De Arme Millionair
NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD,
22e Jaargang. No. 6454
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
ZATERDAG 16 JULI 1904 B
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN ADVERTENTIËN:
ÖRSE MAANDEN* ^l&ÊSr^j3ʧ?I Van 1—5 regels 50 Cts.iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Voor Sfdoi^n Vd« omtrek to 'eet! Agit gevestigd is (icom der* Haarlem van 1-5 regels 0.75 elke regel meer/0.15. Reclames 30 Cent per regel,
gemeente) 1 30 V Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
FrancG per post door Nederland L65 Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen.
Geïllusbeercf Zondagsblad, Voor Haarlem' 0.37)f Rcdac,ie en Administratie: Groote Houtstraat 55.
de omstreken en franco per post „0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Uitgave der VeBD0D®©teeiiij) ILfflBBffei» C®sö«r. ©Srecteasr J. C. PEEREBOOM. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Abonnementen en Advertenüön worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 3l^is Faubourg Montmartre.
Tweede Blad.
Stadsnieuws.
Provinciale Staten
van Noord-Holland.
I (Zitting van Donderdag 14 Juli 1904).
Vervolg.
Aan de orde kwam thans het voor
stel tot het verleenen van ƒ500 sub
sidie ten behoeve van het b'oter-con-
trole-station in de Provincie Zuid-Hol
land.
De commissie stelde voor, de sub-
1 sidie voor 'tjaar te geven, hetgeen
1 door Ged. Staten werd overgenomen.
Het aldus gewijzigde voorstel werd
nu goedgekeurd.
j Goedgekeurd werd de rekening van
f het gesticht „Meerenberg" over het
jaar 1903.
Bij de behandeling der eerste sup
pletoirs begrooting voor het gesticht
„Meerenberg" voor 1904, zeide de hesr
G. S. Boreel, dat de bouw van een
nieuwe Directeurswoning alleszins
verdedigbaar is.
Het punt werd goedgekeurd, ook de
ontwerp-begrooting voor hetzelfde ge
sticht voor 1905 werd aangenomen.
Goedgekeurd werd het voorstel tot
het verleenen eener bijdrage van
t150.000 voor den bouw van eenCen-
aal-Israëlietisch Krankzinnigenge
sticht te Amsterdam.
Mr. Fabius deelde mede, dat het
hem genoegen doet, dat thans geen
opmerkingen zijn gemaakt, waar het
hier toch ook geldt een gesticht voor
lieden van bepaalde gezindten. (Ge
lach).
Het voorstel, om tot het tijdelijk
[voorzien in de behoefte aan plaats
ruimte voor armlastige krankzinnigen
een bedrag van ƒ40.000 beschikbaar te
stellen, werd aangenomen.
De heer Gerritsen zou wenschen,
dat het nieuwe gebouw in de eerste
plaats zal dienen tot ontlasting van
het Wilhelmina-Gasthnis te Amster
dam, dat thans overvol is met krank-
zinnigen.
Jhr. G. S. Boreel antwoordde, dat
Ged. Staten het nieuwe gebouw niet
alleen kunnen bestemmen voor Am-
sterdamsche patiënten. Dit zou on
billijk zijn tegenover patiënten uit
andere steden.
De Voorzitter zeide, dat de provin
cie alleen voor plaatsruimte heeft te
zorgen, niet voor verpleging. De Sta
ten hebben steeds de koorden der
beurs ruim gelaten. Een verwijt van
den heer Gerritsen, dat de Staten i
de laatste jaren verzuim hebben ge
pleegd, is onverdiend.
De voordracht werd thans zonder
stemming aangenomen.
Ook die tot vaststelling van de
begrooting der kosten van het Prov.
Bestuur, voor zooveel het Rijksbestuur
is, voor 1905.
Een voorstel om 250 toelage te ver
leenen aan de familie van den over
leden eervol ontslagen hoofdcommies
ter provinciale griffie, den heer Mr.
F. H. de Veye, werd goedgekeurd.
Het voorstel omtrent het toekennen
van reis- en verblijfkosten aan de
leden der commissiën uit de Prov
Staten, werd eveneens goedgekeurd
ook de voordracht tot het verleenen
van een voorschot ten behoeve van
het gesticht „Meerenberg", met twee
de suppletoire begrooting der enkel
provinciale en huishoudelijke inkom
sten en uitgaven voor 1904, en de be
grooting der enkel provinciale en
huishoudelijke inkomsten en uitga
ven voor 1905.
Naar aanleiding van deze laatsto
begrooting de post duingronden
waarvoor ƒ7800 is uitgetrokken, deed
de heer De Boer eenige vragen.
De heer Sillem antwoordde, dat
Ged. Staten in overleg zijn getreden
met de Heide-maatschappij inzake dc-
exploitatie van de nieuw aangekochte
duingronden te Castricum.
De heer Kouveldt vroeg of het of-
ficiëele verslag der zitting niet wat
juister gesteld en wat vroeger aan de
leden gezonden kon worden.
De heer Sillem zeide, dat Gedeput.
Staten daaraan zooveel mogelijk zul
len gevolg geven.
Besloten werd ter bestrijding van
de uitgaven der Provincie bij de Re
geering aan te vragen dei heffing van
negen opcenten op de hoofdsom der
belasting op de gebouwde eigendom
men, negen op die der ongebouwde
en zeven op die der personeele belas
ting.
Het voorstel tot het aangaan van
eene geldleening ten laste der Pro
vincie, groot ƒ392.000, werd aange
nomen.
Voorts de voorstellen omtrent adrec-
sen van bestuur van het ambacht van
West-Friesland, genaamd Geestme1-
ambacht, der polders Oostzaam en
Westzaan en van den Assendelverzo
dijk: de voorstellen tot wijziging van
de bijzondere reglementen van be
stuur voor den Haarlemmerrneerpol-
der, en de Slotenbinnen- en Midd el
veldsche gecombineerde polders, en
van 52 Waterschappen.
Besloten werd nog tot opheffing van
der> polder ,.De Ves", onder Ilpen-1
dam, als afzonderlijk waterschap e ij
tot vereeniging van dezen polder met.
het waterschap „De Purmer".
Het voorstel tot wijziging van het
reglement op de wegen wordt na en
kele discussie aangenomen.
Aan de orde werd gesteld het voor
stel tot afwijzing van het verzoek van
het gemeentebestuur van Terschelling
om subsidie ten behoeve van de ver-!
betering der wegen in die gemeente.
De heer Zür Mühlen bestreed dit;
voorstel krachtig, en stelde voor aan
het verzoek van het gemeentebestuur
te voldoen.
Spreker wees er op, dat de bewo
ners reeds 10 jaar lang op goede ver
keerswegen wachten.
Mr. Caroli zeide, dat de commissie
het voorstel van Ged. Staten heeft
ondersteund, omdat de eerste belang
hebbende in deze het Polderbestuur
eene groote mate van onverschillig
heid bij deze zaak aan den dag legt
Ook zou z. i. bij een eventueel vol
doen aan het verzoek het Polder
bestuur zich moeten bereid verklaren
het onderhoud op zich te nemen.
Mr. Heemskerk wilde de zaak aan
houden tot de najaarsvergadering.
Spreker acht het verkeerd, dat wan
neer de eerste belanghebbenden wei
geren mede te werken, de toestand
daar steeds maar bij het oude blijft.
De heer Ferf zeide, dat, wanneer
het onderhoud verzekerd is op deug
delijke wijze, Ged. Staten met een
voorst?l tot het verstrekken van een
bijdrage zullen komen.
Mr. Fabius wees er op, dat zich
op Terschelling twee partijen bevin
den, ééne die de harde wegen wil
en ééne die ze niet wil.
Mr. Westerwoudt meende dat hit
thans gewenscht was het voorstel v in
Ged. Staten aan te nemen, opdat,
geen verkeerde verwachtingen op Ter
schelling zullen ontstaan.
Mr. Heemskerk trok zijn voorstel in.
Het voorstel van den heer Zür
Mühlen werd daarna in stemming ge
bracht en' verworpen mét 59 tegen 6
stemmen, waarna de voordracht van
Ged. Staten werd aangenomen.
Het voorstel om af te wijzen het
verzoek van het bestuur van den pol
der „Het Koegras" om subsidie ten
behoeve van de beliarding van den
weg langs den Koegras-Zanddijk en
van den Strooweg nabij Helde, had
eveneens de goedkeuring der Staten.
Het voorstel tot wijziging van art.
32 (muilkorf) van het reglement op
de wegen, werd aangenomen.
De heer Zür Mühlen sprak de wen-
scholijkheid uit dat Ged. Staten nog
verder zouden gaan en bepalingen in
't leven roepen tot bescherming dei
trekhonden, en zeide zich het recht
voor te behouden later in deze een
desbetreffend voorstel te doen.
Het voorstel tot afwijzing van .het
verzoek van E. Vlug e. a. visschers
in den polder Geestmerambacht, tol
wijziging van het reglement op de
jacht en visscherij, werd met het oog
op het late uur aangehouden tot dé
Naj aarsvergadering.
Ook de interpellatie van den heer
Hubrecht over den Polder Nieuwer-
Amstel werd op verzoek van den heer
Hubrecht tot de najaarsvergadering
uitgesteld.
Daarna sloot de Voorzitter de Zo
mer-vergadering in naam der Ko
ningin.
Rechtszaken
Zaak Mr. Tan Mannekrede.
Voor het Gerechtshof te 's-Graven-
Uit de Pers.
schoonende omstandigheden, welke
een geringe straf zouden kunnen
rechtvaardigen, had adv.-gen. in deze
met den besten wil niet kunnen ont- Ontbinding der Eerste Kamer*
dekken. Beklaagde kon door zijn in een interview van een medewer-
maatschappelijken toestand en de ker aan „De Telegraaf" met mr. S.
mate zijner ontwikkeling geacht wor- van Houten heeft deze o.a. het vol
den de gevolgen van zijne handelin- gende verklaard
gen volkomen te beseffen, terwijl hij;' „En wat nu de mogelijkheden in
als mr. in de rechten volkomen op de de naaste politieke toekomst betreft,
hoogte was, althans kon zijn, van die is het mijn overtuiging, dat een ver
gevolgen, In benarde omstandigheden werping van de Hooger Onderwijs-
verkeerde beklaagde geenszins, daar wet door de Eerste Kamer tot geen
hij een ruime verdienste had. Hetenkele politieke complicatie zal mo-
eenige wat gebleken is, dat is dat be-'gen leiden. Kuyper zal kunnen doen
klaagde behept was met een buiten- j wat Pierson bij de Ongevallenwet
gewone speelzucht, hetgeen toch waar- deed of afwachten wat de verkiezin-
lijk niet als verschooning kan worden gen voor de Tweede Kamer in 1905
aangemerkt. Beklaagde is gebleken opleveren. Omtrent de volksmeening
een mate van rechtsvij andschap te be-[over dit ontwerp hebben deze Staten
zitten, zooals tot dusver zelden in de-verkiezingen niets geleerd. Het ge-
ze rechtzaal is aan den daer eetreden. schilpunt de quaestie van toeken-
ze rechtzaal is aan den dag getreden, schilpunt de quaestie
Hij heeft het recht met voeten getre-!mn* van staatsgeld en effectus civüis
den, want terwijl hij in de gelegen-1 aau oene slechts in naam Vrije Uni-
heid was nog terug te treden van het yersiteit is ongetwijfeld zeer be-
verkeerde pad, zij 't dan ook ten eigen {Q-Ugnjkwetenschap, welke met on-
nadeele, is hij verder gegaan en heeft belemmerd is in haar onderzoek, is
hij aan de chimerieke kans op veran-! vo°rmi] geen wetenschap,
dering in den ongunstigen toestand-:Maar zal dlt geschilpunt de poli-
van zaken opgeofferd de belangen van «ff
de crediteuren. i heerschen dan eischt het constitutie.
Mo h0innB neele beginsel, dat het beslissende
hage werd gisteren in appèl behan-1 verzwaring van straf toelaat eneeni- oordeel gelaten woi-dt aan het kiezers-
SS Z?Van "IS geWf62 advo- ge^^schouv^higenf voore^nan^ de Jf'S den
Sfe WKwn Munn®k*ede, door aankondiging van het voornemen in ™fr/XeSkendwordfnaande
de Rechtbank aldaar veroordeeld tot deze niet de maximum-straf teeischen r» -,n'ei ipegeKenu woiaen aan ue
21/9 1... o'Pvnno'PiiicUrof woo-ona Ho j j iCMimum si :tii wwsuimi Provinciale Staten noch implicite aan
t Aaar.gevangenisstraf, wegens de vorderde adv-gen mr. Reitsma ver-'de kiezers v
oor de Provinciale Sta
bekende feiten van
zijne
faillissementen van de Delftsche Dis-
dat lichaam. Deze eisch klemt hier te
rY^ A's raadsman van beklaagde trad,1 sterker omdat de Hooger Onderwij
tilleeideii], Gist- en Spiritusfabriek te evenals bij de behandeling voor de wet in de Tweede Kamer ernstieen
Delft on m die der firmanten van die Rechtbank; weder op mr M. P. GS w "tand oSvindtTan dr De VU
v—aP't? beoren^n Meerten. j Kappeyne van de Coppello, die, na sor. die een kiezerselement vertegen-
De officier van justitie was alleen een uiteenzetting van de redenen woordiet. waaraan ik zooals ik
van het vonnis der Rechtbank inhoo-: waarom hij beklaagde, ook op verzoek reeds zei grooten invloed toeken,
ger beroep gegaan. Beklaagde had be-, van eenige collega's, verdedigde, be- terwijl hii bij de jongste verkiezing
rust m zijne veroordeehng. gon met op te merken, dat zich in de voor de Provinciale Staten zijn volle
betuigen werden gisteren niet ge-| stukken in appèl niet bevond een dos- gewicht in de andere schaal heeft ge
hoord. Het yereischte rapport werdsier Van het Openbaar Ministerie om-[ worpen.
uitgebracht door den raadsheer jhr.
mr. Van Doorn.
Bij een kort verhoor door den pre
sident, bleef beklaagde bij zijne volle
dige, voor de Rechtbank afgelegde be
kentenis. Toen hij aanving met als
trent beklaagde, waarvan beklaagde, J ..De Eerste Kamer zal dus naar
noch verdediger tijdig genoeg kennis.mijn meening het Hooger Ondervvijs-
hadden kunnen nemen, zoodat het,ontwerp zuiver hebben te beoordee-
door geen hunner kon weerlegd wor-.len naar 'de innerlijke waarde zonder
den. j bijmenging van eenige politieke mede-
- Pleiter kwam daarna op tegen de consideratie. Is verwerping dan het
curator de gelden te innen, zat hij ge- rechtvaardiging van den oisch van gevolg, dan zullen de kortelijk aange-
wikkeld in aanzienlijke speculatieve1 strafverhooging door den adv-gen.geven argumenten zóó afdoende blij-
operatiën, maar verwachtte dat hij ontleend aan den aard van het mis- i ken. dat naar mijn oordeel een ont-
spoedig daaruit zou geraken, hetgeendrijf Bij elk misdrijf behoort intus-binding ad hoc van de Eerste Kamer
echter tegensloeg. Beklaagde ontken-schen rekening te worden gehoudenniet zou kunnen geoordeeld worden
de echter, dat zijn speelzucht was aan-met den persoon van beklaagde. En te strooken met een welberaden ge-
gewakkerd door het zich in het bezit waar de Rechtbank, die den bekiaag- bruik van het koninklijk ontbindings
weten van groote sommen, die hemde door en door kent, dit blijkens haar vscht.
niet m eigendom toebehoorden. De vonnis gedaan heeft gaat het niet aan ..Door ontbinding overeenstemming
president wees beklaagde op het ziCh te zeer vast te 'klampen aan den te brengen tusschen de beide staats-
hoogst ernstige van zijne handelingen,aard van het misdrijf. i lichamen Eerste en Tweede Kamer
die niet alleen de schuldeischers, maar I Overigens" hield pleiter nagenoeg moet altijd een zeer exceptioneele
ook de aandeelhouders in de Delft-hetzelfde uitgebreide juridische be- maatregel blijven, welke slechts in
sche vennootschap zeer benadeeld heb-; toog al* indertijd voor de Rechtbank uiterste gevallen mag worden toege-
ben. Bovendien schond hij op schro-1 en dat, naar men zich wellicht zalherl no£ £Ileen °P «ene wijze,
melijke wijze het vertrouwen in hem inneren, in hoofdzaak hierop neer- «at„"et kiezershchaam voor de Twee
als lid der balie gesteld. komt lo dat het bedrae der aan b&- ,de ,I>ameV m het gerezen geschil de
De advocaat-generaal mr. Reitsmaklaagde ten laste °-ele°üe verduiste- beslissende uitspraak geeft. Dat wordt
vroeg beklaagde of hij nogal eenroya-| ^n een.onge'vefrlbld^ag" fs? dat VS T,"
le opvoeding had gehad, hetgeen bekl. i hem met andere woorden in strijd stitutioneel stelsel geeischt. Als uit
toegaf Ook moes! hij toeglvon, dat Z ™ttejIfken°aS' vetdS.^e'taS
ted ook am hSaSrdVspèl "on^e™ W°r<H vSÏÏSe? v^'ge
1?' nazaraspej. up een2o.- dat de curator moet beschouwd ïjjkf. strekkinc- aannam ai« tha»^ hü
uitdrukkelijke vraag van adv-generaal worden eigenaar te ziin van de ^eïnde a r- a ï- aannam ais tnans Dij
erkende heklaae-de da» hii nlM ,k' aruen eigenaar ie zijn van ae gemae de Eerste Kamer ligt. zou deze de op-
encenae oeKiaagae, aat hij, niet als gelden, en er dus naar goedvinden ,)0*itie daartegen vriiwillio- kunnen
lid, maar als geïntroduceerde, een 0ver beschikken kan, behoudens reke- once ven."
soort van geheim speelhuis in het ning en verantwoording; 3o. dat door.
Ivorte Voorhout, gelegen juist tegen-j verruiling van eenige effecten geen' De Arnhemsche Courant' na
°lve.r.he' reohtsgebouw, nogal drukbe-. verduistering heeft plaats gehad. kerst opgemerkt te hebben dat De
Ten slotte wees pleiter er op. dat standaard", al zegt zij het niet rónd
de zeer langdurige preventieve hech- uit, blijkbaar vóór de ontbinding der
tenis van dezen beklaagde die niets Eerste Kamer is
liever wenschte dan de hem opgelegde1 Maar ze tracht eerst nog eenmaal
straf zoo spoedig mogelijk te boeten, de meerderheid der Eerste Kamer te
weer verlengd is geworden door het vermurwen en betoogt dat ter wille
appèl van den officier van justitie. van die Kamer zelve de wet eigenlijk
Na re- en dupliek werd de uitspraak niet verworpen mag worden, want
bepaald *op heden over 14 dagen. ...dan breekt ze (de Eerste Kamern.l.)
zelve met haar verleden, schept een
allergevaarlijkst precedent, onder-
mijnt haar eigen positie, en wrikt
zocht en daar aanzienlijke sommen
verloor, bij duizenden tegelijk.
Hierop was het woord aan adv.-gen.
tot het nemen van zijn requisitoir,
waarbij Z.E.G.A. mededeelde, dat de
eenige grond voor het hooger beroep
door den officier van justitie gelegen
was in de te geringe straf door de
Rechtbank opgelegd, in verhouding
tot den ernst der feiten.
Met die zienswijze van den officier
ging adv.-gen, volkomen mede. Ver-
daardoor een der binten van ons con-
stitutioneele Staatsgebouw los."
Men ziet, 'tis geen kleinigheid En
tot die vreeselijke gevolgen eener ver
werping komt „De Standaard" door
middel van eene dier wonderlijke
staatsrechtelijke redeneeringen, waar
in haar vroegere hoofdredacteur steeds
uitmuntte en waarvan hij ook als
minister zich soms niet afkeerig toon
de. Alsof 'teen axioma ware wordt
als praemisse gesteld..Vaststaat
dat de Eerste Kamer is ingesteld, om
een slagboom te zijn tegen te sterk
doordringen van die elementen, die
het overwicht liefst van de regeering
naar het kiezersvolk verplaatsen. Ze
moet bolwerk zijn tegen te snel op
komend radicalisme", en nu laat
zich hieruit inderdaad gemakkelijk
de conclusie trekken, dat dus de Eer
ste Kamer ter wille van haar positie
en reputatie de Hooger Onderwijs
wet niet verwerpen mag
Gesteld echter de praemisse wart
juist, zou dan niet de Eerste Kamer
bij verwerping der wet eigenlijk ge
heel in haar rol blijven, daar zij het
bestaande immers verdedigen zou te
gen een ,,tö snel opkomend Calvi
nistisch radicalisme". En hoe ver
klaart ..De Standaard", dat de Eer
ste Kamer, vroeger wel eens door de
regeering voorgestelde wetsontwerpen
verwerpende, niet met haar verle
den brak. niet haar eigen positie
ondermijnde en niet een der binten
van ons constitutioneele Staatsgebouw
loswrikte
't Is zeker niet zee>r waarschijnlijk,
dat dit wonderlijk staatsrechtelijk be
toog iets anders dan een lachwekken-
den indruk op de meerderheid der
Eerste Kamer zal maken.
Het Sociaal Weekblad meent, dat
De Nederlander in haar artikel, waar
in zij over de ontbinding der Eerste
Kamer handelt, van het ontbindings-
recht een caricatuur maakt en deelt
noch de algemeene staatsrechtelijke
beschouwingen, noch dé opportuni-
teitsargumenten van dat blad.
Echter ontkent ook het Sociaal
Weekblad de noodzakelijkheid vap_een
ontbinding, doch op andere gronden.
Een ontbinding van de Eerste Ka
mer alleen is ten onzent nog nooit
voorgekomen. En er is een omstan
digheid, die sterk pleit tegen de ont
binding van de Eerste Kamer wegens
verwerping der hooger onderwijswet
en wel deze, dat daar nog altijd ligt
om in de Tweede Kamer behandeld
te worden de motie van den heer Loh-
man, waarbij verklaard wordt, dat het
wenschclijk is de bevoegdheid tot het
bekleeden van openbare betrekkingen
en het uitoefenen van beroepen niet
uitsluitend te verbinden aan den uit
slag van universitaire examens. Het
feit, dat die motie bestaat, heeft ten
gevolge, dat het volstrekt niet zeker
is, dat een tweede wetsontwerp in de
Tweede Kamer dezelfde meerderheid
zal verwerven, of wel dat een tweede
wetsontwerp niet in geheel andere ge
daante uit de Tweede Kamer zal te
voorschijn komen.
Die motie heeft, door de late indie
ning, geen invloed meer op de beslis
sing over het hooger onderwijs-ont-
werp in de Tweede Kamer kunnen uit
oefenen, maar zal dit stellig wel bij
een vernieuwde 'Indiening van dit ont
werp doen. Daarom is er alle reden
voor een nieuwe behandeling van dit
ontwerp in de Tweede Kamer met be
houd derzelfde Eerste Kamer.
.De Nederlander" zegt. dat, als zij
het bezwaar van „De Standaard" te
gen het niet-ontbinden der Eerste Ka
mer goed begrijpt het dit is, dat de
Eerste Kamer, krachtens hare inste1-
ling, conservatief is. een rem tegen
overijling. Verwerpt zij echter de hoo-
Feuilleton.
Naar het ENGELSCH.
4)
Waarom lacht u vroeg hij stug.
Omdat je spreekt over iets, dat
eigenlijk niet meer behoorde te be
staan, als jij groot geworden bent,
ofschoon ik zeer vrees, dat het jouw
leven zoowel als het mijne nog wel
voortduren zal.
Wat zal voortduren?
Dat onding, dat men philantro-
pie noemt, of eigenlijk bedoel ik de
noodzakelijkheid daarvan. Als een
maal de wereld zoo is ingericht, als
wij haar zouden willen hebben, dan
zal er geen weldoener meer zijneven-
min als iemand, die weldaden ont
vangt, geen millionair of bedelaar,
Boen rijk of arm.
Dat begrijp ik niet...
Hoe zou dat ook kunnen, daar
niemand het je uitlegt? Ik zou het.
wel kunnen, maar ik wil liever niet
dat Mr. Brady of Lord Elwood mijn
opinies leert kennen.
Ik zal er niet over spreken.
En toen begon de jonge man te
spreken, eerst snel en zacht, dan weer
wat luider. Terwijl hij sprak daar
bij Henri George en Tolstoi aanha
lende, werd zijn spookachtig ge
laat met een blos overtogen, en zijn
bijzonder blanke hand (want hij
bracht zijn leven binnenshuis door)
streek zenuwachtig door zijn haar
dos. Dat haar was zoo rood, dat Ha
rold nooit kon laten te denken, dat
de blanke vingers ea- eens uit te voor
schijn zouden komen met bloed be
vlekt. Maar nu dacht hij daaraan in
het geheel niet, zoo raakte hij onder
een raadselachtige bekoring. Groo
ten indruk maakte het op hem, dat
de heer Schmal klaarblijkelijk in vol
komen ernst sprak. Hij ging zelfs zóó
vè'r den heer Schmal in zijn geest te
vergelijken bij een apostel. Toen hij
zijn eigen armoede te berde bracht, en
er over sprak, hoe bitter het was het
brood te eten van een rijk man,
kreeg de apostel in Harold's verbeel
ding de kroon van een martelaar.
Totdat ik werkelijk was aange
nomen, wigt ik niet hoe rijk je was.
en mijn eerste gedachte was de be
trekking op te geven; maar en zijn
stem zonk plotseling m lage .tonen,
terwijl zijn gloeiende oogen zich op
Harold richtten ik heb een oude
moeder in Duitschland, en vijf kleine
broers en zusters. Voor mij zelf wilde
ik mij niet vernederen, maar voor
hen
Och, zou ik hun niet wat kun
nen zenden? riep Harold opgewonden
uit.
Weer keken de gloeiende oogen Ha
rold aan nu schitterde er weer een
andere uitdrukking in.
Hun iets zenden? Jij Heb ik je
zooeven niet gezegd, dat het mij ge
weldig hindert je brood te eten en
denk je dan dat ik de last van je
liefdadigheid zou kunnen dragen
Maar ik vergeet dat je dat nog
niet kunt begrijpen je was niet van
plan mij te kwetsen, is 'twel
Als de ruwe Duitscher glimlachte,
hetgeen zeer zelden gebeurde, scheen
zijn norsch gelaat als met tooverslag
te veranderen. Bij dien glimlach voel
de Harold plotseling, dat het niet
moeilijk zou zijn van dezen man te
houden.
- Wat de rijken liefdadigheid noe
men. zeiue de heer Schmal nu snel,
is niet meer dan een fooitje voor het
monster. Armoede, in dei hoop het op
die wijze nog een poos zoet te hou
den. Het. ding zelf, „rijkdom" ge
naamd, is de buit van den sterkste,
of van den minst eervolle in den
strijd. Alleen door deze buit te behou
den, wordt de rijke de natuurlijke
vijand vair zijn geslacht. Jij, persoon
lijk. bezit meer dan iemand anders
in dit landdaarom ben je omringd
van natuurlijke vijanden.
Deze woorden prikkelden Harold
tot tegenspraak.
O, neen. dat kan niet waar we
zen Ik voel mij niet als een vijand
van iedereen, en werkelijk, ik heb ook
geen enkelen vijand. Integendeel, ie
dereen is altijd vriendelijk tegen mij
bijna te vriendelijk soms.
Ze zyn niet vriendelijk tegen
jou, maar tegen je geld die bui;,
j waarvan zij direct of indirect een deel
hopen machtig te worden.
I Dat geloof ik niet, zeide Harold
driftig.
I Je zult liet wel leeren gelooven.
I Zoolang het geld nog verzameld
I wordt in het bezit van enkelen, even
lang- zal de menigte die enkelen nog
I achterna loopen. Eerst als er gelijk
heid heerscht, zal ieder mensch pre
cies weten, hoeveel hij zijn vrienden
waard is.
Een ander gesprek van een half uur
over dit onderwerp gaf aanleiding tot f
veel wanhopige gedachten. De gelijke j
verdeeling van aardsche goederen
werd vocrloopig door hem op zij ge-1
zet een zjiiver persoonlijk belang
nam Harold's attentie geheel in be
slag.
Was het werkelijk mogelijk, dat.
niemand belang in hem stelde om
hem zelf Zouden de menschen niet.
vriendelijk tegen hem zijn. als hij niet
rijk was? Hij had altijd lust om diep
in de dingen door te dringen, en dat
zou hij nu ook doen. Was er &een
middel votl- hem om zich van zijn
geld los te maken, dan zou zijn twit
scheen zeer moeilijkmaar eindelijk
kwam er een plan in zijn hersens
tot rijpheid.
In 'teerst scheen het uitvoeren van
het denkbeeld hem te stoutmoedig.
Hij zou op een of andere wijze hee-
lomaal alleen van huis wegloopen en
zoo schamel gekleed als maar moge
lijk was en dan moest hij een of an
dere plek zien te bereiken, vèr genoeg
weg om te hopen, niet herkend te
worden. Dan zou hij, zoo goed en zoo
kwaad als 'tging, den landlooper en
hongerigept bedelaar uithangen (bui
ten kwestie zou hij toch wel hongerig
en dood-op zijn", als hij den gewensch-
tcn afstand had afgelegd) en een be
roep doen op de gastvrijheid in een
of andere hut. Als hij binnen gelaten
en vriendelijk behandeld werd, in
weerwil van zijn armoedig uiterlijk,
dan had de heer Schmal ongelijk als
hij van de deur werd weggejaagd,
dan kon hij gelijk hebben.
Zijn hart begon aangenaam gejaagd
te kloppen in het vooruitzicht van dat
avontuur. Ofgchoon zijn verlangen,
om zijn persoonlijke waarde te on
derzoeken het hoofdmotief was, was
dat toch niet het eenige. Tegenover
zijn zorgvuldig bewaakt bestaan
scheen deze onderneming heerlijk
groot, bijna even groot als voor een
gevangene een poging tot ontvluch
ting moest schijnen. Zelfs gevange
nissen van louter goud beginnen te
knellen. liet zou natuurlijk niet voor
lang zijn, maar misschien zouden zij
een hcelen dag noodig hebben om
hem te vinden en weer gevangen te
zetten En wat zou dat een heerlijke
dag zijn want, het mag vreemd
schijnen, maar zijn aangeboren verle
genheid scheen hem bij het besluit tot
deze onderneming niet te hinderen.
.Ik ben alleen bang voor de men
schen. omdat ik IK hen, besloot hij.
onduidelijk maar toch juisten nu
zal ik eens niet IK zijn, of ten minste
zij zullen het niet weten en mij daar-
om niet aanstaren".
Nu liet hij zijn phantasio den vrij
en loop. Hij zag zichzelf duidelijk zit
ten op een houten stoel in een klein,
keukentje, en melk drinken uit een
kom, die een vriendelijke, oude vrouw
voor hem. vasthield. Wat zou die melk
heerlijk smaken Er was een derge
lijke plaat in één van zijn boeken. En
wie weet of er misschien niet voor
dat hij dat keukentje bereikte, wat
anders onverwachts gebeurde»? een
stier op een veld, misschien of een
dronkaard, die hem dreigde met een
stok mogelijkheden, die het aan
trekkelijke van de onderneming nog
zeer verhoogden.
Dat alles maakte hem niet bang
hot „eeuwig jongensachtige", door
zijn opvoeding niet tot zijn recht ge
komen. liet zich hier gelden.
Het avontuurlijke uitstapje grgep
plaats maar er kwam veel spoediger
en heel anders een einde aan, dan het
voornemen was.