II NIEUWS= en ADVERTENTIEBLAD. B, 21e Jaargang. No. 6355 Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. ZATERDAG 19 MAART 1804. HAARLEM S DAGBLAD ABONNEMENTEN PER DRIE MAANDEN,1; Voor Haarlem 1.20 Voor de dorpen Sn den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente) 1.30 Franco per post door Nederland 1.65 Afzonderlijke nummers 0 0.02% Geïllustreerd Zondagsblads voor Haarlem 0.37>f K de omstreken en franco per post 0.45 Uitgave der Vennootschap Lourens Coster Directeur J. C. PEEREBOOM. ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem van 1—5 regels 0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat. Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen. Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 55. Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 31bis Faubourg Montmartre. Tweede Blad. De Slag bij het Manpad. 25 April 1304—1904. De volgende maand zal liet 600 jaar .'leden zijn, dat in Je onmiddellijke nabijheid onzer stad een slag werd geleverd, welks afloop van groot be lang was voor de toenmalige omstan- j digbeden. Graaf Jan I was in 1299 te Haarlem j overleden en liet geen kinderen na, goud at de regeering in handen kwam on Jan van Avenes. Zijn regeeririg was eene aaneen-' schakeling van binnenlandsche oor- j logen, vooral bewerkt door den heer Van Renesse, een der personen, die eenigeii tijd buitenlands liad moeten rondzwerven door den. welbekenden Siiaagliartigen moord op Floris V. In Zeeland wist hij een zwaren opstan I te bewerken, hitste den Keizer, \1 brei.lit van Oostenrijk, tegen den Hoi landsehen Graaf op en deed een in val in Holland, alwaar hij alle stede onder zijne gehoorzaamheid bracht uitgezonderd Haarlem en Dordrecht. Haarlem zou het wellicht niet lang uitgehouden aan de zijde van 8 den wettigen Graaf, want men was -reeds in onderhandeling met eenije Vlamingen, die binnen de stad ont vangen waren, toen er onverwachts een kentering in cle zaken kwam. fcl Witte van Haemstede bastaard zoon van Floris V landde uit Zie- rikzee met eenig kriiesvolk te Zierik- zee. ontscheepte aldaar en kwam recht op Haarlem af. Zou men het ge voelen willen -deelen van den ge leerden Scriverius, dan zou „De Blin- kert" (of „Witte Blinkert") hieraan zijn naam te danken hebben, omdat men cle blinkende schilden en banie ren van Witte's benden van dit duin had zien afkomen. Bijzonder aanne melijk is deze gissing niet, daar deze naam zijn oorsprong wel zal vinden in bet feit, dat deze liooge Zandduin van verre af is te zien en door het witte zand bij zonneschijn als 'twarr schittert en blinkt. Volgens oude schrijvers werd Witte van Haemstede met zijn volk door de Haarlemsche burgerij met open ar men ontvangen en had het geluk ge heel Holland uit het Vlaainsch ge weid te redden. Het eerste treffen tus- •schen de Vlamingen en Haemstede's benden vond plaats ongeveer ter hoog te van het latere Manpad, dat dan ook aan dit feit zijn naam te danken moet hebben (Mannenpad). Omtrent de bijzonderheden van het gevecht welen wij niets, alleen hebben enkele schrijvers hun fantasie-vermogen la ten werken, doch de resultaten daar van hebben geen historische waarde. Doch hierop willen wij even de aan dacht vestigen, dat aangenomen, dat deze laan haar naam dankt aan dit wapenfeit, het toch de vraag blijft of dit is geschied omdat langs dezen weg ,,de Mannen" trokken óf omdat er zooveel gesneuvelden alhier achterbleven. Althans er bestaan ver P schillende lezingen, blijkbaar zonder nadenken' neergeschreven. Doch het Manpad heeft meer histj- rische herinneringen. We denken aan liet „Huis te Man pad", het landgoed van cle welbeken de familie Van Lennep, welke reed* vóór 2J- eeuw hiervan eigenaar was. Oudtijds was het (volgens eene oude teekening) een ruim en statig kasteel, met zwaren hoektoren en on derscheidene kleinere torens, contre- forten enz., zich verheffende aan dea rand van een breed water en omgeven door hoog geboomte. Ook tijdens het Spaansche beleg in 1572—73 is deze plaats vermaard ge- worden, want hier was het ook; dal Heer Gerrit van Balenburg in 1573 bij eene mislukte poging om Haarlem te ontzetten, inet de zijnen werd ge slagen, bij welke gelegenheid o.a. de naderhand als Advocaat van Holland beroemde Jolian van Oldenbarneve'd gewond werd. Ter gedachtenis aan beide gebeur tenissen werd door wijlen den hoog leeraar Mr. D. van Lennep, in 1817 op den hoek van de Manpadslaan en den Straatweg een van blauw arduin steen vervaardigd gedenkteeken op gericht, bestaande uit een naald van 14 voet hoogte, op een voetstuk van bh voet, dat 2 voet boven den hegman grond werd gesteld. Een der vakken prijkt met het Haarlemsche wapen het andere met het geslachtswapen van Witte van Haemstede, heide vm. Bremersteen bewerkt, terwijl op het derde, aan de zijde van den straat weg, dit opschrift Staat Ter eere van Witte van Haemstede Grave Floris Zoon van Holland en van De brave burgers van Haarlem, Die met hem De vreemde mannen langs dit pad Verdreven. D. XXV. April MCCC.1TIL En ter eere van ben, Die tot ontzet van Haarlem Bij dit Mannepad hun leven waagden. D. VIII J uly. MDLXXIII. De geheele zuil werd vervaardigd door den Haarlem sch en steenhouwer D. Doeglas. len aan de Beurzen. Wanneer men nagaat welke groote kapitalen sedert de laatste "jaren door vele menschen verloren zijn, dan is daartegenover het bedrag, dat men in de Staats loterij verliezen kan, toch hoogst ge ring. Aanbiedingen als van binnen en buitenlandsche loten, welker ver meerdering nog te verwachten valt en waarvan cle soliditeit veelal te wenschen laat, komen bij cle Staats loterij niet voor. Wie spelen wil, komt zelf, ja cle menschen moeten minder spelen dan zij verlangen om dat de vraag grooter is dan het aan bod. Ten slotte wijzen adressanten op hunne eigen belangen en die van an-' deren, welke bij de Staatsloterij be trokken zijn. Binnenland Staatsloterij. Aan de leden der Tweede Kamer is door de Amsterdamsche debitanten der Nederlandsche Staatsloterij en employés van collecteurs een adres gezonden, met het verzoek, alvorens een beslissende stem te geven aan het ontwerp afschaffing der Staatsloterij waarvan zij met leedwezen kennis hebben genomen, eenige bezwaren hiertegen te mogen mededeelen. Adressanten zeggen „Men mag de booze hartstochten der menschen niet opwekken en zeer zeker de Staat mag dat niet. Maar is het dan geen feit, dat juist door de Staatsloterij men de menschen afhoudt van booze hartstochten Zeer zeker is het verlangen naar lotsver betering „hartstocht" te noemen, maar toch zeker geen booze. En is het spelen in de loterij iets anders dan een poging tot lotsverbetering? Wanneer men slechts van nabij ziet, hoe soms een lichtstraal doorbreekt, door het trekken van een kapitaal prijsje, in de duisternis van zoo me nig huisgezinmet welk een lust en hoop men bezield is, indien men nog een kansje heeft voor het vergaren van een sommetje voor den ouden dag, dan mag men toch voorwaar van geen speelzucht spreken. „Dat er grof gespeeld wordt, komt bijna niet voor. Het meerendeel der spelers in de loterij speelt een twin tigste of minder. Zij. die heele of hal ve loten spelen, doen dit meestal (en hier spreken wij bij ondervinding), in gezelschap van tien, twintig of meer personen. „Denkt men dat de hartstochten zullen verdwijnen bij geleidelijke of geheele afschaffing der Loterij „De burgermenschen zullen hoe lan ger hoe meer verslaafd ralcen aan spe- Rijksmiddelen. Had Januari het jaar 1904 voor de Rijksschalkist zeer ongunstig ingezet en 7 ton minder clan de eerste maand van 1903 ingebracht. Februari 1904 heeft althans een deel van dezen te ruggang ingehaald. Zij gaf 9,078,663 tegen 8,738,044 in 1902, dus f340,000 meer. De ruimere ontvangsten waren ech ter zeer ongelijk verdeeld. De directe belastingen gaven alle meer, te zamen f114,000; ook de invoerrechten stegen met f70,000, de posterijen met f98,900, cle telegrafen met f3800, de loodsgel den met f21,000. Oolc de accijnsen leverden tezamen wel f 134,000 meer op, maar ongelijk verdeeld. Uit suiker kwam bijna 2J ton, uit zout bijna f 14,000, uit bieren en azijnen f 6000 meer inmaar het gedistelleerd bleef f117,000, de accijns op rundvleesch f 6000, die op wijn f5500 ten achter. Daarentegen werd uit de indirecte belastingen 94,000 minder ontvangen. De successierechten, die in Januari zeer achterlijk waren, hadden daar aan ditmaal geen schuld; zij gingen met f47,000 vooruit, maar het zegel recht gaf f 60,000, de registratie f93,000, de hypotheekrechten f9000 minder. Terwijl dus de belastingen die met de handels- en scheepvaartbeweging in verband staan, hoogere bedragen toonen, vindt men bij die grootendeels van beurszaken afhangen lagere cij fers. De eerste twee maanden te zamen zijn bij het vorig jaar nog f367,000 ten achter. Het nadeelig verschil zit voor f100,000 in de accijnsen (gedis telleerd, wijn en vleescli) en voor f502,000 in de indirecte belastingen (waarvan bijna 4 ton bij het successie recht), ook de telegrafen zijn nog f 16,000 teruggebleven. Daarentegen zijn de directe belas tingen bijna 1 ton, de invoerrechten f 44,000, de loodsgelden f35,000, ie posterijen f71,000 vooruit. Eeu rumoerige Raad. De liberale Raadsleden Coninek Wes tenberg1 en Potvliet te Watergraafs meer hebben in de laatste Raadszit ting hun ontslag genomen. De eerste sprak van de „gemeene aanvallen" op hem gericht, de „even listige als ver foeilijke taktiek", waaraan hij bloot stond, de „gewetenloosheid" zijner te genstanders en het „kunstmatig ka baal", tegen hem op touw gezet. De heer Potvliet sprak „zijn diepe verachting uit over de bestrijding, die de heer Coninck Westenberg in deze gemeente als raadslid moest ondervin den. En deze niet alleenook ande ren, die met hem eens van gevoelen en oordeel waren, moesten ondervin- den met welke hoogst afkeurenswaar- cïige middelen men in dezen Raad te- genstanclers wenschte te bestrijden." De beide aftredenden behoorden tot de werkzaamste Raadsleden en lagen voortdurend met den vroeger libera len, thans antirevolutionairen burge-J meester overhoop. De voortdurende ruzie in dezen Raad vond zijn ondergrond in de groote macht, die het bouwkapitaal in deze zich snel uitbreidende nevengeuleente van Amsterdam uitoefent. De liberale fractie bekampte de bouwmaatschap- pij „Linnaeuspark" altijd sterk. Dr. Aletta H. Jacobs. Heden, Vrijdag is het 25 jaar gele den, dat de eerste vrouw in ons land tot doctor in de geneeskunde promo veerde. Het was op 18 Maart 1879 dat onze stadgenoote dr. Aletta H. Jacobs aan de Groning'sche hoogesehool tot doctor bevorderd werd op een acade- miscli proefschrift, getiteld: „Over localisatie van physiologische en pa- i filologische verschijnselen in de groo te hersenen". Er zullen er onder ons nog genoeg zijn, die zich herinneren, welk een sensatie het in die dagen maakte, dat een vrouw zich aan de hoogere stu diën en nog wel in de medicijnen ging wijden, en het was .ontegenzeggelijk toen een stout bedrijf van mej. Jacobs om alle vooroordeel op dat punt te durven tarten. Het was in dien tijd ook nog een vraag of een vrouw de studies aan onze universiteiten wel zou mogen volgen, doch de minister <Thorbecke gaf op verzoek van mej. jJacobs zijn toestemming, dat zij zou worden ingeschreven als student in de medicijnen aan de Groningsche hoogesehool. Na haar promotie vertrok dr. Jacobs naar Londen, waar zij voor het op doen van practische ervaring vele hos pitalen bezocht en vestigde zich daar na als praktiseerend geneesheer te Amsterdam. Niet alleen als geneeskundige maak te zij zich hier naam, doch zij wijdde ook steeds hare krachten aan de vrou wenbeweging. Aan alles wat gedaan werd om de Hollandsche vrouw allengs economisch onafhankelijk te maken, werkte zij steeds mede be vordering van vrouwen-kennis, vrou wen-kiesrecht; bestrijding van alco holisme, e. d. vonden in haar steeds een ijverige kampioen. En ook sedert haar huwelijk met den heer C. V. Ger ritsen in 1892, bleef dr. Jacobs aan dat alles steeds haar arbeid geven. De 18e Maart zou niet onopgemerkt voor dr. Aletta Jacobs voorbijgaan. Er heeft zich 'een comité gevormd om dit 25-jarig doctorschap tot een herinne ringsdag te maken, en des namiddags om 2 1/4 uur was er gelegenheid om dr. Jacobs in „Eensgezindheid" geluk te wenschen. Als blijk van hulde aan den Minis ter, die destijds, in 1871, zijn toestem ming gaf dat een vrouw aan de Ne derlandsche Hoogesehool mocht, stu- deeren, zou het comité dat de feest viering voorbereidde, Vrijdagochtend een krans leggen aan den voet van het standbeeld van minister Thorbe- cke op het Thorbeckeplein alhier. (Alg.Hbld.). Speculeeren. De „Nieuwe Arnhemsche Courant" geeft het volgende aardige stukje uit een brief van een selfmade-koopman aan zijn zoon Speculeeren heeft veel van slaan en trappen met handen en voeten, als je niet zwemmen kunt, langs den rand van ons oude zwembasin't schijnt gemakkelijk en veilig, maar voordat je liet weet, ben je een eindje van len rand afgeraakt en in het diepe water gekomen. De graanhoek op de Beurs is maar dertig voet lang en breed, maar zoo diep, dat hij in de hel uit komt. Speculeeren beteekent hande len in niets. Als iemand koopt, koopt hij iets, dat de verkooper niet heeft. En als iemand verkoopt, verkoopt hij iets, dat hij niet heeft. En de onder vinding heeft mij geleerd, dat de netto winst op niets nihil is. Als een speculant wint, houdt hij niet op, voordat hij aan het verliezen gaat, en als hij verliest, kan hij niet ophouden, voor hij wint. Je bent al lang genoeg in de zaak geweest, om te weten, dat een os on geveer dertig seconden noodig heeft om zijn huicl te verliezen en als je me wilt gelooven, wanneer ik je zeg, dat ze een speculant even vlug kun nen afstroopen op de Beurs, dan zal je je er misschien wel voor wachten je huid op het spel te zetten. Omdat je de zoon van een vai-kens- slager bent, zou je soms kunnen den ken, dat je wat meer wist dan een ander van speculatievarkens. Dat is niet zoo. De armste menschen op aar de zijn de bloedverwanten van m'lli- onnairs. Als ik op de Beurs in denk beeldige varkens speculeer en het loopt me tegen, dan heb ik ze in na- tura te leveren, maar dat kan ik dan ook. Maar als jij het zelfde doet en je verliest, dan is liet «enige van 't var ken, wat je leveren kunt, het ge schreeuw. Ilc zou je niet hard vallen over het gebeurde, als geld het eenige was, wat iemand op de Beurs kon verliezen. Maar als eea jongmensch speculeert en hij wint, is het tien tegen één, dat hij zich een hoop slechte gewoonten gaat eigen maken en er verkeerde denkbeelden op na gaat houden, en wanneer hij verliest, loopt hij alle kans de achting voor zichzelf te ver liezen, bij de pogingen, die hij in het werk stelt om het geld terug te win nen. tijd uit Amsterdam naar Anthony Mahler te Manchester, te verzenden of te doen verzenden, als ware het echt en onvervalscht, om van genoemden Mahler toezending van het in meer genoemde bestelorder vermelde te ver krijgen, uit welk gebruik nadeel kan ontstaan. Alvorens tot het verhoor van bek), (die niet gedetineerd is) en de ge tuigen, werd overgegaan, concludeer de de verdediger, mr. A. H. J. v. d. Biesen, tot niet-ontvankelijk verkla ring van het O. M. op grond, dat aan verschillende formaliteiten, voorge schreven in art. 273 W. v. Str., met is voldaan, zooals het opmaken van een uitvoerig proces-verbaal over de gesteldheid van het vervalschte stuk en waarmerken van dat stuk, door griffier en rechter-commissaris. Het O. M. bestreed deze conclusie met het argument, dat de formalitei ten, waarop de verdediger doelde, niet waren voorgeschreven op straffe van nietigheid en evenmin van riiet-ont- vankelijkheid, terwijl bovendien „Re formaliteiten niet waren na. te komen, aangezien het vervalschte stuk, dat eerst bij de stukken aanwezig was, later is verdwenen en tot heden niet weer te vinden is. Nadat de rechtbank in raadkamer ongeveer een uur lang had beraad slaagd. verklaarde zij, het O. M. niet- ontvankelijk in zijn vordering. (Tel.) Dood door schuld. De 17-jarige werkjongen, die met andere jongens op een terrein aan den Omval onder Ouder-Amstel aan het schijfschieten was, en bij het span nen van een pistooltje den jeugdigen J. M. Oude Elferink bij ongeluk zoo danig trof, dat deze spoedig overleed, werd door de 5e kamer der Rechtbank te Amsterdam, overeenkomstig den eisch van het O. M„ tot 14 dagen ge vangenisstraf veroordeeld wegens net door schuld veroorzaken van den dood van een ander. Rechtszaken liet verdwenen stuk. Voor de 4de kamer der Amsterdam sche Rechtbank stond Donderdag te recht de heer J. H. M. v. O., 31 jaar, agent in manufacturen aldaar, ter zake, dat hij op 28 Mei 1902 te Am sterdam in een bestelorder door „The Manchester Trading Company", ge vestigd te Amsterdam, aan Anthony Mahler, te Manchester, gedaan, *n welke bestelorder door mr. Vonk de Botii, zijnde toch deze speciaal belast met de contróle der boekhouding, als goedkeuring van die bestelorder was onderteekend, en in welke order j onder meer voor rekening van bo vengenoemde vennootschap werden besteld 10 stukken White Bradford Cords B. A. 12, en 10 stukken White' Bradford Cords B. A. 92 (209) val-; sclielijk het cijfer 1 van de eerstge noemde bestelling heeft veranderd .n 2, zoodat niet 10 maar valschelijk 20 stukken daarvan werden besteld, en valschelijk het cijfer 1 van de laatst genoemde bestelling heeft veranderd in 4, zoodat niet 10, doch valschelijk •40 stukken daarvan werden besteld, zulks met liet oogmerk om deze door hem (beklaagde) als directeur van gemelde vennootschap mede ondertee- kende bestelorder, als echt en onver valscht te gebruiken of door anderen te doen gebruiken, uit welk gebruik nadeel kan ontstaan hebbende hij dan ook opzettelijk gebruik gemaakt van dit door hem vervalscht geschrtft, door dit op of omstreeks genoemden Kinderarbeid. Dinsdag stond voor het kantonge recht Rotterdam II terecht de heer Ed. Loyal, régisseür-général van net circus Maximiliaan, die in het ballet vier kinderen van 5, 7, 9 en 11 jaar gedurende een veertiental dagen on der de oogen der politie had doen op treden. Toen de man bekeurd werd door de arbeidsinspectie, drukte hij er dan ook zijn verwondering over uit, dat al die politiemannen van die overtre dingen niets gezegd hadden, wat ook niet erg begrijpelijk is. Tegen beklaagde, die niet versche nen was, werd 4 maal ƒ10 geëischt. Een beleedigde wethouder. Het gerechtshof te Arnhem deed uit spraak in de zaak van J. B. R., aan nemer te Zulphen, bij vonnis van de rechtbank te Zutplien van 21 Dec. 1903 ten opz'chte van de beschuldiging van smaad, aangedaan aan den wethou der Klaassen aldaar, gedeeltelijk ont slagen van rechtsvervolging en ge deeltelijk vrijgesproken. Het Hof ver nietigde dit vonnis en veroordeelde be klaagde wegens eenvoudige beleed;- ging van een ambtenaar in functie tot ƒ50 boete subs. 25 dagen. De Baflo'sche financi'u. De Prov. Gron. Ct. verneemt, dat de zaak van den heer Doornbosch, oud- burgemeester van Baflo, naar de open bare terechtzitting der rechtbank te Groningen verwezen is. Feuilleton. De Erfgenaam van het Majoraat. Naar het Duiisch van E. VON WERNER. Cl) Je gelooft mij niet nu, kijk dan zelf uit je oogen. Vraag hem Nccit heeft hij zich met leugens af gegeven en dat zal hij ook nu niet doen, maar hij zal misschien tegen je zeggen, dat het voorbij gaat, dat h:: haar toch aan den nrins moet over laten, dat hij je noodig heeft om haar te vergeten. Als jij daarmee tevreden kunt zijn, dan is 'tgoed, maar ik ge loof het niet. Hildur aplwoordu a geen silabe: slechts haar hand opende zich werk tuigelijk en liet den zooeven geplulc ten ruiker op den grond vallende bonte herfstpracht fladderde naar alle kanten heen -* meisje zelf stond daar onbewegelijk met starende oogen, -- Nu weet je alles zei Harald eindelijk, nadat hij minuten lang vergeefs op een antwoord had ge wacht. Gemakkelijk is het mij niet gevallen, want nu heb ik eens voor al alles bil je verspeeld, dat weet ik. Maar je was mij te aoed om gehuwd te worden zooals de eerste de beste, alleen omdat men het eenmaal be loofd had en zijn woord niet kon breken. Later zouden je de oogen toch opengegaan zijn en dan is hei beter, dat je nu Hildur, hoor je mij niet? Zij hoorde inderdaad niet en scheen nauwelijks te weten, dat hij nog in hare nabiiheid was, want zonder te spreken of te groeten, keerde zij zich langzaam om en liep naar huis. Eerst toen zij alleen in de woonka nier stond, verdween de verdooving, eerst nu scheen zij weer helder te kunnen denken. Dat was bet dus, wat als een duis tere vrees in haar binnenste gezeteld had, vanaf den dag waarop de vreemdelingen in Raansdal aankwa men, nu stond het voor haar en toon de heel andere trekken, dan zij ver moed had. Het verleden had zij ge vreesd de herinneringen aan liet groote, veel-bewogen leven daarbui ten, dat Bernard aan haar zijde in het stille Edsviken vergeten moest, .maar zijn aanstaande vrouw was vol moed om het tegen dat verleden op I te nemen. Zij werd immers bemind, hij had haar gekozen, hij gaf om lia- rontwille een rijke, trotsche bezitting op en als de vrouw bemind wordt, 1 dan is zij almachtig ten opzichte van H dat hij stond bij haar zoo vast, dat"nochzij;1 niets anders voor haar over had en koelheid gedurende hun verlovings- j al kon zij de wonde niet verdragen tijd, noch zijn wispelturig, vaak zootoch was het noodzakelijk. meestérachtig optreden het aan het wankelen had gebracht. En nu lag Toen Harald Thorvik langs net het verbrijzeld, vernietigd strand kwam, was daar druk vertier, Hildur twijfelde niet meer aan de j want juist legde de fjord-stoomboot woorden van Harald, al was zij daar i aan. Hier aan het laatste station in het eerste óogenblik ook tegen op- stapten bijna alleen Raansdalers uit, gekomen, met onverbiddelijke zeker- maar in de stad aan de kust. was beid drong de waarheid zich aan j groote marktdag geweest en de boe- haar op. Soort zoekt soort! Bernard j ren en schippers met hun vrouwen had haar nooit toebehoord; de andere keerden met hun mkoopen terug. was van zijn soort, die behoorde bi hem en het trotsche. ernstige meisje, om wie hij aanzoek gedaan had, die Slechts een vreemdeling liep over de landingsbrug, een heer op gevor derden leeftijd, met grijs haar en ge- ziin vrouw zou worden, lag nu op lijk-kleurïgen baard, maar met een liaar knieën in een wilde uitbarstingfrisch, door de zon verbrand gelaat van vertwijfeling en begroef haar ge- en jeugdige vlugheid m zijn bewegin- luk. gen. Hij bleef even staan en keek Harald zette intusschen zijn weg zoekend om zich heen, doch het vol- voort. Hij wist, wel, hoe zwaar de slaggend oogenblik kwam een beaienae treffen zou en toch had hij 't gedaan, in de Sassenburgsche livrei op hem maar hij had waarheid gesproken, zijn toe. Hij nam zijn hoed af en eigen wenschen en verlangens waren j hij de eer had den heerFeirns er niet bij in het spel geweest. Waarj eigenaar van een "^^gjied, een andere liefde zoo diep wortel had zich te zien. Zl-in Dooiliic g geschoten daar was geen ruimte voor i was op de jacht geweekt, toen een tweede, en ~*en meisje vergeeft! legrarn kwam, daarom het als men haar zonder erbarmen de het rijtuig aanwezig, oogen opent en haar geluk vernie- Fern stem knikte en gm tiii. Hoe het zii hij had gedaan wat naar zijn opvatting noodzakelijk was. Hildur was te goed om niets dan koud gedwongen plichtsgevoel te vinden bij den man, aan wien zij alles gaf. bok naast "den koetsier en zonder verder oponthoud reed het weg. De zon was al onder gegaan en over Raansdal, dat in de schaduw der ber gen lag, hing al een lichte scheme ring, op den weg naar Alfheim ech ter, die naar boven liep, was het nog vol daglicht. Fernstein zat gemakkelijk in een hoekje en bekeek de omgeving. Hij was niet zeer ontvankelijk voor de schoonheid der natuur en het schilderachtige watertochtje door het fjord evenals het berg-panorama. dat zich nu ontplooide, lieten hem tame lijk onverschillig. Maar plotseling sprong hij met een ruk op uit zijn gemakkelijke houding, keek scherp naar den zoom van liet bosch, dat zij juist passeerden, en liet toen een luid schallend „Hallo hooren. De jager, dien het roepen gold, keek vreemd op en bleef staan. Hij scheen wel het rütuig en de livrei te herken nen, maar niet den inzittende, toen riep deze den koetsier toe te stoppen, stapte snel uit en liep den ander te gemoet. Bernard! Daar snap ik je al dade- lijk in 't eerste uur! Ja. k"k mij maar j eens aan. ik ben 't levende lijve in jelui berenland. Oom Fernstein! Waar komt u van daan? rie"1 de jonpo uiterst ver rast. I Uit Drontheim, waarheen die verwenschte jongen, die Koert, mij niet zijn telegram heeft ontboden, en omdat ik nu eenmaal zoo ver was, wilde ik mijn ouden vriend Hohenfels opzoeken. In Berlijn kun je hem nooit te pakken krijgen, vervuld als hij daar is van regeeringszaken, liier heeft hij ten minste tijd. Maar daar over kunnen wij straks verder spre ken, stap in dn rijd mee, ik ga naar Alfheim. Naar Alfheim Bernard fronste het voorhoofd. Zou het niet beter zijn, oom, dat u iri de eerstvolgende dagen eens op Edsviken kwam? Ik heb weinig tijd. Fernstein lachte. Denk je, dat ik hier tabernakelen wil bouwen? Ik blijf maar één dag en moet overmorgen weer weg. Je wilt niet mee naar Alfheim, o, na tuurlijk, de verhouding met je oom is zeker nog even goed als vroeger, maal ais ik je nu loslaat, dan krijg ik je heelemaal niet meer te zien. Dus je riidt mee, basta Bernard aarzelde nog, hij was wel vol belangstelling voor hetgeen de heer Fernstein hem te vertellen zou hebben over Inga en Koert, want toen hij deze laatste acht dagen gele den verliet, was er nog geen sprake ,van de komst zijns vaders. I Nu, dan een half uurtje zei hij. I Tot Alfheim in 't zicht komt, dan moet ik echter uitstappen, ik heb werkelijk vandaag geen tijd. I De grondbezitter bekommerde zich niet op dat voorbehoud, hij had voor- loopig zijn zin en trok den jongen 'man mee in 'trijtuig. Hij was nog

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1904 | | pagina 5