NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
In Zorg oh Druk.
21<> Jaargang. No. 6233.
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
MAANDAG 26 OCTOBER 1903. B
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN ADVERTENTIËN:
Voor Haarlem °R1E MAANDEN: l Van 1—5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Voor de^loTpeninden omtrek waar een Agent 'gevestigd is ('kom der Haarlem van 1-5 regels 0.75, elke regel meer 0.15. Reclames 30 Cent per regel.
gemeente)n 1.30 7'/ ffi Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Franco per post door Nederland1.65 V-Kleine advertentiSn 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen.
Afzonderlijke nummers0.02% i \j 'J F-J J v'A?
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0Ü37J^ Hoofdbureau en DrukkerijZuider Buitenspaarne No. 6.
de omstreken en franco per post „0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 122.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur .1. C. PEEREBOOM. Bijkantoor: Oroote Houtstraat No. 55. Telefoonnummer 724.
Abonnementen en Advertentien worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentien
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Ocnirate de Pubticitê Etrangtre O. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 31'Faubourg Montmartre.
Tweede Blad.
Haarlemsche
Handelsvereeniging
Goedgekeurd bij Kon. Besluit van
12 November No. 22, 1899.
De Haarlemsche Handelsvereeni
ging hier ter stede, opgericht 10 Mei
1902, heeft in den loop van den tijd
wel haar recht van bestaan bewezen.
In zeer veel gevallen, zaken van ver
schillenden aard betreffende, is zij op
getreden en dikwijls met groot suc
ces. Jammer echter, dat men alge
meen niet meer blijk geeft dit te
waardeeren door als lid der vereeni-
ging toe te treden. Er zijn wel meer
dan 600 leden, maar dat is niet vol
doende. Elk handelaar, neringdoende,
ja, zelfs particulieren moesten lid
worden om ten minste te laten gevoe
len, dat nten het werk op prijs stelt,
dat de Haarlemsche Handelsvereeni
ging steeds opneemt als doende, wat
hare hand vindt om te doen.
De voordeelen. die de Vereeniging
OPLICHTERIJ SD KWAKZALVERIJ
Het kan zeer nuttig zijn eens ken
nis te nemen van een stuk. geschre
ven door den heer Simon Versteeg
fabrieks-directeur te Nijmegen in de
Prov. Geld. Nijm. Ct. over een
bepaalden vorm van kwakzalverij,
reden waarom we dat stuk hier bijna
geheel overnemen.
Schrijver heeft het over Gratis
Medicijnen-Reclame
Het lust mij deze Amerikaansche
philanthropen, die zóó innig begaan
zijn met het lot van die zieke Hollan
ders. dat zij deze „gratis willen ge
nezen', even te ontmaskeren.
Voor ongeveer een paar jaar, toen
de eerste annonce in dit genre ver
scheen. meende ik. als lid der Ver
eeniging tegen kwakzalverij, eens te
moeten zien, welke menschenvrienden
hier aan 't woord waren.
Op een stukje papier drukte ik mijn
buiten hare bemoeiingen van verschil-«tempel zonder één woord schrift,
lenden aard haren leden aanbiedt, j sloot dit in een enveloppe en adres
zijn zeer vele en zeer groot tegenover seerde die aan het bekende Insti-
de geringe, jaarlijksche contributie
van ƒ2.50, die gevraagd wordt.
De Haarlemsche Handelsvereeni
ging bemoeit zich in de eerste plaats
tuut.
Al spoedig ontving ik een schrij
ven. dat ..mijn ziekte" was ingeschre
ven in de registers onder No. 299, dat
nds
er mede de belangen van hare leden die van zeer emstigen aard was, dat
te bevorderen door onwillige betalers ik bijgaande vragenlijst moest invul-
voor hen tot betaling aan te manen,len en direct per postwissel 25 over-
en informatiën voor hen in te winnen, i maken.
Bovendien hebben de leden het recht) De ..gratis medicijnen" bestonden
het hun gratis te verstrekken advies uit suikererwtjes, die bij onderzoek
van de rechtsgeleerde adviseurs derbleken te bestaan uit suikermeel en
Vereeniging te vragen, die ook inpepermuntolie, gekleurd met aniline,
procéduren en faillissementen gratiszooais men ze hier in eiken snoep-
voor hen optreden, natuurlijk alleen winkel voor 1 cent een handvol koopt.
voor zaken, betreffende den handel
en het bedrijf der leden.
Rechtsgeleerden, adviseurs der ver
eeniging zijn de heeren Mrs. Th. de
Haan Hugenholtz en H. Ph. de Kan
ter. Spaarne 24, alhier.
Het bureau der Vereeniging is ge
vestigd Lange Begijnenstraat 22.
Een pak echt Amerikaansch recla
me humbug van groote gebouwen enz.
maakte het pak volledig, 't Was een
ware papierberg.
Toen ik verzuimde de ƒ25 te zen
den. ontving ik kort na dit schrijven
een tweede, waarin ik nogmaals werd
gewezen op het ernstige van mijn
Voor incasso's door bemiddelingziekte en gezegd werd. dat 25 toch
der Vereeniging wordt een vast recht1 niet te veel was om mijn gezondheid
van 5 pCt. der vordering berekend. terug te koopen en dat eiken dag
Bovendien moet 10 ct. voor port steeds I wachten noodlottig voor mij kon zijn.
worden bijgevoegd, bij inzending van j enz. enz.
vorderingen door bemiddeling deri In dit geval zou men echter met
advocaten te innen. if20 tevreden zijn. mits ik het geld
De kosten van informatiën naar per omgaande zond. j
buiten de stad woonachtige personen Dit schrijven werd gevolgd door
bedragen 60 ct. per informatie plus een derde, waarin mij te kennen werd
6 ct. "porto-vergoeding. Informatiëngegeven, dat de loonen in Holland
naar binnen de stad wonende perso- j zeer laag waren en, daar ik waar- j
nen worden gratis verstrekt. J schljnlijk tot de minder gegoeden be-1
Pretentiën op buiten de stad wo-i hoorde (men probeerde toen op mijn
nende personen worden niet behan-eergevoel te werken), zou men mij
deld, wanneer niet 10 ct. voor porto- voor 15 evengoed genezen als een
niettegenstaande" wilde men mij toch
genezen, en nu voor ƒ5.
Welk een enorme menschenmin
spreekt uit dezen brief van 44 regels.
Toch had ik niet den minsten lust
5 te zenden. Ik dacht, nu zal de
grap wel uit zijn. doch zie. hun be
ginsel getrouw „Pluk wat je er van
plukken kunt", ontving ik 14 Aug. bij
gaan den brief, waarin men mij ver
weet mijn gezondheid te verwaarloo-
zen enz. enz. enz., doch men wilde
mij toch niet laten sterven, zoo ik
slechts per omgaande ƒ7.50 zond.
Waarschijnlijk is dit een schrijffout
en is met de 7 een 2 bedoelddit
klopt althans met den periodieken
afslag van alle voorgaande. Nu
wensch ik hier niets aan toe te voe
gen. doch vraag of dit niet het maxi
mum van brutaliteit is.
Welk verschil is er tusschen deze
brieven en wat de rechtbank noemt
„brandbrieven". Ik meen dit. dat de
schrijver van geen brandbrief nooit
zijn doel bereikt en voor zooveel jaar
de gevangenis in gaat, terwijl de
schrijvers van deze „brandbrieven"
honderden en duizenden guldens we
ten „los" te maken zonder dat eenige
Strafwet vat op hen heeft.
Mij zijn eenige personen bekend,
die. bang voor openbaarmaking, maar
steeds postwissels zonden en suiker
erwtjes ontvingen tot ze eindelijk be
rooid en geplukt bij een vertrouwd)
geneesheer moesten terecht komen.
Het feit, dat het aantal slachtoffers
nu waarlijk groot genoeg is, deed mij
besluiten de pen op te nemen, om
door middel van de pers, diezelfde
pers, die de machtige handlanger is
van al deze schandelijke praktijken,
zooals nog onlangs in Duitschland
is bewezen, den naar genezing zoeken
den toe te roepen Hebt gij medische
hulp noodig. gaat dan vol vertrouwen
tot een medicuis, tot den medicus
uwer ouders, raadpleeg hem in. met,
en over alles, waarin gij zijn raad
meent noodig te hebben. Hij, doch
ook hij alleen, is betrouwbaar en zal
u zonder bijbedoelingen bijstaan daar
waar bet uw hoogste goed, uw ge
zondheid geldt. Hij zwijgt, ook daar,
waar gij denkt, dat h'ij spreken zal.
Alleaanbiedingen van gratis medi
cijnen, gratis boeken, gratis medische
hulp, is een exploiteeren van uw
beursalles komt neer op geld zen
den, lang en veel.
Een Sociaal Sprookje.
vergoeding is bijgevoegd.
Ruim 1450 informatiën en rechts
kundige adviezen werden in het af-
geloopen jaar gegeven.
In Juni en Juli zijn 63 vorderingen
tot een bedrag van ƒ2091.035 betaald
ander voor 25.
De proletariër werd echter niet ge
prikkeld en zond geen ƒ15.
Daar ontving ik voor de vierde maal
een schrijven, doch ditmaal niet ge-
steld in den stijl van de vorige, doch
16 vorderingen worden afbetaald, 22in den vorm van een ultimatum,
vorderingen zijn uitgesteld. I Hierin werd ik gesommeerd 10te
Volgens art. 7 dient bet geheim der betalen voor gemaakte kosten „der
lijsten van wanbetalers ongeschonden I gratis medicijnen" ik moest dit als
bewaard te blijven. I bun laatste waarschuwing beschou-
Alle brieven aanvragen, reclames, j wen. Men hal zulk een behandeling
of wat dan ook, moeten worden ge-mijnerzijds niet verwacht en wat
adresseerd aan het bureau, dat ge-diens meer zij. j
opend is dagelijks van 's morgens 9Alweder deed ik niet wat zoovelen
tot 1 uur. en 's namiddags van 2 gedaan hebben, nl. maar sturen om|
tot 4 uur, 'waar dan ook verdere in-J van den last af te wezen, doch wacht-,
te op meer afslag.
En zie. In Sept. 1902 ontving ik'
weder een brief (ik sluit u de stukken
hierbij ter overtuiging in, daar de
brutaliteit aan het ongelooflijke
grenst)." waarin men zich beklaagt al
weer geen postwissel van 10 ontvan
gen te hebben, alsook geen antwoord
op de voorgaande brieven, maar ,,des
Yergaderlng van de S. 1). A.P. -
De heer A. H, Gerhard, laat
zijn vriend, een bewoner
van Mar$. iets vertellen.
lichtingen zijn te bekomen.
Men wordt geraden alvorens te le
veren aan
B. F. A. Buijs, in sigaren, Lange
Veerstraat 2A. Bijland, Ursula-
steeg 12 en J. H. van Gunsteren,
Barrevoetstraat 9 rood zich om inlich
tingen te vervoegen aan het bureau.
HET BESTUUR.
In de groote zaal van het gebouw
„Si. Bavo" was Vrijdagavond vanwege
de afd. Haarlem der S. D. A. P. eene
vergadering belegd, waarin als spreker
optrad de heer A. H. Gerhard, hoofd
eener school te Amsterdam.
Tot onderwerp zijner rede had spr.
gekozen Een sociaal sprookje."
En met recht het was dan ook een
sprookje, dat spreker zijn auditorium!
opdi5chte. De hoofdpersoon daarin was
een bewoner van Mars, die van dat he-j
mellichaam, waar alleen deze wet be
staat de roeping van den mensch is,
mensch te zijn op zekeren dag neer-1
daalde op de aarde en dan vertelt van
allerlei vreemde dingen, welke hij daar
zagvan de schrille contrasten, welke
hij daar aantrof, v.an de vele misstan
den en krankzinnigheden dezer be
schaafde maatschappij.
Vreeselijk schildert hij af het tooneel
dat hij daar zagin lompen gehulde
kinderen, van koude bibberendmen-
schen bijna zonder kleeren, terwijl de
magazijnen daarvan overvol lagenuit
gehongerde kinderen, met begeerige
oogen starende Qoor de ruiten naar rijk-
voorziene maaltijden in prachtige res
taurants, en die toch daarvan niets kre
gen, en het toch niet mochten nemen,
omdat nemen diefstal, een begrip dat
op Mars niet bekend was. En daar te
genover rijken, die niets deden en al
leen plukten de vluchten van slecht be
taalden aTbeid van anderen. En dan
wijst hij er op hoe armen wonen in
krotten en geen werk kunnen vinden,
hoewel er metalen, hout, steen enz. in
overvloed zijn, en er voor duizenden
nog werk te vinden is; hoe er misda
digers zijn die een lui en lekker leven
hadden in de gevangenissen, en hoe
d aanegenover weer stonden brave hun
plicht betrachtende spoorwegarbeiders,
die onmenschelijk lang moesten arbei
den voor een hongerloon en bij eene
poging om verbetering in hun toestand
te brengen met zware straffen werden
bedreigd.
Men ziet dus dat het geheele betoog
één bittere aanklacht was tegen de he-
dendaagsche maatschappij en eene ver
heerlijking van een heilstaat, zooals
spreker zich die voorstelt. De vorm,
waarin spr. echter zijn verhaal had ge
goten, was zoo aamtrekkeijk, dat alle
aanwezigen met volle aandacht naar
het sprookje luisterden, en aan het ein
de een warm applaus weerklonk aan
het adres van den heer Gerhardt, maar
niet minder aan dat van den door hem
.geïntroduceerden Mars-bewoner, die zij
nen oogen op aarde zoo goed de kost had
gegeven, en die op de wonde plekken
zoo juist den vinger had gelegd.
looze vrouw zich tot de betrokken le
vensverzekering-maatschappij durft wen
den. De maatschappij komt evenwel den
rechten toestand te weten. De rapporten
van den door de politie ontboden genees
heer en van den huisdokter kloppen niet
Op dien grond werd j.l. Dinsdag het
lijk opgegraven en in tegenwoordigheid
van de politie en enkele medici had een
onderzoek plaats.
Veel vrouwen erkennen het nut eener
levensverzekering niet genoeg, maar de
ze vrouw was er wat „al te erg" op ge
steld. Zij zal haar straf wel niet ontgaan.
Opgemerkt zij dat. wanneer de zelf
moord plaats heeft meer dan 3 jaren na
het sluiten der verzekering de bank wèl
uitkeert.
Uit de Omslreken.
Stadsnieuws.
Een hiznnder Drama.
Onze stadgenoote, mej. Fleischmann,
vestigt onze aandacht op het volgende
bericht "in „De Voorzorg"
„Een bizonder drama werd te Rotten
dam afgespeeld. Enkele weken geleden
n.l. maakt iemand door een revolver
schot een eind aan zijn leven. Een door
de politie omboden geneesheer consta- j
teert zelfmoord waarna het lijk wordt!
vervoerd naar het woonhuis van den j
overledene. Diens echtgenoote is natuur- j
lijk hevig verschrikt, maar tochzij
herinnert zich, dat door de levensverze
kering-maatschappij, waarbij haar man
verzekerd was, in dit geval het verze- j
kerd kapitaal niet zal worden voldaan.
En de vrouw, die zich deze uitkeering
niet gaarne wil zien ontglippen, heeft
den treurigen moed om alle bloedsporen
van het lUk te verwijderen, de opening
door den kogel veroorzaakt, zorgvuldig
te maskeeren, den overledene te voorzien
van andere kleedingstukken en alsof er
niets bizonders gebeurd ware, te zenden
om haar huisdokter.
Hem maakt ze wijs, dat haar man over
leden is aan 'n plotselinge ongesteld
heid. De geneesheer vertrouwt haar en
geeft eene verklaring, waarmede de eer-
Heeibstede.
Vergadering van den Gemeenteraad op
Vrijdag 23 October 1903 's avonds 8 uur.
Voorzitter de Burgemeester.
Afwezig de heeren v. d. Berg, Hoeker
en Crommelin.
Ingekomen is een schrijven van den
heer v. d. Weiden inhoudende de me-
dedeeling, dat hij zijne benoeming tot
wethouder aanneemt.
De voorzitter zegt dat hoewel de heer
v. d. Weiden, reeds in functie was ge
treden, het toch de eerste maal was dat
hij in een Raadsvergadering als wethou
der zitting had, .en hij niet'kon nalaten
daarover zijn blijdschap uit te spreken.
Ik koester den wensch, zegt spr. verder,
dat de heer v. d. W. nog lange jaren
de belangen der gemeente zal mogen
behartigen. Hij is niet de eerste v. d.
Welden, die als wethouder zitting neemt,
ook zijn vader maakte vele jaren deei
uit van het dagelijksch bestuur, terwijl
zijn voorvaderen worden genoemd als
schepenen van deze gemeente. De naam
v. d. Weiden is hier dan ook zeer ge
acht >en geëerd. Maar niet alleen zijn
naam, ook zijne eigenschappen hebben
gemaakt, dat de Raad v. d. Weiden heeft
aangewezen voor deze post van ver
trouwen. Ik wensch u veel zegen toe op
uw arbeid, aldus besloot spr.
De heer v. d. Weiden bedankt den
Voorzitter vervolgens voor de tot hem
gesproken woorden.
Punt 1. In behandeling komt de voor
1904 ingediende begrooting, sluitende de
ontvangsten en uitgaven tot een bedrag
van 38807.55. De inkomsten worden o.a.
als volgt beraamd, 40 opcenten op de
hoofdsom der belasting op de gebouwde
eigendommen 450010 opcenten op de
hoofdsom der belasting op de onge
bouwde eigendommen ƒ545 en 40 opcen
ten op de hoofdsom der belasting op het
personeel 9600. De belasting óp de hon
den Wordt geraamd op 425de op
brengst van het vergunningsrecht 900;
de schoolgelden worden geraamd op
550 de begraafrechten op 300 tollen
en straatgelden ƒ1400. De uitkeering
van het Rijk, overeenkomstig art. 1 der
wet van 24 Mei 1897 bedraagt 14044.55
de uitkeering van het Rijk overeenkom
stig art. 10 der wet van 24 Mei 1897
(Staatsblad No. 156) (tegemoetkoming in
de jaarwedde van Burgemeester en Se
cretaris) 475.
De uitgaven worden geTaamd o.a. als
volgtkosten huishoudelijk beheer
5639 50 invordering plaatselijke belas
ting 1140; jaarwedde opzichter, klok
luider enz. /335; onderhoud van huizen
torens, poorten, enz. ƒ1000; onderhoud
wegen, straten, pleinen enz. ƒ2452; las
ten 112.60openbare veiligheid /1104.
Andere kosten wegens de openbare vei
ligheid ƒ1925kosten der plaatselijke ge
zondheid politie /555; kosten lager on
derwijs 7392.50; kosten Armwezen
ƒ7730; renten en aflossingen ƒ5412.12';
pensioenen en wachtgelden ƒ373.03; an
dere uitgaven ƒ750.55'; onvoorziene uit
gaven ƒ986.24'.
Aangaande de besprekingen over de
begrooting kan nog het volgende wor
den medegedeeld.
Namens de finantieele commissie
wordi vóór de behandeling der begroo-
ting door den heer v. d. Weiden rapport
uitgebracht Daaruit blijkt dat der com
missie de heffing van 40 opcenten nog
al veel voorkwam, doch 5ij nauwkeurig
onderzoek was haar gebleken, dat dit
aantal onmogelijk kan worden vermin?-
derd.
Voorts achtte de commissie de post
voor de Glippervaart, waarvoor 300 was
uitgetrokken vrij hoog en werden daar
omtrent eenige inlichtingen door spr.
gevraagd. De voorzitter antwoordt bij
de behandeling den desbetreffenden post
dat die post hooger is dan het vorige
jaar, omdat de Glippervaart niet alleen
uitgediept moet worden, maar er ook
veel grond zal moeten worden uitgehaald
daar de kanten te smal zijn geworden,
en deze derhalve verbreed moeten wor
den.
De heer v. d. Weiden neemt daarmede
genoegen. Hij had echter gaarne gezien
dat deze omschrijving in de memorie
van .toeichtanig was opgenomen.
Voorts wordt besloten het weekloon,
van den wegwerker te brengen van ƒ8.50
of 9 en de lantaarns in den vervolge
met 1 Aug. in plaats van met 15 Aug.
op te steken.
De subsidie aan het Burg. Armbestuur
werd vastgesteld op ƒ4300.
Punt 2. Vervolgens wordt goedgekeurd
de begroot mg van het Burgerlijk Arm
bestuur 1904, sluitende m ontvangsten
tot een bedrag van 5354.35' en in uit
gaven tot een bedrag van 5286.85', aldus
sluitende met een voordcelig saldo van
67.50.idem eene suppletoire be-
grooting van dat armbestuur voor 1903,
bedragende in ontvangst en uitgaaf
2167.21'.
Punt 3. Daarna wordt op voorstel van
Burgemeester en Wethouders besloten
aan A van der Linden alhier onder-
handsch aan te besteden
a. het ledigen der drie in de gemeen
te aanwezige asch- en vuilnisbakken
voor een som van ƒ240.
b. het op diepte houden van de aan
de gemeente toebehoorende vaarten met
name de Wipper-, Bleekers- en Zand-
vaaxten ter gezamenlijke lengte van
pl.m. 3200 meter, voor eene som van 250
en voor het tijdvak van 1 November 1903
tot en met, 31 October 1904.
Punt 4. Tot lid der fiaantieele com
missie wordt benoemd de heer Peeper-
korn en wel in da plaats van den heer
Anth. van der Weiden, die tot wethouder
is benoemd en alzoo die functie niet
meer mag bekleeden.
Hierna wordt de vergadering gesloten»
F u 1.51 141» n.
Naur het Engelech
van
ROBERT MACHRAY.
56)
Voor zoover ik weet dezen mor
gen, hernam Eversleigh. VStfiittaker
vertelde mij, dat hij bij toeval een paar
minuten geleden in de kamer geko
men was. om een papier te halen, dat
hij dacht hier te zullen vinden. Hij
moest er echter een poosje naar zoe
ken. Toevallig zag hij nu een meta
len veer onder uit d^n Japanschen
doos steken. Natuurlijk onderzocht hij
nu den doos en zag de geheime berg
plaats, die, zooals hij verzekert, leeg
was, en ik heb geen reden daaraan te
twijfelen. Nu weet hij beslist, dat eis- j
teren die metalen veer er nog niet
uitstak.
Hoe weet hij dat zoo beslist?
Hij en één van de andere klerken
schijnen gisteren den doos nog ver
plaatst te hebben. En hij is over
tuigd dat één van beiden of allebei
dan de geheime bergplaats hadden
moeten zien. als ze open geweest was.
Daar maakt hij natuurlijk uit op, dat
zij geopend moet zijn, sinds hij den
doos gisteren zag. Hij denkt dat de
doos in den nacht door een dief geo
pend is. Ik weet niet, of hij werkelijk
zelf 'gelooft in deze theorie, het schijnt
bijna onmogelijk, dat een gewone dief
hekend zou zijn met het bestaan van
die geheime bergplaats.
Gilbert knikte toestemmend.
Wat denk jij er van? vroeg de
vader.
Deukt u dat Whittaker het bij 't
rechte eind heeft door te veronderstel
len. dat de geheime bererolaats dezen
nacht geopend is
Ja, dat geloof ik wel.
Maar dat hij mistast door te ver
onderstellen. dat zij door een gewo
nen dief is geopend.
Ja. Wordt er ooit bij kassiers
ingebroken? Ik wil niet zeggen, dat
het onmogelijk is, want er kunnen
papieren van waarde gestolen wor
den en zij zijn ook dikwijls het
stelen wel waard natuurlijk.
Maar als een dief het niet deed,
wie -deed het dan
Dat is de vraag, zei Eversleigh,
zijn zoon ernstig aankijkend.
Die de geheime bergplaats open
de, wast van haar bestaan af, ging
Gilbert voort, zijn gedachten verder
uitwerkend.
Ongetwijfeld. Hij was er van op
de hoogte en wist ook hoe haar te
openen.
Gilbert ontstelde plotseling, want
er kwam een vreemde gedachte bij
hem op. Zijn vader zag, dat hij de
reden daarvan begreep. De beide man
nen keken elkaar vreemd aan.
Maar twee menschen op de wereld
kennen haar bestaan, daarvan ben ik
overtuigd, hernam Eversleigh. De één
was de werktuigkundige, die haar
uitvond en in elkaar zette, en de
andere was
Cooper Silwood riep Gilbert uit.
Ja, Cooper Silwood.
En Silwood is dood dan zou ie
(dus zeggen, dat het de andere was.
Dat schijnt niet aannemelijk,
j Het is absurd. Wat zou de werk
tuigkundige te maken hebben met
papieren, die daar verborgen waren?
Neen. hij is 't niet geweest.
Gilbert zweeg.
Begrijp je mij vroeg Evers
leigh.
Silwood?
Juist.
Maar dat is onmogelijk. Dooden
openen geen geheime bergplaatsen, zei
Gilbert, maar er klonk iets vreemds
in zijn toon.
Neen. Dooden openen geen
heime bergplaatsen, maar levenden
doen hef wel. Silwood is niet dood
Hij leeft
Eversleigh zei dat herig opgewon
den.
Het schijnt onmogelijk.
Toch kan er geen andere con
clusie zijn. Als de vervaardiger van
den doos niet in aanmerking komt.
dan volgt daaruit, dat het Silwood
moet geweest zijn. Ik denk, dat hij
jhier den vorigen nacht geweest is
'en iets uit de geheime bergplaats
heeft gehaald, dat bijzonder veelwaar
de voor hem had.
Maai- het bewijs van zijn over
lijden?
Dat was valsch.
Er moet iemand naar Italië gaan.
zei Gilbert, om te trachten achter de
waarheid te komen.
Dan moet jij gaan. zei zijn
vader.
HOOFDSTUK XXX.
Ik vroeg Gilbert, in antwoord
op het onverwacht denkbeeld van zijn
vader, dat hij onverwijld naar Italië
zou gaan.
Ja, zei Francis Eversleigh. voor
zijn doen zeer gedecideerd. Ik kan
niets doen. Ik voel mij lichamelijk
en geestelijk totaal ongeschikt op het
joogenblik iets belangrijks te doen. Het
ontdekken van de geheime bergplaats
en het daaruit volgend vermoeden,
dat Silwood nog in leven is, schijnt
jmij op 'toogenblik weer eenige geest
'kracht te geven, maar dat gaat voor
bij. en ik voel mij zoo zwak en hul
peloos als een kindl Ik heb een ge
voel. ging hij voort, terwijl hij lang
zaam zijn hand aan hef, voorhoofd
bracht, alsof ik gek zal worden het
is een afschuwelijke gewaarwording.
Vadier
O, riep Eversleigh, dit alles zal
mij den dood doenDat weet ik
I Gilbert stelde zichzelf gerust niet
de gedachte, dat deze woorden het ge-
[volg waren van een reactie, en niet
[te letterlijk opgenomen moesten wor-
Iden. maar hij keek hem toch vol kom
mer aan.
I Geen wonder, dat u somher ge
stemd is, vader, zei hij op sympathie
ken toon. Welnu, ik zal naar Italië
igaan. ging hij op veranderden toon
Dat is goed. Bekommer je ver-
Jder niet over mij. Gilbert! Je moet
(dadelijk gaan. mijn jongen.
Ja. maar hoe zullen we nu met
Bennet? Wij hebben niet aam hem
[gedacht.
Ik zou denken, dat wij in dit geval
met hem geen rekening hebben te
houden. Ik zal den brief van 7::n
advocaat beantwoorden en zeggen,
'dat je bereid bent. als verdediger van
Bennet op te treden.
I Dunkt u dat het best?
j Wat anders. Gilbert?
Gilbert knikte ernstig.
Er is geen keuze, ging Evers-
lleigh voort. Maar het zal nog wel
wat duren, vóórdat de terechtzitting
plaats heeft, je zult nog wel eenige
weken den tijd hebben In dien tijd
kun je in Italië een onderzoek instel
len. Er is nog niets van te zeggen
het zal zeer moeilijk uit te vinden
(zijn.
j Eversleigh zweeg in gedachten ver-
[loren.
Zou u de politie er niet mee op
.de hoogte brengenvroeg Gilbert.
Eerst niet. Later misschien dat
zal afhangen van omstandigheden,
die wij niet kunnen voorzien. Over
(wat wij nu weten, zou ik stellig nog
geen woord tot de politie willen zeg
gen.
1 En hoe denkt u over het Bureau
'voor Buitenlandsch Inlichtingen?
Ja, dat is een goed idéé. Jezoudl
het verstandigst doen nu direct naar
Downing Street te gaan, om te zien,
of je Sir John. Manning. den onder
secretaris. dien ik zeer goed ken, te
spreken kunt krijgen. Ik zal je een-
briefje voor hem meegeven, en hem
vragen het je zoo gemakkelijk moge
lijk te maken. Alsjc hem zelf spreekt,
dan zou ik hem in vertrouwen ver
tellen. wat wij nu omtrent Silwood
gelooven tenminste als zijn manier
van doen tegenover je welwillend is.
Daarover moet je zelf oordeelen.
I Natuurlijk, zei Gilbert.
(Wordt vervolgd).