BIJBLAD VAN HAARLEM'S DAGBLAD /.A 1 IVHUAO J.AN UAnI IWMV DE ZATERDAGAVOND HAARLEM'S DAGBLAD KOST f 1.20 FEB 3 MAANDEN OF 10 CENT PER WEEK. ADMINISTRATIE GROOTE HOUTSTRAAT 55. DRUKKERIJ ZUIDER BUITENSPAARNE 6. IN HAARLEM'S DAGBLAD ZIJN ADVERTENTIËN DOELTREFFEND. ONZE ANNONCES WORDEN OPGEMERKT. latuurhistorische Wandelingen. IN EN OM HAARLEM. at n temperatuursverschil in ons oo grillig klimaat. Men moet er och maar aan gewend zijn. Even beetje voorrecht boven de andere, en wel die temperaturen, waarbij de zoo oor liet oude jaar afscheid nam. j algemeen voorkomende vloeistof, n.l. laaide de temperatuur sterk hetwater, bevriest en kookt, d. w. z. vast leef nog een paar dagen doorvrie-1 worcit en dampvormig wordt. Die pun- en en alles liet zich aanzien, dat het i ten dragen dan ook de namen vries- orstig weer zou blijven, maar he- j punt en kookpunt, aas, het ijs behoort al weer tot het j gjj de vervaardiging van de thcr- erleden. De ijsbaan was even open mometers, ten minste van de meeste, n den volgenden dag hadden de Worden dan ook het eerst die punten rams nog de biljetten hangen- aan open'' In den loop van zijn vreemde, af wisselende en uiterst onwettige car- 'l3- I bepaald, en de daartusschen gelegen rière had Alfred Potter heel wat -Een grappenmaker be-1 rujmte in een aantal deel en verdeeld, j schokken en verrassingen doorge- ireerde, dat ook dat waar kon zijn. I ^yas die verdeeling nu maar steedsmaakt, maar nog nóóit was hij in zóó nze taal is zoo rijk. Heel wat ther-j dezelfde, dan was er geen verwar een parket geweest als nu. Want, na nometers zijn gedurende die enkele ring, maar er zijn er niet minder dan dat hij zorgvuldig het raam, waar- lagen bekeken, en lang niet altijd! drie,' en wel genoemd naar de perso-door hij naar binnen was geklom- on men het eens worden. Daarom nen (lie ze voorstelden, of het eerst men, gesloten had en de gordijnen lacht ik, dat het goed kon zijn, aan'brachten. 1 open had geschoven, verwachtte hij dat alledaagsche instrument j Zoo vevciee']de Celsius die ruimte, in een leeg huis te zijn en stond nu lat zoo in ieders handen, onder I in 100 gelijke deelen. terwijl hij hij eensklaps tegenover vier jonge dames Hoe nauwer dus het buisje is, hoe ons lichaam geen grootere afwijkin- grooter de uitzetting van het kwik opgen aangeeft. Dat de zeer nauwe buis den thermometer zal aanwijzen, of j de graden groot maakt is ten zeerste I met andere woorden, hoe verder die van belang, omdat èn bij lagere èn j streepjes van elkaar zullen komen. I hij hoogero temperatuur ons lichaam Die streepjes, ja, daar zit het hem ernstig in gevaar komt. aak. daarover hoort men leekeni Dan zijn er nog de maximum- en i vaak twisten en kijven, en 't is toch j minimum-thermometers, de metaal bellen. vroeg een van de meisjes, en allen knikten toestemmend. Maar waarom klom u door hel venster, mijnheer De Veer? vroeg de oudere dame, wier naam, naar hij gehoord had, mevrouw Leefland was. Wij luisterden juist, of u niet zou werkelijk zoo eenvoudig. I thermometers, enz.maar genoeg de- Een paar temperaturen hebben een zen keer. J. STURING. Een uitmuntend geslaagde mop. iders bevatting valt, eens een praat- e te houden, 't Weer loj^t toch niet. m uit te gaan, en daarom blijven we laar binnen. Zoo'n thermometer is een klein bol- etje. van boven uitloopende in een iauw buisje, en geheel gesloten. Dit luiten is gebeurd, toen men hetin- trument zoodanig had verwarmd, lat het. kwik de geheele buis vulde, in wel door het glazen buisje dicht e smelten, zoodat de ruimte boven iet kwik luchtledig is. Een algemeen lekend verschijnsel is nu, dat Je toffen zich bij verwarming uitzetten n bij afkoeling weer inkrimpen. Ge- nalckelijk valt dit waar te nemen met le rails van spoor en tram. Vloeistof- en doen dit ook en wel in sterkere nate, dan vaste stoffenwant. ge- iteld eens, dat het omgekeerde het pval was, dan zou bij verwarming iet glas van den thermometer uit riten en dus meer inhoud krijgen, iet kwik zou ook wel uitzetten, maar ou de grootere ruimte niet kunnen uilen, en we zouden den eigenaardi en toestand krijgen, dat bij verhoo- ing van temperatuur de thermome- er daalde en omgekeerd zou bij af- oeling het glas meer inkrimpen dan et kwik en dit laatste dus stijgen, ►it zou geen bezwaar zijn, om het »estel toch te blijven gebruiken, al ten zouden de schaalverdeelingen ingekeerd moeten zijn. 't Is echter iet zoohet kwik, het vloeibare me- lal. zet meer uit dan het glas, en tijgt dus. Gelukkig; dat de zichdaar- oven bevindende ruimte, geen lucht evat, anders zou die worden samen- edrukt en de uitzetting tegenwer- en. misschien wel het dunne glas an het bolletje beneden doen bar- ten. Want daar toch is het glas dun, eer dun zelfs; om te maken, dat;, het vriespunt 0 en bij het kookpunt en een oudere, allen keurig gekleed, die hem vol bewondering welkom heetten. Is het niet prachtig, zei de oude matrone, hem door haar lorgnet op- 100 plaatste. Reaumur verdeelde diezelfde ruimte in 80 gelijke deelen, en plaatste bij het vriespunt 0 en hij het kookpunt, matrone, hem door naar lorgnet 80. Die verdeelingen worden graden nemend, ik genoemd en aangeduid door een klein "MMT ggfijfi nulletje rechts hoven het getal te plaatsen, terwijl de voorletter dier menschen er achter wordt geplaatst om verwarring te voorkomen. 80 gr. R. zijn dus gelijk aan 100 gr. C.. of elke vier gr. R. gelijk aan 5 gr. C. Op iedere thermometer staat clan ook hoven de schaalverdeeling, welke verdeeling genomen is. Vriest •het dus volgens de schaalverdeeling van R. 6 gr., gewoonlijk aangeduid als 6 gr. R.. dan is dit volgens Celsius 71/2 C. Een weinig ingewikkelder wordt de zaak bij de "derde schaalverdeeling n.l. die van Fahrenheit. Deze ver deelde de ruimte tusschen vriespunt en kookpunt in 180 gelijke deelen. Dit zou op zich zelf genomen nu niet zoo moeilijk zijn, want 9 gr. F. zijn dus gelijk aan 5 gr. C. en gelijk aan 4 gr. R.. maar hij plaatste om bijzon dere redenen bij het vriespunt 32 en kreeg dus bij het kookpunt 212, wat de zaak vrij wat ingewikkelder maakt. Een enkel voorbeeld. De ther mometer wijst aan 14 gr. F., dan is dit 32 14 of 18 gr. beneden het vriespunt. Op de thermometerschaal van Celsius zal dus staan 10 gr. C. en op dien van Reaumur 8 gr. C. Met behulp van deze toelichting zal het menigeen niet moeilijk vallen bij voorkomende gelegenheden geschil punten op te lossen. Dat er nog veel, zeer veel over de ze nuttige werktuigen te zeggen valt, et kwik spoedig de warmte tót zich i' *al ieder me dadelijk toestemmen, an nemen, of kan afstaan. We me-i 00 f16®" m®n b.v. de zeer fijn be en dus met den thermometer eigen- i werkte koortsthermometers,_ waarbij Ik veronderstel, dame, zei Pot ter, dat zoo'n raam me meer temp- teert, vanwege de naturelijkheid. Ah zoo eon leerling van het rea lisme, zei mevrouw Leeflanddus u gelooft in 't realisme»? Nee, dame, antwoordde Potter overtuigd. Ik houd me eigen voor een sociaal. De meisjes lachten even, maar me vrouw Leefland wercl rood en keek zeer verontwaardigd. John en Elisabeth zullen wel da delijk hier komen, zei Dora, eenigs- zins haastig. Wat dunkt u nu het beste, mijnheer De Veer? Potter vond, dat 't allerbeste zou zijn, als hij met den meest mogelij ken spoed kon vertrekken en deze lieftallige krankzinnigen dus weer verlaten, vóór zij gevaarlijk zouden worden. En hij was juist van plan een poging daartoe te wagen, toen een van de meisjes opgewonden uit riep 't Is verwonderlijkmanieren, houding, accent, alles is volmaakt. Ik weet zeker, dat iedereen mijnheer De Veer voor een echten inbreker zou houden. Ik echt? zei Potter, wel wat er- ontwaardigd. want al was hij zeer filosofisch aangelegd, hij was toch nog niet ver genoeg om aan zijn eigen bestaan te twijfelen. Wat zullen John en Elisabe li schrikken, zei een der anderen; nu zullen ze 't wel niet meer wagen, ons nog eens uit te lachen. Hallo zei Potter, wien een licht opging. Verekskuzeer, dames, maar vervolgde hij En geef mc eerstte piekeren, wat 'k met jullie doen iets voor m'n moeiteon hij maak-mot, om geen gezanik achter me aan te een zeer welsprekende beweging in te hebben. de richting van haar juweelen. Gert Zijn trillende slachtoffers gaven ze maar hier, alsjeblieft. jgecn antwoord, en hij vervolgde na- Ik denk er niet over. zeide me- Eénig, heusch éénigriepen de vier meisjes in koor, met lieve glim lachjes. D'r mot hier 'n vergissing zijn, wattostamelde Potter, die hoopte dat, vóór zij hulp bij de hand had den, hij ze zou kunnen overtuigen, dat hij dit huis voor het zijne had gehouden. En hij praat precies, zooals 't moet, riep de oude dame uit, bewon derend. Werkelijk, 't is prachtig Heusch. mijnheer De Veer moest aan ----- =>- 't tooneel gaan. Dora, liefje, jij bent *s dr nog iemand in huis behalve baarheden af. de eenige, die mijnheer De Veer kent, juUie - wil jij ons oens voorstellen en hemWel neen nepen allen, uitleggen, waarom zijn zuster niet zou grap bederven. hier i Hallo zei Potter weer, dus Een van de meisjes kwam verlegen,is ®en grap dichterbij Ja. maar ik vind eigenlijk, zei Ik bén bang, zei ze, dat mijn-mevrouw Leefland, die nog altijd een heer De Veer zich mij niet meer zal beetje boos keek, dat we het maar herinneren. Ik kwam uw zuster altijd,°P moesten geven. Natuurlijk is h.. afhalen van de comedie-club, waarin allervriendelijkst van mijnheer b u voor een inbreker speelde, weet u Veer. zich zoo toe te takelen, en John wel. Maar, toen was u zóó anders en Elisabeth verdienen wel een. een gegrimeerd, dat ik u niet herkend zou schrik om hun uitlachen van cergis- hebben. I teL maar vrouw Leeflandik vind dat u de grap véél te ver drijft. 't Is anders de lolligste mop, dia 'k ooit Ixüeefd heb, zei Potter, met overtuiging. Jonge dameshier. als jeblief Maar. zei Dora, die een beetje beefde. Ik Mot 'k je een handje helpen vroeg Potter, terwijl hij een ongela den, maar zeer gevaarlijk uitziende revolver te voorschijn haalde. 1-Iet sidderende meisje maakte haas tig haar halsketting los. Mij nil eer, zei mevrouw Leefland. u bent niet wijs. Wat denkt u wel Dat ik juweelen wil hebben, zei Potter. Maar natuurlijk, de oudste en leelijkste van 't troepie maakt de meeste kapsie. Mensch, je weet toch, dat 't een mop is? - Ik geloof heelemaal niet, sidder de Dora, dat 't mijnheer De Veer isdie zou zoo nóóit doen. 'k Kan je verklaren, zei Potter die haar halsketting in zijn ruimen zak liet glijden, dat ik heel wat namen gehad heb, maar De Veer was d'r niet bij. Maar 't is een heele ge schikte naam, hoor; ik wil er wel naar luisteren, om je pleizier te doen. Hemel, is dat een werkelijke in breker? stamelde mevrouw Leefland ontzet. Juffer, zei Potter, met een ver heugd gezicht, je hoef je niet meer te vermoeien, je hebt 't ineens gera den. Doe nu je polsmoffies maar uit, dan kan ik zien, wat voor ringen je aan hebt. En onderwijl nam hij de jonge da mes langzamerhand al haar kost- jullie niks - Ik kan 't me best te binnen ha-Nou begin ik 'm te snappen, vielluid snikken uit. J"31 —Als -1"* J-~ Zie zoo, hebben meer Neen. heusch niet, snikten de be roofde meisjes, die niet durfden pro testeeren, maar met leedwezen al haar moois in de oneindige zakken van Potter zagen verdwijnen. Als ik kon denken, dat jullie geen waarheid sprakdreigde Potter. waarop ze nog eens verzekerden, dat hij alles had, terwijl ze elkaar vast hielden als om samen een vreeselijk lot te ondergaan. Plotseling barstte de jongste in een denkend Ik veronderstel, dat hier een kelder is? Mag 'k je dan maar beleefd verzoeken naar beneden te gaan O, neen, riepen de vier meisjes en één legde sidderend uitEr zijn daar ratten en muizen. De hemel zegene jullie lieve snoetjes, zei Potter beminnelijk als daar echt ratten en muizen zijn, dan hindert dat niks, hoorals ze er niet zijn en je ziet ze dan toch.... en fin, dat zal je zelf misschien wel 's ondervinden, als je wat ouder bent. Als u nu maar weg wilt gaan, zei mevrouw Leefland wanhopig, dan belooyen wij, u niet aan te kla gen en kunt u onze juweelen hou den Dat zou me wel aanstaan, zeide Potter, maar niet zonder verontwaar diging vervolgde hij als de politie maar rekening hield met beloften, maar dat zijn geen lui van eer. Nee, zei hij plotseling beslist, die kelder is beter 't Was wel een treurige optocht, de vier klagende meisjes en de ontzette oude dame achter Potter aan mar- cheerende. die beleefd voor ging naar den kelder. Hij sloot ze allen zorg- vuldigop en ging toen weer naar bo ven, met een zeïf-voldaan gevoel. 't Zal me benieuwen, of üi iets te drinken vind, Nog steeds was Fortuin hem gun stig, want hij vond een flesch whis key, waarvan hij zich rijkelijk be diende. Daarna besteedde hij nog eenige minuten aan een onderzoe kingstocht door het huis,, nam alle voorwerpen van waarde mee en be dacht toen, dat hij geen onnoodxg ge vaar moest loopen, door langer hier te vertoeven. Hij ging de voordeur uit en had nog net tijd om zich te verschuilen, toen een jonge man, ge kleed in een geïdealiseerde en sprook jesachtige copie van Potter's eigen toilet, haastig op het huis toeliep en luid op de voordeur begon te klop pen. Dat is nu zeker, dacht Potter ge ringschattend. wat ze de uitrusting van een inbreker noemen. Nou, maar daar zou niemand toch inloopen. k Ben een boon, als hij geen verlakt© laarzen en een zijden das aan heeft Hij schudde meewarig 't hoofd en sloop naar 't tuinhek, terwijl de ware meneer De Veer, die bemerkt had dat len. zei Potter, hopend, dat de droom Potter in de" rede. Ik ben hu dus Als dat daar een teeken van een aaetn hQf1 niet in een nachtmerrie zou veran- een zekere De Veer, en ik mot. voor, kwaad geweten is. zei Potter, brul,*;'3'1 seen genooi naa gele deren. i boeman spelen voor een zekeren John dan eerst maar uit. j Sen- .d® d®u* openduwde, die Potter Veroorloof mij dan, u even vooren Elisabeth, die jullie hebben uitge- - Och, zou u als 't u belieft niet j larzelend nïa^MnneTkïpt^^ter3 te stellen, zei Dora, en duizelig knik- lachen, omdat je van iets geschrokkenwdg willen gaan smeekte Dora. naaï mnnen staDte en ver te Potter met zijn bol bij de voor- was. Zóó zit het lollige gevalletje nu U hebt nu alles van ons afgenomen. ulLe.e"' PnH,,, in h.t ho stelling aan menschen, wier gezond in elkaar, niet, ouwetje Ga nu heen. f°<> ^as Potter to het be verstand hij sterk in twijfel begon te Mijnheer Potter keek na deze rede-) - Wel. en uwes? vroeg Potter, ter-sPieden van zlJn schijn collega dat hij trekken. i voering eens rond en zag de dames, wijl hij mevrouw Leefland zóó veel- Uw zuster, mijnheer De Veer, zei hem met groote, ronde oogen aansta-zeggend zijn revolver voorhield, dat. mmwnnTO T.oofionri nn- zij hem alles, wat zij bezat, met bij- Dora, verzwikte ongelukkigerwijzeren, terwijl mevrouw Leefland op- haar enkel en kon nu niet komen, 't stond en met veel waardigheid zei Was een teleurstelling voor haarzij j Mijnheer De Veer, mag ik uzeg- heeft ons plannetje op touw gezet. gen, dat, hoezeer u ook voor 't realis- Ze was altijd een dekselsche me strijdt, de taal die u spreekt.... jk het volume van de hoeveelheid. de schaalverdeeling slechts loopt over ,kat. zei Potter driftig en als ik'rtej Houd nou's eventjes je kwebbel, verschillende temperatuur, i aan oraad of 7, b.v. van 35 gr. C. tot pakken krijg.... wik hij Haarlemmer Halletjes. .Een Zaterdagavondpraatje). Voor zoover ik weot 42 gr. C., omdat de temperatuur van Russen, dat alles mistPoeh zeistra. zondere haast en reikte. gewilligheid toe zijn gewone voorzichtigheid vergat, en eerst tot zichzelf kwam, toen een hand zwaar op zijn schouder gelegd werd en eén stern zei Wat duivel heb jij hier rond te oude jongejuffrouw, zei Potter; Spreekt hij niet natuurlijk toen de dame hem woedend aankeek. Potter grimmig. En pas op, wanneer straks uiL Ik was te verwonderd om hen ting, maar ik ben er niet zoo - En wilt u nu gaan? vroag Dora Sien" waMkto nik weer. Anders gaan we allemaal hard schreeuwen l ken hen. Dat zou k je niet aanraden, zeil Een oogenblik dacht Potter dat hij Ik zit er nou over verloren was, want hij werd stevig bi, i wezen, is dit 56 te veel, maar tegen heel over de groote werkloosheid, die ge- Hups tra, met zijn voorvinger in deKoeropatkin den aanval begint, dan tegen te houden en toen ik hen ein-' gerust op, dat de postadministratie, I zegd wordt in Haarlem te heerschen, lucht knippende, „daar geef ik niet vallen de Japannertjes als muizen delïjk naliep, stonden ze al op straat, die - gelijk uit het ontwerp-wetje ge- is het getal gering, want het zijn 7AAVnnl nm nm IT- 1I KI non IrTlAAn KlnL-nn io I,ni.Klio). I C T1 i zooveel om. „Overmacht om'Hopma had Hupstra bij een knoop bleken is het publiek min of meer 'ïang'niet' allèn"hoofden van gezin- Hoopje?' antwoordde „Dan hebben we nog een maand of Van zijn jas gevat en riep: j de wet wil gaan stellen, niet vandaag nen, er zijn ook aankomende werk- *..j --- - 'of morgen als verplichting in- lieden, ongetrouwden, bij. (want een Hopma, die twee woorden uitstooten- wat den tijd", zei Hopma. „Vóór Mei, „Binnen zes maanden, zeg ik je!" ensch is nooit heelemaal zeker van de alsof 't zooveel revolverkogels wa- is geen aanval te verwachten." I chzelf) heb ik de gewoonte om in ren. .Weet je wel, dat het veel a_ an dagelijkschen omgang mijn vrien- makkelijker is, een vesting te verde en en bekenden tot hun recht, te la- digen, dan die aan to vallen in komen. Ik ben, het zij met gepas-1 „Dat hangt er van af", zei Hupstra nederigheid gezegd, niet als Wou- fluks. „Met het moderne geschut is ;r, die eenvoudig niet hooren wil dat volstrekt niet waar rer onderwerpen, die hem persoon- j „Heb jij kanonnengieters in je fa- jk niet interesseeren. Mij is ieder milie vroeg ik. esprok goed, onder één voorwaarde renweldat de menschen praten over Ingen, waarvan ze verstand heb- iten." j Toen ik naar de huiskamer terug- voert, dat alle brieven en briefkaarten I j,k zou daaruit niet' graag de con- dat hij be- keerde, hoorde ik Hupstra roepen van buiten van den naam des afzendersclusie trekken, dat de werkloosheid „Nee, maar waarom vraag je dat?" zei Hupstra. „Omdat je zoo geleerd over het mo derne geschut sprak." Nu lijkt dat heel eenvoudig, maar „Beflachelijk", riep Hopma. „Heb- schijnt in de maatschappij toch ben de Japanners niet storm moeten lisverstand over te bestaan en wel in loopen tegen den Iloogen Berg op ien zin, dat sommige menschen over-Stel je voor wat een ontzettenden een verstand van meemen te. bezit-klauter onder de kogels van denjbruari zeker den slag niet. 1, dat hun door anderen verstrekt vijand." iet wordt toegekend. Zoo had ik de- i „Van kogels weet ik zoo niet af", r dagen bezoek van Hupstra en zei ik, „maar klauteren is moeilijk, opma, die, zonder van elkaar te we-j Weet je wel. Hopma, dat jij verleden n, eens waren komen aanloopen, ik jaar niet eens het duin achter het snk om_hun hart te luchten over den Kolkje beklimmen kon ►1 van Port Arthur. Ze zijn namelijk siden verwoede politieke tinnegieters wat de zaak in dit geval bijzon- er ingewikkeld maakte, ze gieten elk an tin in een anderen vorm. Hup- ra is een overtuigd voorstander m de Russen en Hopma heeft niet inder hartstochtelijk partij gekozen ior de Japanners. Toen ze zoo kort na den val van ort Arthur elkaar in mijn huis ont vetten, voorzag ik dan ook het erg- Bij do begroeting keek Hupstra zóó nijdig, alsof hij Port Arthur is en Hopma hem veroverd had. bh ging het eerste kwartier met jaren opsteken en een vreedzaam eêrpraatje voorbij, toen opeens Hop- a zijn mond opendeed en fel, alsof j een granaat afschoot, vroeg „En wat zeg jc wel van Port Ar- ur „Och, dat was te voorzien', ant- oordde Hupstra. zoo onverschillig ogelijk. ,Te voorzien? Wat?" •Natuurlijk. Een grroote overmacht üi de Japanners, die aan niets ge- «k hebben, tegenover een hoopje .Jij voelt niets voor politiek", zei Hopma een beetje boos, en Hupstra voegde er bij „ja, dat is waar, jij hebt daar geen verstand van." Én daarop met oen strijdlustig gezicht naar Hopma gekeerd, ging hij voort „Wacht maar, als het eskader van Rodjestvensky komt, wordt de heele Japansche vloot platgeschoten." „Om te lachen Ja, tegen onschul dige visschers kunnen de Russen op, zooals bij Doggersbank „Dat is onwaarer lagen wel dege lijk torpedobooten „Niet waar „Ik weet 't zeker ,,IIé?" vroeg ik. „zijn jullie er bij geweest? Gisteren zijn jullie vrou wen nog met de mijne uitgegaan om samen een parapluie-stander te koo- pen. maar van jullie reis naar Dog gersbank hebben ze niets verteld." „Ieder verstandig mensch begrijpt, dat er geen torpedobooten te Doggers- bank zijn geweest. Daarvoor behoef je er niet zelf heen te gaan", zeide Hopma. „In Februari zul je zien, gint", verzekerde Hupstra. Y.Geen denken aan. Twee „Heb je zijn laatsten brief ook in minstens!" j daaraan niet voldoet, niet zal worden je zak?" vroeg ik. I Ze hadden het. de ongelukkigen, verzonden. „Van wie?" vroeg Hupstra. 'over den tijd, dat de oorlog nog du- Grappig is het, dat een verzoek om „Van Koeropatkin natuurlijkje ren zou i naam en adres bij te voegen, naast kon liet toch niet zoo zeker weten, als j Mocht een uwer hen ontmoeten, do brievenbussen hangt. Het aantal je geen brief van hem gekregen Spreek hem niet aan, want ze zijnpersonen, dat regelmatig met vulpen had?" ongenietbaar. Had ik wat te zeggen, houders loopt, is nog maar gering. „Onzin", zei Hupstra, nijdig. „Uit aan zou ik bij de. artikelen in de Po-1 Zal het verzoek bij de brievenbussen de berichten kan iedereen opmaken, litieverordening. die betrekking heb-,dus in de praktijk beteekenis hebben, dat hij gauw beginnen zal ieder j)en op zinkwerkers en loodgieters op dan dient men een grooten inktko- verstandig mensch, wel te verstaan." I je daken, nog dit willen voegen ker met een pen er naast te hangen. „Dat is aan mijn adres", antwoord-J „Het gieten van politieke tin is zoo- Dit ontbreekt ons nog. evenals een de Hopma opgewonden. „En ik zeg wel op en boven als beneden den be- schoenpoetser. Een van mijn lezers je: de Japanners aanvaarden in Fe- ganen grond, gedurende het geheele maakt or mij attent op, dat hier ner- bruari zeker den slag niet." jaar, ten strengste verboden." j gens gelegenheid is om je laarzen „Ze moeten wel, als ze aangevallen i Maar intusschen ben ik geslagen oens te laten poetsen. Heb je in den worden .vijanden met Hupstra en Hopma, envroegen morgen het ongeluk in een „Volstrekt nietj dat alleen omdat zij op hoogen toon t modderplas te stappen, dan loop je „En ik hou vol van wel." dingen beweren over Rusland en Ja-'eenige uren met vuile schoenen rond. Ze wonden zich zóó op, dat onze pan, die zij volstrekt niet kunnen Ro" io k^* poes wakker werd, zich uitrekte en al verantwoorden miauwende naar de deur liep. Ik be sloot eem ernstig woord van verzoe ning te spreken, en zei „Hoor eens hier, wat beduidt nu eigenlijk al dat getwist Jij, Hopma, jaar moeten zijn voorzien en dat alles, wat in de laatste weken belangrijk afge nomen is ik zou nie weten hoe en waardoor. Waarschijnlijker lijkt het mij toe, dat verschillende werkloo- zen, echt op z'n Hollandsch, de nieu wigheid met een wantrouwig oog be schouwen en, zooals dat heet, „eerst •eens het katje uit don boom willen kijken." Wanneer die opvatting juist is, dan vind ik het van de werldoo- 7,en onverstandig om drie redenen vooreerst omdat zij daardoor een kans, om werk te krijgen, zich laten ontgaanin de tweede plaats omdat de gezeten burgerij, op wier mildda digheid een beroep wordt gedaan, juist ten hunnen behoeve, zeggen zal „och kom. die werkloosheid is niet zoo erg, als ze wel lijkt, aan de Ar beidsbeurs zijn er maar weinig inge schreven" en ten derde, omdat deze .Arbeidsbeurs maar een proefneming is, die zeker niet zal worden doorge zet. wanneer het blijkt, dat de werk lieden er geen gebruik van maken Ben je vreemdeling, dan is het leed nog grooter. Waarom hebben we hier eigenlijk geen schoenpoetser Is er geen broodje mee te verdienen? Ik zou denken van ja. wanneer hij post vat te op de Groote Markt, bij het weer- ik gezien, huisje. weêr. werk- .Verstandiger menschen zijn zeker ger last hebben, an 't tegendeel", antwoordde Hup-Daarop gingei __J(rMet belangstelling heb die grossier in dameshoeden bent, dat we door de postadministratie wor-| Dit is nu eens een onderneming, wat weet jij nu eigenlijk van de plan-1 den uitgenoodigd onzen naam en die gemakkelijk begonnen kan wor- nen van de Japann.ers en hun strijd-adres te zetten aan den buitenkant i den een houten bak, een doosje met krachten? Jij, Hupstra, die er een]van de briefven en briefkaarten, die schoensmeer en twee borstels, ziedaar houtkooperij op nahoudt, hoe zou jij we verzenden, een maatregel, die]alles. Kosten van aanschaffing hoog precies weten hoe het met de Rus- blijkbaar de bedoeling heeft om onbe-j stens een gulden. Benoodigd bedfTjfs- sen staat? Jullie praat allebei in 'tstelbare brieven en briefkaarten aan kapitaal wat energie en niet bang wilde weg en weet er, hou me ten goe-1 de afzenders te kunnen teruggeven, de, dat ik 't zeg, geen jota van. Laten Hulde brengende aan deze nobele vve het liever eens hebben over Haar- gedachte, moet ik toch doen opmer- lemsche zaken, waar we kijk op heb-1 ken, dat ze althans wat de brieven ben. In die oorlogsaangelegenheden betreft het briefgeheim vrij ernstig zijn we gezamenlijk als onwetende benadeelen kan. Er kunnen zich hon-i kinderen(derden gevallen voordoen, waarom'voor plaatsing hebben aangemeld. Tot mijn verwondering waren ze ,'emand tegenover de postadministrati1Van Maandag tot en met Donderdag. allebei opgestaan. Hopma,'bleek van en de huisgenooten van den geadres- dus in vier dagen, zijn ingeschreven;- kwaadheid, zeij seerde niet wil weten, dat hij de af- j 14 timmerlieden, 12 smeden, 3 metse- mer ncodig heeft om gewekt te wor- v „Ik zal je niet langer met. mijn dis-'zender van een brief is. Vooral in laars. 5 schilders, 6 tuinlieden, 11 los-,den, zoo'n slaperige inbreker is, dat cours hinderen." kleine gemeenten, waar iedereen al se werklieden, een konerslager, een je daartegen geen maatregelen ne- Hupstra greep zijn hoed van den de anderen persoonlijk kent, is het behanger, een kleermaker, een kellncr hoeft te nemen grond op en zei: |niet aangenaam, dat het postkan-jen een schoenmaker, te zamen 56per-j „Van mijn gesprek zul je niet lan- toor precies de afzenders van brieven f sonen. In het oog van iedereen, die ezen voor wat kou en slecht Komaan, is er niet eens een looze, die het probeert? Van werkloozen gesproken, het heeft me verwonderd, dat er zich betrekke lijk zoo weinigen aan de Arbeidsbeurs Af en toe tref je in mededeelingen en kennisgevingen merkwaardig Hol landsch aan. Zoo kwam ik deze week langs een winkel, waar een alarmsignaal tegen inbrekers te koop stond, met het navolgende opschrift „Binnenkomen der kamer zonder .gewekt te worden onmogelijk." Heeft de ontwerper van dezen vol zin misschien aan slaapwande laars gedacht? Ik voor mij zou zeg gen. dat een inbreker, die bij het bin nenkomen van een andermans over en weer weet. En nu kan men van meening is, dat er in de maat-l Hup-, Daarop gingen ze samen de deur wel zeggen: het is geen verplich- schappij werk voor allen behoorde te' FIDELIO.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1905 | | pagina 5