Tweede Blad, Gemeenteraad. Behooreude bij laarlem's Dagblad" Tin Vrijdag 17 Jnli IMS Kr. SI49 Hing van heden, Woensdag 15 Juli des namiddags te half twee, op het dhuis. lorzitter de Burgemeester, wezig met kennisgeving de heeren itjes, Hofland, Bijvoet, de Lanoy, or, Sabelis en Van Styrum. JNT 1. xiedeelingen en ingekomen stukken. VOORZ. antwoordt op een opmer- van den heer Stolp, dat sedert gen tijd de bestekken alleen in de ikamer zijn ter inzage gelegd en niet r aan de leden toegezonden. Met het ek voor cfce school is dus geen uit kering gemaakt. B. en W. zijn bereid leden het wenschen, hun de be ken weer te zenden. heer Stolp zegt, dat de leden der imissie voor de lichtfabrieken alle be. ken hebben gekregen. Zelfs de voor- sr der Comm. van openbare werken verwonderd, dat het bestek der iol niet toegezonden was. Spr. acht schelijk, dat de Commissies de be ken ontvangen, hij meent er recht te hebben voor 't werk, dat aan de im, wordt gevraagd. Er om vragen spr. niet. heer VAN DE KAMP zou wenschen, alle leden de bestekken thuis krij- Spr. heeft na de besteding der licht- ieken nog het bestek van de dem- der Papetorenvest ontvangen. VOORZ. zegt, dat als de Raad dit scht, hieraan zal worden voldaan. VOORZ. herinnert aan het verzoek den heer Groot om werkverschaffing r uitgeslotenen. B. en W. hebben een parig antwoord te doen. Bij gelijke waamheid tusschen sollicitanten, sta- en niet stakers, geeft het College voorkeur aan den niet-stalcer, omdat arbeider die niet zoo klakkeloos het k neergooit, iets voor moet hebben den staker. dat is gesteld in handen van B. W. om advies adres van het R- K. Parochiaal rkbestuur van de St. Bavo, van de enten van het St. Elisabeths of iote Gasthuis, van G. Fr. Evelein van den raad van administratie i de H. IJ. S. M. om in te trekken Raadsbesluit van 18 Mei 1898 no. 7 goed te keuren het nieuwe inge- nde stratenplan van gronden ten sten van de Leidsche Vaart in de >ijheid van de Kathedraal; en adres van L. Hijmens, inhou- ide verzoek om zijn jaarwedde als marktmeester voor de Groentenmajrkt te verhoogen; amendementen van de heeren Sneltjes, Loomeyer en Kruseman op het ontwerp eener verordening op den verkoop van melk. De burgemeester deelt mede, dat door het Rijk een subsidie van f206.494.50 is toegezegd aan de Ge meente. Adres van den heer M. Eikelen boom Pz. om eervol ontslag als eerste onderwijzer aan de opleidingsschool voor jongens, wegens zijn benoeming tot leeraar in de hoogduitsche taal te Gorinchem. Wordt dienovereenkomstig verleend. PUNT 2. Voorstel van B. en W. tot vaststelling van het percentage van de pi. dir. in komstenbelasting dit jaar op 4 procent, d. i. 1/10 procent meer dan het vorige jaar, toen het 3.9 bedroeg. Het belastbaar inkomen van de hier gevestigde belastingbetalers is te zamen f 10.338.200 en het bedrag van den aan slag 413.528. Het belastbaar inkomen der z.g. forensen is t 276.800, waarvan de aanslag derhalve bedraagt 3690.66. Den heer STOLP spijt het dat het per centage niet onder de 4 gebleven is en spr. hoopt, dat het 't volgend jaar zal zakken. Haarlem is voor zoo iets zeer gevoelig. De heer VAN DE KAMP doet opmer, ken, dat men precies het geraamde be drag heeft genomen. Spr. vraagt dus of men wel toekomt met die 4 pet. De heer. KRUSEMAN wijst er op, dat suppletoire kohieren te wachten zijn. Het voorstel wordt goedgekeurd. PUNT 3. B. en W. stellen voor, aan fo- hanna Caiharina Wentel, wed. W. de Roo, voor één jaar weder een onder stand te veiTeenen van f 6 per week. Goedgekeurd. PUNT 4. Voorstel van B. en W. om tot en met 31 Dec. 1903 een toelage aan mevr. Leyh- 't Hart toe te kennen, berekend naar 1000 in 't jaar. een gratificatie, berekend naar ƒ100 in 't jaar. aan H. M. Hamilton of Silverton Hill, wed. L. J. Dryber; H. W. Becker, wed. D. A. Braakenburg; M. C. Seel, wed. G. van Altveer; M. Wesseling, wed. E. J. He&sels; M. C. Kipperman wed. P. J. Smit; J. C. van Wunnilk. wed. G. Welage. Goedgekeurd. PUNT 5. Naar aanleiding van ingekomen verzoekschriften, stellen B. en W. voor aan J. de Liser de Morsain, weduwe P. Piepenbrink en E. C. Beeckhuis Heckman, weduwe G. W. van Es over het tijdvak 1 April tot en met 31 Dec. 1903. een gratificatie te verleenen, be rekend naar ƒ100 per jaar; Goedgekeurd. PUNT 6. B. en W. stellen voor. de jaarlijk- sche toelage aan den brugwachter aan de Zandensbrug te verhoogen tot 150. De heer VAN DE KAMP is hiervoor dankbaar, maar niet voldaan. De ver dienste van den man is sedert 17 Jan. minder geworden en daarom zou spr. die toelage willen doen ingaan niet mei 1 Juni, maar met 1 Januari. Spr. stelt een amendement in dien zin voor. De heer DE BREUK zegt, dat weliswaar voor de gasfabriek sedert 17 Jan. niet meer gevaren is, maar daarin lag niet de groote verdienste, maar in het op halen van de klap en dat hield 1 Juni op. De heer VAN DE KAMP meent, dat de man tekort kwam 100 "wegens 't gemis der schepen en f 80 voor de klap. Het amendement wordt verworpen. Voor de heeren de Braai, Loomeijer, Kleijnneberg, Van de Kamp, Groot, Beij- nes, Hofland en Welsenaar. Het voorstel wordt goedgekeurd. PUNT 7. B. en W. stellen voor hen te machtigen, aan de voormalige opstalhouders van de gronden van het vroegere Lakenkoopers- gilde, den aanslag in de grondbelasting terug te geven over zooveel twaalfden, als er na de maand waarin de amotie plaats had, maanden zijn verloopen. Goedgekeurd. PUNT 8. De Raad van Adm. der Holl. Spoor heeft aan B. en W. verzocht, goedkeu ring te verleenen aan een plan tot het inrichten der beide bruggen over de Delft in de spoorwegtakken van Haarlem—Zandvooxt en Haarlem- Uitgeest tot onderdoorgangen en het in verband daarmee verlengen der waterpasse gedeelten in die spoorweg- takken. B. en W. kunnen zich daarmee ver eenigen, aangezien het aan 't College voor de uitbreiding der gemeente ge- wenscht voorkomt, dat die bruggen zoo worden verbreed, dat langs de Delft breede verkeerswegen kunnen worden gemaakt. Een gedeelte van de Delft zal daarvoor dienen te worden omgelegd. B. en W. stellen voor daartoe te be sluiten en tevens om den voor de omlig ging benoodigden grond van de Holl. Spoor kosteloos en om niet te aanvaar den, D eheer VAN DE KAMP vraagt wie in de toekomst de bestrating van die ver keerswegen zal betalen. De heer DE BREUK antwoordt: degeen icLie 't bouwplan aanvraagt. Het voorstel wordt goedgekeurd. PUNT 9. Voorstel van B. en W. om een over eenkomst aan te gaan tot levering van gas in verschillende militaire gebouwen alhier. Daartoe is het aanvankelijk ont worpen contract zoodanig gewijzigd, dat o.m. aansluiting van niet aan het bui-- zennet gelegen gebouwen alleen wordt toegestaan, als de verbruiker tien jaar lang elk jaar tien percent van de kosten van aanleg betaalt en dat herstel van schade, door ongeluk, brand of moed wil, komt voor rekening van den Staat. Goedgekeurd. PUNT 10. Voorstel van de Commissie van Bij stand in het beheer der openbare wer ken, om het adres van B. Geurtsen, naar aanleiding van het in een lijvig rapport neergelegde onderzoek der Commissie, voor kennisgeving aan te nemen. De VOORZ. zegt de Comm. van Bij stand dank voor het volumineuse werk en den arbeid, daaraan besteed. (Ap plaus). Het voorstel wordt aangenomen. PUNT 11. Adres van den heer A. van der Linden, om eervol ontslag als make laar in vaste goederen. B. en W. ad viseerden tot goedkeuring daarvan. Wordt dienovereenkomstig verleend. PUNT 12. Het PI. Comité voor Steun alhier, vraagt aan den Raad een subsidie van 1000, verdeeld over vier weken, voor de noodlijdende arbeiders nu de Bur gemeester het verzoek om een collecte voor de uitgeslotenen te mogen hou den. afgewezen heeft. Zij spannen al hunne krachten in om werk te be komen. maar vruchteloos. Het Coinit' kan aan de behoefte aan brood en financieelen steun niet meer voldoen. Burgemeester en Wethouders ad- viseeren afwijzend. Alleen reeds om dat het Comité geen rechtspersoon lijkheid bezit, is het verzoek voor ;n- wiUiging niét vatbaar, maar afge scheiden daarvan meenen B. en W., dat de Raad zich op een gevaarlijken weg begeven zou, als aan het verzoek voldaan werd. In de zitting van 11 Dec. 1895 heeft de Raad, overeenkomstig een advies van B. en W., verklaard dat het niet op den weg der gemeente ligt, door het opzettelijk verschaffen van werk te voorzien in heerschende werkloos heid. Toen betrof het personen, die bui ten eigen toedoen werkloos waren ge worden. Hoeveel minder aanleiding is er dan thans tot het verleenen van geidelijken steun, waar het betreft personen, die uit vrije beweging den arbeid neergelegd en de hun aange boden gelegenheid om het te hervat ten, versmaad hebben. Het verleenen van dergelijken steun aan de z. g. uitgeslotenen zou bovendien wel eens indirectelijk het uitbreken van algemeene werkstakin gen ten gevolge kunnen hebben. Ten slotte wijzen B. en W. op de hulp van kerkelijke Armbesturen en het Burgerlijk Armbestuur. De heer GROOT meent, dat het stand punt van B. en W., daar straks door den Voorz. uiteengezet, z. i. niet het juiste is, althans niet wanneer voor dergelijke betrekkingen de te benoemen personen bij een anderen patroon ontslag moeten aanvragen. Beter is het dat werkloozen dan daarvoor in aanmerking komen. Thans dit voorstel zelf. Spr. wil op de toelichting ingaan, die B. en W. geven. Als het principe dat in 1895 werd vastge steld nog eens in den Raad kwam, zou het zeker niet eenparig worden aange nomen. Een andere opmerking is een klap in 't aangezicht, van hen die het werk hebben neergelegd. Zij hebben niet versmaad aan !t werk te gaan. Zoodra de staking was afgeloopen, wilden ze werken, maar toen mochten ze niet. Voor de strijd uit was wil den ze hun kameraden niet in de steek laten. Ze hebben dus den arbeid niet versmaad. Dat steunen van vrouwen en kinderen werkstakingen zou sanctioneeren ziet spr. niet in. Spr. zou de motieven wen schen te hooren, die geleid hebben tot het weigeren van een collecte. Ten slotte zou spr. wenschen, dat adressanten al hebben ze geen rechtspersoon het papier behoorlijk in handen krijgen, niet dat maar alleen mogen inkijken. De heer SCHRAM betreurt de aanlei ding tot dit voorstel. Niet alle stakers heb ben 't gedaan uit hetzelfde beginsel of hebben bet gedaan onder denzelfden in vloed. De omstandigheden moeten beoor. deeld worden. De voorkeur altijd te ge ven aan niet stakers boven stakers schijnt spr. onbillijk, onmenschelijk en onchris telijk. Immers de gevallen zullen ook niet altijd gelijk zijn. ten opzichte van bekwaamheid, getuigschriften enz. 't Is ook onbillijk, omdat in Januari en April menschen onder bijzondere invloeden hebben gestaakt, die anders niet ge staakt zouden hebben, 't Is ook niet on verschillig hoe het hoofd der politie te genover de burgerij staat. Te Amsterdam is een collecte voor de uitgeslotenen toe. gestaan. D« aanleiding tot dit adres is dus de weigering van den voorzitter om de collecte toe te staan. Spr. betreurt die weigering. Blijft men deze lieden uitsluiten, dan schept men een publiek (gevaar. Den heer DE BRAAL heeft het bedroefd, dat in de vorige vergadering de heer Groot op zijn vraag geen antwoord kreeg. Het staat den Burgemeester vrij, een collecte ie weigeren, dat weet spr- wel, maar toch wil hij het hier betreuren. Hij had zoo gaarne gewenscht, dat de Burgemeester m vergetenden zin de aan vraag had behandeld, zooals zoovele an deren, die spr. opnoemt. De heer HOFLAND had gehoopt, dat de heer Schram nog een weg gewezen zou hebben, den burgemeester gevraagd om alsnog een collecte toe te staan. Maar hij sprak van de verdwaasden der staking van April. Spr. heeft niet het minste aandeel in die staking gehad, maar ltan niet meegaan met het denk beeld van B. en W., dat de stakers het neerleggen van 't werk maar hadden moeten laten, dan zouden ze nu geen steun noodig hebben gehad. Kan men zich dan niet een oogenblik indenken in een anders politiek en economisch in zicht. dat van de arbeiders, die meenden dar zij tegen de voorstellen der Reg. het werk moesten neerleggen, om een sterk wapen in den strijd om betere levens voorwaarden te behouden? Spr. vergelijkt dit met den Zuid-Afri. kaanschen oorlog. Laat ons nu niet roepen: Wee de ovei wonnenen! Zou de Bungemeester niet alsnog de collecte willen toestaan? Dau zou hij staan op een christelijk stand punt, waarop hij zich nogal anders laat voorstaan, nu heeft hij blijk gegeven dat hij zoo hard is als een steen. Voor Boe ren, diamantbewerkers, voor zoovele an deren is een collecte toegestaan. Waar om is 't hier niet toegestaan? Omdat het stakers geldt en dat vindt spr. hardvoch. tig en onchristelijk. De heer SCHRAM heeft het woord ver dwaasden niet gebruikt, alleen gespro ken van menschen, die de dwaasheid hebben gehad aan do staking mee te doen. Dit is de Qualificatie van de meer derheid van de Raad. over de staking. Had de Burgemeester de collecte toe gestaan, dan was daarmee de staking nog niet gesanctioneerd. Door ze te ver gunnen zou hij dus zich niet de stakers geenszins solidair hebben verklaard. De VOORZ. heeft niet dadelijk geant woord op de vragen van den heer Groot, omdat spr. toen door die vragen eenigs. zins verrast was en daarom geen onvol komen beredeneerd antwoord wilde ge ven. De heer Groot heeft de staking voor gesteld als een strijd tusschen arbeid en kapitaal. Het gold hier naar spr.'s mee- ning, een strijd om het gezag, waaraan de eene partij meedeed met revolutio naire bedoelingen. Vanwege de overheid kan aan een col lecte daarvoor geen cachet worden gege ven. Ai was 't hart van den Bungemees ter nog zoo goed geweest, sanctie tot die collecte zou onwijs beheer zijn geweest. Het standpunt van den heer Schram is onjuist. Toen de heer Hugenholtz inder.- tijd spr. vergunning vroeg voor n collec te voor de stakers te Enschedé, voegde hij er bij: als u die toestemming geeft, ver leent het een zeker cachet er aan. Inderdaad, er' v. as een oorlog om het gezag, zooals de heer Hofland zegt. De vergelijking met Transvaal gaat in 't ge heel niet op. Nu de strijd uit is, .gaat het toch niét aan om er zich maar dadelijk bij neer ie leggen. Bij een volgende sta king zou men zeggen: 'i Zal zoo'n vaart niet loopen. De heer Hofland, die blijkbaar van een Christen meer verwacht dan van een ander, meent dat de burgemeester een hart heeft als een steen, hoewel hij an ders velerlei zaken heeft toegestaan. De weigering is geschied in 't belang van den werkman zelf, die evenmin als een kind altijd klontjes hebben moet. Het heeft spr. die inderdaad niet ge voelloos is, wel gegriefd, dat kort na de Raadsvergadering waarin de heer Groot zijn vragen heeft gedaan, een vergade ring van vakorganisaties idie spre ker inderdaad geen slecht hart toe draagt) de diepste verachting heeft uitge sproken over den Burgemeester, die met andere gezaghebbers verantwoordelijk is gesteld voor den dood van Prins. De bil lijkheid zou toch wel geëiseht hebben, wanneer men zich zooiets vermeet, dat men zich de moeite getroost had, een behoorlijk onderzoek in te stellen. in iöt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1903 | | pagina 5