NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD 22e Jaargang. No. 6547 Verschijnt dagelijks, benaive op /.on- cti vvdluu^vn WOENSDAG 2 NOVEMBER 1904 HAARLEM S DAGBLAD ABONNEMENTEN PER DRIE MAANDEN: Voor Haarlem1.20 Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der gemeente)„1.30 Franco per post door Nederland„1.65 Afzonderlijke nummers0.02)4 Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37)£ de omstreken en franco per post 0.45 Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. ADVERTENTIÊN: Van 1—5 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement Haarlem van 1—5 regels ƒ0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel. Groote letters naar plaatsruimte. Bij Abonnement aanzienlijk rabat Kleine advertentiën 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen. Redactie en Administratie: Groote Houtstraat 55. Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122. Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door aile Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën en Reclames betreffende Handei, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 31bis Faubourg Montmartre. AGENDA Woensdag November. Bovenzaal „Vereeniging"Sonaten- avond, 8 uur. Café ,,Neuf", afd. Haarlem van de Alg. Ver. voor Bloembollencultuur 74 uur. De Kroon, ..Technische Vriend en- kring", Lezing Dr. Bleekrode, 8u. In deze agenda worden vergaderin gen, uitvoeringen enz. kosteloos ver meld, wanneer zij in onze kolommen zijn geadverteerd. De Schouwburgquaestie In de laatste dagen is het schouw burg-vraagstuk in Haarlem er niet eenvoudiger op geworden. Wij hadden zoo gehoopt, dat het Comité tot stichting van een nieu wen schouwburg zich zou hebben aan gesloten bij het Comité dat naar de verbouwing van den ouden schouw burg in de Jansstraat streeft, om zoodoende te geraken tot oplossing van een quaestie, die tot een spoedig eind behoort te komen. Het heeft niet zoo rnogen zijn. In ons vorig num mer hebben wij meegedeeld, hoe het Comité voor een nieuwen schouw burg de verbouwingsplannen van het oude theater in de Jansstraat in alle opzichten onvoldoende vindt. Met zooveel woorden heeft het deze plan nen in hun geheel en omvang afge keurd de ruimte in de zaal, op het tooneel, de overige localiteiten zelfs de aankoop van het huis ten noorden van den schouwburg zou het Comité met de verbouwingsplannen niet verzoenen. Het is de meest vol strekte afwijzing, die men zich den ken kan. We zijn nu dus precies even ver als maanden geleden de twee par tijen staan vierkant tegenover elkaar. Wat ons betreft, wij zouden hen rus tig samen de zaak laten uitvechten en ons er in 't geheel niet mee be moeien, wanneer het publiek belang er niet zoo bij betrokken was. 't Is er mee als van ouds terwijl de Senaat vergadert, gaat de stad verloren. On der den hangenden toestand lijdt het schouwburgbezoek het meest'. Waar om is niet geheel duidelijk, maar een feit is het, dat de zaal van de Kroon menschen als schouwburglokaal niet voldoet. Hoe eerder we dus, zou men zeggen, iets beters hebben, des te .meer gewenscht is dat voor de gemeente. Zooals 't nu gaat verleert het publiek het schouwburgbezoek. Die er heengaan vinden half volle zalen en blijven een volgenden keer weg, maar klagen zelf niettemin, dat gelegenheid tot aangenaam schouwburgbezoek hun ontnomen is. Als dit nog lang zoo duren moet zal het Haarlem niet tot voordeel strek ken. HET TOONEEL „HET KIND VAN STAAT", (ter inleiding van de voorstelling voor het Willem III-standbeeld). Toen we onlangs kennis kregen Tan de namen der leden van de hoof- commissie, die gelden zal trachten bijeen te brengen om een standbeeld op te richten voor den Koning-Stad houder Willem III, zochten we tever- 's, te midden der dragers van al lerlei schitterende titels en beklee- ders van fameuse ambten, naar den naam van een eenvoudig burger. Die burger is m a a r een letterkun dige, of liever hij was 't, want als grijsaard slijt hij nu als emeritus romanschrijver, omringd door mooie bloemen, zijn ouden dag op een villa te Bussum. We bedoelen den ouden heer Schim mel. En we vroegen ons af, wat die mannen met gewichtige ambten en titels in vergelijking met Schimmel dan toch wel gedaan hebben voor de nagedachtenis van onzen Koning- Stadhouder? Ja, we weten wel, dat men dergelijke „gros bonnets" in rulke commissies kiest, omdat men Terwaeht met hun namen geld te kunnen loskrijgen. Maar, zoo dachten de eerbied voor Willem III sloot k>ch vanzelf den moreelen plicht in rich, om den man, die meer dan Hoe staat het dus, zoo mogen we vragen, met de naaste toekomst? Komt een van de twee plannen, ook zonder hulp van de andere partij, spoedig aan uitvoering toe? Voorloo- pig hebben we er een zwaar hoofd in. Het verbouwings-comité zoekt blijkbaar, moreelen, allicht ook fi- nancieelen steun, anders zou het zich niet tot het nieuwbouw-comité heb ben gewend. En hoe staat het met dit laatste? Hebben deze heerer» de tonnen al bijeen, die voor een nieu wen schouwburg onafwijsbaar noo- dig zullen blijken te wezen? We zou den het hopen, maar hebben er tot heden nog niets van gehoord. En dat is toch maar de hoofdzaak. Plannen zijn mooi, uitvoeren is beter. Willen inderdaad vermogende menschen ons gelukkig maken met een fonkelnieu- wen schouwburg, met al de moderne eischen daaraan verbonden, dan zeg gen wij „asjeblieft, maar, wat we u verzoeken mogen, wacht niet te lang, want we hebben in Haarlem een schouwburg noodig." Waar zijn nu deze offervaardige ingezetenen Zij zullen aan Haarlem en hare om streken een grooten dienst bewijzen, want natuurlijk is niets beter dan het beste en staat een nieuwe schouwburg altijd boven een ver bouwde mits we er maar niet te lang op behoeven te wachten. Als een verwijt is dit natuurlijk niet bedoeld. Juist door de onderhan delingen met de andere Commissie kan het nieuwbouw-comité tot dus ver in de onmogelijkheid zijn ge weest, zijn eigen weg te gaan. Nu die onderhandelingen zijn afgeloopen, mogen we zeker wel een periode van snellen vooruitgang der plannen ver wachten. Ontstaat gelijke activiteit bij het verbouwingscomité, dan zul len Haarlem's ingezetenen een wed strijd, Thalia ter eere, te zien krij gen, waarvan de eindbeslissing wel niet te voorspellen is, maar die toch altijd op opheffing van den tegen- woord igen gebrekkigen toestand uit- loopen moet. Eigenaardig is daarbij de toestand van het gemeentebestuur. Burge meester en Wethouders hebben aan vankelijk gunstig geadviseerd op een verzoek van het nieuwbouw-comité, om kosteloos over gemeentegrond te mogen beschikkenBurgemeester en Wethouders hebben naderhand de verbouwingsplannen van het andere Comité goedgekeurd. In dat opzicht staan beiden dus in gunstige condi tie. Wij Haarlemmers hebben nu maar af te wachten, wie van de twee ons ter feestelijke opening zal noo- digen, alleen is maar te hopen, dat zij het niet beiden zullen doen. Een nieuwe schouwburg in de Wilhelmi- nastraat èn de verbouwde in de Jans- ktraat zou wel de grootste ramp zijn, die de ondernemers in 't bijzonder en het schouwburgbezoek in "t algemeen zou kunnen treffen. eenig ander voor de nagedachtenis van den grooten Stadhouder gedaan heeft, en door wiens romanesken een groot deel van het lezend Neder land nog weet in welk opzicht Wil lem III groot was van karakter en daden, een eereplaats in zulk een commissie aan te bieden. Maar Schimmel is slechts een schrijver, niet waar Er zit dan ook eenige ondeugen de humor in het feit, dat-de Haar- lemsche commissie, die voor Zater- a.s. een hulde-avond voor den Koning-Stadhouder heeft op touw ge zet, haar keus juist heeft moeten la ten vallen op een tooneelstuk van de zen zelfden versmaden Schimmel, om in onze litteratuur iets te kunnen vin den, het doel en den vorst waardig Zoo zal de oude heer Schimmel dan toch nog, ofschoon op indirecte wijze, door zijn kunst meewerken tot hul diging van een voorvader der Oran- je's, met wien een deel van zijn beste werken zoo zeer is vereenzelvigd, dat Schimmel's vrienden en bewonde raars op zijn zeventigsten verjaardag hem geen toepasselijker en welkomer geschenk wisten aan te bieden, dan een borstbeeld van den Koning-Stad houder, speciaal voor deze gelegen heid vervaardigd. „Het Kind van Staat", dat Zater dagavond dan gegeven zal worden, dagteekent uit Schimmel's tweede periode. Zijn romantisme had gelijk hij 't zelf eens heeft getuigd een „heil zame. nederlaag" geleden in zijn Buitenlandsch Overzicht Het Schieten op de Engelsche Visschers De Engelsche Pers is tegenwoordig nog zoo'n beetje aan het nabetrach- i ten over wat zij noemt den slag bij Doggersbank. De Standard, die in haar onte- vredenheid over de oplossing van de 1 moeilijkheid vrijwel alleen is geble- ven en alleen in de „Morning Post zwakken bijval heeft gevonden, ont-{ vangt van alle andere bladen in meer- of minder omwonden termen beris-J pingen over haar oorlogszuchtig- lieid, hetgeen haar echter niet ver-I hinderde Maandagmorgen nogmaals luide te klagen over Engeland'» vernedering die, vreest zij, eerst later als de eerste opgewondenheid over het vreed zame einde van het conflict wat is getemperd, duidelijk aan den dag zal komen. Het blad uit verder zijn vrees, dat het vertrouwen van de ko loniën in het moederland erg zal zijn geschokt en waarschuwt eindelijk, dat men nog niet moet juichen vóór den tijd, want dat de toon der Rus sische pers en de gevaarlijke na buurschap van de Engelsche en Rus sische vloten in de Middellandsche Zee geen van beide nu juist waar- bergen voor bestendigen vrede kun nen worden genoemd. De toon "door de Russische dagbla den aangeslagen prikkelt trouwens niet alleen de ..Standard"; ook de „Daily Telegraph" en de „Times" toonen zich wat gepiqueerd vooral door het vertrouwen waarmee men in Rusland blijkbaar den uitslag van het onderzoek door de internationale commissie tegemoet ziet. De Times legt nadruk op het on miskenbaar bestaan van een sterk chauvinistische partij in de Russische regeeringskringen. vooral in de ad miraliteit, die al het mogelijke in het werk schijnt gesteld te hebben, om der vredespartij, met den minis ter van buitenlandsch© zaken, graaf Lamsdorf, aan bet hoofd, het tot stand brengen van een vreedzame op lossing onmogelijk te maken. Ook meent het regeeringsorgaan er op te moeten wijzen, dat de toestand van het oogenblik, waarin Engelands eiscli van bestraffing der verantwoor delijke Russische zee-officieren nog geenszins in vervulling is gegaan, niet toelaat, dat de getroffen oorlogstoe bereidselen. de vloot-actie als anders zins, nu reeds worden te niet ge daan. De „Times" waarschuwt ten slotte tegen het koesteren van een al te groot vertrouwen in de goede beëin diging van het conflict. Het uitzicht is op 't oogenblik wel helder, doch de mogelijkheid, dat het opnieuw be wolkt raakt, is niet uitgesloten. Wij zullen deze beschouwingen na tuurlijk geheel laten voor rekening van dit altijd weinig toeschietelijke blad. Intusschen blijkt, dat ook in St. Petörsbnrg de stemming al niet minder fel was „Giovani di Procida", het had zich al verzwakt gevoeld in „Oranje en Ne derland", en was voor goed gestorven in zijn vertaling van De la Vigne's Lodewijk XI". Toen brak zijn tweede periode aan, waarvan zijn „Napoleon Bonaparte" een afdoend getuigenis aflegt. De Fransche tooneelschrijver Scribe werd toen zijn meester en voorbeeld. Dit bleek ook uit zijn „Juffer Serklaas" en verder uit „Het Kind van Staat", dat er op volgde. Dit laatste stuk hij noemde *t .een dramatisch tafereel in drie af- deelingen" werd door hem ontwor pen en geschreven, toen hij bezig was met zijn studies voor zijn roman Mary Hollis", waarin hij voor 't eerst de „vermetelheid zou hébben dit zijn zijne eigen woorden zich te wagen aan het in beeld brengen van de grootsche figuur uit onze ge schiedenis, onsterfelijk geworden on der den naam van Willem den Derde". Zoover Schimmel 't zich nog herin neren kan, had Van Lennep's „Eli sabeth Musch" hem de stof voor dit tooneelwerk geleverd een roman dus, die speelde tijdens het eerste stadhouderlooze tijdperk, toen Joan de Witt de lakens uitdeelde en voort durend trachtte te beletten, dat de jeugdige Willem III tot de waardig heden zijner vaderen zou worden verheven. „Het Kind van Staat" nu speelt in 16G6, clus eveneens in dit stadhouder looze tijdperk, en plaatst den vorst als jongeling naast den grooten de •tegen Engeland, dan die in Londen tegen Rusland. „Drie dagen lang heeft het mi nisterie van marine aan Graaf Lams dorf elke inlichting geweigerd, en eveneens geweigerd om telegraphi- sche berichten te vragen. Eerst het besliste bevel van den Czaar en het bericht van de mobilisatie der En- gelsche vloot maakten, dat de minis ter van marine, admiraal Avellane, aan Rodjestwensky om een bericht seinde. Drie dagen lang heeft Lams dorf van de zijde der oorlogspartij de hefstigste bedreigingen moeten hooren. Men wilde, dat hij het tot een oorlog zou laten komen de oorlogspartij hoopte, dat Rusland in Engelsch-Indië gemakkelijk voor deden zou behalen, waardoor de ne derlagen in Mandsjoerije zouden wor den uitgewischt. Daarvoor wilde zij zelfs de kans loopen, dat de Russi sche vloot zou worden opgeofferd". Doch gelukkig heeft Graaf Lams dorf door den krachtigen steun van den Czaar kunnen bewerken, dat een einde werd gemaakt aan het conflict, dat noch door hem, noch door zijn politieke raadgevers was gewenscht en dat voor Rusland onder de tegen woordige omstandigheden hoogst noodlottig had kunnen worden. De Commissie, die deze zaak zal onderzoeken, zal volgens de Parij- sche „Journal" zeer waarschijnlijk bestaan uit officieren van hoogen rang van de Russische. Engelsche, Italiaansche, Fransche en Duitsche marines. De commissie zou haar oor deel uitspreken volgens geschreven verklaringen en geen getuigen hoo ren, ten einde zoodoende de Balti- sche vloot in staat te stellen Vigo te verlaten en haar reis naar het Verre Oosten te vervolgen. De Engelsche re geering zou van haar zijde verklaard hebben een uitvoerig onderzoek te openen in alle Engelsche havens in verband met de aanwezigheid van de twee verdachte torpedobooten, waar van admiraal Rodjestwensky sprak. Zooals men ziet. wijkt deze mede- deeling uit Petersburg nogal af van andere berichten over het vermoede lijk verloop van de enquête. Uit de redevoering, die de heer Bal- four Vrijdagavond te Southampton over het incident hield, mag nog worden aangehaald, dat hij de ge beurtenissen op drieërlei wijze wilde laten onderzoeken lo. door den Co roner, 2o. door den Board of Trade, onder speciale leiding van regeerings- wege, en met vertegenwoordigers der Russische regeering, en 3o. door een Hof, dat met bijzonderen zorg zou worden samengesteld uit mannen van stand en autoriteit, terwijl het internationaal zou zijn. Het volgende, vrij ongelooflijke be- j richt deelt de Petersburgsche corres-! pondent van de „Daily Express" me de. Volgens hem zou het geheim der Japansche torpedo-booten, die zich onder de Hullsche visschersvloot be-j vonden, zijn opgelost, want thans is gebleken... dat het Oostzee-es-l kader op eigene torpedo-boo-j ten heeft geschoten, die het i voor Japansche torpedo-booten aan zag. Verscheidene personen, aan boord van een der slagschepen, werden ge- Witt. De handeling valt voor op het Binnenhof te 's-Gravenhage en in het kabinet van den Raadpensionaris. In het eerste bedrijf vernemen we, hoe 't aan De Witt en de Ixjevestein- sche fractie gelukt is den jeugdigen Prins aan zijn voogden te onttrek ken, en hem door de Edel Groot Mo gende Heeren Staten van Hollanden West-Friesland onder „des Staats di rectie en conduite" te stellen, dus onder hun onmiddellijke voogdij, waardoor hij verklaard werd tot „Kind van Staat". Schimmel heeft zich nu tot taak gesteld ons den jongen Prins van Oranje te teekenen als zwak van lichaam en gezondheid (in het stuk hoest en kucht hij dan ook voortdu rend), maar als sterk van geest en als een geboren diplomaat. De jeug dige vorst, die reeds meesterlijk de kunst verstaat zijn ware gedachten en gevoelens te verbergen, blijkt als jongeling van even twintig jaar al een zoo geslepen en fijn diplomaat te wezen, dat hij een valstrik, welke Arlington de Eerste Minister van Engeland, die in 't geheim en ver momd naar Holland is overgekomen hem spannen wil, weet te ontwij ken. terwijl hij tevens don geweldi gen en silmmen staatsman De W-'tt, die hem op een heulen of samenspan nen met Engeland (met hetwelk Hol land in oorlog is) wil betrappen, om hem dan naar Frankrijk te kunnen wegsturen, prachtig om den tuin weet te leiden. I)e jeugdige Willem III en deRaad- wond, tengevolge van het vuur waar mede een der aangevallen torpedo booten de op haar gerichte schoten beantwoordde." Wie dit gelooven wil, mag het doen. Wij zijn zoo vrij het voorloopig nog niet „au serieux" op te nemen. De beschieting Tan het Zweedsche Schip Op last van de Zweedsche regee ring heeft te Gefle een verhoorplaats gehad van kapitein Jonson, gezag voerder van het stoomschip „Aldeba- ran", en van de bemanning van dat schip. Uit het verhoor blijkt, dat de be schieting van de „Aldebaran" door de Russen in bijna nog raadselachtiger omstandigheden heeft plaats gehad dan de aanval op de Engelsche vis schers bij Doggersbank. De „Aldeba ran", een vrij groot ijzer schip met een bemanning van 19 koppen, was den 19en dezer uit Huil naar Gefle vertrokken. Den 21en. 's avonds, toen het schip zich in het Skagerrak be vond, omstreeks 70 K.M. van de plek, waar eenige uren later de Engelsche trawlers beschoten zouden worden, kreeg men een vreemd oorlogsschip in het gezicht, dat zeer snel op de „Aldebaran" toekwam en dat stoom schip met zijn zoeklichten begluurde. Het. oorlogsschip volgde de „Aldeba ran" een mijl ver aan stuurboordszij de. daarop wendde het zich naar bak boord en begon plotseling te schie ten. Een projectiel vloog over het Zweedsche schip heen, (lat daarop snel de Zweedsche vlag heesch. Dit hielp echter niethet oorlogsschip bleef doorvuren, zoodat de kogels de bemanning om de ooren vlogen ook de kapitein verliet de commandobrug om zich in veiligheid te brengen. Eenige kogels gingen tusschen de beide schoorsteenen en den stuurtoe- stel door. andere vielen aan alle zij den om het schip heen in zee. Toen het schip de Zweedsche vlag heesch en stopte, bevond het oorlogsschip zich op een afstand van een halve zeemijl, zoodat de vlag goed door het zoeklicht beschenen, moest gezien worden. Niettemin bleef het oorlogs schip een kwartier lang onafgebro ken doorvuren. Daarop werd hef een poos lang stil. zoodat de bemanning van de „Aldebaran" verwachtte, dat het oorlógsschip zich met hen in ver binding zou stellen, maar daar dit niet gebeurde, gaf de gezagvoerder bevel, door te stoomen. Nauwelijks echter had het schip zich in bewe ging gezet, of de kanonnade werd hervat, en dat duurde zoo nog tien minuten. Nadat het schip weer stil lag, werd het nog een minuut of tien lang nauwkeurig waargenomen met de zoeklichtenvervolgens stoomde het oorlogsschip met bedekte vuren door. Volgens de leden der bemanning, die allen bereid zijnv hun verklaring onder eede te bevestigen, geschiedde het bombardement met snelvuurge- schut van klein kaliber. Het rapport over het voorgevallene is aan het Zweedsche ministerie van buitenland- sche zaken opgezonden. Een groote slag aan de Sha-ho ia weder op handen. Uit Moekden wordt dato 31 October geseind, dat na een rust van vele dagen gister nacht in het Zuidoosten het gebul der van het zware geschut weder een aanvang nam. De kanonnade duurde tot heden morgen voorter had een gevecht plaats tusschen verkenningen. Afdeelingen Japanners trokken in het Zuidoosten de Sha-ho over. Een geheele reorganisatie van het leger is aan den gang. Generaal Koe- ropatkin voer het opperbevel. Admiraal Alexejef is gisteren naar Rusland vertrokken. Een telegram van Koeropatkin aan den Czaar vermeldde In den nacht van 30 dezer zijn geen berichten ontvangen over ge vechten in liet front van het leger. Opgemerkt werd, dat de yijand zijn strijdkrachten van het Westen naar het Oosten verschuift. Naar bericht wordt, krijgen de Japanners uit het Zuiden en uit Fengwangsjeng ver sterkingen. Zoo zouden zij op 14 de zer anderhalve divisie van Port- Arthur naar Liao-jang om de troepen van Oyama te versterken, gezonden hebben. Men kan op grond van deze be richten besluiten, dat de Japanners een einde maken aan de opstelling van hun troepen om tot den aanval over te gaan. Overdag is het weder tamelijk warm. 's nachts echter bereikt do koude 6 graden onder het vriespunt. De gezondheidstoestand der troepen is goed. De Russen zijn nu wat aantal be treft in de minderheid. Aangaande het beleg van Port-Artlinr berichtte generaal Stössel op 14 Oct. aan den Czaar. De vijand werpt bommen van 11 cM. doorsnede in de versterkingen op het noordelijk en noordoostelijk front ten oosten van den spoorweg en in de vesting zelf. Tegelijkertijd nadert hij onze forten met loopgra ven. Bij het ten zuiden van het dorp Oetsiafan gelegen fort is hij het dichtst genaderd. Door artillerievuur en uitvallen van de scherpschutters dwingen wij den vijand zeer voorzichtig te zijn. De troepen strijden nog evenals voorheen met heldenmoed, niettegen staande alle vermoeienis en ontbe ring. Wij bidden Uwe Majesteit en de Keizerin om Uwen zegen. Op 17 October seinde de liedd van Port Arthur Gisteren openden de Japanners ern tegen 3 uur 's namiddags versterkt kanonvuur op de forten en verster kingen. Vooral werd een hevig vuur gericht op het fort en de versterkin gen op het noordelijk front nabij den spoorweg. De vijand begon deze ver sterkingen aan te grijpen, terwijl hij in de nabijheid hij het dorp Palit- jwang zware veldartillerie naar de spoorweglinie vooruitschoof. Door het I vuur van onze artillerie en scherp schutters werd de aanval van de Ja panners teruggeslagen. Te 7 uur des avonds hield de strijd opslechts de gewone beschieting duurde den ge- heelen nacht voort. De verliezen der Japanners zijn belangrijk. Dato 31 Oct. komt het volgende be richt uit Tsjifoe De algemeene aanval op Port-Arthur die met den aanval van 24 October pensionaris de Witt zijn dus de hoofd figuren uit het stuk, dat vol is van een geestige, handige diplomaten- dialoog, waarin Schimmel altijd een meester is gebleken te zijn De/e figuren „historische" figu- m zoowel als de aard van de dialoog, stellen aan de vertolkers daarom ook hooge eischen. Oorspronkelijk had Schimmel dit stuk voor een Amsterdamsche rede rijkerskamer, die in 1844 was opge richt, geschreven. En waarom deze was ontstaan naast de bekende rede rijkerskamers „Achilles", waarvan Van Lennep het hoofd was Het aristocratisch Amsterdam, meent Schimmel, kon daar alleen een ant- Avoord op geven. Van Lennep was wel het hoofd van „Achilles", maar om hem heen waren kantoorbedien den of kleine handelaren gegroepeerd; de gegradueerden en de vermogen- den hielden zich dus nu op een af stand. Aangetast door de koorts dei- rederijkerij van die dagen stichtten leze toen zelf een gezelschap naast „Achilles". En zij waren 't, die „Het Kind van Staat" 't eerst opvoerden. In gaven van voordracht stonde.-» zij, volgens Schimmel, bij de leden van „Achilles" achter; in die van karak ter-uitbeelding gingen zij deze te bo ven. Voor het vers toonden zij een afkeer, maar ze hadden meer open oog en oor voor een puntige dialoog, waarin een persoonlijkheid met scherpe omtrekken zich uitsprak. En daarom vonden zij in „Het, Kind van Staat", juist door de scherp teekende personen die er in voorko men, en door Schimmel's puntige dialoog, precies wat zij zochten. Maar en dit is zeker eigenaar dig - deze Amsterdammers weiger den het stuk in historische kostuums te spelen sociale bezwaren en echt- Wederlandsche deftigheid zaten hun hier, volgens Schimmel, in den weg. En zoo gaven zij Willem III en De Witt in zwarten rok te zien Eerst in 1863 gaf de bekende Renne- feld, de eerste directeur der Tooneel- school, er een opvoering in costuura van. De liefhebbers, die „Het Kind van Staat" nu Zaterdagavond hier ter stede voor het voetlicht zullen bren gen, zullen het voorbeeld van Renne- feld nu zeker wel volgen. We zijn benieuwd dan tevens eens te zien of Schimmel gelijk had, toen hij het oordeel van een derde onder schreef, die gezegd had, dat dit stuk meer pleizier doet bij de lezing dan bij de voorstelling. Schimmel heeft dan ook verklaard, dat hij 't nooit betreurd had, dat het stuk geen vrou wenrol bevat en „dus onmogelijk te eeniger tijd voor een schouwburgpu bliek kan worden gebracht. We hopen voor de dilettanten, die zich hier ter stede de moeite en den tijd getroosten om „Het Kind van Slaat" in te studeeren, dat dit on gunstig oordeel van den auteur over zijn eigen werk wel wat te beschei den en te pessimistisch moge blijken te zijn. FRANS NETSCHER.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1904 | | pagina 1