NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD.
Iet Huis outer Je Zee
Meestgelezen Dagblad, in. Haarlem en Omstreken.
20e Jaargang
Woensdag 24 September 1902.
No. 5901
LEU'S DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Voor Haarlem per 3 maanden1,20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente),
per 3 maanden1,30
Franco door het geheele Rijk, per 3 maandenn 1.65
Afzonderlijke nummers0.02^
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.3714
de omstreken en franco per post 0.45
ADVERTENTIËN
Van 15 regels 50 Ots.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem
is de prqa der Advertentiën van 15 regels 0.75, elke regel meer 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Reclames 30 Cent per regel.
Bureaux: Gebouw Het Spaarne, Zuider BuitenSpaarne No. 6.
Telefoonnummer der Redactie 600. feieioorinuiunier der Administratie 122.
Intercommunale aansluiting.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekbandelaren en Courantiers. Met uitzondering van bet Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
JDit blad. verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAJJBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 3i^> Faubourg Monancatre.
Haarlem's Dagblad van 24 Sept.
bevat o. a.
~De Boerengeneraals te Rotter
dam, Kakadoms en zijn concur
rent, Arme kindereu, Vreemde
gasten.
Buitenlandsch Nieuws
Engelaud.
In een redevoering, diie Balfour Za
terdag te Haddington heeft gehouden
herinnerde hij er aan, diat het eerste-
ministerschap in de wet niet bestaat.
De heele instelling berust op traditie.
Balfour is slechts benoemd tot eerste
lord der schatkist en lord geheimze
gel-bewaarder; den „Prime Mi
nister, die hij tevens is, kent de wet
niet.
Lord Penrhyn heeft nu goedgevon
den, dat hij het comité uit zijn werk-
stakende arbeiders zal ontvangen,
maar de oude vakvereeniging, waar
tegen Lord Penrhyn bezwaar heeft,
wil hij niet in macht hersteld heb
ben.
Duitschland.
Het sociaal-democratische congres
te Munchen heeft een voorstel aange
nomen, dat de vrouwen heit recht
zullen hebben eigen gemachtigden
aan te wijzen om de propaganda on
der de „proletarische vrouwen" te
versterken. Vooral burgeres Zetkin
uit Berlijn had heftig daarvóór ge
sproken.
Een langdurig debat is gevoerd
over een voorstel om de Neue Zeit
weer tolt een maandelijksch tijdschrift
terug te brengen, en zoo goedkoop
mogelijk te maken. Kautsky, de re
dacteur, had veel succes met zijn be
strijding van dat voorstel. Hij legde
uit, hoe weinig de redactie en d'e me
dewerkers van dat blad verdienen.
Beibei had nooilt een cent gekregen
voor zijn artikelen. De hoofdredac
teur, die nu 30 jaar de partij dient,
krijgt bruto 5000 Mk. En er wordlt
van de redactie verwacht, dat zij een
soort van bureau van inlichtingen
zal zijn.
Nu is het nielt mogelijk dien weten-,
schappelijken kant van de sociaal-de
mocratie bij te houden zonder een
vasten post te bekleeden, en voor de
sociaal-democraten bestaat slechts de
keus tusschen twee vaslte posten: het
redactiebureau of het tuchthuis. De
Neue Zeit zou door de voorgestelde
hervorming zeker sterk achteruit
gaan.
Het voorstel werd! met groote meer
derheid verworpen.
Italië.
Zaterdag is in geheel Italië de 32e
verjaardag gevierd van den intocht der
ItaliaanscTie troepen in Rome. De
burgemeester dier stad zond een tel
gram van gelukwensch aan koniing
Victor Emmanuel, waarop deze ant
woordde met de volgende woorden
„Met erkentelijkheid ontvang ik den
gelukwensch van het Italiaansche Ro.
me op dezen dag, die d'en x-oemrijken
datum in herinnering brengt van Ro
mé's veremïging met de andere pr>
vinciën van het koninkrijk. Ik bi-eng
wederkeerig met geheel mijn hart dien
gelukwensch aan de eeuwige stad
in de wenschen, die heden in de hoofd
stad des rijles worden gevormd, zie ile
een gelukkig voorteeken voor de gx-oot
heid van ons land."
De dag is te Rome door een gewel
dige menschenmassa gevierd. Prins
Colonna, de burgemeester, lxiield een
patriotische redevoering, die groote
geestdrift verwekte. Na op welspre
kende wijze gewezen te hebben op de
roeping van het tegenwoordige Ita
liaansche Rome, zinspeelde prins Co
lonna op de heugelijke gebeurtenis,
die weldra in de koninklijke familie
verwacht werd, en op de aangekondü
de bezoeken van vreemde vorsten, die
den Koning zouden komen gelukwen-
schen en hem de verzekering van hun
gewaardeerde vriendschap komen ge
ven Rome zou dien vorsten een pas
sende ontvangst weten te bereiden.
„De ziel van Rome, zich bewust van
de diepe beteeken'ils van dezen plechti-
gen feestdag, vervolgde de burgemees
ter. vereenzelvigt zich een keer te va
ker met die van het geheele volk, het
welk, trotsch op zijn rechten en zijn
macht, een loyale hand reikt aan zijn
invale vrienden en aan die van den
Koning, in wien de aspiraties van heel
zijn volle belichaamd zijn."
Rusland.
Er is al eens melding gemaakt van
de toenemende zelfverminking, waar
aan, vooral in Russisch Polen, tot den
militairen dienst opgeroepen jonge
Russen zich schuldig maken ten einde
te worden afgekeui'd. Een gewone
praktijk is daartoe het afsnijden der
teenen, waaraan tot voor kort een ge
wezen officier van gezondheid te War
schau in 't bijzonder zijn talent wijd
de. De Gaz. Warsz. heeft, toen dit be
drijf aan 't licht kwam, eens een on
derzoek ingesteld of er meer soortgelij
ke middelen bestonden, en de uitkomst
heeft geleerd, dat het afsnijden der
teenen nog maar een heel bescheiden
onderdeel der zelfverminkïngsmanie
vormt.
Tn de Neue Lodzer Teitung, een te
Lodz, in Polen, verschijnend Duitsch
blad, worden de bijzonderheden ver
meld van de waarnemingen der Gaz.
Warsz.
Zoo zijn er „oorenoperateurs", die
het trommelvlies doorsteken, en ver
volgens in het oor bijtende, stinkende
vloeistoffen gieten, waardoor zij doof
heid en zoogenaamde loopende ooren
te voorschijn roepen. Dan zijn er „ocu
listen". die hun patiënten een of an
der poeder in de oogenblazen, om een
acute ontsteking der oogleden te be
werkstelligen. Vervolgens komen de
dentisten, die 'enkel gezonde tanden
uittrekken, en wel zooveel, dat er af
keuring voor den dienst op moet vol
gen. Maar radicaler gaan nog te werk
de „orthopedisten", die, in tegenstel
ling met hunne voor het gewone pu-
bliek werkende collega's zich toeleggen
op het te voorschijn roepen van beenen
van ongelijke lexxgte, scheeve schou
ders, ï-uggegraatsverkrommingen,
kromme vingers en, alsof dit alle-s nog
niet afschuwelijk genoeg ware, van
heupontwrichtingen. Waarschijnlijk
geschieden al deze kunstbewerkingen
onder chloroform met het oog op de
vreeselijke pijn, die ze moeten veroor
zaken. Andere specialiteiten geven
hun patiënten verschillende medica
menten om hartgebreken. katarrhen
e. d. te veroorzaken.
Hoeveel jonge mannen aan deze
operaties en medicamenten bezwijken
kunnen alleen de Russische kerkhoven
vertellen, maar hun aantal moet niet
gering zijn. Het meerendeel der jon
gelieden. die zich uit vrees of afschuw
voor den krijgsdienst aan een der bo
vengenoemde behandelingen onderwer
pen. zijn Israëlieten. Geliik hierboven
gezegd is, komt deze zelfverminking
het sterkst voor in Russisch-Polen,
maar daar is zij dan ook zeer verspreid.
Begin Augustus werd' in de Kathe
draal van Blagowestschensk, Oos(t-
Siberië, een Te Deum gezongen ter
herinnering aan de opheffing van het
beleg dier stad door de Chineesche
troepen, De kerk was stampvol. Na
afloop der plechtigheid gingen vele
menschen, meest xxit de lagere stan
den, naar de herbergen, waar druk
gesproken weerd over de cholera, die
in deze dagen vele slachtoffers eisch-
te in Siberië. Toen de hei'berg-bezoe-
kers dronken waren, ttogen zij in op
tocht naar het cholera-hospitaa^waar
zij een verschrikkelijke verwarring
stichtten en de doktoren en verplegers
beschuldigden van menschen te ver
giftigen en levend te begraven. Zij
gingen zelfs zoo ver, dat zij het per
soneel aangrepen, door de straten
joegen, en beproefden het hospitaal
te vernielen, na eerst de medicamen
ten onbruikbaar gemaakt, te hebben.
De gouverneur wist eindelijk het
dronken gepeupel ftot rust en orde te
brengen. Hij gaf het bevel dat voort
aan cholera-lijders vervoerd moesten
worden naar het hospitaal onder po-
litiegeleide.
Maar het gepeupel had nog niet ge
noeg geraasd. Opnieuw begon het op
stootje en thans heviger dan den
eersten keer. Het volk kwam in con
flict met de politie, die de patiënten
bewaakte en het werd noodig geacht
om militairen tusschenheide te doen
komen. Toen was het voorgoed rustig.
Sinds dien tijd wordt het hospitaal
bewaakt door militairen, is het het
publiek verboden wapens te dragen,
zijn verschillende herbergen geslo
ten.
België.
Tijdens de plechtige mis, gecele
breerd door den bisschop van Luik,
zong de bariton Barzin.
De lijkstoet, waarin geen enkele bui-
tenlanclsche mogendheid vertegenwoor
digd was, begaf zic'h naar het sta
tion. Het lijk verti-ok met den trein
van 12,55 naar Laekende Koning,
prins Albert, prinses Clementine, de
ministers en generaals gingen even
eens met den trein mede.
Morgen zal het testament der Konin
gin geopend worden.
Prinses Elisabeth von Windischgratz,
de kleindochter der Koningin, wier
komst was medegedeeld, zal niet in
België komen.
Een groote menigte begaf zich naar
I.aeken, om de aankomst van het lijk
der Koningin bij te wonen. Het sta
tion te Laeken en de aangrenzende
straten waren met zeer eenvoudige
rouwdraperieën behangen. De kerk te
Laeken was zeer prachtig gedrapeerd.
Te drie uur begonnen de klokken
van de kerken te Brussel en in de voor
steden te luiden.
Een dichte menigte, die met groote
moeite in bedwang gehouden werd,
stond bij het station en langs den weg
naar de kerk; de troepen stonden
langs dien weg geschaard. Te 3.40
kwam de trein aan het station. Op de
locomotief stond de Belgische vlag met
floers omgeven.
De graaf van Vlaanderen begaf zich
naar den Koninklijken wagen, waar
uit achtereenvolgens prinses Clementi
ne en de Koning te voorschijn traden
de Koning droeg groot uniform met
een rouwfloers om den hals. Achter
den Koning volgden de graaf van
Vlaanderen en prins Albert, met rouw
floers üin den arm en om den sabel
kwast.
De lijkkist werd uit den trein
dragen en de stoet begaf zich naar de
kerk, waarvoor de muziek der grena
diers treurmarschen speelde.
De absolutie werd gegeven door Z.
Em. Goosens, kardinaal-aartsbisschop
van Mechelen. Vervolgens werd de
lijkkist neergelaten in de graftombe,
waarheen zich ook de Koning en de
overige vox-stelijke personen begaven.
Het lijk der Koningin zal geplaatst
worden i.n den kelder, waarin ook
haar zoon, de graaf van Henegouwen,
begraven is.
Gravin Lonyay verliet Maandag
middag om 2 uur 14 Brussel, aan de
Gare du Midi plaats nemende in den
trein naar Calais. De zeer talrijke
menigte, bij het stationsgebouw ver
zameld, bracht haar een ovatie.
De prinses, zich tot de menigte wen
dende, zei van ganscher harte dank
voor deze goede bejegening. Zij was
ten prooi aan een hevige gemoedsaan
doening.
De ontmoeting tusschen de gravin
Lonyay en de gravin van Vlaanderen
was zeer bewogen. Snikkend wierp
prinses Stephanie zich in de armen
der gravin van Vlaanderen, die haar
bemoedigende woorden toevoegde. De
graaf van Vlaanderen omhelsde zijn
nicht. Het bezoek duurde zeer lang.
Bij het verlaten van het paleis van den
graaf van Vlaanderen werd gravin
Lonyay door de menigte eerbiedig ge
groet.
Stadsnieuws.
Haarlem, 23 Sept. 1902.
Bij vonnis van de arrondisse-
ments-rechtbanlv alhier, d.d. 23 Septem
ber 1902 is Simon Veenman, winkelier tn
tabak en sigaren, wonende te Zaandam,
verklaard in staat van faillissement.
Tot rechter-commissaris is benoemd de
rechter jhr. mr. R. de Marees van Swin-
deren.
De heer Mr. A. H. J. Merens te
Haarlem is heden ter terechtzitting der
arrondissements-rechtbank alhier beëe-
digd als advocaat en procureur.
Grensregeling.
Na heropening der vergadering
worden de algemeene beschouwingen
geopend.
De heer v. d. Mersch dankt den voor
zitter voor de mededëeling in gehei
me zitting gedaan en zegt dat het
hem niet zoo zonneklaar is bij het le
zen van het voorstel van B. en W.
aan den Gemeenteraad, dat de grens
regeling in het algemeen belang is,
dat is het belang, dat de omliggende
gemeenten ook bij de regeling heb
ben. Spreker zegt. dit omdat. Bloe-
mendaal en Heemstede zich beiden te
gen de grensregeling hadden verklaard
omdat deze niet in hun belang is. Het
eigenbelang treedt hier dus op den
voorgrond, of beiter het finantieel be
lang. Wanneer we daarnaast be
schouwen de gemeenten Schoten en
Haarlemmerliede, dan zien wij dat
deze vooral Schoten met de
grensregeling tevreden is, omdat ook
dit is in haar eigen belang. Ook hier
is dus het financieele belang op Óen
voorgrond.
Wat is dan hot algemeen belang?
Volgens het vooi'stel van B. en W.
zal het politietoezicht, brandweer,
reiniging enz. in de-omliggende wij
ken niet voldoende mee,r zijn.. Maar
dat is toch nielt in het belang van
Haarlem, maar van de omliggende
stadskwartieren. Spr. zou het, derhal
ve beter vinden, d'at de gemeente
Schoten bijv. een bedrag jaarlijks
stortte voor politietoezicht enz. door
Haarlem te leveren. De verordenin
gen in de omliggende gemeenten zijn
gebaseerd op die van Haarlem en niet
minder streng dan hier. Bovendien
bestaat er een hinderwet, waaraan
B. en W. van alle gemeenten zich
moeten houden. Wanneer spr. dfus
nielt volkomen overtuigd is van het
algemeen belang voor Haarlem, zoo
zou spr. al werd er geene wijziging
gebracht aan die Westzijde nog met
de voorgestelde grensregeling kunnen
medegaan, wanneer de 'finantieel?
zijde daarvan niet zoo slecht
was geregeld. Haarlem zal bepaald
het slachtoffer van dit ontwerp wor
den.
De heer Troelstra zegt, dait het al
gemeen belang hierin ligt, dat stad»
gedeelten zich meer uitbreiden d'an
plattelandsgemeenten. En dan moet
het centraal gezag ingrijpen om den
naituurlijken groei der gemeenten te
bevorderen.
Waar Haarlem reeds over haar
eigen grens groeit., is het in 't alge
meen belan*- dat Haarlem haar gren-
zen uitbreidt. Spr. juicht het toe
dat Ged- Staten vei'der zijn gegaan
dan B. en W. wenschten. De grens
wijziging aan de zijde van het Scho
terkwartier is urgenter dan die
aan de Westzijde bij Bloeanendaal. ln
het Schoterkwartier staan thans reed3
vele woningen van arbeiders, die te
Haarlem werk vinden. Eene spoedige
uitbreiding van de grens aan de
Noordzijde is derhalve zeer dringexxd.
Spr. betreurt het dat Ged. Staten niet
aan het verzoek der comm. oxn inlich
tingen omtrent de grens aan de W.-zij
de, voldoen, doch gelooft dat xxien zoo
veel mogelijk heeft willen te gexnoet
komen aan bezwaren van particulie
ren aard. Er zijn aan de Westzijde
tal van lieeren, die villa's bezitten en
niet gaarne onder Haarlem zouden
komen. Ondanks dat men niet ver ge-
noef gaat aan die zijde gelooft spr.
toch dat het. in 't belang cTer gemeente
Haarlem is het ontwerp aan te nemen.
En d'e prijs, die, in geheime zitting ge
noemd, voor de uitbreiding van net
grondgebied betaald moet worden is
volgens spreker zeer gering. De uitga
ven van politie die behoeven niet
naar gelang van de meerdere bevol
king toe te nemen: voor de genoemde
som kijgt men een stuk grond bijna
zoo groot als Haarlem. Wij krijgen
ook mettertijd' d'an belasting-inkom
sten, zoodat spr. het alleszins ge-
wenscht vindt dat waar Haarlem
thans in nood verkeert het ontwerp
van wet in het belang van Haarlem
wordt aangenomen.
Wat de financieele bezwaren betreft,
bij art. 4 van het wetsontwerp, zal spr.
nadere voorstellen doen. Daarna werd
het voorstel van Ged. Staten in behan
deling genomen.
Tegen de Noord-, Oost- en Zuid
grens- wordt, reen bezwaar Ingebracht.
Bii d" Westelijke grens herinnert
de heer Krelage aan de bezwaren door
hem de vorige maal geopperd, Om
daaraan tegemoet te komen, stelde bij
het volgende voor:
De westelijke grens loopt in noorde
lijke strekking langs de bestaande
grens tusschen de gemeenten Bloemen-
daal en Heemstede, zijnde het midden
van de Houtvaart, volgt in westwaart-
sche richting do Noordzijde van de
Munsterlaan, zet zich in Noordelijke
richting voort op een evenwijdigen af
stand van ongeveer 100 Meter van de
Aerdenhoutslaan tot aan de Schcutjes-
laan, volgt deze in westwaartsche
richting tot een lengte van ongeveer
150 Meter, buigt naar het noorden en
volgt in noordelijke richting een nage
noeg rechte lijn. zooveel mogelijk de
grenzen der kadastrale perceelen vol
gende tot aan de Brouwersvaart, om
na de Brouwersvaax-t te hebben over
gestoken de oostelijke grens te volgen
perceelen Sectie B. No. 52 en 2248. de
zuidelijke en daarna de oostelijke
grens van No. 1161.
Verder zegt spr. dat de weg langs de
Houtvaart veel te wexxschen overlaat
Bovendien wettigt de aanleg van dc
viaduct een meerdere uitbreiding aan
die zijde.
Het amendement van den heer Kre
lage wordt ondersteund.
De heer Pamet juichte het vooi'stel
van den heer Krelage ten zeerste toe,
temeer daar het beter is, dat de Hout
vaart in goeden toestand wordt gehou
den door de gemeente Haarlem alleen,
dan door Haarlem en Bloemendaal.
Het voorstel van den heer Krelage
Fenllleton.
door
MAX PEMBERTON.
4.
Hij was een tijdlang in de Stille Zuid
zee geweest, werd er verteld, en was in
Amerika iemand van twaalf ambach
ten en dertien ongelukken. Zoo kwam
hij langs deze eilanden op weg naar
Yokohama. Er is menig goed schip
gestrand op Ken's Eiland, jongen, ge
loof me, en er zal er nog menig volgen
ook. Dit is geen aardige plaats om een
jonge vrouw naar toe te brengen, zoo.
iets zou alleen maar een gek doen.
Ik vertelde hem dit zooals een ander
spreekt over iets, dat je bezwaart. Niet
dat hij er veel aandacht aan schonk,
hoe zou hij ook, want er waren honder
den dingen om naar te kijken, en zijn
oogen waren hier en daar en overal
nu eens boven ons naar de zwarte wol
ken, dan weer starend in een diepe
bergkloof, waarover een kleine houten
brug ons heenbracht, licht als een
steiger. Het was een zelzaam schilde
rij, en toen wij eindelijk uit het bosch
kwamen, en het lagere gedeelte van
het eiland voor oris uitgespreid zagen
liggen, als een landkaart met zijn
velden van kanxiozijn bloemen, zijn
watexwallen, zijn weiden en de blau
we zee aan den andex*en kant, moest
men het zichzelven bekennen, dat na
tuur nooit een schooner woonplaats
als woning had verkozen. Wat mij
beti'eft, ik begon weer te gelooven, dat
Edrnond Czei'ny wel wist wat hij deed.
toen hij op zulk een plaats een huis
liet bouwen voor Miss Ruth, en ik wou
dit juist tegen den jongen zeggen, toen
een man het pad op kwam loopen, on<*
praaide met een luide stem en vroeg
waar wij voor den duivel naar toe
gingen, of iets andei's ongemanierds.
Daarop nam ik hem eens van het
hoofd tot de voeten op en antwoordde,
zooals een zeeman betaamde, ..Loop
zelf naar den du'ivel, wat scheelt jou.
en wat v ex-beeldt jij je
Hij was een flink man. gekleed in
blauw serge, met een pet op en een
zeemansjas aan. Hij had een langen,
bxninen baard, en een pokdalig ge
zicht, en hij droeg een verrekijker on
der den arm. Hij was naar boven ge
komen va» uit het grasrijke dal, daar
beneden, en daar zag ik voor het eerst
het dak van een lange bungalow, en
tuinen er omheen. Dat is het teiiuis
van Ruth, zei ik bij mezelf, en deze
man was een van de bemanning van
Czeimy's jacht.
Niet zoo hard van stal loopen, riep
hijweet je, dat dit particulier land
is, en dat jij er niets op te maken hebt?
Waarom, zei ik, zonden wij niet
aan land zijn gekomen om jou te
zien, mooie vent, en ik moett zeggen
het is wel d& moeite waard.
Uithalen, en hou me niet op, als
jeblieft. Ik heb zaken met je me
vrouw te doen, die ik kende voor jou
broer te Frisco werd opgehangen.
Hij vloekte en ilc geloof, hij was
half en half van plan om te zien wie
de sterkste was, maar ttoen hij even
neerkeek in de tuinen van de bunga
low, waar een witte figuur dluidelijlc
te zien was, scheen hij er beter over
te gaan denken, en veranderde zijn
toon aanmerkelijk.
Stop maar, zei hij met 'n zweem
van lachen. Jij bent er een van de
ware soort, die zich niett met een
kluitje in het riet laat sturen. Waar
kom je vandaan, en wat wil je hier?
vroeg hij, zoo beleefd als een kruier
die om een vrachtje vraagt.
Maar, zei ik, als ik er een van
de rechte soort ben, dan wil ik jewel
vertellen dat mijn haven Southamp
ton is. Breng mij naar mevrouw
Czerney, die ik tusschen de bloembed
den daar beneden zie, en je zult bin
nen vijf minuten genoeg van mij we
ten om de tranen in je mooie oogen
te brengen. Zeg, zei ik, om hem te
plagen, zijn er geen meisjes in dit
paradijs? Zoo ja, dan mag ik ze wel
gelukkig noemen, als ik naar jou zie.
Hij nam mijn scheids nogal knor-
ï'ig op, maar ik kon zien, dat hij ver
bazend' nieuwsgierig was om meer
van mij te hooren, en toen wij een
slingerend pad' naar de bungalow in
het dal insloegen, deed hij mij aller
lei vragen, en ik trachtte hem beleefd
tef antwoorden. Als alle zeelui had
hij geen macht zichzelf tot stilzwij
gen te dwingen, en elk woord dat
hij dacht, moe at hij uitspreken ook.
De gouverneur is niet hier, zei
hij. Hij is naar Frisco gegaan. Je
treft het, want hij houdt niet van
vreemdelingen. Ja, hij is een wonder
lijk man, in zijn soort. Zorg je aan
boord te zijn en te vertrekken voor
zonsondergang, dan zie je hem niet.
Neem mijn raad aan, en reis af. De
kusit is ongezond.
Zeg eens even, zei ik, jij hebt
zelf de geelzucht, en dat kan ik ook
licht meenemen. Maar wat jouw gou
verneur betreft, ik herinner mij hem
wel, toen wij beiden Europeesche ha
vens bezochten. Hij was een uitste
kend violist. Mijn meesteres kon
hem leiden als een puckhondje. En ik
twijfel er niet aan, of zij heeft hem
nog wel een beetje onder den plak.
Ik dacht, nu zul je wel weten wie
ik ben.
Jij moet Jaspar Begg zijn, die 't
jacht van de juffrouw, de „Manhat
tan" bestuurde, zei hij. O, ik heb vaak
van je gehoord, door haar zelf. Ze zal
blij zijn je te zien, maar wat de gou
verneur zal zeggen is een andere zaak.
Je ziet, ging hij voort, dit eiland is een
paradijs, zoo zeker als tweemaal twee
vier is; maar het is alleen voor het
vrouwelijk geslacht, en dat bevalt jou
meesteres niet. Niet dat zij klaagt of
iets van dien aard. Een dame die rin
gen om baar vingers heeft, en bellen
aan haar ooren, alles zoo kostbaar dat
het door een hertogin zou kunnen wor
den gedragen, klaagt niet lang. En
mijn gouverneur heeft zooveel diaman
ten dat het er op een meer of minder
niet aankomt. Maar zijn vrouw zeurt
altijd over een reis naar Europa en
zoo. Als of hij niet zijn vrouw in zijn
eigen huis zou willen hebben, en nïet
in dat van een ander. Dit is de waar-
heid, mijnheer Begg. want een vol
bloed zeeman heeft het u verteld.
Ik zei: ..Ja, ja", maar zweeg verder
stil, verwachtend dat hij voort zou
gaan. Wij waren nu bijna bij het huis.
en de rotsen leken een donkere wolk
van zware rotsen, met een beetje rook
daar boven. George volgde mij op de
hielen als een trouwe hond. Mijn ei
gen gevoelens zijn moeielijk ie be
schrijven. Ik zou Ruth Belenden weer
zien. Zij was daar ginds in den tuin,
en er stond niets tusschen ons dan
deze afgetakelde gele knaap.
Welnu, zei hij op eens, en hij
ging voor mij staan, als wilde hij mij
den weg versperren, „jij bent door mij
gewaarschuwd, mijnheer Begg, maak
dit schielijk af. Luister niet naar vrou
wenpraatjes. want dat is nonsens. Ik
heb misschien verkeerd gedaan met je
te laten landen, misschien ook niet;
maar in elk geval is het mijn plicht
om te gaan zien of de bevelen van den
gouverneur worden uitgevoerd, en zij
zullen worden uitgevoerd. Wil je nu
een openhartig woord gelooven. ja of
neen. mijnheer Begg?"
(Wordt vervolgd).