Doch buitendien vormt de machine
maar een deel van het gansche voer
tuig, en is ze niet bestemd op spoor
staven, doch over den gewonen weg
te rijden.
Practiscli bruikbaar is Murdock's
locomotief nooit geweest, alleen het
geheel uit koper vervaardigd model
reed uitstekend op den vlakken vloer.
Op den weg ondervond een grootere
machine te veel weerstand.
i_
Nu 't weer kouder wordt en 't verlangen naar een gezellig vuurtje
in ons ontwaakt, past het dit wintersch genoegen de het toekomende hulde
te brengen.
De deur der wachtkamer van den
tandarts ging open en binnen traden
een jongmensch en een meisje van
omstreeks 21 lentes.
Met één oogopslag zag tandarts
Tang, dat niet hij, maar zij zijn hulp
noodig had. Het meisje beefde van
zenuwachtigheid en hield een zak
doek dicht tegen haar wang gedrukt.
Teeder bezorgd schoof haar metge
zel haar naar voren, in de richting
van den vreeselijken stoe>l, die mid
den in 't vertrek stond en er als een
middeneeuwsch folterwerktuig uit
zag.
Waarschijnlijk een geëngageerd
paartjedacht mijnheer Tang.
'tWas zoo.
Het jongemensch verklaarde hem.
dat zijn aanstaande al vier dagen
aan hevige kiespijn leed. Op zijn her
haald aandringen had zij eindelijk
besloten de ooi-zaak van haar pijn te
doen verwijderen. Maar 'thad moei
te gekost, want o, ze zag er zoo te
gen op. Ook nu nog, dat was haar
wed aan te zien.
De tandarts trachtte haar te kalmee-
ren, maar zij bleef zenuwachtig wei
geren in den stoel plaats te nemen.
Kom, Marie! zei haar cavalier
bemoedigend, 't Ergste is al gebeurd.
Ga nu even zitten en in één minuut
ben je van je pijn af.
Ach. ik durf nietzuchtte zij.
't Is heusch zoo verschrikkelijk
niet! zei mijnheer Tang. 't Geeft niets
even een klein beetje pijn en dan is
't over voor goed.
Als ik kiespijn had aarzelde ik
geen oogenblik vulde haar aanstaan
de aan.
Maar zij bleef nukkig weigeren.
Dat kan je nu makkelijk zeggen!
zei zc. Je moest het werkelijk maar
eens hebben
Nu goedantwoordde hij cor-
daat. Dan zal ik je laten zien, dat ik
er niet tegen op zie. Mijnheer Tang,
als 'tu blieft
Hij ging in den stoel zitten, met
het hoofd in de gewenschte houding
en opende den mond. De tandarts was
al bij hem en scheen te zoeken naar
de kies, die het best getrokken zou
kunnen worden.
O. schei uitriep zij nu plotse
ling uit. 't Is genoeg. Nu geloof ik je.
Jk zal mijn kies laten trekken.
En zonder aarzelen nam zij nu in
den stoel plaats en liet, zonder één
gilletje, de kies er uithalen.
O, Henrizei ze, toen zij weer
op straat gekomen waren. Nu geloof
ik je, als je me zegt, dat je voor mij
door 'tvuur zoudt willen gaan.
Als eenig antwoord drukte hij haar
arm vast tegen zich aan.
De oolijkerd wachtte zich wel te
vertellen, dat zijn geheele gebitvalsch
was.
HET INKOMEN VAN FRANSCHE
ROMAN-FEUILLETONISTEN.
De Russisch-Japansche oorlog heeft
de Fransche roman-feuilletonisten tot
groote vreugde gebracht; hij levert
hun een mooi onderwerp, overvloe
dige stof en een gemakkelijke plaats
der behandeling.
Een overzicht over de verdiensten
der Fransche feuilleton-schrijvers is
niet on-interessant. De eerste roman
feuilletons dateeren uit den tijd van
koning Louis Philippe. De som van
6.000 francs, waarvoor Eugène Sue
destijds zijn beroemd geworden ro
man „Les mystères de Paris" ver
kocht aan het blad de Constitution-
nel, leek toen fabelachtig. Thans zou
zij belachelijk gering zijn. Reeds
Eugène Sue vroeg later hoogere prij
zen.
Op hem en Alexandre Dumas Sr.
volgt de beroemde Ponson du Terrail,
die jaarlijks 100,000 francs verdiende!
Sedert is het inkomen der roman-
feuilletonisten nog voortdurend toe
genomen. Xavier de Montépin heeft
een weelderig ingericht huis te Pa
rijs, twee villa's te Cannes en te Nizza
verdiend en maakt gemiddeld 70,000
francs voor iederen roman, zonder de
tantièmes van zijn drama's te reke
nen.
Jules Mary krijgt ook voor den
meest onbeteekenenden roman ge
middeld 60,000 francs. Zijn romans
„Roger la Honte" en „Le Régiment"
hebben hem bijna 200,000 francs op
gebracht.
Voor den roman „Le Remords d'un
Ange" ontving d'Ennery 70,000 fres.
Een kozak waarschuwt een voorpost voor de nadering van een JapanscKen
verkennerstroep.
Door een groep amateurs werd de
Willem Teil gegeven. De ouverture
was den gehuurden pianist veel te
lastig, en dus was hem gezegd, als
het doek opging en de hoed van
Gesier zichtbaar werd, maar het een
of ander toepasselijks te spelen.
Het scherm rees, en de pianist be
gon met furore Wie zijn hoed is
dat, wie zijn hoed is dat etc. etc.
Op de wereldtentoonstelling te St.
Louis bekleedt ze de tweede plaats
in de rij der historische locomotie
ven, Murdock's weglocomotief van
1874, alléén voorafgegaan door de
naar een die van Newton gebouwde
turbinelocomotief, die echter in New
ton's dagen nooit is uitgevoerd.
Toch zouden we het op ons plaatje
afgebeelde stoomvoertuig eer een
automobiel willen noemen, al ware
het alleen om de wijze van besturen.
in gezelschap doet het de gezelligheid
eerst recht ontwaken;
Een Toekomstbeeld.
De spoorwegingenieur Vogel had
een partijtje bijgewoond van een
vriend, die op een kleine plaats woon
de, en, daar hij over eenige dagen
trouwen zou, afscheid van zijn jong-
gezellenleven had genomen. Het was
er vroolijk toegegaan en van het vaste
voornemen van Vogel om met den
laatsten trein naar zijn standplaats
terug te keeren, omdat zijn dienst
hem daar den volgenden morgen
weer vroegtijdig roepen zou, was niet
veel terecht gekomen. Hij zat nog
vroolijk achter de champagne, toen de
laatste trein voorbijreed, maar voor
hem was dat niet zulk een groot be
zwaar. Hij wist namelijk dat er
's nachts een goederentrein op deze
lijn reed, die hem dan op een kruis
punt bracht, waar een nachttrein
moest passeeren. die hem den volgen
den morgen nog tijdig thuis kon
brengen.
De oude machinist Koolsma, die
den goederentrein reed was niet wei
nig verbaasd, toen de seinwachter
hem beduidde dat hij hier stoppen
moest, maar zijn verbazing ging over
in vreugde bij het zien van den inge
nieur Vogel, die op zijn machine
stapte en tot hem zeide
Ziezoo, Koolsma, ik rijd van
nacht eens met u mee naar Wouden
berg, dan kan ik daar den mailtrein
pakken.
Ingenieur Vogel stond namelijk bij
alle beambten bekend als een aange
naam mensch en het kwam den ouden
Koolsma lang niet ongelegen, dat hij
op zijn reis gezelschap kreeg. Deze ge
legenheid scheen hem bijzonder ge
schikt om eens een vraag te doen die
hem allang op het hart gebrand had
Is het waar, mijnheer Vogel, dat
wij machinisten spoedig overcompleet
zullen worden, doordat de treinen met
electriciteit zullen rijden?
Vogel keek den ouden machinist
verwonderd aan.
Deze grijsaard, die al meer dan 30
jaren op de machine had gestaan en
reeds aanspraak op vol pensioen had,
kon onmogelijk voor zichzelf vreezen,
maar uit hem sprak de angst van den
conservatieven spoorwegman, dat
zijn aangebeden „koning stoom" een
maal onttroond zal worden doorzijn
eigen gemalin, die naast hem
heerschtde electriciteit.
Nu, vader Koolsma', antwoordde
Vogel, men rijdt wel electrisch op
tramwegen, maar bij ons....
Bij ons zal dat nooit gebeuren
riep de grijze spoorman vol moed.
Nietwaar, mijnheer Vogel, dat is on
mogelijk
Onmogelijk, oude, dat woord ge
raakt meer en meer in onbruik. In
onzen tijd is bijna niets onmogelijk
meer, maar onwaarschijnlijk is het
j voor het oogenblik nog wel. Voorde
1 groote spoorwegen zal de stoom nog
wel voor afzienbaren tijd alleenheer-
scher zijn. Men doet ten minste nu
alle pogingen om in ons eigen land
een fabriek van locomotieven op te
richten, wat men zeker niet doen zou,
wanneer men voorzag, dat de stoom
ook voor de spoorwegen weldra zou
hebben afgedaan.
Deze woorden van een autoriteit,
als ingenieur Vogel, troostten den
voor de toekomst van zijn afgod be-
zorgden spoorwegman en nu babbel-
de hij vroolijk verder totdat het sta
tion Woudenberg was bereikt, waar
Vogel afstapte.
Hij begaf zich naar de wachtkamer
waar één gaspit brandde en dekell-
ner slaapdronken tegen het buffet
leunde. Vogel zette zich gemakkelijk
in een hoekje van de lederen bank en,
terwijl hij op den mailtrein wachtte,
dacht hij na over zijn gesprek met den
machinist, wiens bezorgdheid voor
den vooruitgang een diepen indruk op
hem had gemaakt.
Zoo zat hij te peinzen, toen de
wachtkamer zich langzamerhand vul
de met passagiershet moest dien
nacht buitengewoon druk op de mail
trein zijn, maar wat Vogel het meest
verwonderde was. dat hij den trein,
die buiten voor liet perron stond, in
het geheel niet had hooren binnen
rijden.
Hij wilde in een coupé stappen toen
een oud heer, onberispelijk gekleed,
hem naderde.
Ha, mijnheer Vogel, dat is wer
kelijk een geluk voor mij u aan te
treffen. Mag ik u beleefd uitnoodigen
de reis niet in de coupé maar bij mij
op mijn machine te maken
i Vogel keek den hem geheel onbe
kenden man verwonderd aan en
vroeg
Wordt er dan een nieuwe loco
motief geprobeerd en zijt gij de fabri-
kant?
i Nu was de oude heer op zijn beurt j
i verwonderd.
Maar weet ge dan niet. dat er j
proefgcreden wordt met mijn nieuwe j
uitvinding, de electrische spoorweg-
locomotief
Electrisch stotterde Vogel. Hier
op den spoorweg? Maar hoe dan?:
Met secundaire dynamo's Er is teelt
i geen. geleiding aangelegd. Of.... of:
met geladen accumulatoren
De oude heer glimlachte,
i Van alles wat. Rijd maar met
mij mee dan zult ge eens zien wat ik i
te voorschijn breng.
I Vogel ging met hem mee en keek
nieuwsgierig uit naar de locomotief
der toekomst, maar bespeurde dat de
i trein in het geheel geen locomotief
i had.
Waar is uw locomotief vroeg 1
hij.
Hier.
En de oude heer opende het portier
van het eerste rijtuig, een keurigen
salonwagen, electrisch verlicht, met
fluweel bekleede sofa's wareji langs
de zijwanden aangebracht, terwijl de
voor- en achterwand geheel van glas
waren.
Toen Vogel met den ouden heer
was ingestapt, drukte deze op een
knop en uit den glazen voorwand
straalde een helder licht, dat een
wijden kring over de spoorbaan be
schreef.
Nabij den voorwand stond een ge
makkelijke fauteuil, maar van ma
chinerie of van toestellen was geen
spoor waarneembaar.
Waar zijn de dynamo's vroeg
Vogel.
Hieronder.
En de accumulatoren
Hieronder, alles hieronder.
Doch waar worden dan de accu
mulatoren geladen en waar zijn de
dynamo's opgesteld
Mijn waarde heer Vogel, gij hebt
nog niet de minste voorstelling van
mijn electro-locomotief. Het is geen
tram-machine, die langs een draad
geleiding loopt. Mijn accumulatoren
vullen zichzelf voortdurend aan en
de beweegkracht wordt voortgebracht
door de wielen der wagens zelf, waar
mee mijn mechanische dynamo's in
verbinding staan. Begrijpt gij het
nu?
Vogel begreep er niets van en ver
baasd wilde hij op de fauteuil neer
vallen, maar de uitvinder greep hem
ras bij den arm en riep
Voorzichtig, gij zoudt een groot
ongeluk aanrichten. Wanneer men op
deze fauteuil gaat zitten, brengt men
de spiralen in beweging, die ej onder
aangebracht zijn, krijgt zoodoende
contact en de trein snelt voorwaarts.
Deze stoel, mijnheer, is mijn regula
tor.
Sprakeloos van verbazing bleef
Vogel staan en toen de stationschef
het teeken tot het vertrek had gege
ven, ging de uitvinder voort
Ga nu in mijn fauteuil zitten,
maar langzaam, wat ik u verzoeken
mag.
Vogel gehoorzaamde en geluidloos
gleed de trein over de rails, zoo zacht
dat men niets van het rijden voelde,
maar tevens met duizelingwekkende
snelheid, die voortdurend aangroeide.
Het angstzweet brak den ingenieur
uit, maar de oude heer stond meteen
kalm lachje om de lippen naast hem
en keek over den weg uit. Seinhui
zen, wachtposten en stations, alles
vloog als in een wervelwind voorbij.
Daar klonk plotseling uit de verte
het langgerekt waarschuwend gefluit
van een stoom-locomotief, die op het
zelfde spoor den electrischen trein te-
Slechte zaken.
.Zij. Je fail-
lissement heeft
j weinig voor ons
opgebracht,
Adolf.
Hij, (zuchtend)
j Opgebracht,
vrouw? Nog
i zoo'n faillisse
ment en we zijn
doodarm.
B IJ MOE KDKN
Het eerste vuurtje toch geeft den
dichter stof tot een lofzang op de
«eigen haard"
bij de oudjes wekt het herinnerin
gen op
in 't kantoor geeft het kans op die
kleine weelden. welke het zoo huise
lijk maken kunnen
bovendien wordt het door menigeen
gezegend al hebben ook velen er 't
land aan.
Maar 't heeft als alle dingen
toch éen schaduwzijde: met het eer
ste vuurtje komt meest de eerste flin
ke verkoudheid
Hondenscheerders te Parijs.
In elke groote stad heeft men men-
schen, die met het één of ander
vreemd en merkwaardig bedrijf hun
boterham en soms wel meer verdie
nen, maar vooral in wereldsteden
vindt men tientallen van onaanzien
lijke bedrijven, die honderden een
bestaan verschaffen.
In Parijs vooraf treft men heel wat
beoefenaars dier „petits métiers"
aan. Voddenrapers, verzamelaars van
sigaren-eindjes en camelots zijn wel
de meest bekende, maar ook de hon
denscheerders behooren tot dat gilde.
De Parijzenaars hebben groote be
wondering voor de poedels, wier co
quette élégance hen imponeert. Daar
nu echter een poedel veel geld kost,
laten ze alle soorten van honden
en hondjes poedelachtig scheren, een
werkje, dat tal van hondenscheerders
den kost geeft.
Op een stille plek aan één derSei-
nekanalen hebben ze hun verzamel
en werkplaats, waar elk, die zijn
hond geschoren wenscht, tegen civie-
len prijs wordt bediend.
Ons plaatje geeft een kijkje bij dat
werk en doet zien, hoe zoowel dames
als arbeidsters haar viervoetige lie
velingen komen toevertrouwen aan
de geroutineerde handen der honden
coiffeurs.
gemoet reed. De locomotief was al dui
delijk zichtbaar, want het licht der
electrische machine scheen ver voor
uit over den weg. Dreigend verhief
zich een vuist boven die locomotief en
vertoonde zich het grijze hoofd van
machinist Koolsma.
Vogel wilde van de fauteuil op
springen, maar met ijzeren vuist
dwong de electriciën hem te blijven
zitten.
God in den hemelschreeuwde
Vogel, er zal een vreeselijk ongeluk
gebeuren.
Alles wat de electriciteit in den
weg komt, wordt vernietigd, zeide de
uitvinder met sombere stem. alles is
machteloos, niets kan haar weer
staan. Voorwaarts.
Vogel verzette zich, spande al zijn
krachten in om zich aan de sterke
handen van den electriciën, die hem
op den stoel neerdrukten, te ontwrin
gen en op het laatste oogenblik, toen
de locomotief van. Koolsma nog
slechts een armlengte van de electri
sche machine verwijderd was, sprong
Vogel op en.... ontwaakte in de
wachtkamer, terwijl buiten de mail
trein juist het station bïnnenstoomde.
Hm, mompelde hij, terwijl hij
naar het perron ging, de champagne
kan ons aardige toekomstbeelden
voortooveren.
Een Locomotief uit 1784.