Tweede Blad,
De grijze balling.
beboorende bij
„Haarlem's Dagblad"
van
Donderdag 5 Juni 1902.
Ne. B806
De Yrede.
De Engelische bladen zijn allen vol
lof over de vredesvoorwaarden. De
imperialistische bladen beweren dat 't
laatste spoor der onafhankelijheüd van
de Boerenrepublieken thans verdwe
nen is, hoewel de voorwaarden hoogst
gunstig zijn.
De Daily News zegt, dat' de voor
waarden een merkwaardige overwin
ning zijn van de liberale beginselen,
en een overeenkomst vormen tusschen
de gematigden aan beide zijden.
De Daily News schrijft de eer voor
het resultaat der onderhandelingen
aan Lord Kitchener toe.
Du Standard, de Daily Telegraph en
de Da'ily Mail bevatten evenals enke
le. andere bladen, huldebetuigingen
aan Chamberlain en Milner, aan, vrie
hét Dijk zeer veel verschuldigd is. Te
vens noemen zij het genie en de be
kwaamheid van Kitchenerde Daily
Telegraph beschrijft hem als de hoog
ste en grootste figuur van allen, de
krachtigste en ooi'spronkelijkste be
velvoerder en strateeg sedert Moltke.
De Times zegtDe tallooze ed'ele
hoedanigheden, door de Boeren tij
dens den strijd getoond, hebben die
pen indruk gemaakt op de Engelschen.
die er thans trusch op zijn hen onder
hun vaandel te zien.
De vredesvoorwaarden verzekeren
ons het bezit van Zuid-Afrika maar
vormen tevens den grondslag van een
toestand, waarbij wij kunnen reke
nen op onze oude tegenstanders, om
ons in dat bezit te handhaven. Het
al thans ons doel zijn, hen over te
alen om op het rijk, dat door koning
Edward bestuurd wordt, hunne heer
lijke vaderlandsliefde over te dragen,
die zij tot nogtoe hadden voor de kleL
ne Staten, waarvan zij deel uitmaak
ten en de voorwaarden, die wij hen
geven, wanneer zij daartoe overgaan,
zullen onze taak vergemakkelijken.
Ook overige buitenlandsche bladen
laten zich niet onbetuigd en geven al
lerlei beschouwingen
De Matin" wijst erop, dat de oor
log de geheele beschaafde weireld heeft
doen lijden in zijn ideaal van recht,
rechtigheid en menschelijkheïd'. Een
zwaar gewicht drukte op het geweten
van Europa, nu het daarvan is bevrijd,
gaat algemeen een zucht van verlich
ting op. Het blad zegt verder
Welke ook de voorwaarden zijn,
waarop deze zoo vurig verlangde vre
de is gekocht, voor Europa en voor de
geheele wereld is er in dezen Titanen
strijd geen overwinnaar, noch een
overwonnene. De Boeren hebben hun
eer te prachtig verdedigd en het heel
al te luide doen weergalmen van hun
heldendaden, dat men. zelfs al verkla
ren hunne tegenstanders zich nu vol
daan, zelfs al hebben zij pen stukje
van hunne onafhankelijkheid moeten
offeren, hen zou kunnen rangschik
ken in de droeve rij van de vernederde
en gevallen volkeren. De Boeren, die
eerlij dis onbekend en ongekend waren,
hebben zich nu een plaats en een
roemrijke veroverd ,,in de geschie
denis en de faam".
De .Figaro" schrijft:
„Nu dé wede geteekend iis, zal nie-
mand de onbillijkheid begaan niet in
herinnering te brengen dat de nota,
door het kabinet te 's-Gravenhage in
Januari tot de Britsche Regeering ge.
richt, de onderhandelingen heeft moge-
gemaakt en dat de interventie van
Nederland, hoffelijk geweigerd door
Lord Lansdowne. niettemin heeft ge
leid tot de gedachitenWisseling, welke
dr. Kuyper in Europa liad willen tot
stand brengen."
De „Echo ds Paffis" zegt:
Deze- dappere mannen hebben de
wereld in verbazing gebracht" door
den glans van hunne heldendaden. Ze
zijn niet overwonnen En zij zijn
grooter na dezen d er tigm aan ds ch e n
oorlog, dat de legende van Engeland's
macht zoo volslagen venietigd heeft,
en zij, die door Chamberlain de ban
dieten genoemd werden, onderhande
len op voet van gelijkheid met'Lord
Milner en Lord Kitchener, en zetten
hunne handteekenïngen naast die van
Chamberlain.
De „Gaulois" meent
In ieder geval zal het volk dier Boe
ren voor het nageslacht een der edel
ste voorbeelden blijven van helden
moed en zelfverloocheningzijn dap
pere verdediging blijft een der schoon
ste heldengedichten der hedendaag
sche geschiedenis.
Het „Berl. Tageblatt" spreekt zijne
voldoening uit over den vrede en wil
.slechts dit constateer en. .dat ook een
klein volk. dat zich bewust is van de
rechtvaardigheid van zijn zaak. nie!
zonder meer kan overhoop geworpen
«voraen, zelfs niet door een zoo mach
tigen en rijken staat als Engeland."
De „Köln. Ztg." vangt zijn artikel
aldus aan
„Het bloedige schouwspel is uit; de
reus heeft den dwerg neer geworpen.!
Het blad wijst dan op de buitenge
wone belangstelling, in dezen strijd
betoond, een belangstelling, die zijn
oorzaak vond in den aard van de bei
de tegenover elkander staande partij
en, het patriarchale heldhaftige Boe
renvolk, tegenover den Brit, den veel.
geliaten, den heerschzuchtigen en heb-
zuchtigen Engelscbman. Het blad
stemt echter niet in met déze beschou
wingen, het neemt de gelegenheid te
baat om nogmaals uiting te geven
aan zijn geringe waardeering voor de
Boeren.
Wi.i zullen daartoe het zwijgen doen.
De Frankfurter Zeitung: Er is hier
daarop moet nadiruk gelegd worden
geen sprake van onvoorwaardelijke
overgaaf der Boeren, gelijk de Engel
schen die nog een jaar geleden eisch-
ten, maar het is het besluit van wer
kelijke vredesonderhandelingen, waar
bij de doorslag gegeven heeft., dat bei-
idle partijen den strijd moe waren,
maar geen van beide zich zoo over
wonnen achtte, dat hij zich aan de
voorwaarden der andere partij moest
onderwerpen.
Land- en Tuinbouw.
Stadsnieuws
Leerplilcht. Commissie C van
de wet op den Leerplicht heeft mor
gen, D ondier dagavond, niet minder
dan 31 gevallen van vermoedelijke
overtreding te behandelen.
Gelukkig zijn we in den tijd van
de lange avonden; jammer maar, dat
de uren daarmee niet langer worden!
Gevonden voorwerpen:
Een ijzeren staaf, een zilveren bro
che1, een sigarenkoker, een zilveren
remontoir-horloge met ketting, een
portemnnnaie met geil, een paternos
ter, een paar handschoenen.
Russische boter op (le Londensche
markt.
Was voor eenige jaren de Australische
boter eene groote concurrente van Dene
marken en Nederland op de wereldmarkt
en vreesde men in Friesland, dat deze
koloniale boter wellicht de markt zou
gaan beheerschen; dit is tot nog toe niet
geschied. Al is de aanvoer dier boter
aan de Londensche markt nog belang
rijk, hij is niet toe-, maar afgenomen.
Verleden jaar werd voor het eerst
Siberische boteu' aangeroerd, en de
vier maanden van 1902 hebben reeds
het bewijs gegeven, hoe die aanvoer
toeneemt, nl Januari, Februari,Maart
en April werd uit Siberië in 1901 te
Londen aangevoerd' 58.737 centenaars
boter; dit jaar bedroeg de aanvoer
over die maanden 105.871 centenaars.
Deze aanvoer zal nog toenemen; want
het is vooral de Russische Regeering,
die bijzonder in dezen handel belang
stelt eri hem zooveel mogelijk bevor
dert. Zoo heeft de Regeering voor
dé spoorlijn van Siberië naar Riga
veel grooter koelwagens aangeschaft,
om de verzending zoo best mogelijk
temaken. Tevens laat zij te Riga een
pakhuis bouwen, waarin 100.000 va
ten boter (ieder vat weegt 51 kilo) kun
nen geborgen worden, terwijl aldaar
ook een ijskelder gebouwd wordt, ook
op last. der Regeering, groot genoeg
voor het opslaan van 30.000 vaten bo
ter.
Op die wijze hoopt de Regeering,
dlat de hoedanigheild' der boter door
het vervoer naar de Engelsche markt
volstrekt niets zal lijden.
Per stoomschip kan de boter van Riga
in ongeveer 34 ctag aan de Londen
sche markt gebracht worden.
toe onderstand. Bij goeden uitslag
werd dien. man een goede beloon ing
toegezegd, maar hij verdween en bleef
de proeven schuldig.
(Vragen van den Dag).
Aangifte werd gedaan door een juf
frouw, dat hare beurs, waarin onge
veer f 10, haar op de ged. oude gracht
tijdens de markt is ontrold, de ledige
beurs zag zij op den grond liggen.
Uit een leegstaand perceel Zijlweg
waarin de dienstmeisjes aan 't schoon
maken en de schilders aan het werk
waren, zijn ontvreemd een paar tuben
verf, twee paar pantoffels. 5 kopjes, 3
bierglazen, een pannetje en een sui
kervaatje.
Binnenland.
Kinderwreedheid.
Een bijna ongeloofelijk staaltje van
kinderwfeedhedd wordt van Ech'teld
N. A. Ct. gemeld.
Een jong getrouwd paartje had de
meedein van den man in huis. Ze sliep
op den zolder. Ze werd' dezer dagen
ziek en om haar nu te beletten, dat
zij 's nachts den islaap van man en
vrouw stoorde, werd zij op haar bei
vastgebonden.
Gelukkig verloste de dood haar spoe
dig uit haar lijden. Zij stierf, toen
zoonlief met .varkens naar de markt,
en haar dochter naar Tiel was.
Eeu kraai en een kip.
Dat kraaien, vooral wanneer ze jon
gen hebben, zeer brutaal zijn, weet
ieder buitenman, die in een eenigszinis
boschrijke omgeving woont. Dikwijl:
komt het voor, dat kuikens en jonge
eendjes naar het nest worden gevoerd,
om daar als versnapering voor de
jonge kraaien te dienen.
Zeldzaam is het echter, wat een
kraai te Zevenaar heeft aangedurfd.
Hij richtte namelijk zijn aanval op
een volwassen kip. Deze toonde wei
nig lust zich te laten meepikken, doch
de kraai ging met haar stevigen sna
vel zoo geducht op de kin los, dat de
veeren in heit rond stoven, tot einde
lijk de hen kakelend de vlucht nam.
Nog gaf de kraai d'e pogingen niet
■I. een tweede kip werd beetgepakt
en op dezelfde wijze behandeld.
Maar nu bemoeide de haan zich
met de kwestie en gaf de brutale aan
randster zoo geweldig klop met zijn
sporen, dat de kraai zonder buit een
voed heenkomen moest zoeken.
Edison heeft Woensdag in zijn labora
torium te Orange verklaard, dat hij het
vraagstuk van automobilisme voor verre
afstanden heeft opgelost. Zoodra een
proef over 5000 mijlen bevredigend isaf-
geloopen, welke de volgende week wordt
gehouden, zal hij dadelijk met de fabri
catie van batterijen beginnen, ten ge-
bruike voor automobielen, straatkarren,
enz. „Ik heb het automobiel-vraagstuk
opgelost", zeide Edison, ,,en een rit van
Ï00 mijl, zonder van rijtuig te verwisse
len, staat in onmiddellijk vooruitzicht".
Het kapitaal van het Zweedsche
„Nobelfonds"
blijkt 28 millioen kronen te bedragen.
Men zal dit jaar 709.234 kronen beste
den voor de vijf prijzen, dat is 45.000 kro
nen minder dan verleden jaar. De No-
bel-commissie heeft het bedrag der prij
zen aldus verminderd, omdat zij het noo-
dig achtte een groote feestzaal te doen
bouwen, waarin elk jaar de plechtige
toekenning zal geschieden van de prij
zen, welke de uitvinder van het dyna
miet heeft bestemd ter belooning voor
werken van algemeen nut.
Wetenschap.
Edele metalen en delfstoffen in
Nederland's bodem.
Het bericht van het zoeken naar
goud bij Hellendoorn in Overijsel,
waarover nog zulk een geheimzinnig
waas ligt, en waarover men zooveel
wijze .bedachtzaamheid spreekt, als
ware men baing, dat de mogelijke Ne-
derland'sche goudmijnen een te mach
tig lokaas zouden worden voor onzen
huurman over de Noordzee het ge
rucht van dat goudzoeken in den Ne-
idierlandlschen bodem deed meer en
meer de waag rijzen, of er werkelijk
Het kleinste gewervelde dier.
Het kleinste gewervelde dier is een
vischje, dat onlangs op de Philippijnen
is ontdekt en dat „mistrichthy luzonen-
sis" is gedoopt. Zijne lengte bedraagt
doorgaans niet meer dan 13 m.M.; de
grootste exemplaren overschrijden niet
15 m.M. De kleinste hebben een lengte
van minder dan 10 m.M. Deze vischjes
zijn bijna doorzichtig, ze hebben eenige
zwarte stipjes op den rug en zwarte
kieuwen. Zij worden aangetroffen in het
water ten zuiden van Luzon en worden
door de inboorlingen met graagte gege
ten.
Tegen kanker.
Een dokter te Bologna, in Italië, be
weert een serum tegen kanker te heb
ben ontdekt, waarmee hij zelfs in zeer
ernstige gevallen succes zegt te hebben
gehad.
Onwillekeurig gaan de gedachten
naar Utrecht, naar den grijzen bal
goud in onze gronden gevonden wordt ling, naar den pelgrim, die trok naar
Die vraag is geenszins nieuw. Wij d'- landen, welke bij de Landen vai,
vonden daarover eenige aanteekenin-het Recht waande.
gen> i Hoe moet het den ouden Staalspre-
Den 12en Juni 1598 toch werd door jsident te moede zijn, in deze dagen
het Hof van Gelderland aan Francois van rouw voor zijn land.
Ballochy een akte verleend) van de Hij laat. —men weet het zich niet
„yrste inventie ende praesentatle van uit over iden toestand; hij houdt zich
seeckere edrd'tmijne van goltz ende j verre van ondervragers en ook zijn
silver, die hij seide gevonden te heb-1 gevolg gejeft geen antwoord op de
ben omtrent Lochem. Evenwel ditvraag, wat in Oom Paul's omgeving
octrooi had geen gevolg, en wij we-'wordt gevoeld en gedacht over de be
ten niet, of men is begonnen met het kend geworden vredesvoorwaarden,
graven van goud en zilver in den We kunnen dus niets andiers doen
Lochemschen berg. dan gissen.
Nog werd dén 14en Mei 1689 door We kunnen ons voorstellen, hoe nu
de Staten van Gelderland octrooi ver- meer dan ooit dat eerbiedwaardige
leend aan Allart Hackfort tot de Horst oude hoofd gebukt zal zijn over zijn
om op de Veluwe te mogen doen gra- Bijbel, waarin hij steeds troost, op-
ven en opzoeken zilver, lood, tin, zwa- heuring, nieuwe kracht gezocht heeft
vel, kalmijn, ,en andere metalen. iin zijn vele dlagen van moeite en strijd
Ook spreekt Slichtenhorst van Sil-1 Wat herinneren we ons nog goed de
Vercuylen, die in die stad! Arnhem zou dagen, toen Kruger in ons land kwam
den ontdekt zijn. Martinet verhaalt We hebben zijn intocht zelf medege
in zijn bekende Katechismus der Na- maakt. We zijn zelf medegespoord
tuur (I, pag. 203), dat hij Harderwijk langs de menschenzeeën, die uit volle
en in de Graafschap Zutfen een soort borst zongen: „dat vrije volk zijn wij"
zand gevonden wordt, waarin tin en En dat greep ons toen in het hart.
loo«i voorkomt, en op de Veluwe Onder den diepen indruk van dezen
schijnt in het laatst der 18e eeuw, o.a. machtigen en zoo tragische#
op het landgoed Waterberg bij Arn- tocht schreven we toen, als onzen
hem, zilver gevonden te zijn. De Zil- eind-indruk:
met net Kracnug vioaavertrouwen
naar zijn volk terugkeeren met de
blijde boodschap, dat het ideeële
nog niet is verloren gegaan in
de beschaaf die staten."
En nu, hoe schril, hoe droevig is
liet contrast tusschen de blijde hoop,
die toen de harten vervulde en de wer
kelijkheid van thans.
Toen was het aells in hoop
volle verwachting, dat de tocht
van den grooten Oude niet te
vergeefs zou zijn. Dat hij recht zou
vinden waar hij meende het te moeten
zoeken.
We weten de resultaten van zijn
tocht.
Do Duitsclie Keizer ontving hem
zelfs niet; Czaar Nicolaas, de „Vrede"
Keizer hield zich ziek en overal moest
Kruger afstuiten op den egoïstisclien
onwil der Groote Mogendheden.
De eenige d'aad1 van beteokenis voor
hem, het eenige lichtpunt was de
daad van klein, maar toen groot-Ne
derland, om de „Gelderland" te zijner
beschikking te stellen.
En sinds heeft slag op slag den stoe-
ren eik getroffen.
Geveld nog niet, geveld nog lang
niet, maar toch geslagen, terneerge
drukt met zwaren slag.
Eerst de meestal ongunstige krijgs-
berichten; de berichten van liet sneu
velen zijner geliefden op de Trans-
vaalsche slagvelden.
Toen... toen de dood van haar, die
lief en leed' met hem gedeeld had, was
zijn geliefde echtgenoote, de bij het
geheele volk zoo hoog-vereerde tante-
Sanne.
Niet gebogen, niet gebroken, maar
gebukt was de Oude Man, en hij zocht
troost in eenzaamheid en in het hem
vertroostend Bijbelwoord.
En nu is de lijdensbeker tot den bo
dem toe geledigd.
Meer is er niet.
Alles, alles, wat aan smart en lij
den over een menschemleven komen
kan, is Kruger ten volle toegemeten.
Dieper, zinkt het grijze hoofd, waar
van toch, ondanks alles, de oogen
zich opwaarts heffen.
Eerbied en hulde koestert thans de
geheele wereld voor het gewezen
Staatshoofd dier Zuid-Afrikaansche
Republiek.
Met geschetter van fanfares en
groot gerucht zal stralcs de kroning
van den Koning uit het land van. over
weldiging plaats hebben; en de over-
wonnemein zullen aan den zege
wagen woerden geketend.
Het valsche geluid zal de heele we
reld overstemmen.
Maar in de harten van het Neder-
landsche volk zal in die dagen een
eerezuil worden opgericht voor den
grijzen Pelgrim naar de landen waar
beschaving niet is....
Diep verborgen als hij is, zullen
toch de echo's van de Engelsche feest
klanken tot zijn ooren (Doorklinken; hij
zal het hooren, en in zijn hart zal
bitterheid zijn en verdriet.
Mocht dan in die dagen van uit het
Nederlandsche volk als hulde aan de
stamverwante strijders en als hulde
vooral aan hun grooten President,
een spontane betuiging van grooten-
eerbied gebracht worden aan Presi
dent Kruger!
Het ligt niet op onzen weg hier een
concreten vorm aan te geven; wij op
peren slechts do idéé.
«n de ouders te zullen ontvangen, ging
niet in vervulling. Men vergaf de on
dankbare dochter niet wat zij gedaan
had, ofschoon zij eenig kind was; na
drie Jaar kreeg zij een document, waar-
uit bleek, dat zij geheel onterfd was.
Spoedig daarop verliet Willard zijn
vrouw en keerde naar Amerika terug.
In een achtergelaten brief verklaarde
hij tegen haar persoon niets te hebben,
maar dat zijn salaris te klein was om
haar en zichzelf het leven aangenaam
te maken. Hij gaf haar den raad alleen
naar haar ouders terug te keeren. Dit
deed zij echter niet, maar zij trachtte
met naaien zooveel te verdienen, als zij
voor haar bestaan noodighad. Aan groo
te ontberingen ten prooi werd zij ten
slotte ziek en toen zij geen huur betalen
kon, werd zij uit haar armoedige wo
ning gedreven.
Ook nu nog te trotsch om haar fami
lie om hulp te vragen zwierf zij dag en
nacht door de straten. Toen men haai
wegens landlooperij arresteerde had zU
48 uur niets gegeten. Zij zakte da
delijk na het verhoor ineen en moest in
de ziekenafdeeling van het tehuis voor
dakloozen opgenomen worden. De door
de politie gewaarschuwde ouders kwa
men zoodra mogelijk over, maar zij
vonden hun dochter zoo zwaar ziek, dat
zij de wedergevondene voorloopig niet
naar huis konden meenemen.
E6H buitenkansje.
Een huiseigenaar te Parijs, Galien ge
naamd, die dezer dagen overleden is,
heeft van zijn vermogen, dat 10 millioen
francs geschat wordt, 9 millioen ver
maakt aan den staat en 1 millioen aan
de armen.
Aardbeving,
Maandag 1.1. in den namiddag is op
het eiland Korloe een sterke aardschok
gevoeld, die 34 seconden aanhield.
Voor zoover bekend, zijn geen onge
lukken voorgekomen.
Terongelukt.
Te Vareggio, aan het Italiaansche
strand, is een Engelsche dame, die zich
bij het baden te ver in zee waagde, en
zijn drie zeelieden die haar trachten to
redden, om het leven gekomen.
Weervoorspelling voor Juni.
Jules Capré, de Fransche amateur-
weerprofeet, wiens voorspellingen voor
de afgeloopen Meimaand weer zoo prach
tig zijn uitgekomen, voorspelt oen over
het geheel genomen droge en warmo
Junimaand. Tusschen 1 en 5 Juni zijn
onweders waarschijnlijk: van 5 tot 15
mag men rekenen op warm, helder
weer. Tegen den 15en worden, vooral
in Nederland en op de Noordzee, Wester
en Zuidwesterstormen verwacht, mis
schien vergezeld van regen. Van 15 tot
25 zal het zeer afwisselend zijn en van
26 tol 30 mooi warm weer met hier en
daar onweders.
Straatroof.
Een 5-jarig meisje is te Rotterdam
na het verlaten dér school in de Wee
nastraat don* ten meld
meegelokt naar de Ridderstraat, waai
de meid het. kind van hare gouden
oorbelletjes beroofde.
verbeek onder Aalten ontleent waar
schijnlijk haar naam aan hét zilver
zand van de bedding.
Martinet spreekt ook van het stof
goud, dat dé Rijn zou medlevoeren,
zelfs nog ais hij binnen ons landge
bied komt. Van het goud, dat uit den
Rijn hooger op was verzameld, zou
den zelfs eenige munten zijn gesla
gen, met het opschrift: Ex sabulis
Rheni.
In 1798 vervoegde zich een Fransch
man bij het toenmalig Agentschap
van Binnenlandische Zaken, die be
weerde, dat op de Veluwe in een streek
van Z.O. naar N.W. zeer goede steen-
kolenlagen werden gevonden op een
diepte van 100 voet; hij wilde dit door
boringen bewijzen en verzocht daar
„Het is niet dan met diepe ont
roering en bij herhaling tot tra
nen toe bewogen, dat we zoo'n on-
vergetelijkein dag modem aakten.
Dit was dé heilige volksjubel, die
welt uit het beste, wat er in de
menschen is. De onbeidfwingbare
geestdrift, die zich uiten moet,
met een kracht als het hevig ge-
beuk van de golven tegen het
duin, wanneer de stormde zee he
vig beweegt
Als de regeeringen toch eens
de volkeren waren, als die drang
naar vrijheid en recht eens het
compas was, waarnaar de staat
kunde haar koers richtte.
Dan zou de stoere man, de man
met dat sympathieke uiterlijk,
Gemengd Nieuws.
De daklooze millionnairs dochter
In Parijs werd onlangs een op straat
zwervend meisje in hechtenis genomen
dat zich bij de politie als dochter van
een zeer rijke familie van ouden Fran-
schen adel ligitimeeren kon. Bovendien
legde zij een huwelijksacte over, volgms
welke zij vóór 5 jaar de echtgenoote van
een zekeren Douglas Willard, boekhou
der bij een Bank, geworden was.
Mevrouw Laura Willard, geboren de
Vernueil, had een treurige geschiedenis
te vertellen. Als mooi jong meisje maak
te zij bij een bezoek aan de Sein,estad
haar ouders woonden in Provence
kennis met een jeugdig inwoner van
Boston, die bij een der groote Amerikaan-
sche banken te Parijs op een bescheiden
salaris werkzaam was.
Daar Laura wist daar vader, trotsch
op zijn geld en adel, nooit toestemming
tot een huwelijk met Douglas geven zou,
traden zij in het geheim in het huwe
lijk. De veronderstelling van de jonge
lui, spoedig den zegen en de bruidsgift
Een aardig cadeautje.
De Amerikaansche trustkoning Pier
pont Morgan heeft indertijd 10.000 pond
sterling gegeven voor de elcctrische ver
lichting van de St. Paulskcrk te Londen.
Dit bedrag bleek niet voldoende en nu
heeft de Amerikaan aangeboden, de kos
ten te betalen voor de voltooiing van 't
werk naar schatting 3 4000 pond. In
de installatie zijn meer dan 25 KM. ka
bel gebruikt.
40 millioen passagiers.
De United Tramway Company te Lou
den, één der Londensche tramwegmaat
schappijen, die 25 KM. lijn exploiteert,
en electriciteit als drijfkracht gebruikt,
vervoert gemiddeld 40 millioen passa
giers per jaar.
Humoristische onderscheiding.
Misschien is nog nooit een kunste
naar een meer humoristische en ver
rassende onderscheiding ten deel ge
worden dan die, welke wijlen Willem
III den beroemden cellist en tooneel-
speler August Van Biene gaf, toen
deze eens bij het Hollandsche hof een
voorstelling gaf. Daar hij namelijk
wisi, dat. de koning eene bijzondere
voorliefde voor luidruchtige levendige
muziek had, droeg Van Biene een aan
tal concertstukken voor, d"ie een bui
tengewon.e mate van kracht en volhar
ding vereischten. Aan het slot. betuig
de de koning den cellist zijn oprech
ten dank en voegde er aan toe: „Van
CYnille ton.
Naar het Duitsch van
CLARA VIEBIG.
34.
Dat niet. dat niet, zei hij hard:
mijn lied! Waarom begin je dan niet?
Zij kon er niet toe besluiten. Een
geestestem fluisterde: ssst! ssst! een
onzichtbare hand legde zich op haar
mond. Haar keel wa dichtgeschroefd,
haar lippen wanen als verzegeld.
- - Begin dan toch! Bredenhofer
wierp zich ongeduldig heen en weer.
Dasz du so krank geworden,
Wer hat es denn gemacht?
Was ze het werkelijk zelf, dié dat
zong? Lena had nooit gedacht, dat je
kon zingen als het hart overloopt van
verdriet; ja nog erger dan verdriet,
van doodsangst. Maar zuiver en zacht
volgde de eene toon op den andere;
het was uit. In een ademtocht van
geest gaven de muren de laatste klacht
lerug.
Schuw keek Lena naar de sofa. Hij
was overeind gaan zitten en had de
oogen wijd opengesperd. Je was goed
bij stem, zei' hij, erg heldier en zuiver;
maar je was vandaag niet met je ziel
erbij. Waarom niet?
Je bent toch niet altijd even goed
gedisponeerd, antwoordde ze ontwij
kend. Hoe graag had ze bet uitge
schreeuwd: Omdat jij ziek bent, erg
ziek! Ik kan niet zingen! Dat dorst ze
niet. Dus herhaalde zij nog eens: Ik
was niet gedisponeerd!
Morgen moet je het wèer voor me
zingen. O, wat mooi is dat lied,
dweepte hij. Ik heb werkelijk net een
gevoel, of ik het nu nog veel mooier
vindt dan vroeger. Nn ga ik het pas
heelemaal leeren begrijpen. Composi
tie en teksit zijn zoo wèndermooi. Ik
zou wel eens willen weten, in welke
stemming Schumann dét nu gecompo
neerd heeft of die was. zooals de
mijne op 't oogenblik? Hij verzonk in
gepeins.
Lena zat nog altijd op dé piano
kruk. Haai- man, in het licht der lamp,
kon ze zien, zij zelf was onzichtbaar,
verborgen in het donker.
De klok sloeg acht keeren; opeens
hoordé ze buiten een ruwe stem. Wie
was dat?
De jonge vrouw kromp ineen, bui
ten, die holle, grofdiepe basstem joeg
een siddering over haar rug, een hui
vering door al haar leden. Die vreese-
lijké stem wat wou die waar
kwam die vandaan wat wou die?!
Ze sprong op en staarde met ontzette
oogen naar de deur. Er werd geklopt.
Ze strekte afwerend de handen uit:
Neen, neen!
Wat is er? vroeg de zieke heesch.
Binnen!
De deur ging open. De meid kwam
binnen met een brief in de dikke, roo-
de hand.
Wie wie is er buiten? stamelde
Lena, haar bevende lippen konden
nauwelijks de woorden er uit brengen.
Nou, de brievenbesteller! De on
schuld keek haar verwonderd aan en
slofte toen weer weg. Wat was die me
vrouw schrikachtig! Zoo bleek als een
lijk, dacht de goedmoedige lomperd.
Van oom Herman, zei Richard
verheugd. Suzanna heeft hem zeker
geschreven, dat ik ziek ben. Let maar
eens op, hoe aardig hij nu is! Hij
maakte zelf den brief open en las hem;
hij had nauwelijks d'e eerste bladzij
doorgevlogen, of hij kreukelde het vel
letje ineen en slingerde het, tot een
prop geknepen, ver van zich af op den
grond. Hij is gek die die!
Hij boog zich voorover en hoestte lang
en aanhoudend.
Wat is er, wat heeft liij geschra-,
ven? vroeg Lena en greep naar de
prop.
Laat liggen, schreeuwde hij hef
tig. en neem het met schuier en blik
op. Ik hoef mij niet de les te laten
lezen, gauw, gauw, smijt het in 't
vuur! God, wat een ploert en dat
noemt hij liefde? Ha, liefde! Hij lachte
bitter.
Toen de zieke een half uur later in
zijn bed lag en zijn vrouw hem zijn
slaapdrank gaf hield hij haar hand
vast. Lena ,zei hij zacht.
Richard! Zij boog haar gezicht
dichter naar hem toe.
Dasz ich trag' Todeswunden,
Das iét der Menschen Tiran;
Nalur liesz mich gesunden,
Sie lassen mich nicht ruim,
fluisterde hij.
Dat lied wil me maar niet uit het
hoofd, ik hoor het aldoor. Hij zegt,
dat hij van me houdt, en toch schrijft
hij, dat ik zelf mijn leven weggesme
ten heb. Hij zegt, dat die ziekte een
heilzame les is. O, dat maakt me zoo
nijdig, dat maakt me zoo woest! Zijn
droge lippen trokken.
Lena streelde hem. Wees kalm, RL
chard, smeekte zij, anders slaap je den
heelen nacht weer niet. Ja, ze houden
(Ulema&l van ons voegde ze met een
glimlach er bij. die haar jong gezicht
treurig veranderde.
Allemaal, herhaalde hij. Hij hield
nog steeds haar hand vast. Het leven
is zoo moeilijk! Het klonk als een
klacht ,van een stamelend kind aan
zijn moeder een arm, zwak, stame
lend kind.
De sneeuw is versmolten. In den
Botanisclien Tuin vertoonen de kruis-
bessenstruiken de eerste groene knop
pen; maar alleen die welke in de zon
taan, de andere steken nog hun naakte,
doornige takken uit. De grasperken
om den plas worden weer sappig en
frisch. ze glanzen rood als bloed. Aan
de groote hoornen zwellen de knoppen,
bruin en dik; do musschen tjilpen.
Als ondier het modderige winier-
kleed de aarde zwelt en zich opbeurt,
dan zwelt het ook in de menschen-
borst. Zij het hoop, zij het smart, al-
los moer levend in die dagen.
Het was Februari. Een zeldzaam
vroeg lentegevoel na lange winterver-
stijving
Bij de Bredenhofer's was er veel uit
en ingeloopen; er mocht niet gebeld
worden. „Kloppen s. v. p," stond er
op de gangdeur.
Al vroeg in den morgen kwam me
vrouw Suzanna Allenstein, 's middags
kwam ze voor den tweeden en 's avonds
voor den derden keer. Ze begon te hui.
len als ze niet elke maal bij haar broer
werd toegelaten.
Dokter Allenstein kwam ook iederen
dag; hij was een goeie vent en wan
neer hij de trap weer afging, waren op
zijn joviaal gezicht den wenkbrauwen
hoog opgetrokken. Meermalen bracht
hij zijn collega rn.ee, de beroemde spo*
cialiteit voor keelziekten; die was zeker
van zijn zaak. die had al in Januari
toen hij voor den eersten keer kwam.
schouderophalend gezegd: „Lelalis!"
Ze spraken in dé ziekenkamer altijd
fluisterend; Lena luisterde oplettend,
maar kon niets verstaan.
Hoe was dat toch eigenlijk in
eens zoo gekomen? Bredenhofer was
na don eersten aanval weer zoo aar
dig opgeknapt. Niemand dacht aan
iets ernstigs en zelfs Lena verloor den
onbesfemden drukkenden angst, dia
haar zoo gemarteld had
Hij stond op, hij liep, zonder op
haar arm te steunen, snel en krachtig
de kamer op on neer: in het atelier
werd de kachel aangemaakt, hij was
bezig aan de ontwerpen voor zijn
nieuw schilderij. Er was nog niets te
inaken uit de chaos van houtskool-
strepen en vorfklodders, maar dat zou
later wel komen; dai moést later ko
'men!