Bonanza-mijnen verre in dJe schaduw stellen. Te midden eener onherbergzame negerij, waar boom noch struik uren in den omtrek te vinden zijn, kan men begrijpen, dat hout verbazend duur isvoor 1000 voet van het aller slechtste soort moet 65 dollar worden neergelegd, terwijl voor een kubieke meter brandhout 22 dollar "-erekend wordt. Peel- de held1 van het ver haal, kwam in Juli 1902 me-t zijn huis gezin te Jonopah aan en daar het er om dien tijd! van het jaar geruimen tijd niet regent, behielp men zich voorloopig. als de meest nieuw aan- gekoimenen doen met een linnen tent. Al heel spoedig viel het Peck op, dat in ht kamp, waar men grof geld Fransch-Engelache liewerigheid. Er gebeuren groote dingen Enge land en Frankrijk, de eeuwenoude erf vijanden uit politieke eerzucht, han delsbelangen en andere oorlog en vrede beheerschende fraaiigheden, zijn plotseling dikke vrienden geworden, gezellige, dikke vriendjes, die elkaar sedert een paar maanden allerlei be verigheden aandoen. Zoo ig koning Edward In hetzelfde Parijs, dat Iweie jaar geleden niet moede werd eenige dagen achtereen president Kruger en ,,Les Boers" toe te juichen en te schreeuwen ,.A bas les EngLais", niet groote geestdrift ontvangen. En presi dent Loubet is bij zijn bezoek, in do afgeloopen week aan Londen gebracht, door de Engelschen toegejuicht mot aan krankzinnigheid grenzend leve- geschreeuw. Zelfs mocht de president der Fransche Republiek, tegen de strenge Engelsche hof-etikette in, bij alle gala-gelegenheden met de lange broek aan verschijnen in plaats van met de geëisclite, satijnen kuitbroek. Men ziet hieruit, diat het geweldig, ,,aan" is tusschen de buren, die meer dan tien eeuwen doodsvijanden zijn geweest. Frankrijk moet daarvoor heel wat leelijke dingen vergeten, die Engeland het in don loop dar tijden heeft, aangedaan en Caran d'Ache de geestige teekenaar, heeft dat met eenige voorbeelden grappig geïllus treerd. Volgens hem, zijn de menschen die te Parijs en te Londen de etikette- vornien voorschrijven, overeengeko men, dat er tusschen beide landen geen sprake meer zal zijn van hetgeen vroeger gebeurd is, en koppige men schen kunnen er over denken, als ze willen, maar spreken niet. Dus zal Frankrijk vergeten 'j&t, De tallooze bloedige veldslagen, ge- tijd van Jeanne d'Arc en die de ver- hadden, leverd op Fransch grondgebied inden nedering van Frankrijk tengevolge! Van den bloedigen slag bij Fonte- noy in 1745, waarin de Franschen on der den maarschalk van Saksen te genover de geallieerden onder den Engelschen hertog van Cumberland stonden en de eersten overwonnen, zal het bloed worden vergeten; alleen de ridderlijke manieren van die tijden zal men zich herinneren tot betere gelukking van de huidige verbroede- ringsmanifestaties. Dat Napoleon als gevangene op i d'oor den spionneerenden Engelschen i der Britten nooit hebben kunnen ver- Sint-Helena, de Engelsche bezatting, gouverneur-cipier sir Hudson Lowe, geven, zal nu plotseling vergeten moe- het leven ondraaglijk werd gemaakt een omstandigheid, die de Franschen ten worden. Verdient, een stevig glaasje bier werd gedronken en de leege flesschen bij dozijnen overal tusschen de tenten en gebouwen verspreid lagen. Dit bracht hem op den inval, deze .lijken." in zijn vrije uren, op Zon- en feestda gen, bijeen te zamelen. Het duurde zoo niet heel lang, of hij had er tien duizend opeen ~esiapeld achter zijne, tent liggen en daar hij blijkens voor- uitgemaakte ..wiskunstige" berekenin gen ongeveer dat aantal noodig had, om aan zijn plan uitvoering te geven, ging hij aan het werk. Van modder, water en kalk maakte specie, die den verschillenden rijen flesschen al heel spoedig het aanzien van een flin- ken muur gaf. Deze werden zoodanig op elkaar gestapeld. de ziel naar buiten kwam te liggen De binnen wanden werdlen ten slotte gepleisterd, zoodat van die halzen niets te zien was. In liet begin van October was het wonderlijk gebouw, dat uit tweo kamers bestaat, 20 voet lang. 16 voet breed! en 8 voet hoog Is, gereed. Het water, dat voor het aanmaken, der specie werd/ gebezigd/, maakte de grootste kosten van deze glazen stulp uit, want in Jonopah kostte destijds één emmer van dit voor mensch en dier onmisbaar vocht één dollar en 50" cent. Ook met dien goeden smaak is rekening ~ehouden, daar de rech ter vleugel geheel van lichtgroene en dé linkerzijde van donkere bijna zwarte flesschen is opgetrokken. In alle dagbladen, tijdschriften en wetenschappelijke bladen in Ameriko is dit wonder huis in de laatste we ken besproken en het zal waarschijn lijk wel niet lang duren of hier of daar vindt het origineel© voorbeeld navolging, of wordt het op een ande re wijze nagebootst. En om lieverigheid ten top te I voor den gek houden in spotprenten, I tot den boóm. voeren, zullen de Franschen voortaan cafó-concert-coupletten, schouwburg hun Engelsche vrienden niet meer revue's enz. enz. 't Is alles botertje De grootste waterleiding. De grootste waterleiding der we reld is onlangs in Australië in ge bruik genomen. Het geheele westelijk deel van het werelddeel wordt inge nomen door dien staat West-Austra- li('- die tegenwoordig aan den spits staat van de goud voortbrengende lan den. Waar zich tien jaar geleden nog de wanhopig eentonige, slechts hier en daar door brakke moeraspoelen af gebroken woestijn uitstrekte, zijn thans groote steden ontstaan, die Weliswaar nneerendeels 'slechts uit primitieve huizen bestaan, maar uit een levendige drukte en een opeen hoping van velschillende nationali teiten vertoonen, als misschien geen andere op aarde. Het middelpunt der goudvelden is Coolgardie, op 600 K.M. afstand van de hoofdstad Perth gelegen en door 'den spoorweg molt d'eze ve/rbonden. Heinde en ver echter is in de mijn- districten geen water te vinden. Het in twaalf vijver-reservoirs opgevangen regenwater is slechts korten tijd toereikend en het uit de moerassen gehaalde en gezuiverde grondwater smaakt afschuwelijk. Bij langdurige droogte of groote hitte (in het einde van Januari 1.1. wees dé thermome ter in de zon soms 170 graden Fah renheit stonden die goudstampers stil. In Februari 1898 werd liet verme tele plan gevormd, van d6 Helena- rlvier uit, waar zich de reusachtige Jarrah-wouden uitstrekken een ijze ren buisgeleiding 530 K.M. ver tot aan Coolgardie aan te leggen en zui ver bronwater daarheen te voeren. Na vijf jaar van ingespannen ar- büid is het werk thans voltooid. De lei doing levert dagdl'ijks 22 millioen liter water, dat weliswaar lauw is, maar de z.g. waterzak, diie van dik dril Is en het kostelijke nat door ver damping snel afkoelt, verhelpt dit na deel. De aanleg van de waterleiding heeft 30 millioen gulden gekost. Eeirst moest het. water uit de diepte 780 M. om- hooggepompt worden, om onder vol doenden druk door de lange leiding te stroonien en de dbor de groote leng te veroorzaakte wnijvingsverliezen van het water in de huizen te overwinnen. Daarna voegde men de ijzeren buizen samen en leidde ze. eenvoudig op den grond gelegd, over berg en dal. Het. reuzenwerk dézer waterleiding past zich waardig aan bij den aanleg van den spoorweg, die de geweldige woestijn in het buitenland van Aus- twee brieven te verzenden had. Neem dan de gelegenheid te baat om even de dame, d'ie belast is met den verkoop van postzegels, aan te zien. Zij is het schoonste schepsel, dat ik ooit gezien heb, riep Jacques. Later zal ik je wel eens vertellen, wat ik van haar weet. Mijn vrouw houdt veel van haar en zij komt dikwijls bij ons. Achter het ruitje, dat de dame van het publiek scheidde, zat niemand en verwonderd keek Pieter binnen. Alles daarachter was zoo smaakvol gerang schikt. 't Leek wel iets op een salon vazen met bloemen, die eon doordrin genden geur verspreidden.... snuiste rijen.... Langzaam kwaan een jonge, in 't zwart gekleede dame naar het raampje; zij boog zich om Pieter te vragen, wat hij wenschte, toen een smartkreet door het bureautje klonk. Zij. had Pierre geroepen, terwijl hij verbleekte. Zij was teruggeweken en legde bei de handen op het hart. Gij, vervolgde hij zacht; gij hier- Zij antwoordrfi niet. O, laat mij u zeggen, laat mij u verklaren.... Hetzelfde zwijgen. Bertha, vervolgde hij smeeftendL Zij had haar kalmte teruggekregen en vroeg, toen zij de beide brieven in zijn hand zagU wenscht postze gels Zij haalde ze uit een doos, leg de ze op den rand van het loket en verdween achter de deur, die het bu reau van het woonhuis scheidde. Pieter stond, als verpletterd. Eindelijk kreeg hlij zijn koelbloedigheid weer terug, nam de postzegels, legde het geld neer en vertrok. Jacques liep, een sigaar nookend, op en neer en riep nu lachend I-IahaIk wist wel, dat je meer dan een minuut zoudt wegblijven, ik wilde je komen halen, maar ik dacht, je zoudt met de jongedame in gesprek gewikkeld zijn en ik durfde dit on derhoud niet komen storen.... Maar wat mankeert je?... Je bent zoo bleek als een doode. O Jacques, waarom ben ik hier gekomen? Die jongedame, van wie je me gesproken hebt, is het meisje, dat ik beminde, dat ik nog bemin. Wij hebben elkaar herkend. Arme vriend, ik beklaag je. Vertel me spoedig, wat je van haar weet, riep Pieter. ook hoe ze hier is gekomen. Van haar vroeger leven weet ik niets, antwoordde Jacques. Slechts uit enkele woorden hebben mijn vrouw en ik begrepen, dat ze veel verdriet heeft. Zij is met haar moeder hier komen wonen, toen zij de betrekking, d!ie ze nu bekleedt, aanvaardde. Het kleine huisje hebben zij bijna weel derig ingericht en daaruit leidden wij af, dat zij vroeger betere dagen ge kend hebben. Zij converseerden met niemand. Mijn vrouw voelde voor haar een levendige sympathie en uit die de absolute vertrouwbaarheid van dit bericht kan ik evenwel niet instaan. Wat nooit verdwijnt of verloren gaat, dat is de ambtelijke formaliteit. Toen voor een dag of wat een lijk gevonden werd in de Houtvaart en de Haarlem- sche politie kwam om het naar het gast huis te vervoeren, toen bleek, dal het lijk lag op grondgebied van Heemstede, 't Was maar twee meter van de grens af, maar Heemstede wës het! En, aangezieu ieder maar moet doen wat hij te doen heeft, zoo lieten de agenten, luet lijk lig gen en haalden de Heemsteedsche politie en die deed toen haar plicht, die niet de plicht was van de Haarlemsche poli tie. Zooals ik zei: 't was twee meter. Was het, nog twee centimeter geweest of zelfs twee decimeter, dan zou er twijfel heb ben kunnen bestaan over de vraag, of 't een Haarlemsche plicht was, dan wel een Heemsteedsche! Nu was daarover geen quaest/ie denkbaar. De afstand was immers twee geheele meters! En waar ik weet niet meer welke wijsgeer zegt, „«lat ieder zijn naastbijliggende plicht moet doen", daar heeft hij zeker niet een afstand van twee meter op het oog gehad. Maar ik ga op dezen toon niet door, want de lezer zou gaan denken dat ik spotte. Ernstig wil ik wezen, ja hij alle sympathie is warme vriendschap ge-| sproten. De beide dames waren zeer mooi. doch ik heb het jonge meisje nooit zien lachen. Zes maanden gele den stierf haar moeder de dochter is nog in den rouw en nu neemt een ouda vrouw liet huishouden waar. Je belli mij nooit den naam van de jon gedame genoemd, die je bemindet, ik wist dug niet, dat het juffrouw Van Flassen was. Nu begrijp ik, hoe ze geleden moet hebben. Haar leven is verwoest; ze leefde slechts voor haar oude moeder en nu is er niets meer, dat haar aan de wereld bindt. Je hebt gelijk, zei Pieter heesch, terwijl hij den arm van ziijn vriend greep. Mevrouw Van Flassen had geen vermogen en toen Bertha begreep, dat ■ik ze niet zou trouwen, nam zij de beirekking bij dé posterijen aan, dat wist, ik, doch ik kon niet. vermoeden ze hier aan te treffen. De ongelukkige waarom is ze toch niet rnet een an der getrouwd1 Zij beminde jou toch nog altijd! III. De beide vrienden stonden voorliet liótel, waarvoor de omnibus, die naar het station reed, stopte. Adieu, zei Pieter en schudde Jacques de hand. Wat? Ga jé ons nu al verlaten? Ja. ik voel mij hier ongelukkig. ik wil vergeten. Vertel je vrouw niets van het geen gebeurd is, zeg haar, dat een telegram me plotseling naar Pariijs teruggeroepen heeft. Jij hebt het geluk gevonden; zorg liet niet kwijt te raken. Jacques kon hem niet antwoorden: hij pinkte een traan weg. Pieter nam plaats in den omnibus en zocht onder dén rit zijn gedachten te verzamelen en werkelijk werd) hij rustiger. IV. Toen hij Bertha Van Flasson had leenen kennen, had hij een sterke lief de voor haar gevoeld. Duizendmaal zwoer hij haar, dat züj en niemand anders ziin vrouw zou worden. Zijn familie was echter tusschenbeiden getreden en had zich tegen zijn keus gekant. Hij had zich verzet en wachtte op een gunstig moment, dat evenwel niet kwam. Bertha vertrouwde hem ten volle. Zij wachtte eveneens. Zoo ver liepen twee jaren. Het jonge meisje had, trots de ver maningen barer moeder, een zeer voordeelige partij afgewezen. Zij be minde Pierre, en hèm wilde aij toe- hehooren, daarom kreeg haar moeder ten antwoord Ik heb Pierre mijn woord gegeven, dat ik zijn wouw zal worden en mij nooit aan een ander zal verbinden. Doch spoedig werden de bezoeken van Pieter bij zijn aanstaande zeldza- zure gezichten van de wereld, bij alle strengheid en nurksheid, ik zal ernstig zijn en blijven. Precies als de heer Stolp, die dezen Woensdag in den Raad de ver zuchting slaakte: ,,och, mocht de inkom, stenbelasting toch niet hoogsr dan vier procent worden!" Ik ben er zeker van, dat nooit of nim mer een opmerking in den Raad zooveel weerklank in de burgerij gevonden heeft als deze verzuchting van den heer Stolp. Als er gepraat wordt over verhooging van. belasting, dan kermen we gezamen lijk en als iemand zegt: „laat ze nu toch niet méér klimmen," dan juichen we al- lemaail toe. En onze minister van finan ciën, Dr. H. D. Kruseman, is ook niet iemand die „plaagt uit lust tot plagen." Als 't van zijn goeie hart afhing, dan zouden we veel minder betalen, mis schien wel heelemaal niets. Maar met een wethoudershar.t kun je nu eenmaal geen rekeningen betalen-, Intusschen zou ik wel een opmerking willen maken, die zooals men zich van mij wel begrijpen kan, een, bescheiden opmerking zal wezen. Een belastingper centage ontstaat zoo: Zóóveel duizend gulden is er noodig, het belastbaar inko men is zóóveel, als we dat op elkaar doe len krijgen we het percentage, dat noo dig zal blijken, te wezen. Gesteld eens, dat mer. Zijn. familie had hem weten te' bewerken en hij was reeds half voor hun idee gewonnen. Desniettemin had hij Bertha niet vergeten. Op zeke ren dag wilde bij haar een bezoek brengen, doch toen hij voor de hem zoo bekende woning verscheen, ver nam hij, dat zij met haar moeder op reis was gegaan. Afgereisd zonder hem het minste verwijt gemaakt te hebben. Bertha had vernomen, dat hij bin nenkort 'met een rijk mieisje zou trouwen; zij had niets gezegd, zij was hem ontvlucht; dat was alles. En nu vond liiij haar in dit kleine stadje terug, in dit afgelegen oord, waarheen zij zich zonder klagen te ruggetrokken liad. Zij was haar eer ste liefde trouw gebleven en. nu was het leven voor haar niets meer. Pie ter zag in, hoe schandelijk zijn ge drag geweest was. Haar, die hem haar geheele vertrouwen geschonken had, had hij schandelijk bedrogen; hij had laag gehandeld. Waarom hebt gij Jacques' voor beeld niet gevolgd, verweet ziijn ge weten hem, waarom zïjt gij ook niet uit liefde getrouwd? V. Toen hij in Parijs teruggekeerd was, trachtte hij zicli weer geregeld aan den arbeid te zetten, doch liet was hem onmogelijk. Bertha's beeld stond hem steeds voor oogen, telkens zag hij de ongelukkige voor zich, haar, w,ier leven hij verwoest had en die hem een trouwe, liefdevolle gade geweest zou zijn. De herinnering kweldJe hem derma te. dat hij het niet langer in Parijs kon uithouden; weer bracht de trein hem naar Barennes, vast besloten haar tegen haar wil op te zoeken en vergeving te vragen. Hij kwam 's avonds en trad, zenuwachtig be vend. het postkantoor binnen; plot seling bleef hij staan een oude dame kwam aan het loket en vroeg op bitsen toon, wat hij wenschte. Juffrouw Van Flassen, zei hij met bewogen stem. Juffrouw Van Flassen, antwoord de de juffrouw. Weet u dan niet, dat zij dood is? Pieter wankelde. Een oogenblik leunde hij tegen den muur. dan liep hüj, zwaaiend als een beschonkene, naar het dorpslogement, bestelde een kamer en sloot zich daarin op. Den geheelen nacht weende hij. Hij be weende Bertha's dood en schold zich zelf een ellendigen verrader. Den volgenden morgen kocht hij alle bloemen, die te koop waren en liet ze op het. kerkhof brengen. Bertha had voor haar moeder een wit mar meren gedenkteeken doen plaatsen met de woorden Mevrouw Van Flas sen. Daaronder stond nu nog Bertha van Flassen. Pieter bedekte het graf met zijn het belastbaar inkomen. 8 millioen is en dat voor de behoeften der gemeentehuis- houding 320.000 belasting noodig is, dan wordt het percentage 4. „Hoe is 't", zegt de Lezer, „ben ik hier in een rekenboekje van Wisselink ver zeild?" Een oogenblikje. Aam/genomen nu eens, dat het belastbaar inkomen geen acht, maar tien miiliioen was, dan zouden we om aan. 320.000 te komen, moeten be talen 3,2 pet. Niet waar? dat sluit als een bus! ,,Ja, maar," zegt de lezer, „alsalls... Maar het belastbaar inkomen is eenmaal zooals het is cn niet anders-" Ziedaar nu juist des Pudels Kern. Ts werkelijk het belastbaar inkomen zoo als het nu wordt opgegeven het juiste cijfer? Zou het niet veel hooger kunnen en moeten zijn? Burgemeester en Wet houders, die de aanslagen regelen, doen dat zeker zoo goed mogelijk, maar zij weten toch ook niet alles. En wij krijgen de cijfers niet onder da oogen. Ja toch, laat ik niet jokken. We m o- gen iets van het kohier zien. Als ik wanneer het ter inzage ligt, op 't Stad huis vraag: mag ik den aanslag van Van Puffel en eens zien, dan legt de ambte naar op 't blad dat hij mij voorhoudt, een paar vel papier, zóo dat ik alleen bloemen, clan knielde hij en bad', 's Avonds keerde hij naar Parijs te rug. De droom van geluk en liefde was uit. ALLERLEI. De vader der onderzeesche vaart. Vrij algemeen is men van meening. dat do eerste pogingen om het vraag stuk der onderzeesche vaart op te los sen, nauwelijks meer dan een eeuw oud zijn en dateeren uit den tijd; van den Amerikaansclven onafhankelijk heidsoorlog. Toen toch (1776) bouwde een Yankeesch uitvinder, Bushnell genaamd, ©en onderzeesch vaartuig, met het doel, de Engelsche oorlogs schepen in de lucht te doen springen, welke de Amerikaansche Atlantische kustlijn blokkeerden. Bij die gelegen heid gelukte het inderdaad aan zulk een vaartuig vanBushnellde Turt le" om onder een Engelsch fregat te komen en daar een torpedo t doen springen, maar deze richtte daar ech ter geen grooter schade aan, dan dat de glazen in de hutten stuk sloegen, zeer tot verbazing van het scheeps volk, dat dr> oorzaak van den geheim- zinnigen schok niet kon begrijpen. BushnjelUs onderzeesch vaartuig had aan alle eischen voldaan het was het toestel, dat die geladen helsche ma chine moest vasthéchten, hetwelk had gefaald. De vader'van de onderzeesche vaart is evenwel Cornells Drebbel. een wijsgeer en wetenschappelijk uitvin der, die in het begin der zeventiende eeuw een onderzeesch vaartuig uit vond, dat met goed gevolg onder do oppervlakte van de Theems" zich be woog van Westminster tot Green wich. Drebbel was een Nedujrlander en ge boren te Alkmaar in 1572. Zijn genie als uitvinder deed hem naam in ons land maken. In het jaar 1606 of daar omtrent kwam hij in Engeland, waar hem door Jacobus 1, die groot belang in zijn proeven stelde, een verblijf werd verstrekt in het Eltham-paleis. Na een verblijf aldaar van zes jaren, in welke hij zich vooral er op toeleg de om een „eeuwigdurend© beweging" te ontdekken, vertrok hij naar Praag, om daar den post van gouverneur van den jongen prins van Oostenrijk te aanvaarden, een opdracht, van welke hij zich zoo uitnemend kweet, dat hij later gekozen werd tot raadsheer van keizer Ferdinand II, en met een groot inkomen vereerd werd. In 1620 werd Praag ingenomen door den koning van Bohemen, en Drebbel „met ver schillende andere leden van den kei zerlijken raad' werd gevangengeno men en ter doodJ veroordeeld. De ko ning van Engeland wist evenwel zijn loslatine te bewerken, en hierna keer de hij spoedig naar Engeland terug. den naam en den aanslag van Van Puf- felen lezen kan. En wil ik dan ook nog op de hoogte komen van wat Hu pst ra en Hopma te betalen hebben, dan kan ik die ook zien op dezelfde manier. Natuurlijk doen de menschen dat niet. Er is maar een enkele die tijd en lust heeft om zich op die manier op de hoogte te stellen. Maar als de lezer er soms trek in heeft laat hij dan de aan slagen eens nagaan van tien of twaalf menschen uit zijn kring, die hij schat ten kan en ik wed dat er minsters drie of vier onder zijn, die naar zijn oordeel veel te laag aangeslagen zijn. Wat wij hebben moesten ts openbaar heid van 't heele kohier. Dan eerst zou er algemeen© en wederkeerige contróle worden uitgeoefend en niet meer, zooals nu, de een die zijn inkomen juist op geeft, méér behoeven te betalen omdat de ander een te laag cijfer invult. Daarom zijn mijn rekensommetjes van hierboven noig zoo gek niet. En wil de heer Stolp iets meer doen dan een pla tonische verzuchting slaken, laat hij dan bij de as, begrooting de kracht van zijn woord gebruiken voor liet verkrijgen van de openbaarheid der kohieren. D.'Lt is een middel om het percentage laag te houden! FIDELIÖ,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1903 | | pagina 7