DE ZATERDAGAVOND GRATIS BIJVOEGSEL VAN „HAARLEM'S DAGBLAD". Letterkundig Weekblad voor Jong en Oud. ALLERLEI. Rubriek voor Dames. Haarlemmer Halletjes. üo. 89. Zaterdag 17 Mei. 1302. Meest gelezen Dagblad In Haarlem en Omstreken. Concurrentie tusschen Enge land en Duitschland. Het Engelsche eiland Laboean, ten noordien vair Borneo wordt beheerd door een particuliere maatschappij, al behoolrt het administratief tot Britsch Noord-Bornen. Eigenaardig is het te bemerken, hoe in de wateren tusschen Borneo en Achter-Indië Duitschland en Engeland om het ver keer strijden en hoe geleidelijk de Duitsche onde(rnem(ende stoomvaart maatschappijen ©r veld winnen. Zoo is Laboean tegenwoordig op de Duit- eche vlag aangewezen voor het ver keer met de buitenwereld. De Nord- deutjsche Lloyd koopt telkens stoo- mers van andere, lijnen op, vult haar vloten geregeld aan en heeft vooral van den handel van Bangkok zich een groot deel weten te verschaffen. Daar in die vooruitgaande hoofdstad van Si am, was vroeger 80 procent van de binnenkomende schepen Engelsch; nu staat Duitschiland aan de spits en het Britsche aandeel is tot op 38% verminderd. Op de. Jangtsekiang be gint hetzelfde liedje. Het aantal kuststoomers van de Norddeutsche Lloyd in Oost-Indische en Cbineesche wateren bedroeg in het begin van 1900 26, en op het eimdi van 1901 was dat aantal tot 46 gestegen met een inhoud van 68000 ton. Telefoneeren uit sneltreinen. Toen verleden jaar de prins en de prinses van Wales in Canada reisden had de Canadian Pacific Railroad Company de beleefdheid, alle afdee- lingen van dien trein telefonisch met elkander te verbinden, zoodat de prins van uit zijn compartiment door de. ganlsche snelbewegende woning kon spreken. Die inrichting heeft men nu in En geland nog zóó ver uitgebreid, dat er iu elke treinafdeeling een telefoontoe- Het Mausoleum voos* Kossuth. In Hongarije is men druk doende, de nagedachtenis van Ludwig Kossuth, den voormaligen gouverneur van dat land, die de ziel van den Hongaarschen vrij heidsoorlog geweest is en die den grond gelegd heeft voor een onafhankelijke, oonstitutioneele en moderne staatsinrich ting voor Hongarije, op monumentale wijze te vereeuwigen. Dadelijk nadat de oude Kossuth in 1894 te Turijn in balling schap was overleden, werd door geheel Hongarije geld ingezameld en door de populariteit van Kossuth in alle lagen der bevolking was het geen wonder, dat reeds 3 jaar na zijn dood een zoo aan zienlijk bedrag ter beschikking was, dat men er aan denken kon, den grooten doode, wiens stoffelijk overschot naar Budapest was overgebracht en aldaar op het Kerepeser kerkhof is bijgezet, r iet alleen een waardig praalgraf, maar ook een gedenkteelcen op te richten. Van de 950.000 kronen, die bijeengebracht waren, werden er 300.000 bestemd voor het mausoleum, dat op het graf zou worden opgericht op een plein van Pest. Het Pester gemeentebestuur schreef een prijsvraag uit voor een mausoleum en uit 14 ingekomen ontwerpen werd door een jury dat van den architect Ko- loman G er ster, in samenwerking met den beeldhouwer Alois Strobl gemaakt, Uden eersten prijs (6000 kronen) waardig gekeurd. Dit ontwerp zal nu worden uit gevoerd en het mausoleum, zooals Let op Kossuth's graf zal worden geplaatst, is op de plaat afgebeeld. Het bestaat uit een uit vierkante steenen opgebouwd dubbel terras, in welks midden men door een eenvoudige deur in het inwendige komt. Op het dubbele terras is, op Dori sche zuilen, een kleine open hal opge richt, onder welker dak de groote doode in een half liggende, half zittende hou ding in beeltenis rust. Op het dak van dezen teihpel ligt een krachtige leeuw met opengesperde kaken; hij symboli seert de onversaagdheid en den onver- zettelijken vrijheidszin van den vrijheids held. Aan het glorievol verleden van Kos suth herinneren alleen de aan twee zij den van het bovenste terras aangebrach te reliefs. Het eiland Martinique. stel is geplaatst, waardoor het moge lijk wordt gemaakt, dat, als de trein op een grooter station stilstaat, da delijk een verbinding kan worden tot stand gebracht met de telefoonleiding der stad en ook de aansluiting kan worden verkregen met verder gelegen plaatsen. Om vooral geen tijd te verliezen, werden de aanvragen om verbinding voor telefonische gesprekken al on derweg aangenomen. Een beambte neemt de bestellingen aan en geeft ze bij het eerstvolgend station af aan een collega; deze seint ze naar het volgend station en zoo kan het ge sprek herinnen, zoodra de ttrein is aangekomen. Zulke sneltreinen met telephoon- aansluiting zijn ook al gedeeltelijk m de maak bij de groote Amerikaansche transcontinentale lijnen, North Wes tern, Union Pacific en Southern Pa cific. Voorloopig profiteeren Chicago Omaho en San Francisco er reeds van; men kan er telefoneeren tot een halve minuut voor het vertrek van den trein. PRETTIG VOORUITZICHT. Hij: Als we getrouwd zijn, lieve Marie, zal ik het boek „Leider door den echtelijken stand" voor ons koo- pen. Zij: Dat is niet nood'ig, de leiding neem ik op me. Een vrouwensieraad, dat eenige ja ren achtereen op den achtergrond ge schoven was, is in den laatsten tijd weer in groot aanzien gekomen. Ik bedoel den armband. De lange mou wen maakten, dat dit sieraad niet tot zijn recht kwam; het verdween als 't ware onder de mouw,nu er echter veel mouwen tot den elleboog gedragen worden, is ze weer een der meest, be geerde voorwerpen uit een juweliers winkel geworden. De armbanden worden nu dikwijls weer per paar gekocht evenals onze ouders en grootouders het veert'ig 50 jaren geleden gewoon waren. De nieuwerwetsche zijn huiten kwestie mooier dan de ouderwetsche, ofschoon de laatsten toch altijd haar zelfde be koorlijkheid behouden. Die donker blauw geëmailleerde braceletten, van een motto als „God zegene U" voor zien, blijven nog altijd aantrekkelijk voor het oog. Wie zoo'n erfstuk in de familie heeft, kan er nu weer mede voor den dag komen en draagt het dan meestal met voorliefde, omdat het een hand is met een verleden, waar van menige vrouw onder den indruk komt. Met verontwaardiging schudden wij onze wijze hoofden over de bewoners van een of ander Drentsch dorpje, die nog zoo door bijgeloof geplaagd wor den, dat zij meenen, dat een vrouw of kind behekst kan zijn. De angst hier voor heeft dikwijls groote) wreedheid ten gevolge en daarom kunnen wij van geluk spreken, dat in meer beschaaf- dë streken het bijgeloof in zoo'n vorm geheel verdwenen is. Daarom zou ik echter nog niet willen beweren, dat alle geheel vrij zijn van d'e angst voor een gezelschap van dertienen of voor het naar beneden vallen van een spiegel, of van een blijde toekomst, die een zelf gevondenhoefijzer boven de deur gehangen, kan voorspellen. Vinden dergelijke toevallige omstan digheden als bijgeloof hij velen ook geen aanhang meer, een andere vorm bestaat er nog, waarvan weinigen zich geheel vrij kunnen maken. Ik bedoel Een Zaterdagavondpraatje Menschen die veel in de wereld ver- kéeren, ergeren zich veelal aan de onverschilligheid waarmee het meeren- deel hunner natuurgenooten die open bare belangen bejegenen. Wanneer je het publiek niet iets hleel buitenge woons kunt aanbieden trekt het zich van de algemeene zaak niets aan. Ge wone vergaderingen hebben geen suc ces meer, jie moet er minstens licht beelden bij vertoornen. Voor de bij eenkomst in dien schouwburg op 1.1. Woensdag, waar een comité van actie kou worden samengesteld inzake de nieuwe spoorwegplannen waren 200 personen opgeroepen en geen 50 ver schenen. Zouden ze wel gekomen zijn, wanneer aangekondigd was, dat de portretten van de leden van den Raad van Beheer van de Holüianidlscbe Spoor Eouden worden vertoond, met een af beelding van die eerste en van de laat ste locomotief? Of zou het bericht, dat in die pauze een aap op het tooneel de sierlijkste kapriolen zou uitvoeren, de menschen tot trouwier opkomst hebben geprikkeld? Ik laat het ant woord op deze vragen liefst aan ande ren over, daar ik zelf liefst geen on vriendelijke meeningen over mijn me- flememischen verkondig. Mocht eens weer een diergelijke vergadering wor den gehouden dlan zou men bij wijze van proef Van Laar met zijn orgel kun nen engageeren om d)e nauzen op te vroolijken. Intusschen zullen de geoaoodigden, die Woensdag wegbleven, zich kun nen verontschuldigen met de opmer king, dat zij d'e ©enigen niet zijn die weinig „fut" aan den dag leggen. Dit beroep op een ander ,di!e hetzelfde kwaad' doet, is wel eien slap excuus, maar een excuus is het op zekere hoog te toc.h, omdat er uit blijken zou dat onze menschelijke natuur nu eenmaal moeilijk is te krijgen tot energiek, snel en doortastend handelen, Is het wonder, dat ik daarbij denk aan da Raadscommissie, die voorstel len moet doen tot vaststelling van een nieuwe verordening op de pensioenen? Jaren en jaren lang is deze commissie aan het werk geweest om deze veror dening tot stand te brengen, met dit resultaat, dat zij er nóg mee bezig is. Inmiddels is nagenoeg de heele Com missie van samenstelling veranderd dn zooals ik gehoord heb bestaat er nu uitzicht, dat we inderdaad binnen niet al te ver verwijderden tijd een' voorstel zullen krijgen. Intusschen is de anarchie, de stel selloosheid op het gebiedl van pensi'oen, wachtgeld' en toelage al die jaren heer en meester van het terrein geweest. En binnenkort zal die Raad weer te beslissen hebben over een geval van dien aard, zonder behoorlijk regle ment om zich aan vast te houden. Wanneer d'e weduwe van een pas over- ledlen hoofdambtenaar, die 22 jaar de gemeente diendie, bij den Raad' aan vraag doet., zal zij zich op geen recht kunnen beroepen en het goedvinden van den Raad moeten afwachten. Zoo iets moest toch niet mogelijk wezen. Laat ons hopen, dat het voor den laatsten keer zal zijn, dat het gemis van een behoorlijke verordening ge-' roeldl wordt. Zoo eigenaardig zit onze samenle ving in elkaar, dat er andere men schen zijn, die wel zouden mogen wenschen, dat er wat minder notitie van hunne belangen genomen werd. Ik bedoel de koffiehuishouders en tap pers. Over de aanlokkelijkheid van dit vak en die gevaren, die het voor on ze maatschappij kan opleveren, mag men denken, zooels men wil, als een paal hoven water staat, dat zij die het uitoefenen, evengoed recht hebben op een billijke behandeling en beoordee- ling als ieder ander. En wat hebben we nu zien gebeuren! Dat een wetsbe paling. die vele jaren geleden was vastgesteld1 om in 1901 pais te worden toegepast, verleden jaar aan heel wat menschen vrij wat moeite, kosten en schade heeft berokkend, 't Is waar, ze hadden het kunnen en moeten we ten, maar 't is daarmee in de practijk precies gegaan alls met de bouwerij op de gronden van 't voormalige La- kenkoopersgild1: het noodlottige oogen- blik was zooveel jaar van te voren aangekondigd, dat nagenoeg iedereen vergeten was. dat het toch eenmaal zou moeten aanbreken. Als iemand tot een ander zegt: „overmorgen zal ik je een pak slaag geven", dan zal de ander zich die belofte op 't oogenhlik dat ze wordt uitgevoerd, zeer goed herinneren, maar wanneer ik iemand dreig: „over 25 jaar zal ik je afranse len" dian zal de patient die toezegging in den loop van de jaren vergeten en heel verwonderd zijn, wanneer ik die na 25 jaar eindelijk gestand1 kan doen. Zoo is bet ook gegaan met die koffie huishouders. De wet van voor jaren her bedreigde hen met een in 1901 over hen komends gevaar, maar do termijn was zoo lang., dat ze aanvankelijk aan het gevaar gewoon raakten, later het vergaten en ten slotte een doodschrik kregen toen het over hen kwam. Zij hebben zich toen moeten redden en er zijn er geweest, die d'e vergun ning op hun eigen naam hebben laten schrijven, terwijl1 zij het eigenlijke be drijf toch overlieten aan anderen, zoo genaamde zetkasteleins. Nu dbet zich, in den laatsten tijd» het zonderlinge ge val voor, dat die zetkasteleins worden vervolgd. Prooes-verbaal wordt tegen hen opgemaakt omdat zij tappen „zon der vergunning". En wanneer zij zich verd'edigen met de mededieeling dat de eigenaar toch vergunning heeft, dan moeten hooren, dat dit dus een ver gunning is waarvan geen gebruik wordt gemaakt Intusschen zal toch wei jaarlijks over het bedrag van diie vergunning bij den eigenaar worden gedisponeerd! Zoo zijn er meer zonderlinge toe standen in die Wereld. Daartoe be- hooren ook de verschillende manieren, waarop reizende kooplieden hun waar aan den inan trachten te brengen. Ze weten wel, uit ervaring, dat de dienst boden hunne grootste vijanden zijn. Die krijgen er langzamerhand genoeg van om met allerlei prullen; naar bin nen "-aan en van de vrouw des hui zes tot bescheid! te krijgen, dat er im mers niets nood'ig is en dat zij maar liever met zulke boodschappen niet binnenkomen moet. Vandaar dat de dienstbode zelve al begint met den ongenooden gast aan de deur af te schepen. Een van deze indiustrieelen heeft er nu wat nieuws opgevondien. Hij geeft aan da dienstbode zijn waar, zorgvul dig verpakt in handen met de bood schap er hij, dat het nu van f 1.75 f 1.25 geworden is. Deze, meenende dlat het een besteld' artikel is, gaat er mee naar binnen en de zaak iis in orde. Men heeft in elk geval de vrouw des huizes bereikt en nog de kans (mis schien) dat die dienstbode, wanneer mevrouw niet thuis is, meenende dal hst een bestelling is, het pakje aan neemt en die kosten voorloopig uil haar eigen zak betaalt. Misschien is dit laatste een booze ge dachte van mij en dan vraag ik bij voorbaat verschooning. In elk geval is de lezer en die lezeres vooral voor den nieuwen truc gewaarschuwd. Gewaarschuwd zijn ook de kiezers ih het tweedis district, dat ieder diie zijn candidaat voor den Raad er door wil krijgen, daarvoor zijn uiterste best zal moeten doen, omdat de strijd hevig wezen zaL Wat mij in deze nog al tijd het meest verwondert is, dat er nog steeds geschikte personen te krijgen zijn voor het Raadslidmaatschap. Wanneer je leest hoe een commissie als die voor de lichtfabrieken onder handen wordt genomen over haar fou ten, alsof de wijze mannen die de af straffing toedienen zelf nooit of te nimmer fouten gemaakt hebben, ma ken of maken zullen, dan zou je zeg gen: „nooit van m'n leven zou ik me daaraan, willen blootstellen". En toch wanneer een kiesvereenigiing je can didaat wil stellen voor die zelfde ge smade functie, dan komt zoo'n heel klein bacilletje, het ijdlelheidsbacilletje je zoo gezellig onder den neus kietelen, dat je ervan aan 't lachen gaat en on willekeurig hij jezelven dlenkt: „alles welbeschouwd! zijn er to Haarlem 65,000 zielen en daarvan zijn maar 33 lieden van den Raad', dat fis zoowat een half per duizend: is het dan niet eer voller tot dat halve percentje te wezen dan onder den grooten hoop van de negenhonderd negen en negentig en een half schuil te moeten gaan? Daarom denk ik wanneer iemand mij met dreunenden nadruk verzekert, dat hij voor geen goud lid van den Raad zou willen wezen onwillekeurig aan de bekende zure druiven. En dat te eerder, omdat we in deze diagen van deze bekende vrucht veel meer kunnen genieten dan ons aan genaam wezen moei Een prettige Luilak voor de kinderen, zure drui ven! bijt er maarniet in. Een vroolijke, zonnige Pinksteren, zure druiven! ze zullen je zwaar in die maag liggen. Prettige fietstochtjes iu dm omtrek, een koesterend zonnetje, gezellige wan delingen, alles, alles zure druiven, on bereikbare genietingen! Tk heb dezer diagen met een van mijn vrienden een groot gesprek gehouden over de vraag, of de uitbarsting op Martinique misschien ook in verband zou kunnen staan met de hier heer- scbende koude. Dat is een onderwerp waarover je een dag kunt volpraten en de stoutste fantasieën ontplooiën. Dat we voor zulke rampen bewaard mogen blijven is mijn hartewensch, maar als een van onze duinen, bij gebrek aan bergen in den omtrek, bijvoorbeeld de Blinkert, eens kraterachtige neigingen aan den dag begon te leggen, dan zou ik er op mijn woord van eer naar toe gaan, om mij voor 't eerst sedert we ken, eens goed door en door te war men. FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1902 | | pagina 5