NIEUWS= en ADVERTENTIEBLAD.
m
)e Erfgenaam van
het Majoraat.
21e Jaargang. No. 6361
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
ZATERDAG 26 MAART 1904.
HAARLEM S DAGBLAD
D2
ABONNEMENTEN
PER DRIE MAANDEN;
Voor Haarlem 1.20
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der
gemeente) B 1.30
Franco per post door Nederland »1.65
Afzonderlijke nummers n 0.02%
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37>f
omstreken en franco per post 0.45
Uitgave der Vennootschap Laurens Coster, Directeur J. C. PÉEREB00M.
ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Haarlem van 1—5 regels 0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel
Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen.
Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 55.
Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
er
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 31M* Faubourg Montmartre.
Tweede Blad.
Stadsnieuws.
.Groote offervaardigheid.
een bewijs van de groote offer-
ardigheid in het Bisdom Haarlem,
emen wij hieronder nog eenige cij
s, waarvan in de jaarvergadering
A 1 St. Vincentius-Vereeniging alhier
B rd melding gemaakt.
W )e inkomsten van de Heilige Vin-
B itius-Vereenigingen over de geheele
Breid bedroegen in het jaar 1903 15
W llioen francs.
(aarvan werd door Nederland bij-
igebracht f800.000, waarvan door
Bisdom Haarlem alleen f 500.000.
Arr. Rechtbank.
tlinc van Donderdag 24 Maart '04.)
efstftl ven Kleedingstukken.
Hendrik K., die zich voor het
renstaande had te verantwoor-
was niet aanwezig. Hem was ten
te gelegd, dat hij op 27 Januari,
gezelschap van Schouten en Schef-
van de speelplaats aan de Schou-
slaan een manteltje ontvreemd had
b een der daar spelende kinderen
had dit weggenomen en verkocht
a den uitdrager Dinsdag, endaar-
ir 30 cents ontvangen.
(it was des middags omstreeks drie
r gebeurd, terwijl beklaagde tegen
ïur in de Lange Margarethastraat
jas ontvreemd had, van een daar
anden broodwagen. Ook de port*3-
innaie, die in deze jas geborgen
s, en een inhoud van ongeveer f.3
d, heeft beklaagde zich toegeëigend
wijl hij den jas voor 20 cent aan
uzelf den uitdrager verkocht heeft,
het verkregen geld is door de drie
igens gedeeld, hoewel de diefstallen
een door beklaagde gepleegd zijn.
In deze zaak. werden verschillende
tuigen gehoord, o.a. den opkooper,
de eigenaars van de kleedingstuk-
alsook' de kameraad van K.
De president raddde den kameraad
n niet meer zulke dingen uit te
len, daar hij anders ook wel eens
ditmakmg met de justitie kon ko-
beklaagde heeft in de instructie
hem ten laste gelegde feiten be-
welke bekentenis werd voorge
en.
De ambtenaar van het O. M. wees
op, dat de beklaagde reeds enkele
eren wegens diefstal veroordeeld is
worden en vroeg mitsdien een ge-
ngenisstraf van 8 maanden.
i'erduisterin"
L. de J., oud 17 jaar, stond te-
rht wegens verduistering van gel-
d. Hi] was in December werkzaam
loopjongen aan de Coöp. Bakkerij,
;en een weekloon van f3.Hij
is belast met het thuis bezorgen
n brood en het innen van het geld
arvan. Op 7 December was hij uU
Kaan om geld te ontvangen, terwijl
2/2.50 als wisselgeld had mede ge
egen. Van eenige klanten had De
iig bovendien f 1.57A, f 1.56 en f 1.03
itvangen, van welke gelden hij nooit
rantwoording heeft gedaan, wijl hij
et meer bij, genoemde bakkerij is
rag gekomen.
De beklaagde erkent, dat hij de
lden zich toegeëigend had.
De ambtenaar van het O. M. vroeg
or deze diefstallen een gevangenis-
raf van 14 dagen, daarbij in aan-
trking nemende den jeugdigen leef-
d van den beklaagde.
UITSPRAKEN.
E. H., huisvrouw van J. C. H..
werkster te Haarlem, verduistering,
f 5 boete of 4 dagen hechtenis.
A. van E., arbeider te Beverwijk,
eenvoudige beleediging, drie dagen
gevangenisstraf.
dastel', Jü ÏÏSfA
genisstraf.
vat woord, het opzet te sterken en on- ganisatie-voorstellen kwam, ten einde
gewild tot een explosie mee te werken, i voor de toekomst de rechten der or-
Nu, zooals de heer Hutschenruyter kestleden op wel omschreven wijze
schrijft in zijne door ons aangekondig
de brochure,,Het Concertgebouw
conflict", de storm bedaard is en hij
zelf het oogenBlik gekomen acht de
P. B., zonder beroep, te IJmuiden
diefstal, f5 boete of vijf dagen hech
tenis.
H. D. C. en A. S., beiden zonder be
roep, te Haarlem, diefstal 2 personen,
ieder 14 dagen gev.straf.
F. S. S., werkman te Velsen, dief
stal, een week gev.strat
W. van E., tuinderskne'cht te Wijk
aan Zee en Duin, bedreiging tegen het
leven en wederspannigheid, 6 weken
gevangenisstraf.
Uit de Omstreken
publiek te ontsluieren, meenen wij,
ook onzerzijds -niet langer eenige op
merkingen te mogen achterhouden.
Uit bedoeld vlugschrift dan blijkt twee-
vast te stellen en te waarborgen. Hoe
wel de kieschheid gewaardeerd moet
worden, die den heer H. heeft doen
waken „tegen den schijn van perso
nen te willen kwetsen" voor de goe
de zaak zou 't niet ondienstig zijn ge
weest, als hij met de noodige feiten
gestaafd had zijne verklaring„dat
tusschen den heer Mengelberg en het
orkest een verwijdering (is) ontstaan,
erlei. Ten eerste dat de heer Hut- die Voor de toekomst van ernstige be-
schenruyter om der wille van een i (teekenis (dreigt) te worden." Immers,
beginsel zich van het Concertge-1 in die „verwijdering" hebben wij de
bouw heeft losgemaakt, een be- onmiddellijke oorzaak te zien van hei
ginse] van muziek-historischen aard conflict. Natuurlijk was ons hierou
gelijk.hij 't noemt maar vooral,
dunkt ons, van sociale beteekenis.
Wie kennis neemt van de voorstel
len tot reorganisatie, door hem aan,
het bestuur der naaml. vennootschap den eigenaardigen karaktertrek in ons
ingediend, zal daarin ontwaren een Hollanders, van niet zeer bestendig
streven van het orkest naar zelfbeheer.i ,z,'in in. onze vereering. Als iets ee».
eene poging om den patroon te doenl Hiding js goedgegaan, ontwaakt in
HAARLEMMERMEER „i* «k» tóp!ons allicht de drang naar verande
Voor een talrijk gehoor is de heer
Schouten te Hoofddorp in de Herv. - uuui igueiu inccim, cum cm ics»;-
Kerk opgetreden, om het werk van den waarnemen "vêreebracht Öd het ment aanf!a? °,p
heer v. d. Steur en zijne zuster te „auwbegrensd terrein van het Concert- StefvanonI°oïta)t hierachf
Malang toe te lichten. Met opgewekt-gebouw, in de betrekking van werk-jjaren zegenrijk gewerkt te hebben,
heid werd de spreker, die de Indischegever en werknemers. Wij zullen op! heenging, heb ik niet den indruk ge-
toestanden besprak aangehoord, maar I deze zijde van de quaestie niet in- j kregen, dat het orkest hem met grout
vooral voor de Indisch-Europeeschegaan. Zij betreft een beginsel van so- leedwezen zag vertrekken. Kes was
weezen en verlaten kinderen, door den j ciale politiek, waarmee men al of niet
zendeling van der Steur ter verzor- sympathiseer en kan al naar zijn
- - algemeene denkwijze maar waar
over het geen zin zou hebben hier te
trent wel iets ter oore gekomen
maar in zóó vagen vorm. dat wij cr
niet veel aan konden hechten. Daarbij
rc-kenden wij ook wel eenigszins met
ccuc pusiiig urn ueu JJUUUUU Le uueil ,,V Y j
terugtreden uit zijn machtsfeer, ten I °"s a"lcl?'.de dran*,naar
wt-kC„?mfrSr 7 I"wlrsheid tSten M wat naar onder'
:ÏS i "oorigheid zweemt en in elk, regie
leedwezen zag vertrekken.
een streng meesterHoe dit wezen
moge. indien inderdaad de verhouding
tusschen den heer Mehgelberg en hjt
orkest van zulk een aard is, als de
heer H. in zijn brochure ons doet ver
gaan debatteeren. Het bestuur is blijk-1 heer H.
baar van de voorstellen van den heer woeden, zou dit ten ernstigste te pp-
l gr?ndslagi blijven. Waar geen achting, geen v
liggen met te kunnen prijsgeven. kun geen eenheid zi
ging opgenomen, toonde men veel be
langstelling. Een flinke avondcollec
te ten voordeele dier ongelukkigen
sloot de samenkomst.
Woensdag a.s. zal door het bestuur
van den Haarlemmermeerpolder pu
bliek aanbesteed wordeüv het verdie
pen van tochten, het kroozen der
vaarten en het onderhoud der Ring-
vaartsboorden gedurende een jaar,
1904/1905.
Aan de publieke herbesteding voor heeft weten te verplaatsen in de denk-
1 isfeer van het bestuur, welks opperbe-
den op- en aanbouw van school no U het orkegt toch'de ruimt^gela.
VI namen 14 inschrijvers deel. Het! ten heeft, om zjCh ontwikkelen tot
hoogst werd ingeschreven door A. J. een artistiek zelfbewustzijn. als hij.
de Haan alliier voor f8974,90, het zeif roemt, dat aan dat orkest in zóójrecteur in 't openbaar wordt aange-
laagst werd ingeschreven door'" J 41 M
Wierstma te Zaandam voor f 7205.
De gunning is nog aangehouden.
Vorige aanbesteding was de hoog
ste inschrijver f 8991, de laagste in
schrijver f 7649.
Letteren en Kunst
Het Concertgebouw-conflict.
Men schrijft uit Amsterdam aan de
N. R. Ct.
Er is inderdaad eenige spanniug
ons orkest niet uit
„een achting, geeii ver-
Tprijsgeven. trouwen is, kan geen eenheid zijn.
sloot laatstgenoemde een vruchtbaretezamen opgaan in één kunst
onderhandeling vrijwei uit. Het komt praéstSHe, geen geestdrift in het met
mij voor, dat de heer H. met betrek- elkander volbrengen der zelfde taak.
Ring tot het door hem ingenomen geen affiniteit, die de vonk der bezie-
standpunt in deze, zich niet voldoende ling doet overspringen van den leider
jÉi 4 da op die hem hebben te volgen.
Ik wilde wel, nu de brochure van
den heer Hutschenruvter aanleiding
is, dat het leere onderwerp der ver
houding tusschen orkest en orkestdi
U JHI ui wv recteur in 't openbaar wordt aange
hooge mate eigen is en waaruit dan j voe?4\ beiden, thans voorbet feit,
ook zijn voortreffelijke hoedanigheden da' hunt ook 'nRe' °ï?"b=a^
6en gCTing de" i
zijn te verlslaren. (onderzochten en ernstig afvroegen.
In t voorbijgaan en tot nadere ken- wat er w e z e n 1 ii k aan is. van het-
schetsing van het standpunt, door het geen ieder in zich omdraagt aan mo-
bestuur ingenomen, gelde nog zijn be- j 'gelijke grieven, opdat ieder voor zijn
sliste afwijzing van inmenging van deel zichzelven herzie en zoo mogelijk
derden. Wel, natuurlijk, verklaart het 'wijzige in gedraging. Want elemen-
zich bereid met eene deputatie uit het ten, die zich afstooten. kunnen niet
orkest te confereeren. maar tot die vereenigd blijven en 't zou zelfs te
conferentie niet te kunnen toelaten bejammeren zijn als contracten zo*
iemand, die buiten het orkest staat streng konden worden ingericht, dat
(i. c. den rechtsgeleerden adviseur j zii niet te scheiden waren,
rar. J. A. Levy). Ook hier zien wij her-l Maar men wake tegen overijld nan-
üris inaeraaaa eenige spanning ge-;—- «u; u^, *iVU - eebied der toonkunst ten
weest onder het publiek, ter gelegen-halen, wat m den grooten sociaal-I v,et Concórtgebouw een der
heid van het aftreden van den heeroeconofhischen strijd zichi telkens_voor-weinige 'instellingen, 'die ons verzoe-
Willem Hutschenruyter als directeur-: doet: dat de patroon wel met zijn ar- nen me^ de j<ieinlieid van ons land.
administrateur van het Concertgebouwbeiders, maar niet met het arbeids- En al is |iet financieel een schitte-
en wel omdat allerlei verhalen desecretariaat of den, buiten de werk-1 eender bestaan waardig in het be-
rondte deden over een mogelijke af- i lieden-corporatie staanden bemidde-
scheiding van het Concertgebouw doorlaar, de zaken wenscht te behandelen,
de groote meerderheid van het orkest,He brochure leert ons echter nog
als protest tegen dat ontslag. Want een tweede, namelijk, dat onder nor
de heer Hutschenruyter genoot hetuiale omstandigheden de zaak zulk
volle vertouwen van de orkestleden. fen. sue* v®rl°op niet zou hebben s-e-
Zij wisten dat hunne belangen door 'iad ,®n ook onder de bestaande ver-
hem met groote liefde behartigd wei*wïf
i j I i j- I;. het oiRest hunne taak met Jtefde zou-
>T ïT a den bebben voortgezet. Althans zou
dig was voor die belangen in de eerstgenoemde er niet toe zijn geko-
bres sprong. Wij hebben gelijk de men een ultimatum te stellen, indien
meeste couranten toentertijd van met in den loop der jaren tusschen
de in omloop zijnde geruchten geen den orkest-directeur en het orkest een
melding gemaakt, ten eerste omdat verwijdering was ontstaan, waarinde
het geruchten waren en ten tweede om heer H. geen kans zag verbetering te
niet, zij 't door een nog zoo goed ge- brengen, waarom hij, als uiterste
meend. maar mogelijk averechts opge- middel, tot de indiening van zijn reor-
lang van ons orkest. dat het zich
tot heden heeft kunnen handhaven, in
den door eigen krachtsinspanning ver
worven hoogen rang, dankt het aan
eene samenwerking van verschillende
factoren, ook van het publiek, dat zich
geheel op dit eene kunstinstituut heeft
gericht. De kastegeest. die voor het
tot stancl komen en bevestigen van
groote dingen, in ons kleine land,
meermalen een beletsel is gebleken,
heeft het Concertgebouw onverlet ge
laten. Maar voor twee zulke orkesten
als wij er nu één bezitten, is ceen
plaats in onze stad. Wie er de hani
toe leent in deze een proef te nemen,
begaat een onverantwoordelijke daad
vooral tegenover de orkestleden, die
hij als artiesten helpt degradeeren en
doemen tot een onzeker bestaan met
ellende in het verschiet. Hij spiegelde
zich aan de Ned. Opera. Ons publiek
is niet gemakkelijk in beweging te
brengen en het zou voor het orkest in
geen geval partij kiezen en dit daad
werkelijk toonen, zonder de ontwïjfel
bare overtuiging, dat het bestuur van
het Concertgebouw ontoegankelijk is
voor gegronde grieven en ongezind
het orkest te beschermen tegen wille
keur of wat het terecht ontstemmen
kan en beleedigen in zijn gevoel van
eigenwaarde.
Aardrijkskundig Genootschap.
Het bestuur van het Koninklijk Ne-
derlandsch Aardrijkskundig Genoot
schap heeft met verwijzing naar
de krachtiger werkzaamheid van het
Genootschap in de laatste jaren, en
de grootsche ondernemingen, die m
voorbereiding zijn of aangevat zullen
moeten worden een rondshcrijven
verspreid, waarin het o. m. het vol
gende zegt
„Wil het Aardrijkskundig Genoot
schap zijn nationale taak in vollen
omvang kunnen vervullen, dan i-.-
da-artoe noodig, dat het door het ge
heele land ruimer steun ontvangt dan
tot dusver. Om dien steun te verkrij
gen, wenscht het bestuur te breken
met de lang gevolgde gewoonte. 4e
vergaderingen van het Genootschap
voornamelijk tot Amsterdam tebeper
ken. Allereerst wil het trachten te
Rotterdam de belangstelling voor zi>a
streven te wekken en het ledental al
daar uit te breiden. Het is daarom
voornemens er jaarlijks eenige vei-
gaderingen uit te schrijven, die aan
voordrachten over belangwekkende
ondef-werpen van aardrijkskundig be
lang gewijd zullen zijn
„Voor de eerste maal zal op Maan
dag 28 Maart jonkvrouwe A. von
Schmidt auf Altenstadt in da zaal van
het Nut een voordracht houden over
Korea, door lichtbeelden verduidelijk''
terwijl vermoedelijk binnenkort een
voordracht van majoor L. A. Bakhuis
voor de leden van het Genootschap
zal volgen."
Tan de Boekentafel.
G. H. Priem,
Langs donkere Paden.
Een dorps-tragedie noemt de schrij
ver dit bij den uitgever Veldt te Am
sterdam verschenen werk. Wie daar
om in dit verhaal een ingewikkelde
intrige zoeken zou, komt bedrogen
uit. Het geval is van de allereenvou
digste. Een jongen, die op zijn der
tiende jaar blind geworden is, en in
huis genomen door de molenaars
weduwe, waar hij dagelijks in aan-
te steken en hen daarin meteen te
laten omkomen. Hij weet niet, dat zij
uit den molen gegaan en naar 't
schoolgebouw gewandeld zijn. Zich
verbergende in de schuur hoort hij
het brandglarm en dan op eens den
angstkreet der weduwe „Geertje I
o God, Geertje 1"
Die uitroep schudt hem wakker uit
de versuffing waarin hij verkeert.
„„Geertje 1" gilde hij, „Geertje
„En hij vloog de schuur uit, struikel-
,,de over een emmer, sprong weer op,
„liep den tolbaas omver, die hem
„trachtte te grijpen, holde als een
„wild paard de vlammen in
Een hoogst eenvoudig drama dus.
De heer Priem evenwel zal, en te
recht, gedacht hebben dat een toe
stand niet ingewikkeld behoeft te zijn
om dramatisch te wezen. En juist het
eenvoudige gegeven en de schaarsheid
van personen (er zijn er in 't geheel
maar vijf) geven den schrijver de
breedst mogelijke gelegenheid, het
denken en doen van zijn twee hoofd
figuren (Teunis en Geertje) tot in de
bijzonderheden te omschrijven.
De heer Priem heeft van die gele
genheid een nuttig gebruik gemaakt
en van Teunis' weinig gecompliceerde
aandoeningen een volkomen duide
lijk beeld gegeven. Geertje is even
eens zeer goed geteekend, alleen de
ondermeester is wat nevelachtig ge
bleven.
Toch zal het boek allicht menigen
romanlezer niet voldoen. De situatie
is niet boeiend genoeg. Hoe bekla
genswaardig Teunis ook wezen mag,
dat Geertje den ondermeester ver
kiest boven den blinde, die niets in
de wereld doet dan een weinig viool
spelen, zal niemand bijster vreemd
vinden. Gezonde boerenmeisjes kie
zen zóó en niet anders 1
Vandaar dan ook, dat de lezer
tegen de bedoeling van den schrijver
in het eenigszins als een regeling
van een gevaarlijken toestand zal be
groeten, dat Teunis ten slotte zelf in
't brandende huis omkomt.
Uit de Pers
De Tarief wet.
Onder het opschrift„Theoretisch
geknutsel" schrijft „De Standaard"
Het persgeschreeuw tegen de Ta
rief-wet mist solieden ondergrond.
Het gaat uit van de Vrijhandels-
theorie, en herhaalt de reclame voor
raking komt met het aardige dochter-j deze theorie, die sinds vijftig en meer
tje Geertje, komt er allengs toe opjaren overbekend is. En zoo komt
het meisje te verlieven. Hij komt al men dan tot de conclusie, dat elk
gauw ie weten, dat zijn liefde onbe-j stelsel, dat niet volop Vrijhandel eert,
antwoord blijft. De ondermeester heeft 2 onzedelijk, oeconomisch slecht, en
een goed oogje op het meisje laten! voor de welvaart bedervend is.
vallen en zij mag hem ook wel lijden, j Doch kom nu op de feiten.
Zoodra de blinde Teunis daarvan; In Duitschland, in Oostenrijk, in
zeker is wordt hij door jaloezie en! Italië, in Frankrijk, in de Vereenigde
woesten haat gekweld, maar eerst! Staten, in Rusland, en waar al niet,
wanneer hij zal heengaan, naar het, zijn toch ook deskundigen, misschien
gesticht in de stad, komt (le hartstocht! wel deskundigen, nog beter op de
tot vasten vorm en besluit hij, den hoogte dan de schrijvers in onze libe-
gelukkigen mededinger te vermoor- rale pers. Ook zijn er in die landen
den. Hij voelt de scherpte van zijn
mes al met zijn nageldaar komt
Hein de knecht op aan en begrijpt
wat de blinde in 't schild voert.
Met het mes is 't nu uit, maar de
blinde, getergd door de verliefdheid
van 't paar en den spot van den on
dermeester, besluit den molen inbrand
verantwoordelijke staatslieden, die
al het geroep van de voortreffelijk-
lijkheid van den vrijhandel en van 't
verderf van elk ander stelsel nauw
keurig beluisterd hadden.
Hoe komt het dan, dat in al deze
landen èn deze deskundigen èn deze
staatslieden toch het dogma van den
F o h i 11 o t o n.
Naar het Dudtech van
E VON WERNER,
8peciaal bewerkt voor
Haarlem's Dagblad.
Wat wat moet dat beteeke-
o? vroeg hij eindelijk.
Sylvia sloeg de oogen tot hem op
wilde antwoorden en had toch
M moed er niet- voor zij zag hoe
nsticr de slag getroffen had.
Alfred was ook opgestaan, nu scheen
eerst de woorden te begrijpen,
War no" altijd herhaalde hij half
êrktuigelijk
-Je kunt niet? Waarom niet?
Zij raapte al haar moed bijéén en
ch klonk haar antwoord half ver-
ikt, nauwelijks hoorbaar
- Ik kan je de liefde niet geven,
P je eischt.
-Heb je dat dan ooit gedaan?
oeg hij scherp. Je hebt nooit eenige
oeite gedaan mij daaraan te doen
looven.
Sylvia liet het hoofd zinken, van
schuld bewust.
Vergeef mij, ik weet wel, dat {k
je er zooveel verdriet mee doe en heb
wekenlang over deze bekentenis na
gedacht. Vanmorgen al, toen je bij
mij waart, wilde ik spreken, maar ik
kon er niet toe komen en toch moest
het gezegd worden. Ik wil niet met
een leugen or> de lippen voor het al
taar staan, wil niet mijn heele leven
lang huichelen. Ter wille van jezelf
zoowel als van mij. zie van mij af
Geef mij mijn woord terug
Sassenburg stond daar roerloos en
keek naar het meisje, dat doodsbleek
en over alle leden bevend, maar met
een besliste uitdrukking op het gelaat
voor hem stond. W©c r)nt werkelijk
zijn humeurig, eigenzinnige en toch
zoo koele aanstaande bruid, die zoo
vaak met hem en zijn hartstocht ge
speeld had Die zno Jcnlm en zeker
den wensch van haar vader en haar
eigen eerzucht volgde, toen haar een
vorstenkroon getoond werd? Hij had
zich daarover nooit teleurgesteld ge
voeld, want zii kon immers niet harts
tochtelijk liefhebben, hij mocht van
haar nixen-natuur vergen, wat
nu eenmaal onmo'-,1"k was. En nu
zag b:: een jon^ w"n voor zich dat
zoo hartstochtelijk en angstig smeek
te bad, om zich los te maken van
den niet beminden man. Er kwam dus
toch leven in het beeld zonder ge
nade" Het wonder, waarvan hij zoo
dikwijls gedroomd had, gebeurde voor
zijn oogen maar hij stond er buiten.
Wie heeft je 4at geleerd? vroeg
hij somber en dreigend, tenv^i zijn
hand krampachtig de hare vastgreep.
Wie? Tk wil het
Laat mij losPlaag mij niet
Sylvia deed haar b^cf zich los te
wringen, maar hij hield haar vast met
ijzeren "reep.
Neen. ik laat ie niet los, je zult
mij antwoord gevenToen wij in
Alfheim kwamen en i'- :a"-woord
kreeg, toen was -"heel anders en
sinds dien tiid heb je niemand ont
moet dan O
Het laatste klonk als een luide
klacht. Bliksemsnel schoot hem een
gedachte door den geest. Het was
geen argwaan maar zekerheid, Alfred
Sassenburg wist nu, wie hem zijn
verloofde ontnomen
Langzaam liet hij hare hand los en
ging achteruit. Zij zag, dat hij de
waarheid geraden had en waagde het
toch niet een woord te sprekende
uitdrukking in zijn gelaat beangstig
de haar.
Er was een angstige, drukkende
pauze ingetreden.
Alfred was de eerste, die weer
sprak.
Dus ook bij jou heeft hij over
wonnen, die BernardHij is zeker
geen droomer. Werdeck heeft nu een
maal wat in dien jongen gezien en
nu mag hij u beleedigen en dwars-
boomen, toch wordt hij door u beiden
bewonderd om zijn walde, trotsche
kracht. Dus om zijnentwil
Bernard is gebonden en zal zijn
woord houden, zei Sylvia zacht, maar
beslist. Wij zijn gescheiden.
En jou woord vroeg Sassenburg
scherp.
Dat vraag ik, dat verzoek ik
vriendelijk van je terug. Het gaat
boven mijn krachten en je zult mij
aan niemand anders dan aan mijn
vader terug geven. Hildur heeft geen
vermoeden, welk offer haar gebracht
wordt, zij zal gelukkig en tevreden
zijn aan de zijde van haar man, je
kent nu de waarheid je zult mij de
vrijheid hergeven.
Hij begon bitter te lachen.
Zoo, denk je En als ik het nu
niet doe? Denk je, dat ik maanden
lang met mij laat spelen en mij dnn
wegwerpen Ik geloof niet aan die
comédie van scheiding en afzien, men
trouwt geen Hildur Eriksen, als men
door jou bemind wordt. Hij zal wel
een middel vinden om zich te bevrij
den en dan sta ik alleen tusschen je
beiden. Maar zoo gemakkelijk kom je
niet van mij af. Neem je in acht,
Sylvia Je kent alleen de man, die je
aanbad, die zich naar ieder van je
luimen schikte, je kon wel eens een
anderen leeren kennen. Roep hem niet
wakker, dat raad ik ie
Dat was weer zoo'n koortsachtige
bui van opgewondenheid, die soms
plotseling uit zijn vermoeide, droome-
rige onverschilligheid losbrak als het
opflikkeren van een vlam uit half "e-
doofden eloed, om dan weer machte
loos inéén te zinken, nu vlamde zij
op als een dreigende, verterende
hartstocht, die hem misschien in zijn
jeugd eigen geweest was. Hij was
wakker geworden, dat was duidfel"k.
zijn oogen schoten vonken, als was
hij nu tot alles in staat.
Ook Sylvia zag het. zij was voor
dit oogenblik zoo onuitsprekelijk bang
sreweest, want zij voelde zich van
schuld bewust en Alfred's verdriet,
zijn verwijten hadden haar diep «ze-
troffen, zijn dreigen gaf haar den ee-
zonken moed terug.
Strijdvaardig richtte zij zich op.
Moet ik dus door vrees aan je
verbonden blijven Zoo laf ben ik
nietBernard heeft zelf aanzoek co-
daan om zijn meisje, hij mag haar
niet verlaten, maar een vrouw voelt
anders in zulke dingen, die kan zich
niet voor haar gansche leven aan
iemand geven, als zij weet, dat haar
huwelijk niets dan een groote leugen
is. Dat weet jij nu ook en als je mij
in weerwil daarvan wilt vasthouden,
dan maak ik mij los, ook tegen je
wil
Durf Het eens wagen riep hij
buiten zichzelf uit. Je blijft de mijne",
zeg ik je Eer ik jou aan een ander
overlaat, eerder
Sylvia deinsde onwillekeurig achter
uit voor die vreeselijke uitdrukk ng
op zijn gelaat.
Daar werd haastig de deur geopend
en Hohenfels verscheen op den drem
pel. Hij kwam eens informeereu, hoe
ziin dochter het maakte. Hij meende,
dat zalleen was, h;; {n de aan
grenzende kamer driftige stemmen
hoorde en nu zag hij hen beiden te
"enover elkaar staan als tot een
strijd op leven en dood.
Sylvia Alfred wat betee-
kent dat? riep hij uit.
Hij kreeg geen antwoord, maar
Sylvia vloog op hem toe en sloeg bei
de armen om zijn hals. Nu zij onder
bescherming van haar vader was, be
gaf haar de kracht, zij brak in harts
tochtelijk snikken uit.
Alfred scheen de vraag niet te hoo-
ren hij keek maar naar zijn meisje,
dat hij voor 'teerst schreien zag.
Dus ook dat heb je geleerd zei
hij op bitteren toon. 1-Iij is een goede
leermeester geweest, je Bernard, maar
ik heb no" een apr.©me met hem te
schillen.
Met die woorden ging hij heen en
sloeg de deur met hevig geweld achter
zich dicht.
Hohenfels was misschien voor het
eerst van ziin leven ten einde raad,
toen hij zich tot zijn dochter wendde!
(Wordt vervolgd).