Binnenland
Staten-Generaal
Kameroverzicht,
Wegens de uitlandigheid van den
Minister van Binnenlandsche Zaken,
bleef de behandeling van de gemeen-
tevvetswijziging in de Eerste Kamer
gisteren achterwege, docli zij deed 3
belangrijke ontwerpen af zonder
stemming nog wel.
Het eerste was dat betreffende den
aanmaak van suelvuurgeschut. Eigen
lijke oppositie rees hiertegen niet,
hoewel de heer Van Alphen de over
haaste behandeling betreurde. Voor
dezen oud-krijgsman stonden echter
de belangen van de defensie op den
voorgrond en die deden hem over de
hooge uitgaven te eerder heenstappen
te meer waar hij, niet den Minister,
overtuigd was, dat Krupp ons dege
lijke waar zou leveren, voor de eerste
25 jaren ons een voldoende bewape
ning verzekert. De noodzakelijkheid
daarvan werd door generaal Bergan-
sius nog eens nader, met artilleris-
tisch-teclmische bijzonderheden over
de ontwikkeling van het geschut, in
het licht gesteld, en de Kamer over
tuigd, dat wij het geschut kregen,
wat na nauwgezette proefnemingen
het beste was gebleken.
Het tweede ontwerp betrof de her
ziening van de belastbare opbrengst
der gebouwde eigendommen, laatste
lijk door de Tweede Kamer uitvoerig
besproken. De gewijzigde schatting
der landbouwschuren kwam den heer
Welt wel geen ideaal-regeling voor,
doch geheele vrijstelling daarvan ver
dedigde hij evenmin, terwijl de heer
Dojes de regeling een compromis
noemde, want als de landbouw nog
eens bedrijfsbelasting zou gaan be
talen. kon hij van grondbelasting
worden vrijgesteld, wat z. i. 't meest
rationeel was. De Minister van finan
ciën, wiens wet dus eigenlijk onaan
gevochten bleef, had enkel met den
heer Stork een feitelijk buiten de orde
zijnd debat te voeren over de schat
ting van fabrieken te Almelo.
Wat eindelijk aangaat de wet op
de telefonen en telegrafen, de rege
ling daarvan werd ook in deze Kamer
goedgekeurd, maar niet zonder be
denking. Deze kwam evenwel niet te
gen wat de Minister had voorgesteld,
doch tegen het hem bij amendement
in de Kamer opgedrongen stelsel, dat
hem tot goedkeuring van de loonen
en arbeidstijden van de plaatselijke
telefoonnetten verplicht. De heeren
Vening Meinesz en Havelaar waren
van oordeel, dat dit moest leiden tot
staats-exploitatie van de gemeentelij
ke netten, want dat geen particu
lier nu meer de risico zou willen op
zich nemen van locale exploitatie on
der misschien bezwarende voorwaar
den. Alleen onder protest gaf de eer
ste, om de noodzakelijkheid der wet
telijke regeling, zijn stem aan het
ontwerpen de tweede gaf den Mi
nister den raad om nooit van staats
wege locale netten te houwen, dan
was één gevaar ten minste gekeerd.
Minister Oyens trachtte, de moeilijk
heden erkennend, de heeren gerust te
stellen. De meeste locale netten wa
ren er reeds, de hoofdzaak was voor
den staat goede intercommunale ver
bindingen te krijgen. En geen enkele
Minister zou de voorwaarden zóó
zwaar maken, dat particuliere onder
nemingen werden afgeschrikt. Een
subsidie-stelsel lachte den Minister
evenwel niet toedes noodig gaf hij
de voorkeur aan den bouw van locale
netten van Staatswege, evenwel ont
kennend, dat dit op den duur tot
Staats-exploitatie moest leiden.
De Kamer is tot 25 Januari geschei
den.
Het Weeshuis te Almelo.
Uit Stad Almelo wordt aan de „Zw.
Ct." gemeld van 7 dezer
De gewezen verpleegde in het Ned.
Hervormd Weeshuis alhier, W. N.,
werd onlangs, op geneeskundige ver
klaring van een medicus te dezer
stede, naar het krankzinnigengesticht
te Deventer gebracht, ofschoon het
dagelijksch bestuur dezer gemeente
weigerde, de kosten op zich te ne
men. op grond, dat de krankzinnig
heid niet gebleken was.
Thans vernemen wij uit goede
bron, dat de officier van justitie te
Zutfen een onderzoek naar de vermo
gens van dien jongen heeft doen in
stellen, tengevolge waarvan deze uit
het gesticht zal worden ontslagen.
Met de wegvoering van dezen per
soon nam het onderzoek naar den
toestand der weezen van het N. H.
Weeshuis alhier een aanvang.
Grof Yerzuim.
Langzamerhand komt te Chicago
de aap uit de mouw. In den loop van
het openbaar onderzoek, naar aanlei
ding van den schouwburgbrand inge
steld, hebben de directeuren van het
Iroquois-theater bekend, dat zij hun
ondergeschikten nooit eenige aanwij-
ziging gegeven hadden, hoe in geval
van brand op te treden!" en, wat nog
meer gewicht in den schaal legt, dat
tijdens de paniek alle nooddeuren, die
open moesten zijn, op slot zijn gel
ven.
Het gebouw, waar de republikeinen
elk jaar in Juni hun nationale verga
dering houden, is op last van de bouw-
politie tijdelijk gesloten.
Gestolen Juweelen.
Eindelijk zijn de juweelen van
Eugénie Fougère teruggevonden. De
rechter van instructie Dugardin heeft
zich Woensdag naar de gevangenis
begeven, waar de kamenier van de
vermoorde, mej. Giriat ziifli bevindt,
en heeft haar de juweelen vertoond,
die Robardet te Neuville-sur-Saóne ge
vonden heeft. De kamenier herkende
de sieraden onmiddellijk„Ja, dat
zijn de steenen, die aan Eugénie Fou
gère toebehoord hebben," zeide zij,
„en ook het taschje, waar ze in zit
ten". Toch ontbreken naar haar schat
ting nog voor een waarde van 300.000
francs aan diamanten. Op de vraag
van den rechter, waar zij meende, dat
die gebleven waren, antwoordde zij
„die heeft Landermann mee naar Pa
rijs genomen, waar hij ze aan Bas-
sot heeft gegeven, die tijd genoeg had
om ze te verkoopen."
Uit de Staatscourant.
Bij Kon. besluit is op zijn daartoe
gedaan verzoek eervol ontslag ver
leend, onder dankbetuiging voor de
daarin bewezen diensten, aan A. C.
Laane, als lid van het college van
regenten over de gevangenissen te
Haarlemen benoemd tot lid van
het colleee van i-egenten over de ge
vangenissen te Haarlem, F. B. A. van
Steenhardt Carré, luitenant-kolonel
provinciaal-adjudant in Noord-Hol
land, te Haarlem.
Enquête Spoorwegpersoneel.
De staatscommissie van enquête
omtrent het spoorwegpersoneel zal 11
dezer en volgende dagen vergaderen
om haar vei-slag vast te stellen.
IJs ougelukkeu.
Zekere F., van Watergang, is in het
Ilperveld nabij Landsmeer in een wak
gereden en verdronken.
Aangaande het verdrinken van
twee achttienjarige meisjes te Lange-
zwaag, waarvan de eene bij haar
ouders inwoonde, en de andere dienst
meid was bij den directeur der zui
velfabriek, meldt men nader aan de
„Leeuw. Ct."
's Namiddags twee uur vertrokken
zij van Langezwaag op schaatsen om
de hardrijderij te Gorredijk bij te
wonen. Op den weg derwaarts was
een groot wak, waar zij moesten af
stappen. Ze kwamen te Gorredijk aan
woonden de hardrijderij bij en ver
trokken van daar om half vijf, toen
het al aardig donker werd. Op de
terugreis schijnen ze door de duister
nis niet geweten te hebben, dat ze
dicht bij het wak waren en afstappen
moesten, zoodat ze er beiden inre
den.
Door hun lang wegblijven werdeu
de huisgenooten ongerust en men had
hoop dat ze met de tram van 9 uur
zouden aankomen, doch dit was niet
het geval.
Dadelijk begaf men zich naar Gor
redijk en daar bleek het, dat ze de
terugreis op schaatsen hadden aan
vaard. Men ging nu aan het zoeken
en 's morgens ongeveer 3 uur vond
men het eene meisje in 't begin en
het andere aan 't einde van het wak,
met een klein gedeelte van de japon
nog op het ijs.
De verslagenheid, die dit droevig
geval in de families en onder de
dorpsgenooten teweeg brengt, is niet
te beschrijven.
H. M. de Koningin schonk ƒ250 ten
behoeve van de Vereeniging Nationaal
Fonds tot ondersteuning van de na
gelaten betrekkingen van in Nederl.-
Indiê gevallen militairen.
Te Roermond heerscht in vrij he
vige mate de mazelen. Kinderen van
een tot zeven jaar zijn er over het
algemeen de slachtoffers van. zoodat
bijna dagelijks een sterfgeval is te
betreuren.
Uit de Pers
Dienstweigeri ng.
De Nederlander vraagt naar aanlei
ding van den open brief, dien prof.
van Rees heeft gericht tot dr. Kuyper,
om hem er over te kapittelen dat,
onder het tegenwoordig christelijk
Kabinet, gehandeld wordt in strijd
met hetgeen in Ons Program gelee-
raai-3 wordt over de vrijheid van ge
weten, volgens hetwelk de overheid
daarvoor altijd uit den weg heeft te
gaan, of een professor dan zoo wei
nig weet van ons staatsrecht, dat
het hem onbekend schijnt, dat over
de ingelijfde miliciens, die weigeren
op te komen, zoo min de minister van
binnenl. zaken als de premier een
in staatsrechtelijken zin niet bestaan
de betrekking iets te zeggen heeft;
of hij niet weet, dat de Nederlanders
nog altijd geregeerd worden door
wetten en niet door partij- of andere
programma's, en dat de ministers,
welke die wetten zouden willen op
zijde schuiven, daarvoor zeer gestren-
gelijk zouden worden gestraft.
Natuurlijk, zegt het blad, weet pro
fessor van Rees dat alles best, maar
wat beteekent dan dat beroep op per
sonen en uitspraken, die hier niets
ter zake doen, en wat te zeggen van
een professor, die het volk opwindt,
terwijl hij zeer goed weet, op wier
hoofd ten slotte de gevolgen dier op
winding moeten neerkomen? Vindt
hij den huidigen toestand verkeerd,
laat hij dan beginnen met tegen mq
wet zelve een beweging te doen ont
staan, maar niet zich aansluiten bij
hen die arme, verblinde menschen
sterken in hun verzet door het te doen
voorkomen alsof de regeering iets in
deze vermag.
Verder wenscht het blad na te gaan
of het waar is, dat de overheid altijd
moet wijken voor een gewetensbe
zwaar.
Zeer zeker, zegt zij, moet de over
heid een gewetensbezwaar, zoo liet
echt is, ontzien, ook al acht zij, het
ongerond. Maar ontzien is niet het
zelfde als er voor uit den weg gaan.
Dit laatste nu kan cn mag nimmer
als regel worden gesteld. Het zou niet
minder zijn dan de tentroonverhef-
fing der anarchie. De overheid, die
aan Gods Woord gebonden is en zich
daardoor laat leiden, weet dat 's men
schen geest zoo verdorven is, dat
zelfs zij die dat Woord aannemen
menigmaal de uitspraken van dat
Woord tot dekmantel in plaats va&
tot grondslag hunner handelingen
hebben gebezigd. Hoe voorzichtig zal
zij dan moeten zijn tegenover de ver
werpers van dat Woord
De Overheid, hoeveel eerbied zij in
't algemeen hebben moge voor 's men
schen geweten, en hoe voorzichtig zij,
gedachtig ook aan eigc-n feilbaarheid,
zijn moge in het terzijde stellen van
een gewetensbezwaar, is toch ver
plicht steeds de gegrondheid ervan te
wegen, vooral de gevolgen van het i
toegeven aan eenig gewetensbezwaar
na te gaan.
Of zal zij, uit eerbied voor gewetens
bezwaren, eenvoudig aan de dwalin
gen der naaktloopers toegeven? Zal
zij eiken hygiënischen maatregel moe
ten nalaten, zoolang iemand zich
daartegen verzet, omdat hij meent dat
God ook zonder menscfielijke hulp
middelen Zijn doel wel bereiken kan
en de mensch niet mag ingrijpen in
het Godsbestuur? Zal zij den een niet
beschermen tegen de inïïringerij van
den ander, zoodra deze zich door zijn
geweten tot die indringerij, zelfs met
miskenning van de door de wet be
schermde vrijheden der burgers, ge
drongen voelt? Moet zij het verbran
den van weduwen gedoogen. enkel
omdat dit strookt met het geweten
van den Balinees?
Ons schijnt het boven twijfel verhe
ven, dat de overheid nimmer vergeten
mag, dat zij voor aller recht heeft te
waken en dat voor haar dus steeds
de eerste vraag blijft of, door toe te
geven aan den eisch des gewetens
van den een, soms ook de rechtma
tige d. i. de door de wet te eerbiedi
gen en te beschermen belangen van
den ander worden gekwetst. Als on
zerzijds gewetensquaesties ter sprake
zijn gekomen, is dat dan ook nimmer
uit het oog verloren.
Dat nu, indien in het onderhavig
geval aan dien eisch werd. toegege
ven, óf een groot onrecht tegenover
den dan op te roepen milicien zou
worden begaan, óf het leger, tot
's lands verdediging noodig geacht,
in een ommezien zou verloopen, be
hoeft geen betoog. Is er mogelijkheid
om den bezwaarde diensten te doen
vciTichten, waarmee zijn geweten
vrede heeft zonder dat 's lands belang
daaronder lijdt, des te beter. Tegen
zoodanig ontzien van gewetensbe
zwaar zou in ons oog geen bedenking
te maken zijn. Maar verder kan en
mag o.ï. de overheid of de wet niet
gaan.
,Het Centrum" is van oordeel, dat
men in gevallen als deze niet anders
kan doen dan de bestaande wet toe
passen.
Vroeger was het, schrijft zij, een
„heiden-anarchist", zooals D. Nieu-
wenhuis zeide, die als dienstweige
raar optrad thans heet de weigeraar
een „christen-anarchist" of Tolstoï-
aan. In beide gevallen echter heeft
men te doen met personen, die in be
ginsel vijandig staan tegenoverstaat
en maatschappij. Wat zij willen komt
feitelijk neer op omverwerping van
de gevestigde orde. De belangen van
het vaderland, van de gemeenschap,
die desnoods met kracht van wapenen
moeten, worden verdedigd, laten hen
onverschillig althans in die mate,
dat zij daarbij hunne hulp weigeren.
Zoolang zij echter deel uitmaken van
die gemeenschap en van dat vader
land, hebben zij zich te onderwerpen
aan de langs rechtmatigen weg uitge
vaardigde wetten en voorschriften.
Wij hebben hier niet slechts te den
ken aan de moeilijkheden in de prac-
tija, welke het toegeven aan „ge
moedsbezwaren" van „dienstweige
raars" zou na zich sleepen, maar ook
cn vooral aan het principieel bezwaar
dat de Staat zwichten zou voor over
wegingen van „anarchistischen" aard.
Een „heiden-anarchist" of een „chris
ten-anarchist" staat evenmin boven of
buiten de wet als wie ook, en de ge
meenschap kan zich niet richten naar
hun speciale opvattingen. Uitvoering
der wet is hier het eenig mogelijke, al
kan het ons van harte leed doen, dat
deze of gene persoon, die te goeder
trouw meent, ernstige gemoedsbezwa
ren te hebben, daardoor met den straf
rechter in aanraking komt.
De Staat handelt in dergelijke ge
vallen uit zelfverdediging. Het gaat
om zijn hoogste belang, om zijn be
staan, zelf. Aan „anarchistische" idee-
en mag geen duimbreed worden toe
gegeven, wil hij zijn eigen fundamen
ten niet ondermijnen.
En ook heeft de regeering als zoo
danig niets te maken met hetgeen dr.
kuyper in vroeger jaren over „ge
moedsbezwaren" kan geschreven heb
ben wat thans weer door sprekers en
schrijvers tegen hem wordt uitge
speeld.
Dr. Kuyper is trouwens d e regeering
niet.
„Het Volk" meent, dat Jan Terwey
een conflict heeft doen ontstaan, dat
inderdaad voor eenige individueele
gevallen om een oplossing vraagt. Van
meer algemeene beteekenis acht zij de
zaak niet.
De jongelieden die met tegenzin en
gewetensbezwaar het soldatenpak aan
trekken, schrijft het blad, zijn thans
legio. De dienstweigeraars zijn weini
gen. De meesten achten, en zeker niet
ten onrechte, het geweten voldaan
door den aan allen gelijkelijk opge-
legden dwang, en nemen zich voor
met zoovele anderen den strijd te
voeren tegen het stelsel dat hen
dwingt. Blijkens de zeldzaamheid der
gevallen van dienstweigering onder
werpen ook vaak anarchistische jon
gelieden zich aan de door de wet op
gelegde verplichting
Voor den anarchist is velerlei wet
telijke verplichting niet zonder ge-
wetenspijn na te leven. O.a. het be
talen van belasting om den staat met
al zijn instellingen, ook leger en
vloot, in stand te houden. Toch hoort
men niet dat prof. Van Rees en de
heer Ortt, die nu Terwey zoo hoog
prijzen, zich aan den last en het on
gerief blootstellen, die een weigering
hun zou bezorgen. Zij hebben geen
ongelijk, want ze zouden er niets
meê bereiken. Maar dan rijst toch de
vraag of zij dezen jongen man wel
zoo mogen aanmoedigen, die even
min iets zal bereiken. Er is iets sym
pathieks in het offer, dat hij meent
te moeten brengen aan zijn overtui
ging. Maar de ervaring leert, dat de
maatschappij van dat individueele
verzet niet veel beter wordt, en daar
om vraagt men zich af of die over
tuiging wel genoeg rijp is, vooral om
dat anarchisten van meer gevorder
den leeftijd als rustige burgers de
hun onsympathieke wetten in acht
nemen.
Zoolang dus het anarchisme niet
voor den dag komt met een meer
algemeen plan van handelen, en
slechts nu en dan een brave borst de
uiterste consequentie uit zijn begin
nend denken trekt, draagt het geval
een louter persoonlijk karakter, en
is het niet noodig er veel algemeene
overwegingen bij overhoop te halen.
Wél daarentegen moet men verlan
gen, dat eerlijke jongens als deze niet
in de gevangenis terecht komen. Elke
geordende samenleving zal in zekere
mate dwang moeten opleggen, omdat
het individueele noodwendig onderge
schikt blijft aan het algemeen belang.
Maar naarmate de samenleving zich
moreel ontwikkelt, moet zij een uit
weg vinden voor uit eerlijk gemoeds
bezwaar gesproten conflicten. Men
heeft, als wij ons wel herin-i ^sn,
vroeger een jongen man die bezwaar
had de wapenen te dragen, voor hos
pitaaldiensten aangewezen. Moeilij
ker wordt het als ook tegen de uni
form dezelfde tegenzin bestaat. Maai
er moet toch wat anders gevonden
worden dan die drie maanden gevan
genis.
Kecktszaken
De plaat Tan Dr. Ku.vper.
Gisteren diende voor de rechtbank
te Dordrecht de zaak van P. G., si
garenhandelaar en colporteur van
„Het Volk", vervolgd wegens het ten
toonstellen der bekende plaat dr. Kuy
per, een werkman worgende. Deze
zaak was door den Hoogen Raad
naar de arrondissements-rechtbank te
Dordrecht terug verwezen.
Als verdediger trad wederom op
mr. Mendels, die in een uitvoerig be
toog bestreed, dat de plaat beledi
gend was en evenmin wilde aanne
men, dat beklaagde aan den belee-
digenden inhoud ruchtbaarheid had
willen geven. Beklaagde had niets an
ders bedoeld dan reclame, veronder
stellende, dat de heeren van de re
dactie van Het Volk" bij voorbaat
wel geoordeeld zouden hebben over
het al of niet beleedigende.
Het O. M. bleef bij zijn opvatting,
dat de plaat wel beleedigend was.
Uitspraak over 14 dagen.
Letteren en Kunst
Inhoud van Tijdschriften.
De Hollandsche Revue, redacteur
Frans Netscher, uitgave van Vincent
Loosjes te Haarlem. Het December
nummer bevat o.m. A. Labouchère,
frontispiece Wereldgeschiedenis, Be
langrijke onderwerpenVrouwenlees
musea in Holland, Een „verbeterd"
Gothenburger stelselHet Vagevuur,
Hoe en waar eenige spreekklanken
gevormd worden. KarakterschetsJ.
Jurriaan Kok. Revue der Tijdschrif
ten.
Eigen Haard. In de branding door
Marie de Negri. Kerstdagen in Noor
wegen, door mejuffrouw M.
Stok. Uit de historie der vertoonin
gen van Vondels Gijsbrecht van Aem-
stel door J. H. Róssing. Mijn fietsrok
door D. D. Een doode stad aan de
Zuiderzee door H. J. van Dijk. Feuil
leton.
Tijdschrift voor Armenzorg en Kin
derbescherming Hoeveel burgerlijke
armbesturen zijn er in Nederland?
Clara Jacobs Denekamp, The scatte
red or isolated Homes of Sheffield.
Binnenland Bedeelende Armenzorg.
De Aarde en haar VolkenRoma
Saera, naar het Duitsch van der Rein-
hold Schoener. Op den UitkijkDe
Zweedsche Zuidpoolexpeditie van Otto
Nordenskjold Hot Springs, een bad
plaats in het Rotsgebergte. Nieuwe
electrische spoorweg op den Vesu
vius. Van Japan's handel. Ontdek
kingsreizen in Zuid-Amerika.
Sport en Wedstrijden
Voetbal.
Morgen (Zondag) zal Haarlem voor
de 1ste klasse comp. B. spelen, al
thans als haar terrein dit toelaat,
tegen Hercules uit Utrecht.
Paarden.
Een nieuwe soort harddraverij. In
Noorwegen worden dit jaar op het
ijs vele harddraverijen gehouden,
waarbij de rijders van de paarden op
groote schaatsen staan en zich zoo
laten voorttrekken door de paarden,
in plaats van in een arreslede te zit
ten. („O. P.")
Gemengd Nieuws
Slillerand en zijn partij.
In de socialistische Petite Républi-
que wijdt Gérault-Richard een artikel
aan de uitzetting van Millerand. Gé
rault-Richard betreurt deze uitzetting
ten zeerste, en deze verklaring in een
hoofdartikel van het socialistische or
gaan is daarom van gewicht, omdat
ze pleit voor de gegrondheid der mee
ning van Millerand, tegen de Temps
uitgesproken, dat hij overtuigd is, bij
hooger beroep op het congres der so
cialistische partij daar gelijk te zullen
krijgen. Mijn vijanden kunnen ge
rust zijn, zeide Millerand, ik zal het
beroep niet doen.
Keerden zich de hoofdmannen van
Frankrijk thans tegen den oud-minis
ter, dan zouden die woorden groot
spraak moeten genoemd worden.
Maar de hoofdredacteur der Petite Re
publique betreurt deze uitspraak van
het departementaal bestuur der partij
en dat wel, ondanks dat deze niet
meegaat met de meening, dat Mille
rand aan den dag gelegd op 23 No
vember 1.1. Hij betreurt deze daad
van onverdraagzaamheid, omdat het
bewijst, dat de Fransche socialisti
sche partij toch nog altijd doortrok
ken is van den zuurdesem van het
katholicisme. De partij blijft de be
hoefte behouden, nu en dan een dog
ma uit te vaardigen, haar denkbeel
den scherp te ompalen en de ketters
uit te bannen. En als er ooit een par
tij is, zegt Gérault-Richard, die be
hoefte hééft aan verscheidenheid en
aan vrijheid om met een denkbeeld
voor den dag te komen, dan is het de
onze, die zich vleit, de andere partij
en voor te gaan op den weg van evo
lutie en vooruitgang. De partij zal
verstarren en Jfc gronde gaan, als zij
de hersenen gevangen zet in enge
leerstukken, en de gedachte breidelt.
De schrijver betoogt, dat Millerand,
door met de regeering mee te stem
men, niet tegen de socialistische
denkbeelden heeft gehandeld. Immers
de socialistische partij wil wel is
waar den internationalen vrede stich
ten en is voorstandster van de gelijk
tijdige ontwapening der volkeren,
maar er is geen sprake van, dat zij
zich zou hebben uitgelaten over de
rol, die Frankrijk daarbij zou moe
ten spelen. De minister van buiten-
landsche zaken Delcassé verklaarde,
dat Frankrijk mee zou gaan met voor
stellen tot ontwapening, die door de
buren mochten worden gedaan. Bo
vendien heeft Millerand die meening,
waarvan hij door zijn stem op 23 No
vember blijk gaf, meermalen reeds
verkondigd. Dat is het, waarop ook
andere bladen de opmerkzaamheid
vestigen. In 1893 heeft de thans uit
gezette socialist zelfs gesproken van
„het verminkte Frankrijk". Die uit
drukking op zich zelf, doelende op het
verlies der beide provinciën in het
Oosten, is al niet zuiver, maar wat
te denken van de rechtzinnigheid van
Millerand, die toen gezegd heeft, dat
men van het verminkte Frankrijk niet
vergen kon den eersten stoot te geven
aan een algemeene ontwapening. In
dien geest sprak hij ook in 1895 in de
Kamer.
De socialisten zijn het over 't alge
meen volstrekt niet eens met Mille
rand. Zij houden hef niet voor ver
nederend voor Frankrijk om de ont
wapening voor te stellen, integendeel,
gaarne zagen zij die nobele daad door
hun vaderland ondernemen. Zij mee-
nen. dat Frankrijk, door vooraan te
gaan in dit opzicht, zijn kracht en
zedelijke grootheid aan de wereld too-
nen zou.
Gérault-Richard betreurt het, dat
Millerand geen beroep zal doen op
het congres der partij. Hij vindt het
jammer dat de veroordeelde zich zoo
gemakkelijk dat vonnis laat aanleu
nen, het is een teeken dat Millerand
den familieband tusschen hem en de
partij niet sterk voelt.
Zeeziekte als bedrijf.
Dit nieuwe bedrijf geschiedt tegen
woordig als volgt
Plaats van handeling is een
stoomboot die van Frankrijk naar
Engeland vaart en Dover nadert. Het
is stormweer, de zee staat hol en het
schip slingert geweldig. Tal van pas
sagiers staan of zitten marmerbleek
op het dek, met heldenmoed strijden
de tegen een opkomend gevoel van
zeeziekte. Een schoone jonge dame
zit alleen op een bank en schijnt het
bijzonder kwaad te verantwoorden te
hebben. Men ziet het haar aan, dat
haar lijden steeds toeneemt.
Van tijd tot tijd geeft ze een klein
gilletje, draait en wendt zich en ziet
steunend, angstig om zich heen.
Haar lijden trekt de aandacht ha-
rer mede-passagiers, en ofschoon het
meerendeel der dames en heeren ge
noeg met zich zelf te kampen heeft,
is men algemeen bewogen met het
aardige jonge vrouwtje, dat zoo veel
ernstiger dan zij allen lijden moet.
Daar nadert plotseling een passa
gier het doodzieke dametje en zegt
op hoffelijken toon: „Mevrouw, ik zie
dat de zeeziekte u zeer ernstig aan
grijpt, mag ik u daarom een paar
mijner pastilles aanbieden? ze zul
len u goed doen
De dame aarzelt, doch de heer reikt
haar op vriendelijke wijze zijn bon
bondoos en dringt er op aan, dat ze
toch van zijn welgemeend aanbod ge
bruik moet maken, er bijvoegende
„Ik ben 4e uitvinder dezer pastilles,
Mevrouw, en juist op weg naar Enge
land om ze daar te introduceeren
in uw eigen belang dus, neem er een
paar en u zult over de uitwerking te
vreden zijn." Schuchter steekt de da
me haar handje in de bonbonnière en
neemt er al zuchtende en kreunende
een paar pastilles uit. Reeds na eeni
ge seconden springt ze op en roept
met stralend gezicht uit..Wonder
baarlijk - Wonderbaarlijkik ben
geheel beterDe andere passagiers
omringen haar en beschouwen ver
baasd het herstelde vrouwtje, dat ver
heugd uitroept„Ik heb een honger
als een wolfmeteen een voorbij-
gaanden kellner een paar broodjes
met vleesch afnemende en smakelijk
aan 't eten gaande.
De andere passagiers, bijna allen
onder den invloed van zeeziekte, ver
zoeken den uitvinder hen voor geld en
goede woorden ook in het bezit te
stellen van een doosje dezer wonder-
pastilles. Laatstgenoemde laat zich
vermurwen en reikt een honderdtal
doosjes uit, die betaald worden met
10 francs per stuk. 't Is wel een beetje
duur, doch zoo'n middel is goud
waard
Inmiddels heeft de boot juist Do
ver bereikt. De passagiers gaan haas
tig aan wal om den trein naar Lon
den te halen.
Slechts twee passagiers blijven te
Dover achterhet lieve dametje en de
groote uitvinder, die samen ergens op
hun gemak gaan zitten narekenen,
hoeveel winst de wonderpastilles deze
reis hebben opgebracht.
(Mdbl. t. vervalsch.)
Vervolg Stadsnienws
Gonden Jubilé.
Heden herdacht de heer J. W. Jen
ny Weyerman onder zeer vele blijken
van belangstelling den dag, waarop
hij vóór 50 jaren het onderwijzers
ambt aanvaardde.
Van alle zijden kwamen in betuigin
gen van sympathie, gelukwenschen, in
den vorm van kaartjes en telegrani vc
men, cedeaux, bloemstukken, enzit f
alle slechts dit ééne doel beoogendivoc
om hulde en dank te brengen aai w
den man, die gedurende een halvjoo
eeuw zijn beste krachten in dienst vaite i
het onderwijs heeft gegeven, die zici uil
steeds geheel heeft gewijd aan zijagei
leerlingen, van wie velen thans hoog, 0]
posities in de maatschappij bekletBlo
den. inu
Ook van deze laatsten, oud-leerliaral
gen, ontving de geachte jubilaris tie 1
van hartelijke bewijzen van deelns li'
ming in dit zoo gedenkwaardige feesm i
Niet minder echter gaven zijn t»ro
genwoordige leerlingen en zijn cojke
lega's heden uiting aan hun liefdedei
vriendschap en genegenheid, welkien
zij voor den jubilaris koesteren.
Het schoolvertrek was kwistitt e<
met vlaggedoek, draperieën en schife a
den versierd.
Omstreeks 11 uur werd de jubilarisieer
vergezeld van zijne familieleden, alte
daar ontvangen door het hoofd det o
school, den heer J. de Koele, en hed
onderwijzend personeel. it e
Nauwelijks had de heer Jennp.
Weyerman en zijn echtgenoote plaati
genomen onder een aangebrachte bai 1
dakijn, of de kinderen zongen hen de
uit volle borst het volgende Welkomst^
lied toe
ng
nee
Welkom Welkom, Jubilaris,
Welkom op uw schoone feest, Ln
Nu wij allen U omringen,
Allen opgeruimd van geest.
Ja, hier ruischt uit blij gemoed st<
U het kinderlijk welkom tegen, f v
Op deez' grooten dag van zegen ne.r
Jubilaris, wees gegroet, (bis). É>eb
Ja, wij wenschen dat Uw leven
Verder steecis gezegend zij,
Veel jaren zij U nog gegeven
Na Uw goxlden feestgetij,
Wandel steeds gezond en goed, yu
Met eer door Haarlem's dreven. yd
Blijf gezond Uw verder leven, lT19(
Jubilaris, wees gegroet, (bis).
Achtereenvolgens werd de jubila,rd
ris hierna toegesproken door deied*
heer Mr. Th. de Haan Hugenholtz, naêrd
mens het Gemeente-bestuur door dei ee
Arrondissements-schoolopziener, de:
heer P. Goedhartdoor Dr. H. Bron
gersma, namens de Commissie vaL
Toezicht op het Lager Onderwijs, diP^
allen in welgekozen woorden den ju
bilaris huldigden als een bekwaam ef D
ijverig onderwijzer, en hem danj ui
brachten voor hetgeen hij in het b»rl£
lang van het onderwijs en in datvai
de gemeente had verricht.
Hierna sprak de heer De Koek ofc-4-,
recht hartelijke wijze den jubilari?t
toe, en bood hem namens leerlinge!
en oud-leerlingen een prachtig!
schrijfbureau aan, met den wensctr0
dat het den heer Weyerman noj v<
vele jaren gegeven moge zijn daaraaPS!
rustig te werken. [ere
De heer Haverschmidt, namens divo
collega's sprekend, bood den jubilaérz
ris eene fraaie gravure, voorstellend^
een kalme September-morgen, aanon~j
met den wensch, dat zijn levensherfs,
hem ook nog vele kalme dagen zaj!'
mogen brengen. üs 1
Door de onderwijzers uit de sta(0^'
werd den jubilaris bij monde van deiter
heer Monteauban, een stoel met lamp
aangeboden, en ten slotte zongen dl
kinderen hem nogmaals een hartelijftl
toepasselijk lied toe, waarna de jc x
bilaris zichtbaar aangedaan, zijn we!
gemeenden dank betuigde aan allen
voor de overstelpende bewijzen valev;
belangstelling, welke hij alom moctfc c
ontvangen, in 't bijzonder aan deL -
heer J. de Koek, met wien hij gedup'
rende 38 jaren als vriend werkzaan
was geweest.
Hiermede was het officieele gedeeltrru
afgeloopen. i—-
Vermelden wij ten slotte nog, da>vei
de kinderen ruimschoots werden onbatc
haald, dat tusschen 12 en 1 uur velij.
ouders der leerlingen den heerWeyei
man de hand kwamen drukken, ei
dat verder op den dag nog vele cor
poraties o. a. van N. O. G.van d,
afd. Haarlem van den Óud-onderof£
cierenbond, van de afd. Haarlem val 1
Volksweerbaarheid enz., den jubilar^on
kwamen complimenteeren en hem g£j
schenken aanboden, dan hebben wjj.
in 't kori gememoreerd de viering va^ay
bet gouden jubileum door den heeem
Jenny Weyerman, voor wien dezeda^ja.
met recht tot een onvergetelijke is ge, ia
maakt. pil|
éelc
Prot. Kiesvereeniging. fpit
In de Vrijdagavond gehouden jaasaro
vergadering der Protestantsche Kie.<
vereeniging werd de heer J. H. Lie^ür
tinck gekozen als bestuurslid il „e
plaats van den heer J. B. Lasschuifogi
welke niet herkiesbaar was. Aan Lgspe
heer werd hartelijken dank betuigDin
voor zijne groote toewijding aan dr e
vereeniging gedurende 7 achtereetfdu
volgende jaren. Tevens werd besloter1^
twee afgevaardigden te zenden naa£r
de algemeene vergadering- der Ch^g0
historische partij te houden te Am^ j
sterdam op Maandag a.s. Uit de veiDoi
schillende verslagen bleek dat de ver,H.
eeniging wederom zeer is vooruitgd d<
gaan. e n:
jVri
Gedurende het jaar 190?or
zullen in het Museum van Kunstnij*.^1
verheid alhier verschillende Tentoon^'
stellingen gehouden worden. Ee:
zeer belangrijke tentoonstelling dej„
oorspronkelijke werken van een
meest bekende plakaten teekenaarfc
in het buitenland is in voorbereiding dj,
Zondag is de toegang kosteloos, [is i
fvl
Gevonden voorwerpeff: Cri
een vrouwenhemd.
Bekeurd. Wegens overtreding de;2a
drankwet werd een bierhuishoudejeid
bekeurd.
Par
Uit do Omstreken
-&lf
atie
On
BLOEMEND AAL.
Bloemendaalsche Muziekvereenigiiii Dc
Crescendo" te Bloemendaal. er c
Als vervolg op ons verslag van d Za
eerste uitvoering van deze vereenienli
ging, vermeld in ons nummer vai, Zo
gisteren, deelen wij nog mede, d2je<5
na afloop van het concert het wooR pa
werd gevoerd door den heer A. Kool 7
hoven, die namens donateurs et
kunstlievende leden het bestuur dart