Sllffl Büii-Liül. A !SI DE ZATERDAGAVOND. Gratis Bijvoegsel van Haarlem's Dagblad I of hebt U last van schilfer, gebruikt dan PITYRODOL. Hebt I gij reeds veel aangewend zonder baat, probeer het dan nog eenmaal 1 met PITYRODOL, geen beter middel bestaat er. Prijs per flacon 1 t 1.60 bij J. J. GÖPPINGER; Groote Houtstraat 147a. L C. HAAN BEBDENMAGAZIJN Echt Yictorimtcr. Tafeldrank i m Op Manoeuvre. van het Koninklijk Huis der Nederlanden. N.B. Het YICTORI AW ATER wordt desverlangd ook ge leverd in heele en halve flessehen voorzien van schroefsluitlng. Verkrijgbaar bij: P. BAGGERMAN, in Minerale Wateren. Kleine Houtstraat 7, HAARLEM. Wegens de ongekend lage prijzen is het ver voer van Bestel- en Vrachtgoederen per Stoomtram het voordeeligst. Goederen worden vervoerd naar HEEMSTEDE, BENNEBROEK HILLEGOM, LISSE, SASSENHEIM, OEGSTGEEST en LEIDEN o» 7.24 en 11.18 v.m. en 3.12 en 7.06 n.m. Amsterd. tijd. Inlichtingen worden verstrekt aan het Bestelkantoor Klein Hei ligland No. 26. DE NATUURWOLLEN ONDERCOEDEREN JANSEN 8, TILANUS FRIEZENVEEN. Specialiteit in Tricot- en Witte goederen. I JW VALT UW HAAR UIT F. BÜHNING, Zijlstraat. Sloom ververij, Chemische Wasscherij, Krimpinrichting, Machinale Tapijtreiniging en Desinfectie. Jessen en Schulz. Fabriek en Kantoor te Haarlem: Essenstraat No 27. Stoomgoederen binnen 3 dagen. Verfgoederen binnen 8 dagen. Depót in Zandvoort Kerkstraat 21 bij den Heer Kraijenoord. BR H. H. M, PEEPERKORN, CUISINIER, houdt zich beleefd aanbevolen voor het leveren van Déjeuners, Diners en Sonper's met of zonder bijlevering van Servies enz, enz' lederen dag uitzending van Diners van af f 1. 1 &EWESTÈGO 1833 [Bekend solied adres VOOR VEEREII BEDSTELLEN vanaf f 08 Gulden tot de beste soorten. PT EIGEN ST00M- ZUIYERING. iy 125 DIAMANT. onmiddellijk tot de eetkamer. Dit maakte do situatie ©enigszins lastig, te meer, omdat hij zag, dat er toebereidselen tot het ontbijt werden gemaakt. Hij herinnerde zich echter, wat dc heer Ferguson hem had gezegd en begaf zich zonder aarzelen naar het huis. Toen hij op den elcctrischem knop had gedrukt, keerde hij zich bescheidenlek halverwege om, ten einde niet genoodzaakt to zljon, naar binnen te zien. Na eonTgo oogenblikken te hebben gewacht, verscheen er een jeugdige huisknecht, wien hij zijn verzoek om den heer Benoni te mogen spreken overbracht, tegelijkertijd zijn kaartje overhandigend. De knecht nam zwijgend het kaartje aan en een oogenblik hut or hoorde de heer Clayton een vrouwestem zeggen „Vraag hem of hij binnenkomt. Meneer Benoni komt dadelijk." Toen de bezoeker was binnengetreden, zag hij, dat het ver trek een dubbele kamer was, verdeeld in twee ongelijke deelen, (lie door portières waren gescheiden. I)e grootste helft., tot welke -de straatdeur toegang gaf, was aan do linkerzijde van hot huis; aan de tafel, die voor het ontbijt was gedekt, zaten slechts twee personen. Aan het hoofdeinde een opvallend mooie vrouw, wier groote donkere oogen en maitte gelaatskleur op een zuidelijke afkomst wezen. Aan, haar linkerhand zat oen man1 met een donker, mager gelaat en een sombere uit drukking in de oogen, dien do heer Clayton terstond horkendc aan de plok wit haar op zijde van zijn hoofd als Hartmann, een bloedverwant van Benoni en tegelijk zijn. factotum. IIU had behoord tot de mannen, die mr. Clayton Maandagavond ter gelegenheid van de meeting in het stadhuis op het platform had zien zitten. Tegenover hem was de plaats nog ledig ver moedelijk was zij bestemd voor den hoer Benoni zelf. De heer Clayton boog bij hot binnentreden voor de dame, iin wie hU, volgens de beschrijving, die hij van haar had ge hoord, mevrouw Benoni herkende. Zij beantwoordde zijn bui ging met een lichten hoofdknik tnaar het scheen was zij eenigszins verlegen Hartmann verwaardigd© zich zelfs niet op te kijken, hij bleef met denzelfden somberen, stuurschen hlik strak voor zich uit zitten staren, min of meer als een jongen die een standje of een pak slaag heeft gehad. De bezoeker nam plaats bij het venster, ver genoeg van de ontbijttafel verwijderd om h«t. tweetal niet te storen. Na eenige oogenblikken bemerkte hij dal er zich nog een derde of liever DIAMANT. 122 „Daar moet ik nog eens over denken, dat, is zoo'n slechte gedachte niet," zeide Ray. Wol ja, doe dat", antwoordde Weare, terwijl hij hem do hond tot afscheid toestak. Ray reedi daarop naar het hotel. Er heerschte ©ene opgewekte toon onder (Ion maaltijd, Toen zij na het dessert in de zitkamer van do Claytons bijeen >varen, bracht Philip de vraag ter sprake, welke stap thans het eerst moet worden gedaan. Terwijl Bay en Nellie in een hoek van de kamer in vertrouwelUk ge- spneik waren, vertelde Philip na eenige aarzeling en met do noodlgo omzichtigheid den heer en mevrouw Clayton de ge schiedenis van zijn ontmoeting met vrouw Jacobs en haar verzekering, dat zij gedaan zou krijgen dat aan de aanklacht geen verder gevolg zou worden gegeven. De Claytons waren niet weinig verbuasd. Do heer Clayton 'dacht eenige oogenblikken na. „Zou het ©enig nut kuwnien hebben," vroeg hij eindelijk, als ik eens met oen van de hoofdmapnen ging spreken, met den lieer Magnus bijvoorbeeld?" „Met Magnus gaan spreken.? O, dat zou absoluut niets uit richten I Met dergelijke dingen, die hij als kleinigheden be schouwt, laat hij zich hoegenaamd niet in, ofschoon hot best mogelijk is wie zal het zeggen dat hij heimelijk d© band in de zaak heeft gehad. Maar er zich openlijk mee bemoeien, dat doet hij stellig mitet; dat acht hij beneden zich." „Nu, maar dan is er nog die andere manBenjie Benoni zou het eenig nut kunnen hebban, als ik hem eens ging spreken en hem do geheel© toedracht van d© zaak vertelde?" „Ik weet bet nliet," antwoordde Philip aarzelend. „Mis schien I Boodle heeft den naam, dat hij de goedhartigste van ai do Cambertonsche millionnairs is. Bovendien heeft zijn vrouw, die werkelijk een heel goed, braaf mensch moet zijn, veel invloed op hem zoo zegt men althans. Naar u weet, is zij familie van de hotelhoudersvrouw hier." „Ik ben benieuwd wat Ferguson zoo heet immers de hotelhouder er van denkt", zei de heer Clayton, opstaande Hij lijkt ra© nog al een gemoedelijk man. We kunnen het hem iin iclk geval wol eens vragen." Zij gingen naar de bar, waar een knappe, zwierig gekleede buffetjuffrouw niet een zonderlinge minachting voor liet hci- densch leven om zich heen presideerde, De heide hecren LetfoHcumüg Wee&btad Jong en 0tsé. HficNMst reiescs. Dagblad in Haarlem om Ometw*eu Onder een aanhoudenden en ijs- kouden stortregen deed hot regiment, zijn intree in het dorp. Het was in fanterie. Ze marcheerden werktuige lijk in den pas. het hoofd gebogen om den regen, die hun in het gelaat zwoepte te ontwijken, hun door'twa- ter zwaar geworden kapotjas sloeg te gen de beenen. Bij de eerste huizen begon de muziek te spelen en lokte de nieuwsgierigen aan hun deuren. Voor de vensters vertoonden zich ontevre den gezichten men vroeg zich af, welken van die druipnatte soldaten men zou moeten herbergen. Elk jaar bij het begin en aan het eind der manoeuvres werd dit dorp van acht honderd zielen door soldaten overstroomd. De vaderlandlievende opgewektheid, waarmee gewoonlijk de in te kwartieren soldaten worden ontvangen, was hier door de gewoon te verdwenen. Dat telkens gedwongen logies verschaffen werd oen last, maar men vergenoegde zich met een ,.'t is goed" en wees den gegradueer den het voor hen bestemd bed, den soldaten hun plaatsje en stroo-ieger in den schuur aan. De oude Nanine Andrau stond Voor haar heel klein houten huisje, waar van de vermolmde deur niet goed meer sloot, te kijken naar het voor bijtrekken der bataljons. Of het 't zelfde regiment was als verleden jaar of een ander, 't was haar onverschil lig. Cavalerie kwam daar nooit voor bij met het oog op een minder solie- de brug. En al die regelmatig mar- cheerendo soldaten waren Nanine hetzelfde. Zij woonde alleen in haar hut en kreeg dus geen inkwartiering. Alleen gaf het zien van hef doortrek ken der troepen haar wat afleiding. 's Morgens met. 't aanbreken van den dag begon de beweging weer. Het geluid van de straat wekte Nanine en ze ging dan nog een beetje huiiverend in den kouden morgen kijken naar het opstellen der troepen vóór de kerk. En 3an kwamen herinnerince^ van vroeger, het verlangen naar een ver verleden opgewekt, door het zien der soldaten het hart van de oude binnen. In de schuur van do Fournicrs, naast Nanine, maakten de soldaten liet stroo in orde. De oude vrouw kwam tot op den drempel, haar bijna uitgeloofde oogen zwierven langs die gebruinde gezichten der mannen, die hun vroolijkheid weer hadden terug gekregen. Ondei een afdak maakten de koks de soep gereed, aardigheden werden verteld, liedjes gezongen. Maar vlak bij Nanine klonk ^en stem, die klaagde. 't Is afschuwelijk. Je bent door nat en moot dan nog op stroo slapen. Ga den kolonel spreken, zei een kleine infanterist, misschien geeft h'ij je zijn bed. En lachend sleepte hij een bos stroo verder. Gelukkig liet rich weer die on tevreden stem hooren. is 't gauw af- geloopen. Nanine keerde zich om. Tegen een muur geleund, met dc armen over elkaar. stond daar o©n lange jongen met smalle schouders en bleeke wangen onbeweeglijk te kijken naar de bezigheid van zijn kamera den. De oude vrouw vond dat hij geen gunstig uiterlijk had. maar hij hoestto met naar geluid, dat Nanine het hart f^arrokaansche soldaten patrouilleere de. Nog altijd is in Marokko de wp- stand niet onderdrukt en sultans leger blijft dus op de been, het land rond de vestingen patrouilleerend. Die Marokkaansche soldaten zijn vreemde sinjeurs. Hoewel infanteris-| gen de zon. Dit neemt echter niet weg. ten, althans te voet vechtende, maken dat ze in een gevecht hun man staan] ze hun rnarschen op den rug van een vooral als er behalve de overwinning paard of een ezel en versmaden zelfs nog een flinke buit te behalen valt. een parapluie niet als beschutting te- zeer deed en met bij haar ongewone levendigheid bood ze hem in een plot selinge opwelling aan Wilt ge bij mlij komen Ik heb geen inkwartiering. Dan zult ge een bed hebben. Een veldbed, inderhaast opgemaakt op liet zoldertje zal dezen nacht Na nine tot slaapplaats dienen. Beneden, in haar eigen bed. zal de soldaat sla pen, dien ze heeft uitgenoodigd. IIoo- wel ao eerste ongunstige indruk niet veranderd is, verzorgt Nanine den vreemdeling goed. Zij laat hem op zijn gemak zitten bij een kaars en spaart de moeilijk vergaarde stukken hout niet. maar stookt het vuur flink op, opdat hij zich kon droogen en niet meer hoest. O. die hoest Ge moet oppassen, zegik had vroeger een jongenja. een knap pen jongen, sterker dan gijen hij is gestorven aan een kwaadaardige verkoudheidwat men noemt een bezetting op de borst. Hij was in dienst ver van hierik heb hem niet zien stervenneen 1 Zóó, hadt u een zoon En Nanine, die gedurende dc twin tig jaren, dat hij nu dood is nooit over haar zoon sprak, vertelt nu aan dezen vreemdeling wiens akelig hoes ten haar eigen leed weer in da herin nering heeft teruggeroepen, van haar vervlogen geluk en haar onvervulde \erwachtingen. En ze vertelt van de goede eigenschappen van haar jon gen. die zoo flink, zoo eerliijk. zoo hartelijk voor haar was. En een jon gen, die flink werkte; op zijn twin tigsten jaar had hij, van hetgeen hij zelf overgespaard, had. een zilveren chronometer gekocht! Nanine liet nem het reliquie z.ien, (lat haar is toegezonden na hot over lijden van haar kind en waarvan 70 nooit zal scheiden. ze zou Liever sterven van armoede En ze legt het horloge weer in haar kast. onder het stapeltje armelijk lin nengoed. Met de elbogen steunend op dc knieën, de kin op de hand rus tend. luistert de onbekende toe. tor- wij] hij heerlijk warm begint te wor den. dank zij het vuur. En gij. vroeg plotseling de oude vrouw, hebt ge uw moeder nog? Misschien wèl, maar ik weetniet wanr ze is O, mijn moeder lieefi Zich nooit veel om me bekommerd, zooals g;j om uw zoon Ik ben haar niet lang tot last geweest, daar is liet vondelingengesticht goed voor. Ach zegt Nanine slechts. En ze wordt verteedord door dit kind zon der moeder. Ze ondervraagt hem, wil iets van zijn leven weten. Hij is reservist. Zijn ambacht? Werkzaam aan de gasfabriek te Parijs. O te Parijs! zegt Nanine ver schrikt. Zijt ge daar bang voor? Men zegt. dat de menschen daar slecht worden. Hij lacht. Slecht? Wat d'e een slecht vindt, vormt het geluk van den ander. Ik begrijp u niet, zegt de oude. Ilij verklaart, zich niet, verder. Zijn oogen dwalen door het kleine vertrek dat hem, niettegenstaande de ar moede. heel aangenaam lijkt. - Kijk zei hij. als ik kon leven als gij. buiten, met. veel lucht en ruimte en ecu klein huisje voor mij, hoe. doet er verder niet toe, als men er maar de baas is. nu. dan zou ik e\rn goed oraaf kunnen zijn als een ander, zonder iemand iets te benij den. Daar gindsziet men te veel zaken en menschenen men heeft hot zelf zoo slechtDan komende verkeerde gedachtenwat zou het heerlijk zijn als die ons niet plaag dun! Maar komaan elk heeft zijn lot. Men moet met rijn ellebogenwer ken om zelf niet in de knel te komen. Gedurende den nacht helderde de hemel <>p. Toen de troepen moesten vi ^rekken was tiet koud. maar droog. Nanine is reeds vóór het aanbreken van don dag opgestaan om haar gast vaarwel te zeggen, Op het vuur houdt ze wat kruiden wijn warm, wat oen uitstekend mid del is tegen verkoudheid, 's Nachts is ze herhaaldelijk wakker geworden door het hoesten van den soldaat. Nu is hij zoo kortaf, zoo zenuwacb tig, zoo gehaast om te vertrekken, dat ze slechts ternauwernood haar war men wijn durfde aanbieden. Zij vergezelt hem een eind en ziet mot een gevoel van treurigheid de soldaten, nu mier vroolijk en uitge rust, vertrekken. Hé, Nanine. waar gaat ge heen? Ze antwoordt niet. maar gaat ver der met snellen stap. bijna dravend, den weg op, dien het- regiment ge volgd hc-eft,. Twee uren zijn ze voor Zal Nanine hen inhalen? Zij ondervraagt menschen, die ze ontmoet. De soldaten O, die zi]n al ver En Nanine. al huiten adem. loopt wat ze kan. Eindelijk zegt iemand op haar vraag De soldaten Die zijn daarginds, vink bij ze rusten. Ha 't Is of Nanine vleugels heeft. Zo voelt vermoeidheid noch de nu groo- ter wordende zonnewarmte, alleen is ze wat kortademig. Daar ziet ze de eerste geweerrotten. maar er komt al beweging in den troep de rust is bij na nfgeloopen. Plotseling schrikt ze. Iloe zal ze hem vinden Hoe hem te herkenner, onder al die uniformen? Herhaalde lijk vergist zo zich. Ze zocht stilzwij gend want wat zou ze moeten vragen aangezien degcen, dien zo zocht, zijn naam niet gezegd heeft Jlaar oogen staan angstig. Sommigen denken, dat ze niet goed bij haar 'verstand is en lachen, maar het kan haar niet sche len Als ze maar niet. erdcr gaan vóór zo hem gevonden heeft. Wel moedertje, wien zoekt ge? Wat wil) ge Dit vraagt een officier, die haar vreemde wijze van doen op merkte. Is uw zoon cr soms hij Zeg zijn naam maar dan zullen we u hem wijzen. Een zoon! Neenneenik wil Ze voleindigt niet. Dogeen, dien ze zoekt, is dóór. een eindje van haar af. achter den offi cier. Hij kijkt haar aan, met oogen vol angst.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1903 | | pagina 7