Tweede Blad,
behoorende bij
„Ksaariem'c, Dagblad"
vati
Vrijdag 19 Sept. 1902,
Ho. SS97
Gemeenteraad.
(Vecpvolg).
Ingekomen Stukken,
lo. dat is gesteld in handen van
Burgemeester en Wethouders om ad
vies
een adres van de Hollandsche
IJzeren Spoorweg Maatschappij en de
Société Anonyme Beige de Tramways
INêerlaiidais, om goed te keuren de
overdracht der tramconcessie van de
tram HaarlemBeverwijk,
b. een adres van J. Roes oui den
[weg langs de Leidsche vaart vanaf het
[Station Vogelensang tot aan de z.g.
spoorbrug te doen beharden
een adres van het Bestuur der
Haarlemsche Huishoud- en Industrie
school, om een lokaal voor de schei
kunde in de Hoogere Burgerschool
voor jongens voor het jaar 1902/190:1
ten gebruike af te staan,
dat is ingekomen
(een schrijven van de hoofdén der
herhalingsscholen houdende dankhe
luiging voor huime benoemingen
b. een schrijven van het Bestuur
der Haarlemsche Huishoud- en Indus
jtrieschool dankbetuigende voor de ver-
Jeende subsidie
een schrijven van den heer L. C.
touinont, dank betuigende voor zijne
benoeming tot Directeur van Openbare
jW'erken
d. een schrijven van den heer Ed.
fiel.anoy, houdende mededeeling, dati
hij (le benoeming tot lid der commas-1
lie van Bijstand in het beheer der gc-
jnieentefinantiën aanneemt
eeu adres van het Bestuur van de
afdeeling Haarlem der Nederlandsche
Bnderwijzers Propaganda-club voor
Brankbestrijding, om in liet leerplan
voor het herhalingsonderwijs ook op te
hemen het onderwijs in het alcohol
vraagstuk en daarvoor éen uur per
peek te bestemmenvoorstellen ge
in handen van B. en W.W.
Ier afdoening, die voornemens zijn bij
Be vaststelling van het leerplan met
pet verzoek zooveel m o g e 1 ij k re
belling te houden
f. een schrijven van den heer J. J.
neltjes. houdende mededeeling, dat
lij de benoeming tot lid der Comrnis
lie van Bijstand in het beheer der ge
alsmede de benoe-i
tot l'id der Commissie van Voor-1
voor de oprichting der ge-
peentelichtfabrieken aanneemt,
f. een amendement van den heel
de Braai, op hel voorstel B. en W.
patstelling regeling enz. ambtenaren,
werklieden gemeentereiniging (punt
[agenda)
|h. rapport Raadscommissiën 27 Deo.
§'J5, pensioencommissie
rekest Weilssman;
[Vervolg discussie punt 4.
EORGANISATIE VAN DEN HOUT.
[De heer WILLINK kan na het voor-
kort zijn. Het karakter van den
put als rij- en wandelbosch zou door
net van heharde rijwegen veran-
zoo zou het een modern park
woord reorganiseeren heeft den
irgers den schrik om 't hart doen
pn Reeds nu zijn er vele verharde
pgen. Rechts de weg langs Scholten,
't midden de binnenwegen, oostelijk
Kleine Houtweg. Er zijn nu rustige
stille plekken in den Hout, wa.ar
300 a 400 M. van eiken verharden
verwijderd is. Meet men nu op 't
to van den architect, dan kan men
pi rustige plek vinden verder dan 100
van een verharden weg af. Willen
harde wegen in den Hout, dan maar
idelijk klinkerwegen, omdat nergens
grintweg onder hoornen goed te hou-
is.
R is daarom voor het voorstel van
tn W,, die de- harde wegen terugne-
b en alleen hier of daar verharden,
mneer dat onafwijsbaar noodig is.
is tegen de verharding, die de ar-
voorstelt in zijn tweede plan.
van het beukenrond naar den
zal die groep hopeloos ont-
len de bestaande wegen wel verbe
terd hebben, maar als rijwegen, opge
heven en dus auto's enz. verboden.
Juist op het verharden van rijweg 7
was de heer Springer zoo gesiteld en
hij stond er voor in, dat dit den Hout
zou verfraaien.
Spr. kan niet aannemen, dat de
heer Springer dadelijk berouw zou
hebben gehad over de gedane con
cessie. Hij heeft hem hooren zeggen,
dat de heer Springer over het behar
den van de wegen onverschillig was.
Wel kan spr. zich voorstellen dat de
Comm. die nadere voorstellen niet)
goed achtte.
Het nadere plan bevordert de rust,
weert fietsen, rijtuigen, en auto's in
den Hout en bespaart kosten. Op die
gronden beveelt spreker zijn voorstel
aan.
De heer VAN THIEL noemtheit ei
genaardig, dat ieder verandering
wenscht, maar bijna niemand wil dat
er met een vinger aan den Hout ge
raakt wordt.
Zoo ging het ook met de hoornen aan
de Dreef. Toen spr. ervoor gestemd
had*, die, nog een jaar te behouden,
viel men hem daarover nog hard.
Zoo zal het nu ook gaan.
De heer GROOT zegt, daft vele le
den wel verandering willen. Men be
hoeft geen tuin-architect te wezen om
te beoordeelen, of een bosch van ka
rakter zal veranderen. Spr. althans
kent den Hout en durft zijn oordeel
noemen. Alleen omdat de heer Sprin
ger heftig is aangevallen, verandert
spr. zijn meening niet. Hij is 't met
den heer De Breuk eens en kent he
harde grintwegen, die na een regen
bui er verschrikkelijk uitzien. Zoo o.
a. de Rustenburgerlaan, die nog niet
eens onder de boomen ia
De heer SCHRAM heeft ook met
den heer Springer door den Hout ge
wandeld en constateert dat deze zijn
concessie zonder eenige pressie heeft
gedaan. Hij wenscht het karakter
van stil wandeloord niet prijs te ge
ven voor een druk modern war.del
park. Geen gemeente in ons vader
land heeft, zooveel goede rijwegen m j
en om de gemeente. Aan nieuwe rij
wegen is geen behoefte en dat is vol
mondig door den heer Springer be
kend. Met den heer Modoo is spre
ker dan ook verwonderd, dat de hr.
Springer daarop nu weer terugkomt.
Als spr. zich overgeeft aan een arts,
dan is hij daarom diens blinde werk
tuig nog niet.
De heer WINKLER heeft niet gespro
ken van pressie op den heer Sprin
gen uitgeoefend. Onder den indruk
der tot hem gerichte aanvallen
wenschte hij de zaak te beëindigen.
Zes jaar is een lange tijidl, waarin
men van opinie kan veranderen. Spr.
wijst er op. dat toen de eischen an
ders waren en dat hij de zaak be
keek uit een natuurhistorisch oog
punt. Het hakhout is aan de Span-
jaardslaan al lang vernield, de flora,
weggevangen door botaniseerende
monschen. Vandaar sprekers veran
derde meening.
't Is treurig te
De heer DE BREUK zegt, dat de
heer Springer beaamd heeft, in de
Raadsvergadering, dat een grintweg
onder de boomen niet goed kon blij
ven (geroep neen 1) Jawel, de heer
Springer wilde dat verbeteren door ze
rond te leggen (geroep o juistMaar
die wegen liggen geen van alle zoo
rond. De concessie van den heer
Springer is gedaan uit eigen, volle,
vrije verkiezing.
De heer WILLINK constateert, dat
algemeene adhaesie is geschonken aan
het plan in 't algemeenwaar het al
leen bestrijding vindt, op grond der
beharding, mag men niet zeggen, dat
de architect wordt liardgevallen. Al
leen dat net van grintwegen verwekt
de oppositie en de heer Springer
kon er zich bij neerleggen, om die weg
to laten. Bovendien kosten dié
f 17.000.
De heer LAANE is verbaasd geweest
bij de wandeling in den Hout over den
augst, in de brochure uitgedrukt voor
de mooie hoornen. Er behoeven er
geen twintig te vallen. Dien dag wa
ren het zeer modderige wegen, men
kon er bijna niet loopen en het -tas
groeide er dan ook welig in.
üe heer Springer noemde toen. ae
f 6300, die B. en W. voorstellen, wegge
worpen geld, waarmee de rijwegen niet
in orde kunnen worden gemaakt.
In de Spanjaardslaan was de toestand
zoo, dat de Raadsleden op den berm
moesten loopen. In 't verlengde van de
Spanjaardslaam dat verhard is, kon men
goed wandelen. Is het bij de uitbreiding
van de stad niet goed een flinken weg
door den Hout te maken? De rust zal
het niet benadeelen. I
De heer ROOG zegt dat men zich ver
gist over de beliarde wegen. Zonder
boomen blijft liij vaak niet goed, maar
met boomen, die vocht geven, wel.
dc brandende zon gaat hij juist kapot
en verstuift. Een beharde weg heeft
boomen noodig.
Dc VOORZ. erkent, dat de commissie
de Napoleonslaan niet heeft opgemeten
Zij beschouwde het als een beginsel-
quaestie, is het een weg voor allen, dan
zal daarmee rekening worden gehouden.
Men wil maar niet roekeloos een weg
op 6 M. brengen, als daarvoor boomen
moeten vallen.
Het aantal boomen dat nu vallen moest,
zou 13 bedragen en niet eens alle mooie
boomen.
De heer GROOT vreest, dat veel boo
men moeten vallen tengevolge van de
beharding. Een deskundige heeft spr.
verzekerd, dat het een zoo verkeerde boel
is omdat de paden zoo. hol liggen. Wa
ren ze bol gelegd, dan zou beharding on-
noodig wezen. Spr. gelooft, dat de heer
Springer pas op zijn concessie Is terug
gekomen, toen hem op het verkeerde
daarvan is gewezen.
Na een opmerking van den heer van
Styrum over de volgorde dor stemming,
wordt in stemming gebracht het o o r-
s p r o n k e 1 ij k plan van den heer
Springer.
Dit wordt aangenomen met 17 tegen 12
stemmen.
Voor -de heeren Sneltjes, Stolp, de La-
noy, van de Kamp, van Linden Tol, van
den Berg, Spoor, Rasch, Thijssen, Roog,
Bijvoet, Beijnes, van Lennep, Laane,
Winkler, van Thiel en Leupen.
Tegen de heeren Schram, Welsenaar,
Groot, Hofland, de Braai, Willink van
Styrum, Hugenholtz, de Breuk, Nieu-
wenhuijzen Kruseman, H. D. Kruseman
en Modoo.
(Daverend applaus).
iet voorstel van B. en W, heeft de
óriteit, omdat het 't eerst ingediende
anders krijgt men geen zuivere stem-
Ie heer BEIJNES meent, dat zou blij-
I, dat we onzen deskundige niet meer
hebben. Aan alle kanten in en
ten den Raad zijn er deskundigen,
ji kan den deskundige wel afdanken,
polemiek in ide bladen heeft spr. zeeT
inderd, men heeft hier personen
en niet zaken besproken. De
en de goede naam van den heer
inger zijn aangetast. Spr. wil zich
aan de Commissie en
.r adviseur. De Raad is varplicht,
i lieer Springer in staat te stellen
oonen wat hij kan tegenover zijn he
lders.
heer ROOG meende, dat de heer
genoeg bekend was dat niet
gezegd te worden wat gezegd
heer de Breuk heeft den heer
Inger voorgesteld als een man, die
- weet wat hij wil. Hij kent hem
Springer is een onwrikbaar man, al
lij toegankelijk voor goeden raad.
kan men zeggen, dat hij er belang
zou? De Bekslaan is een be-
dal een grintweg onder boomen
wel goed kan zijn. Men moet.
zijn gang laten gaan, grijpen
in, dan komt er een knoeiboel, liever
zijn denkbeelden rustig laten uit
ten.
e heer MODOO had van den heer
een uiteenzetting verwacht,
al die harde wegen noodig
De storm tegen de reorganisatie
om die rijwegen, waarvan
van het karakter van
Hout werd gevreesd. Onze ge
nt© wordt meer en meer bezocht
dubbelen zin) door automobielen,
'ker en zijn medevoorstellers wil-;
zien boe d*e Hout
vernield wordt, dat gaat het plan der
Comm. ook verbeteren.
De heer LAANE vraagt, of de Raad
wel helt recht heeft een rijweg als rij
weg af te schaffen.
De heer SPOOR zegt, dat de heer
Springer altijd getoond heeft een goe
den blik t,e hebben op hoe een zaak
worden zal. Dat wordt slechts door
jaren ervaring verkregen. Daarom
wil spr. zich liever houden aan dien
deskundige, dien men nu bezit- en zal
stemmen voor het oorspronkelijke
plan.
De heer DE BRA AL zal het stand
punt van den heer Beijnes niet inne
men, dat hij niet het gemeentebe
lang, maar het persoonlijk belang
van deh architect acht. Worden diens
plannen voetstoots aangenomen, dan
is er geen Raad noodig. Die Raadi
heeft toch ook over de financieele
zijde te beoordeelen en daarom is
spr. het eens met den heer De Breuk.
De VOOPZ. zegt, dat de critiek op
Je plannon zoo ontaard is. dat spr.
daarop geen critiek zal houden. Het
is niet aanmoedigend, voordat plannen
bekend zijn, daarop zulke critiek t -
ondervinden. De heer Modoo geloofl
niet aan dc- spijl des heeren Springer
over de door hem gedane concessie
welnu, spr, kan verzekeren, dat de
heer Springer die diep betreurde. On
der den druk der critiek heeft hij. hoe
wel het plan vasthoudende, de conces
sie gedaan in de hoop, dat dan althans
een deel van het plan tot uitvoering
komen zou.
De strijd loopt over de beharding
van cle wegen. De heer Springer heeft
de redenen daarover reeds aangege
ven. Op "t plan van den ouden heer
Zocher was die beharding al voor
zien. Wat de praktijk betreft, men
w'il het bezoek in den Hout er door
vermeerde,ren. Hoe men zeggen kan,
dat de rust er door verminderen zal,
is spr. een raadsel. Het zijn immers
grintwegen. Straatwegen zou ,spr. zelf
niet wenschen.
Het schrikbeeld zijn de automobie
len. Zes jaar geleden was de beer
Winkler nog geen lid van de Com
missie en dus niet zoo goed op de
hoogte. Laten we ons nJiet ongerust
maken over de automobielen, Die kur-
nen daar geweerd worden. Dit ge
schiedt elders en gaat best.
Er zijn thans nog grintwegen in de
gemeente waren die altijd in zoo pi-
fovabelen toestand» dan zou er wel
een voorstel zijn gekomen om die te
bestraten. Vanmorgen heeft spr. nog
juist een grintweg'in den Hout gezien,
die nog zoo slecht niet was.
Grintwegen zullen geld kosten, maar
dat zal vergoeding vinden in de ver
booging der aantrekkelijkheid van
den Hout. De vraag van den heer
I.aane kan spr. niet positief beant
woorden.
PUNT 5.
Schadevergoeding. Indertijd
heeft de aannemer van de lichtfabrieken,
de heer Van Rhijn, aan den Raad ge
vraagd hem een som van 25000 toe te
staan, als vergoeding voor de vele te
genspoeden bij den bouw.
De meerderheid van B. en W. was
daartegen, maar na herhaald aandrin
gen van den verzoeker stelt het College
thans voor, in dit bijzondere geval een
uitzondering te maken en den aannemer
een premie van 12.750 te verleenen.
Tot deze wijziging van inzicht heeft
meegewerkt de uitstekende wijze, waar
op de werken zijn uitgevoerd en den
doorslag heeft gegeven de overweging,
dat de heer Van Rhijn een vergissing bij
de inschrijving begaan heeft, n.l. 850 M'
metselwerk niet in rekening heeft ge
bracht. De waarde daarvan stemt over
een met het bedrag der voorgestelde
premie.
De waardigheid der gemeente, zeggen
B. en W., gedoogt niet, dat zij door een
vergissing komt in het bezit van werken,
die zij niet betaalt.
De heer BIJVOET betoogt, dat de i
Raad een zeer gevaarlijken weg be-1
wandelt wanneer hij hierin meegaat. I
Bovendien begaat hij een onbillijk
heid tegen den (tweeden inschrijver,
die had de heer van Rhijn zich niet
vergist de laagste zou zijn ge
weest. Een aannemer zei schertsend
dat men voortaan twee begrootingen
zou maken, één met en één zonder
vergissing. Als een aannemer te hoog
inschreef, zou dan zijn waardigheid
meebrengen de gemeenite schadeloos
te stellen? Zeker niet, maar dan is
ook de gemeente daartoe niet ver
plicht.
B. en W. hebben zelf de klem van
hun argument niet zoo dadelijk ge
voeld. Eerst na lang wrijven is dat
argument, voor dén dag gekomen. Be
trof het werkelijk haar waardigheid,
dan zou de Voorzitter in wiens han
den die waardigheid zoo veilig is,
daarmee eerder voor den dag zijn ge
komen.
De heer BEIJNES acht dat stands-
punt, minder j ui sit. Het metselwerk is
geleverd. B. en W. hebben dat onder
zocht en daarom willen B. en W. dat
betalen. Spr. vereenigt zich hier
mee. Uit een onderzoek is hem geble
ken, dat reeds voor de gunning den
aannemer bekend was, dat hij zich
had vergist. Hij heeft daarvan toen
aan de auitoriteiten kennis gegeven
en toen is hem door den directeur der
lichtfabrieken ontraden daarom toen
reeds te vragen. Maak het werk
goed af, zei deze, dan zal daaraan la
ter wel een mouw gepast worden.
Spreker had gewen,schjt, dat die
som hem was betaald omdat, ze hem
toekomt. Hij moest er niet om behoe
ven te vragen. De aannemer vraagt
evenwel geen f 12.750 maar f 25.000,
wegens tegenslag door de werksta
king. Dat is de premie, waarover de
heer Bijvoet spreekit.
De heer ROOG staat op een ander
standpunt, dan de heer Bijvoet. De
aannemer vraagt niet om recht, maar
om een billijkheid. Het voorstel valt
spr. nog (tegen. Spreker had een voor
stel verwacht om geheel aan het ver-
zoek te voldoen. Toen spr. niet op
de hoogte was, vond hij ook dat hij
met den bouw niet te maken had,
maar toen de vraag kwam, heeft spr.
de zaak onderzocht en hem Is geble
ken, dat de fout vóór de gunning ont
dekt was. Toen heeft men tot de aan
nemers gezegd: Ga niet naar B. en
W. om te vragen die som er bij te
doen, toon eerst wat ge kunt". Hier
uit kan worden afgeleid, dat die
f 12750 terecht, zou komen. Zij had
den zeker voorzichtiger gedaan met
direct bij B. en W. te komen. Het is
billijk, dat hun het bedrag nog gege
ven wordt. De werkstaking heeft
veel tijdverlies gegeven, dat zij met
veel inspanning hebben moeten inha
len. En de tijd was al zoo kort. In
weerwil daarvan hebben zij getoond
dat ze er mee klaar konden komen,
Geen geld is door hen daarvoor ont
zien. Hadden ze voor 1902 de gebou
wen niet. onder dak gebracht, dan zou
men 1903 geen gas hebben kunnen le
veren. Om dit wel te bereiken heb
ben zij veel geld uitgegeven.
Boete opleggen was hier een was
sen neus. Wat zij niet konden, kon
de directie nog veel minder. Dan zou
den we in 1903 pas klaar gekomen
zijn en aan de „Imperial" overgele
verd geweest zijn. Het is juisit de heer
Bastiaans geweest, die zooveel tot
den bouw heeft bijgedlragen.
Moet. die schade nu alleen op hun
ne schouders rusten? Geen oogenblik
hebben ze er aan gedacht, door de
mazen heen te kruipen! Spr. ver
trouwt, dat de Raad het niet op hun
schouders zal schuiven en zal straks
voorstellen het gevraagd1© bedrag te
verhoogen tot f 25.000.
Aan de aannemers is het te danken
dat nu reeds electrisch licht in de
straten brandt.
Het voorstel-Roog wordt onder
steund.
De heer HOFLAND bestrijdt deze
opinie. Was de aannemer ingegaan
op de billijke eischen van de stakers,
dan zou dit den aannemer f 2800—
b f 3000.— meej gekost hebben.
De VOORZITTER roept spr. tot de
orde, omdat de werkstaking niet aan
de orde is.
De heer HOFLAND zegt. dat de hr.
Roog daarover ook gesproken heeft.
Spr. meent, dat hij onrechtvaardig
tot de orde wordt geroepen en be
roept zich daaromtrent op de verga
dering.
De VOORZ. wenscht dit volgens het
reglement van orde schriftelijk te
ontvangen. i
De heer HOFLAND voldoet daar
aan. zeggende: ,,je mag praten wat
je wilt, ik vind het brutaal!"
De lieer VAN DE KAMP acht liet ont
nemen van T woord onreglementair,
daar de heer Van Rhijn vier gronden
iiuemt, o. a. de werkstaking. Daarom
meerit spr. dat ieder ï&ri "ver ae werk-
staking mag 6prekea.
De heer DE BRAM. velt hem bij; de
heer SCHRAM eveneens; de heer BIJ-1
VOET was 't aanvankelijk met den
Voorz. eens, maar acht hei niet geheel
butien de orde, nu adressant het argu
ment in zijn verzoek zelf noemt, dai de
heer Hofland ook de zaak ter sprake
brengt ,al beziet hij die ook van een an
deren kant. Spr. is dus verplicht tegen
het voorstel van den VOORZ. te stem
men.
De VOORZ. wil de discussie niet smo
ren, maar betoogt dat de heer Hofland
te ver gaat en men zoodoende midden
in de werkstaking terecht zou komen.
De heer VAN DE KAMP zegt opnieuw,
dat de discussie erover mogelijk is om
dat van Rhijn het punt noemt in zijn
request.
Bij stemming wordt hot beroep
den heer Hofland op de vergadering
aangenomen met IS tegen 9 stemmen.
De heer HOFLAND, voortgaande, zegt
dat men de gemeente niet aansprakelijk
kan stehen voor 't geleden verlies. De
heer Roog spreekt van tact en kennis,
maar die zijn niiet te verwonderen ais
men nagaat, dat voor de gunning de
fout bekend was. Van Rhijn verkeerde
min oï meer in een zeer afhankelijke
positie. Hij zou immer de in 't vooruit
zicht. gestelde vergoeding hebben kun
nen misloopen. Nu de fout vóór de gun
ning bekend was, had een nieuwe in
schrijving moeten worden gehouden.
Het nadeel uit de werkstaking ge
sproten komt voor een zeer groot ge
deelte voor risico van den heer Van
Rhijn; bovendien is de som van 12750
n,iet te verhalen op de gemeente, zoo
lang niet is tegengesproken, dat de heer
Rlom gezegd zou hebben tot den aanne
mer: ..ga je gang maar, die som komt,
wel terecht".
De heer NIEUWENH. KRUSEMAN
licht het'standpunt van B. en W. na
der toe. Voor de opinie van den heer
Bijvoet is veel te zeggen, maar B. en
W. hebben gevraagd: ,,is hier een
vergissing, waarvan de gemeente
voordeel heeft?" En zoo ja, dan
mag de gemeente daarvan niet profi-
teeren.
Het argument van de waardigheid
is niet ter elfder ure opgekomen,maar
direct in het College genoemd' door
den Voorz. en een deel van 't College.
Dat was toen evenwel de minderheid
van B. en W. Naderhand is iets
nieuws gebeurd. Van Rhijn heeft
toen meegewerkt om de opening der
Centrale mogelijk te maken en dat
deedl een wethouder van meening
veranderen.
Van een belofte van den lieer Blom
aan Van Rhijn is noch bij B. en W. 1
noch bij de Comm. voor de lichtfa
brieken iets bekend. Toen hij had in
geschreven, bleek, dat die inschrij
ving zeer laag was. Daarop is her
haaldelijk door spr. en den dir. gewe
zen, die hem zei: denk er nog eens
goedl over, er is nog tijd om u terug
te trekken."
Van Rhijn beweert, dat de heer
Blom gezegd heeft: „dat komt wel te
recht", de heer Blom ontkent dat per
tinent. Al was het gezegd, dan is dat
nog geen grond voor eenig recht voor
Van Rhijn.
De heer SCHRAM zal tegen de beide
voorstellen stemmen. Van Rhijn was
zich bewust van de vergissing vóór ae
gunning. Had hij toen zijn inschrijving
terug gevraagd, dan zou dit zeker zijn
toegestaan. Nu dat niet geschied is, be
hoort hij ook alle risico zelf te dragen.
Tegenover dit nadeel zijn andere posten
meegevallen. Voor een aannemer is al
tijd snel afleveren voordeelig. Hij heeft
dat dus niet gedaan voor de gemeente,
wel in zijn eigen belang. Zes jaar ge
leden wou geen enkel raadslid vergoe
ding geven aan den aannemer van de
sluis te Spaarndam. Voor de toekomst
acht spr. het toestaan van dit verzoek J
niet gewenseht.
De heer BEIJNES zegt dat hier een
duister punt heerscht. Hij heeft de zaak
onderzocht en den aannemers gevraagd,
hoe zij tot die 25,000 zijn gekomen. Zij
hebben verklaard. dat direct na
de besteding vóór de gunning de fout is
gevonden en dat op het bureau in 't
Proveniershuis bij een confrontatie door
de aannemers met den heer Blom de
vergissing is geconstateerd Vergist spr.
zich niet, dan is de voorzitter der Licht-
commissie bij een van die conferenties
tegenwoordig geweest.
Toen moet de aannemer hebben ge
vraagd: „zal ik naar B. en W. gaan
met die mededeeling?" waarop de heerj
Blom hem dit heeft ontraden, zeggende
dat hij vertrouwde, dat de zaak terecht
komen zou.
De heer BIJVOET is niet voldaan met
het. antwoord van den heer Nieuwenhuij-
zen Kruseman, die slechts een van zijn
argumenten heeft getracht te weerleg
gen en daarmee nog niet eens is ge
slaagd. Dat de gemeente proriteert is
eenvoudig een gevolg van het aanne-
merscontract, waarbij de aannemer alle
risico op zich neemt. Ware dat z,oo niet,
dan zou het toch zonderling wezen. Het
verschil met. don derden inschrijver is
maar f 4000. Heeft deze zich nu ook ver
gist? Dat is toch niet. aan te nemen.
Waar dikwijls opgezien wordt tegen het
bestemmen van geld voor nuttige doel
einden, gaat. het niet aan op deze wijze
een cadeau t.e geven. Vast, staat, dat de
heer Blom den aannemer herhaaldelijk,
heeft gewaarschuwd en aangeraden de
zaak nog eens goed na te gaan. Datl
heeft hij niet gedaan en moet de gevol
gen daarvan dragen.
De heer ROOG dringt er op aan, dat
men practisch zij. Wie de minste in
schrijver is, trekt, zich voor een fout niet
zoo gauw terug. De aannemers hebben
spr niet gezegd, dat B. en W, of cle
commissie er van wisten, maar dat de
heer Blom het hun gezegd heeft. Een
misverstand in deze is zoo licht mogelijk.
Spr. heeft altijd gehoord, dat men als het
werk aan Van Rhijn niet gegund was,
dat zou zijn- geschied aan de firma
Wejjers te Tilburg, die 17,000 hooger
De boekhouder moet borgtocht stel-
m.
B. en W. stellen verder voor in te
trekken wat thans bepaald is over de
uitbetaling van percenten der ont
vangst aan de ambtenaren, te bepalen
dut liet in diienst zijnde personeel
wordt geacht te zijn benoemd overeen
komstig de nu voorgestelde regelen en
een en ander te doen in werking tre
den op 1 Januari 1903.
Hierbij is ingekomen een amendement
van den heer Modoo, om den hoofdop
zichter te beloonen met 1500 tot 1S00,
den boekhouder van 900 tot 1200 en
den opzichter voor den beltdienst van
900 tot 1100 met vrije woning en de op
zichters van 900 tot 1200.
Aangehouden.
PUNT 7.
Wegens een bezwaar van Ged. Sta
ten stellen B. en W. voor, In verschil
lende artt. der politieverordening de
woorden „den Burgemeester" of „den
Commissaris van Politie" te vervangen
door Burgemeester en Wethouders.
Aangehouden.
PUNT 8.
Aclves van de bestuursleden der Haar
lemsche Koetsiersvereeniging om maat
regelen te nemen, dat voortaan niet
meer, zooals tegenwoordig geschiedt,
zeer jeugdige personen zullen kunnen
worden gebruikt om rij- en voertuigen
te besturen. Dit is schadelijk voor de be
langen van adressanten als volwassen
werkkrachten, maar bovenal hoogst ge
vaarlijk voor de veiligheid van het pu
bliek.
De Comm. voor de strafverordeningen
meent, dat de eerste reden (de concur
rentie) bezwaarlijk kan leiden tot het
vaststellen van een strafbepaling en dat
de tweede reden (de veiligheid) voor we
reldsteden misschien juist, voor Haar
lem minder toepasselijk is. Bovendien
heeft de gemeente het in haar macht,
desgewenscht, strengere eischen te stel
len in de verpachtingsvoorwaarden der
standplaatsen van de snorders.
Dientengevolge adviseert de Commissie
tot afwijzing van bet verzoek.
Aangehouden.
De heer NIEUWENHUIJZEN KRUSE-
MAN constateert, dat de Lichtcommissie
zeer tevreden is over het werk van de
aannemers, geen concurrent had het be
ter kunnen doen
De heer VAN DE KAMP weet nof, alet
hoe te stemmen. Hij vraaüt of óe heer
heer Blom het hun gezegd heeft. Een
a, dan is de Raad daarvoor aansprajse-
'Kroep: neen. neen!) Spr. wenscht
te weten, of de aannemer vóór de ver
gunning tot den lieer Blom heeft gezegd'
ik heb mij vergist.
De beer NIEUWENHUIJZEN KRUSE
MAN heeft niet alle conferenties bijge
woond, weet dus niet of van Rhijn aan
den heer Blom gezegd heeft, aat hij zich
vergist heeft. Dat kan zijn, maar wat
spr. niet kan aannemen is, dat de neer
Blom daarop zou hebben gezegd:
Spreek er maar niet over, dat komt te
recht!"
De VOORZ. zegt, dut als de heer Bij
voet beweert dat de gemeente geen
cadeaux kan geven, <j:e ge
meente die ook niet mag ontvan
gen. Het zou geen recommandatie
zijn voor de gemeente.
De heer WILLINK zegt, dat hij iets
voor de vergoeding voelen zou, als
die fout naderhand gebleken was.
De heer SPOOR acht de waardig
heid der gemeente voldoende be- j
schermd, wanneer zij hare contrac
ten behoorlijk nakomt en acht haar
niet aansprakelijk voor vergisingen
van anderen.
Het voorstel-ROOG wordt verwor
pen.
Voor de heeren Welsenaar, Roog,
Stolp.
Daarna ook verworpen het voorstel
van B. en W.
Tegen de heeren Schram, Groot,
Hofland, Tol, van Thiel. Bijvoet, de
Braai, Thijssen, Spoor, Rasch, van
den Berg, Willink, van Styrum, Laa
ne en Modoo.
PUNT 6.
Voorstel tot vaststelling eener ver.
ordening tot regeling van de aanstel
ling van ambtenaren en werklieden
bij de reiniging en dë jaarwedden der
ambtenaren en van den tonnenwer-
kersbaas.
Daarbij zullen die hoofdopzichter en
de boekhouder door den Raad worden
benoemd, geschorst en ontslagen. de
andere ambtenaren door B. en W.
De ambtenaren genieten de volgen-
oe jaarwedden:
Hoofdopzichter f 2500.
Boekhouder 900 tot f 1200.
Opzichter beltd'ienst f 900 tot f 1100.
met vrije woning op liet terrein.
Opzichters dienst in de gemeente
900 tot 1200.
Tonnenwerkersbaas f 700 tot f 900.
Bij de aanstelling wordt in den re
gel het minimum verleend, om de 2
jaar telkens met f 100 te verhoogen.
tenzij B. en W. ernstige grieven heb
ben over de wijze, waarop het ambt i's
waargenomen.
Zonder schriftelijke toestemming
van B. on W. mogen door de ambte
naren geen andere betrekkingen be
kleed of werkzaamheden voor derden
verricht, worden.
PUNT 9.
Voorstel van B. en W. om voor het
transport van ernstige zieken twee naar
de eischen des tijds ingerichte transport
wagens aan te schaffen, waarbij een spe
ciaal voor lijders aan besmettelijke ziek
ten. Kosten f 1800.
Voor leder transport zal dan in reke
ning worden gebracht een bedrag, ge
lijk aan de kosten van een verpleegdag
in de klasse, waarin de patient wordt op
genomen.
De heer BEIJNES acht dit voorstel
loffelijk, maar de som die daarvoor
uitgetrokken wordt, te laag. Spr.
wenscht o.a. caoutchouc-banden, stelt
dus voor het principe goed te keuren
maar de som nog niet vast te stellen
en een ontwerp te vragen aan Gebr.
Kimman.
De heer WILLINK zou de zaak wil
len overlaten aan de prudentie van
B. en W. (applaus). Op dezen weg
voortgaande, komt er geen eind aan
do discussies. Is het. geld niet vol-
d'oende, dan zullen B. en W. meer
vragen.
De VOORZ. is het hiermee eens. B.
en W. hebben dit rijp overwogen en
verzoeken nu beslissing.
De heer v. d. KAMP vraagt, waar
de wagens zullen worden geplaatst.
D© VOORZ. kan hierop geen ant
woord geven. Denkelijk bij een stal
houder.
Het voorste] wordt goedgekeurd.
PUNT 10.
Voorstel van B. en W. om aan da
Alg. Noordholl. Maats, van Levens-
verz. een stukje grond te verkoopen,
aan het Prinsenbolwerk gelegen, b
f 10 per vierk. M.
Goedgekeurd.
PUNT 11.
Voorstel van B. en W. om afwij
zend te beschikken op een adres van
J. B. Engelenberg en 10 andere be
waarders van gemeentescholen, om
verhooging hunner jaarwedden.
Aangehouden.
PUNT 12.
Voorstel van B. en W. tot intrekking:
van de onbewoonbaarverklaring van het
perceel Zomervaart 32, eigenaar C. Rutte,
daar de reden der onbewoonhaarverkla-
ring vervallen is.
Goedgekeurd.
PUNT 13.
Adres van H. Warmerdam om scha
devergoeding. Adressant werd, zoo
schrijft hij, 10 Febr. 1901 geschorst op
vermoeden van diefstal, waarvan de op
zichter Boerkoel door een anoniemen
brief kennis kreeg; hij werd in eersten
aanleg te Haarlem, zoowel als in hooger
beroep te Amsterdam vrijgesproken,
beide malen 60 aan rechtsbijstand
moest betalen en vijf maanden zonder
werk was.
B. en W. stellen voor, hierop afwijzend
te beschikken, daar de schorsing terecht
heeft plaats gehad.
Aangehouden.
PUNT 14.
Voordracht voor leeraar in de klas
sieke talen aan het. gymnasium:
lo. Dr. J. G. van Pesch. Tiel.
2o. Dr. K. Hofstee, Winschoten.
Benoemd wordi Dr. Van Pesch.
PUNT 15.
Verslag van den opzichter over de
gasverlichting over Juli 1902.
Voor kennisgeving aangenomen.
Niets meer aan dé orde zijnde sluit
de Voorz. de vergaderinc.