ALLERLEI. "ALLËRLEir moeten wel prove en harde handen ge weest zijn. die haar teer hoofdje zoo vol blauwe plekken gemaakt hadden, dat het overal nog bonsde en zij tel kens zoo duizelig werd. Nu was dat monster, dat haar dag in dag uit had gekweld en dat zij toch moeke ncemde. de deur uitgeloopen, ver weg naar de herberg. Daar was zij blij om. 't Was nu zoo rustig in de hut en buiten alles zoo schoon. Het arme kind voelde geen pijn; zacht droomend' en starend naar de bloesems, die zweefden als kleine, zil veren sterren; naar het verre avond rood, als een wenkend tooverpaleis. vergat :e alles .sloot onwillekeurig de oogen en gleed roerloos maar teveden glimlachend, neer op den harden lee- men bodem van de hut 't Was avond geworden, een avond van blauw en sterren, die geleken naar de oogen eens engels, weemoedig neer ziende op de zondige wereld. Do stilte, die om het hutje lag. hoor. de eensklaps het schuifelen van kin dervoetjes. Er kwam een knaapje aan, een bloud aardig kereltje, maar o, zoo bleek en blijkbaar zonder groot verlangen naar huis. Bevend stak hij zijn krullebolletje door do opene deur. „Moeke, bent u thuis?" riep 't klei ne kind zacht. „Ik heb tien stuivers opgehaald. Geen antwoord. Onder 't versleten kieltje begon zijn hartje zoo onrustig te beven, als een beekje, voortgejaagd door den No vemberwind. .Miontjo zus, ben jij er. Ik heb wat lekkers. Geen antwoord. Do arme kleine stond nog altijd voor do opene deur. waarachter diepten van dionkerh v.d hem zoo angstig maakten. Wat moest hij doen? Met Je armpjes ver voor zich uit gestrekt schoof hij zacht naar binnen, bonsde tegen de tafel in het eenige vertrek, dat de geheele hut uitmaakte, maar vond eindelijk wat hij noodig had: licht. Daar danste een sierlijk blauw vlam metje boven het gele zwavelstokje in zijn bovendo hand. Arm, urm ventje! Vlak onder bet venster ligt zoo iets als een hropje lompen, maar de kleine jongen begrijpt wat het is. en met een luiden gil valt bij neder bij zijn zusje. Het '.wn vols tok je is al lang uitge doofd. maar door do donkere hut hoort men gekreun en gesnik. ..Mientje, zoete zus, ben je ziek? Word nu eens wakker ik heb lekkers voor je. Maar Mientje wil niet wakker wor den en het arme tobbertje is zoo ver moeid, en uitgeput, dat hij zijn ma gere armpjes ten laatste om haar hals slaat en stil jiaast haar neder ligt, om ook maar te slapen, zooals zij. Middernacht! Over de kiezels op den dijk klinken voetstap oen, mannenstappen, vast en zwaar. „Hier is 't", hoort men een diepe stem zeggen en ziet eensklaps bij het licht eener lantaarn twee veldwach ters voor de deur der hut. „Dat vorwenschte wijf" spreekt de jongste. .Ik zou haar gaarne een paar ribben .«luk geslagen hebben. Dat maakt plezier zoodanig, dat ze achter slot en grendel raakt en laat haar arme kinderen alleen in dit krot ach ter." „Zie je dat." zegt de oudste bezorgd. ,,do deur staat open; dat bevalt me niet". ..Geef de lantaarn eens even". Beiden gingen binnen. De oudste hief de lantaarn in de hoogte... en hoog toen zwijgend over de. kinderen heen Hij zag alles maar spreken kon hij niet. Met bleek en. ernstig gelaat zag hij zijn kameraad aan En buiten in den stillen sehoonen nacht vielen de bloesems, al lager en lager, overal. Steelzucht. Amerikaanscli© dames klagen, er steen en heen over dat de „kleptoma- nie". welke tot dusver zich bijna uit sluitend lot magazijnen had beperkt, thans ook in de voornam© gezelschaps kringen hare intrede heeft gedaan. De dames beschouwen elkander dik wijls als ..kleptomanen" en derhalve sluiten do gastvrouwen, wanneer zij vrouwelijke gasten verwachten, hare juweelkistjes weg. terwijl do gasten hare pelzen en andere kostbaarheden donkere hoeken der kleedkamer verbergen. Do onrust begon bij den aanvang van het winterseizoen, toen bij een middagvisite in New-York eene dame haren pelsmantel verloor. Zij behoorde tot do laatste gasten en bemerkte in de drukte van het gesprek niet dat het kamermeisje haar een verkeerden mantel omdeed. Eerst in liet rijtuig ontdekte zij het; ze reed onmiddellijk terug en deelde der gastvrouw mode wat haar overkomen was. Deze was van mccning dat de dame in kwestie, zoodra zij de vergissing bemerkte, ter stond daarvan wel zou kennis geven. Maar dat geschiedde niet on de eerste dame behield eenen mantel, die haar niet paste en ook minder waard was. Navraag bij do 50 gasten was ook vruchteloos. Eindelijk wendde do on gelukkige dame zich tot haren pels- handelaar. die onmiddellijk den mam tel als zijn fabrikaat herkende. Daar hij gewoon was. om vergissingen te voorkomen, do voering met den naam der koopster to voorzien, was deze spoedig ontdekt. Het bleek... de gast vrouw te zijn Deze bekende volmon dig en verklaarde een manie te heb ben voor dingen, welke haar bevielen, en zij was zoo berouwvol en bad zoo dringend aan. de zaak verder geen ruchtbaarheid te geven, dat de be stolene haar mond hield, tot verba zing der andere dames, die haar we der in haar eigen mantel zagen. In eene andere stad der Vereen. Sta ten bemerkte de gastvrouw onlangs, dat eene dame alleen in hare kleed kamer met een geopend' juweelkistje in de hand stond, dat zij uit die tafel had genomen. Zij sprak hare bewon dering lit over den kunstvoller! ar beid en de gastvrouw dacht niet ver der aan het geval, totdat zij eenigo weken daarna een prachtigen ring miste. Wijl het dienstpersoneel ont kende van de verdwijning iets af te weten, schoot haar het voorval met de dame te binnen en zij besloot van haar den ring terug te vragen. De vrouw viel door de mand en bekendo dat zij behalve den ring nog andere sieraden had medegenomen. Aan haar verzoek, om de zaak niet aan cle groo- te klok te hangen, stoorde de gast vrouw zich echter niet, zoodat ge noemde dame niet meer op visites wordt genoodigd. Kleeren van was. Aan de noodwestelijke grens van Britsch-Indië bestaat eene industrie, waarvan do producten den Europeaan tot voor korten tijd een raadsel zijn geweest. Bij den stam der Afridi's wier krijgshaftigheid den Engelschen herhaaldelijk de handen vol gegeven heeft, zijn kleeren van was zeer ge liefd. voornamelijk bij de vrouwen. Buiten de kringen van de inheem- sche arbeiders der stad Pcschawar wist men van do vervaardiging dezer stof niet9, omdat over den oorsprong der daarbij gebruikte was de diepsle geheimhouding werd bewaard. Het is wonderlijk, dat deze geheimhouding zich zoo lang heeft kunnen handha ven, want die industrie bestaat reeds eeuwen en hoeft herhaaldelijk de aan dacht van vele reizigers getrokken. Eerst in den, allerlaatsten tijd ls het den voortreffelijken onderzoeker van de iiidustrieole producten van fn.- dië, dr. George Watt. gelukt, do Afri di's te bewegen tot onthulling van hun geheim. Bij een bezoek in een der fabrieken van Peschawar viel zijn blik op eenigo zaadkorrels, welke hij herkende als die van een wilden dis tel, die in de droge streken van noor delijk Indië overvloedig voorkomt. Deze toevallige vondst leidde tot de ontdekking, dat de Afridiwas bere-'d werd' uit de olie van dit zaad'. Nadat dir. Watt op dqze wijze tot het aller heiligste! dlor Afridii-industrie was doorgedrongen, viel het hem niet moei. lijk er nog meer van te weten te ko men. Het bleek, dat het zaad van de plant in quaestie op een eenvoudige manier werd uitgeperst en dan een heldere, gele. dunne olie opleverde, die ook voor keukengebruik geschikt is. Geko )kt en dan met koud water Ge handeld. verandert deze olie in oen dikke, gelatineachtige zelfstandigheid, die door do Afridi's „roglian" genoemd en dan gebruikt wordt bij de bewer king van katoen in alle kleuren. De Afridi's verkrijgen op die wijze een prachtige stof. die volkomen ondoor dringbaar is voor water. Van een gebroken flesch een drinkglas te maken. Veertig tegen drieduizend. Daden van persoonlijken moed wor den in den oorlog al zeldzamer. De outwikkolimr van do vuurwapen-tech niek heeft tengevolge gehad dat ge vechten van man tegen man in veld slagen. tusschon legers, die op mo derne wijzo zijn uitgerust, slechts zel den voorkomen. Men schiet elkaar te genwoordig van verre dood. zonder dat men zijn tegenstanders als het ware zien kan. Alleen in oorlogen te gen onbeschaafde volken, die nog met vrij primitieve wapenen strijden, ko men nog gevechten voor. waarin een dappere minderheid een overmacht met succes kan tegenhouden. Tijdens de expeditie, die de Engel schen tegen den Emir van Kano heb ben uitgezonden, is een gevecht gele verd, waarin 40 Engelsche bereden in fanteristen stonden tegenover 3.000 mannen van den émir. De Engelschen. die aan het patrouilleeren waren, wer den onverwacht aangevallen door ruiters van den emir Onder bescher ming van het geaccidenteerd terrein vormden de Engelschen een. groot carré rondom hun paarden, die door inlandschc drogers werden vastgehou den. Zij zochten dekking in hot ter rein en sloegen binnen anderhalf uur tien aanvallen van den vijand af. Ten slotte werden zij ontzet door een troep bereden infanterie, waarop de troe pen van den emir aftrokken met ach terlating van 110 dooden. Aan Britsctie zijde waren 3 paarden gedood en werd één soldaat gewond. Wanneer men een flesch heeft ge broken. kan men uit liet gave gedeelte, mits die ook den bodem omvat, op de volgende wijze een bruikbaar drink glas vervaardigen Men vult daartoe de flesch met olie tot de Hoogte, waar op men ze wil afsnijden en zet ze op eon volkomen horizontale tafel. Brengt men nu plotseling in die olie een gloeiend gemaakten pook of een ander gloeiend voorwerp van Ijzer, dan hoort men een eigenaardig geluid en zal men zien, dat de flesch langs do oppervlakte van de olie is afgesne den. Op dezelfde wijze kan men van ecu onregelmatig gebroken glas een nieuw glas maken. Wanneer men een ge heel gaaf glas tot een bepaalde hoogte met olie vult en daarin plotseling een gloeienden pook steekt, dan zal het bovenste afgebroken gedeelte een zui vere glazen ring zijn. Door het glas telkens met minder olie te vullen, kan men er. op dezelfde wijze voortgaan de. verscheidene glazen ringen, van maken. Een vergissing met een ongeluk. Een welbekende gewoonte was het van Napoleon Bonaparte om te wandelen met de armen gekruist oveT de borst en hot lioofd een weinig voorover gebogen. Kort, nadat Napoleon tot generaal was benoemd, bevond zich op de Malmaison de groote Fransche artist Isabey, die met eenige aides-de-camp van den Eer sten Consul daar aan het haasjeover spelen was. Isabey was reeds over de hoofden van de meesten hunner heen gesprongen, toen hij, bij de kromming van het zandpad, noig iemand zag staan, do armen gekruist op de borst, het hoofd voorover, wachtend, naar het scheen, dat Isabey over hem heen zou springen Isabey vervolgde zijn loop, zonder goed uit te zien, nam zijn sprong te kort, zoo. dat bij slechts tot aan de schouders van den ander kwain, en beiden tuimelden over elkander heen, rollebollend in het zand. Maar wie beschrijft Isabey's angst en ontzetting toen hij ontwaarde dat de gewaand© medespeler, niemand anders was dan Bonaparte, die daar in zijn ge. wone houding had gestaan en nu dol couranten in San Francisco heclc kolomm'en vol over d© voorbcelde- looze brutaliteit, waarmee dliia diefstal was gepleegd. Naar uit een onder zoek bleek, waren de drie dieven het magazijn op hetzelfde oogenblik bin nengegaan en terwijl die een dicht bij de deur bleef staan, begaven de beide anderen zich naar de kas. Daar op klonk het vrees aanjagend com mando „hands up", waaraan zoowel de kassier als de andere employé's moestien gehoorzamen. Nadat die dieven het in de kas aanwezige con tante geld hadden weggenomen het moetan ongeveer t'0.000 dollars geweest zijn, vluchtten ze. zooals ik reeds vertelde, die straat op, in de hoop, 'dat ze in de verwarring, welke door hunne schoten natuurlijk moest ontstaan, gelegenheid zouden heb ben om te ontsnappen. De dierde dief, wien het gelukt was te ontkomen, werd ook later in weerwil van de ijverigste nasporinnren niet ontdekt. Met hem was en bleef het grootste deel van het geroofde geld verdwe nen. De een van mijne reismakkers, die er zich straks reeds vroolijk overhad gemaakt, dat het publiek zich zoo gemakkelijk vrees laat aanjagen, maakte flauwe grappen over San Francisco en beweerde, dat in Chica go hij was uit Chicago de ont vluchting van oen der brutale ke rels geheel onmogelijk geweest zou zijn. Een revolver is geen vertrouw baar wapen, betoogde hij, en. de vrees, welke zoo'n schiettuig inboe zemt, eenvoudig belachelijk. Veron derstelt eens, dat onze Pullmann- waggon werd overvallen. Gewoonlijk zijn het niet mieer dan twee personen die zich met zoo'n waggon bezighou den. Terwijl dus een der roovers de zakken den- passagiers onderzoekt, zou de ander bij do deur blijven staan en met „dreigend opgeheven revolver" de passagiers dwingen de handen in de hoogte te houden. Niet waar? Welnu, mengeren, eischt. ge van mij. dat ik zal gelooven. dat deze eene man, hoe koelbloedig hij moge zijn, in staat is dertig, veertig passa giers in het oog to houden? Volgens mij mei meening is d at totaal onmoge lijk! Ik zou hnast wenschen eens oen spoorwegovecval moo to beleven, al leen om te bewijzen, dat zoo'n schurk mij niet overbluffen... Hands up! Onze handen vlogen letterlijk in de hoogte. De man, die deze woorden met eene donderende stem had geroepen, vul de met zijn breed lichaam bijna de geheele deuropening van den wag gon en die zware revolver, die hij in zijne rechterhand hield, glinsterde in liet verblindende olectYTsche licht. Ik gevoelde mij zoor onaangenaam te moede, want ik had eene groote worden en hoor hom zeggen: „jehebt gehoord... je Ifobt gehoord... wat bc- toekent dat, do menscheu praten zoo veel; als je dat allemaal wou geloo- ven, dan had jo geen leven meer". Heel juist, waarde vrienden, maar... de gezondheidscommissie heeft vroe ger al en nu weer een onderzoek inge steld en daarbij is gebleken, dat er werkelijk heel veel slechte melk in Haarlem gedronken wordt: melk van onvoldoende voedingswaarde en ver mengd met allerlei schadelijke be- standdéelen. Vroeger zijn 'er geen namen openbaar gemaakt ©n nu óók niet het rapport van de gezond heidscommissie ligt alleen voor do leden van den Raad ter inzage. Bij datzelfde onderzoek moet ook geble ken zijn, dat, de melk soms op eigen aardige plaatsen bewaard! wordt, bij voorbeeld in een slnnpkanier! Wat dunkt u van zoo'n lekkernij? Wie nu soms denken mocht, dat hot kwaad alleen schuilt hij de kleine slijters, die heeft het mis. Er zijn ook grootere. die geen voldoende melk verkoopen. 't Gaat liiermee zooals In d!e tyeclo samenleving, je vindt het goede onder die grooten en onder de kleinen. „Goeie grut", zal misschien een huismoeder zeggen, „die man jaagt mij den schrik on 't lijf met zijn ont hullingen over de melk. En dat met som gelds bij mij, maar ik moest toch glimlachen om de treurige fi guur, welke mijn reisgenoot maakte, welke zooeven nog had gepocht op hetgeen hij in zoo'n geval zou doen. Zijn geiaat was doodsbleek van schrik, zijne knieën knikten en hij stak de handen krampachtig in de hoogte, zoo hoog als hij maar kon, om den man met do revolver maar niet te trotseeren. Toen gebeurde er iets vreemds. De spoorwegroover liet den revolver zin ken en... lacbtte luidkeels. Zie zoo, mijn waarde meneer uit Chicago, zei hij, altijd nog lacht,nde, nu weet je ongeveer hoe het bij een overval van een spoorweg toegaat. Ik zat in het compartiment hiernaast en hoorde jelui gesprek. Deze kleine komedie, welke je zoo heeft doen schrikken, lreb ik enkel en alleen tot je bestwil opgevoerd! Beweer je al tijd nog, dat e'em revolver geen iwa n is,^waarvoor men bang moet we zen? Wij allen lachten, lachten tot ons de tranen over do wangen liepen. Maar de dappere man uit Chicago zei van dat oogenblik af geen woord meer. Onlangs lieeft ©en Amerlkaansch blad vier letterkundige vrouwen, die niet kon. den bogen op uiterlijk schoon geïnter viewd over eon onderwerp van groot belang voor de vrouw. Ieder dier vrou wen in 't bijzonder had een nationale vermaardheid en kon zonder vrees de vraag naar waarheid beantwoorden. De vraag luidde aldus: „Wat wil u liever zijn geleerd of mooi?" No. 1 zei: „Mooi omdat de mooie vrouw alleen door het opslaan van haar oogen de geheele wereld aan haar voe ten kan brengen: No. 2 zei: „Mooi omdat de mantel dpr schoonheid grooter is dan die der liefdadigheid. De eerste bedekt verle genheid, onwetendheid, en elke dom heid". No. 3 zei: „Mooi omdat roem, ge luk, vleierij, fortuin, liefde, alles wordt het deel van de vrouw, die mooi is. No. 4 zei: „Mooi. Schoonheid, is goud voor een vrouw. Een geleerde vrouw wordt pas beroemd na liuar dood, maar PinksterenGelukkig dat i k 'enkel 'ou alleen flesschenmelk gebruik,want die is toch zeker goed." Eilieve, kook do melk, dan is alle gevaar voorbij- En wat de flesschenmelk betreft, ja, wat zal ik daarvan zeggen 1 De nieu we verordening spreekt uitdrukkelijk van toezicht ook op do „gesterili seerde, gepasteuriseerde en bacteriën- vrije" melk. Daarvoor zullen wel re denen bestaan. Ik zal eens een verhaal ten beste geven. Op zekeren dag komt de knecht van een melkvorkooper een fleschje flesschenmelk te kort. Wat doet hij? Hij neemt een leeg fleschje, dat hij pas teruggekregen heeft, spoelt dat met een beetje water schoon, vult hot met gewone melk van zijn wagen, neemt eon etiquet uit zijn zak, plakt dat op het uudo etiquet en klaar is Kees. Dit verhaal is geen sprookje, het is historisch. Ik geef dadelijk toe, dat verschillende firma's een knecht dit dat deed, direct zouden ontslaan, ik geef ook toe dat een knecht die dat doet, volstrekt niet op de hoogte is van zijn taak. Maar zoolang zooiets mogelijk is, geeft ook flesschenmelk geen volkomen waarborg van zuiver heid. Dit is de eene kant van de quaestie, er is nog een andere en wel die van de melkverkoopers zelf. De meeste schoonheid ooigst nu haar lauweren; zelfs beroemde .mannen schonken geen aandacht aan de geleerde vrouw om ze des ie meer te betooneix aan een schoon heid. Tot zoover de antwoorden op de echt Amerikaansche vraag. Wal hebben die arme hersenen het moeten afleggen te gen de uiterlijke vormen, 0 tegen 4. Men zou er haast uit opmaken, dat iedere vrouw, die mooi is, dan ook wel geluk kig moest zijn. Nu, laten wij er maar niet meer over spreken; wij hebben voorbeelden te ovar van het tegenover gestelde! Prinses Karei van Denemarken houdt hijzonder veel van alles, wat m»t tuin bouw in verband staat, zoowei in de praktijk als in de theorie; daarvan kun nen de tuinen van Appleton House ge tuigen. Zij en Prinses Victoria zijn bij zonder aan elkaar gehecht, en nooit gelukkiger dan dat zij samen buiten zijn om te rijden, tuinieren, wandelen of wielrijden. Prinses Karei toont haar voorliefde voor de tuinbouw door de landlieden in den omtrek van Senclring- ham aan te moedigen daarvan veel werk te maken. Zij hebben hun eigen bloemententoonstellingen, waar bloemen en groenten te zien zijn, dio geen expo sitie oneer zouden aandoen. Zelfs de kinderen voelen veel voor hetzelfde vak. Een waaier wordt beschouwd als een der belangrijkste wapenen der vrouw en een tentoonstelling van oude waaiers in Weenen trok zeer veel publiek. Er wa rm veel merkwaardige en mooie tijde lijk afgestaan door do aartshertogin van Oostenrijk, sommige er van geschilderd op perkament, andere op het vel van zwanen of slangen. Die uit den tijd van bodewijk XIV waren rijk beschilderd, de ivoren stokjes saamgebonden met lint, terwijl sommigo leken op Chineesch werk gesneden in ivoor. Onder de meest kostbare behoorden er vele aan de her togin van Cumberland, met gouden pun ten en mooi beschilderd. Het beschilde ren van waaiers is tegenwoordig zeer in de smaak en eischt artistioken aanleg. In Engeland is tegenwoordig do mo nocle niet alleen in gebruik bij den man, ook de vrouw versiert zich daar mee. Een bekend opticien in West End schrijft deze „wansmaak" toe aan den staatsman Chamberlain. „Wansmaak," dat woord is natuurlijk van mij, voor den bewusten opticien kan er In dit ge val moeilijk van wansmaak kwestie zijn, hij kan er niets tegen hebben, zou mis schien alleen wenschen, <lat de dames ook voor één oor, één neusgat of één mond een glas noodig hadden. Er schijnt zelfs nog veel weelde in dit mélk, die hier wordt uitgevent, komt van buiten 'de stad. De verordening die men wil invoeren is alleen plaat selijk, geldt dus niet voor buitenge meenten. De Haaitlemschei rnelkver- kooper staat dus onder controle en kan gestraft worden voor slechte melk, de veehouder buiten Haarlem, die hem ze leverde, staat niet onder controle. En het eenige, wat de orelk- verkoope.r dus doen kan, is controle laten uitoefenen op de koeien van don veehouder door den veearts. Af doend kan dat natuurlijk nooit we zen, al was 't alleen omdat dl© vee arts niet dagelijks de beesten contro leert en bovendien zich met do be werking van de melk bij den veehou der niet inlaat. Dat is een zwak punt in die veror dening en het toont aan, dat het ('•■nig ware zal zijn oen algemeèno Rijkswet, waardoor iedereen onder do controle valt. Overigens geloof ik niet, dat de melkverkoopers in Haar lem al dadelijk bang behoeven te we zen voor hangen ori branden. Als hun goede wil blijkt, als men ziet, dat zij niet met opzet knoeien, dan zal liet zoo'n vaart niet loopen. Een ander bezwaar voer die melk verkoopers is het water. Zij hebben veel noodig voor afkoeling in denzo- mi r en zullen voortaan niets dan duinwater mogen gebruiken of het artikel te bestaa/n. De moedigste mono- cl&draagstors knijpen het glas evenals Joe in liet oog, en leggen het alleen aan een of ander kabeltje voor anker. Min der moedigen hebben er een handvat aan, dat het voordeel met zich brengt van zeer sierlijk te kunnen zijn. Zelfs het montuur van de monocle zelf is niet alleen vaak van goud of ander edel me taal. maar het is nog ingelegd met ju- weelen. HUISHOUDELIJKE WENKEN. I. Om te voorkomen, dat cr mottem in het tapijt komen, moeten de randen met terpentijn ingewreven worden. II. Een mengsel van schapenvet en was gewreven over de randen van de schoe nen, waar de steken zijn, zal de schoe nen volkomen waterdicht maken. Bonte steentjes. De dood der wolken is dl©*" planiten leven. Hoe lager iemand intellectueel staat, des te liever spreekt hij uit de hoogte. „Marsch!" klinkt bar; toch doet het dikwijls minder pijnlijk aan dan een zacht.„Ga 1" Onlangs gedane waarnemingen be wezen, dat de dolfijn zich, als hij wordt vervolgd, mot een snclheidJ van ruim 32 Engelsche mijlen per uur in het water voortbeweegt. Bij korte afstanden kan de zalm nog sneller zwemmen, nl. 40 mijlen in liet uur. Onder dc kleinere visschen is wellicht de Spaansche makreel de vlugste. In dcu regel zijn alle roofvLsscben bui tengewoon snel van beweging, wat ge heel overeenkomt met hun karakter. In do Middellandsche Zee vindt men, geen grootere diepte dan 3500 meter. In den Atlantischen Oceaan is deze zelden grooter dan GOOO me ter. De grootste bekende diepten vindt mcu in den Grooten of Stillen Oceaan. Tegenwoordig heeft men al 43 plaatsen op de kaart gebracht, die bijzonder d'iep mogen genoemd wor den. Daarvan komen er 24 voor in den Stillen. 15 in den Atlantischen. 3 in den Indischen Oceaan en 1 in de Zuidelijke IJszee. Volgens de loo dingen wijzen 8 dezer diepu plaatsen meer dan 7200 meter aan De diepste thans bekende is de Al- drichdiepte. oostelijk van do Kerma- dic-eilanden 'in het Zuidelijk gedeel te van den Stillen Oceaan, noordoos telijk van Nieuw-Zeeland, met 9429 meter. Zij bedraagt dus nog Heel wat meer dan de hoogte van den hoogsten berg op aarde 8840 meter, en tusschen beide punten bedraagt het hoogteon- derscheid 18269 meter. water uit een goede Nortonwel. De laatste is niet overal to maken en duinwater Js duur. Zoodra liet abattoir klaar is. zal daar evenwel goedkoop ijs to krijgen zijn in overvloed. A propos van ijs kan ik nog wel even vertellen, dat naar ik hoor de gezondheidscommissie ook bezig is met e©n onderzoek naar de qualiteit van het ijs, dat w© in Haariem des zomers in verkoelende dranken en dt-rgelijken gebruiken. Daar schijnt ook wei wat minder deugdelijks onder te loopen. Ton slotte even een woord over wie de controle van do melk zal' uitoefe nen. Dat, zal de directeur van de wa terleiding, do heer Ilavelaar. wezen, misschien bijgestaan door een schei kundige nis inspecteur. Ik eindig met een drietal stellin gen: De voorgestelde verordening is een proef. Voldoet zo niet in do praktijk, dan zal do Raad haar wel gauw ver anderen. De eerlijke melkverkooper kan niet anders dan ingenomen wezen met een redelijke controle. Het publiek vindt baat in zijn ge zondheid bij elke verbetering in qua liteit van een belangrijk voedings middel. FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1903 | | pagina 7