RADIUM.
Wat is radium Een metaal, als
ijzer, lood, goud, aluminium, enz.
maai- van zoo bijzondere hoedanig
heid, van zoo wondere eigenschappen,
dat het bestaan er van een sprookje
lijkt.
In 1895 werd door professor Rönt
gen het bestaan van de X-stralen ont
dekt, een lichtbron, die den mensch
toestond door te dringen in ondoor-
zichtbare lichamen, opnamen te doen
van wat in het dierlijk lichaam voor
het bloote oog verborgen was. Eenige
maanden daarna leidde deze ontdek-1
king tot een andere, nog verwonder
lijker. Professor Becquerel, een
Franschman, deelde aan de geleerde
wereld mede, dat uranium een licht
bron bevat met dezelfde eigenschap
pen als de X-stralen, met dit onder
scheid echter, dat de nog onbekende
bron onuitputtelijk was.
Drie jaar later vond professor Curie
(ook een Franschman), met behulp
van zijn vrouw, den oorsprong van de
constante lichtbron. Het gelukte hem
den schakel te pakken, volgend op de
door Becquerel gedane ontdekking.
Uit het mineraal, waaruit het urani
um afgescheiden was, werd een nieu
we stof geïsoleerd, die dezelfde eigen
schappen bezat als de stralen door
Becquerel ontdekt, maar met een in
tensiteit, die twee millio en-ma al
grooter was.
Deze stof werd radium genoemd.
Als een bewijs van hoe groot be
lang die ontdekking was, hoe. de we
tenschappelijke wereld haar beoor
deelde, diene, dat het Instituut Nobel
aan professor Becquerel met het echt
paar Curie dit jaar een der Nobel
prijzen ten bedrage van honderddui
zend gulden toekende.
Welke zijn nu die bijzondere eigen
schappen van het zoo belangrijke me
taal
Men weet ze nog niet alle, maar
wat er tot heden van bekend is, be
loont ruimschoots het onderzoek.
De ontzettend hoogc kosten zijn wel
een belemmering. Duizenden kilo's
erts of mineraal zijn noodig om slechts
een luttele hoeveelheid radium in een
zijner verbindingen te isoleeren. Ver
bindingen, dat wil zeggen, dat de stof
het best vastgehouden kan worden in
een harer zouten, zooals b.v. keuken
zout een verbinding, is van het me
taal natrium met een chloride, waar
in men toch eigenschappen kan terug
vinden van het metaal.
De productiekosten zijn hoog, ten
minste tot heden. Voor 1 gram radium
heeft men meer dan 10 duizend kilo
mineraal noodig 1 gram radium heeft
nu nog een waarde van 75 duizend
gulden
Loont dit' wel het wetenschappelijk,
maar vooral het maatschappelijk be
lang, dat men er zich van voorstelt?
We zullen de tot heden ontdekte
eigenschappen van radium eens na
gaan.
Zooals gezegd, is radium een onuit
puttelijke lichtbron. Onuitputtelijk?
Neen, niet volkomen. Kort na de ont
dekking dacht men, dat de stelling
de in het heelal aanwezige energie, de
kracht, één massa, die in hoeveelheid
steeds gelijk blijft, zoodat wat aan
het eene lichaam ontnomen wordt,
aan een ander weer ten goede komt,
voorgoed afgedaan had. Immers de
kracht, de energie, de werking van ra
dium leek oneindig.
Intusschen is het tegendeel geble
ken. Niettemin, de bron is zoo rijk,
dat het is of zij altijd blijft vloeien.
De energie, die uitgaat van zelfs een
miniem klein deeltje radium is zoo
groot, dat zij onveranderlijk lijkt.
Men had gedacht met deze stof ook
het perpetuum mobile, de eeuwige be
weging te hebben bewezen, dat de
capaciteit, hoewel nauwelijks waar
neembaar, toch vermindert.
De radiumzouteu zijn nagenoeg-
permanent lichtgevend. Dit is al een
voorname eigenschap. En wel zooda
nig lichtgevend, dat zij met grooter
kracht dan de X-stralen liet effect te
weegbrengen van zonlicht. Bijvoor
beeld een gevoelige fotografische
plaat ondervindt den invloed van de
radiumstralen, al is zij ook afgeslo
ten door een ander voorwerp, onver
schillig welk. De kortere of langere
belichting van de plaat hangt af van
het voorwerp, dat haar afsluit.
Bij alle temperaturen blijft de uit
stralingskracht gelijk, van 252 gra
den onder nul tot 100 graden boven
het vriespunt en meer.
De radiumstralen zijn niet als de
gewone lichtstralen aan breking on
derhevig, wat met een prisma bewe
zen kan wordenzij gaan rechtuit,
zonder eenige afwijking.
Een zeer gering quantum radium-
zout, vermengd met een hoeveelheid
bindende stof, waarmede een of an
der voorwerp kan bestreken worden,
geeft een bijna voortdurende licht
bron, waarbij men zeer gemakkelijk
kan lezen.
Het radium is ook een zeer over
vloedige bron van electriciteit. Een
stukje zout, besloten in een glazen
omhulsel, vult dit constant met elec-
triciteit als een Leidsche flesch. Brengt
men, door aanraking van het glazen
tieve uit de aldus gevormde Leidsche
flesch, m. a. w. is b.v. het menschelijk
lichaam geleider, dan krijgt dit een
schok.
Het radium is ook een bijna onuit
puttelijke bron van warmte.
Plaats een thermometer in de na
bijheid van een stukje radiümzout
voortdurend wijst het instrument een
temperatuur aan 3 a 4 graden hooger
dan die in de omgeving.
Een zeer merkwaardig verschijnsel
bij radium is, dat het zijn eigenschap
pen meedeelt aan andere lichamen,
aan metalen, stoffen, vloeibaar of
vast, aan gassen, enz.
Deze eigenschap is het best te ver
gelijken hij die van muskus. Men weet
uit ondervinding, dat de reuk van de
ze stof zoo doordringend is, dat alles
in de nabijheid er als 'tware mee
besmet, van doordrongen wordt. Wel
nu, het radium deelt zijn lichtgevend
vermogen, zijn electriciteit aan alles
in de omgeving mede zonder zelf
schijnbaar in capaciteit te vermin
deren,
Maar, typisch verschijnsel alweer
de lichtkraclit, afgestaan aan die
voorwerpen, bezit niet meer de oor
spronkelijke eigenschappen, de stra
len zijn geen X-stralen meer, dringen
niet door.
Ten slotte eenige eigenschappen,
die, worden door de onderzoekingen
de vermoedens bewaarheid, van ont
zettend groot nut kunnen zijn voor
de lijdende menschheid.
Men heeft opgemerkt, dat een stuk
je radiurnzout (chloor- of broomver-
■binding) op het gesloten oog een le-
vendigen lichtindruk te weeg brengt.
Alle deelen van het oog worden als
'tware phosphoresceerend. Zou hier
in een hjjjde toekomst liggen voor on-,
ze blinden
Het menschelijk lichaam ondervindt
geen oogenblikkelijke gevolgen van dé
radium-stralen, maar een belichting
gedurende "cruimen tijd, van eenige
dagen, ontbindt de weefselser ont
staat een dusdanige wond, dat slechts
lange behandeling haar geneest.
Deze eigenschap denkt men met
succes te kunnen aanwenden bij kan
ker en lupus.
Dénk eens aan, als het der weten-
schap mocht gelukken deze vreeselij-
ke ziekten met goed gevolg te kunnen
bestrijden, dit alleen zou de ont
dekking loonen.
Geprojecteerd on de centrale zenu-1
wen veroorzaakt de inwerking van
radium-stralen verlamming en den
dood.
Zelfs een radium-serum zal vermoe-i
delijk den medicus niet onthouden
worden.
Professor d'Arsonval en dr. Bordas
te Parijs houden zich nu bezig met
inspuitingen in dierlijke lichamen
van een radium oplossing. Dit serum
zou het zwaard zonder genade, de
verdelger zijn van kwaadaardige ba
cillen.
Zou de ontdekking van bet radium
belangrijk genoeg zijn? We meenen
van wel.
We staan immers nog aan een
beginpunt.
Wie zag in de eenvoudige proeven
uit de prille jeugd der electriciteit,
bet aantrekken van stukjes pap'er
door wrijving van een pijp lak, onze
tegenwoordige krachtige dynamo's
de schitterende elcctrische verlichting,
de ontzettende snelheid bij electrische
voortstuwingskracht
Zoo zal het, met het radium gaan.
De bereiding zal minder kostbaar
worden' en daarmede de practische
i toepassing een reuzenvlucht nemen.
I In radium ligt een toekomst
DE PRIJS VAN HET RADIUM.
Uit Londen wordt aan de „Sehles.
J Zeitung" geschreven
j Tengevolge der nieuwe onderzoe-
j kingen van het Radium, is een sterke
(navraag naar dit kostbare element
gekomenniet alleen van artsen en
j geleerden, maar zelfs van particulie
ren.
De kleinste hoeveelheid, die verkre-
i gen kan worden, kost 120 gulden.
Eén der vennooten van de firma W.
Harrison Martindale, die den alleen-
j verkoop van het Radium in Londen
heeft, vertelde, dat in de laatste da-
I gen de aanvraag enorm was.
I In vergel ijking met het Radium zijn
j goud en platina spotgoedkoop. Bij
(den tegenwoordigenprijs van 120 gul
den voor 1/12 Gran (1 ..Gran gelijk
j aan 0.046 gram) kost een Eng. pond.
Radium 8.294.000 gulden, eenzent-
ner 829.440.000 gulden en een ton
16.588.800.000 gulden.
Om dus een ton Radium te koopen,
j moesten Pierpont, Morgan, Carnegie
i en Rockefeller al hunne papieren tot
geld maken en hun geld te zamen
brengen. Dan moesten zelfs zij nog
vele- millioenen borgen.
Deze hooge prijs komt daardoor,
omdat Oostenrijk den uitvoer van hei
erts, waaiin het Radium gevonden is.
verboden heeft.
De hoeveelheid Radium, die voor
1120 gulden verkocht worclt, hevind:
zich in een klein glazen buisje en zï-p
er uit als een grauwe stof.
In Londen was in den tijd v.an dit
bericht, slechts 20 gran, dus voor
2400 gulden in voorra.ad.
Wanneer dat verkocht was, was
i men bevreesd, dat er voorloopig niet
meer te krijgen zou zijn.
ALLERLEL
Een nieuwe Geneesmethode
Wie herinnert zich niet meer het
gerucht, dat in zijn tijd de man met
den vork maakte. De man amuseerde
zich aan tafel met de sabelslikkers
na te doen, door een vork in het
strottenhoofd te brengen, maar on
gelukkig liet hij hem doorglijden.
Wat moest hij beginnen met dat
voorwerp in zijn lichaam De ge
volgen van zijn ongeluk geleken een
roman. Ten slotte werd een operatie
onvermijdelijk geacht, die niet min
der opschudding heeft verwekt dan
het geval zelf.
Uit geneeskundig opzicht is de man
met den vork achtergesteld bij den
man met den spijker.
Wel is een spijker hebbelijker dan
een vork, maar de spijker van den
held, dien de ,,Société de Chirurgie"
in behandeling heeft gehad, verhuis
de naar de longen, waar hij minder
hebbelijk was. Ilij had geen ongun
stiger plaats kunnen uitkiezen voor
den ongelukkige, die hem herbergde.
Binnen korten of langen tijd zou de
dood volgen, moest de dood volgen.
En tlians loopt hij vrij rond, verlost
en heel gerust over de gevolgen van
dit ongeluk.
Het belang van deze genezing ligt
minder in de verwijdering van den
spijker dan in de wijze, waarop er
Dr. Guizen in het hospitaal van
Saint-Antoine toe kwam.
Den 15 October van het vorig jaar
was een vijf- en twintigjarig behan
ger druk met zijn werk bezig en had
daarbij eenige spijkers in zijn mond.
Een grap van een kameraad maakte
hem aan 't lachenhij lachte echter
niet lang, want hij voelde dra, dat
een der spijkers in de keel geraakt
was. Onmiddellijk volgde een gewel
dige hoestaanval, die een half uur
aanhield. De werkman liet zich dan
naar het hospitaal van Laënne bren
gen. Dr. Reclus deed onderzoek naar
het vreemde voorwerp in de lucht
pijpen en verrichtte met chloroforme
de gewone manoeuvres in zulk geval
schudden met het lichaam, kloppen
op de borstholte. Echter te vergeefs.
Hoewel het voorwerp in de borst
den bezitter nog weinig hinderde,
kon het toch spoedig doodelijk wor
den. Men raadde den behanger een
borstoperatie aan, om de luchtpijp
takken te onderzoeken. Het voorstel
maakte den ongelukkige razend. Hij
weigerde zich te onderwerpen aan
een operatie met bijna zeker gevaar
lijken afloop. Hij begaf zich naar het
hospitaal van Saint Antoine, waar
dr. Beclère hem met X-stralen onder
zocht.
Hoe dat in zijn werk ging, zullen
wij een ooggetuige laten verhalen
,,Dat onderzoek bracht aan 't licht,
lo. dat een spijker aanwezig was in
de rechter groote luchtpijp2o. dat
hij vast ingesloten zat in het lucht
pijpkanaal. De radioscopie toonde
aan dat hij met den kop omlaag lag,
een weinig rechts van den ruggegraat
op de hoogte van de zevende rib."
Het was dus zeker dat het vreemde
voorwerp in de luchtpijp zat. Maar
hoe het er nu te verwijderengedul
dig afwachten tot de spijker uitge
braakt werd, dit was den zieke bloot
stellen aan langdurig lijden met nog
geen half kans op genezing. Een
borstoperatie ondernemen, het zou
den man bijna zeker en onmiddellijk
den dood overleveren. Men stelde den
zieke voor en deze nam er genoe
gen mee een methode toe te pas
sen, die in Frankrijk nog niet be
proefd was in zulke omstandigheden
en te beproeven den spijker langs den
natuurlijken toegang uit te trekken.
De bronchoscopie, kortelings in
Duitschland uitgevonden, en door dr.
Guinez toegepast en verbeterd, was
hiervoor aangewezen.
De man met den spijker werd over
gebracht naar het laboratorium van
dr. Lermoyez, wiens assistent dr.
Guisez isdeze paste de hoogere
bronchoscopie toe.
Bij de vierde bewerking was de
zieke zoover, dat men een buisje van
8 millimeter in doorsnee in de rech
ter luchtpijp kon brengen. Bij de
zesde bewerking drong dat buisje
door tot een diepte van 37 centime
ter men zag toen duidelijk let
wel, men zag door de buis heen
den spijker op de hoogte van de split
sing der rechter luchtpijp. Ongeluk
kig was de electromagneet, voor die
gelegenheid vervaardigd, een weinig
te kort. Een hevige hoestbui belette
trouwens den voortgang. Maar de
spijker verplaatste zich en gleed ver
der en een nieuwe radioscopie van
Dr. Beclère toonde hem in 't midden
van de achtste rib.
Den 8 November besloot men de
tijdelijke tracheotomie toe te passen,
om te komen tot de inferieure hron-
choscopïe, die het gebruik van kor
tere buizen toelaat.
Men behoefde hiervan geen spijt te
hebben. Integendeel. Na enkele da
gen van rust voor den zieke, werd
op den 13 November de eerste be
werking met deze inferieure bron
choscopie begonnen. Spoedig kon een
buisje van 10 millimeter in doorsnee
en 5 centimeter lengte naar binnen
gebracht worden. De operateur her
kende de luchtpijpsplitsing, drong
door in de rechter pijp, „zag" het
innerlijke van een eerste vertakking,
ging verder, kwam in een tweede
vertakking en eindelijk in een derde;
daar zag hijop 1 of 2 centimeter
voor den ingang van de laatste, den
kop van den spijkerhij bracht den
j electromagneet naar binnen en bij
de eerste terugtrekking verscheen de
spijker, hangend aan den magneet.
De heele operatie duurde vijf minu
ten.
De zieke was gered.
Deze nieuwe operatie zal het idee
j wijzigen, dat men tot nu toe had van
de ziekteleer der luchtpijptakken.
Dit is de eerste maal, dat in
Frankrijk deze soort van operatie
is beproefd en tot een goed einde ge
bracht. Tot voor eenige jaren was de
behandeling van hinderende voor
werpen in de luchtpijpen bedroevend.
Men liet om zoo te zeggen den zieke
aan zijn lot over. Men beproefde
met tangen in het luchtvat te drin
gen, maar het resultaat dier manoeu
vres was wanhopig. Grootere waag
halzen openden de borstholte, maai
de resultaten waren al weer zoo wei-,
nig schitterend, dat men 100 sterf
gevallen op 100 operaties consta
teerde.
Competente geleerden zullen wel
de noodige commentaren leveren
over deze ontdekking. Wij bepalen
ons natuurlijk tot de vermelding van
't feit. Voortaan valt het verborgen
terrein, de luchtpijptakken, direct
onder het bereik van het oog van
den geneesheer, zooals bij den strot.
Het innerlijke van het menschelijk
lichaam zal dra geen geheimen meer
bezitten. Mag ook oorzaak en begin
van 't leven ons onbekend blijven,
wij zullen toch weldra zijn geheele
gebied kennen.
legd hadden, zich van hun geheelen
onverkoopbaren voorraad te ontdoen.
Zoo kwam het dan ook, dat dage
lijks een menigte heel of half ge-
Ivulde flesschen op tafel bleef staan,
welke dan als buit aan de talrijke
bedienden, rijknechten enz. ten deel
vielen. In de eerste dagen scheen hij
nog al te smaken maar later lieten
ook zij het zure vocht staan of goten
het lachende in het zand. Tegelijker
tijd vertoonden zich echter sporen
van dronkenschap onder het dienst
doend personeel. Deze teekenen wa
ren op den avond van den derden
dag bij den oppasser van den luite
nant von U. zoo duidelijk te bespeu
ren, dat zijn heer, welke veel van
een glas wijn hield, en door de ont
bering daarvan midden in het wijn-
land geheel uit zijn humeur was,
hem norsch toevoegde„Kerel, ik
geloof waarlijk, dat gij een roes
hebt
„Ik geloof het zelf, heer luitenant!"
antwoordde de oppasser„maar het
was waarlijk mijn schuld niet, want
ik heb nauwelijks een halve flesch
gedronkendoch de wijn was bui
tengewoon goed en sterk o zoo
sterk
„Goed sterk Daar hoorde de lui
tenant van op, en het scheen dat hij
begon te watertanden. Waar hebt J
ge dien van daan gekregen? Waar
is die te bekomen? Aan de officiers
tafel moeten wij ons met dien mise
rabelen drank vergenoegen."
„Ja, met de heeren officieren is dit
iets anders," zeide de oppasser glim
lachende, „die krijgen den wijn uit
de stad geleverd, maar wij
„Nu gij?" voerde hem de luitenant
tegemoet, „gij koopt hem misschien,
of krijgt gij hem uit den kelder van
het slot?"
De oppasser mompelde iets, als
wilde hij te kennen geven, dat zijn
heer het geraden hadintusschen
wachtte hij zich toch wel de vraag
ronduit met ja te beantwoorden, en
vergenoegde zich met te zeggen
„Wilt gij eens een fleschje uit onze
bron proeven? Ik kan er u terstond
een bezorgen."
„Nu, daar ben ik toch eens nieuws
gierig naar," zeide de luitenant, die
door dat vooruitzicht plotseling in
een goecle luim was gebracht.
De oppasser spoedde zich weg,
kwam na "verloop van een paar mi
nuten terug, haalde uit eene paar
dendeken een flesch voor den dag en
reikte ze zijn heer over. Deze be
schouwde de eenvoudige etiquette en
riep verwonderd Volney 1811
wel die naam belooft iets 1" Toen
haalde hij een kurkentrekker uitzijn
zak, die ieder goed officier in het
veld bij zich moet dragen, opende
de flesch en slorpte, met de gebaren
van een echten kenner, eenige teu
gen naar binnen. Nauwelijks was de
wijn over zijne tong gegleden, of zijn
gelaat helderde zich op. „Een koste
lijke drank!" zeide hij; „beter kan
de keizer hem niet in den kelder
hebben
Toen hij zijn eersten lust bevre
digd had, vroeg hij zijn oppasser nog
maals „Kerel, hoe kom je aan dien
wijn Dat is echte Nelctar 1"
„Als gij mij niet verraden wilt, zal
ik u de waarheid zeggen."
„Kunt gij mij nog meer van dien
wijn verschaffen."
„Dagelijks, zooveel als gij wilt
van dien of van andere soorten, die
even zoo goed zijn."
„Nu goed, dan geef ik u mijn eere
woord er op, uw geheim te bewaren."
Toen kwam de oppasser met zijne
biecht voor den dag. „Gij weet," zeide
hij, dat vóór den ingang van den
keizerlijken wijnkelder twee schild
wachten staan. Nu grenst echter de
stal, die mij en eenige andere rij
knechten aangewezen is, aan den zij
wand van dezen kelder en schijnt
daarmede vroeger door een deur ge
meenschap te hebben gehad. Deze
opening is thans, wel is waar, dicht
gemetseld doch het gelukte ons,
met weinig moeite, er zooveel stee-
nen uit te breken, dat een mensch
er door kan, en wij halen er dage
lijks zooveel uit, als wij en onze
goede vrienden noodig hebben, die
overigens het geheim niet kennen,
dat wij, die paarden in den stal heb
ben, getrouw bewaren.
De luitenant hield zijn woord, en
zoolang het hoofdkwartier te St.
Cloud "bleef, dat tot zijn leedwezen
nog slechts eenige dagen duurde,
werd de keizerlijke wijnkelder van
voren streng bewaakt, doch van ach
teren dagelijks trouw aangesproken,
zonder dat de schenker of zijn knecht
begrijpen konden, waardoor de be-
langrijke gapingen ontstonden, die
hunne aandacht natuurlijk niet kon
den ontgaan.
hoofdstraten zouden moeten bestellen.
In vele groote steden zijn bijna alle
bijkantoren met bestelling belast.
Berlijn bijv. bestelt niet alleen van
uit het hoofdkantoor, maar bovendien
nog van pl. m. 48 bijkantoren, welke
kantoren trouwens ook zelfstandig ex-
pedieeren. In 1889 bestelden de bijkan
toren van Berlijn per dag ongeveer
150,000 brieven, verdeeld over 12 be
stellingen. Het gevolg van het zelf
standig bestellen der kantoren is ech
ter, dat, daar in de groote steden het
getal stadsbrieven zoo enorm groot is,
de bijkantoren ook onderling in ver
binding moeten worden gebracht. Dit
nu is een der grootste bezwaren van
het bestellingssysteem immers, bij 12
bestellingen zullen de bijkantoren ook
onderling drukke dépêche-wisseling
moeten onderhouden. Om de dépêche
wisseling te bespoedigen en vooral de
werkzaamheden der kantoren te ver
lichten, heeft men in 1889 te Berlijn
de „Straszen-posten" ingesteld, een
soort rijdende postkantoren. Zij die
nen ora de bijkantoren op de snelste
wijze met elkaar, en met het hoofd
kantoor te verbinden en onder het rij
den voor verschillende richtingen dé
pêches te maken. Van 's morgens 10
uren tot 's avonds 7 uren rijden in
elf richtingen, om het uur de wagens
af. Gedurende den rit lichten de con
ducteurs de bussen, stempelen en sor-
teeren de brieven en ontvangen en ma
ken dépêches. De inrichting der wa
gens is de volgende de wagen heeft
een bijzonder onderstel, waarin, de
kast in een samenstel van slappe vee-
ren hangt. Die kast, ..het kantoor"
dus, is 2.26 M. lang, 2.11 M. hoog en
1.69 breed. Groot is de ruimte dus niet,
als men bedenkt, dat sommige vier
wielige postrijtuigen een vloeropper
vlakte van 9010 M. bij 2940 M. hebben.
De wagens worden door paarden
getrokken. Links naast de deur is een
brievenbus voor bet publiek aange-1
bracht. Zooals bij trams, geeft een
schild de richting aan, welke de wa
gen rijdt. De ramen zijn niet op zijde
aangebracht, maar de verlichting ge
schiedt door bovenlicht. De wagen be
vat een stempeltafel en paktafel,
voorts de noodige loketkastjes, stem
pels, een zakkenbergplaats en een
bergplaats voor waarde-zendingen.
Door een statistiek, in het eerste jaar
vau dezen nieuwen dienst gehouden,
kwam men tot de verrassende resul
taten, dat in dat jaar 70,000 brieven
door de „Straszenposten" waren ver
over anderen beleefdheidsgewoonten
van den adel na.
Het is door den oorsprong ook ver
klaarbaar, waarom de gewoonte nooit
tot de vrouwen is uitgebreid.
De voornaamste zeehavens der
wereld.
De voornaamste zeehavens der we
reld worden volgens de tonmaten in
twee reeksen verdeelddie, welke bii
't binnenzeilen der schepen boven de
twee millïoen tonnen gaan en die van
1 tot 2 millioen.
Volgens de jongst bekend geworden
cijfers, door het bureel van statistiek
te Antwerpen opgemaakt, moeten de
worden
1.
Londen
10.177.023 ton.
2
Hongkong
9.598.639 ton.
Z.
New-York
8.682.767 ton.
4.
Hamburg
8.682.707 ton.
5.
Antwerpen
8.425.127 ton.
6.
Liverpool
6.843.200 ton.
7.
Rotterdam
6.546.473 ton.
8.
Sjanghai
4.726.431 ton.
9.
Marseille
4.566.115 ton.
10.
Genua
4.325.458 ton.
11.
Kaapstad
4.245.602 toil.
12.
Lissabon
3.612,051 ton.
13.
Buenos-A.vr.
3.307.843 ton.
14.
Kopenhagen
3.111.512 ton.
15.
Algiers
3.035.131 ton.
16.
Breinen
2.984.410 ton.
17.
Melbourne
2.827.949 ton.
18.
Sidney
2.706.651 ton.
19.
Alexandrië
2.561.252 ton
20.
Barcelona
2.430.257 ton.
21.
Savannah
2.262.053 ton.
22
Havre
2.247.900 ton.
23'.
Triest
2.199.528 ton.
24.
Yokohama
2.036.218 ton
De
zeehavens van
de tweede reeks
volgens de belangrijkheid der tonma
ten. komen volgenderwij ze voor van 2
millioen tonnen tot 1 millioen
Nagasaki 1.964.700; Fiume. Phila
delphia, Amsterdam, Durban. Rio de
Janeiro, Duinkerken. Gothenberg,
Montreal, Odessa. Valparaiso, Vene
tië, Kroonstadt, Vera-Cruz, Calcutta.
Bombay, Riga. San-Francisco. Bor-
deau, Tampico, 1.009.001.
Afstanden in hot. heelal.
Buiten óns zonnestelsel weten wij
niet heel veel van het bestaan van
dergelijke zonnestelsels, ofschoon
deels vermoed, deels met zekerheid
bewezen wordt, dat sommige vaste
werkt. Hiervan waren 47,300 brieven I sterren donkere begeleiders hebben,
1 uur eerder, 15,000 brieven 2 uur eer-die evenals de planeten slechts
der en 8000 brieven 12 uur eerder be-?)vreemd" licht ontvangen. De veran-
steld dan onder de oude omstandig-1 derlijklieid in glans van vele ster
heden het geval zou zip geweest in Wjjst daarop zeer duidelijk. In
po&n"^aTerdlfnrtallóo^TroÏ!"0» VMl Stoter aantal zijn voor-
Ven in 1899 ingevoerd. Men had in j ^f^en van eigenlijke dubbelsterren
Weenen dat nu juist geen prachtige bekend, waarin zich twee zelflichten-
bestrating beeft, vooral veel moeite j de zonnen om elkaar bewegen en er
met het construeeren der wagens. Ein- zijn ook verbindingen van drie, vier
Een bewaakte Wijnkelder.
Toen in bet jaar 1815, voor den
slag van Waterloo, het hoofdkwar
tier van vorst Blücher te St. Cloud
stond, waren de talrijke officieren,
welke daartoe behoorden, in het
prachtvol keizerlijk slot gelegerd,
en aten aan de gemeenschappelijke
tafel die bij levering verzorgd werd.
Zij waren over de spijzen en hare
toebereiding volkomen tevreden. Met
den wijn was dit echter niet het ge
val. Deze werd insgelijks geleverd
wijl de schenker van het slot aan
vorst Blücher verzocht had het kei
zerlijk eigendom te sparen. Dit ver
zoek werd terstond ingewilligd en
voor den kelder, die met de fijnste
wijnsoorten ruim voorzien was, een
schildwacht geplaatst. Alleen hetbe-
noodigde voor den vorst en de hoog
ste officieren werd daaruit genomen.
Over de kwantiteit van den gele-
verden wijn, waarmede de andere
officieren zich moesten behelpen, viel
niet te klagen, maar des te meer
over de kwaliteitwant het scheen,
dat de leveranciers het er op toege
Strantpostkantoren.
tiet briefpostverkeer in de groote
steden neemt jaarlijks toe. Het gevolg
is, dat men overal te kampen heeft
met de technische bezwaren van den
besteldienst. Hier te lande wordt in
de groote steden nog steeds van uit
het hoofdkantoor besteld. Bij de vele
■voordeelen heeft dat toch ook weer
de nadeelen van verzwaarde diensten
van het bestellerspersoneel en het ver
tragen van de correspondentie. Vooral
de buitenwijken ondervinden de na
deelen van dat systeem van bestellen,
waarbij de buitenwijken van Amster
dam en Rotterdam nog in gunstige
omstandigheden verkeeren, daar m
Amsterdam de bestellers in rijtuigen
naar hun wijken worden vervoerd en
zij in Rotterdam van de tram mogen
gebruik maken. Echter schijnen onze
steden niet groot genoeg om er met
voordeel een ander systeem van be
stellen in te voeren. Slechts in de al
lergrootste steden schijnt het voordee-
lig zooveel mogelijk bijkantoren met
den besteldienst te belasten. Immers,
het samenstel van hoofdkantoor met
bijkantoren wordt zooveel gecompli
ceerder en het verdeelen in bestellings
kringen wordt moeilijk vooral daar,
waar twee bijkantoren in dezelfde
delijk slaagde men er toch in wagens
samen te stellen, waarin de beambten
zonder wagenziek te worden, konden
werken.
De dienst is verder geheel als in
Berlijn ingericht en wordt op 13 lij
nen uitgevoerd.
Meer algemeen dan de „Staszen-
posten" zijn in Duitschland de
„Tramwayposten". n.L een tram-
dienst uitfluitend voor Postvervoer.
of meer vaste sterren onder elkaar.
Intusschen zijn deze aan elkaar
geketende zonnen een stevig eind van
elkaar verwijderd; veel verder dan
een der bekende planeten van óns
stelsel. De aarde is van de zon ver
wijderd rond 150 millioen kilometer
Saturnus 1413 millioen. De dubbelster
Procyon bestaat uit twee wereld
lichamen, die 2573 millioen kilome-
De administratie heeft in het gewoneter van elkaar verwijderd zijn. Bij
tramnet der stad eenige goederenwa-de beide bestanddeelen van Siriuö
gens loopen. Bij het Hoofdkantoor is klimt die afstand tot 3139 millioen
een zijlijntje aangebracht, waar de kilometer.
wagens geladen en gelost worden. Op0ok d[t zijn intusachen betrekkelijk
gemakkelijke en goedkoops wijze ver- korte„ otstand die ook w'
voert men zoo vrachten voor het sta-1
tion. 't Is om de Duitschers te benij-1
Hou Miin st.plld zich voor te Amstei-I eiseI oii]\<
grenzen van ons planeten-
den. Men stelle zich voor te Amster- j sieisei ven want de verst van de
dam, een zijlijntje van den Dam naarzon verwijderde. Neptunus. staat op
het Hoofdkantoor en een van het sta-i een afstand van 4467 millioen kilo-
tionsplein naar het emplacement, en j meter. De algemeen bekende Poolster,
ruime, nette electrische postrijtuigen in het sterrenbeeld van den „Grooten
in één rit pakket- en brievenpost naar j Beer" is eveneens een dubbelster,
het. Centraalstation voerend. j maar- de beide hemellichamen waar-
Ten slotte nog iets over de straat- uit zjj bestaat, zijn over de 37 mil-
postkantoren in Amerika. Hier dienen Iiard kilometer van elkaar verwij-
zij niet tot instandhouding van een derd N oter js do ^aml tus-
satieSvan Ppostverkeer der SSSSlT'SS.'" ""t
den, ze zijn hier meer ver voerbare^ü^belstei Aldebaian m de
hulppostkantoren. Een „postmaster" »st(iei - die op 42 milliard kilometer
(brievengaarder) rijdt dagelijks metj1» bepaald en bij een dubbelster in
één postkar tusschen de postkantoren het sterrenbeeld Eridonus klimt dit
en houdt in alle dorpen en gehuch- j tot 70 milliard" kilometer,
ten en bij boerenplaatsen stil. Hij licht Ons zonnestelsel kan dus in ver
bussen,. verkoopt zegels, neemt brie- j gelijlüng met andere volstrekt geen
ven, postwissels, aangeteekende stuk-1 aanspraak maken op de hoedanig-
ken en pakketten aan en bestelt ze.jiei(j ..buitengewoon groot" te zijn.
Onze hulpkantoren met hun „wande- J
lende kantoren" lijken echter welzoo
goed.
Het afnemen van den hoed.
Over het afnemen van den hoed als
beleefdheidstoon, heeft dr. Labaude
uit Straatsburg in een studie in de
„Fleisersche Revue" een en ander mee
gedeeld.
Het gebruik is een overblijfsel van
het middel eeuwsche leenstelsel. De
Blinde darm-ontsteking.
In de „Deutsche Medizinische Wo-
chenschrift" bestrijdt dr. Villarat de
vaak gehoorde meening, dat de thans
veel meer dan vroeger geconstateerde
gevallen van blinde-darm-ontsteking
zijn te wijten aan scherfjes van ge-
émmailleerde pannen, welke in de
spijzen geraakt en mede opgegeten
zijn.
Die bewering noemt dr. V. onzin-
1 eenman stond niet alleen in dienst, nig en hij betoogt, dat er tegenwoor-
maar ook oncler bescherming van den j dig niet meer, maar veeleer minder
leenheer. Verscheen hij voor zijn j gevallen van blinde-darm-ontsteking
deur, dan behoefde hij zichzelf niet j voorkomen dan vroeger. Door vooruit
te beschermen. Hij mocht zich daar
om dan niet voorzien van weermidde
len. Verscheen hij gewapend voor zijn
heer, dan beteekende dat trots, gebrek
aan vertrouwen en aan eerbied.
Het belangrijkste beschermingmid
del was de helm. De leenrechtboeken
schrijven dan voor, dat de vazal voor
zijn heer niet slechts zwaard en mes
moest afleggen, maar ook het hoofd
moest ontblooten. De leenheer bleef
daarentegen in wapenrusting, zooals
nu nog bij de opening van den Rijks
dag de Keizer den helm op het hoofd
houdt, terwijl al de anderen het
hoofd ontblooten.
De plicht tot het afnemen van het
hoofddeksel bestond slechts aan het
hof van den leenheer, niet in het veld
of als de leenman in militairen dienst
van zijn heer was. Vandaar, dat het
afnemen van het hoofddeksel geen
militaire groet is. Het brengen van de
hand aan den helm is een symbool
van het afnemen.
Deze historische oorsprong verklaart
het verschijnsel, dat het afnemen, van
den hoed bij die volken gewoonte is.
welke het leenstelsel hebben gekend.
Bij de Oostersche volken Jjijv. is het
bedekken van bet hoofd een teelten
van eerbied. Voorts dat het groeten geleerd en.
door het afnemen van het hoofddeksel rust hare
gang in de diagnose worden thans
veel meer blinde-davm-ontstekingen
tijdiger bemerkt dan vroeger, toen
dikwijls de onzekere verschijnselen
dier ziekte aan eene leverziekte of
eene maagkwaal werden toegeschre
ven. De ontsteking van den blinden
darm leidde dan, voortwoekerend, tot
eene buikvliesontstekïng, wat tegen
woordig door eene tijdige operatie kan
worden voorkomen.
Ten bewijze van het door hem be
toogde deelt dr. V. eene militaire sta
tistiek mede, waaruit blijkt, dat sinds
1873 het aantal'gevallen van blinde
darm-ontsteking in het leger 70 pro
cent is toegenomenmaar dat daar
entegen de gevallen van leverziekte
64.2 pet., van buikvliesontstekïng 70.2
procent en van chronische maagkwa
len 79.9 procent zijn afgenomen, ter
wijl het aantal dier vier ziekten te za
men in dien tijd is verminderd met
44.5 procent.
Het blijkt dus, zoo besluit hij, dat
de toename der blinde-darm-ontste-
kingen slechts schijnbaar is en alleen
is toe te schrijven aan eene juistere
diagnose, dat dientengevolge het aan
tal van andere ziektegevallen is afge
nomen, dat de doktoren meer hébben
dat de huisvrouwen ge-
geëmmailleerde pannen
alom gebruikelijk is geworden tus-kunnen blijven gebruiken want van
schen personen die tot de lagere klas-1 emailscherfjes zal men geen blinde-
sen der maatschappij behoorden. Deze darm-ontsteking krijgen,
bleven steeds buiten de leenverhou- Er is nooit een bij eene operatie ge
ding staan en volgden slechts tegen-, vonden.