigheid buitenslands had de tegenwoordige eigenaar de bezitting aanvaard'. De toestand was toen niet meer zoo roos kleurig als ondier het regime zijns- va ders. Deel® ten gevolge van de ma laise en den grooten Krach, deels ten gevolge van het wanbeheer van een slordigen administrateur, stonden een massa wonineen jn Meyers Hof leeg. En de bewoners der overige wonin gen behoorden vrijwel tot het uitvaag sel. In deze précaire tijden begreep de eigenaar, dat hij de administratie niet aan anderen mocht overlaten. Zelf nam hij de teugels van het be wind in handen, nam zijn intrek in een groote woning in het straatgebouw van zijn terrein, dus te. midden van zijn vele huurders, vestigde zijn kan toor in het laatste achtergebouw, waar hij voor elk te spreken was, en is in Meyers Hof tot nu toe blijven' wonen, een groote zeldzaamheid in Berlijn, waar eigenaars van kleine woningen zelden persoonlijk voeling! houden met hunne huurders. Meyer Jr. begreep in die moeilijke jaren, dat de groote onderneming alleen dan levens vatbaar zou kunnen zijn, wanneer het gehalte zijner huurders beter werd dan het in dien laatsten tijd geweest was. Zijn eerste werk Was dierhalve, zich systematisch van dte ongewenechfce elementen te ontdoen, welke Meyer's Hof in kwaden reuk hadden gebracht. In den beginne had hij een zwaren dobber om nieuwe huurders te vjn- den voor de vele leegstaande wonin- gen. Tevergeefs werden dte huren tot op een derde van de waarde geredu ceerd. ofschoon daardoor van rente voorloopig geen sprake kon zijn. Te vergeefs werd de president van die na burige Stettiner Bahn in den arm ge nomen, in de hoop. dat deze zijn werk lui en kleine ambtenaren op de gun stige ligging opmerkzaam zou maken; Zij wilden zeiven kiezen en wenschten niet gezonden te worden door hunne autoriteiten. Hij wierp het daarop over een anderen boeg, bezocht zelve de machinisten, conducteurs, wegwer kers in hunne vereenigingslokalen en slaagde nu beter. Langzamerhand namen ordelijke werklui hun intrek in Meyer's Hof. Bij de laatste volkstel ling beliep het getal bewoners nage noeg 1000 personen. Eeri groot getal woningen waren door dien eigenaar verbouwd en tot werkplaatsen inge richt. Een eigen electrische machine levert de kracht voor de velerlei be drijven op het groote terrein. Evenzoo is de eigen waterleiding nog steeds in werking, ofschoon de buizen van de stedelijke waterleiding reeds lang door de Ackerstrasze zijn gelegd, hetgeen bij den bouw van Meyer's Hof nog niet het geval was Tegenwoordig wonen er nu 260 300 families, waarvan er verscheidene no- een Kammer aan een „Schlafbur- sche" (ongehuwd,en werkman) ver huurd) hebben. De meeste woningen bestaan uit Stube, Küche en Kammer en doen tusschen 195240 M. 's jaars huur (dus M 16.25—M. 20 's maands) of in Hollandsch geld f 9.75f 12 's maands. De huren worden eenmaal 's maands geïnd en moeten vooruit betaald wor den. Een arbeiderswoning van ka mer, keuken en bij-keuken voor f 5. 's weeks is naar Hollandsche begrip pen vrij duur, doch men mag niet ver geten. dat de loonen in dezelfde ver houding staan. In den loop van het gesprek vroeg ik, of er misschien ge legenheid was. een paar van zulke wo ningen eens van binnen te bekijken, daar het mij interesseerde, hoe een gezeten arbeider hier is ingericht. Da delijk was de heer Meyer bereid me zelf rond te leiden. We gingen over de binnenplaats en liepen de trap op van het eerste het beste Quergebaude. Het was Zater dagmorgen en het geheele trappenhuis was pas geschrobd en netjes met zand bestrooid. Voor dit werk heeft de huisheer speciale vrouwen aangesteld. Op elke verdieping links en rechts deuren.welke niet zooals bij andere Duitsche woningen voor de hoogere standen toegang geven tot de bewo ning van eene familie, maar van ver scheidene. Daarom staat deze deur- van het trappenhuis ook den heelen dag open. Aan beide zijden van de deurposten verscheidene nette porce- leinen naambordjes. De lange corri dor met links en rechts vele deuren is vrij donker, doch door diezen aanleg hebben dte kamers en keukens ten min ste flink licht en lucht, die kamers links met uitzicht op don eenen „Hof" de bijbehoorende keuken® met water leiding en de bijkeukens rechts dito met uitzicht op den anderen „Hof" Op veler verzoek had de eigenaar bij ven-schei dene woningen de muur tusschen Küche en Kamiuer, elk een smalle pij pal a met één raam, laten wegbreken. De bewoners verloren daardoor wel een aparte kamer, doch d'it werd opgewogen door de groote ka mer. waarin het gezin den heelen dag woont en eet. De mooie kamer aan den overkant, een flink vertrek van 4 bij 4 nieter naar mijn schatting, waar in de bedden staan, wordlt alleen als slaapkamer gebruikt. Zoowel in de kamer, alls in die keuken, staan vaste steen en kachels. Het trof me, dat de verschillen dte families, waarvan de mannen metselaar, machinist en tim merman waren, zoo netjes in hun meubeltjes zaten. In de „mooie" ka mer meubels van echt of geïmiteerd notenhout, bedden, vertikow (hoog isierkastje), kleerenkast, een breede sopha, een hanglamp, aan dte hei'dte ramen witte gordijnen, op dien vloer een flink karpet. Mijn geleider Ver telde me. dat een groote slaap-sopha zelden in een arbeidersgezin ontbreekt, hetgeen ik trouwens vroeger al had op gemerkt, daar ik de afgedrukte exemplaren zelfs buiten in de houten buisjes hunner Lauben-Koloni'ën had gevonden. De bewoners van elke corridor heb ben saaien een closet met waterspoe ling. wel wat weinig voor verschei dene personen! Vroeger ontbraken die- ze gemakken geheel en moesten de bewoners telkens naar de algemeen* privaten op die binnenplaatsen. Hierin werd door dien tegen wo ord'igen eige naar verandering gebracht. Hij ver bouwde op elke corridor oen keuken en verhuurdle de bijbehoorende smalle kamer apart aan alleenstaande oude juffrouwen en ongetrouwde werklui. Hoeveel huur moet deze familie nu wel betalen? vroeg ik, nadat we het interieur van dte metsel a aris vr o u w bekeken hadden. Wat verdient haai man ongeveer? Die woning doet M. 18.75 {f 11.25) 's maands. Naar mijn schatting zal haar man circa 36 Mk. in de week ver dienen f 21.60), was het antwoord. eHt is een heele toer, op elke cor- rjdor families onder te brengen, die bij elkaar passen. U begrijpt, dat er licht haken en oogen zijn ondier zooveel personen, die dicht op elkaar wonen. Het komt voornamelijk op de vrou wen aan. die den heelen dag thuis zijn. Al® die ondier elkaar vrede hou den is het pleit gewonnen. Voor dezen bezitter is heit ad'minj- sti-eeren van zoovele „huisjes" waar lijk geen kleinigheid. K. stuwen, eenvoudig door in ons te ge. looven. Het streven bij de opvoeding van kin-1 deren moet wezen: dochters te ver-1 krijgen, waarvan men niet en zoons waarvan men veel spreekt. Wij moeten leeren recht-op-gaan. Wij moeten leeren flink aanpakken Wij moeten leeren durven. We moeten meer leeren uitvoeren in korten tijd. We moeten leeren spelen en sport be oefenen, niet om het beroerde wedstrij den wie het 't hardst kan, met al het ge- dobbel aan die wedstrijden verbonden, maar sport en gymnastiek ter lichaams- ontwikkeling en tevens als aankweeking van tuchtzin, die ons, Hollanders-anar chisten, al te veel ontbreekt. We hebben behoefte aan lucht, aan veel grooter par ken, met sport- en speelterreinen aan speelplaatsen bij alle scholen in de eer ste plaats zooals wij behoefte hebben aan korter werktijden in en buiten de school, en meer vacantie voor allen, die hun schooljaren achter zich hebben. Bij tal van onze scholen zijn gymna stieklokalen, die ongebruikt kapitaall 's avonds leeg staan, terwijl onze jeugd op straat rondzwerft. L. Simons. Van alle tijden. Voor alle tijden. PROBLEEM No. 52. Zwart (6 stukken). m 1 m ns 4 üf 4 si m M mg, 'k -V 01 ■:h W/2.. abcdefgü Wit (9 stukken). Wit speelt en geeft In drie zetten mat. Oplossingen worden vóór 19 Mei Ingewacht aan het adres van den redacteur dezer rubriek, Jhr. A. E. VAN FOREEST, Atjehstraat 134 te 's Gravenhage. Oplossing van Probleem No. 50. 1 Dd7, Kc42 Rd4, b3, 3 Dal d2, 3 Re2 cdl:3 Dc6 anders, 3 Rb3 b-3, 2 Dal, onversch., 3 Db3 b5, 2 Dg7(", Kc43 Rb3 d2, 2 Dd2Kcl3 Re2 g3 of h2, 2 Rb3 d2, 3 Dd2 anders, 3 Dg7 Goede oplossing ontvangen van A. v. V. te Haarlem. Een trouw volgehouden plan is als een gouden of zilveren muntstuk; is het eens gewisseld, dan druipt het, als alle klein geld, ongemerkt door de handen. Zuinigheid, orde, netheid en stipt heid schijnen onbeduidende deugden maar zij geven een atmosfeer van vre de in huis. Helder in de voorjaarslucht, Klinken blijde tonen, F eestlij k is 't gemoed gestemd, Waar maar menschen wonen. Kou en donkerheid heeft uit, Licht en luwe luchtten, Drnigen, drijven bij ons uit Somberheid en zuchten. Er zijn van die onschatbare1 wezens, die ons omhoog tillen en voorwaarts De oplossing van ons vorig prijsraad sel is: ZOMERVACANTIE. De prijs viel ten deel aan Mej. VAN HUIZENLA LAU, Pieter Kiesstraat 16. Ons nieuwe Prijsraadsel luidt: Mijn geheel bestaat uit 13 letters en is een in de sportwereld dezer dagen druk besproken gebeurtenis. Een 1, 2, 4, 5, is een verscheurend dier. Een 3, 7, 5, 9, is en vrucht. Een 13, 12, 3, beschermt het land tegen overstrooming. 8, 2, 6, 4, 10 is een bekende naam on der de Boeren. Aan een 11, 7, 3 oefent men gymnastiek uit. Als prijs loven wij uit: EEN KOP EN SCHOTEL. Men kon "nod zien, hoe hij zichzelf geweld aandeed, kalm te blijven. Thans stond hij op. Dan mag ik de dames on heeren wel grotten? Hij maakte een stijve buiging. En zich tot Richard) wendend, zei hij halfluid met ©en smartelijk trekken der mond hoeken: Mijn zuster zal u den ring en de kleine souvenirs terugzenden ik heb die eer! De jonge man stond als aan den grond genageld, hij zweeg, het don kere haar hing hem over het voor hoofd en liet het marmerwit door schijnen. Hij beantwoordde de bui ging niet, hij knikte maar stom, als een auto-maat. Plotseling kromp hij ineen, een siddering liep over zijn heele lichaam in spanning luisterend hief hij het hoofd op. Buiten in de gang gefluister, een lichte tred1 nadierde de deur; er werd geklopt. Mevrouw Suzanna wou boos opvlie gen had ze niet order gegeven, hen absoluut niet te storen? Weer geklop, luider dringender allen keken elkaar aan waarom zei er niemand „Binnen!" De deur ging open. Met een doffen schreeuw hief Richard de handen in de lucht, hn wankelde een paar schre den voorwaarts en nu zijn kreet-, half schrik, half verlossing: Lena! Alls een echo volgde Langens roep, maar verwijtend, ontzet: Lena! Mevrouw Atnalia knikte, dat was weer een bewijs van Lena's overdre venheid! O, zei tantje Jansje. De overigen waren opgesprongen. Bleek, sidderend stond Lena in de deur, een eigenzinnigen trek om den mond. Onder liet kleine, bonte mutsje hing het haar verward, een voile had ze niet voorgedaan, haar oogen waren rood van den wind en van het woe nen. Niemand heette haar welkom. Al len staarden haar aan. Zij kwam langzaam de kamer in, haar blik dwaalde van den een naar den ander. Een oogeoblik scheen het of zij naar haar broer wou vluchten, reeds deed zn een schrede in zijn richting. Maar toen bleef ze staan. Richard, zei ze trotsch; ©n toen nog eens zachter: Richard, ik wou bij je zijn! Hij nam haar bij de hand, zijn op gewonden gelaat werd kalmer, de on zekere, twijfelende trek om zijn mond verdween. Plotseling vast besloten, trok hij het meisje naar zich toe. Hij legde zijn arm om haar hals ,en kuste haar Nou! Oom Herman werd zoo rood als een kreeft, hij blies zijn wangen op Wat moet dat? Schuw wendde hij het hoofd toen af, het was hem hoogdt onaangenaam, die liefdesbe tuigingen mede aan te zien; in zijn. ka mer van vrijgezel kwam iets derge lijks niet voor. Dwaasheid, artiesten- grillen, bromde hij. Het is makkelij ker een meisje een kus te geven, dan een vrouw eerliik te onderhouden. En zoo'n jong, vertrouwvol ding zijn ge brom stierf weg. Laat dat, Richard! U, juffrouw, hij maakte de bekende onhandige hoofdbuiging, u kan ik al leen raden, laat den jongen, loopen. U bent een aardig meisje, u kunt nog wel een heel anderen krijgen! In Lena's wangen vertoonden zich, trots alle kommer en leed, de sporen van twee kleine kuiltjes; zij sloeg zonder vrees de oogen op en kwam, Richard meetrekkend, dicht bij den ouden heer staan. Maar ik wil geen ander, ik houd van hem. En angstig, diat ze teveel zou hebben gezegd, boog zij weer het hoofd; u zal daarom toch niet boos zijn? Wel? De oom knipte met de oogen onder den blik van haar glinsterende kij ker®. hij was blij, dat de oogleden zich nu weer er over sloten. Vrouw en tra nen, brr! een onrustige verlegenheid maakte zich van hem meester, daar om mompeldie hij: Wat gaat het mij ook eigenlijk aan? 't Kan mij niet schelen! Lena de kantonrechter beet zich op de lippen Lena, kom, laten we gaan! Zij keek haar broer zelfs niet aan. Wat koppig! fluisterde mevrouw. Amalia; het was eigenlijk alleen maar gedacht, maar men hoorde het door de heele kamer. Mevrouw Allenstein sidderde over alle leden, een naamlooze angst be kroop haar. Het gezicht van haar broer was zoo veranderd; hij zag er jaren ouder uit, zijn vrouwelijke mond wa® vast gesloten. Zij tastte naar de hand van haar man: Karei, zeg jij het hem, zeg jij het hem; ik ben te opge wonden! Allenstein trok .de schouders op; hij stak zijn neus niet graag in onaange name quaesties en bovendien was die juffrouw Langen aan heel aardig meisje, in 't geheel niet te verachten. Hij zweeg. Och jij! zei Suzanna en liat on geduldig zijn hand los. Richard, uit de grootste liefde waartecbuw ik je, je maakt je ongelukkig. Bij dte nage dachtenis van onze ouders, bezweer ik je! Lena omklemde vaster de hand van haar bruidegom. Juffrouw Langen, ik kan niet an ders. ik moet het u zeggen, mijn broer is onvermogend ook wij zijn niet in staat hem Mevrouw Allen stein zweeg. Lieve juffrouw, u doet financieel "een partij, ik zeg het u maar ronduit. Wat dtenkt u wel van mijn zus ter? Lena, kom hier! Langen was opgevlogen, hij trok het meisje naast zich. Als ze deze domheid begaat, dan volgt ze alleen de inspraak van haar hart. Maar ik zeg: Neen! Woedend keek Suzanna hem aan Mijnheer u hoeft dat „neen" hee- lemaal niet te zeggen alsof u een be- leedüging was overkomen; mijn broer is noe- "een verachtelijke partij! En mijn zuster heeft niet noodig, zich in onwelwillend© kringen in té dringen! De jongen is gek! schreeuwde oom Herman daartusschen door, maar bij iis toch een flinke kerel! Kalm, matig u wat, verzocht Al lenstein. Tante Jansje zuchtte en fluisterde Amalia toe: Hoe verschrik- kejlijk, hoe verschrikkelijk, familie twisten! Deze antwoordde slechts met een oogopslag. (Werdt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1902 | | pagina 10