Haarlemmer Halletjes. Krupp enzijn arbeiders. mogelijkheid te zeggen bijgebrek aan gegevens. Ten eerste zou men herf, standpunt moeten innemen, hoeveel molens zijn er in hot geheel geweest, of in welk jaar werd het grootste aanltal gevon den. Wel bestaan er tellingen van molens, gedaan in de vorige eeuw, maar die zijn weinig vertrouwbaar, omdat zij door liefhebbers zijn ge daan en niet vanwege dit doel ge committeerden, dus niet officieel. Daarbij heeft dei een slechts het getal der molens in de Bannen van Oostzanen en Westzanen geteld, een ander voegde er WormeT en Jisp bij, rnaar van Krommenie en Assendelft zijn nog geen tellingen uit de vorige eeuw gepubliceerd. Er bestaat een telling, die aangeeft dat er in 1768 in de banne van West zanen 300 molens, in die van Oostza nen 169, en in die van Wormer en .lisp 36 stonden, dus totaal 505. Daar bij is aangelteekend, dat er vanaf 1726 een 143-tal molens zijn verdwe- mn, nl. 104 afgebroken, 11 verbrand, vertimmerd en 6 overgebracht i ar andere plaatsen. Het totaal was in 1726, 648 molens, maar Krom- mie en Assendelft met hunne tal- r e hennepkloppers, eenige papier- r oliemolens zijn er niet onder be- g oen. Zeer zeker is het een respec- f I el getal en moet het vooral voor V) emdelingen, die voor het eerst de Za msche dorpen kwamen bezoeken, een merkwaardig en verbazend gezicht opgeleverd hebben, wanniee(r met flinken wind die tallooze molenwie ken. in de rondte draaiden. In 1719 kwam een 26-jarig abbéuit Frankrijk, Pierre Sartre, met eene zending in onze Republiek en bezochlt ook Zaandam. Hij deelt in zijn reis- journal het aantal molens mede, als 1200. In de Saenlans Wassende Roos 2) zegt de auteur: De molens maecken sulck geswier, Den een des andren wind neemt hier, Moe voorheen is beschreven al. Aan beyden seyd in lt Saenians dal, Ver over duysend in 't getal." lijk het grootste contingent moesten leveren, niet meer dan 432 molens telde. Men moet echter in het oog houden dat bij deze tellingen slechts d-e eigen lijke windmolens bedoeld zijn. Onder de itweef volgende opgaven zijn ook andere fabrieken en trafieken ge noemd. In 1847 deelde de Maatschappij van Nijverheid in haar tijdschrift mede, volgens opgave der Zaansche depar tementen, dat er aan de Zaan gevon den werden 344 molens, 73 verschil lende fabrieken en 12 zeildoekfabrie- ken, met daaraan verbonden spinba- nen en 'hehmiipklopperijen, waarvan het getal niet genoemd wordt. Bij heit eerste Adresboek der Zaan streek, uitgegeven in 1882, bevindt zich een staat van wind-, stoom- en andere fabrieken, die van uit de Zaan werden bestuuTd, gevende een. totaal van 345, waarvan 66 met stoom ge dreven werden. In die twintig jaar zijn ook al weer tal van molens verdwenen, deels door verbranden, of veranderen in fa brieken, maar voor het grootste ge deelte door den mooker des sloopers. Men kan het aantal molens in de, ge- heele Zaanstreek thans gerust op een kleine honderd schatten. Bij eene ruwe 'telling zijn thans de volgende molens gevonden: In het Oostzijderveld (met de mo lens aan de Poel, Kuil, enz.) De Houtsnip, de Dood, de Strijd, het Bonte Kalf, de Almanak, de Hon- deman, het Kuiken, de St. Pielter, de Zeilmaker, de St. Willebrordus (of de Verdwaalde Boer), de Poelsnip, de Oranjeboom, de Prolpot, de Ooievaar da Kogmeeuw, de Zeemeeuw, de Zee man, Het Winder (staat) het Kaar, Quack, het Rad van Avontuur, de Jonker, de Koker, de Pauwin, de Ko ning Billeam, de Colibrie, het Ho ningrat, de Woudaap, de Haan, de Liefde, de David, helt Wapen, het Bruine Schaap, da Poelejiburg, de Roode Leeuw, de Zaaièr, de Duin ja ger en het Oostzaander Wapen. Mem zou hier de drie watermolenis, de Waker, de Slaper en de Droomernog bij kunnen voegen. Van d!ejze> 41 mol ems zijn 9 pelmo lens, 17 oliemolens, 3 fouragemolens (door de olieslagers als „rommelmo- lensv aangeduid, 3 meelmolefns, 2 verfmolens, 4 houtzaagmolens en 3 watermolens. Tn 't Wesl'zijderveld vonden we (ook aan het. Zaandijker dijkje) de molens: De Koperslager, een watermolen, 2 molens waarvan de namen ons onbe kend zijn, circa zes molens aan de Zaan te Wermerveer, waarvan de na men ook onbekend zijn, de Dood, d? Witte Veer, de Valk, de Schoolmees ter, het Herderskind, de Zoeker, de Veenboer, de Pink, de Munnik, de Matsman, de Elseboom, de Roobaayer de Reynoüt, de Hengst, de Huisman, de Smid, de Bontekrend, de Wilde Boer, de Pelt, het Groote Schap, de Waaipot, de Groen© Jager, het Vin- Deze cijfers van 1000 en 1200 zullen wel sterk overdreven zijn, men kan tenminste moeielijk aannemen, dat in de eerste twintig jaren van de 18e eeuw honderden verdwenen zijn. Te meer daar de Schoorler Chirurgijn Dirk Burger, in 1708 dn de bannen van Oost- en Westzanen, die natuur- JKöning Edward n keizer Wilhelm van Duitschland maken een automobieltocht op Sandringham Een Zaterdagavondpraatje. Wanneer ik kon wat ik zou willen, dan zou ik met St. Nicolaas een uit gebreide uitdeeling houden van nuttige .■li aangename dingen in een zoo groot inogelijken kring van menschen. Maar dat gaat nu eenmaal niet. Hel gaat inij precies als zooveel andere men schen, bij wie de wil grooter is dan de portcmonnaie. En aangezien goede wil wel een heel goed ding is, maar niet voor betaalmiddel dienen kan in ma gazijnen en winkels, ben ik, 'in weer. wil van de allerbeste bedoelingen dit jaar weer beperkt tot mijn aller- aller- naasten kring en zelfs deze moet zich nog met een kleinigheid tevreden stel len. Met is precies, alsof je in het land midden voor een sloot staat, en je pols stok is niet lang genoeg om er over te springen. Gelukkig is er in zulke gevallen «jm geneesmiddel, dat wel geen heil, maar toch verzachting aan brengt. Dat middel is de fantasie. De verbeeldingskracht, die maakt, dat menschen. wanneer ze geen geld heb ben, de heerlijkste re zen maken op hun stoel, met de hulp van niets an ders dan een vijf-cents spoorboekje', diezelfde verbeeldingskracht kan den annen men ach voor vijf minuten ma ken tut millionair, die kan wat hij wil en die heeft, wat hij maar droomt. Zoo heb ik mij dan ook ingescheept up het luchtschip der fantasie en in gedachten pakjes gemaakt voor tien tallen van menschen. En toen ik vrien den en bekenden goed bedacht had, kwam ik van zelf tot onze autoritei ten. Aan wie dacht ik toen eerder, dan aan onze Raadsleden Zij in de eerst» plaats zijn menschen, aai. wie wij gewone burgers een at tentie verschuldigd zijn. Want wat doen wc Voordat zij tot candidaat gesteld zijn trachten we hen met al lerlei vriendelijke woordjes over te ha len. zich beschikbaar te stellen. ,,Doe het maar, je bent wezenlijk heel ge schikt voor het ambt.' En wanneer het slachtoffer, in een lmi van helder ziendheid vraagt„zouden er geen ge schikter menschen te vinden wezen?" dan geef je zonder blikken of blozen ten antwoord volstrekt niet. In geen geval. En je hebt zooveel kans. Dat laatstj doet de deur dicht. De candidaat is gelijmd. Mij stelt zijn naam en persoon beschikbaar voor den stembusstrijd, die volgen zal. Ilot beetje bescheidenheid en nederigheid, dat hij overgehouden heeft, loopt ern stig gevaar in den verkiezingsstrijd. Koe wil hij niet geloovcn, wanneer hij in advertenties en strooibiljetten leest, dat hij een man is uit éen stuk. een heldere kop, een man met verstand, een ijverig werker, iemand met. een warm har' voor de riooden van de hoogste, middelste en laagste klasse, mitsgaders voor alle parallelklassen daartusschen Ik vraag u hoe i hij aan de waarheid daarvan kunm 'vvij- felen, wanneer tientallen van 1 ers dat beweren, #n besturen van kii er- eenigingen. deftige en vertrouwbare menschen, die hij immers nog nooit op een leugen heeft betrapt, hun hand daaronder zetten Daartegen wegen de aanvallen van de tegenpartij in de verste verte niet op. Nu bestaan er twee mogelijkheden. Ilij wordt niet gekozen of hij wordt Svel gekozen. In het eerste geval komt de verloren geraakte bescheidenheid zij hot dan ook met een pijnlijken schok, opnieuw terug. In het tweede geval raakt de bescheidenheid aanvan kelijk nog wat verder uit het gezicht, want hij denkt en mag denken niet waar dat hij gekozen is om zijn gezond verstand, helder hoofd, warm hart enzoovöorls (zie boven). Heel gauw evenwel ziet hij iets zonderlings gebeuren. Er worden aanmerkingen gemaakt op zijn beleid, Stemt hij vóór, dan had hij tegen moeten stem men. Iloudt hij een speech, dan is die te scherp of niet scherp genoeg, te lang of te kort. Goed is ze nooit„Zijn dat nu", zoo vraagt zich allicht het ver bijsterde Raadslid af, „zijn dat nu die zelfde menschen, die het' bij mijn ver kiezing zoo druk hadden over mijn meergenoemd gezond verstand, helder hoofd on warm hart (zie hiervoor). Zijn zij veranderd, of heb ik op een maal al die eigenschappen verloren? Moet hij gauw weer aftreden, dan ziet hij een nog vreemder verschijn sel. Dar: lnnpen al zijn vrienden, die toch zooveel critiek op hem uitgeoefend hebben, weer te hoop cn bazuinen naar alls kanten zijn deugden weer uit. Dan heeft hij getoond, dat hij is de man inet het gezond verstand, heldor hoofd, en warm hart (zie nog a'iijd hierboven), waarvoor zij hem al tijd gehouden hebben. Nu trekt de can didaat, een harnas aan van berusten de philosophic, begint te begrijpen, dat men de menschen eeri beetje hoe zal ik het zeggen - een beetje ten naastenbij, niet al te precies moet op vatten.. Maar daarmee heeft hij te>- vens een illusie verloren, die met geen rijksdaalder per zitting kan worden vergoed. Slijk der aarde vergoedt niet, ten minste niet zoo weinig slijks als éen rijksdaalder. Wanneer het zeer vele rijksdaalders zijn, is het een ge heel andere zaak. Daarom zou ik aan onze Raadsleden een St. Nicolaas-cadeau willen geven, ter vergoeding van de angsten eri smarten, die ze om onzentwil, en wel een klein beetje, omdat ze het gestoelte der eere zacht vinden, moeten doorma ken. Aan den Burgemeester in de eer stc plaats een tooverhainer, die de eigenschap heeft om alle onvertogen woorden in de kelen der sprekers te smoren aan den oudsten wethouder. Mr. de Haan Hugenlioltz een prins en r, n prinses, om ze samen te trouwen aan den heer De Breuk een wonde,r- straatkei. die zichzelf waterpas legt, nooit verslijt en geen cent kost; aan den heer Nieuwenhuyzen Krusernan ti"n gebruikers van electriciteit voor kracht, die niet pingelen, en aan zijn neef, den heer H. I). Krusernan, een elk jaar stijgend batig slot van reke ning. Ik denk. dat Burgemeester en Wethouder» met die cadeautjes over Het geboortehuis van Alfred Krupp. aandacht gevestigd op de geweldige onderneming, aan welker hoofd de overledene heeft gestaan sedert den dood zijns vaders. Alfred Krupp, een onderneming, die, wat grootschheid en omvang betreft, zonder weerga is op de wereld. Krupp heeft zijn duizen den arbeiders goede en goedkoope wo ningen verschaft. Een aantal zoogen. arbeiderskolonies met scholen zieken huizen magazijnen enz. is gaandeweg ontstaan in de nabijheid van het zoo genaamde fabrieksterrein. Eén van de oudste dezer kolonies is de „Kronenberg", die in het begin van de zeventiger jaren is gchouwd en wo ningruimte biedt voor 8.000 personen. Een tweede kolonie „Altenhof", heeft haar ontstaan te danken aan een fonds dat Friedrich Krupp lin 1892 stichtte, toen liet standbeeld te Essen werd ont huld. dat, zijn vader ter eer, door de werklieden van de Krupp-fabrieken is opgericht. In deze kolonie, die in de laatste ja ren zeer is uitgebreid, vinden alleen 'invaliede arbeiders en weduwen koste loos onderdak en levensonderhoud. Op dezelfde wijze als „Altenhof' is ook de op slechts 20 minuten van de fa brieken gelegen kolonie Alfredshof" ingericht, die op de plaat is afgebeeld. Zij ontstond in 1894 en omvatte twee jaren geleden 150 huizen met 173 wo. doode uitzag. Het oorlogsgctij was schijnbaar voorbij de „plaats" ge gaan, maar onverwachts sloegen de stormen met geweld tegen het woon huis aan, een schok veroorzakende, die niet licht door die familie zal ver geten worden. Toen ik twee maanden later die plaats weer bezocht vond ik er slechts een paar zwarten. Het huis was gesloten en verlaten. De eigenaar woonde op eene nabijgelegen plaats met ziine vrouw en kinderen. Zeer waarschijnlijk was de vrouw er niet toe te bewegen, om naar haar met bloed bevlekt huis terug te keeren De naam van de plaats is Adelaide, en de eigenaar beroemt zich op don aristocratischen famillienaam Maritz. en is stellig een afstammeling van den fieren Voortrekker Gerrit Maritz, wiens naam bü dien van den groeten Pieter Retief in Natal's hoofdstad' Pie- fermaritzbur voor eeuwig gevoegd 1 is. De Engelschen zochten schuiling te gen de Boem in het huis van een Ma ritz! Welk een vreemd geval! Humor met bittere ironie! (Bij de Platen.) De zoo plotseling en onder zulke tragische omstandigheden ingetreden dood van den aanzienlijks ten en we reldbekenden Duitschen industrieel Friedrich Krupp heeft de algemeene De arbfciderekolonic „Alfred's^of", naby Essen. Het stilzwijgen van haar metgezel bracht Rachel er toe, in die mate haar onverwacht geluk te overdenken en zij moest haar vraag nog eens op don man af herhalen, voor zij antwoord kreeg. Als ge emp aandringt, alle de tails van avond nog te weten, zeide Steel schouderophalend, dan zult ge uw zin hebben maar ik hoop, dat ge daarvan af zult zien. Ik heb regelin gen getroffen, die gij misschien kwa lijk zult nemen, maar wij hebben morgen allen tijd om daarover te dis- cuseeren. Nu hebt ge rust en voedsel noodig, maar geen opwinding. God weet. dat ge daarvan uw deel hebt ge had Niemand zal bij u komen dan de dienstbode, niemand zal U wat vragen, alles is geregeld. Maar mor gen zult ge, als gc wilt, alles hooren omtrent mijzelf, en met koel verstand kunnen oordeelcn over mijn gedrag je gens u. Wil u mij intusschen niet ver trouwen, onbegrijpelijk mensch. d'ie ik bon Ja, zei Rachel, dat wil ik, tot morgen. Dan kan ik u éen of liever twee dingen beloven zeide .Steel met, de op geruimdheid van een man, die zijn zaak gewonnen heeft. Ge zult in geen enkel opzicht gecoiripromiteerd wor den uw gevoel van eigenwaarde zal wiet gekwetst worden niets zal u er geren of kwellen als ik er wat aan doen kan, terwijl ge in dit hotel verblijf houdt En dit garandeer ik u of ge i verlangt of niet, niemand hier aan wezig tenzij ge "t zelf vertelt zal het flauwste vermoeden hebben wie ge zijt. Nu, bewaar nu uw hoe en wam om tot morgen, besloot hij vroolijk. en ik ben bijna zeker, datge tevreden zult zijn. Hier is het hotel. Hij wees met zijn parapluie naar een portiek met. binnenplaats aan de rech terzijde en oen oogenbhk later gelei i- de Steel niet de hoed in de hano en het witte haar glinsterend in het e'ec trisch licht haar langs buigende ge poederde .akeien in roode 1 vre naar de lift, De herinnering die P.aeln I behield van dien avond scheen later die van een droom te zijn, maar nkd? beelden daarvan gingen nooit meer uit baar geheugen. Daartoe behoorde >le mooie suite overal versierd met, bloe men, die bijzonder groote waarde had den in dien tijd van het i.r-r en in een van de kamers e-.n smaa&vnl ge dekte tafel. Rachel herinnerde zich de glans van het zilver en het heldere ta fellinnen, de warme schotels, re glin sterende wijn. de vruchten ai', no broeikas cn de groote verlegenheid van daar alleen te zijn bij al dat se'von* Mr. Steel had alleen maar even naar binnen gekeken om Ce zien. if alles naar zijn orders was uitgevoer daar na was zlfs geen bediende meei bin nengekomen, alleen het dienstmeisje, dat haar was toegewezen, een vr.< ndt- lijk. handig schepseltje vlug haar bewegingen, dat zeer za», i smak mei het aardige vriendelijke Fransch-Zwit- sersche accent. Rachel vroeg zich later af, of zij die jonge welgemanierde vrouw ook ge hinderd zou hebben met haar gulzig eten zij herinnerde zich een zenuw achtig verlangen om klaar te zijn met dien eenzamen maaltijd, en naar bed te gaan. En toch, toen zij in bed lag tusschen zacht en fiin wit linnen, met een wanne kruik aan haar voeten en een vroolijk vuurtje brandende in de kachel dat 'i koperen beslag van 't ledikant hier en daar rood gloeiend scheen te maken, toen was de gezonde slaap, die zij zoozeer noodig had, ver der weg dan ooit, want zij droomde steeds, dat zij in de gevangenis was en veroordeeld te sterven, tot zij er ten slotte tegen op zag, haar oogen weer te sluiten. Maar voor alles was ge zorgd, want. Rachel's laatste herinne ring aan dien merkwaard'igen avond was van een vriendelijk, vreemd ge zicht. dat zich over haar heen boog, met een medicijnglas en een hartelijk woord. En hetzelfde aangename gelaat en dezelfde zachte stem wachtte op haar, toon zij na cenige uren ontwaakte 't vuur brandde nog vroolijk, evenals het electrisch licht, ofschoon de blinden open waren en door het venster een sombere Novemberheme naar binnen scheen. Het wais een heerlijk ontwa ken de herinnering kwam zoo lang zamerhand terug, liet was of Rachel eenige dagen ziek geweest was. Een vredig gevoel kwam over haar juist ais na een ernstige ziekte. Maar al wat haar scheelde was een lichte hoofdpijn, die spoedig overging, na een overheerlijk kop thee. dat haar sterkte tegen ae rampzalige herinne ring. die nu weer bovenkwam. Oezen morgen had. had zij werkelijk nog geen reden zich verlicht te gevoelen en ondertusschen ontdekte Rachel door de Zwitsersche iets van den vorm, waaronder deze haar komst was ver meld. *i Wat droevig voor mevrouw, om allc-s, wat ze bij zich had, te verliezen, zei het meisje, terwijl ze in de kamer bezig was. Ja, het was hard, stemde Rachel toe, zich verwonderd afvragende, hoe veel de ander wist. Maar het is toch heter, dan het leven te1 verliezen, zei het meisje glim lachend. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1902 | | pagina 6