NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Meestgelezen Dagblad, in Haarlem en Omstreken. Het verhaal van eenAmerikaansch Woensdag 11 Juni 1902. IPr Jaargang. ABONNEMENTSPRIJS Yoor Haarlem per 3 maanden1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden1.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers0.02% Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.37% de omstreken en franco per post0.45 ADVERTENTIËN Van 15 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem is de prijs der Advertentiën van 1—5 regels 0.75, elke regel meer 0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 30 Cent per regel. Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Kampersingel 70, vlak bij de Turfmarkt. Telefoonnummer der Redactie 600. Telefoonnummer der Administratie 122. Intercommunale aansluiting. Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM. Abonnementen Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van bet Arrondissement Haarlem is bet uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Dit blad. verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co. JOHN F. JONESSucc., Parijs 3P>*> Faubourg Montrnartre. Haarlem's Dagblad van 11 Jaui bevat o. a.: De Engelsche binnenlandsche politiek, Uit Znid-Afrika. Belas tingen in den Duitschen Rijksdag. Politiek Overzicht. Terwijl in Engeland nog opgewon denheid! heerscht over dien vrede, vraagt men zich reedis af wat de naaste binnenl andsche politiek zal zijn. Het is geen wonder, dat deze waag, schoon de oorlog nog pas geëindigd is. reeds gedaan wordt. Want in de afgeloopen twee jaar was er telkens weer sprake van het atreden van den leiden- der politiek, van den premier lord Salisbury. Nu die oorlog voor En geland eindelijk gunstig is geëindigd zou het niet vreemd zijn. dat de oude markies, moe en afgetobd van hel re- geeren. zijn land een moeilijken tijd te boven, zijn heer eai meester met schit terende praal gekroond, afstand deed van zijn premierschap. Wie zal zijn opvolger zijn? is een vraag, die men vandaag of morgen aan die orde gesteld zal zien. En de beantwoording daarvan op het willige papier blijkt niet zoo eenvoudig, laat staan inderdaad. Destijds werd wel gesproken van den hertog van Devonshire maar zijn lust in het premier-schap schijnt niet over te hoi alen en zijn prestige schijnt bij geen der partijen evenmin groot genoeg te zijn. Indien men rekening hield met de samenstelling der meer derheid in de laatse jaren, die oorlogs jaren, zou veen ander Salisbury's op volger kunnen zijn dan de tegenwoor dige secretafis van Koloniën, de beer Chamberlain. Zeker ven iet deze staatsman nog een groote popularitei, die er wel niet minder op geworden zal zijn door het gelukkig beëindigen van den Zuid-Afrikaanschen oorlog naar het ware vertrouwen, zelfs bij de conservatieven, heeft minister Chamberlain nooit bezeten. Dan zijn en* nog de zwarte kruisjes, die op 's heeren Chamberlains politiek zakbotkje staan: zijn dreigementen tegen Frank rijk. zijn onhandige vergelijkingen te genover Duitschland, die hem de be kende berisping van graaf Von Bül-ow op d'en hals haalden. De kan9 voor Chamberlain op de premiersveer op zijn hoed is niet groot Dan schijnt lord Lansdowne meer geschiktheid, of liever minder onge schiktheid te bezitten Hij schitterde niet bij het departement van oorlog, evenmin toen hij overging naar bui- tenlandóche zaken Maar gecompro- miteerd heeft deze staatsman zich nooit. Daarentegen vreezen Chamber lain's tegenstanders, dat lord Lans downe als premier onder den gevaar lijken invloed zou komen, evenals lord Salisbury, van dien minister van kolo niën. Nog een candlidaat wordt genoemd, die wellicht de meeste kansen heeft, de beer Arthur Balfour. Salisbury's neef en leider der regeeriïigsparlij in het Lagerhuis. Alvorens het echter tot die keus komt. zal wellicht iets anders gebeu ren, nl. ontbinding van het Parle ment. Door het tot stand komen van den vrede vindt men zich voor een geheel nieuwen toestand geplaatst, en terwijl het aan den één-en kant niet kwaad' zou zün. schoon schip te ma ken. heeft de natie aan den anderen kant liet recht haren- wil uit te spre ken. Zoo als we gisteren reeds voor het raam aan ons bureau iin de Groote Houtstraat publiceerden, is volgens Engelsche bladen Daily Mail" en ..Daily Telegraph") aan den vooravond dier verkiezingen een samenzwering te Pretoria ontdekt. Hun programma, wordt eir bij ver meld. was bijna geheel eensluidend met dat van de Cordua-samenzweiring. Buitenlandsch Nieuws Uit Zuïd-Afrika. Over de onderwerping der comman do's worden de volgende berichten in de Engelsche bladen gegeven: Lord Kitchener seinde den 6den ..Commissarissen uit verschillende dis tricten melden, dat gisteren 1154 man de wapenen hebben neergelegd. Daar. na spraken de commissarissen de Boe ren toe en deze riepen driemaal hoera voor den koning. De best mogelijke verhouding heerscht er. Nergens is iets onaangenaams gebeurd." Lord Kitchener seinde den 7en ,,De zaak gaat volkomen naar genoegen voou-t. Te Middelburg (Tr.) hebben 440 burgers de wapenen neergelegd en een volledige pompom met munitie In geleverd. De bergplaatsen van een houwitser en een mazim zijn ook aan gewezen. Te Standerton hebben 289 burgers de wapenen neergelegd in de Kaapkolonie 255, van wie 219 rebellen. Die zijn te Cradoclc binnengekomen en velen meer warden heden verwacht. In de Kaapkolonie hebben allen hun blijdschap over den vrede te kennen gegeven." Reuter seinde den 6en uit Pretoria „Het geheele aantal, waarvan bericht van onderwerping is ingekomen, is 1409, nl. 844 aan generaal Bruce Ha milton bij Heidelberg, 125 op den De- lagoaspoorweg 185 Vrij staters aan generaal Elliott, en 36 Vrij staters en 219 rebellen onder Fouché te Craddck. (In 't voorbijgaan Fouché heette kort voor den vrede in een Engelsch be- j richteen der onbeschaafdste van de aanvoerders in de Kaapkolonie nu heet hij waarschijnlijk de bekwaam ste). Reuter seinde den 5den uit Aliwal Noord „Conroy is op het ontvangen van de vredesberichten naar Br its- town gegaan. Zijn mannen juichten voor den koning en zongen het volks lied (God save the King.) Reuter seinde den 4en uit Stander- ton, dat die volgende generaals en commandanten naar hun commandos zijn vertrokken om ze binnen te bren gen Britz, Hans Grobler en Alberts naar Ermelo, Grobler naar Bethal Jordaan, Wesse Is, en Cliriis Botha naar Volksrustlanddrost Grobler naar Dalmanutha. Volgens een Reuter-telegram uit Heilbron dd. 4 dezer, werd den 5en t.e Vredefortweg de onderwerping van 't eerste Vrijistaatsche commando ver wacht. De commandanten Ross. Bes- ter, van Galland en de Koek zijn er op uit om de commando's van Frankfort, Vrede, Harrismith. Bethlehem én Heil. bron binnen te brengen. Men verwacht dat die zich d'en 7den te Reitz zullen overgeven. Pen 5de-n seinde Reuter uit Harri smith. aat de Boerenafgevaardigden generaal Wessels. en de commandan ten Botha, Brewer (Brouwer?) en Ja. coby met hun staf daar aangekomen waren en naar hun commando's to velde zouden vertrekken. Vervolgens nemen wij een en ander ever uit lange telegrammen van Ben net Burlöigh, die, naar 't schijnt, met al de voormannen der Boeren vriend schappelijk van gedachten wisselt. Ve. len hunner, zegt hij. zijn van plan zoo spoedig mog-elijk naar Engeland te gaan. Vooral door den invloed van Smuts en Herzog, vernemen wij ver der. zal do onderwerping in de Kaap kolonie goed van stapel loopen, tieneraal de Wet schijnt door den oorlog niet geleden te hebben. Hij ziet er gezond en krachtig uit. Hij vertelde, dat hij nooit gewond is ge weest, noch is oo>it zijn paard getrof fen. Wel zijn hem kogels door de kleeren gevolgen en zijn adjudant wa ren zes paarden onder het lijf weg geschoten. en tweemaal was hij zelf gewond. Gisterenmorgen zou er op de markt te Pretoria een openbare godsdienst oefening worden gehouden. Te Standlerton, Heidelberg en elders worden "houten hutten met zeildoek voor de commando's opgesteld. Te Heidelberg zijn een kleine burgers zich komen onderwerpen. (Welk een aantal daar in de buurt!) De Boeren zagen er moe en koud uit, maai- veie van hun paarden schenen in goeden staat. Hunne kleeren waren in vele gevallen gelapt met leer en schapen vacht, Dat was het werk van vrou wen, van wie er vele bij de hoeven-en lagers waren. In het Lagerhuis zeide Lord Stanley, financieel secretaris van het departe ment van oorlog, dat het terugbrengen van de Boeren-gevangenen naai' Zuid- Afrika zoo spoedig mogelijk zal begin nen, maar dat hij voor het oogenblik geen bijzonderheden kan mededeelen. Reuter verneemt, dat nog geen over eenkomst is gesloten met de obligatie houders van de Nederlandsch Zuidafri- kaansche Spoorwegmaatschappij. Kitchener meldt, dat Zaterdagmiddag 2500 geweren werden ingeleverd, waar van er 448 behoorden tot de uitrusting der Kaapsche rebellen: de overige zijn voornamelijk van de manschappen van De Wet. Er werden zeer hartelijks toe juichingen uitgebracht op den koning. Schalk Burger richtte tot de burgers in de concentratiekampen een toespraak, waarin hij hen opwekte te vergeten en te vergeven, en te arbeiden onder de vrije, roemrijke Union-Jack. In de verschillende berichten betref fende de overgaven zien wij dat de bur gers hun geweren afgeven, maar hun paarden mogen behoudpn: de veld kornet ten en alle hoogere officieren kriisen bovendien een verlofbriefje voor het be houden van hun wapens. De ammunitie moet bij enkele commando's maar schaarsch zijn geweest: zoo leverden van der Merwe's 67 burgers te Vredefort weg maar 266 patronen in De Boeren- officieretn daar verklaarden, dat zij al hun geweren, patronen en manschappen hadden binnengebracht, op 12 na, die geen paarden hadden en te voet achter hen aan kwamen. Bennet Burleigh seint uit Standerton: In de tenten in het kamp is plaats voor duizend menschen. Zij die, nadat zij zich hebben overgegeven, naar hun hoe ven terug willen, krijgen een rantsoen voor drie dagen mee. Mevrouw de Wet heeft Vrijdag haren man te Wolvehoek ontmoet. Een treffend bewijs van den verander den toestand: Milner is Zaterdag met slechts twee officieren van zijn staf te paard van Pretoria naar Johannesburg gereden. Kitchener heeft verlof gegeven om de goudmijnen i.n het district Barberton weer aan den gang te brengen. Tijdens de onderhandelingen bracht een Engelsch blad een bericht, waaruit men zou moeten opmaken, dat ook de commando's in de Kaapkolonie uitgenoo- djgd waren afgevaardigden naar Veree- niging te zenden, 't geen wij althans voor de rebellen-commando's aanstonds meen den te moeten tegenspreken. In het En gelsche witboek betreffende den vrede wordt het bewuste bericht tegengespro ken. ,,Ik sta geen faciliteiten toe", sein de Kitchener den 19en April naar Lon den, „voor bijeenkomsten van comman do's in de Kaapkolonie, en er zullen er daar geen" zijn." Verder seint Kitchener: ,,Ik heb met de Boerenleiders afgesproken, dat vreem- j delingen die onder hen dienen geen stem zullen hebben en dat er meit stembriefjes gestemd zal worden". Belastingen in den Duitsclien Rijksdag. In dein Rijksdag werd Maandag de sui kerbelasting in tweede lezing behandeld. De minister Von Posadowsky-Wehner verzocht het Huis dringend de conventie van Brussel aan te nemen. De afgevaar digde moeten zich duid/lijk voorstellen, of het wenschelijk is, nu de Regeering de handels-politieke betrekkingen tot de geheele wereld opnieuw wil regelen, haar daarbij te discrediteeren. Spreker is overtuigd, dat de Europee- sche Areopagus, die als gevolg van de conventie gevormd' is, haar taak zal we ten te vervullen. Dat enkele landen de vrachtprijzen verminderen, kan men niet verbieden; dan zou de commissie het ge- hee'e bestuur der verschillende suiker- staten ter hand moeten nemen. Spreker verzoekt, wa, de financieele zijde der quaestie betreft, slechts zoo ver te gaan dat de verbruiksbelasting tot 14 Mark wort verminderd. Een Rijksinkr.mstenbelasting zou niet alleen op technische grond n maar ook staatsrechterlijk zulk een diep ingrijpen in de belastingen der enkele staten be- teekenen. dat dit met een federalistisch staatsbegrip niet vereenigbaar is. Men zegt. dat de belastingdruk een ge volg is van de uitgaven vmr leger en vloot: ïederp andere regpering zou ech ter evengoed als deze verplicht zijn voor veiligheid van den staat te zorgpn Zoo lang wij den ongunstigen geographi- sehen toestand, waarin Duitschland z<eh sedert de sehppp'ne- der wpreld bevindt. niet kunnen veranderen, zal iedere re geering op.dezelfde wijze voor de natio nale veiligheid moeten zorgen. De Rijksdag nam met overgroote meer derheid de Brusselsche Conventie in tweede lezing aan. Stadsnieuws. Haarlem, 10 Juni 1902. Maandagmorgen zijn alhier door de commissionairs in groenten en fruit, Tienus van Leeuwen en Jac. Huij- boom de eerste aardbeziën van den kou den grond aan de groentenmarkt ge bracht en opgekocht door L. Verkooij, Pieterkiesstraat no. 8, dat is 4 dagen la ter als het vorige jaar. Hofbericht. De Prins vertrok hedenmorgen tege. lijk met H.H. M.M. van 't Loo, doch ver liet onderweg den extra-trein om verder met zijn adjudant zijne reis voort te zet ten. De extra-trein die de Koninklijke fa milie naar het buitenland zal vervoeren, vertrok hedenmorgen om 8 u. 54 van het Loo. Aan de universiteit te Am. sterdam is tot arts bevorderd de heer H. J. M. Boshouwers, alhier. Uit de Omstreken. Zand voort. Aangekomen badgasten: lm. Vogel Arnhem, Villa Kijkduin; Mej. R. de Jong, Hilversum Spoor straat 13; Mevr. C. E. van der Vies, Amsterdam, Villa Shaletta; Mevr. Wed. BarendsKraft Nijmegen Idem; A Neresheimer Munchen, Hotel d'O- range; H. Veenendaal Amsterdam, Villa C.asa Jana; A. Berveling id. id.; R. Reijers Arnhem, Villa Nijenstede; S. L. van Nierop Amsterdam adm. van Kinsbergen J. Smit id. Villa Geida; J. A. G. van der Steur, Haarlem, Villa Adriaan; J. G. Lepper Amsterdam Pen sion. de Roos; Lunstroth id., id.; N. H. Kolkmeyer id., id.C. M. Kooij Nijme gen villa Zouise (Peters) 7; P. A. Tiel Amsterdam Villa Henri id. 9; A. F. M. Bastiaans id., Villa Lima 5; L. F. Keyser Haarlem Kerkplein 2 7; H. ten Harmsen van der Beek Amsterdam. Korterstraat 9 8; Mr. Th. J. B. Hilter- man iid., Villa Austria 7; H. Fikkert Haarlem Villa Albertine 7; P. F. van Vloten Amsterdam, Villa Maria 7; Mr. P. Pfluger Bremen, Grand Hotel; J. H. Loopuit Hilversum id.; H. H. van Marie Durban, Hotel Driehuizen. Hnarlemnierliede en Spaarnwonde Door Gedeputeerde Staten dezer provincie is goedgekeurd het besluit vaii den Raad dezer gemeente tot in. stelling van een tweede najaarsvec- inarkt te Houtrijk en Polanen en wel veertien dagen na den laatsten Dins dag van October, op welken dag de eerste veemarkt wordt gehouden Haarlemmermeer. De booten langs de Oostzijde van dien polder OvertoomAalsmeer, brachten de heide laatste Zondagen aan de ver schillende Stations 600 tot 700 Amster- damsche hengelaars. Aalsmeer. Door tal van belanghebbenden een adres gericht aan de Tweede Ka mer waarin wordt verzocht de conces sie tot tolheffing op den Amstel bij af loop niet meer te verlengen. Binnenland. H. M. heeft den heer L. Pot, arts te Apeldoorn, tot ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw benoemd. Mr. P. Rink heeft de benoeming tot lid van het hoofdbestuur der Liberale Unie aangenomen. Ook de heeren Borgesius en Lely zijn bereid de benoeming aan te nemen. Acad Examens. Leiden. Geslaagd zijn voor het propae* deutisch examen ln de godgeleerdheid de heer S. J. de Hoest en de heer G. J. Thierry (cum laude.) Bevorderd tot doctor in de rechtswe tenschap de heer J H. van Schermbeek, te Arnhem, op Stellingen. Geslaagd is voor het doctoraal-exameil in de rechtswetenschap de lieer I. J. Dermout. Bevorderd is tot arts de heer A. Vermey en geslaagd zijn voor het arts-examen eerste gedeelte de heeren dr. J. M. E. Kvlnert en J. E. Passtoors. Utrecht. Doet. klass. lett. (met lof) de heer J. H W. Strijd. Cand. Nederl. lett. de heer R. van Esveld. Bevorderd tot semi-arts de heeren C .E. A. van Hoo- genhuij7.e en J. R. Verhoeven. Voor het doctoraal examen in de rechts, wetenschap is geslaagd de heerE. van Tuinen. Utrecht. Kerke!voorber. ex. de heeren A G. v Willemsvaard en A. Ewoldt. Prop. geneesk mej A. Jurling, le na- tuurk. ex de heeren J Boldlngh. G. Ge- zelle Meerburg en E W E. Scdee. Groningen. Geslaagd voor het docto raal examen in de plant- en dierkunde de heer J C. Schoute: voor hef candi- daats-examen in de godgeleerdheid, 2e ged., de heer H. 3. Engelkes. Transvaal on Oranje-Vrijstaat. Men meldt uit Utrecht, dat de twee vlaggestokkein, die in den voortuin van president Kruger's huis aan de Malie baan stonden en waaraan de vlag van de Z.-A. Republiek en die van den Oranje Vrijstaat hingen, Zaterdag ver wijderd zijn. Naar men verneemt, heeft de Haagsche Pruboer-Vereeniging, die eerst alieen voor de vrouwen en kinderen in de con- ceniratiekampen wilde zorgen, haar weikkring uitgebreid tot allen die door den oorlog geleden hebben, aan Boe- renkant wel te verstaan. F* uiiw ion. Een Cubaansche geschiedenis. Het was een lange, smalle tafel, die van het eene einde der kajuit tot het andere reikte. Wij, een dubbele rij zeeofficieren zaten aan beide zij den van het groene tafelkleed. Onze blikken gingen telkens naar het hoofd van de tafel, waar de admiraal zat. Zijn gelaat stond buitengewoon streng. Waarom had hij ons opgeroepen? Wij waren gereed. De admiraal leun de achterover in zijn stoel. Hij zeide zacht iets tot zijn ordonnans, die naast hem stond, waarop dieze de ka juit verliet, de deur zorgvuldig ach ter zich sluitend. Wij waren alleen. Een oogenblik heerschte er een eer biedig stilzwijgen, alleen afgebroken door het geklots der golven onder de open kajuitraampjes. Toen begon de admiraal een verklaring te geven. Ik werd onrustig, terwijl ik luister de; mijn gelaat gloeide en zoodra hij klaar was, sprong ik op, uitroepende: Re wil wel, mijnheer, ik wil de kans wagen. Er klonk een gemompel onder de officieren. Zij wierpen mij afkeuren de blikken toe, die ik trots beant woordde. Begrijpt, gij mij goed, luitenant Saul? vroeg de admiraal met een on derzoekenden blik. Als ge gevangen genomen wordt, dan loopt ge alle kans, om door de Spanjaarden als spion te worden doodgeschoten. I Ik weet het, mijnheer, maai- ik wil de kans wagen, herhaalde ik krachtig. Wij waren officieren op de Ameri ka ansche vloot en blokkeerden toen de haven van Havanna op Cuba De admiraal had de gevaren van de taak waarvoor ik mij juist had bereid ver klaard, niet verkleind. De ballon cap- tif, dien wij van het dek af alle dagen boven Havanna konden zien zweven, moest losgesneden en vernield wor den. Want deze ballon had aan de Spanjaarden gewichtige mededeelin- gen gegeven over onze bewegingen en over die van onze bondgenooten, de Cubaansche opstandelingen. Zoo wat een maand geleden hadden dezen op zich genomen om den ballon te ver nielen. Maar de Cubanen zijn even als de Spanjaarden. Hun motto is: „morgen". En de admiraal wilde nu niet langer wachten. Zijn plan was zeer eenvoudig. Een boot van de vloot zou in 't geheim een vrijwilliger aan land zetten, die verkleed was als een Cubaansche reconcentrado of vluchte ling. Deze zou er dan verder voor moe ten zorgen, dat de ballon vernietigd werd. De verklaringen van den admiraal waren niet noodig geweest, om mij de groote gevaren van mijn werk voor oogen te stellen. Ik kon vrij goed Spaansch spreken en was eens een paar maanden te Havanna geweest, hetgeen zeer in mijn voordeel was. Maar ik moest mijn weg zoeken mid den door een vijandige stad, verkleed als een Cubaan. Werd ik ontdekt, dan zou ik als spion worden doodgescho ten. En al was ik eenmaal veilig bij den ballon gekomen! Waarschijnlijk zou er toch wel een schildwacht bij staan, zoodat ik dus nog meer listen zou moeten verzinnen. Verstaat gij mij wel, luitenant Saul? had de admiraal ernstig ge zegd. Ja, ik kende het gevaar, maar al was het werk nog dubbel zoo gevaar lijk geweest, dan zou ik het toch heb ben willen doen. Luister! Met een verbitterd hart wil ik u vertellen waarom. Tn Amerika staan de negers en de halfbloedmannen niet op gelij ken voet met de blanken. Er ligt een diepe maatschappelijke klove tus- schen hen. Ze eten nooit samen, ja zelfs ze reizen niet. samen. Een van mijn vijanden nu had rondgestrooid., dat ik zwart bloed in mijn aderen had Het was een leugen: het kon niet be wezen worden. En toch geloofden mijn mede-officieren het. En als nu één dappere daad aan de leucemach tige praatjes, die al mijn vrienden ver joegen. den kop kon indrukken, dan zou deze zulks bewerken. Nu begrijpt ge. dat,, toen de boot mij aan land zou brengen, niemand mij de hand tot af scheid gaf. Het was middernacht, toen ik van het schip ging en het begon dag te worden, toen ik in Havanna kwam. Spoedig \1erandiei|de het parelgrijs van den hemel in blauw en het licht was sterk genoeg, dat ik den vorm van den ballon, die hoog boven de stad hing, duidelijk kon onderschei den. I Maar het gezicht was een teleurstel ling voor mij. want de ballon bleek verder af te zijn dan ik verwachtte. Ik kon het touw niet zien, dat hem te genhield. terwijl hij boven de roode daken en de groene boomen zweefde. lk ging snel voort, nu déze straat in, dan weer een andere, maar altijd in :de richting van den ballon, als ik hem boven of tusschen de huizen en hoornen zag. De huisdeuren gingen open en de menschen begonnen bui ten Ie komen. Ik zag ze kijken en al? ze mij groetten, groette ik ze teru.g Eens hoorde ik een schreeuw en zon der aan iets te denken, liep ik er heen. flier, hier. laat ik eens zien, klein tje, zeide »k met vleiende stem. Wat is er toch, riep de moeder, 'die met. een verschrikt gelaat uithuis kwam loopen. Hij is gevallen, zeker gestrui keld, zei ik. Kijk hij bloedt uit den neus! En ik haalde een doek uit mijn zak, zoo als die Cubanen altijd hij zich hebben om zijn gezichtje af te vegou. Och. wat is die man vriendelijk en lief. riep de dankbare moeder, toen haar man er bij kwam. Ik had grooten honger en zeide: Mag ik bij u eten? Zeker, zeker, was het vriendelijke I antwoord. En zoo kreeg ik mijn eerste maal in Havanna. De boot had' mij aan de Oostzijde van de stad aan land gezet; de ballon I hing boven het we-sielijk gedeelte. Ik i kende den weg niet goed, voordat ik in de hoofdstraat was gekomen. Eeni- pe uren waren verloopen, toen ik op den top van een heuveltje kwam. Een korte, glanzend witte weg naar bene den leidde naar de koele schaduw van een groote poort. De hoogte, waarop ik stond, was voldoende, om over eenige rodoe daken te kunnen zien en een vierkante binnenplaats daarachteir te ontdekken. Daar was de ballon vastgemaakt met een groo ten kabel, die nan een windas beves tigd was. Terwijl ik stond te kijken kwanten twee Spaan^che soldaten, gekleed in blauwe jassen en witte 1 ••of'; •o. uit het gebouw van één ver dieping, dat de binnenplaats omgaf, en gingen zitten op een bank bij de windas. Ze rolden elk een cigarettr en begonnen te rocken. Oppe.ns gaap te de langste van de twee en keek op Ik volgde z'Jn blik naar den hallo

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1902 | | pagina 1