Stadsnieuws. GENERAAL TAN ZUL. Uit een voorafgaand bericht heeft men kunnen lezen dat de Boerenge neraal J. A. van Zijl a.s. Dinsdag in het Brongebouw een voordracht houden zal. Van Zijl is een man van 40 jaar, een van die krachtige gestalten, zoo als wij hen uit Zuid-Afrika meer heb ben ontmoet. In zijn jeugd woonde hij afwisselend in den Oranje-Vrij staat en in de Kaapkolonie, voegde zich bij het uitbreken van den oorlog als eenvoudig vrijwilliger bij de strijdmacht van den Oranje-Vrijstaat en verkreeg daar weldra den rang van veldcornet. Toen de Boeren op 1 Januari 1900 Koeroeman, in Betsjoeanaland, had den genomen, werd hij daar vrede rechter. Bij de opheffing van het beleg van Mafeking vluchtte hij naar Trans vaal aan het hoofd van 33 man die hun gezinnen en vee meevoerden. Op 2 Juni 1900 voegde het kleine troepje zich hij het commando van comman dant A. Cronjé (broeder van den be kenden generaal). Op den negenden van die maand legde dit commando de wapens neer. Van Zijl en zijn mannen weigerden zich over te ge ven en voegden zich in de omstreken van Vredefort bij het commando van De Wet, die den Engelschen bij Rooi- val slag leverde. Op 16 Juni werd Van Zijl benoemd tot commandant der milities van Griqualand en Potchefstroom. een be noeming die door president Steyn werd bekrachtigd. Van Zijl was met Generaal de Wet toen deze president Steyn begeleidde bij diens ontmoeting met den vice- president van Transvaal, Schalk Bur ger in einde 1900. Vervolgens bleef hij tot October, No vember bij De Wet. Daarna werd hij naar het noorden naar De la Rey ge zonden, die hem op 1 Februari 1901 tot generaal in het district Bloemhof benoemde. Aan het einde der bijeenkomst zal een collecte gehouden worden ten voordeele van Kaapsche Hollanders, die door en bij hunne deelneming aan dén oorlog alles verloren hebben. Heden is de dag. waarop de heer Fr. Lieftinck 25 jaar lid van de Tweede Kamer is. Ingevolge het verlangen van den jubilaris, door ons medegedeeld, wa ren er geen bijzondere feestelijkhe den. Alleen werd den heer Lieftinck in „De Kroon" een diner aangeboden door vrienden en medeleden in bestu ren, waarbij 22 of 23 personen aan zaten. er niet. En zoo moest men steun bij de Fransche Regeering zoeken. Doch het gevolg is geweest, dat de Hervormers- partij geen nationale wedergeboorte heeft tot stand kunnen brengen, doch de beweging, waartoe z ij den eersten stoot heeft gegeven, heeft eerst groo- te beteekenis gekregen in 1848 door den grooten Thorbecke. Die beweging is de voorbode van den nieuwen tijd geweest. De rede werd met veel belangstel ling gevolgd en met luid applaus be loond Het aantal lotelingen, dat op 18 Maart a.s. in „Den Doelen" al hier moet worden ingelijfd, bedraagt 376. Uit de geheele provincie Noord- Holland bedraagt dat aantal 2423 van de lichting 1904 en 282 tot aan vulling der lichting 1903, alzoo 2705 lotelingen. Ingevolge mededeeling van Z. E. den Minister van Marine zal de loting voor de Zeemilitie, bedoeld bij art. 137 der Militiewet, niet behoeven plaats te hebben, daar er een voldoend aantal lotelingen zich voor de Zee militie heeft opgegeven. Binnenland Teyler's Stichting. Woensdagavond werd in de gehoor zaal van Teylers Museum de spreek beurt vervuld door Dr. P. J. Blok, Hoogleeraar te Leiden. Spr. ving zijn voordracht aan met er op te wijzen, dat enkele gedeelten onzer Vaderlandsche Geschiedenis ons weinig sympathiek zijn, waarschijn lijk, omdat ze op zichzelf staande fei ten, los samenhangende stukken his torisch leven geven. Eén dier gedeel ten, welke zoo weinig belangstelling geniet, is voorzeker de Patriottentijd. Paar deze tijd aan spreker echter niet zoo onsympathiek is, wilde hij om- j trent dat gedeelte onzer Geschiedenis één en ander mededeelen, in de ver wachting, dat ook het auditorium dan over de Patriottentijd eene andere rneening zou krijgen. Achtereenvolgens schetste spr. nu de gebeurtenissen uit dien tijd de dagen van Verval der Republiek ten- gevolge van verkeerd Staatsbeleid 1 den oorlog met Engeland van 1780 tot 1784den strijd tusschen Patriotten en Oranje-gezinden. j Lane bleef spreker stilstaan bij de verschillende hervormingen, die men op godsdienstig-, maatschappelijk-, wetenschappelijk-, natuurwetenschap pelijk-, letterkundig- en kunstgebied j en op dat van handel en verkeer i trachtte in te voeren. Doch de groote hervormingspartij vond geen steun bij den Prins van Oranje, den weiwillen den ouden zwakken Willem V, noch bij de Regenten, noch bij de lagere volksklassen. Slechts bij enkele Edel- j lieden, e enige Regenten van goeden wil en de middenklasse vond de par tij steun. Doch haar ontbrak een krachtig aanvoerdereene persoonlijkheid, die in den strijd wist voor te gaan, die wist te houden, wat men veroverd had. Een Hervormer, die leiden kon, was Staten-Öeneraal Kameroverzicht. De Tweede Kamer heeft hare open bare beraadslagingen gisteren hervat en naar alle waarschijnlijkheid zal zij alleen reeds aan het ontwerp tot herziening der Wet op het Hooger Onderwijs tusschen 3 en 4 weken wij den. Alvorens de beraadslaging aanving kreeg de heer Fock verlof om op een lateren dag te interpelleeren over het zalmtractaat en werd een wetje behandeld betreffende onteigening teu behoeve van het maken van een sta tionsemplacement voor de Westland- sche stoomtram, te Monster. Een din- gie van zuiver locaal belang, waarte gen nogal oppositie was. omdat de tram door het dorp zou rijden en geen aansluiting krijgen aan het haventje, noch ook verbinding geven met de spoorwegen, wat voor het vervoer van groenten en fruit nadeelig werd ge acht. Na eenige discussie werd het echter met 41 tegen 29 stemmen goedge keurd. Men ziet uit deze cijfers, dat de Kamer niet zeer druk bezocht was. Het Hooger Onderwijs-debat kan nog zeer belangwekkend blijken. Maar het was gisteren voorshands wat saai en taai en de stemming in de Kamer eerder aan den flauwen kant. om een beursterm ie gebruiken. Prof. Van der Vlugt, de eerste spre ker die tegen het ontwerp in debat kwam, nam dan ook een van dat der overige liberalen eenigermate afwij kend standpunt in. Immers hij zette op den voorgrond, dat er vroeger re den was tot klagen over de liberalen, die bij het Hooger Onderwijs de leer huldigden, dat openbarings-geloof en wetenschappelijkheid tegenover elk ander stonden. Men richtte daarna de benoemingen van professoren. Geheel uitgewerkt had nog niet de stelling, dat wetenschap, op dogma gegrond, geen wetenschap is. Erkende hij tot zoover de juistheid der grieven van de voorstanders van het bijzonder on derwijs opmerkend dat echter ook vroeger de theologische faculteiten geenszins enkel uit modernen waren samengesteld de waan, dat weten schap en dogma niet in één geest konden samengaan, was aan het ta nen. Geen ernstig man voorspelde nog hooge bergen van onkerksche weten schap. Kerkelijke mannen werden van de voordrachten thans niet meer uit gesloten. Sedert het optreden van deze regeering had men er voor 16 plaat sen 2 benoemd, weinig, weliswaar, maar omdat meerderen nog niet te vinden waren. De hoogleeraren der rijks-universiteiten, spr. kon dat van zichzelf en velen zijner collega's ver zekeren, beijverden zich om ook recht te doen aan de R.-K. wijsbegeerte en anti-revolutionaire Staatsleer, zonder hun eigen meening op te dringen. De uinversiteiten waren inrichtingen voor vrij onderzoek; de vrije universi teiten konden niet anders zijn dan propaganda-instellingen. De studen ten moesten zelf zoeken en vinden. Te gen eenzijdigheid van den hoogleer aar waakte de critiscbe geest der beste studenten. Aan de hoogescholen werkte dan ook de liberale wereld beschouwing niet meer onbeperktte Leiden was onder de studenten de Christelijk-historische Staatsleer aan de winnende hand. Waardeerde spr. nu de offervaardig heid van hen, die op vrij Hooger Onderwijs aandringen, waar zij van een dwaling uitgingen, van de onjuis te onderstelling dat het openbaar on derwijs heidensch is, meende hij dat zij geen recht hadden op bescherming. En velen hunner stuurden dan ook hun zonen naar de openbare universi teit om dubbele examens te ontgaan. Waar was hier de offervaardigheid? Een gevaar van deze wet zag spr. in de onvoldoende waardigheid eener instelling van Hooger Onderwijs, die haar hoogleeraren te voren bindt aan bepaalde leerstellingen. De hoogleer aren moesten vrij blijven in het geven van. him meening. Dat konden zij aan bijzondere instellingen nietde heer Lohman had dat als hoogleeraar aan de Vrije Universiteit ervaren. Dit gaf rechtsonzekerheid. En eindelijk op Lager Onderwijs gebied had men de natie reeds ver deeld. Men zou beter gedaan hebben met kracht te zoeken in Christelijke kweekscholen. Thans wilde men het zelfde doen met het Hooger Onderwijs, zonder reden, op gronden en grieven die van jaren her dateerden en thans geen recht van bestaan meer hadden. Deze wet was dan ook een anachro nisme zij teerde op oud zeer. De heer Roëll, zich in hoofdzaak bij dit betoog aansluitende, vond in deze wet een principieele wijziging, geen verbetering. Alvorens te spreken over den effectus civilis (het aan een graad verbonden recht tot uitoefening van een bepaald beroep), maakte hij de opmerking, dat het verkeerd was om organieke wetten stuksgewijze te her zien. want het partieele was nog on volledig en men praejudicieerde op den eventueelen arbeid der commis sie voor de aaneenschakeling van het onderwijs in het algemeen. Deze regeling zou duur zijn en de resultaten niet daaraan geëvenredigd, nog niet uitgemaakt was of provin cies en gemeenten subsidies mochten verleenen aan het bijzonder hooger onderwijs. Nu wilde mpn den effectus civilis geven aan de vrije universiteiten. Waarom'? Werd bij de examens der openbare ooit gelet op richting of godsdienst? Ook de dubbele examens waren geen bezwaar, gelijk dr. Kuy- per in 1888 erkende. Bevordering van vrij-universitair onderwijs dan maar dit lag niet op den weg van den Staat, omdat niet het onderwijs (als bij het L. O.) maar de weten schap hoofddoel is. Vakscholen met beperkte' en te kleine faculteiten ble ken tot nu toe, vooral in het buiten land, steeds minderwaardig. De effec tus civilis kon slechts aan een com plete hoogeschool worden verleend. Aan een andere mogelijkheid had dr. Kuyper. nog in 1896, ook niet gedacht. Spr. verklaarde, dat er misschien één weg wasExamen-commissies te be lasten met alle examens, die den ef fectus civilis zouden geven. Zooals het ontwerp daar lag, was het voor hem onaannemelijk. Heden 11 uur voortzetting. (Per telegraaf). Bij de voortzetting van het debat over het Hooger Onderwijs verdedigde de heer Van Idsinga het ontwerp, ofschoon daarmede niet geheel in stemmend. Academische Examens. Groningen. Geslaagd voor het docto raal examen in de klassieke letteren de heer T. Heeringa. Leiden. Bevorderd tot doctor in de rechtswetenschap, de heer F. G. Schalkwijk, geb. te Rotterdam, op proefschrift„Art. 757 B. R. beslag op door publiekrechtelijke lichamen verschuldigde bezoldigingen en pen sioenen." Onpractisch en gevaarlijk. Men meldt uit IJlst van 16 Febr. Uit den van Leeuwarden komenden sneltrein, die hier ongeveer te 7 uur des avonds passeert, wordt steeds door den postconducteur het voor deze plaats bestemde pakket brieven en couranten in het voorbijrijden naar buiten geworpen, waarna een wach tende postbode het in ontvangst neemt. Dezen avond echter scheen de worp minder goed te gelukken en kwam het pakket onder den trein te recht, zoodat de inhoud grootendeels erg beschadigd werd. Eeu pakje brie ven was o. a. tot één massa samen geperst, en de brieven daardoor na tuurlijk geheel onbestelbaar, een aan tal couranten en stukken, waaronder dienstbrieven, bestemd voor het ge meentebestuur, geheel van één gereten en verscheurd. Een aanslag. Gisternacht werd te Lonneker op den koffiehuishouder Van der Graven terwijl deze huiswaarts keerde, met revolvers geschoten. Hij werd gewond, doch niet levensgevaarlijk. Een belangrijk proces. Naar de „Winsch. Ct." verneemt, heeft de heer R. Kunst te Nieuwe Pe- kela, de Oude Landbouwvereeniging aldaar aangesproken tot betaling van f 30,000 door hem betaald op accepten, afgegeven aan den gefailleerden kas sier A. E. Groeneveld, te Winschoten. De belangen van den heer Kunst wor den behartigd door den heer mr. A. W. Romkes te Groningen, terwijl de Landbouwvereeniging zich gewend heeft tot den heer mr. P. A. Zeven te Wildervank. Gierig. In de gemeente Tietjerksteradeel overleden twee bij elkaar inwonende vrouwen, die zeer armoedig leefden, ofschoon zij vrij welgesteld waren. Zij sliepen op stroo, zonder voldoende dekkinghare kleeren geleken op vodden. Na haar dood vond men tal van nieuwe hemden, kindergoed, wol len dekens, enz. Ze waren te gierig geweest een en ander te gebruiken. Alweer een. Te Rotterdam is gearresteerd en vervolgens gebracht naar het bureau van politie in de Pauwensteeg, de klerk der posterijen en telegrafie B., werkzaam op het hoofd-telegraafkan- toor aldaar. Hij wordt verdacht zich te hebben schuldig gemaakt aan ver duistering van gelden, betaald voor ter overseining aangeboden telegram men, welke gelden niet verantwoord werden. Door het terugkomen van een onbestelbaar telegram, werd de oneerlijkheid ontdekt. Yoor straf verplaatst. Naar Het Volk verneemt heeft de kantoorknecht Linthuis van het Am- sterdamsche postkantoor, de met over plaatsing gestrafte redacteur van De Posthoorn, tnans mededeeling gekre gen dat hij verplaatst is naar Venlo met ingang van 1 Maart. Zijn salaris wordt door deze overplaatsing met f 25 verminderd, daar hij in een lager kantoorklasse komt. Naar men meldt, is er onder de lagere post- en telegraafbeambten thans een beweging gaande, om van de regeering te verkrijgen, dat deze zeer ernstige bestraffing wordt inge trokken, op grond, dat bij dezen be ambte de bedoeling tot beleediging niet voorzat en bij ter bestrijding van inhumaniteit en protectiestelsel meende te handelen in het belang van het lagere personeel. Doodslag. De Limb. Koer. meldt Heden werd der justitie ter kennis gebracht dat in den afgeloopen nacht een moord was gepleegd op J. Vran- cken, te Echt. De officier van justitie, mr. Mathon, rechter-commissaris, mr. baron de Bieberstein en de beëedigd klerk ter griffie te Roermond bega ven zich hedenvoormiddag per trein van 9.23 uur derwaarts en vonden daar te Schilberg J. Vrancken voor noemd levenloos liggen. Meende men aanvankelijk (altijd het publiek) dat men hier met geen moord, maar met eene dooding door zelfverweer te doen had, het onderzoek der justitie duidde echter het eerste aan en werd J. W. Meerten, oud 38 jaren, fabrieksarbei der wonende te Echt, als verdacht van doodslag, op rechterlijk bevel aangehouden en nog heden naar de gevangenis tè Roermond overgebracht Als oorzaak dezer daad verneemt men dat Vrancken in voormelden nacht in de woning van Meerten is gekomen, en deze op verzoek van Meerten die woning niet willende verlaten, en terwijl hij een mes in de hand hield, Meerten zou gezegd hebbenals ge niet uit mijn buis gaat schiet ik je kapot. Dat Vrancken, nog altijd het mes in de hand hebbende (doch dicht) niet wilde heengaan, Meerten het geweer zou hebben genomen en dit, op zeer korten afstand van Vrancken, op diens midden gericht houdende, af gevuurd, waardoor de kogel het lichaam van Vrancken doorboorde en in den muur terecht kwam. Vrancken overleed tengevolge van het vele bloedverlies uit de ontstane wonde nog dienzelfden nacht. Yriendelijke nitnoodiging. In de jongste zitting van den Raad van Blaricum werd door een der le den de volgende motie ingediend „Ondergeteekenden, leden van den Raad der gemeente Blaricum, mee- nen, dat de belangen hunner gemeen te door de heereif K. Borsen en S. de Jong als wethouders niet naar behoo- ren worden behartigd, dat genoemde wethouders door genoemd college be noemd zijn in bet volle vertrouwen, dit wèl te zullen doen, dat de alge- meene belangen ten zeerste moeten lijden onder de zoovele, onnoembare vitterijen en spitsvondigheden tegen over den EdelAchtbaren heer Burge meester. Redenen, waarom ondergeteekenden. leden, genoemde heeren verzoeken, als wethouders hun ontslag binnen acht dagen bij den Raad dezer ge meente in te dienen." (Get.) W. Puijk. T. de Graaf, F. Heerschop en J. Verver. De heer De Jong tracht zijn optre den als wethouder te verdedigen en zegt, dat de gemeenteraad, indien deze meent, dat de wethouders hun plicht niet doen, hen maar ontslaan moet, doch dat hij zijn ontslag niet neemt. De voorzitter merkt op, dat dit niet kan, doch dat het verlangen, uit gedrukt in de motie aan duidelijkheid niets te wenschen overlaat. Na eenige discussie wordt deze mo tie zonder hoofdelijke stemming, daar niemand het woord verlangde, aan genomen. De Feestmarkt. Men meldt uit Amsterdam De Feestmarkt en de inschrijvings biljetten voor de bijdragen van het Emma-fonds. hebben, naar wij ver nemen, f92.000 opgebracht. De feest avond, die gisteravond in het Con certgebouw werd gegeven aan de da mes en heeren der feestmarkt, bracht f 1000 op voor het sanatorium Hoog Laren. Ongelukken. Men meldt van den Hoek van Holland Een man van het machinepersoneel der Harwichboot werd door een slag der machine onmiddellijk gedood. Hij laat een vrouw en drie kinderen ach ter. Een driejarig dochtertje van een tuinder te 's-Gravenzande is in een onbewaakt oogenblik in een mestput geraakt en verdronken. Uit de Arbeiderswereld. De Strijd in liet Diamantvak. Uit Amsterdam wordt gemeld De uitsluiting omvat circa 6500 man, daar 1500 van de 8000 diamantbewer kers aan het werk kunnen blijven op de acht fabrieken der niet aangeslo ten fabriekseigenaren. Deze 1500 man zullen in twee ploegen blijven door werken. t. w. de eerste ploeg van 's morgens 5 uur tot 9^ uur, en van 10 uur tot 's middags 2i uur de twee de ploeg van 's middags 3£ uur tot 8 uur 's avonds en van 8i uur tot 's nachts 1 uur. Wat de uitkeering zal zijn, die de voortwerkenden aan de bondskas zul len hebben te doen, ten bate der uit gesloten kameraden en hunne gezin nen, zal met andere maatregelen van taktiek bepaald worden op eene bondsvergadering, die waar schijnlijk aan het einde der week zal worden gehouden. De bondskas bevat circa 170,000. Het „H.bld." schrijft Het ware dwaasheid reeds nu voor spellingen te willen wagen omtrent den vermoedelijken afloop van den strijd, die nog moet aanvangen. „Zelfs een profeet als Mahomed", zeide een der betrokkenen tot ons, „zou niet kunnen voorspellen wat het einde zal zijn, noch wanneer het zal komen." Beide partijen zien den strijd even ernstig in. Zij ontveinzen ziclï geen van beiden, dat de strijd feitelijk is een sociaal-economische botsing, een worsteling tusschen „het proletariaat en het kapitaal" en zijn beiden ten volle bereid dien strijd te strijden tot het bittere einde, de nederlaag van een van beide partijen. Juist daarom wordt deze strijd zoo intens belang rijk en zullen het verloop en de uitslag van zoo groot gewicht zijn. Wordt in derdaad de strijd ten einde uitgevoch ten, dan zal de overwinnende partij jaren lang een groote overmacht heb ben. Beide partijen doen natuurlijk gaar-' ne gelooven, dat ze er uitstekend voor staan. Van juwelierszijde wordt opge merkt, dat er nog voor drie maanden' voorraad bewerkt goed is en zij dus den strijd drie maanden kunnen vol houden zonder schade te lijden, ter wijl de kleinere juweliers zich heb ben kunnen dekken voor de noodza kelijkheid om zich misschien in schuld te steken. Van de zijde der werklieden wer den geen stellige verklaringen ge daan, vooral ook omdat nog niets is beslist omtrent de uitkeeringen. Wat wij echter hier vernamen, gaf ons den indruk, dat men aan deze zijde meent den strijd op zijn minst drie maanden te kunnen volhouden en misschien wel langer. Rest nog de partij van de fabrieks eigenaren. Voor dezen staat het be drijf geheel stil, maar een hunner meende, dat zelfs dit nog beter was dan op de bestaande voorwaarden tejeld ten doorwerken, daar bij het fetiti schende gebrek aan werkkrachtet0b fabrieken steeds verlies opleveren' hebben in de laatste tijden zeer molens stil gestaan, waarvoor vraag wasenkele fabrieken he zelfs met zoo weinig molens me draaien, dat het verlies tot hoog^-fl, dragen opliep. En zoo is van dezen komei strijd de merkwaardigheid, dat i van de partijen terneêrgeslagen u de loop der omstandigheden heefj leid tot een botsing, die wellicht hangende machtsvraagstuk zal gen tot een beslissing. INGEZONDEN MEDEDEEjde LINGEN. Lft 80 cent per regel. wee lt 2 ill U ^me Rlieumatisehe Aandoeningej ontstaan door den invloed eener kr^ lucht, waardoor een plotselingelDe koeling der huidstemperatuur w»ste veroorzaakter vormt zich alfnds onder het celweefsel een soort zweetachtig vocht; daardoor on! een -rootere of kleinere opzwt waarvan pijn het gevolg is dit®ec spier- of gewrichts-RHEUMA"1" STIJVE NEK, LUMBAGO (lendei aangezichts- of ribben-NEVR^ (steek in de zijde). Andere AANDOENINGEN, ONTi KING genaamd, hebben eveneen^iel] eerste oorzaak tochtdeze zijn KOUDHEID en BRONCHITIS, PIJN en STROTTENHOOFD ON' KING, LEVERKOLIEK, enz. enz. Daar deze aandoeningen een den oorsprong hebben als de rheiet tische pijnen, zijn zij eveneens len gens dezelfde revulsieve, stimulL,!, en derivatieve methode te heliandF,, welke hoofdzakelijk ten doel hees plaatselijke ontsteking weg te nepP en af te leiden. Ongelukkigerwijze bestaat er en bezwaar tegen het gebruiken dei dusverre aangewende geneesmidt men weet welke ongemakken aapl huid TINCTUUR VAN JODIUM/ reeds lang geleden bereid is, kanfciai oorzaken (wonden, zweren, enz. pijnlijk BLAARTREKKENDE DELEN zijn en hoe langzaam ei zeker zij werkenhoe scherp en i ie* lijk te verdragen TREKPLEISTlle MOSTERDPAPPEN en THAPT PLEISTERS zijnhoe onzind SMEERSEL,^ZALF en PAPPEN] en hoe weinig zij helpen. DE THERMOGE welke naam, zooalldez fabrieksmerk aand warmtehaard' kent, biedt aanzien voordeelen aan b5111 voornoemde oude zen van behandel zonder een enkel b£ei bezwaren op te leve t Het werkt zeker, zacht en voldoe het maakt 't linnengoed niet vuil, tast de huid niet aan, zoodat, ii genstelling met TINCTUUR VAN DIUM, men het langen tijd gebru kan zonder gevaarhet bevat enkele schadelijke of vergitftige standigheid eindelijk stoort he ste geen enkele gewoonte en verooq het den lijder zijn bezigheden te richten. Wat zijn WIJZE VAN AANV DING bevat, deze is uiterst pract vó men vouwt het vel watte open legt het op de pijnlijke plek i last. Men heeft alleen te zorgen, de watte goed tegen de huid sluit. Wenscht men van de TI MOGENE een onmiddellijke enki tiger uitwerking te verkrijgen? is het voldoende het vel watten een weinig lauw water, azijn ofb dewijn te besproeienKortom, ei staat geen één afleidend middel, zoo belangrijke voordeelen aanb en men kan zeggen, dat de THEE GENE WATTE zich van nu af een der schitterendste plaatsen ii moderne Therapie veroverd heeft k f 0.75 PER DOOS IN ALLE A THEKEN. br< ge Sport- en Wedstrijde Yoetbal. De H. F. C. „Haarlem" zal Zoi a. s. voor de 1ste klasse competit van den Nederlandschen Voetbal I een bezoek krijgen van de Kamp „H. V. V." De wedstrijd zal gespeeld wol aan den Schoterweg. Koloniën De zaak-Gentis. Door den gouverneur-generaa van de hand gewezen het ver! van den advocaat te Batavia, m A. van Dijk, handelende namens C Gentis, om aan dezen gratie dan vermindering te verleenen van straf van tuchthuis voor den tijd acht jaren, waartoe hij werd ver Vaarwel, Hildur het ga je goed Hildur voelde een kus op haar wan gen. Inga kreeg een glimlach en een paar woorden tot afscheid en de predikant een'handdruk, toen flad derde de witte vredesduif naar buiten in den zonneschijn en Sassenburg volgde haar. Koert en Bernard hadden de gasten tot aan het rijtuig vergezeld en de eerste vroeg nu met een verbaasd hoofdschudden Wat zou toch dat alles betee- kenen Een gril anders nietsluidde het op harden toon gegeven ant woord. Kom, Koert 1 Moeten wij nu nog langer hier blijven staan om Zijn Doorluchtigheid na te kijken Ik zou zeggen, «lat wij wel iets beters te doen hebben. Kom Dat klonk bitter en hoonend en toch was het Bernard, die, toen zij naar binnen gingen, zich op de stoep omdraaide en het rijtuig een langen blik nazond, dat juist tusschen de huizen van Raansdal verdween. Zij moesten nog een eindweegs langs het fjord rijden, alvorens berg opwaarts te gaan, en Sassenburg liet den paarden den vrijen teugel, daar bij zei hij op half verwijtenden toon Nu heeft u uw zin Welke ont vangst ons echter te wachten staat, als wij in Alfheim moeten opbiechten, dat is een andere vraag. Sylvia trok even de wenkbrauwen op. Ik wilde de kerk van Raansdal en den Noorschen godsdienst leeren kennen en ik kan mijn neef en zijn verloofde toch niet als vreemden be handelen. als ik hen daar toevallig aantref Toevallig spotte de prins. Denkt u dat rnen zooiets gelooven zal? Als wij maar een woord over onze plan nen losgelaten hadden, zouden wij er in verhinderd zijn. Zijn Excellentie zou een bevel uitgevaardigd hebben, dat wij geen van beiden zouden heb ben durven weerstaan. Ja, papa zou het verboden heb ben, dat weet ik. Maar ik wilde nu eenmaal Hildur Eriksen leeren kennen. En nu u haar kent? Sylvia antwoordde niet dadelijk, eerst na eenige seconden zei ze lang zaam Ik had haar mij anders voorge steld geheel anders Het gesprek werd met het oog op den achter hen zittenden bediende in 'tÉngelsch gevoerd. Voor den prins was Hildur geen nieuwe kennis, hij j had haar bij zijn bezoeken in de pas torie, al was 't dan ook vluchtig, al tijd ontmoet, nu zei hij ernstig: Het meisje is mooi en mij dunkt ook goed. Zij zal voor uw neef een trouwe, flinke huisvrouw zijn op| Edsviken, en meer verlangt hij im mers niet, naar 't schijnt Hij moet haar toch liefhebben, al toont hij 'tniet, zei Sylvia. Maar ik had mij een andere voorstelling van deze Hildur gemaakt. Mijn va der kon met al zijn énergie den "wil den zoon van zijn broeder niet aan banden leggen, ten slotte rukte hij zich toch los. Zij heeft hem zoo be teugeld, dat hij geduldig de huwe lijksketenen aanvaardt, hij, die niets verdragen kon, wat maar op dwang geleekIk 'had mij een trotsche, vor stelijke vrouw voorgesteld, een soort bruiel van een viking, die in storm met hem en zijn schip uitzeilt. Maar dit stille, eenvoudige meisje met de ernstige, blauwe oogen Is misschien juist de rechte vrouw voor hem voltooide Sassen burg. Naturen als van hem willen thuis altijd vrede en rust, als zij daarbuiten in storm en onweer heb ben rondgezworven, en hij is immers bijna altijd met zijn jacht op zee? Dat zal later wel niet veranderen, de zeeman zit hem te veel in het bloed, hij houdt het niet uit op het land. en daarom heeft hij een vrouw noc- dig. die hem daarin niet aan banden legt en geduldig op den terugkeer van den echtgenoot wacht. Begrijpt u dat niet? O. ja. Ik begrijp, dat men zoo'n vrouw kan kiezen maar men heeft haar niet lief Die woorden klonken zoo driftig, dat Sassenburg haar verbaasd aan keek, toen echter haalde hij de schou ders op en antwoordde rustig Men offert ten minste aan zoo iemand geen Guntersberg op. Maar Bernard is nu eenmaal anders dan een ander, onberekenbaar als zijn vader. Van zijn kant werd onze toenadering al heel ondankbaar opgenomen en toch zullen wij er een storm voor moeten doormaken. Om de lippen der jonge dame speel de een half spotachtige, half min achtende uitdrukking. Is u daar bang voor? Ik zal aan mijn vader zeggen, dat u ten minste in 't begin beslist weigerde mij te vergezellen, dat u eerst toegaf, toen ik verklaarde desnoods alleen te zul len gaan. Dan is de schuld van u af. O, neen, ik sta er op, voor mijn aandeel als mede-schuldige ie gelden. Maar wij moeten ons zeil niet verhe len, dat dit nog wat anders is dan de onschuldige uitnoodiging om op den „Zeeadelaar" te komen. Wij hebben aan de geheele gemeente van Raans dal laten zien, hoe wij het verïbofde paar begroetten en toen een bezoek aan de pastorie gingen brengen Dat staat gelijk met een erkenning en wordt ook zoo opgenomen, terwijl uw vader haar beslist wTeigcrt. Ditmaal kunnen wij van zijn volkomen onge nade zeker zijn en daarin heeft hij niet eens ongelijk. Sylvia wist dat evengoed en nog beter dan hij, in weerwil daarvan had zij haar wil doorgezet en op zijn gezelschap aangedrongen. Maar nu scheen zij eerst ten volle te beseffen, hoezeer zij daardoor den toorn haars vaders verdiend had en haar vader was de eenige, voor wien zij bang was, voor wien zij boog. Maar intus- schen was het eenmaal gebeurd, nu was de leusstandhouden. Sassenburg las die gedachten zeker op haar gelaat, want na een korte pauze begon hij weer Er is een middel den storm te bezweren. Geeft u mij de toestemming naar uw vader te gaan en hem te zeggen, dat hij u geen verwijt mag doen, dat ik u uitdrukkelijk toege staan had. wat hij beslist weigerde, en dat ik het recht daartoe heb. Maar dat recht moet ik eerst van u gekre gen hebben. Die woorden begreep Sylvia maar al te goed, maar zij antwoordde niet. Alfred boog zich dichter tot haar over en zijn stem kreeg een warme, bevende klank, toen hij voortging Ik wacht daarop al zoo lang. Wil je mij dan eindelijk geen toe stemmend antwoord geven? Sylvia Hij wilde haar hand grijpen, maar zij trok haar snel terug. Doorluchtigheid, denk er aan, wij zijn niet alleen 1 Dat was niet de gewone, spotach tige overmoed, waarmee zij tot nu toe iedere verklaring vermeden had. Het klonk onzeker, zenuwachtig dat moedigde den prins aan. Hij sprak met gedempte stemn des te hartstochtelijker. Hier zijn we niet alleen, wij kunnen het rijtuig vooruitzen Ik zou u zoo graag dien boscb laten zien, die tot boven aan de E voert. Hij is zoo mooi en u kent heelemaal nog niet. Mag ik Sylvia zweeg nog altijd, zij hem niet aan, maar keek onbest voor zich uit met een starende, bere uitdrukking in de oogen. hield Sassenburg de paarden in, had zijn besluit genomen en tej hij den bediende de teugels oven tc, zei hij luid en beslist Wij stappen hier uit en gaa voet door het bosch. Jij rijdt n «loor en wacht daarboven. Ma u verzoeken, barones Zij keerde zich langzaam tot 1 nog altijd met die starende, b onvriendelijke uitdrukking in de gen. Hij was er reeds afgespron en stak de armen uit om haar e te helpen. Slechts een oogenblik h hij de slanke, witte gestalte in armen, toen sprong zij vlug op grond. Welnu, laten wij dan gaan (Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1904 | | pagina 2