Bet Ms osier ie Zee f NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD. Meestgelezen Dagblad, in Haarlem en Omstreken. öe'Maargang Vrijdag '24 October 1902. No. 5027 DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Voor Haarlem per 3 maanden1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente), per 3 maanden 1.30 Franco door het geheele Rijk, per 3 maanden1.65 Afzonderlijke nummers0.02^ Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem, per 3 maanden0.37 de omBtreken en franco per poet0.45 ADVERTENTIËN Van 15 regel» 50 Ote.iedere regel meer 10 Cts. Buiten bet Arrondissement Haarlem i® de prijs der Advertentiën van 15 regels 0.75, elke regel meer 0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Reclames 30 Cent per regel. Bnreami (Mjonw Het Spaarne, Zuider BulteiiSpaarue No. 6. Telefoonnummer der Redactie «OO. Telefoonnummer der Administratie 123. Intercommunale aansluiting. Uitgave der Vennootschap Löurens Coster. Directeur: J. C. PEEREBOOM. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan hek Algemeen Advertentie-Bureau A, DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Dit blad. verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale de Publicité Etrangère G. Li DAUBE Co. JOHN F. JONES, Succ., Parijs 3P" Faubourg Monvmarpre. tfni&riem's Dagblad Tan 24 Oct. bevat. o. a. Tsjechen en Duitschers in Oos tenrijk-Hongarije, Uit en over Engeland, Gemeenteraad van Bloe- mendaal. Buitenlandsch Nieuws Engeland. Volgens het jongste bericht van het departement van arbeid in Groot-Britan- nië is het getal werkloozen thans hoo- ger dan in een der vorige 9 jaren. Van 221 werklieden-ver eeniginigen met 553000 leden, wordt gemeld, dat in September 5 pet. geen werk hadden, tegen 3.7 in 1901. Vooral is de toestand slecht bij den scheepsbouw (9.2 pet.) en bij de ma chinefabrieken. Tevens zijn de loonen gemiddeld 1 1/3 sh. per week lager ge worden dan in Augustus. Ook de klein handel lijdt zeer onder dezen toestand; in September kwamen 353 faillissemen ten voor, tegen. 279 in 1901. In die maand steeg het getal landverhuizers tot 51256, tegen 39,156 in 1901. Bovendien zijn steenkolen en brood duurder geworden; de vleeschprijzen zijn te Londen zóo gestegen dat in de achterbuuxten vele slagers hebben moeten sluiten. Het Engelsche departement van bui- tenlandsche zaken heeft Woensdagoch tend een bericht van generaal Manning te Aden ontvangen, meldende dat geen nader nieuws van Berbara over den toe stand van Swayne's expeditie in Soma- liland ontvangen was. Erego, de plaats waar de expeditie het zwaarst te lijden had, is gelegen in het Italiaansche grondgebied op eenigen afstand van de zuidelijke grens van het „British Somaliland Protectorate". Het bericht van kolonel Swayne's veilige aankomst te Bohotle moet langs de pos- tenlijn naar Berbera komen en dan per stoomboot naar Aden worden overge bracht, omdat er geen telegrafische ver binding bestaat tusschen deze beide plaatsen. Een officier, die tot de Somali-expe- ditie behoort, schreef in deze bewoor dingen naar huis: „Niemand zal het in zien eer het te laat is. Daar ik mij onze Zuidafrikaansche imbroglio herinner, kan ik u verzekeren, dat dit geen zaak is om over te lachen, wij zitten letter lijk in een val en hoe wij er uit zullen komen mag de duivel weten. Wij hebben eenige flinke gevechten geleverd en veel mannen verloren". De briefschrijver klaagt over het totale gebrek aan kameelen, over het gebrek aan water en voorraden en zelfs ammu nitie; den 12de (September?) werden twee maxims door den vijand buitge maakt. Het schijnt dat het bezoek der Boeren generaals aan Engeland tot wat strub beling zal aanleiding geven. De generaals toch hebben verklaard, dat ze niet van plan waren een onder houd met Chamberlain aan te vragen en Chamberlain zijnerzijds heeft laten weten, dat hij niet de zaak zal opvatten uit eigen beweging.Hij heeft den Boeren generaals niets meer te zeggen. Kleine Engelsche hatelijkheidjes, klei ne speldeprikken, die er op wijzen, dat de verhouding lang niet rooskleurig is en van Engelsche zijde de toenadering nog als van twijfelachtigen aard is. Andrew Carnegie, de Schotsch-Ame- rikaansche» millionair .heeft bi] de aanvaarding van het doctoraat honoris causa van de St. Andtrews Universi teit. een merkwaardige redevoering ge houden, waarin hij zeide den Duit- schen keizer te hebben aangeraden zijn invloed aan te wenden om tot stand' te brenven een ..Vereenigde Sta ten van Europa" op industrieels basis, als het eenige middel om nieuwe mark ten te veroveren en de scherpe mede dinging van Amerika te lteeren. Hij voorspelde dat Engelands ijzer feitelijk binnen 25 jaar zou zijn uitgeput en dat van Amerika in zestig of zeventig jaar. Amerika, beweerde hij. heeft Engeland reeds vervangen als de eer ste en rijkste handelsstaat. Hij raadde den Engelschen aan minder te drin ken en te rooken en af te zien van hun ruwe sport. Dan, geloofde hij, zouden zij. na pijnlijke maar heilza me lessen gelukkiger zijn en minder ontaard. Oo8tenrijk-Hongarije. In de zittinv van den Rijksraad, v^n Woensdag bleek dat het antagonisme tusschen de radicale Duitschers en de Tsjechen nog even hevig is als ooit. De toorn de Tsjechen richtte zich in het bijzonder tegen den afgevaardigde Berger, die een automobieltoeter deed weerklinken om redevoeringen in de Tsjechische taal onmogelijk te maken en die zijn tegenstanders voor kwajon gens schold. De Poolsche Club uit den Rijksraad houdt sedert Zondag besprekingen over de politiek, die zij in de nu aangevan gen zitting zalvolgen.De leider der Polen Javorski is al eenige malen bij von Koerber geweest, dien hij bij deze be zoeken. te kennen heeft gegeve-n, dat de Polen niet tevreden waren. (Na het Zon dag te Bielitz gebeurde zal die ontevre denheid er wel niet minder op gewor den zijn). Von Koerber schijnt ook aan Javors ki beloften te hebben gedaan, gelijk hij ze aan alle partijen doet, die ontevre den zijn, m. a. w. aan iedere politieke belijdenis in Oostenrijk. In die algemee- ne ontevredenheid en onderlinge vij andschap vindt de Oostenrijksche regee ring steeds het beste middel om het ge matigde absolutisme in stand te hou den. Hij heeft nu de Polen weer din gen belopfd, die hen bevredigen en voor komen hebben, dat hij een motie van wantrouwen kreeg. Maar de concessies door den premier aan de Polen gedaan voorloopig slechts met den mond weliswaar zullen de Duitschers natuurlijk vertoor nen, hetgeen een groote reden tot vreug de voor de Tsjechen zal zijn, die daar door misschien weer wat minder vijan dig zullen worden tegen den op 't oo- genblik vurig gehaten eerste minister, Dit alles wijst er echter wel op, dat de Rijksraadzitting ook dit jaar niet zonder de gewone tooneelen zal voor bijgaan. Als de vervulling der beloften aan de orde komt, kan de regeering weer prettige dagen beleven. Frankrijk. Door den afgevaardigde Rivet is aan het bureau der Fransche Kamer een pe titie neergelegd geteekend door de broe ders Paul en Victor Margueritte, de be kende Fransche romanschrijvers, waar in zij wijziging van de wet op de echt scheiding vragen. Zij zouden wenschen, dat de echtscheiding niet slechts zou worden uitgesproken als de echtgenoo- ten het daarover eens zijn, maar ook wanneer een van beiden zijn wensch daartoe te kennen geeft en gedurende zekeren tijd zijn verlangen blijft hand haven. Een wetsvoorstel van den Franschen afgevaardigde Ernst Roche tot schei ding van kerk en staat en opzegging van het concordaat met den Paus, is bij de Fransche Kamer ingediend. Het bevat slechts zeven artikelen. Art. 1 bepaalt dat alle thans erkende en ge subsidieerde kerken van den Staat wor den gescheiden. Art. 2 beveelt terstond na de afkondiging der wet de opzegging van het Concordaat (overeenkomst met den Paus) en van de overeenkomsten met andere gesubsidieerde kerkgenoot schappen. Volgens art. 3 bestaat er geen begrooting meer voor de eerediensten. Art. 4 beveelt de terugroeping van den gezant bij het Vatikaan. Art. 5 waar borgt de vrijheid van alle belijdenissen en geeft den belijders de bevoegdheid zich overeenkomstig deze wet en die op de vereenigingen tot genootschap pen te vereenig,en en aldus rechtsperso nen te vormen ten einde in de behoef ten van hun eeredienst te kunnen voor zien, de onroerende goederen daartoe benoodigd te verkrijgen en te bezitten of van de gemeenten of den Staat de thans voor dat doel gebezigde gebou wen in huur te hebben. Art. 6 bepaalt, dat een afzonderlijke wet zal vaststellen hoe het Concordaat zal worden opgezegd en de overgangs maatregelen zal vaststellen ten opzich te der geestelijken die thans toelagen ontvangen en van alle rechthebbenden en belangstellenden. Ten slotte wijst art. 7 de vrijkomende gelden aan als eerste bijdrage voor pensioenen aan in valide arbeiders. Dit ontwerp is naar een commissie van onderzoek verwezen, evenals een gelijksoortig ontwerp van gelijke strek king, door Kamerlid Dejeante reeds vroe ger ingediend. Duitschland. Het Duitsche tijdschrift „Soziale Pra xis", deelt mede, dat de Bond van Duit sche Arbeidsbeurzen in zijn laatste bij eenkomst het vraagstuk der verzeke ring tegen werkloosheid (waarover de vorige week de Rijksdag een commissie van onderzoek heeft benoemd) heeft be handeld en omtrent de volgende grond slagen tot overeenstemming is gekomen: 1. De verzekering moet als publiek rechterlijke instelling met dwingend karakter worden geregeld. 2. Zij moet berusten op de samenwer king van werkliedenverbonden, ge meenten, werkgeversbonden en den Staat. 3. Als voornaamste hulp- en regelings orgaan kan en moet de Arbeidsbeurs gebezigd worden. Stadsnieuws. Haarlem, 23 Oct. 1902. Schouwburg. Cyrano de Bergerac. Wanneer de beide lantaarns voor on zen schouwburg zijn ontstoken, twee agenten voor den ingang zijn gepos teerd, een onafgebroken reeks van rij tuigen hun fraai gekleede inhoud voor de toegangsdeuren afleveren, de elec- trische trams aanhoudend stoppen, en een stroom van haastig wandelende voetgangers zich in de richting van den Schouwburg beweegt., dan begrijpt elk rechtgeaard Haarlemmer, dat er „wat bijzonders" te doen is. En gisteren avond was liet wel iets heel, heel bij zonders. Twee machtige factoren trokken het publiek naar het bekende gebouw aan den J answeghet roem ruchte stuk van Edmond"Rostand, en het verlangen om kennis te maken met den man, die uit Zuid-Nederland tot ons kwam om bij het Nederlandsch Tooneel de plaats in te nemen van den beste onzer Nederlandsche tooneel- kunstenaars. Er was een groote ver wachting, een heerlijke spanning, een overweldigende stilte toen die) voorhang omhoog ging. In de oorspronkelijke tekot, in de zoetvloeiends taal van het vaderland des dichters, houdt de poezie den toe schouwer gevangen in een band van bedwelmend zingenotovergebracht in het Nederlandsch moet hier en daar noodzakelijk iets te loor gaan van den rijkdom van schoonheid, die het kunst werk bevat, doch over het geheel ge nomen is de Nederlandsche overzetting toch een kunststuk op zich zelf gebleken, en werd de aandacht niet aï te veel afgeleid door mindere wellui dendheid. Dit feit is van groote beteekenis, voornamelijk hier, waar de sprankels van geest en vernuft als het ware over al te voorschijn komen, waar elke re gel een fijngevoelde gedachte, een bij tend sarcasme, een tinteling van hu mor bevat. Dat het bovendien aan de vertooners hooge eischen stelt, en het maar aan weinig bevoorrechten gegeven is, de gedachten van den grooten kunstenaar to vertolken, had een reden kunnen zijn voor onze Nederlandsche artisten, om zich met hunnen door en door hol- land'schen kunstzin niet te wagen aan dat. tot het gevoelen waarvan men franschman bij uitnemendheid moet zijn. Toch heeft men het gewaagd. Met 'inspanning en toewijding, maar voor al met groote kunstvaardigheid heb ben de vertooners zich ingedacht in de bijna ideale geestespersonen van den dichter en zelden hebben wij da artisten van het Nederlandsch Tooneel zoo bëwonderd als dezen avond. Niet dat zij hunne fransche collega's over troffen Coquelin en die hem omring den, zijn geschoold door Rostand zel ve, doch wel, dat zij deze zeer nabij komen en momenten hadden, waar op hun spel gevoegelijk naast dat der fransche artisten kon worden gesteld. Dit wordt gezegd van alle vertol kers, behalve van den held van den avond, Hubert la Roche, die met dit stuk zijn „joycuse entree" vierde en, iaat ons er maar dadelijk bijvoegen, zich in de harten van die hem zagen, een eerezuil heeft veroverd. Wij zou den zijn vertolking met die van Coque lin in éen adem wenschen te noemen. Cyrano de Bergerac is een dramatisch persoon van schier bovenmenschelijke geestesgaven, In hem is het volmaak te geteekend, het wegmoffelen van eigen persoonlijkheid, de belichaming der reinste liefde maar dat ideale woirdt niet bereikt zonder strijd en dien strijd te vertolken, en bovendien door houding, gebaar, en vooral groo te zeggingskracht elk woord tot zijn recht te doen komen, dat is werk een groot kunstenaar waardig. Hubert la Roche is dit even goed gelukt,als zijn kunstbroeder Coquelin, naar het ons voorkomt zelfs nog iets beter, omdat vaak in zijn stem de klank van onzeg baar leed, vandiepen weemoed sneed tot in die ziel. Aangrijpend was zijn spel, van het begin tot hef einde. De vertolking van de rol van Roxane stempelt mej. Klaassen tot eene actrice van buitengewone begaafdheid. Fraai was haar spel in de balconscène en vol kracht en gloed hare verschijning op het slagveld, haar leed bij het ster ven van den geliefde. De avond van gisteren heeft heerlijk kunstgenot doen smaken. Wij vestigen de aandacht op eene lezing voor de „Vereeniging ge wijd aan het onderzoek op geestelijk gebied", alhier, op Zondag a.s. te 10 uur in de gehoorzaal van het gebouw van den Protestantenbond, te houden door den heer De Fremery van Bus- sum, over „Ons onsterfelijkheidsbe- bewustzijn". Men zie de advertentie in dit num mer. Woensdagmiddag omstreeks omstreeks half twee geraakte een on geveer zesjarig jongetje in het Spaar- ne nabij de Houtmarkt. Op zijn hulp geroep schoot een voorbijganger toe, en slaagde er in de kleine drenkeling op het droge te brengen, en hem naar zijn woning in de Koralensteeg overbracht. Examens Vrije- en Orde-oefe ningen. Geëxamineerd 6 mannelijke en 6 vrouwelijke candidaten. Geslaagd de heeren: P. C. de Jongh, Haarlem; W. P. Jonkmans, Amsterdam, A. C. v. Kaam, Haarlem, C. A. Keyser, Schoorl, en de dames: A. M. C. Buttingen, Amsterdam; C. van Calsem, Zaandam; H. J. Bolk— Wegerif, Amsterdam, E. Ca/nne, Uitgeest Uit de Omstreken, lïloemendaal. Raadsvergadering op Donderdag 23 October 1902 dies namiddags half 2. Medegedeeld wordt dat van Mevr. de Wed. F. W. R. GrippelingKra mer eeai schrijve(n is ingekomen, waarin zij haar ophechjten dank be- (tuigt voor de vele bewijzen van deel neming, die zij bij het overlijden van haar dierbaren echtgenoot heeft mo gen ontvangen van den Voorzitter en de Raadsleden. Daarna komen in behandeling de voorwaarden, waaronder de gemeen te Bloemen daal vergunning verleent aan de Nederlandsche Bell-Teleïoon- Maaitschappij te Amsterdam, voor den aanleg en de exploitatie van telefoon verbindingen in de gemeente De voornaamste bepalingen zijn: De vergunning wordt verleend voor vijf-en-twintig achtereenvolgende ja ren. ingaande 15 November 1902 en eindigende den 14en November 1927. Wanneer de gemeente te eeniger tijd mochjt overgaan tot het aanleg gen van eene niet voor het publiek bestemde telefoon-verbinding ten be hoeve van den gemeentedienst, mag zij daarvoor gedurende den duur der vergunning kosteloos gebruik maken van de telefoonpalen en stellingen van den concessionaris voor bet aan hechten van draden. Wanneer op het gebied der telepho- rrie nieuwe vindingen zijn gedaan, die in Nederland worden toegepast, is de concessionaris gehouden in ge val B. en W. dit wenschen, die vin dingen binnen een door ben te bepa len termijn alhier in toepassing te brengen. De concessionaris verplicht zich ten dienste van dien plaaJtselijken, in tercommunale en internationale tele foondienst twee kabels, elk van 56 dubbelgelieidingen te leggen, en wel een in den Zijlweg, een in de Kle verlaan, en een in de Korte Klever laan. De concessionaris is verplicht aan sluitingen tot stand tebrengen: Wat betreft het rayon BÜoemendasl en omgeving, zoodra voor 40 perceelen aansluiting op de gestelde voorwaar- dien is gevraagd. Hij is gehouden aan nieuwe aanvragen tot aanslui ting te voldoen totdat het cijfer van 10'.) aangesloten perceelen is bereikt. Aansluitingen boven dat cijfer be hoeft die concessionaris eerst tot stand te brengen, wanneer zij tot een cijfer van 28 zijn opgegeven, waar na de concessionaris gelegenheid moet geven tot nieuwe aansluiting voo.r 50 perceteiliem. Verdere nieuwe aansluitingen moeten op gelijke wij ze en ondier dezelfde voorwaarden worden tot stand gebracht. Wat betreft het rayon Aerdenhout en omgeving, zoodra voor 15 percee len aldaar aansluiting op de gestelde voorwaarden is gevraagd. Hij is ge houden aan nieuwe aanvragen tot aansluiting te voldoen, totdat het cijfer van 25 aangesloten perceelen js bereikt. Aansluitingen bovem dat cijfer behoeft de ensessionaris eerst tot stand te brengen, wanneer zij tot oen cijfer van 15 zijn opgegeven, Feuilleton, door MAX PEMBERTON. HOOFDSTUK XVIII. De vijanden waren weg; ik twijfel de er niet meer aan. De alarmbel die hard in de gang geluid; had, het getrappel van voeten, als van een soldatentroep, het geschreeuw bewe zen het feit buiten eenigen twijfel. Als de klank der wapenen en het lui de commandeeren mij nog niet hadden doen gelooven, dat er dien nacht zee lieden op de riffen, aan de zuidzijde van het eiland, gedood moesten wor den, dan had de stem van Edmond Czerny zelf, die ik achter de deur, waar ik stond, hooren kon, die vraag geheel en al beantwoord. Want Czer ny boorde ik, daarvoor zou ik mijn leven gegeven hebben. Czerny, dien ik het laatst te Nice gezien had, op den morgen van zijn huwelijk. Aan he1! werk, aan het werk! Ik hoorde hem schreeuwen; laat Steinvertz bij mij komen. Er is een schip op de Caskets een schip, hoort ge! Zijn stem was schor, en sloeg over, als de stem van iemand die half dol is van dronkenschap. Degenen, die hem antwoordden spraken niét min der woest. Waren een troep wilde honden plotseling op hun prooi toe gesprongen, dan had men geen vree- selijker gehuil gehoord dan dat in dat geheimzinnige huis klonk van die mannen. Toen kwam plotseling een eind aan het geschreeuw, een stilte, zoo ontzagwekkend, dat ik mijzelf kon hooren ademhalen. Zij hebben helt huis nu verlaten, zeide ik fluisterend tegen miss Ruth, daar mogen wij blij om zijn! Zij sloeg er geen acht. op, en op een stoel gezeten, verborg zij haar gelaat in haar handen. Ik kon haar hooren snikken. Help ze, o hemel o, help ze! en ik wist, dat zij over hen sprak, die op de gevaarlijke riffen omkwamen. Zij scheen mijn tegenwoordigheid een oogenblik vergeten te hebben, maar toen keek zij plotseling op, en beantwoordde mijn vraag. Ja, zei ze, mijn man zal op de jacht zijn. Hij kan nergens anders zijn. Gij en ik zijn nu geheel alleen, Jasper. Mijn vingers sloten zich vast om mijn zeemanspelt en ik ging naar de deur, en draaide den sleutel om. Hoewel mijn hoofd sterk en helder was, viel het toch niet te ontkennen dat mijn hersens als in vuur ston den. Er zullen beneden mannen zijn aan de oven, en anderen staan op de wacht, sprak ik tot haar. hoeveel denklt gij dat iemand ontmoeten zal, wannee.r hij naar beneden gaat, miss Ruth? Ik dacht dat zij heel kalm werd op die woorden, en stond1 op, om gemak kelijker te hooren. Jasper! riep zij uit, waar gaat gij naar toe, Jasper? Dat mag de hemel weten, zei ik. Zeg mij hoeveel mannen er in dit huis zijn. Zij stond er over na )te denken. Haar gezichtje bewees mij, hoe zij hoopte. Geen van beiden wilden wij zeggen, wat ons op de tong lag. Er zullen er vijf zijn, denk ik, in het werkhuis en zes voor de wacht antwoordde zij, en ik kon zien, dat zij ze natelde; de uitgangspoort is de tweede in de gang. Daar is een lad der, en o, Jasper, walt bedoel je? vroeg zij weer. Wat ik meen, zei ik, wel dit, dat het tijd is dat mijn scheepsmakkers ook in uw gastvrijheid deelen. Ja, wij zullen ze hier brengen, Seth Bar ker en de anderen. En dan, zei ik, dichter bij haar komend, als 't geluk ons dan dient, zullen wij ons zien te bevrijden. Zegt gij daJt er twee deu ren zijn? Zij zeide van ja, een voor de man nen, een smalle poort in het rif; de ander voor Czerny, zij noemden die do groote poort. En o, riep zij, terwijl haar vreug de mij deed trillen; o, als gij kunt, als gij kunt, Jasper! Of ik kan, of de nacht mag over mij komen, zei ik, rustiger dan te voren. Eén ding is zeker, miss Ruth, dat ik het wagen zal. Het is waard, om het te probeeren, waar lijk. Gaat gij naar uw eigen kamer, ein doe alsof gij er niets van week Het werk beneden Is mannenwerk, en er zijn mannen, daarvoor zij de hemel geprezen. Hij helpt ons. Be denkt dalt. I-Iier, op hetzelfde oogen blik dat het scheen dat ons leven van Czerny's genade afhing, op hetzelfde moment, dat wij naar zijn wreede hand moesten grijpen om hulp te krijgen, of in het graf van het eiland slapen moesten, kwam de boodschap van de zee en de ellendelingen gin gen weg. Er was geen geluid in het huis en ik wiét, dat mijn makkers op mijn woord wachtten. Ik had drie dappere mannen achter mij. Het gevaar deed mijn bloed zoo snel stroomen, dat ik voor man noch duivel zou hebben teruggedeinsd. Was ik een beest of een mensch, om alles met een slag te dooden op dit uur? Waarlijk niet, maar ik be dacht: Alles, of niéts, dag of nacht. Mijn hand had ik aan den sleutel, toen ik de kleine Ruth toestemde,dat het mannenwerk was, en zonder ta wachten opende ik de deur en stapte de stille gang in. Alleen één man hield er wacht en hij stond in de schaduw, zoodat ik zijn gezicht niet kon zien, of zeggen kon of hij gewa pend was. Ik wist dat deze man de eerste was tusschen mij en mijn vrij heid, en zonder een oogenblik te aar zelen, liep ik de gang door, en ge dachtig aan al wat ik waagde, maar begrijpend dat één woord van mij den bewaker zou doen wegloopen, richtte ik een pisjtool naar het hoofd van den schildwacht, en liet hem we ten, wat ik wilde. Open de deur, Benno Regnate, zei ik. Hij was een korte man, met dik kroeshaar, en geen onaangenaam gezicht. Ik was zoo gauw naar hem toe gekomen, en hij vond het mis schien zoo vreemd dalt ik hem toe vallig kende, dat. hij tegen de ijzeren deur aanviel, en mij stond' aan te gapen, als iemand diie een geest in het donker ziet. Ik geloof, dat een zeeman nooit zoo verschrikt is ge weest. Hij kon niet spreken, of een geluid uitbrengen, of zelfs zijn hand opheffen. Hij stond daar als gesla gen. Benno Regnate, open die poortt herhaalde ik, ziende dat ik den naam goedt had; ik zal je een halve minuut geven. De bedreiging gaf hem zijn ver stand terug. Zonder één wooTd, tee- ken of geluid opende hij de ijzeren deuren, en wachtte, totdat ik erdoor zou gaan. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1902 | | pagina 1