Overdreven Etiquette.
In de schaduw van dan dood
c.
die de reizigers in de coupés dooreen-
W ,'J pt.
J'c machinist sprong af.
Wat is 'r? scheeuwdio de hoofd-
c *ucteur. zijn hoofd buiten den
bagagewagen stekend
Ik weet 't niet. stamelde die ma
chinist. die zijn tegenwoordigheid van
geest kwijt was en beefde over al
zijn leden.
Nou. waar stop je dan voor? beet
de hoofdconducteur hem nijdig toe.
met ©en hartigen vloek, terwijl zijn
paars gezicht donken'->od werd van
kw %dheid. 't Signaal stond toch vei-
IV. kijk beter uit!
'k Stopte niet voor 't signaal
ik rvgik meende, er liep iemand
in 't spoor, 'k geloof...
Wat? licht 's bij. stoker, 'n flam-
bcrr-vl
')o stoker haalde een toorts van
der, tender, stak die in 't vuur aan en
reikte haitr dien conducteur toe.
Deze lichtte onder do wielen t'an de
locomotief, zocht in de sneeuw .lan-s
d- weg. De ijskristallen schitterden
ir. rossig schijnsel van don flam
bouw.
God bewaar me hier! wenkte
de hoofdconducteur.
In de sneeuw, roodgekleurd door 't
bloed, dat uit haar wouden gulpt, ligt
ee jonge vrouw.
-- Wat zonde en jammer van zoo'n
m ie .jonge meid, roept, de pak.
m ester, die toegesneld is. maar dan
dadelijk wegholt .om de verbandkist
te halen.
- Hoe komt ze hier nou op de lijn.
zcu je zeggen, vraagt de hoofdconduc-
tecr. arm schepsel!
Deizigers. die hun rijtuigen verla
ten hadden, kwamen annloopcn, vorm
de nieuwsgierig een kring rondom
h Uitroepen van medelijden weer-
kl' i.ken. De flambouw staat in de
sneeuw geplant, zóó. dut 't volle licht
op '1 lichaam der jonge vrouw valt.
1 machinist waggelt naderbij, 't
Lijkt wel of hij dronken isdan
dv t hij de nieuwsgierigen opzij, een
enkelen blik werpt hii op 't meisje en
met een hartverscheurenden kreet
zb lr hij naast haar op knieën,
ne it haar voorzichtig in ziin urmen,
leghaar hoofd te gen zijn borst.
Hij strijkt die blonde haren van 't
bln.ke voorhoofd weg.
--- Antje!'Antje! roept hij met hee-
bc1" stem.
N n een oogenblik slaat 't meisje
laintroaim de oogen op.
Vadermoeder, komt het als
een zucht over de bleek geworden lip
pen.
Dan sluit, do mond zich met een
pij' M.ik trekjede oogen broken
no een licht .stuiptrekkend bewegen
de ".rmen zij is dood!
tanige oogenhlikken staan allen
eei' ».dlg zwijgend' rondom, onder den
ini..,jk, van 't aangrijpend toon eel.
M( hoort, alleen 't zuchten en blazen
de machine.
Yoan klónk de stem van den hoofd-
con.lucteur:
Alsjeblief heeren! Instappen! In.
DE ZATERI
-sr -kitC
stappen, heeren! Instappen!
En dan met zacht en drang tot den
machinist: We motten weg jong)we
zullen 'r voorzichtig in den bagagewa
gen brengen, we zijn toch direct aan
't station; heb maar geen zorg. arme
kerel! je treft 't vandaag! Ileb je
daarvoor zoo goed gereden. Neen, palt-
meester, laat die verbandkist maar
blijven, pak mee op! Voorzichtig hoor!
voorzichtig! 't Kan wel niet meer hel
pen, maar
De machinist drukt nog een kus op
het voorhoofd van zijn gestorven kind
en gaat dan op zijn post.
Do seinfluit van den hoofdconduc
teur geeft 't teeken van ..vooruit".
Maar voordat d!e wielen zich knar
send bewegen
Hoort hij daar niet duidelijk een
trein?! een trein, die het kruispunt
passeert
Hij luistert springt weer van zijn
machine.
Gevolgd door den hoofdconducteur,
vliegt hij langs den besneeuwden
spoordijk naar de wachtpost!
Groote God! het is maar al te
waar!
Schijnbaar langzaam, dof dreunend
gaat de goederentrein voorbij! De V -.
ge donkere gevaarten der hoog-bela-
den wagens schijnen elkaar voort te
duwen, om in den mist en de duister
nis te verdwijnen.
Kalm staat de wachter op zijn post,
't witte licht, naar den voorbijtrekken-
den trein gekeerd.
Wat beduidt dat. wachter!
schreeuwde de hoofdcondtuctebr.
Dat kan 'k jullie vragen! ant
woordde de wachter. De mailtrein
staat toch voor 't signaal zou 'k mee-
nen!
Waarachtig niet! Hier vlakbij, op
geen vijftig meter afstand,s: 't, si-maal
stond' veilig.
Veilig? De wachter liet van ont
steltenis zijn lantaarn uit de hand
vallen dat lieg je toch? nou. dat
abuis is voor rekening van 't station!
ik kon hier 't signaal niet trekken dat
weet je. En je kunt 't nou niet zien
ook niet den mist....
Maar jullie stopten toch.
Ja, we stoptenzei de hopfd-
conductcur. die van schrik en aan
doening bijna niet spreken kon Als
we niet gestopt hadden waren we op
den goederentrein geloopen en dan
was er niets van ons terecht ge
komen!
Kom. jong. wé gaan naar den
trein, en de hoofdconducteur trok den
machinist mede. die als wezenloos,
zonde» oen woord te uiten was blij
ven staan Bij de machine terugge
keerd drukte de beambte de zwarte
handen van zijn redder.
Dank jong! we hebben ons le
ven aan jou
Neen. schudde de machinist 't
hoofd.
Nou ja aan je dochter ook
Jammer, jammer van dat armn kind
ze is zeker door den mist op den ver
keerden wc gekomen...
Ja. op d'en" verkeerden we zei
AGAVOND.
do machinist, in wanhoop zijn handen
voor 't gelaat slaande.
En als hij op de machine "••klom
men was en de trein zich in beweging
zette, fluisterde hij voor zich heen:
O God! Wees haar genadig!
Etiquette is eens genoemd do code
van wetten, waardoor de deftige bur
gerij de „kleine luyden" op een af
stand houdt. Toen prins liismarck
eens als kind sprak van den ..ouden
brits", berispte zijn vader hem op de
volgende wijze:
..Leer er aan te gewennen om van
Zijne Majesteit niet eerbied te spre
ken .dan zult gij eraan gewennen
om met do noodige referentie aan hem
te denken".
Zoo kreeg op jeugdigen leeftijd de
IJzeren Kanselier een les, welke hij
zich tot zijn sterfdag herinnerde, want
hij maakte het zich tot een vaste ge
woonte om van zijii Keizer altijd met
eerbied te spreken, en staande ontving
hij iedere boodschap, schriftelijk of
mondeling, die hem van wege zijn
souverein werd toegezonden.
Vermoedelijk was de meest geraffi
neerde hoveling van den jongsten tijd
prins Gortschakoff, en deze bewaarde
de meest niinutieuse, hoofsche etiquet
te in zijn verkeer met den Czaar en
de ganscho keizerlijke familie.
Toen hem eens door lord Dufferin
werd gevraagd of de Czaar van zijn
verkoudheid was genezen, antwoordde
de prins hem met half gesloten oogen:
Zijne Majesteit heeft de goedheid
gehad zich dezen morgen wat heter te
gevoelen.
Sedert eeuwen is het de gewoonte
geweest om aan het Spaanschc volk
do geboorte van een prins in deze vas
te formule aan te kondigen- «en
krachtige en gezonde infant is gebo
ren". Steeds heeft mén deze phrase
gebruikt Eens bracht de koningin van
Spanje een zwak knaapje tor wereld,
dat slechts een paar uren leefde. Des
ondanks bevatte de „Staatscourant",
zooals dat de gewoonte was. 't bericht,
dat Hare Majesteit het leven geschon
ken had aan een Gezonden en krachti-
gen infant, die echter twee uren na
de geboorte overleed. En ook in me
nig ander opzicht worden de eischen
der etiquette streng gehandhaafd. Zoo
settle eens het Spaansche blad do
..Epoca". bij do beschrijving van een
audiëntie, welke de gemeenteraad van
Sevilla gehad had bil wijlen koning
Alphonso XII. dat. toen de, raadi ver
trok. deze do voeten van Zijne Maje
steit had gekust. Dit was slechts eone
zekere zeggingswijze, en had geen an.
der bedoeling dan om aan te toon en,
dat de gemeenteraad minder in rang
was dan de'Cortes, daar toch de leden
van de Cortes alleen het recht hebben
om de hana van den koning te kus
sen. wanneer zij do tegenwoordigheid
van Zijne Majesteit verlaten. Aan het
slot van een gewonen Spaanschon
brief schrijft men thans de volgende
hoofdletters: Q. B. S. M., welke de
beginletters vormen van een viertal
woorden, welke in het Nederlandsch
beteekenen: „die uwe hand kust";
maar wanneer men aan den koning
of aan een© dame schrijft, eisclit de
etiquette, dat men deze letters ge
bruikt: O. li. S. 1'.. wat wil zeggen:
„die uwe voeten kust".
Een van do vele redenen, die den
hertog' van Aosta er toe gebracht heb
ben om vrijwillig afstand te doen van
den Spaanschon troon, nadat hij dezen
gedurende korten tijd bezeten had,
was zijn afkeer om zich zeiven te
schikken in een gecompliceerd sys
teem van etiquette, zooals dat in hut
Escuriaal werd in acht genomen, ter
wijl hij er naar streefde om wat een
voudiger omgangsmanieren in te voe
ren in liet. land. waar zelfs de bede.
laars elkaar tot den huidigen dag ple
gen aan te spreken met den deftieen
titel en diep do sombrero voor elkaar
plegen af te nemen. Op een gloeien-
den zomermiddag stond de hertog eens
te praten met een muilezeldrijver, dien
hij op den grooten wee had ontmoet:
er was geen enkele boom. die schaduw
gaf. waarom de hertoe hem uitnoodte-
de zijn hoed- op te zetten; hij vergat
echter, toen hij den muilezeldrijver
uifnoodigdo. aldus te doen. dat h<i
hem daardoor tot. Grande van het ko
ninkrijk verklaarde Maarschalk Prim,
die er bij stond-, sloeg eensklaps den
hoed' van het hoofd d»s muilezeldrij
vers .wierp dien op den grond, en
ging er op staan; toon gaf den
man een paar goudstukken. De, trots
van den muilezeldrijver was daar
door gekrenkt, hij weigerde gel
aan te nemen; een paar dae-en late
werd Prim doodgeschoten door ee
onbekende hand
Men wlflj weten, dat do beleedigde mui
ezel-drijver wel wat meer wist van die
dood van den maarschalk,wiens ontij
diüge tusschemkomst hem belet had Gran
de van Spanje te worden. Eens gebruik
te koning Amadous, toen hij iets togen
een bediende zei. het voornaamwoord
,.jij", in een oogenblik van onnaden
kendheid; die bediende was toevallig een
Italiaan,; ware hij oen Spanjaard ge
weest, dan had hij kunnen beweren, dat
de koning hem door het gebruiken an
dat woord had verheven tot zijn „neef",
en dat hij hem daardoor in den adel
stand had opgenomen. De Italiaansehe
prins kon zich nooit herinneren, dat en
koning van Spanje'u^oit een brief aan
een onderdaan motfsf (schrijven met ton
vriendelijken zin er in', of een compli
mentje, maar dat hij steeds alleen moest
schrijven ,.Yo, el Rey", dat is „Ik, de
Koning".
Tot in het begin der 19e eeuw was de
quaestie van den rang der ambassadeurs
Uit het Engelaeh
van E. W. HORNUNG.
49.
Ho© verder hij reed naar het Zuid-
weeten, des te eenzamer werden de
welbekende doorgangen. St. James'
Street schoen wel voor den handel
gesloten t.« zijn; de clubs in Pall Mali
waren bijna alen gesloten.
Op do trottoirs slenterden dc men-
ochen, die men daar enkel in Augus
tus 1 September ziet gohcele fumi-
li#f. >an buiten en dan de Amerikaan
at* vergeten met zijn „Gids voor
London" In de hand. Hier en daar zag
men het gewone type, den bleeken
acteur met slappen hoed en blauw
zwarte kin. den haveloozen slenteraar
van het eene park naar het andere.
Langholm zou ze vooruit, den een na
den ander kunnen opnoemen, zoo
groot was de bekoring van die
stad voor hem, die zoo gehecht was
aan zijne rozen in het noorden. Maar
dat is 't gevolg van de heerschappij,
dip Londen voert over bon. die oen-s
van hare betoovering genoten hebben;
men mag haar na jaren vergeten,maar
de betoovering ligt in het eerst, weer
opsnuiven van den geur van hot hou
ten pluveilsel, in liet eerste gefladder
van het avondblad onder den draag
band, en men verbaast zich erover,
zeif3 in een cnb, hoe men ooit ergens
anders het loven dragelijk heeft kun
nen vinden.
Het hotel was reer ïeeg. en Langholm
kreeg niet alleen de beste kamers tot
zijn. dispositie, maar word bovendien
met groote wellevendheid ontvangen,
die het voorrecht is van den eerst aan
komende, als men in 't geheel weini
gen verwacht. Hij ver f rise h te zich met
thee en een bad, eri ging toen uit om
het tooneel te verkennen van den reeds
half vergeten moord' Hij had een vaag
ofschoon levendig 'oorgevoel. dat hij
bij intuïtie plotseling een of andere
mogelijkheid /- u opmerken die nim
mer bij rle methodische knapheid van
de poliiiio was opgekomen.
Natuurlijk htri-nnèrdo, bij zich do
naam van do straat en zij was ge
makkelijk te vinden. Ook had Lang
holm volstrekt geen moeite het huls
to ontdekken, ofschoon hij het num
mer vergoten was. Er waren heel wei
nig huizen in de straat en slechts één
daarvan was leeg en te huur. Hot.
was beplakt niet biljetten van verschil
lende verhuurkantoren en Langholm
schreef "net adres van een dier biljetten
over; het was in King's Röad. Hij zou
vragen om het huis te mogen zien en
zou d'ienzelfden avond nog ieder hoek
je van dat huis onderzoeken. Maar
zijn had en thee had meer dan oen uur
tijd genomen, en zoodoende werd het
zes uur, vóórdat I.nngholm hot ver,
huurkantoor bereikte, .lat reeds go-
sloten was
Hij dineerde rustig in zijn hotel, in
elk geval voelende, dat hii een begin
had genaakt en bracht den avond
door met het ipzoeicen van vrienden
uit -zijn club die waarschijnlijk wel,
ict.s me-w dan hijzelf zouden weten
omtrent don moord op Vr. Minchtn en
de gevangenneming van zijn vrouw
ipaar die znenls wel Ie verwachten
was. alten van huis waren.
's Morgens veranderde hij zijn
plannen oenigszins. Natuurlijk kon
hij alle omstandighedem, die bij de
openbare terechtzitting voorgekomen
waren gemakkelijk te weten komen.
Langholm had indertijd het verhoor
gelezen met de onderzo eken die maar
geheel onpersoonlijke belangstelling
die zoo'n zaak den gemiddelden man
inboezemt. Nu moest hij haar op ge
heel andere wijze bestudeeren, om dit
maal begaf hij zich bijtijds naar do
tijdingzaal in het Britsch© Museum.
's Middags had hij zich van do
meeste détails van deze ingewikkelde
zaak op do hoogte gesteld en maakte
aanteekening van iederen naam on
ie/Ier adres, dat in een verslag van
de couranten genoemd werd. Maar ei-
was één naam, die in geen enkel ver
slag voorkwam. Langholm zocht dien
nnam in de gebonden deelem, het een
na het ander, totdat de ongeduldige
bedienden, die do groote deelen met
katrollen van hun planken lieten
neerdalen den opgewonden lezer vra
t and en. De tafel werd opgeheven. De
hooge heer sprong ie paard, zijn ge
volg evemeenis. De othcieTen sloven naai
hun post en overste Hellriegel igaf zijn
kommando's uit met een stem, die een
buitengewone inwendige spanning aan
duidde. Hij besteeg niet, zooals eigenlijk
behoorde zijn getrouw ros, maax orden
de te voet de opstelling in het verst ver
wijderde punt, waar hij spoedig uit het
gezicht van den hoogen chef verdween.
De ruïne was door de jagers met bra-
vour genomen. In werkelijkheid :ou
Hoogheid een doode geweest zijn en
zelfs van de ratten, die de oude muren
bewoonden, zou geen enkele de met In-
dlanensluwheid doorgezetten aanval van
het bataljon overleefd hebben..
Deze aanval mljnie heeren, verklaar
de de hooge heer in zijn. kritiek, la de
triomf der Boeramtaktiek en de staving
van mijn oordeel over haar. In ben bui
tengewoon tevreden. In 't bizonder met
de persoonlijke houding van uw kom-
mandaat, overste Hellrlegel. Zonder de
minste aanduiding mijnerzijds, hebt u.
overste, het Juiste getroffen, terwijl gij
niet te paard steegt -maar het voorttrek
ken uwer troepen, in bedekte stelling
zelf te voet leidde. Dat was het beslis
sende en naar mijn meening en opvat
ting ook het grootste gevolg, waarmede
ik u gelukwensch'
Overste HelLTbegell sloeg verrukt aan
en verheugde zich over het persoonlijke
gevolg, dat alleen slechts mogelijk was
in gedekt terrein
Eigenaardig is het hoe een los daar-
heonge worpen woord, dikwijls zonder
veel aandacht uitgesproken, op jeug
dige menschon een indruk kan achter
laten. die op geheel imn volgend leven
een merkbaren invloed heeft. Heel dik
wijls zullen die woorden noch door
haar of hem, die ze uitspreekt, noch
door degene die ze aanhoort, opge
merkt worden. Zij brengen enkel een
knikkertje aan het rollen, dat op zijn
weg vuil, rnaar ook wel zuiver stof
meeneemt Dat hangt maar van den
aard der woorden af.
nu haar benoeming heeft ingetrokken,
steunt op niets. Aan de vereischten,
die de wet op het lager onderwijs voor
schrijft. voldoet zij, maar daar staat
niets in van een keuring, te gelasten
door een gemceritèbCeMuur. De juf
frouw zelf heeft dan ook de benoeming
aangenomen.
Waar de fout hier zit. is natuurlijk
duidelijk. Als men aan deze keuring
waarde hecht, dan moei ze gebeuren
vóór de hencming en zal c-r niemand
op de voordracht gezet moeten worden,
die niet vooraf goedgekeurd is. Ik zie
er dan ook in. dat deze iieele keurings-
verordcnuig binnenkort onder mes
zal moeten worden gebracht, want
naar ik gehoord heb. ijn er verschil
lende juristen belas' met liet toezicht
op ons owttrwijis, die de verordening
volstrektnic4 wettig jukt achten. Komt
het zoover, dan kan dc Raad er meteen
een bepaling inzetten over herkeuring,
die, nu ja wol geoorloofd is. maar
waarvan de verordening niet spreekt.
Intusseh: i geeft de benoemde-onbe-
noemde ondeiwijzeres ij del ijk nog
les en zal. wanneer dtijd van beta
len daar is vel verschi' krijgen met
den gemeente-ontvanger, die haar het
lagere salaris van tijdelijk onderwijze
res uitkeeren znl. terwijl zij op het
hoog ere traete nent va" definitief on
derwijzeres aanspraak meent te heb
ben.
DE ZATERD
Deze inleiding dient om te komen op
een praatje over de dienstbode, vroe
ger hij mij thuis. Als ik van „bij mij
thuis" spre;k. bedoel ik nog dikwijls
hu, huis mijner ouders, tot groote er
gernis van mijn man, die meent, dat
il daarmee oan mijn tegenwoordige
huiselijke familie te kort doe. Zoo era
i« i echter niet, het is meer de con
servatieve gewoonte die aan vrouwen
eigen schijnt te zijn.
Genoemd dienstmeisje, dat ik ge
makshalve maar Rika zal noemen
was. wat men noemt, een r-te deerntje
Zij was vroeg bij de hand. (de moeite,
die haar dat kostte, hoi) ik nooit bijge
woond, maar vvtil ik mei het oog op
haar achttienjarige!! leeftijd gaarne
waarde eren), zij was welwillend tegen
ons allen, zoo nu en dan wel eens
hoos, maar niet humeurig; zij hielp
mijn moeder ijverig in het bedenken
van alles, wa voor de huishouding
noodig was. Zij kookte als de beste,
boende tot alles blonk en glom en had
voor ieder, die aan de deur kwam, een
opgewekt woordje Una: e:i voor den
slager ging dat wel t en-- vergezeld van
een guitig lachje, maar dat was enkel
voor den slager. Waarom? Ja, hoor
ens. dat wist Rika nu zelf niet en
zij wou er niet over spieken, het was
nu eenmaa' zoo.
Kortom, on/. Rika was een meisje
van zessen klaar., dut niet. pruttelde
over dageliiksche bezigheden, die het
werk aann nu, omdat zij liet werken
gewoon en zelve gemnd en sterk was.
Ik had altijd schik in haar, als zij in
haar helderblauwe katoentje, waarbo
ven roo le wangen met twee levendige
kraaltjes en weer daarboven het witte
heldere mntsp op het donkere haar
door dc gang trippelde Dat mutsje-,
ja juist óver dat nnit-Me wilde ik het
met u hebben dat mutsje was de 'on-
i'.ehuldigc oorzaak van du woorden,
die liet knikkertje voor Rika aan het
lellen brachten, en haar daarmee de
on-'cliuldige ievredenhO'd benam
De slager had gebeld ik zat in d?
voorkamer met een open kamerdeur en
Rika ging in het beschreven costuum
mijn deur voorbij en in mijn gedachte
zag ik den gewonen glimlach op haar
gezicht.
De deur gaat open en ik hoor:
„Wel wei, Riekje, dat teeken der
dienstbaarheid op je hoofd, mocht jij
ook wel eens afschaffen."
„Wat voor een dier?" is Riekje's
antwoord.
„Nu ajuus hoor. e bent veel te leen
om mij niet jbe snappen", zegt de sla
gor, en met een zwaai wordt de mand
«>p den schender gegooid en Riekje
ga alt snel terug, wait zij heeft meteen
glimp zooeven de juffrouw in de voor
kamer zien zitten en dan praat ze liio
var niet aan de deur
W at scheelt djien s'ager toch,zoo gaan
Gverigns kan het onderwijs gerust
wezen. De onderwijzeres in quaestie
is. naar ik gehoord hel) in geen vier
jaar ziek geweest. Zij lost dus een
ander raadsel op, namelijk hoe
iemand die niet. gezond is, toch zon
der ziek zijn leven kan.
Goede oplossingen voor dit onder-
wijs-r.aadsel kan wie daartoe roeping
gevoelt bij den wethouder van onder
wijs inzenden.
Donderdag. Ook een dag, waar
op tal van raadselen aan den mensch
plegen te worden voorgezet. Er is dan
•zitting van de rechtbank en daarbij
wordt aan den opmerkzamen mensch
voortdurend het raadsel voorgelegd,
hoe hot toch mogelijk is. dat men-
schen die met groote moeite en in
spanning door misdaad een karig
stukje brood verdienen, niet veel lie
ver met veel minder moeite en gevaar
op eerlijke manier zich een beslaan
verschaffen. Want het vak van dief
en inbreker is noch enn gemakkelijk,
noch een voordeelig bedrijf. Een tim
morman en een metselaar verdienen
gemiddeld meer ©n zonder de angsten
en vreezen waarmede de inbreker t©
worstelen heeft.
Evenwel wou ik het daarover nu
niet hebben. Het raadsel van dezen
Donderdag is een mechanisch vraag
stuk. Er is namelijk op het Kenne-
AGAVOND.
Rika's overdenkingen 'Teeken der
dienstbaarheidwat een woord, kom
ze had liever, dat hij, zooals gewoon
lijk een gekheid je met haar maakte.
Natuurlijk bedoelde inj er net nutsje
mee, maar wat een idéé, om dat zoo
li noemen. Dat mutsje wat was zij er
in n eersten Jcoer trotsch op geweest.
Ilaar zustors Mina en Bertha droegen
al. toen zij nog '>p school was en
wal was zij daar jaloersch op. Ieder
een vond, dat het haar goed stond en
dc oolijkeri zag dat zelf ook wel in
den sp egel Zij ging midden in den
winter in it mutsje uit en moeder zei
wol eens: Kom Hika trek liever een
mantel aan en zet l-evc een hoed op"
maar Rika vond het wat aardig, als
ieder haar net welgevallen nakeek als
het gezond- vehard meisje Maar dac
was waar, enkel dienstmeisjes droegen
d'ie mutsjes, en daar vonu de slager
\ool tegen scheen het - niet Rika's lo
gische geduchtengang volgde daar dus
uit, dat men liever n'et aan iedereen
moest laten zien, dat. men dienstbode
was. Waarom niet En nu opende
zich vu ir aardige opgewekte dienst
meisje voor bet eerst een afgrond van
verlangens naar meer weelde en min
der werken, c'ic op dat humeurtje van
zoo slechten invloed was. Dat knik
kertje sleepte zoo naar veel vuil mee
Had de bewonderende slager het kun
nen weten, hij had zich nog wel drie
maal bedacht, voor hij tegenover de
Moolijke Rika die wijsheid uitkraamde.
Huishoudelijke Wenken.
I. Flessclven en karaffen kunnen
van binnen worder. schoongemaakt,
niet warme theebladen of aardappel
schillenen eer. beetle water Wijnfles
sclien worden het best schoongemaakt
met houtskool in kleine stukjes gebro
ken. een oeeije fnne houtskool voo-
cen paar dagen laten staan in de fiet
seden zal iederen onaangename-n geur
wegnemen.
II. Den aangenamen smaak van een
(.f ander stoolsehoteltje kan men zeer
vorhoogen door er een lepel tapiocca
aan toe te voegen.
ALLERLEI.
De zindelij kheid der Chineezen
Over 't algemeen worden de Cbince-
zen niet voor erg zindelijk gehouden.
Dc deelnemers aan de laatste expeditie
naar hot 'iemelsche Rijk weten daar
van menig voorbeeld to verhalen. Maar
zoo als ieder, die veel reizen doet veel
kan verhalen dan schijnen ook deze
reizigers zich nogal aan overdrijving
schuldig te maken.
Do Fransehq militaire arts dr. Coul-
me'ipïein een onbeheerde locomotief
kometn aanrijden En nu gaan zoowel
de vooruitgang als de zucht naar on
afhankelijkheid zeer ver. We leven in
een tijd van bijna-an&rchie (kijk maar
naar de ijsbaan, die Donderdag open
was zonder bestuur), de menschen
sloren zich minder dan ooit aam ge
zag en ieder denkt maar te kunnen
doen wat ham goeddunkt. Precies
als do honden. Maar dat nu de ma
chines al re-volutionnaire neigingen
gaan vertoonen, is wel heel onrust-
harend. Wat bezielde die tramloco-
motief, om daar als een onverschilli
ge wandelaar kalm van Velsen aan
to komen, zonder stoker, machinist
of zelfs poets jongen. Sloeg dit stre
ven naar onafhankelijk vooruitgaan
ooit op andere machines over, dan
zouden we op straat ons leven niet
moei- zeker wezen. F.n het is. nu"zon-
doT gekheid, nog een groot wonder-
goluk, dat deze stomme machine
Zwijgend voort-schuivende over de
rails, op den drukken straatweg geen
ernstige rampen heeft veroorzaakt.
Een hollend paard zou het er zoo
knap niet afgebracht hebben, waaruit
,inaar weer blijkt, dat de machine
slaat boven het dier.
Deze- kernspreuk voor automobilis
ten, die ik hier kosteloos ten gebrui-
ke aanbied, kan zeker nieit <van toe-
3
land, die lang in China verblijf hield,
tracht zoo goed mogeliik in do „An-
i.ales d'Hygiène Publique" de Chinee-
zen „schoon te wasschen".
V'iilgcitö nem is een der moest op\*il-
lciidc bewijzen van hygiënisch inzicht
hij de zonen dei; hemels de pijnlijke be
handeling van mond en ooren. De
rouwen van mandarijnen, burgers,
kooplieden en zelfs var boeren, dra
gen dikwijls aan den eersten knoop
van haar gewaad c-enige kleine instru
menten. bestaand: uit een zilveren
tandenstoker, en een zilveren oorlepel
tje. dikwij's z:in nog meer werktuigen
tot verwijdering van do overblijfselen
van spijzen uit het gebit, tot het ver
zorgen der nagels, enz aanwezig. Ei
ken morgen en na eiken maaltijd spoe
len zich de Chineezon roet gekookt wa
ter of thee den mond
Zij bezitten voor dat doe twee over
elkaar staande steenon kommen, waar
van do cene d;ernst doet a's drink- en
de andere als spuwbnkje. Een oud ge
bruik vordert, ('at bij langdurige maal
tijden do ann/.ittenden zich liet gelaat
met een in warm water gedoopten doek
afvvasschen. Daarbij aaat het echter
lï'et zoo bijzonder zindelijk toe want
de doek wordt gewoonlijk door alle
gasten een voor een gebruiktNadat
de een zich da'armr- gereinigd heeft,
waarbij soms do neus ook niet te kort
kond. reikt hij den doek aan zijn buur
man over, die voor hot gebruik zich
enkel dc moeite geeft om den doek
opnieuw met water vochtig to maken.
Dat is zeker niet erg hygiënisch,
maai' daartegenover -staat, da! iedere
stad in Noord-C.hina een badhuis heeft,
waar de eziekers tegen een lagen
prijs een badkuip met warm water en
een handdoek kunnen verkrijgen. Zeep
wordt bli het baden vi'ri gebruikt. Aan
ieder badhu,;s is e.m kapper en een
voetenverz ïrge* verbondon Deze voet
dokters oefenen hun beroep ook in 'f.
openbaar uil en zijn vooral sterk in 't
nagel- en ekst«roogo i snijden zij kon-
digen op s'.iaat hun kunst door klep
peren aan.
Zeer veel zorg besteden de Chineezen
oan hun hoofd. Do deftige Chineezen
laten zich om de twee dagen 't hoofd
scheren en den staart uitkammen. Do
Bonzen dragen heft geheel e hoofd kaal.
Ook den kindieren wordt het hoofd
kaal geschoren, slechts laat men hier
en daar naar den smaak van den va
der een haarbosje staan.
Bij groot» feesten in t bijzonder op
Nieuwjaar, laten olie Chineezen zich
bijzonder neljes scheren.
De barbiers hebben het dan verba-
end druk Ook mod na don dood van
dt n keizer elk3 Chinees zijn haar hon
derd dagen iamr laten groeien, hetgeen
gewoonlijk verschrikkelijk den klad
brengt in het kappersvak
passing worden gebracht op de hon
den. Rusteloos wordt namedijk voor
de verbetering van die dieren gewerkt
Er wordt opgefokt, in ras gekruist en
tentoongesteld, altijd maar door. Hoe
perfect en volmaakt de hond wel niet
worden moet, kan niemand zeggen,
maar als het nog een jaar of wat zoo
doorgaaf, zal de hond in veelheid van
deugden misschien het paard, wat
zeg ik, den automobiel evenaren.
Naar dit hooge doel zal binnenkort
ook op do tentoonstelling in 't Bron
gebouw worden gestreefd.
Ik heb or niets tegen. Al zou men
willen trachten, een nieuw hondenras
met drio of vijf pooton, zonder nf mof
twee staarten, te fokken, dan zou ik
daar nog geen bezwaar tegen maken
De bewering van den heer Beijnes.
dat de belasting op de groote honden
ten doel heeft do hondenllefhehherii
te onderdrukken, houd ik dnn ook
voor een aardigheid. Dat is de bedoe
ling niet. wel om menschen die groote
honden houden on dus wat meer
kunnen •betalen, dat ook fp laten be
talen, zooals bijv. den heer Beijnes
zelf.
FÏDELIO.