Liefde en Haat.
«V <5 O i i t* L. -■4 <JM
uti
,^'aaHem'!» Dagblad"
van
Donderdag 16 April 1903
Mr. 6Q72
Stadsnieuws.
Liedertafel „Haarlem's Zangge
not". Het concert te geven door de Lie
dertafel Haarlem's Zanggenot op Don
derdag 16 April, zal door verschillende
omstandigheden plaats hebben op Dins
dag 21 April.
In Cook's ..Traveller's Gazette le
zen we bij de aanprijzing van een
tochtje naar Haarlem en zijn bloe
menvelden: „De vreemdeling is de
eigenlijke steun van den Holland-
schen bollenkweeker. In de eerste
plaats de Engelschman, daarna Duit-
schers, Franschen ein Russen. Men
ziet minder tulpen en hyacinthen in
de openbare tuinen en parken van
Holland dan in die van Engeland en
i vindt ze betrekkelijk heel wei
nig in de tuinen van particulieren.
Misschien, dat de Hollander, die vóór
alles bij uitstek practisch is. er het
heil niet van inziet, dure bollen in
zijn grond te zetten, als hij honder-
,den hectaren met de bollen bedekt
kan zien, zondek dat het hem iets
kost, eenvoudig door in den trein te
gaan zitten of in de stoomtram en
zich een eind naar buiten te laten
voeren. Een Hollander houdt veel
van bolgewassen, als ze hem abso
luut niets kosten, en in den goeden
tijd van den bloei bij Haarlem komen
er stroomen dagjesmpnschen daar
in en."
Uit de Omstreken.
Overveen
Door het gemeentebestuur alhier is
aanbesteed: Het verbouwen der voorma
lige gemeenteschool te Bloemendaal.
Ingekomen waren 6 biljetten. Laagste
inschrijver bleek te zijn de heer H.
Schornagel te Haarlem, voor f 5660.
Vervolgens werd aanbesteed: het her
stellen van het bijgebouw van het Raad
huis te Overveen.
Voor dit werk werd alleen ingeschre
ven door den heer N. H, Braalcenburg
alhier, voor 950.
Haarlemmermeer.
Het houwen van een bouwmansschuur
op de hoeve „Canada", onder beheer van
den bouwkundige H. Rinck is bij onder-
handsche aanbesteding opgedragen aan
den heer J. Huls eb os alhier, voor ƒ10.702.
Binnenkort zal door het bestuur van
den Haarlemmermeerpolder worden aan
besteed: I. het onderhoud van gebou
wen, bruggen enz. van 1 April 1903 tot
uit. Maart 1904.
II. Het onderhoud van de grindwegen
in den Haarlemmermeerpolder.
Willem Rooyaards
over zijn reis door Iiidië.
Speciale corresponde&Ue van
(Peoreboem 8 algemeeueu dienst)
voor Haarlem's Dagblad.
Nog slechts een paar weken is
Rooyaards hier te lande teruggekeerd
en reeds heeft hij zijn werkzaamhe
den weder hervat.
Dat is weer een echt staaltje van
-tja ijzeren energiel
Na de vermoeiende reis in het af
mattende klimaat poosde hij wat in
Italië, speciaal Florence, dat hij
rondwandelde aan de hand van Pot-
gieter's beschrijving.
Want dit is een zijner meest naar
voren tredeaide kunsteigenschappen,
dat hij zoo waardeert de werken der
ouderen en oudsten. Hij is als een
levende band tusschen oud en nieuw.
Een heeriijk besluit van zijn reis
dat verblijf te Florence. Rooyaards
heeft zóó intens genoten van de
kunstschatten der Zuidelijke bloe
menstad, dat hiphier niet over uitge
praat raakt. En door t&l van photo's
komt hij zijn herinnering te hulp,
kan hij voortdurend weer de indruk
ken verfiiisschen in Florence opge
daan.
Indië was het werk, Italië de
rust daarna.
Toch is Rooyaards zoo gelukkig
weer thuis te zijn.
O, zeide hij ons dezer dagen, toen
wij met hem aan het praten raakten
oven zijne reisindrukken. Ze zijn zóó
overweldigend, dat ik ze eerst lang
zamerhand kan verwerken. Ln alle
opzichten was mijn reis een succes,
maar nu geniet ik toch van het bij-
wemslllefon,
Vertaald uit het ENGELSCH.
37)
HOOFDSTUK XIII.
Stormenderhand ingenomen.
Kolonel Pride zocht in den vroegen
morgen vergezeld door den Kornet en
eenige mannen, waaronder Peter Man-
ley de plek. waar het lijk van Tutbu
ry gevonden was. De sporen van den
doodelijken strijd waren nog versch
op het zand. maar op het zachte gras,
vochtig van dauw, was niets wat liet
zien welken weg de overwinnaar ge
gaan was. Manley zag aan zijn voe
ten iets donkerroods liggen. Hij bukte
zich en raapte het op. Het was een
veer van de pluim van Harden's hoed,
heelemaal nat en met dauw beparelt,
en toen de anderen naderbij kwamen,
zei Manley:
Hierdoor wordt het zekerheid,
dat de hand van Harden mijn kame
raad neervelde.
Rock glimlachte somber en terwijl
zondere genot weder thuis te zijn.
Die strakblauwe hemel van Insulin-
de, die helle, warme zon, die over
vloedige natuurrijkdom oefenen in
hun nieuwheid eene groote bekoring
maar ik ben toch te veel Hol-
landsch kind, om daar op den duur
bevrediging bij te vinden. Het zware
groen staat daar te stil, er stoeit
geen windje in; elke. dag is zoo mo
notoon heet denk eens. geen dagje
regen. En dan miste ik zoo onze
mooie luchten, met die stage bewe
ging van rijkgetinte wolken; ons wis
selend klimaat, dat wisselende stem
mingen geeft, de stemmingen die ons
leven/ kleuren en bewegen.
J^mt genot, weer thuis te zijn!
Hoe begrijpelijk is dat voora
vooi Rooyaards.
Hij heeft zijn lief, vriendelijk huis
aan den Bloemendaalschen weg bij
Haarlem, zoo gpheel naar eigen
smaak ingericht. 'Nergens bespeurt
men de hand van meubelmaker of
stoffeerder. De bewoner zelf heeft
overal zijn cachet op gedrukt. Hij
heeft zijn kamers gevuld met mooie
dingen van allerlei tijd, on toch on
derling harmonieerend. En zijn stu
deerkamer is de triomf van zijn
smaak, rustig, haast sober van kleur
en lijn. maar ongewoon deftig en
kunstrijk.
Royaards heeft dat erkende hij
dadelijk en dankbaarin Indië veel
iewerking en steun ondervonden,
en aïlerwege gastvrijheid genoten.
Dat is de ware gastvrijheAd. meende
hij lachend. Ge zijt volkomen vrij in
uw doen en laten. Men heeft in indië
gelukkig gebroken met de Holland-
sclie gewoonte, logé's tegen wil en
dank mee te sleepen naar alle moge
lijke en onmogelijke dingen. In Indië
houdt men zich niet bezig met zijn
gasten tol deze er moe van zijn. Ge
gaat rustig uw weg en moogt volko
men doen wat ge wilt.
Den Bond voor Nederlandsch Indië
vooi'al is Rooyaards veel dank ver
schuldigd. Al dadelijk bij zijn aan
land slappen te Padang werd hij
door het Bestuur van dien Bond be
groet. en na zijn eerste voordracht
de Julius Caesar stuurde deze ver-
eeniging aan hare afdeelingsbesturen
(waarin de voornaamste ambtenaren
zitten) circulaires, om den Ilolland-
schen kunstenaar bij hen aan te be
velen. Wat het gewenschte gevolg
had. Want spoedig stroomde het van
alle zijden uitnoodigingen om op te
treden.
De nummers voor het programma
ontleende Royaards voornamelijk
aan de Multatuli-serie. De Kruis-
sprook maakte doorgaans den groot-
sten indruk. Eigenaardig genoeg
heeft men echter van verschillende
zij don betwist, dat de toespraak van
Max H&veda&r aan de hoofden van
Lebak op de juiste wijze werd gezegd
Maar Rooyaards verdedigde zijn op
vatting met vuur en gaf gean kamp.
Ziet eens zeide hij ons de inlan
der is gelijkmatig en droomerig van
natuur, hij is stil en langzaam en
verbergt zijn aandoeningen zoo goed
dat zijn gelaat meest onbewogen
blijft. En zóó meende ik ook de toe
spraak van Max Havelaar die im
mers de inlanders zoo goed kende
te moeten voordragen. Niet druk
en schreeuwerig, maar ingehouden,
met rust en elegance van beweging.
Het verhaal van Saïdja en Adinda
maakte gewoonlijk den minsten in
druk. Men zag hier blijkbaar meer
noordelijke naturen dus scheppin
gen in.
Hoe het met zoo'n voordrachtavond
in zijn werk ging. vroegen wij.
Wel, antwoordde de heer Rooyaards
ons, ge begrijpt dat de menschan
tot ver uit den omtrek moesten Ko
men om een zaal te kunnen vullen.
Want opvallend klein is vooi'al op de
minder' belangrijke plaatsen het ge
tal blanken. De meesten kwamen dus
tegen half negen of negen uur (in In
dië beginnen de voorstellingen of
avonden altijd laat, met het oog op
de warmte van den dag) te paard of
per voertuig uit de omstreken
plantages enz. aanrijden. Een paar
maal had ik te kampen met eigen
aardige Indische gewoontes, maar
we wenden spoedig aan elkaar. Zoo
bijv. verlangde men. dat ik, overeen
komstig de gewoonte, zou zorgen
voor een pianist, opdat de avond zou
kunnen worden besloten met een bal.
Welnu, tégen het bal had ik desnoods
niets, maar om nu zelf voor piano
en bespeler te zorgen, was mij al te
sterk. En men legde er zich dan ook
bij neer.
Of de heer Rooyaards ook
inderdaad artistiek succes had gehad
was mede een onzer vragen.
Nu. de heer Rooyaards beklaagde
zich daar allerminst over. Hoewel
het kunstleven in Indië niet hoog
staat wel wordt er veel en vaak
met groot talent in de gezelschaps
kringen geliefhebberd. was de
waardepring voor Rooyaards' kunst
toch groot. Het minst dankbare deel
van het publiek is in dit opzicht in
Indië al niet erger dan het onze. En
Manley de veer zorgvuldig wegborg,
ging hij voort:
De nacht en de dauw hebben
haar donkerder van kleur gemaakt:
maar ik zal haar weer helder rood
maken in zijn eigen bloed, en hij, die
mijn vriend neervelde, zal door mijn
hand vallen.
Maar een kort bevel van Pride
maakte een eind aan alle gebabbel
en zij begonnen weer te zoeken, totdat
eindelijk Rock. die het smalle pad
langs gegaan was. een luiden kreet
slaakte. Hij had een spoor gevonden,
en dat volgend.' vonden zij er nog een
en weer een.
Zij drongen voorwaarts als bloed
honden. Rock met opgetogenheid in
zijn hart want hij zag dat de voetstap
pen liepen in de richting van Coombc
Royal; maar plotseling kwam een te
leurstelling. want bij een hoek van
den boschweg werd de grond plotse
ling hard en steenachtig en verdwe
nen alle sporen.
Zij keken elkaar vragend aan en
een hunner sprak: Hij is bepaald op
zij af gegaan, en is toch ontvlucht
Neen! zei Rock hij had geen mid
delen om te ontvluchten. Het konijn
is naar zijn hol gevlucht; daar is hij
daar, Kolonel! Binnen het bereik
van onze handen.
schertsend vertelde hij ons, hoe hij,
eens hier te lande in een kleine
plaats optredend, een deel der bezoe
kers met den rug naar zich toe had
zien zitten. Zóó zittend in gezel
lige clubjes om 'n tafeltje konden
ze den spreker immette even goed j
hooren! En 't was vóór alles een uit-1
gaansavondje.
De heer Rooyaards is in Indië ge-
Iukkig gespaard gebleven voor onge
steldheden men moet bedenken dat
hij zijn reis juist deed in den tijd der
cholera-epidemie en der choiera-
vrees. Overal in aile gezelschap
pen, openbare vervoermiddelen,cafés
enz. werd er over gepraat. En dat
het gevaar werkelijk bestond bleek
den heer Rooyaards eeng op reis,
toen een d'fr coupé-genooten plotse
ling door dei vreeseïijke ziekte over
vallen werd. en uitgedragen. Een an
dermaal. ergens des Zaterdags naar
de Sociëteit gaande, werd bij door
zijn gastheer aan een vriend voorge
steld. -Maandagmiddag 12 uur was
deze vriend al begraven. De cholera
had hem plotseling ten grave ge
sleept.
Behalve eene korte ongesteldheid
in Florence waarschijnlijk een ge
volg van de klimaatwisseling heeft
onze kunstenaar echter geen nadee-
lige gevolgen van de reis gehad, en
hij meende dat er voor onze Holiand-
sche kunstenaars een groot arbeids
veld in Insulinde ligt. Althans wan
neer zij reizen zooals hij deed niet
met een troep maar alleen. Anders'
word cm de onkosten te groot.
Voorloopig blijft Willem Rooyaards
nu weder voordrachten houden. Maar
aldus was zijn antwoord op onze
belangstellende vraag maar mijn
hart trejet toch te veel naar de uit
beeldende kunst van den tooneelspe-
ler. dan dat ik voor altijd van het
tooneel afscheid zou hebben geno
men. Het liefst zou ik optreden als
artistiek leider van een eigen ezei-
schap. Jammer dat de kunst hier ,c
lande zoo verdeeld is. Mien gunt el
kaar het licht"in de oogen niet. En 't
treurige gevolg daarvan is dat op 't
oogenblik de Nederlandsch© Opera
van den heer Van der Linden reeds
heeft opgehouden te bestaan, terwijl
volgens de berichten in de dagbla
den ook het Lyrisch Tooneel er
aan schijnt te denken het volgend
seizoen althans de opera-afdeeling te
doen ophouden. En dat terwijl eén
enkele opera-onderneming, met steun
van veetl zijden, juist het leven zou
kunnen houden.
B li e n i a s a.
Christelijke werklieden.
Te Amsterdam is een vergadering
geweest van Christelijk» werklieden.
De aanwezige en vertegenwoordi
gende bonden waren: het Neder
landsch We r kl ie dein-Verbond Patri
monium, de Christelijke Werkmans
bond Maarten Luther, Christ. Ar-
beida-Secretariaat, Ned. Jongelings
verbond, Gereform. JongelLngs Ver
bond, Friesch Jongelings-Verbond,
Christ. Patroonsvereeniging Boaz,
Christ. Hist. Propaganda-Club Groen
van Pri.nsterer, Christ. Kantoor- en
Handelsbedienden Vcireeniging; Chr.
Werklieden vereeniging Eensgezind
heid te Scbeveningen, St. Josephs Ge-
zelJenvereeniging, de Bond van R.-K.
Werklieden vereenigingen uit dit bis
dom.
Voorgelezen en verzonden werden
de volgende telegrammen:
Aan II. M. de Koningin:
Dankbaar voor den vrede en de
rust, die God in ons land1 deed we-
derkeeren. geven de afgevaardigden
de,.- verbonden Christelijke arbeiders
organisaties Uwe Majesteit de op
rechte verzekering van hun liefde en
trouw: dat in hun midden opgaat de
vurige bede, dat God U en Uw huis
blijve zegenen, ook ter wille van ons
volk.
Aan minister Kuyper:
De vergadering enz.,
brengt de Regeering warme huid
voor de fierheid, waarmode zij in de
zorgvolle dagen, die achter ons lig
gen. hef gezag heeft gehandhaafd en
de orde heeft bewaard. God de heer
zegen» haar en steTIe haar voor het
volk en vaderland tot een rijken
zegen.
Aangenomen werd de volgende mo
tie:
,.De Christelijke Bonden enz. spre-
pu hun diep gevoelden dank uit aan
God. dte hun moed en kracht gaf. om
gedurende de laatste weken pal te
staan tegenover het revolutionnair
bedrijf, dat het recht en de orde in
ons nadeel trachtte te verstoren;
brengen hulde aan de regeering
voor de genomen maatregelen, die,
naar zij vertrouwen, spoedig ons
volk die. kalmte zal teikiggeven, die
voor onze nationale belangen zoozeer
noodig is,
En zich tot Pride wendende, wees
hij met uitgestrekte hand een kwart
mijl verder, tot waar de muren van
Coombe Royal zich verhieven.
Ja! spotte Pride, en hij heeft met
een de geknoopte galg meegenomen.
Zou jij graag dat nieuws aan den
Lord Protector overbrengen? en hij
lachte.
De Kornet kreeg een kleur.
Een babelachtige dwaas noemde
hij mij. barstte hij uit. ik. die al der
tig jaar lang bloed heb zien vloeien als
water. Ik, die nog jong zijnde, onder
Bernard van Weimar streed, en die nu
oud en grijs, nog menigeen in het stof
liet bijten bij Chalgrove Field te Wor
cester ik een babbelachtige dwaas!
Bedaar, oude getrapte hond! En
Pride legde zijn hand op den arm van
den Kornet. Bedaar, misschien hebt
ge toch geliik. Ik zal zelf rapport er
van doen bij den Lord Protector. Wees j
intusschen op uw hoede?
De Kornet antwoordde niet, hij was j
nog te boos en durfde zijn eigen
woorden niet vertrouwen. Alles wat
hij deed was te wijzen in de richting
•van Coombe Royal, en toen Pride met
zijn blik die aanwijzing volgde, zag
hij het bleeke morgenlicht glansen op
het kuras van een schildwacht, en
verder op zag hij er nog een en weer
en spreken den wensch uit, dat
de thans samenwerkende groepen de
christelijke vakorganisatie door ge
meenschappelijke actie onder Gods
zegen krachtig mogen bevorderen."
Als laatste spreker trad op de heer
W. Gennekö. Voorzitter van den Na-
tienalen Werkmansbond.
Alle sprekers werden luide toege
juicht en niet zelden werden hun
toespraken door applaus onderbro
ken.
Nadat de Voorzitter een slotwoord
gesproken had, werd door de verga
dering nog, evenals de vorige maien,
weder met orgelbegeleiding een gods
dienstig lied gezongen en daarna
sprak ds. Van Gispen het dankgebed
uit.
Onder het zingen van het oude
Wilhelmus verlieten de aanwezigen
hierna het gebouw.
Het volgende schrijven is verzonden
door Christelijke Werklieden-organisa
ties:
Open brief aan de H.II. Werkge
vers en Patroons te Amsterdam.
Mijne Heeren!
De Christelijke Bestuurdersbond al
hier, bestaande uit vertegenwoordigers
van de besturen der plaatselijke a.f-
deelingen van de werkliedien-vereeni
gingen „Patrimonium". Christelijk
Nationale Werkmansbond. Chr Werk-
lieden-Vereeniging ..Maarten Luther".
Ned R.-K. Volksbond. St. Joz. Gezel
len-Vereeniging, Christelijk Arbeiders
Secretariaat en Christelijke Gemeente
Werkl. Bond. ten diepste bewogen
met het lot der doorhet C. v. V. ge
proclameerde werkstaking broodeloos
geworden werklieden, overtuigd, dat
het meerendeel dier werklieden door
misleiding en suggestie gebracht tot
het meedoen aan eene even roekelooze
als misdadige, werkstaking, zeker zich
weinig bewust was van de beteekenis
hunner handeling, en evenzeer over
tuigd dat het meerendeel der werk
gevers en patroons het waarachtig
welzijn van hunne werklieden beoogt,
veroorlooft zich de vrijheid langs do
zen weg bij u aan te dringen op het
nemen van die. maatregelen, welke er
toe lijden zullen den eindeloozen na
sleep van ellende als het gevolg eener
rampzalige daad voor de werklieden
te verminderen.
Zonder op eenigerlei wijze het recht
van den Werkgever en Patroon te na
te wallen komen wenscht de Christ.
Best*-Bond toch in dezen bij u aan te
dringen op het laten voorgaan der
barmhartigheid, waar het gaat. niet
alleen hierom, dat de min of mee»'
schuldige gestraft worde, maar dat
tevens honderden, ja duizenden on
schuldige vrouwen en kinderen niet
de slachtoffers worden van een onbe
zonnen daad. gepleegd onder den in
vloed van politieke volksmisleiders.
Vertrouwende, dat u zoo welwillend
zult wezen aan onze dringende bede
tot weder in dienstneming der ontsla
gen werklieden gehoor te willen ge
ven teekenen wij met hoogachting.
Namens den Christ. Bestuurders-
Bond,
K. KATER. Voorzitter.
TH. GABRIEL, Secretaris.
De grooti*. Staking.
Een onderhond uiet Domela
Meuweuhuis.
Een der verslaggevers van het Hbd.
had dezer dagen een onderhoud met
den heer F. Domela Nieuwenhuis.
li ij deelt het volgenderwijs mede.
liet voornaamste doel van ons be
zoek was natuurlijk té vragen „Wat
nu?" „Is er reeds een nieuw comité
van Verweer?" „Zal dat een comité
zijn uit anarchistlen saanigesteld
„Op welk wijze zal dit handelen?"
.En voor welk doel zal deze actie
doorgevoerd w orden
Een nieuw Comité van Verwe»r
zeide de heer DomeTa~Nieuwenhuis
is er nog niet. Hedenavond zal een
vergadering plaats hebben van het
oude comité met de besturen der aan
gesloten vereenigingen. In deze bij
eenkomst zal liet comité verantwoor
ding hebben te doen van zijn besluit
tot opheffing der staking. De verga
dering gisteren in het Paleis gehou
den. die publiek was (wij voegen er
bij slechts voor de socialistische pers
toegankelijk") leende zich natuurlijk
niet tot zoo iets. Mocht op de heden
avond te houden vergadering de han
deling van het oude comité niet goed
gekeurd worden en de stemming
in de bijeenkomst van gisteren maakt
deze veronderstelling niet te ge
waagd dan zal de actie voortgezet,
een nieuw comité gekozen worden.
Hoe dit comité er uit zal zien Ou-
getwijfeld zullen er vrije socialisten
in zitting nemen. Doch zuiver anar
chistisch zal het niet zijn. De vakbon
den zullen e.r in vertegenwoordigd
zijn en politiek zal vreemd blijven aan
hun actie. Mochten de „dwangwet-
ten" afgekondigd en in werking zijn.
dan zal de actie gevoerd worden niet
er tQ'-Hii de intrekking der orr-
een.
Afsluitingen, die moeilijk zijn te
openen Kornet veiliger dan sloten
en grendels zei hij. En toen trok Pri
de zich terug maar Rock en Manley
bleven achter. Zij keerden terug naar
de plek waa,r Tutbury gevallen was.
Er was een groote bruine vlek op het
zand. en daarnaast was het gras met
stevige handen op zij getrokken.
Eén oogenblik bleven zij zwijgend
staan, toen zei Rock:
Hij was je trouwe kameraad,
j Manley; waar wil je hem zijn laatste
rustplaats geven?
Hij zal hier slapen was het som-
here antwoord, hier zal hij heden
liggen in een soldatengraf. en zijn
geest £&1 deze plaats doortrekken en
daardoor vervloekt zijn, want hij
heeft geen eerlijken tegenstander ge
had! Ja, Kornet! Dat weet ik! Want ik
heb de gave van helderziendheid, en
de schellen zijn mij van de oogen ge
vallen. Thomas Tutbury is gevallen
door den slag van een misdadiger
dat weet ik zeker!
En de sombere godsdienst drijver
schudde zijn gebalde vuist tegen hem
en wraak lag in zijn oogen.
Rock trok aan zijn langen knevel.
Dat zooiets voorkwam wist hij. Had de
stervende Pappenhelm den dooden
werpen, doch tegen de intrekking der
Of de Vereeniging van Spoor- en
Tramwegpersoneel de actie zal voort,
zetten, hangt geheel van haar alleen
af. De vergadering gisteren in Plan-
cius gehouden, doet vermoeden, dat
zij niet beweesd is voor de gevolgen
der wet.
Wij vroegen verder den heer Do
mela Nieuwenhuis. of hij de plotse
ling pessimistische stemming kon
verklaren, hoe het kwam dat bijv. de
heer Van Erkol. die toch stemde voor
de opheffing der staking. te lezen
in hot offieieele manifest 's middag*
in het Paleis kon verklaren, dat hij
dadelijk bereid was een nieuw co
inité te vormen. De leider der Vrije
Socialisten" schreef een deel van het
pessimisme der leden toe aan de ont
moedigende artikelen in liet Volk, aan
de ontrading der algemeene staking
voor een politiek doeleinde door den
heer Troelstra.
Maar bovendien kwaaien er dien
nacht zeer zwartgekleurde berichten
binnen uit alle deelen van het land.
En onder den indruk van deze be
richten had de stemming plaats.
De lieer Nieuwenhuis gaf echter te
kennen, dat z.i, deze tijdingen wel
licht met voorbedachten rade pessi
mistisch gekleurd waren, dat laten
we het neerschrijven zooals het ge
zegd is „dat zij expres vervalscht
waren."
Natuurlijk is de beweging door de
proclamatie van het C. v, V. in kracht
afgenomen, zeide hij. vooral buiten
de groote steden, waar thans velen
den arbeid weer hervat hebben. Maar
de lieer Nieuwenhuis meende, dat er
middelen waren om het vuur weer
aan te wakkeren.
Verder vroegen wij, hoe het moge
lijk was, dat mannen als de heeren
Nieuwenhuis en Troelstra. organisa
ties als de socialistische Bestuurders-
bond en het anarchistisch Nation. Ar
beiderssecretariaat. gezamenlijk op
trokken voor hetzelfde doel, zonder
dat zij voorzagen, dat tweedracht en
scheuring moest komen.
De heer Nieuwenhuis zeide in ant
woord dat van een gezamenlijk op
trekken geen sprake was. De sociaal
democraten zijn op sleeptouw geno
men op hun eigen verzoek om een
„politiek slaatje te slaan".
De heer Troclstra toch heeft dik
wijls genoeg verklaard dat het anar
chistisch idee eener algemeene werk
staking hersenschimmig was. En
toch ging zijn partij mee De bedoe
ling was niets dan zieltjes winnen
voor zijn partij.
Het parlementair optreden der hee
ren kon den heer Nieuwenhuis niets
schelen. Vooruit wist hij dat de wet
ten aangenomen zouden worden.
De heer Nieuwenhuis was van den,
beginne af geweest tegen de aanslui
ting van de S. D. A. P. en de vrije
socialisten bij de oorspronkelijke ac
tie. Z.i. had het moeten blijven zui
ver een beweging, uitgaande van de
vakbondan.
Onze zegsman deelde ons verder
mee, dat hij nooit op meetings heeft
willen optreden met mannen als Troel-
stra. Vliegen en Polak, die geen sym
pathie met de beweging hadden. Wel
bijv. met dr. Gorter en mevrouw Ro
land Holst, die uit volle overtuiging
zich aangesloten hadden.
De heer Domela Nieuwenhuis gaf
er ons zijn verwondering over te ken
nen dat de „burger"-bladen. ook het
Hbld, zoo slecht ingelicht waren over
de toestanden in de arbeiderswereld.
„U kunt toch wel weten, wat de ar
beiders, willen, doen en laten uit de
volksvergaderingen
En het bescheiden antwoord luid
de „Natuurlijk is dat een weg, doch
voor ons een onbegaanbare, daar in
de laatste tijden slechts de vertegen
woordigers van zulke bladen worden
toegelaten tot de vergaderingen, die
op de hand zijn der socialisten."
Maar vervolgde de heer Nieu
wenhuis, als u op de hoogte waart,
dan zoudt u weten, dat de heer Troel
stra ui het geheel geen invloed hoeft
op de arbeiders, dat hij zijn partij
wel noemt de „arbeiderspartij", doch
dat zijn volgelingen slechts „heeren"
zijn. Een ieder kan zich opblazen tot
leider van arbeiders."
De Pera eu de sinking.
Het „Volksdagblad", onder den in
druk van het gebeurde, schrijft:
Het geduld van de georganiseerde
arbeiders is thans ten einde.
Wie mocht wanen. dat. nu de alge
meene werkstaking in alle bedrijven
is opgeheven, onze strijdmiddelen uit
geput zijn. zal dit weldra, neen reeds
onmiddellijk, van den dag van heden
af. anders ondervinden!
En dan in een ander artikel:
Wat gisteren in het Paleis voor
Volksvlijt is besloten was het verstan
digste wat men besluiten kon. Dr. or
ganisaties moeten voorloopig zelf hun
ne houding bepalen in afwachting
van de verdere besluiten, die met liet
oog op eene voortzetting van den strijd
gen-mien mochten worden
koning te Lützen niet gezien? Was hij
zelf niet eens neen tweemaal voor
uit gewaarschuwd'?
Het kan zijn. zei hij. en toen.
zorg dat alles in orde komt. Ik zal mij
weer bij den Kolonel voegen.
Met die woorden verliet hij Manley.
en ging op weg naar Coombe Royal.
Een voor een inspecteerde hij de
schildwachten, en was zoo eindelijk
aan de Oostzijde gekomen bij een met
klimop begroeide muur, een muur
zoo hoog. dat een man met de punt
van zijn lans den bovenrand niet kon
bereiken. De muur was gebouwd om
één van de zijvleugels van het huis,
aan welks einde Kenelin's Tower hoog
in de morgenzon oprees en waarvan
de oude. verweerde steenen door het
zonlicht des te meer uitkwamen.
Rock liet zijn oog op den toren rus
ten. Zijn scherpe blik onderzocht ieder
gat en ieder oneffenheid Ln de muur
enscheen door de donkere kijkgaten
binnen in den toren te willen drin
gen. Maar hij zag niets, uitgezonderd
het groene mos. dat de steenen be
dekte, de grashalmen, die tusschen de
voegen uitkwamen, en de zacht wui
vende blaren van de roode valeriaan,
die nu in vollen bloei uitsproten rond
om de kijkgaten en onder om den to
ren heen.
Blijkt dan, dat de arbeider*, on
danks den slag hun door hei verraad
van enkelen toegebracht, toch den
strijd willen doorzetten, blijkt, dat de
geest onder de arbeiders nog even
goed is gebleven als vroeger, dan kan
tiet niet. uitblijven of een nieuwe wor
teling mot de bourgeoisie zal wor
den aangevangen.
Wij \oor ons stellen alle vertrou
wen in de kracht, in de taaiheid' van
onze georganiseerde mannen, wij zijn
zeker. dat. zooal voor een oogenblik
verslagen, de arbeiders nooit door eene
tjyrannieke regeering zullen worden
ten onder gebracht.
Voor de vakorganisatie zal gelden
de spreuk ..Luctor et emerge .ik
worstel [met de baren] maar blijf bo
vendrijven").
Wij zullen niet rusten, wij zullen
zoolang blijven vechten, totdat d©
Dwangwet niet langer te handhaven
zal zijn.
Geheel anders klinkt natuurlijk de
toon van de Tijd", hoewel het laatst©
blad ook de blik op den toekomst richt.
De Tijd" zegt:
Dat de algemeene staking, zoowel
als die van het spoorwegpersoneel en
van de bakkers, deerlijk mislukt is,
moet nu zelfs voor den kortzichtigste
duidelijk wezen.
Toch wane men niet. dat thans alle
gevaar voorbij is en de rust onmid
dellijk in ons vaderland en vooral in
onze hoofdstad zal zijn teruggekeerd.
De redevoering, door den ouden revo
lutionair Domela Nieuwenhuis giste
rennamiddag aan liet slot der verga
dering in het Paleis voor Volksvlijt
gehouden., leert andiers.
En dan verdier
De iidelo snoeverij der sociaal-de
mocratie in de Kamer en elders is bij
deze gelegenheid duidelijk aan het
licht getreden. Haar onmacht is voor
alle partijen eebleken. Het gaat ook
hier. overal elders op het wereldtoo-
^eel: zooals die middelpartijen vallen
meer en meer weg; alleen de uiterste
partijen, die uit de eenmaal aangeno
men beginselen de verste conseouen-
tièn durven trekken, blijven over en
vinden bij de groote volksmenigte ge
hoor Dit zoowel in het goede als in
het kwade Immers tegenover het be
droevende feit. dat wij het spook van
liet anarchisme dreigender dan te vo
ren zich binnen onze grenzen zien ver
tonnen. staat een tweede, niet minder
zeker en voor iedereen duidelijk waar
neembaar, namelijk dat de kracht
der ordelievende werklieden. welke
zich op christelijken grondslag heb
ben georganiseerd, dag aan dag toe
neemt. Er zal dan ook. als deze dagen
van troebelen voorbij zijn, op blijven
de wijze iets in onze maatschappelijke
verhoudingen zijn veranderd. Goed en
kwaad zullen scherper dan te voren
tegenover elkander staan. Voor ieder,
die te goeder trouw is, zal daardoor
de onderscheiding en keuze gemakke
lijker wordën: óf christen óf anar
chist. De strijd zal niet voorbij zijn
hij zal misschien op den duur in hef
tigheid en verbittering toenemen
doch men mag hopen, dat in de toe
komst het getal bedrogenen en mislei
den geringer zal zijn.
Het zijn deze bedrogenen en mis
leiden thans nog zóó talrijk wel
ke ons oprecht medelijden verdienen.
Zij vormen de klasse, welke het groot
ste getal slachtoffers levert. Dwaselijk
hebbent zij in fraaie woorden en be
loften van redenaars op volksvergade
ringen vertrouwen gesteld; den ernst
en het misdadige der handelingen,
welke hun geraden of bevolen werden,
niet ingezien: misschien ook. door een
verkeerd eergevoel of solidariteitsbe-
grip geleid, in goeden ernst gemeend
hun plicht te betrachten door revolu
tionaire bewegingen te steunen en
zij zijn het. die het gelag betalen, uit-
gestooten worden en met hun gezin
nen broodeloos worden, terwijl de lei
ders zich bijtijds in veiligheid stellen
en zich, als de strijd eenmaal verlo
ren is. het lot der slachtoffers niet
aantrekken.
In „Het Volk" schrijft mr. Troelstra
„Aan do arbeiders", waarbij hij o. a.
zegt:
Die nederlaag verwondert ons niet.
Wij hebben hem voorspeld. ij heb
ben u tijdig gewaarschuwd, dat de
bourgeoisie nog steeds sterker is dan
gij. Wij hebben aangetoond, dat het
bij een politieke werkstaking de vraag
is. of de arbeiders al dan niet baas
zullen zijn in den staat ..Neen", zegt
de bezittende klasse; wij zijn en blij
ven baas" Die wetten wil ze er door
hebben; maar baa3 blijven wil ze nog
meer. En omdat een groot deel der
arbeiders nog te bang en te dom is,
om met ons als mannen tegen d©
machthebbers op te komen, kunnen
deze nog steunen op bajonetten en
kanonnen, op onderkruipers en verra
ders en aldus hun wil doordrijven.
Al was deze nederlaag dus te voor
zien. toch behoeft de Nederlandsch©
arbeidersklasse zich niet te beklagen,
dat zij haar uiterst middel van ver
weer heeft gebruikt. Een proletariaat,
dat zich zonder verweer zijn rechten
laat ontnemen. loopt gevaar, ze alle
Rock keek ook naar de schietgaten,
die tor verdediging boven aan den to
ren waren, en hij keek naar een
vlucht duiven, die er tweemaal om
heen vloog, en toen op den hoek van
een borstwering met een zacht geklap-
wiek ging zitten kirren.
Zij zeggen, dat van daaruit veel
te zien is. zei Rock tot zichzelf, en dat
daar beneden geheime gevangenissen
zijn, die niemand kent
En toen scheen zijn ééne oog grooter
te worden, terwijl hij mompelde: Als
hij ergens is. dan is hij daar. Ik zal
de schildwachten om deze muur ver
dubbelen.
Met d'ie woorden ging hij verder
en den hoek van do muur omslaande.
Stond hij naast een boogvormige
poort aan weerszijden begrensd door
een grooten toren begroeid met klim
op evenals het overige van de muur.
(Wordt vervolgd).