Haarlem?s Dagblad
NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
Vraag en Aanbod
Een Kwartje per plaatsing
Twee Kwartjes te zamen
Grootte der Adv. hoogstens zes regels
22e Jaargang. No. 6560
Verschijnt dagelijks, behalve op /.on- en Feestdagen.
DONDERDAG 17 NOVEMBER 1904 B
HAARLEM S DAGBLAD
ABONNEMENTEN ADVERTENTIËN:
per drie maanden: mllL Van 15 regels 50 Cts.; iedere regel meer 10 Cts. Buiten het Arrondissement
Voor Haarlem1-20 Haarlem van 15 regels ƒ0.75, elke regel meer ƒ0.15. Reclames 30 Cent per regel.
Voor de dorpen in den omtrek waar een Agent gevestigd is (kom der Gr00le letters naar Plaatsruimte- Bij Abonnement aanzienlijk rabat.
Franco^er"post door' Nederland' i.'.' ii! .'i! I L65 Kleine advertentiên 3 maal plaatsen voor 2 maal betalen.
Afzonderlijke nummersKV I Redactie en Administratie: Groote houtstraat 55.
Geïllustreerd Zondagsblad, voor Haarlem0.37>b ,ni
de omstreken en franco per post „0.45 Intercommunaal Telefoonnummer der Redactie 600 en der Administratie 724.
Uitgave der Vennootschap Lourens Coster. Directeur J. C. PEEREBOOM. Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 6. Telefoonnummer 122.
Abonnementen en Advertentiën worden aangenomen door onze Agenten en door alle Boekhandelaren en Courantiers. Met uitzondering van het Arrondissement Haarlem is het uitsluitend recht tot plaatsing van Advertentiën
en Reclames betreffende Handel, Nijverheid en Geldwezen, opgedragen aan het Algemeen Advertentie-Bureau A. DE LA MAR Azn. te Amsterdam.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Parijs, 31bis Faubourg Montmartre.
■plaatst dagelijks Advertentiën van
(geen Winkel-A nnonces) voor
DRIEMAAL, mits binnen een Week, voor
Betaling d Contant
Officieele berichten
KENNISGEVING.
Burgemeester en Wethouders van
Haarlem,
Gelet op ax-t. 17 der Hinderwet
Doen te weten, dat bij hunne be-
achiking van 14 November j.l. nadere
voorwaarden zijn verbonden aan de
bij beschikking van 7 April 1887 aan
B. J. van Liemt verleende vergunning
tot oprichting van eene ontsmettings-
Inrichting door stoom gedreven inhei
perceel aan de Gedempte Volders
gracht No. 23.
Haarlem, 15 November 1904.
Burgemeester en Wethoudei*s voor
noemd,
BOREEL.
De Secretaris,
PIJNACKER.
Goedgekeurd wordt een geldleening
aan te gaan tot een maximum van
f 40.000 om het voormalig jongens
weeshuis aan den Zwanenburgwal te
Amsterdam in te richten tot tijdelijk
krankzinnigen-gesticht. Vastgesteld
worden ook de wijzigingen in de re
glementen van bestuur voor 23 wa
terschappen.
Een voorstel van den heer C. S.
Jaring om het grondbezit, voor de
verkiesbaarheid tot lid van het Be
stuur van den polder Koegras testel
len van 10 op 2 H.A., werd verwor
pen met 9 stemmen vóór.
Hierna werd de vergadering in
naam der Koningin gesloten.
Stadsnieuws
PROV. STATEN VAN
NOORD - HOLLAND.
(Vervolg.)
Om twee uur wordt de vex-gadering
heropend.
Aangenomen worden nu de volgen
de voorstellen tot subsidieering gedu
rende 1905 07, van de Teekenschool
te Purmerend, ƒ600 Dagteekenschool
voor meisjes te Amsterdam, f 1000
Avond-vakteekenschool der Vereeni-
ging ,,de Eenheid' te Amsterdam,
ƒ2000; Vakschool voor schoenmakers,
Amsterdam, ƒ200, en tot toekenning
van een verhoogd subsidie tot ƒ800
aan de Zeevaartkundige school te
Vlieland.
Voor het aanleggen van een proef
veld te Wijdenes, ƒ200.
Voor den omnibusdienst „de Drie
Egmonden", 300.
Vastgesteld wordt het reglementen
de begrooting voor het tijdelijk pro
vinciaal geneeskundig gesticht voor
krankzinnigen aan den Zwanenburg
wal te Amsterdam.
I De eerste suppletoire begrooting
voor het gesticht Meerenberg, dienst
1905, wordt vastgesteld in ontvangst
en uitgaaf op 1200 verder worden
de 3de suppl. begrooting der enkel
provinciale en huishoudelijke inkom
sten en uitgaven, dienst 1904 en de
llste dito, dienst 1905, respectievelijk
op ƒ56.700 en ƒ61.260 vastgesteld.
Besloten wordt het aantal procen
ten op de personeele belasting ten
behoeve der provincie vast te stellen
op 2.
Ned. Protestantenbond^
De afdeeling Haarlem vergadert
Vrijdag 25 November in de gehoor
zaal van het Bondsgebouw. Als spre
ker zal optreden Prof. Dr. H. Y. Groe
ne wegen, van Leiden, met het onder-
werp ..Godsdienstige ontwikkeling".
De volgende lezingen zullen wor
den gehouden door Prof. Dr. B. D.
Eerdmans van Leiden, Ds. A. J. Adri-
ani van Warmenhuizen, Ds. J. C.
Voorduyn van Naarden en Mr. H. Pb.
de Kanter, van Haarlem.
OORLOGSVAR1A
AAN HET BAIKALMEER.
Een verslaggever van de „Ruszkoje
Slowo" schrijft over het Baikalmeer
„Wij waren 's morgens om 8 uur
aan het station Baikal gekomen en
wachtten op het schip, dat ons naar
Wyssowaja, aan den tegenovergestel-
den oever van het meer, zou brengen.
Een smalle houten trap, zonder leu
ning, leidde naar de steile rotsen,
vanwaar men een heerlijk' gezicht op
het meer heeft. In majestueuze, koude
schoonheid ligt het aan onze voeten,
aan den horizont glijden de bergen
zacht weg in het water.
„In de ongenaakbare rotsen heeft
men met dynamiet een weg voor het
Baikalspoor gebaand, geweldige ï'ots-
blokken zijn de overblijfselen van den
Titanenstrijd. Groote balen met le
vensmiddelen en winterkleeren liggen
op het perron opgestapeld.
„De wachtkamer is gevuld met of
ficieren en ambtenaren. Eén stoel is
niet te krijgen en evenmin een kop
koffie of thee. Er zijn ook dames bij;
ik bewonder ze zeer, want, ofschoon
geen mensch notitie van haar neemt,
en aan de tafel naast de hare een
aantal officieren en doktoren om het
snelst wodki drinken en grove mop
pen tappen, toonen zij zich goeds
moeds. Zij schijnen daaraan reeds
gewend te zijn. Een officier, die er
uitziet als een kozak, roept om nog
een flesch, en als de kellner hem niet
aanstonds verstaat, zwiept hij al de
„nagaika" op diens rug.
„Met een transport van de andere
zijde van het meer is een gewonde
uit het eerste gevecht bij Andachoe
aangekomen. Hij heeft beneden het
rechter oog een schot gekregen, de
kogel is door den nek gedrongen en
uit het schouderblad weer te voor
schijn gekomen. De man kan niet
goed spreken, voor het overige is er
niets aan hem te bemerken.
„Een zeer sympathieke verschij
ning is ritmeester Engelbert van het
7de Siberische kozakkenregiment. In
Rusland van zijn wonden genezen,
keert hij weder naar zijn regiment
terug. Als ijverig jager, had hij zijn
jachthond bij zich, en vertelde mij,
dat ook „Pierat" reeds voor de twee
de maal de reis naar ost-Azië deed.
„Hij is niet bang voor de kogels,
slechts als er een langs zijn kop gaat,
trekt hij zijn staart in", zeide de rit
meester e nklopte zijn lieveling op
den rug.
„Een ambulancetrein stond gereed
voor de opname van gewonden en hun
transport naar Moskou. Zestig liefde
zusters reisden naar den Dalni Wo-
stock.
„Alle reizigers verkeerden in een
staat van zenuwachtige opgewonden
heid. Zij gingen een onzekere toe
komst, met veel ontberingen, tege
moet. Den geheelen nacht was er ge
speeld en menig officier zag zijn laat-
sten roebel, die eigenlijk voor de ver
dere reis naar Karbin bestemd was,
in den zak van een kameraad ver
dwijnen.
„Natuurlijk liep het niet zonder
vechtpartijen af. Twee ambtenaren
kregen twist en de een stiet den an
der zijn mes in het lijf. Doch daar
aan stoorde zich niemand. C'est la
guerre
Binnenland
MET DE ALOUDE TRADITIE
GEBROKEN.
Uit Petersburg verneemt een En
belsch blad dat zoodra de thans on
der de wapens geroepen troepen naar
Mandsjoerije zijn afgezonden, de
Tsaar last zal geven tot mobilisatie
van de 2 divisies infanterie van de
garde, bestaande uit de Moskou-,
Pavlofski- en Finsche regimenten en
de lichte brigade, bekend als de Stre-
litzen. Dit wijst er op dat de keizer
den strijd wil voeren tot het einde
toe, want de genoemde garde wordt
volgens oud-gebruik nooit in het vuur
gebracht dan onder commando van
den keizer zelf of van een groother
tog-generaal. Koeropatkine blijkt
thans echter betere soldaten noodig
te hebben dan de reservisten, die hun
militaire oefening verleerd hebben en
voor zijn eisch wordt thans met deal-
oude traditie gebroken.
DE ZENDING VAN DS. P. S. VAN
HEERDEN EN GENERAAL
P. H. KRITZINGER.
De hoofdbesturen van de Neder-
landsche Zuid-Afrikaansche Vereeni-
ging en van het Christelijk Nationaal
Boeren-comité hebben een schrijven
gezonden aan de afdcelings-besturen
van d;e beide vereenigingen, waarin
zij de zending van ds. P. S. van Heer
den en generaal P. H. Kritzinger, die
door de synodale commissie van de
Ned. Geref. Kerk in den Vrijstaat
naar Europa zijn gezonden om steun
te vragen voor het nationale onder
wijs in hun land, aanbevelen.
Aan de beide heeren werd, zoo zegt
het schrijven, medegedeeld, „dat hun
streven de volle sympathie onzer ver
schillende corporaties had en dat
juist eene inzameling van gelden ten
bate van het nationaal onderwijs in
Zuid-Afrika door de N. Z.-A. V. werd
gehoudendat deze collecte tot dus
verre pl.m. ƒ30.000 had opgebracht,
over welk bedrag nog niet was be
schikt, maar dat daarvan zeker een
belangrijk deel aan de scholen in
Trans-Oranje ten goede komen zou.
„Onder deze omstandigheden", ver
volgt de circulaire, „zou het voor
onze besturen niet aangaan een nieu
we collecte op touw te zetten voor
hetzelfde doel, maar aangezien de te-
1 genwoordige nog niet gesloten was,
j zouden wellicht de komst der heeren
en hunne persoonlijke bemoeiingen
er toekunnen lelden, dat de aandacht
j op nieuw gevestigd werd op deze ge-
legenheid om het nationaal onder
wijs in Zuid-Afrika te steunen, en dat
zij, die nog niet hunne gaven geof
ferd hadden, daai'toe werden opge
wekt."
De verschillende besturen kwamen
met de beide heeren overeen, „dat al
was als gevolg van hun optreden voor
het doel mocht inkomen of door hen
zal worden ingezameld, zal worden
gesteld in handen van het hoofdbe
stuur der N. Z.-A. V., hetwelk door
tusschenkomst van het Schoolfonds
de gelden rechtstreeks zal overmaken
aan de synodale commissie, uitslui
tend voor de Christelijk-nationale
scholen in Trans-Oranje, zonder on-
dei'scheid, onder verplichting harer
zijds van volledige verantwoording
aan het Schoolfonds van het beheer
en het gebruik dezer gelden."
Ten slotte vermeldt het schrijven,
dat giften ook worden in ontvangst
genomen door den penningmeester
van het hoofdbestuur der Ned. Z.-A.
Vereeniging, Keizersgracht 389 (of
ook bij dien van het Christ. Nat. Boe
ren-comité Keizersgracht 473) te Am
sterdam.
Te Amsterdam is Maandagavond
vrij plotseling overleden de heer D.
Gillet, consul-generaal van het Duit-
sche rijk.
DE MOORD IN DE SCHEVENING-
SCHE BOSCHJES.
De N. C. schrijft
De spanning, die velen na den
moord bezighield, is na de arrestatie
van Zaterdagavond gelukkig aan
merkelijk gedaald.
Toch zijn er nog altijd, die niet
kunnen gelooven, dat men de hand
op den dader heeft gelegd en ook aan
J ons bui'eau kwam men uiting geven
aan die meening. „De jongen is een
zenuwlijder, zoo wordt er gerede
neerd, hij is niet toerekenbaar, ver
beeldt zich de dader te zijn, en zegt
maar wat
We zijn toen wellicht ten overvloe
de nog eens op onderzoek uitgegaan
en kunnen xxogmaals stellig verzeke
ren, dat bij degenen, die het onder
zoek leiden op zeer goede gronden de
overtuiging bestaat, dat B. werkelijk
het droeve feit gepleegd heeft.
Voorts vernamen we nog, dat de
verschillende getuigen zeer pertinent
zijn in hun verklaringen omtrent de
herkenning van den verdachte. Ook
moet en dat is zeker een opmerke
lijk feit de gearresteerde, toeneen
der getuigen, een dienstmeisje, tij
dens den moord eveneens in de
Boschjes vertoevend, bij het verhoor
werd binnengeleid, zelf hebben uitge
roepen „Zij was er ook, en ze had
drie kinderen bij zich", welke verkla
ring geheel met de werkelijkheid
overeenstemt.
In tegenwoordigheid zijner ouders
heeft hij nogmaals bekend.
Vermeld zij nog, dat de bi-igadier-
titulair Vermeulen, een flinke borst
van ca. 40 jaar, door het publiek op
de vreemde houding van den jongen
man werd attent gemaakt. Hij ver
zocht aan voorbijgangers, bij het
overbrengen van den arrestant hem
te willen assisteeren, doch vond geen
medewerking. Vermeulen bracht hem
toen alleen van het vei-lengde van de
Laan van Nieuw-Oost-Indre naar den
post aan de Boschbrug.
Een treurige houding van het pu
bliek voorwaar in een zaak van zoo
overwegend belang 1
UITVAART-VAN VLIET.
Bij de begrafenis Dinsdag te 's-Gra-
venhage van deix heer Vaix Vliet, pré
sident der Rekenkamei*, waren onder
meer aanwezig de ministers van Oor
log en Financien, leden en secreta
ris der Rekenkamer en vele belang
stellenden. Gesproken werd door den
heer Becking, oudste liddoor den
heer Erkelens, namens het ambte-
narenpersoneel, die een krans legde,
en door Johan Gram als vriend.
INBRAAK.
Bij den heer C., aan den Maurits-
singel te Breda, is inbraak gepleegd.
Vermoedelijk door middel van een
valschen sleutel hebben de dieven
zich toegang tot de woning ver
schaft. Een aantal gouden en zilveren
sieraden, benevens een bedrag van
pl.m. 1Ö0 aan geld, hebben zij mede
genomen. Van de dadex*s is nog geen
spoor bekend.
EEN GROOT TRANSPORT.
Zaterdagochtend werden onder ge
leide van een achttal marechaussee
niet minder dan 17 gevangenen van
uit het huis van bewaring te Breda
naar de Rijkswerkinrichting te Veen-
huizen getransporteerdhet geheel
was alzoo 25 hoofden, waarvoor een
geheele waggon S. S. werd in gebruik
genomen.
(D. v. Nbr.)
EEN BETROUWBARE VOERMAN.
De koetsier H. L. reed Maandag te
Rotterdam met zijn rijtuig de Mo
riaanstraat op, kwam daarbij in aan
raking met een handwagen, bestuurd
door een 18-jarige jongen, en sleepte
dien wagen, ondanks het geschreeuw
van den jongen en het publiek me
de. Een agent van politie, die dit zag,
greep het paard van den koetsier bij
den teugel, maar werd door het dier
op den linkervoet getrapt en kon zich
moeilijk meer staande houden. In-
tusschen reed de koetsier, die zich
nergens aan stoorde, maar door, zoo
dat de agent hem de teugels ontnam
en paar$ en wagen onder een gx'ooten
toeloop 'van menschen. naar het poli
tiebureau in de Lange Torenstraat
geleidde. In die straat aangekomen,
tunnelde de koetsier die onder al die
bedrijven stokstijf op den bok bleef
zitten, eensklaps daaraf en viel op
de straat, waar hij bleef liggen. Meer
agenten inmiddels toegeschoten, droe
gen hem binnen het politiebureau,
waar bleek, dat do man smoordron
ken was. Hij is daarop ter ontnuch
tering in arrest gesteld.
SKELETTEN GEVONDEN.
Te Klostermuhde, een Oostfriesch
grensplaatsje, stieten de arbeiders
Vrijdag bij 't graven van een put op
ongeveer een M. diepte op een ge
raamte. Daaronder vond men nog
tien en daarna nog vijf menschelïjke
skeletten, afkomstig van meest nog
jonge mannen, waartoe men kon be
sluiten uit de omstandigheid, dat de
tanden en kiezen meest alle nog gaaf
in hun kassen zaten.
Natuurlijk verdiepte men zich In
gissingen, hoe en wanneer die ge
raamten daar wel waren gekomen.
De aanwezigheid van sporen in hot
graf wijst er op, dat men hier te
doen heeft met overblijfselen van
krijgslieden.
Nu hebben in den loop der eeuwen
over dit plekje gronds. waar in
vroegeren tijd het klooster der eer
waardige broeders van St. Johannls
heeft gestaan, de krijgsstormen zich
wel ontketend.
In het jaar 1514 belegerde hertog
Wilhelm van Brunswijk met 12,00ü
iman en voel geschut de vesting
Leerort, tot op den 24en Juni van
dat gedenkwaardige jaar, een ka
nonskogel dezen vorst het hoofd van
den romp scheidde en zijn leger in
wilde vlucht uiteen stoof.
In 1622 kwam Mansfeld er met
19.400 man, in 1637 Wilhelm van Hes
sen met 9400 man. Men veronderstelt
nu, dat do 16 jonge mannen, wier
gebeente zoo goed bewaard bleef, in
dienst van* een dezer krijgsvorsten
zij ix geweest.
DOOR INFECTIE.
De 71-jarige sigarenmaker Arie
Cooyman, wonende Blommerdijksche
straat te Rotterdam, had Zaterdag jl.
zijn haar laten knippen en daar
bij had de barbier lxern met de schaar
een klein wondje nabij het rechteroor
toegebracht. Hij had hierop geen
acht geslagen, met het. ongelukkig
gevolg, dat thans sterke infectie was
ingetreden.
De man werd nu, op advies van dr.
Timmermans, ter opneming naar het
Ziekenhuis verwezen, werwaarts hij
dan ook per rijtuig werd overge
bracht.
Maandagmorgen om half twaalf
ovei'leed Cooyman.
HARDVOCHTIG.
Uit Oldenzaal wordt aan de „Zw.
Ct." gemeld
Dat men in Duitschland nog steeds
Feuilleton.
De Tocht naar
Oberammergau.
Historisch verhaal naar het
Hoogduitsch.
Het zal u niet onbekend geweest
tijn, ging hij voort, dat ik vroeger
tact deze dame in nauwe hetrekkïng
ftstaan heb.
Hij hield op en wachtte een ant
woord, dat echter niet kwam.
Eene betrekking, sprak hij ver-
fcr, die op eene betreurenswaardige
wijze werd afgebroken.
Zij verroerde zich niet. Hij glim
tchte en ging met zijn arm op een
loei liggen, vlak tegenover haarze
ooest hem in het gezicht zien.
De herinnering aan die tijden
*1 mevrouw uwe nicht evenmin aan-
soaam zijn als mij, zeide hij. Het
'*val heeft echter gewild, dat we
Sander hier ontmoeten zouden.
tante schraapte bij het woord
°cval hare kedl.
Waarlijk, louter toeval, verze
gde hij.. Ik zou mevrouw uwe
toht gaarne de verplichting, om mij
te zien, hebben bespaard, maar ge
ziet zelve dat dit onmogelijk is. Ik
vi'ees echter, dat ze om mijnentwille
dit beschermende dak versmaadt en
zich liever aan den regen blootstelt.
Ze heeft eene parapluie, ant
woordde de tante op zeer scherpen
töon.
Niettemin zou de* gezondheid
uwer nicht er onder kunnen lijden.
Ik ben werkelijk bezorgd....
Ze viel hem op heftigen toon in de
rede.
Gij bezorgd Dat zal mijn nicht
ook wat kunnen schelen, dat gij be
zorgd voor haar zijt. Wat gaat het u
aan, wanneer mijne nicht in den
regen wil wandelen Zou ze dat soms
ook eerst aan u moeten vragen? Ze
weet goed wat ze doen moet. Ze heeft
dat vroeger ook goed geweten.
Hammer glimlachte.
Dit verbitterde haar en deed haar
eene afwijzende beweging met de
hand maken.
Ik ben gewoon te zeggen wat ik
op het hart heb, ging ze voort. Ik
vind dat ge u veel, zeer veel vrijheid
veroorlooft, met mij aan te spreken.
Het is zeer vrijpostig van u, uwe be-
leedigingen
Ze geraakte buiten adem en kon
niet verder spreken.
Heb ik u beleedigd, mevrouw
vroeg Hammer verwonderd.
Ja, ge hebt me beleedigd, ant
woordde ze en sloeg hard met de hand
op de tafel.
Dat spijt mij zeer, mevrouw. Dan
is dat bepaald zonder bedoeling ge
schied.
Ik ben geene mevrouw, dat heb
ik u immers redds gezegd, schreeuw
de ze.
Neem die uitdrukking voor het
geen ze is. voor een beleefdheidsvorm
antwoordde hij ofschoon het ze
ker waar is, dat ge u niet a.1 te be
leefd jegens mij aanstelt.
Me beleefd aanstellen jegens u
Ja, daar heb ik waarachtig wel re
den toe
Een diepe verachting stond bij deze
woorden op haar gelaat uitgedrukt.
Waardoor heb ik u dan belee
digd? vroeg hij.
Och, wat zou het zulk een vooi*-
naam heer kunnen schelen, indien hij
wist, waarmede hij eene „oude heks"
beleedigd heeft.
Hij bedacht zich en schudde het
hoofd.
Ik kan toch onmogelijk gezegd
hebben, dat gij eehe „oude heks" zijt,
sprak hij bijna lachend.
En dat hebt ge toch gezegd. Ik
heb het heel goed gehoord. Het was
op straat, toen ge mijne nicht na-
liept. Een man, die gescheiden -'s,
loopt zijne vrouw na, het. is al te
belachelijk
Ze begon luidkeels te lachen.
Ik wilde me slechts vergewissen,
dat ik me niet vergist had, sprak
Hammer. Dus is ze het toch geweest.
En gebruikte ik toen de uitdrukking
„oude heks"
Ja, toen.
Die uitdrukking is zeker wat
stei-k, zeide hij gelaten.
Het is me volkomen onvei'schil-
lig hoe gij u belieft uit te drukken,
verzekerde ze, terwijl ze haar hoofd
heftig op en neder bewoog.
Ge hebt er dan toch een zekere
ergernis aan genomen, antwoord
de hij.
Ergernis (Ze wilde niet toege
ven dat ze zich geërgerd had.) Ik
lachte er om.
Ze lachte zeer lang.
Dat is 't beste wat ge doen kunt.
sprak hij.
Waarachtig, ik zou u
Ze voleindigde den zin niet, maar
ze had het spoormandje, dat naast
haar stond, met een lxeftigen greep
aangevat.
Hij bleef doodbedaard staan.
Mag ik u ook vragen, hoe het
mevrouw uwe nicht gaat? vroeg hij.
Goed, zeer goed. Ze dankt eiken
dag den Hemel, dat deze haar van
zekere banden bevrijdde.
Het doet me genoegen, dat ze
zich in haar toestand heeft weten te
schikken. Is ze weer getrouwd
Misschien.
7,0 zou gaarne eene onwaarheid
gezegd hebben, maar dat durfde ze
toch niet.
Dus is ze niet getrouwd lichtte
hij haar antwoord toe. Vermoedelijk
zal ze spoedig trouwen
- Ik verrnoed het ook.
Ge zult zeker uw best doen, haar
daartoe over te halen
Zeker, mijn uiterste best ze
wreef zich in de handen maar een
cavalerie-officier x-aad ik haar be
paald af. Dat zijn gewoonlijk niets
waardige lieden
Zeer nietswaardige
Die kunnen niets anders dan
geld verkwisten. Men heeft voorbeel
den
Zeer vele zelfs.
Eén is reeds voldoende, ant
woordde ze zeer vriendelijk. Hare
oogen glinstei-den van boosheid.
Hoe vèr zijt ge met liet geld, dat ge
toen gekregen hebt Alles x*eeds op
Nog niet geheel en al, antwoord
de hij lachend.
Ik had niet gedacht, dat het zoo
lang geduurd zou hebben Zijt ge
weder in dienst gegaan
Neen.
Hebt ge sedert al dien tijd voort
durend rondgezwoiwen
Bijna voortdurend.
Eene mooie, zeer mooie bezig
heid, verzekerde zij. Waar bevondt
ge u dan gedurende den oorlog?
In Frankrijk.
Zoo, in Frankrijk. Ze dacht
over zijn antwoord een poosje na.
Waarschijnlijk hebt ge toen de slag
velden afgereisd vroeg ze toen we
der.
Ja, doch niet als toerist, maar
als soldaat.
Hmzeide ze spijtig, opende
haar mandje en nam haar zakdoek.
Werdt ge gewond
Ik kreeg slechts een licht schamp
schot
Andere niet
Jammei*, nietwaar? antwoordde
hij. Een stevig schot zou u beter be
vallen hebben?
't Kan wel zijn, zeide ze ernstig.
Maar er is een oud spreekwoord ge
zult wel begrijpen welk ik bedoel
- Jawel, ik begrijp u.
Hebt ge nu lang genoeg met me
gesproken? vroeg ze.
Wanneer ge er niet tegen hebt,
dan wil ik nog wel wat met u pra
ten. Me dunkt, we keuvelen zoo ge-
noegelijk samen.
Maar ik lieb er geen lust meer
in. Ik moet eens naar mijne nicht
gaan zien.
Ze ging daar juist het raam
voorbij, antwoordde hij.
Ik geef de vooi'keur aan de fris-
sche lucht.
Ze stond op en liep zonder hem te
groeten weg, terwijl hij eene buiging
maakte.
(Wordt vervolgd).