WEDSTRIJD. Rubriek voor 4 onze Jeugd. blij!hieven aan de Redactie van de Kinder-af deeling moeten gezonden worden aan Mej. M. C. v. Doorn, brj Sophiastraat No. 22, Haarlem. lar.T Pr°°0fiaptein Wilson's Plan, lentj Vrij naar bet Engelsch. Het was een plan van Kaptein Wil- pS 1011. Kaptein Wilson was een 14- [arige Schot, en hij was verschrikke- ieWk trotsch op zijn voorouders en op vaderland maar wanneer hij niet iP een al to geestdriftige bui was, en mochten zijn kostschoolmakkers hem eld pi graag lijden. jigJ Het was in een van de kleine vacan te ie ies, en verschillende jongens, waarbij ;aarook Kaptein Wilson, waren om de )renïerre reis op de kostschool gebleven. :ezic iaptein Wilson had den heelen mid- e jjiag zitten denken, en er was een prachtig plan in zijn hersens gerijpt, j )p dat oogenblik stormden Dick Per- t dgcival, Herberts en Robertson zijn ka per binneneen gipsen buste kwam naar beneden getuimeld, en Robert son begon met een oorverdoovend Mawaaij op een ouden doedelzak te Wazen. Kaptein Wilson verdedigde zich •eve tevergeefs met de wapenen van zijn voorouders" (in dit geval een pook en ge|een vouwbeen) tegen zijn aanvallers. „Ik heb een prachtig plan", zei hij, terwijl ze zaten uit te blazen„maar 3 keik vertel 't jullie niet voor je van mijn wo doedelzak afblijft en de kop van me erleer Burns gelijmd hebt." ,Von De jongens keken twijfelachtig naai de scherven op den grond. „Wel", zei Herberts, „we zullen de ijeer hebben je een nieuwe kop aan to aie,bieden, die dingen kosten tegenwoor dig een kwartje. Vertel maar, wat je j zullen worden, Dinsdag 2 uur 's morgens. Percy heeft juist een dooie hond in ons zeewierbed gevonden. Mijn maag is bepaald in de war. Kaptein Wilson begint zijn rots erg hard te vinden. 5 uur 's morgens. Sedert half 5 is Dick Percival met de buks er op uit. Hij heeft al 59 pa tronen verschoten, maar nog niets ge schoten. Kaptein Wilson is woedend. Een krab heeft mij in mijn oor gebe ten. We gaan samen visschen voor ons ontbijt. 8 uur 's morgens. We hebben 3 uur gevischt en 17 krabben gevangen. Ze zijn te klein om op te eten. 11 uur 's morgens. Steeds visschende. We zijn wanho pend. half 2 's middags. Ik heb een groote schol gevangen, en we hebben het Siameesche volks lied gezongen. Waarom weet ik niet. We hooren Dicky steeds patronen ver schieten. Robby rookt een sigaar van gedroogd zeewier. 2 uur 's middags. Dick Percival heeft nog steeds niets geschoten. Robertson voelt zich ellen dig en raadt ons niet aan zeewier- sigaren te rooken. Half 3 's middags. We hebben de schol opgegeten, be halve Kaptein Wilson, die naar zijn portie zoekt, want hij heeft zijn stuk bij ongeluk laten vallen. Hij zegt, dat 't onze schuld is. 6 uur 's middags. We hebben den heelen middag ge slapen, en zitten nu naar onze goeie ouwe schoolramen te kijken. We den ken aan het eten, waar ze binnen mee bezig zijn. 8 uur 's avonds. Kaptein Wilson zit te brommen als een dolle hond. Dick Percival is weer aan 't schieten. 9 uur 's avonds. Dick Percival heeft een rat gescho ten. 11 uur 's avonds. Kaptein Wilson zegt, dat wij gered maar we merken er weet." i niet veel van. ;rst Kaptein Wilson knikte goedkeurend, j Woensdag 9 uur 's avonds. En de tweede prijs: Een belegeringspel of een planten- trommelde premiën zijn boeken, in allebei de af deelingen. Herbert P. Vindt je het niet leuk, dat de eerste brief, dien ik kreeg van jou was Ik wil heel graag een tee- kening van je hebben, maar ik ben nog lang niet jarig. Van bloemen houd ik ook erg veel. Heb je teekenles, en waar ga je op school? Je schrijft keu rig, hoor K o b u s K. Ik vind het heerlijk, dat je veel raadsels weet, KobusEn je mag toch mee raden, als je me iedere week een raadsel stuurt. Je vindt de courant nu zeker nóg aardiger, nu er een antwoord voor jou in staat Piet en Betsy P. Dank jullie wel voor de raadsels. Het eerste kan ik zelf niet vinden. Weet jullie nog,, wat het antwoord was? Ik begrijp niet wat je bedoelt voor een plaats in Nederland met 1 2 13 14 12 10, en wat voor een meisjesnaam is 3 1 7 Heb je je daar niet mee vergist Dat moet je me maar eens schrijven Elze W. is een dom meisje. Ten eerste stuurt ze haar antwoorden nu al, en er heeft toch duidelijk in mijn brief gestaan, dat ze alle 30 eerst com pleet moeten zijn, en ten tweede stuurt ze ze aan 't Bureau Haarlem's Dag blad. Had je niet gezien, dat mijn adres in de courant stond Voor deze keer zal ik de antwoorden voor je be waren, maar stuur ze nu niet weer te vroeg. Gerard H. O, Gerard, wat een mooi raadsel heb je bedachtRe zal het in de courant zetten. Als je er weer een bedenkt, zet je het dan op een apart stukje papier? En het ant woord in je brief. Doe maar flink mee aan den wedstrijd. Dag Gerard Francisca v. M. Je was juist nog op tijd met je brief, om deze week een antwoord in de courant te vinden. Schrijft Johan ook al brieven? De groeten aan J. en Chr. en aan je zelf. M. C. VAN DOORN. „Dat is verstandig gezegd", zei hij j Ik schrijf dit in slaapzaal no. 7. On plechtig. „Nu, zooals je weet, worden: ze vacantie is voorbij. Wat een dag! ie jde slaapkamers boven gewit, en we j Twee uur geleden zaten we nog opdat and mogen in tijd doen, wat we wil-; ellendige eiland. Kaptein Wilson was z lenlaten we met z'n vieren gaan j gewoon gek vannacht, en droomde n i, kampeeren op het Roode Eiland. De j hardop van zijn Schotsche voorouders. directeur vindt het goed, omdat het s We zochten den heelen dag naar eten oof Roode Eiland net nog in het gezicht j en vonden niets. Van 4 uur af zaten van de school is, en we huren oude j we bij elkaar te wachten op oude Ben's boot om er naar toe te komen." j Ben's boot. Hij was precies op tijd. „Je bent een-genie", riep Dick Per-1 Hij scheen ons erg vermakelijk te cival bewonderend. „Kom jongens, vinden, en herhaalde steeds: „Wat| driemaal hoera voor Kapteintje 1" I een smaak." ,Wat nemen we voor eten mee j De jongens stonden aan wal Dat was Mis. Ik ben pardon, ik was een oude vrijgezel en leefde als zoodanig vijf tig jaar lang gelukkig en tevreden. Waarvoor had ik ook een vrouw noo dig? Ik had gehoord, dat vrouwen al tijd haar eigen zin volgen en een j groote hoeveelheid geld verbruiken, j Ik leef echter graag naar mijn eigen zin -en geef mijn geld het liefst zelf vroeg Robertson, toen 't weer stil ge-'juichen, toen wij aankwamen. Kap- j ujt - bovendien wordt een vrijgezel Hej worden was. J tein Wilson zag er uit als een dron- j van mijn leeftijd, die een aardig for- i „Ja, dat is nu nog het leukste vanke waschvrouw en Dick Percival cni tuin bezit en er goed uitziet, in gezel- bo alles, raadt eens." j Robertson als een paar landloopers. j schap altijd beter ontvangen dan een en „Koude kip en ham?" vroeg Her-- We hebben thee en boterhammengetrouwd man en ook het schoonege- Qerj berts. j gehad 't was een hemelsch maal. We slacht kijkt hem met heel andere „Nee." „Gerookte paling en sinaasappels?" begon Robertson. „Nee, nee." „Broodjes met kaas en gemberbier dan „Ik zie wel, dat jullie 't niet kunt raden", lachte Kaptein Wilson, „we nemen niets mee, we gaan visschen." „Dan doe ik 't niet", zei Robertson, „ik heb niets geen zin in vasten." zijn innig dankbaar, en voelen allerpleizierigst Eerste Afdeeling. (11 jaar of beneden 11 jaar.) oogen aan. Als gezegd, had ik dus geen aanleiding, wijziging te bren gen in mijn manier van leven. Bovendien had juffrouw Rugby, de weduwe van onzen eerbiedwaardigen huisknecht, die op zekeren dag van een hooizolder gevallen was en bij die gelegenheid den nek gebroken had, welwillend er in toegestemd, keuken meid bij me te worden. O, wat was Wat, veranderen? - Het betreft den koetsier Thomas, mijnheer, zei juffrouw Rugby. Hij is een kalme, fatsoenlijke man en dringt zoo bij mij aan, dat ik u binnen veer tien dagen moet verlaten. Thomas en ik hebben geld op de spaarbank en willen een restaurant beginnen. Maar ik moet zeggen, dat het mij spijt, want ik had het hier goed naar mijn zin. Weggaan? U mag niet weggaan, juffrouw Rugby! zeide ik. Ik ben aan Thomas gewend. Trouw met hem en blijf bij me, ik zal u hooger loon ge ven. Ik zal alles doen,, maar ga niet weg. Het spijt me. maar als getrouw de vrouw kan ik niet in dienst blij- ven en bovendien is ons klein restau rant een droom, die mij reeds lang op 'thart ligt, verklaarde juffrouw Rugby. Ik kan het niet helpen, maar ik moet heengaan. Daarbij hield juffrouw Rugby haar zakdoek aan de oogen, toen zij de kamer verliet. Ik was wanhopig. Ik wierp me in een stoel en trachtte na te denken. Ik moest een ander zoe ken. Een Engelsche keukenmeid zou misschien het gebraad kunnen bezor gen, maar haar desserts zouden na tuurlijk ongenietbaar zijn. Een Fran- sche keukenmeid zou pasteitjes voor me klaar maken, waarvan ik ziek zou worden. Negerinnen zijn van huis uit goede keukenmeiden, maar zij bezit ten toch niet hoe zal ik het zeggen zij bezitten toch niet het repertoire van juffrouw Rugby. Ik belde. Juffrouw Rugby verscheen in hoogst eigen persoon. ik ben blij, dat u gekomen zei ik, want ik moet u spreken. U mag niet weggaan, ik kan u niet mis- Maar ik heb het Thomas toch beloofd en kan zijn hart niet breken, zei juffrouw Rugby, ik ben veel te gevoelig van aard, om met iemands liefde te spelen. Ik zuchtte en sloot de oogen. Is er anders nog iets vroeg juf frouw Rugby. Ik zal van honger sterven, ant woordde ik. Kom, kom. troostte zij, u zult het wel te boven komen; er zijn vrouwen genoeg, die voor u kunnen koken. Met deze woorden verdween zij. Dit maal liet ik haar niet weer roepen, maar zond om Thomas. Thomas, zei ik, toen hij binnen kwam, juffrouw Rugby heeft u be paald iets heel bijzonders te eten ge geven. Thomas, ga zitten en luister naar me. Ik heb zooeven gehoord, dat je me juffrouw Rugby wilt ontrooven. Ik ben zeer verrast, Thomas, en keur je keuze sterk af. —Wij hebben beiden den leeftijl des onderscheids en per slot van reke ning zijn we toch geen lijfeigenen, verklaarde Thomas. Maar denk toch om nnj, zei ik. Wij hebben er al over gesproken, zei Thomas, en een oogenblik hebben we er zelfs aan gedacht bij u te blij ven, maar het restaurant is beter en dan, mag ik u eens vragen Zoudt u uw vrouw bij een ander laten, als u getrouwd was Dus jullie wilt niet blijven? vroeg ik. Neen, mijnheer, ik dank u. Mijn devies is ..Mijn huis is mijn heilig- Ik had den volgenden dag eenige moeielijkheden met Thomas, maar ten slotte liet hij zijne rechten afkoo- pen. Hij trouwde met de knappe ka menier en opende het restaurant. Wat mij betreft, ik ben de vorige week met juffrouw Rugby getrouwd, doch den avond van de huwelijks voltrekking zei ze plotseling tot me Lieve man, nu moeten wij uit zien naar een keukenmeid. Wij hebben toch geen keuken meid noodig, wierp ik tegen, met jou talent... Zoo Als je denkt dat ik nu nog blijf koken, vergis je je riep mijn vrouw. Daar heb ik nu genoeg van. Of je schaft je een keukenmeid aan. óf je moet maar zien, hoe je wat te eten krijgt 1 Ik smeek den lezer om stil mede lijden. ALLERLEI. Hoeveel een oorlog kost. 9. Meteen m geeft het licht in den - --- - - - nacht; met een h is het zeer waak- £3. een pracht van een keukenmeiddom". Eerst was ik van plan meteen Zij was volstrekt geen bekoorlijke kleine kamenier, hier dichtbij, te trou- Bedoel je, dat we van visch enzaammet een z is het een rivier, wild moeten leven", vroeg Herberts. waaraan veel molens gevonden wor- „Ja, natuurlijk, hoor nu nog eens den. het heele plan. Plaatsbet Roode Mi-n eerste is een zwarte vloei- Eiland, we gaan met z nvierenba-sMmijn tweede rond en hol_ en fel^b^enlwnderioatïonen 't meestal van carton in mijn geheelmaar juist dat maakfe haar een buks en honderd patronen. wordt mijn eerste bewaard. uitstekende huishoudster, „Ik heb niets geen zin om in 't ge- Tjcn Ho cphitfil tp vp.Thnn?ftrpn. persoonlijkheid en ook geen jonge vrouw, maar het is ook volstrekt niet noodig, dat de huishoudster van een vrijgezel het een of het ander is. Zij ook nogal opvliegend van aard, tot een uitstekende huishoudster, want de wen. Ze is allerliefst, jaar, maar ze heeft pas achttien jclcli JSL no niets overge spaard, en juffrouw Rugby heefteen hoop geld. Zij heeft wel een wrat op haar neus en is een beetje te dik, maar dat doet er niet toe. Als de andere haar geld had, zou ik die na- H jjf het, rirbt van dp school te verhongeren 1 11. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 is een groote s andere dienstboden waren zeer bang tuurlijk nemen, maar zij heeft maar 'tverderenlanlacht me toch stad9 8 3 4 staat op een schipalsvoor haar. En zij waagden het niet. i helaas, niet. wel toe" eindigde Dick Percivalop men de lengte van iets wil weten dan haar slechte luimen aan mij bot te Hoeveel heeft juffrouw Rugby b - neemt men de 2184; 3456 staat I vieren. dan wel overgespaard vroeg ik. 1 aan den hemeleen 7 1 2 dient om 7ii pt, dat w«s w p„ n, n*t hpm jouw verantwoording, Kapteintje t" Het Roode Eiland was niet meerhet water tegen te houden, en 4 8 9 is dan een groepje rotsen, met zeewier j niet wild. bedekt. De vele holen dienden de zee- j 12. Met een k is het een hooge meeuwen tot woonplaats. Om zevenwaardigheid, en met h iets zoets, uur 's avonds landde Ben's boot, door- 13 Hefc eerste deel ^ndt ge aan het Ben zelf bestuurd, in de nauwe kreek.s^rand en 0p het tweede kunt ge De vier passagiers hieven een soortn ^itten mijn geheel is in zee. van krijgsgeschreeuw aan. j ,,r „Geef de bagage, Hen", brulde Kap-!. Wat is het omgekeerde vaneen tein Wilson, terwijl hij een pakje in jager? zijn zak moffelde, welks inhoud voor j 15. Men vindt mij in den hagel, ieder een geheim was. „Dat gaat jul-Dnrb nimmer in de sneeuw Doch nimmer in de sneeuw Ook altijd bij den luipaard, Doch nimmer bij den leeuw. Nooit in den frisschen regen, Wel altijd in den dauw En de arend voert mij mede, Ik leef in 's hemels blauw. Tweede Afdeeling. (Boven 11 jaar.) 9. Hoe moet ge dit lezen? tdeihcseg u tad tliw tein ijg taw tein redna nee naa koo tad eod. 10. Met d vormt het met de zee de aardemet s is het een wapen en wolf", begon Robertson; „ik denk, dat met g js het nooit klein. in dat geheimzinnige pakje wat taartu Uet e0n k ][Unt er yan alle3 en ossetong en...... 'in bergen; met een 1 moet het ge- Hou op schreeuwde Dick Perci- d nbworden, en met een m is het val ik krijg zoon trek,! Maar wat, yan een 3chi is dat voor een geluid? 1 „Zeemeeuwen" antwoordde Her-j Iemand oopt een hoed, laarzen berts zenuwachtig. „Wat een naar'en wandelstok. Voor de hoed en de gekrijsch, he laarzen betaalt hij f 12, voor de hoed „Zeemeeuwen kunnen geen Schot-! en de wandelstok ƒ8, en voor de wan- sche liedjes krijschen", bromde Ro-delstok en de laarzen f 10. lie niets aan", zei hij, toen de jon-1 gens er naar vroegen „maak nu maar dat de boel aau wal komt." „Wat een rare smaak hebben die j jongeheeren toch", bromde Ben „van- daag is 't Maandag, moet jullie hier} nu lot Woensdagavond zonder eten blijven, wil ik jullie maar niet liever i morgen komen halen Maar dit voorstel werd met veront-1 waardiging van de hand gewezen, en oude Ben roeide in zijn boot weg. „Waar is Kapteintje toch gebleven?" vroeg Herberts knorrig. „Ik heb nu al een honger als een bertson„Kapteintje heeft zijn doe delzak meegebracht Het geheim van het pakje was op gelost. Herberts heeft een dagboek gehou den van die nooit te vergeten va cantie. De inhoud is als volgt Maandag, 7 uur 's avonds. Aangekomen op het Roode Eiland. Kaptein Wilson verdwijnt, en komt voor gek spelend op een doedelzak blazend terug. Percival gooit hem flink nat. We zijn allemaal hongerig, en Kapteintje zit te bibberen. 9 uur 's avonds. Het is bijna donker. We spreken Hoeveel kost ieder 13. 1 2 3 4 5 6 7 8 is een zeeheld 1 2 4 zit binnenin een vrucht: 4 7 8 is een metaal1 3 6 8 is een wortel 4 5 6 3 komt in kistjes uit China, maar wordt hier gedronken. 14. Mijn eerste is een edel metaal, mijn tweede is een verzameling van schepen, en mijn geheel hoort bij het vorige raadsel. Brievenbus. Aan alle kinderen. Even kom ik jullie vertellen, dat er door teekens, want het rumoer van de voor iedere afdeeling van den wed- golven maakt alles onverstaanbaar, strijd twee prijzen en twee premien Robby heeft een groote garnaal ge- zijn. vangen, en verdeelt die met z'n zak-De eerste prijs voor de eerste afdee- mes in vieren. Kaptein Wilson heeft ling is gewaagd, of we het niet heerlijk vin-1 Een album voor geïllustreerde brief den, en we hebben gezegd van ja. kaarten, een ringwerpspel of een 10 uur 's avonds. winkel. We gaan slapen. Dicky en ik liggen De tweede prijs is op een hoop zeewier, 't Is een afschu- Een handwerkdoos of een schip, welijke lucht. Kapteintje ligt op een i Voor de tweede afdeeling is de eer rots, en Robertson zegt, dat hij de ste prijs een doos met raketten, een wacht zal houden. hockeystok of een schilderdoos. Zij kookte kolossaal en dat was Hij vertelde het mij en ik liet hem alles, wat ik verlangde. Haar soepen, j heengaan. Misschien liet hij zich af- haar gebraad, haar voorgerechten i koopen, maar welken prijs zou juf- waren hemelsch. Haar puddingen en j frouw Rugby vragen Ik besloot er pasteitjes wonderen, eenvoudig won-n0g denzelfden dag naar te informee- deren. Een lijst van de gerechten, i ren. Thomas was weggegaan, om waarin zij uitmuntte, kan ik helaasnaar de paarden te kijken, en het niet opgeven. Bij het dessert had zij dienstmeisje was met haar vrijer uit. inspiraties en van vele harer schep- j u; ging dus naar de keuken en vond pingen bestaan geefi recepten. er juffrouw Rugby voor de keuken- Dat zij bijna twee meter lang was, tafel zitten met een zakdoek voor de een dikken neus en een snor, zeer oogen. weinig peper- en zoutkleurig haar gij slaakte een luiden kreet en stond had en met de stem van een scheeps-1 0p. het'm!nstsprak' hinderde mli met jGa zitten, juffrouw Rugb.v, zeide ae Franéche provincies, Parijs was Ik was gelukkig. Mijn woning zageë^taerWke daariuKcn> in bijna alle opgaven van oiooanf. rm hphn»<rHïir nit Tb nnn-neM u yanuaag weer een neernjKe djen En uit de berekeningen, die ge raa preyCjnet geeft in zijn Guerre en province zien wij, voor hoeveel man deze berekening geldt. De oorlog in Oost-Azië, die reeds maanden dreigde, doch die men steeds hoopte te voorkomen, is thans aangevangen. Voor enkele dagen gaf het Duitsche weekblad Ulk een caricatuur te zien op den toestand, die veel te denken gaf. Rusland en Japan stonden daar gereed elkaar aan te vallen, maar zij werden weerhouden door een leege beurs. En meer dan ooit is er, om oorlog te voeren, geld noodiggeld, dat niet ten onrechte de nervus rerum wordt genoemd, zou men zeker ook den „zenuw des oorlogs" nervus hel ium "kunnen noemen. Om een denk beeld te geven van wat in onzen tijd een oorlog kost, zou men kunnen aan halen wat 'de bekende economist Schaffe ,die in Oostenrijk minister van handel was, in 1896 daarover schreef. Hij berekende dat de kosten van een oorlog per dag zouden zijnvoor Oostenrijk 13 millioen, voor Duitsch- land of Frankrijk 25 h 26 millioen. voor Rusland 28 millioen francs. De berekening der kosten van een oor log in een vreemd werelddeel, de oorlog van Engeland in Zuid-Afrika heeft het bewezen, overtreft deze op gave van Schaffe nog. De laatste groote oorlog, die in Europa gevoerd werd, die tusschen Frankrijk en Duitschland, kan ons eenigszins een denkbeeld geven van den omvang dier cijfers, die nu en dan doen denken aan de reusachtige getallen, waarmede men in de ster renkunde de afstanden der hemel lichamen meet De „Comptes généraux" van de Fransche Regeering doen zien, dat in 1870 voor de gewone uitgaven van het ministerie was uitgetrokken een bedrag van 373 millioen francs, en (lat de buitengewone credieten van 17 Juli tot 26 December bedroegen 1316 mil lioen francs. Voor de vijf maanden van den oorlog gaf dat een gemid deld bedrag van 250 millioen francs per maand. De rapporten van den heer De Roussy, gedelegeerde van den minister van financiën bij de regeering te Tours, zeggenGe durende den eersten tijd beliepen on ze uitgaven 5 millioen per dag, doch reeds in December waren zij tot 10 millioen gestegen, en ondanks alle pogingen om zuinig te zijn. konden wij dat bedrag van 10 millioen niet verminderen. De president van de commissie voor de landsverdediging verklaart even eens, dat in Januari 1871 de uitgaven 10 millioen per dag bedroegen. En dat dit bedrag niet boven de begroo ting ging, blijkt uit hetgeen door den minister van financiën Magne werd gezegd, toen hij op 5 September 1870 de portefeuille aan Ernest Picard overdroeg„Wij hebben zeker tien millioen per dag noodig en ons cre- diet bij de Bank raakt uitgeput." Wij vinden datzelfde cijfer van tien millioen per dag (voor de troepen in gaven, voor het gereed maken van een leger voor den oorlog, door deze reusachtige legersterkten ontzettend zijn gestegen. Ook hiervoor heeft De Bloch, en op zijn voetspoor Jule9 Roche, berekeningen gemaakt. Op den grondslag van een leger van twee millioen menschen bereke nen zij de eerste uitgaven entrées de campagne, paarden en wagens, trans portmiddelen, schoeisel, kleeding- stukken enzoovoort, op ongeveer twee milliard, te verdeelen over twee maan den, dus op 33 millioen per dag. Deze kosten komen boven de gewone dagelijksche uitgaven voor soldij, levensmiddelen, fourages en onder houd- In tijd van vrede worden die, voor het Fransche leger, berekend op 400 millioen francs. De oorlogssterkte is ongeveer 6 maal grooter dan dë vredessterkte, dus zouden die gere gelde uitgaven 2400 millioen francs worden. Doch de prijzen van alle levensmiddelen en andere behoeften zullen aanmerkelijk stijgenBloch neemt aan met minstens de helft, Ju les Roche met een derde. Deze laatste schatting nemend zullen de 2400 mil lioen met 800 millioen moeten wor den vermeerderd en op 3200 millioen worden gebracht. De fourages voor de paarden zullen al niet minder in prijs stijgen, en kunnen voor 600.000 paarden niet veel minder bedragen dan 600 millioen. waardoor het to taal op 3800 millioen komt. Voor de overige uitgaven een bedrag van 250 a 300 millioen rekenend de begroo ting wijst thans 278 millioen aan komt het totaal op 4100 millioen, of meer dan elf millioen per dag voor onderhoud van het leger gedurende den geheelen duur van den oorlog. Dit leger echter trekt ten strijde. Het levert slagen, waarin wapenen en ammunitie worden vernield, paar den en menschen worden gedood, huizen, kerken, molens, fabrieken wórden verwoest, oogst, levensmid delen, kleeding en tal van andere dingen worden verbrand. Bij de mil- lioenen die wij per dag berekenden voor het onderhoud, komen de mil- lioenen voor telkens terugkeerende uitgaven en schadeloosstellingen, voor het opcommandeeren van paar den en wagens, voor het aanmaken van ammunitie, voor het vervaardi gen en herstellen van wapens. Deze uitgaven worden zeker niet te hoog geschat, wanneer men met Bloch daarvoor hetzelfde bedrag aanneemt, als het dagelijksche onderhoud van het leger kost. Uit deze cijfers is het duidelijk welke ontzettende schatten een oor log verslindt. Het totaal der uitgaven, waartoe Bloch en Jules Roche ko men door redeneering en becijfering, verschilt slechts weinig van de gege vens die Schaffe in zijn bovengenoem de berekening geeft. Hbld. er elegant en behaaglijk uit. Ik noo-"kookt'Endan het digde een vriend ten eten, als ik EQ d^ salade Ik kan zondeï u niet haald. Ik rookte in de beste vertrek-jf™5" De"k a»? 50E kon. kwam thuis, als het mij aan- ï,eiffj.aan zal' al* u me m den stond en werd door mijn getrouwde nat dnp ik 7nohtt« inffrm.w vrienden benijd. Mooie meisjes lach- R "at üoe lk' zucmte Jurfrouw ten tégen me, bekoorlijke weduwen rw waren vriendelijk tegen me en vol- S"J i^' gens mijn meening was liet bewust- 7 !"T,nle' verwachten, zijn, een van vijf-en-twintig beminne-'da^ Thomas het hart breek, ween- lijke vrouwen te kunnen trouwen, Z1t veel aangenamer, dan een van haar 1 —Breek liever het mime, verklaar- werkelijk tot vrouw te hebben. Bo-1 ae k vendien had ik juffrouw Rugby her-Och, van uw hart is geen spra- haaldelijk hooren verzekeren, dat zij ke' hoogstens van uw maag, zei juf- nooit iets uitstaande zou willen heb- j Rugby. Dat weet ik wel zeker, ben met een mevrouw, wani deze ,P, ,^e weS moet echter ook naar had geen begrip van koken en zou hart an den man leiden, ant- alleen in de keuken komen, als zij zich in het salon verveelde. Neen, een i Juffrouw Rugby keek me aan. vrouw behoort bij mij niet tot de 011-', Ik ben hier gekomen, om u de ontbeerlijkheden des levens en, daar gedachte, te veriaten. uit het juffrouw Ruebv dat wist, hadden wij, i hoofd 1ie praten. M at moet ik doen i Het eenige, wat te doen zou zijn, ~:3t doen, antwoordde zi' rerstandigen man, die me trouwen wil, en dien laat ik alleen Ioopen, als ik een betere kan krijgen. Maar als er zich nu een betere voordeed? vroeg ik. zoolang wij leefden, rustig bijeen kun-net eenige, wat te doen zou zijn, nen blijven, indien ik het niet plot- z 11 me* doen, antwoordde zij. Ik seling in het hoofd had gekregen, mij heb een verstandigen man, die me een equipage en een koetsier aan te schaffen. Ik was tot dusver met de huurrijtuigen zeer tevreden geweest, maar de een of andere booze geest blies mij in, dat een eigen rijtuig Dan zou ik over de zaak naden- veel geschikter zou zijn. Natuurlijk maakte mijn koetsier dadelijk kennis met mijn keukenmeid en doordien hij een man van smaak was, wist hij de voortreffelijkste harer scheppingen ook direct op prijs te stellen. Hij be wees den goeden dingen, die hem voorgezet werden, volop eer en er was nog niet veel tijd voorbijgegaan, of hij vroeg juffrouw Rugby ten huwe lijk. Nooit was het mij in de gedachten gekomen, dat iemand zoo iets zou wagenmaar hij deed het en ten slotte kwam de vreeselijke waarheid aan het licht. Nadat juffrouw Rugby zich verscheidene dagen lang had opgesmukt deelde zij mij eindelijk mee, dat zij voornemens was te „ver anderen". Veranderen en juffrouw Rugby wa ren voor mij twee zoo hemelsbreed verschillende dingen, dat ik uitriep ken. Ik zweeg en streed met mezelf. In ieder geval zou de andere toch niet binnen veertien dagen komen, meende de weduwe. Ik zweeg nog altijd en keek haar aan. Zij nam het deksel van een pan, die op het fornuis stond, en keek er in. Er kwam zulk een kostelijke gem uit, dat ik over het geheele lichaam sidderde. Een nieuw gerecht? vroeg ik. Ik hield op met mezelf te strijden. J uffrouw Rugby, zou ik de betere man zijn, op wien u wacht? vroeg ik. O ja, verzekerde zij. Laten we dan trouwen en blijf bij me riep ik. Arme Thomas, zuchtte zij, maar ik moet bekennen, dat ik u reeds lang graag mag lijden. Het gemiddelde aantal troepen, on der de wapens, bedroeg volgens die opgaven 600.000 man staand leger en 30E00O tot 400.000 mobielen, dus on geveer een millioen. Freycinet bere kent dat de kosten van onderhoud voor die troepen bedroegen per hoofd en per dag 9.77 francs, hetgeen vrij wel overeenkomt met het bovenge noemde cijfer van 10 millioen francs per dag. Dat was in een periode, die dertig jaren achter ons ligt, toen de legers veel kleiner en de uitgaven minder waren. Thans heeft Frankrijk niet langer een leger van 600.000 man, met 400.000 mobielen, maar een leger van meer dan 2.000.000 manDuitschland van 2.500.000, Oostenrijk van 1.300.000 Italië van 1,200.000. Tegen diezelfde berekening van 10 francs per man en per dag zou dus een Europeesche oorlog 70 millioen francs kosten. Maar het minimum kosten per hoofd is ook vermeerderd. De cijfers door De Bloch gegeven in zijn bekend ge worden studie, die de aanleiding tot de vredesconferentie is geworden, zijn veel hooger. Hij berekent den coeffi cient gedurende den oorlog per hoofd op minstens 15 francs. En hij doet dat op de volgende gronden. In 1877-78 heeft Rusland, geduren de den oorlog met Turkije, uitgegeven een bedrag van fr. 12 per hoofd en per dag, en toen heeft het Russische leger nooit grooter effectief gekend dan 350.000 man. Het is gemakkelijk, in te zien, dat voor een oorlog waar in gewerkt wordt met legersterkten van 2 tot 3 millioen man, de uitga ven veel hooger zullen zijn, naar De Bloch berekend minstens 25 percent. Daarbij komt nog dat de eerste uit- Een meester in het verralschen van papieren geld is door de Ameri- kaanscke politie gearresteerd. Hij had te Revere, een voorstad van Boston, een „fabriek" van Amerikaansch pa piergeld opgericht. Deze fabriek was voorzien van de beste machines, foto grafische apparaten en inrichtingen, tot het namaken van het watermerk. De fabriek was ingericht voor het ver vaardigen van 5, 10 en 20 dollar-noten had reeds met kleine bedragen geluk kige resultaten gehad en had in een maand Amerika kunnen overstroomen met 1 millioen dollar aan valsche banknoten, als de geheime politie, die eerst hot zaakje een poosje kalm zijn gang had laten gaan, het verder wer ken niet onmogelijk had gemaakt. Zeven personen werden als medeplich tigen gearresteerd. De voornaamste van hen, John Davis, is vooral in En geland zeer slecht hekend. Hij speel de ook de hoofdrol in het proces we gens vervalscliing van noten der En gelsche Bank, in welk proces hij de verwondering van alle deskundigen gaande maakte door zijn handigheid in liet namaken der noten. Hij ver- valschte in Engeland alle soorten van waardepapier. De door hem nage maakte noten onderscheiden zich van de echte slechts door een nauwelijks op te merken verschil. De Engelsche Bank loofde 1000 pond sterling uit voor den ontdekker van den dader, en de zaak wekte veel opzien, tot zich op zekeren dag de „kunstenaar" die deze vervalschingen had uitge voerd, bij den advocaat der Bank aanmeldde om den uitgeloofden prijs te verdienen door het aanwijzen van zijn „lastgevers" en verdere mede plichtigen. Die „lastgevers" waren twee Russische Joden, Barmasch se nior en Barmasch junior, die tot 12 jaar tuchthuisstraf werden veroor deeld. Helnrich Schmidt, alias Lieter- mann, alias John Davis, die met cy nische onbeschaamdheid als hoofdge tuige alle bijzonderheden over zijn nobel métier aan de rechters uitlegde liep vrij en vertrok met de door de Bank uitgeloofde premie naar België waar hij zich Henry Smith noemde. Toen „Henry Smith" later in Ame rika weer eens als „hoofdgetuige" op trad, vloog hij er in, en werd gear resteerd. ALTIJD ATTENT. Een inbreker is er in geslaagd door te dringen^ tot het slaapvertrek van den heer X. „De handen in de hoog teroept forsch de ongenoode gast uit. zijn revolver op den heer des huizes en diens echtgenoote richtend. Beiden voldoen haastig aan dit bevel, maar mevrouw kan toch niet nalaten haar man, die bij de waschtafcl staat toe te roepenHenri, pas op, dat je dc gasballons niet raakt!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1904 | | pagina 7