NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD. De Erfgenaam van het Majoraat. 21e Jaargang. No. 6316 Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. WOENSDAG 3 FEBRUARI 1904 HAARLEM S DAGBLAD ABONNEMENTEN PEK DREE MAANDEN? Voor Haarlem ...„c c 1.20 Voor de dorpen m den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente) j, 1.30 Franco per post door Nederland w 1.65 Afzonderlijke nummers 0.02% Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem 0.37% de omstreken en franco per post 0.45 Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem van 15 regels 0.75, elke regel meer 0.15. Reclames 30 Cent per regel. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen. Hoofdbureau en Drukkerij: Zuider Buitenspaarne No. 6. Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 122. Bijkantoor: Groote Hontstraat No. 55. Telefoonnummer 724. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 31bls Faubourg Montmartre. Haarlem's Dagblad van 3 Februari bevat o.a. Buitenlnndsch Overzicht, Nieuws uit Haarlem en Omstreken, Kamer overzicht, Binnen].- Sport- en Gemengde Berichten. Buitenlandsch Overzicht Varia uit het VERRE OOSTEN zullen we in 't vervolg de elkaar te gensprekende Oost-Aziatische berich ten maar noemen, waarvan Enge land de groote leverancier is. Hier volgt een en ander. De correspondent van de Daily Mail te Tsjitoe seint, dat de Japan- sche regeering voor het troepenver voer ruim honderd transportschepen heeft afgehuurd en tallooze andere vaartuigen. Te Sasebo liggen 28 trans portschepen en 30 oorlogsschepen, te Takesjiki 40 transportschepen met troepen, die, naar het heet, bestemd zijn voor Antoeng. Ettelijke gehuurde stoomschepen worden als hulpkrui sers ingericht. Te Simoneseki komen in menigte levensmiddelen aan en worden doorgezonden, men weet niet waarheen. De regeering laat geen buitenlandsche correspondenten bij de eerste expeditie naar Korea toe. Jon ge heethoofden roepen luidkeels om dadelijk Rusland den oorlog te ver klaren en beschuldigen de ministers en oudsten, die den vrede handha ven, vooral Ito, van landverraad. Ook verlangen zij dat 400 mannen in Japan, in wie zij Russische spionnen zien, ter dood gebracht worden. Over het algemeen neemt in Japan de nei ging toe om in iederen vreemdeling een Russischen spion te zien. Ette lijke vreemdelingen zijn er al ,het slachtoffer van geworden. De finan- cieele kwestie schijnt nog onopgelost. De bankiers vreezen, dat Japan bui tenslands geen geld zal kunnen krij gen, deels als gevolg van het optreden der regeering tegenover buitenland sche verzekering-maatschappijen, het welk thans betreurd wordt. Over het opbrengen van het Russisch stoom schip Argoen naar Tsjemoelpo heet het dat het s^hip zich buiten de on zijdige wateren bevond. De gezagvoer der van het Japansche oorlogsschip kreeg argwaan door de bewegingen van de Argoen. Toen dit schip wei gerde te stoppen, schoot hij er op, en vervolgens zond hij een afdeeling troepen om het schip te doorzoeken. De Daily Telegraph verneemt uit TokioDe nieuwe kruisers worden hier den lOen Februari verwacht. De Daily Telegraph verneemt uit SjanghaiDe onderkoningen en gou verneurs der zuidelijke provinciën dringen er bij de Chineesche regee ring op aan, om met Japan samen te gaan, als Rusland weigert Mant- sjoerije te ontruimen. Het verluidt, dat de Russen Kingtsjou hebben bezet. Rusland heeft in China veel steenko len besteld. Naar het Journal der Débats uit Berlijn verneemt, heeft de Russische regeering, wel verre van oorlogssche- pen te willen 'koopen, aanbiedingen van dezen aard, van verscheiden bui tenlandsche werven afkomstig, van de hand gewezen. Dit bericht van gezag hebbende zijde wordt als een vrede lievend voorteeken beschouwd. Een Japanner in ambtelijke betrek king te Londen, en vertrouwd met alle bijzonderheden der onderhandelingen, had gisteren een onderhoud met Reu- ter's vertegenwoordiger. Hij zeide, dat Japan vastbesloten was. een schrifte lijke verzekering te eischen ter zake van China's gezag over Mantsjoerije. Het zou op andere punten in wijzi gingen kunnen toestemmen, maar in dien dit punt niet toegegeven werd, zou Japan, welke tegemoetkomingen er overigens gedaan mochten worden, de onderhandelingen afbreken, en de vrede zou niet bewaard kunnen blij ven. Zij, die zeggen, dat aan Japan de raad gegeven is de zaken niet te ver te drijven, weten niet goed, wat er gebeurd is. Engeland verlangt wel is waar zeer naar het behoud van den vrede, maar het weet evengoed als Rusland, wat Japan's laagste en niet te verminderen eischen zijn. De vertraging in het afzenden van Rusland's antwoord is een teeken, dat er een laatste worsteling plaats grijpt tusschen de vredespartij en de oor logspartij in Rusland. Men gelooft, dat eerstgenoemde de overhand zal behouden. Het Russisch blad Nowoje Wremja schrijft De mogelijkheid van een schikking met Japan over Korea is te vinden in een verdeeling van het land in krin gen van invloed. Japan zou het Zui delijke, Rusland het Noordelijke ge deelte van het land tot zijn beschik king krijgen. Verder Zuidelijk dan tot den 39en breedtegraad, d. i. volgens een lijn, van Port Arthur getrokken, naar Gensan (Port-Lazaref, aan de Oostkust van Korea), gaan Rusland's handelsbelangen niet. Zuidwaarts van deze lijn zou het land in oeconomisch opzicht aan Japan overgelaten kun nen worden. In geen geval echter zou Rusland dulden, dat Japan in dit ge bied versterkingen opwierp, dig, in dien ze aan de kust ontstonden, de verbinding tusschen Port Arthur en Wladiwostok zouden bedreigen ter wijl versterkingen binnenslands een gevaar zouden vormen voor den Rus sischen handel in het Noorden van Korea en in Mantsjoerije. Dat zouden ten aanzien van Korea Rusland's voorstellen zijn, waarvan men te Pe tersburg niet wil afwijken. Van ambtelijke zijde te Petersburg wordt verzekerd, dat dit artikel van het Nowoje Wremja" niet door de regeering geïnspireerd is, maar de Petersburgsche correspondent van de „Kölnische Zeitung" zegt reden te hebben om aan te nemen, dat deze beschouwingen niettemin ,,tot zekere hoogte en in het algemeen" de mee ning van de meeste invloedrijke per sonen weergeven. Dat Rusland, zoo zegt deze corres pondent verder, voordat het behoud- van den vrede zoo -goed als zeker is, zijn krijgstoerustingen niet staakt, spreekt van zelf, en behoeft geen re den te geven tot onrust. De correspon dent somt dan een aantal militaire en strategische maatregelen op. die in den laatsten tijd genomen zijn. Zoo zal de minister van spoorwegen prins Chilkof binnenkort naar Siberië ver trekken om zelf toezicht te houden op de regeling van den overtocht der mi litaire treinen, die geschut, munitie, proviand enz. naar het oosten bren gen, over het Baikal-meer. Men weet dat de Siberische spoorweg in tweeën gesneden wordt door dit groote meer de verbindingslijn langs den zuidelij ken oever is nog bij lange na niet ge reed. Ook zijn dezer dagen twee ad- miraals naar Oost-Azië vertrokken, een van lien was admiraal Mollas, bevelhebber van het, inmiddels ont- bondene, smaldeel der Middellandsche zee Mollas werd voor zijn vertrek door den Tsaar in gehoor ontvangen. Grootvorst Sergius, gouverneur-gene raal van Moskou, is naar Petersburg geroepen, om raad te geven in drin gende. zaken, zijn militaire district be treffende. Maar de geruchten van troepenuitzending op groote schaal, gelijk bijv. de ..Daily Telegraph" die verspreid heeft volgens -welke uit de militaire districten Kief, Charkof en Odessa reeds 85.000 man naar het oosten onderweg zouden zijn, kunnen als geheel onjuist beschouwd worden Het vervoer van dergelijke troepen massa's zou niet onopgemerkt kunnen blijven. Voor zooveel men weet heb ben tot dusver alleen het 17e leger corps (Moscou) en het 10e (Charkof hevel ontvangen, zich voor te berei den op uitzending, en deze corpsen zijn ook op oorlogssterkte gebracht en geheel gereed. De kwestie van de Aziatische werk krachten voor de mijnen in ZUID-AFRIKA is nog niet van de baan, maar zal. wil men een telegram uit Londen aan de.,,Temps" gelooven, heden in den Wetgevenden Raad van Transvaal worden uitgemaakt. De eindstemming zou namelijk van daag plaats hebben. De wet, die daarop uitgevaardigd zal worden, treedt onmiddellijk in werking, zonder bekrachtiging door de regeering van het moederland van noode te hebben. Deze laatste heeft het recht van veto, maar sedert 1707 is er geen voorbeeld van, dat men van dat recht gebruik gemaakt heeft als het een zaak van koloniaal belang betrof. Stadsnieuws. Een vraag. In de oorspronkelijke concessie aan de E. N. E. T. is verzuimd, te bepa len, dat de Maatschappij belast zal zijn met het onderhoud der bestrating van hare baan. In de afdeelingen van den Raad is ter sprake gekomen, of dit verzuim thans, nu er sprake is van overdracht van de Haarlemsche Tram aan de E. N. E. T-, niet hersteld kan worden. Burgemeester en Wethouders ant woorden daarop in stuk No. 7, van 14 Januari 1904 ,,Ons College meent, dat de gemeen- ,,te geenen eisch kan stellen, die een „rechtgeaard particulier in strijd met „de billijkheid zoude achten." Met andere woordenB. en W. achten het niet billijk, om hij deze gelegenheid de algemeene voorwaar den van de oorspronkelijke concessie uit te breiden. In ditzelfde stuk No. 7 evenwel ge ven B. en W. hun voornemen te ken nen, om den concessionaris alsnog bezwarende voorwaarden op te leg gen aangaande werkmanstrams en uitbreiding te verlangen van het aan tal vrijkaarten. Hiermee worden de algemeene voor waarden van de oorspronkelijke con cessie wel degelijk uitgebreid. Zijn deze nu niet in strijd met de billijkheid Rijkspostspaarbank. Aan het postkantoor Haarlem en de daaronder ressorteerende hulpkan toren werd gedurende de maand Januari 1904 ingelegd f 122938.88', te rugbetaald f 104071.52. Het laatste door dat kantoor uit gegeven boekje draagt het nummer 31117. DE H.B.S. YEREENIGING. Een helverlichte schouwburg, met een talrijk publiek, opgevroolijkt door veel lichte toiletjes en vroolijke jonge gezichtjes, dat was de omgeving, waarin de Vereeniging H. B. S. Maan dagavond haar uitvoering gaf ten voordeele van Toynbee en van de Ver- eeniging voor Kinderkleeding. Verschillende medespelenden, jonge meisjes en jongelui, maar een pro gramma zonder namen. Deze gepaste bescheidenheid van jeugdige dilettan ten mogen wij zeker niet bederven door hier namen te noemen, maar een enkel woord over de uitvoering zelf moge hier een plaats vinden. Ze was verdeeld in tweeën voor drachten in het eerste gedeelte, het Anachronistisch kluchtspel Frans Hals van Van Eeden in het tweede gedeelte. Voor afwisseling was ge zorgd een quatremains voor piano opende de voordrachtenrij, een aar dig geblazen fantasie op Faust voor fluit met een verdienstelijk piano- accompagnement, dan een vioolsolo, die zeer bekoorde verdienen bijzonder lijk genoemd te worden. Maar vooral en in de eerste plaats de geestige dia loog met zang „Voorheen en Thans waarin de ouderwetsche ideeën van een bejaarden schoolmeester botsen tegen die van een vrouwelijke H. B. S. leerling, uit welke botsing de auteur (wij zouden moeten zeggen de „autrice" als dat een woord was) zóó veel vonken van vernuft had welen te slaan, dat de toehoorders er om schaterden en aan het einde de twee uitvoerders zoo toejuichten, dat deze, zeer terecht, de schrijfster van achter het scherm, waar zij zich oe- scheidenlijk had neergezet om te ac- compagneeren, voor 't voetlicht brach ten waardoor het publiek voor zoover het niet in de geheimen was inge wijd, te weten kwam, dat hier de dvaagster van een bekenden familie naam aan 't werk was geweest. De echte schooltermen spieren, hok 'k smeer 'm, en zooveel anderen wer den alleraardigst te pas gebracht en zullen den directeur van de H. B. S.. Dr. Brongersma, die met zijn familie in 't balcon zat, wel vermaakt hebben. Het publiek juichte de hulde, Jie „Voorheen en Thans" hem bracht, zeer toe. Tot het komisch element droeg bij, dat het zoogenaamde schoolmeisje een schooljongen was, die zijn rol uitstekend vatte en aan 't slot, als dank voor 't applaus, op vermakelijke manier een handkus aan 't publiek adresseerde. Tot slot Frans Hals, de grap van Van Eeden, die daarom anachronis tisch heet, omdat Hals en al de an dere personen hun gevoelens uiten in termen en zang van de negentiende eeuw. Jammer, dat Hals daarin als een onverbeterlijke pooieraar wordt voorgesteld. De uitvoering was aller aardigst, Adriaan Brouwer vooral zeer goed, Frans Hals deed zich als dilettant zanger kennen en het aardige KI aartje verdiende de complimentjes, die Van Dyck haar geeft, inderdaad. Het tooneeltje van de jury miste zijn effect niet. In het balcon stond maar één rij stoelen. „Ik heb een wenk gekregen", zei de heer Van Gasteren, toen we hem er naar vroegen. Blijkbaar is dus onze brandweer, naar aanleiding van de ramp te Chi cago, al bezig met het geven van.... hm.... wenken. Het getal ingeschrev enen voor de nationale militie in deze ge meente voor de lichting 1904 be draagt 664. Weldadigheid naar Yermogen. Maandagmiddag vergaderde boven genoemde vereeniging in een der lo kalen van het departement Haarlem der Maatschappij „Tot Nut van 't Al gemeen". De vergadering werd geopend door den voorzitter, den heer J. Muilemeis ter, die, na een woord van welkom ge sproken te hebben tot de aanwezi gen, den heer Mr. L. C. Kronenberg verzoekt om de notulen der vorige al gemeene vergadering voor te lezen. De voorzitter deelt nog mede, dat de se cretaris, de heer Van Stralen, in September ontslag heeft gewaagd als zoodanig; na dien tijd heeft de heer Kronenberg het secretariaat waarge nomen, terwijl nu voor deze vacature een nieuw bestuurslid zal moeten wor den benoemd. De voorzitter dankt den heer Van Stralen nog voor al hetgeen hij in zijn vijfjarig bestuurschap voor de Vereeniging gedaan heeft. Ook de heer Van Stralen richt nog een woord van dank aan den voorzitter, bestuursle den en leden, waarmede hij geruimen tijd heeft mogen samenwerken, en ver klaart dat. wanneer hij de Vereeni ging nog eens van dienst kan zijn, hij daartoe ten allen tijde bereid is. Nu kwam aan de orde de bestuurs verkiezing, wegens periodieke aftre ding van verschillende bestuursleden, die allen evenwel herkozen worden. In de plaats van het door den dood ontvallen bestuurslid, den heer G. J. van Dieren Bijvoet, wordt benoemd diens zoon, de heer R. J. van Dieren Bijvoet, Als secretaris wordt ge kozen de heer W. A. van Vloten. Hierna werden de boeken van den penningmeester goedgekeurd, nadat deze onderzocht en accoord bevonden waren door de daarvoor benoemde Commissie. Vervolgens werd door een der oe- stuursleden het jaarverslag uitge bracht, welk verslag wij gisteren reeds mededeelden. Niets meer aan de orde zijnde, werd de vergadering gesloten. Maatschappij tot Verbete ring der Huisvesting. De Maatschappij tot verbetering dei- huisvesting van minvermogenden gaat kalm, maar gestadig met haren ar beid voort. Heeft z'; indertijd reeds in de Slagerspoort, tusschen Zoete- straat en Nassaulaan gelegen, een hofje aangekocht en door verbouwing de straat, die er maar 1 M. breed was tot 2.70 M. verbreed, thans heeft zij weer een huisje in die poort en twee op den hoek daarvan, in de Slagers- poort, aangekocht met het plan ook den toegang tot die poort tot M. 2.70 te verbreeden. Op deze manier raken onze sloppen langzaam, maar des te zekerder, uit de wereld. De Maatschappij verdient i steun en heeft dien. zooals van zelf spreekt, noodig. Wel verlokt zij niet, zooals Bankinstellingen, door hooge dividenden tot het geven van kapi taal, maar ook mist zij het gevaar, dat kort na de uitbetaling van dat dividend, het heele kapitaal verloren blijkt te wezen. Meer dan 3 pCt. rendeeren de aan- deelen niet. Museum van Kunstn ij ver heid. Het Museum van Kunstnijverheid te Haarlem heeft van de firma Wed. C. G. Kleykamp te Rotterdam ten ge schenke gekregen eene lijst met oor spronkelijke teekeniugen, uitgevoerd in de kunstschool te Tokio, naar het lakwerk eener schrijfdoos, die tus schen 1185 en 1199 werd vervaardigd door IJoutomo en thans in den Tsuru- gaoka-tempel te Kamakura wordt be waard. Deze teekeningen zijn afkom stig van de voormalige verzameling Bowes te Londen. Genoemd Museum werd gedurende ,de maand Januari bezocht door 384 belangstellenden terwijl uit de aan t Museum verbonden boekerij 58 boek- en plaatwerken naar verschil lende plaatsen van ons land werden verzonden. In de tweede helft der maand Fe bruari zal eene uitgebreide verzame ling van oud-Japansche kunst in net Museum worden tentoongesteld. Het Woningvraagstuk. Over dit onderwerp zal mevrouw L. v. d. PekWent een lezing houden op Donderdag 11 dezer in De Kroon, daartoe uitgenoodigd door het be stuur der afdeeling Haarlem van den Volksbond. Sedert eenige dagen vertoeven hier drie lui uit Amersfoort, vertegenwoor digers respectievelijk van een kruide nier, bakker en melkboer, die de men- schen, die van de C. W. S. der H. IJ. S. M. naar Amersfoort overgeplaatst worden, thuis opzoeken en zich van hunne klandisie verzekeren. De concurrentie is toch groot. Overreden. Maandagmiddag omstreeks 4 uur werd een hond van zekeren B. te Bcn- nebroek door den automobiel van den heer W. C. te Heemstede overreden. Het beest was onmiddellijk dood. Te water gereden. Maandagmiddag omstreeks 3 uur, sprong een paard gespannen vooreen tilbury van den heer Zuidgeest, in de' Bennebroekervaart. De koetsier sprong bijtijds uit het wagentje. Paard en wagen werden spoedig door behulpzame handen op het droge gebracht, zoodat het onge val vrij goed afliep. D. I. N. D. U. A. Het neutraal ge mengd koor „D.I.N.D.U.A." geeft Za terdag a.s. een soirée met bal in de groote zaal van het gebouw „St. Bavo." F.en keurig programma, waarop behalve eenige kooi-- en kwartet-num mers, twee blijspelen getiteld „Een spreekuur bij den Dokter" en „Een zegen des Hamels of zes dochters en geen man." voorkomen, belooft den bezoekers een genotvollen avond. Kwajongens-streken. Maandagmiddag 5 uur hadden in j de Wilhelminastraat eenige kwajon- gens de baldadigheid om een banket- bakkersbediende die eenige doozen gebak moest bezorgen, hem deze uit t zijn handen te slaan, zoodat de in- houd in stukken en brokken over de straat viel. De belhamels namen de vlucht. V e c h t p a r t ij. Maandagavond 10 uur had op de Burgwal een hevige vechtpartij plaats tusschen 2 personen. Al vech tende geraakte één er van te water. Door eenige omstanders werd hij echter vrij spoedig op het droge ge bracht, doch door den schrik en het natte pak was zijn vechtwoede zoo danig bekoeld, dat hij zijn tegenstan der maar liever niet meer te lijf wil de en kalm afdroop. Feuilleton. Naar het Duitsch van E. VON WERNER. Speciaal bewerkt voor Haablem's Dagblad. 27) Halo, HaraldWaaraan denk je toch wel Je loopt ons bijna omver klonk op dit oogenblik een stem. Thorvik keek op. Bernard en Koert Fernstein ston den vlak tegenover hem. Hij had op den „Zeeadelaar" den jongen officier niet gezien en deze sprak hem nu bij het voorstellen zeer vriendelijk aan, terwijl hij blijkbaar met groote be langstelling den Noor opnam, die in de jeugd van zijn vriend een hoofdrol gespeeld had. Die vriendelijkheid werd echter niet beantwoord, Harald was zoo moge lijk nog kariger met zijn woorden en nog onvriendelijker dan anders, maar Hohenfels deed, alsof hij het niet be merkte. Wij zijn op weg naar de pastorie, zei hij. Ben. je nu eindelijk daar ook geweest'? Men vond het niet aardig, dat je heelemaal niet eens kwam. En Edsviken wacht ook nog altijd op de eer van je bezoek. Wanneer kom je nu Je kunt ook wel bij mij komen, klonk kortaf het antwoord. De weg is precies even-Jang als je het bij ons niet te eenvoudig vindt. O, begin je al weer riep Bernard ongeduldig. Je doet, of ik de gewoon ten van een prins heb aangenomen. Bij onze marine worden wij waarach tig niet vertroeteld, vraag het Koert maar Daar is het consigne van vroeg tot laat in dienst zijn En kommandeeren! voltooide Ha rald. Dat is het werk der heeren offi cieren, de mannen hebben te gehoor zamen en te werken niet waar, mijnheer de luitenant? Het kommandeeren is ook een arbeid en geen lichte, zei Koert mis tig. Dat zult ge ondervinden, als ge maar eerst kapitein zijt, mijnheer Thorvik. Bevelen is dikwijls moeilij ker dan gehoorzamen, wegens de groote verantwoordelijkheid. De terechtwijzing werd begrepen, maar het was geen vriendschappelij ke blik, dien de Noor den luitenant toewierp. Hij greep het eerste, het beste voorwendsel aan, om het ge sprek af te breken en heen te gaan. Koert keek hem verbaasd na. Dus dat is Harald Thorvik. Dien moet men ieder woord uit de keel ha len, en als het dan komt dan is het een hatelijkheid of grofheid. Een merkwaardigen vriend moet ik zeg gen. Harald en ik zijn nooit vrienden ge weest, slechts speelkameraden, ant woordde Bernard koel. We zijn met elkaar opgegroeid en hebben alles sa men gedeeld, zelfs het onderwijs van mijn tegenwoordigen schoonvader in spé. Wij waren de eenigen hier, die niet tot de boerenkinderen behoorden. Maar met jou voelde ik mij direct op mijn gemak, jou warme, vroolijke zijn trok mij aan als zonneschijn. Nadat wij elkaar eerst eens flink afgeranseld hadden, bracht Koert hier lachend tusschen in. Maar die klop partij had gezegende gevolgen, want zij vestigde onze vriendschap Heb je dat uitstekende middel nooit gepro beerd met dien beer van een Harald? Neen, tot zooveel vertrouwelijk heid hebben wij het nooit gebracht. Harald was vijf jaar ouder dan 'ik en moest nog allerlei dingen van hem leeren. die men hier noodig had. Wat wist ik, die uit de vlakte van Noord-Duitschland kwam, van rotsen en fjorden van de zee en haar stor men. Hij wist overal raad op en ik als zeven of achtjarige jongen hieid het voor een eer, dat de sterkste en dapperste jongen in geheel Raansdal zich met mij inliet en mij wat wilde leeren. Dat gaf hem van 't begin af aan een overwicht op mij en hij heeft dat altijd misbruikt. Zoodra ik daar tegenop kwam, moest ik direct hoo- ren, dat ik een echt heertje was, die de voornaamheid nog in 't bloed zat, die niet deugde voor een vrij leven onder vrije menschen. Daarvoor wil de ik echter deugen en daarmee wist hij mij altijd weer te dwingen. Ik was nog veel te jong om den teugel waaraan hij mij leidde, op te mer ken. Nu ken ik hem, nu laat ik mij niet meer aan banden leggen en dat wil hij mij niet vergeven. Naar je beschrijving had ik mij dien Thorvik anders voorgesteld, ver klaarde de jonge zeeman. Eerlijk ge zegd, maakt die sombere, ijskoude vent een onaangenamen indruk op mij. Ik geloof, dat hij zich nergens warm over maken kan. Denk je vroeg Bernard, dan vergis jij je zeer. Er is vuur onder dat ijs verborgen bij Harald maar het brandt heel diep daar beneden. Over 't algemeen heeft hij een zwaren, tra gen aard, maar als een of andere hartstocht hem te pakken krijgt, dan ontziet hij vriend noch vijand, dan gaat hij in den blinde los op hetgeen hem in den weg staat en vraagt zich zelfs niet af, of hij er zelf mee ten gronde gaat. Wees dan voorzichtig zei Koert plotseling ernstig. Hij heeft wat te gen je. Wie? Harald? Nu ja, het ergert hem. dat hij tegenover mij niet meer dien toon kan aanslaan van vroeger. Ik bedoel iets anders. Toen wij hem zooeven ontmoetten en jij hem zoo plotseling aanriep, toen schrok hij op en keek je aan met een blik niet alleen van ergernis maar van haat. Neem je in acht voor hem. Onzin! waarom zou hij mij haten, er is niet het minste tusschen ons voorgevallen. Dat is zoo zijn manier van doen. Ik geef niets meer om een omgang met hem, ik moet voortdu rend zijn hatelijkheden aanhooren, maar ik kan er niet geheel van af nu wij op dezelfde plaats zijn. Of dacht je, dat ik het gevaar zou willen loopen te moeten hooren, dat ik mij schaam om den stuurman van den „Zeeadelaar" vriend te noemen, als de prins en mijn oom hier zijn? Dat gaat niet, Koert, ik moet rekening houden met de dagen van vroeger, al zijn wij elkaar ook innerlijk vreemd geworden! Zij hadden intusschen de pastorie bereikt en Hildur ontving ze op haar gewone, effen manier. Geen spoor was er bij haar meer te bekennen van de hartstochtelijke ontboezeming, die haar op de dreigende vraag van Ha rald ontsnapt was. Zij nam den groet en kus van haar verloofde even gela ten aan als zij haar geboden werden. Het trotsche, kuische meisje kon wel een bewijs van hartelijkheid beant woorden, maar niet aanbieden, waar men haar niet te gemoet kwam. en Bernard verwende haar in dat op zicht alles behalve. Zij verwachtte dat eigenlijk ook niet. Het viel haar nooit in, te tobben over de vraag, hoe het kwam, dat hij met zijn stormachtig hartstochtelijken aard, zoo zeldzaam koel en rustig was, juist dan, wanneer iedere andere man in vuur en vlam raakte. Van zijn liefde was zij immers zeker. Hij had haar uit eigen vrijen wil gekozen, hij offerde zijn familie- goed daarvoor op. In zoo'n geval wa ren woorden overbodig. In Raansdal. waar de proza altijd den boventoon voerde, ging de ver- loovingstijd gewoonlijk zoo rustig voorbij en Hildur wist dus niet beter. De warme, zwijgende liefde, die zich bij haar onder de stille oppervlakte verborg, werd bewaakt als een ver borgen schat, dat ging haar alleen aan. Maar die liefde den man te too- nen, die er totaal niet naar verlang de, en misschien over zooveel uitbun digheid zou lachen, omdat hij zoo vol komen bedaard bleef dat zou Hil dur Eriksen voor geen geld ter we reld willen doen. (wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1904 | | pagina 1