z'n kraag gehouden Er was hulp hij niet wist, dat ik al naar Terlin- genoeg in den omtrek, en zijn zakken de geschreven had... Dat heb je ook droegen allen bewijzen van schuld, altijd, als die wijven aan 't kletsen Maai- de naam dien hij zijn aanval- gaan... Dat heeft Bets natuurlijk aan Ier had hooren zeggen, bracht hem op Klaar verteld... Maar er zal een eind een idée. aan komen... dat zullen ze zien... Vraag escuus, meneer, zei hij Dag Jan, van harte gefeliciteerd, nederig, terwijl hij aan z'n hoed tikte, hoor! nog véle jaren in geluk en Maai- zijn jullie John en Elisa- voorspoed met je vrouw. beth Ik weet je verdere namen Dank je, hoor 't Zal wel los- nietloopen. Wat meen je, kerel? was 't ver-j wonderde antwoord. Bets krabbelde tusschen de kopjes op het theeblad, stootte tegen het En ken je, vervolgde Potter, rammelend lucifersdoosje, streek kras sen dame, die mevrouw Leefland sencj -a iucifer aan. Helder vlamde-ie heet? Met vier jonge dames, die on- op jan knipoogde, Bets knipoogde, langs eens verschrikt werden door Klaar knipoogde tegen 't vroolijk dan- een inbreker of zoo ietsW ant m send vlammetje. Met kleine oogjes dat geval, zie je, is er een grap met volgden zij 't in Betsy's hand naar de een meneer Do Veer, die een inbreker iampekap. naar de pit onder 't glas, zal voorstellen, om jullie te laten da^ nijdig rinkte tegen de porceleï- schrikken. 1 nen kap En Potter tikte weer aan zijn hand. Hier Jailj een kleinigheidje, zei en wachtte op t geen komen zou. da vriendin, 'nbeetje geraakt, maar Zijn aanvaller stelde hem eenige t,och goed gemeend. Ik hoop, dat je vragen, on Potter antwoordde, dathi] er veel pleizier van mag hebben, van alles wist, doordat hij een ge-j Handig wierp zij haar gittenmantel eprek van de dames had afgeluisterd. af duwde een grauw pakje op zijn En nou dacht ik zoo, meneer, be- SChoot sloot hij. dat ik er een goed din-j 0' Klaar, wat ben je lief, juichte getje mee deed, als ik u dat eens ver-BetSi haar hoop vervuld ziende, pak telde. l'ns gauw uit, Jan, laat 'ns kijken. Ik ben je zeer verplicht, man, Nou, ja, ja, we hoeven zoo een zei de ander, terwijl hij hem een gul- haast niet te ma](en Tijd zat im- den in de hand stopte. Kom morgen mers i nog maar eens aan.... Ga mee, Lies. In zi'jn kitteligheid, omdat Bets weer Zoodra je Do Veer ziet, pak jij hem zoo aardig deed tegen dat vervelende maar aan z'n oenen kant. dan zal ik menschi trok hij het touwtje in den hem wel op den anderen ranselen. En knoop. De nagels van zijn dikke, kor- vóór alles laat hem in geen gevalte handen haakten zich in 't grauwe iets zeggen. En als je je parapluie op papier, dat bij het scheuren vezelde hem breekt, krijg je van mij mgjgen J rond0m een groen-rood ondervlak van een mooiere nieuwe. I harde stof. Haastig en in alle stilte gingen ze j Klaar, door 'n gaatje van de lampe naar- het huis, terwijl Potter met eenhengsels turend, keek naar z'n lippen, fTnA+r.ri rrl i TVt 1 *1 aVi 7YTYÏ rl ,1 1 t ÖOT. I n zoeten glimlach om de lippen een pijpje opstak. - Daar gaan ze, mompelde hij. naar z'n oogen. Hoe zou ie 'tvinden? Bang, dat hij kwaad zou worden en gaan uitvallen tegen Klaar, sneed toen eensklaps leven de avondstilte jBets met -t broodmes het touwtje kwam storen. Daar hoor ik John drdoor, greep naar 't groen-roode, trok. al op los slaan. En dat, vervolgde hi). Onwillig liet 't papier zich aftrekken... toen hij oen schnllen schreeuw hoor-' 0lndelijk met een stevigen ruk haalde de, dat moet Elisabeth zijn, die werktpaai. muiicn uit de vertrommel- voor haar mooie parapluie. En dat,de papierdot besloot hij, met voldoening bij een Heere-mijn-tijd, wat zullen we lang aangehouden angstgeroep dat nou hc(bben? Wat 2ijn dat voor clin- js zeker de schooier, die do brutaliteit1 Wat moet ik daarmee doen? had, nnj te willen nadoen. 'ireiterde hij Hij liep langzaam op, maar al spoe-j 0mdat va]1 Klaar ,.wam daarom dig bereikte een nog luider en nog'wou hij ze niet, vond hij ze niet mooi. j I.' PP t Pil '71,11 TT l.ool. „oor T17 a1.~ „T, 1 dio OP11 700' De liefde weet altijd wel raad. In 1889 diende bij het le regiment cavalier ie een zekere luitenant Meier. Hij was niet de eerste Meier van dat regiment en hij werd niet de laatste. Maar er was toch geen één Meier hij het le, die ooit zóó verliefd was op de dochter van zijn commandant, als de Meier eerstgenoemd. Natuurlijk zou hij zijn leven gege ven hebben om zijn uitverkorene te dienen, zoodat 't gemakkelijk te ver klaren valt, dat hij op een morgen, toen hij de oogen van zijn -schoon© verduisterd zag door tranen, de hei lige belofte aflegde, althans de reden van haar smart op te heffen. Welke die reden was? De brigade-generaal, waaronder haar va dei-, de commandant van het regiment, diende, had dezen laten weten, dat hij de eerstvolgende week het le regiment zou bezoeken en bij die gelegenheid zou dan het nieuwe exercitieveld van 't garnizoen met een groote parade, door den overste zelf aan te voeren, moeten worden ingewijd. Dat was wel 't onaangenaamste wat den overste had kunnen overko men. De ingewijden wisten wel, dat de generaal al lang met het ontslag van den overste in den zak liep dat hij sinds lang een stok zocht omzijn slachtoffer mee te slaan. En nu wil de hij hem dan op een vreemd tor- rein een parade la-ten commandee- ren. De overste had zich in den huise- lijken kring droevig zitten te bekla gen. Ieder zou dat begrijpen had hij gezegd dat je aan een tafel, waar je aan gewoon bent te zitten, makkelijker zit dan aan een vreem de, in een geregeld gebruikt bed het best slaapt en dientengevolge ook op gebruikelijke exercitieplaats het raai? er genoeg van. Hij en nu was 't beslist Zeus spitste de ooren, keek den kant van de kazer ne uit, wendde zich daarheen en droeg den generaal van 't exercitie veld Er hielp geen moedertje-lief aan. En op den overste kon de generaal zich moeilijk wreken. Die had prach tig gecommandeerd. Op Meier? Hij heeft er niet aan gedacht. Maar de overste, die vol pensioen uitdiende dacht er later wèl aan, om Meier zijn dochter te geven. En zoo geschiedde. K. De Valsclie Munter. Novellette door Guy de Téramond. verwarder mengelmoes van kreten zijn Hij keek naar Bets, wat die zou zeg- j best exerceert. Bovendien... hoe véél ooren. gen. Natuurlijk.... Bets en Klaar, die had het oude, vlakke tea-rein op het L.aar zullen ze m den kei dei- twee hadden maar één mond. Die de- njeuwe oneffene voor' weer ^reen ooge iddik toneJn^stll1i£TeCv?S hetzelfd?' vonden I Zooais gezegd: de overste, die oeen oogenmiK ai tongen stil- ,alt.nd dezelfde kleuren mooi. Zoo wa- houden ren ze al, toen ze met elkaar on hetp"aa§> v0' PöHSioen wilde ver da enen- Een doodsche stilte volgde en Pot- pensionaat waren. had het herhaaldelijk hardop zitten ter stale zijn pijp in z'n zak. o, Klaar, wat heb je 'n mooie j denken, en vandaar dat zijn dochter Zie zoo, mompelde hij. Nou zijn keus gehad!.... Wat lief, dat groen i't wist. En zoo kwam ook de onge- ze elkaar zeker aan 't verklaringenen dat rood....on wat een snoeperige jutklge Meier er achter, die er nu wegkom MeeTnvór ?S',i da' ratelde Bets zenuwachtig, om dljk tusschen ,zatH(j liajd dannu weg KonMaai over t geheel en dien flauwen zet van Jan weer goed E\3;istreek_ hefleoozend langs z'n uit-te maken. 1Waarom moesten die twee nu ook altijd inzie hebben? Ze vond het flauw van Jan, dat hij altijd zoo tegen Klaar was. Klaar was toch altijd zoo aar dig als ze kwam.... En dat zij geen ruzie zocht, dat kan j'e toch wel zien, anders zou ze toch niet zulke mooie muilen voor hem meebrengen. Pas ze 'ns an, Jan Doe 'k niet, mopperde hij tegen, i zette ze naast z'n stoel, deed alsof hij kat i™- - koppie thee Wa>:niete ^kregen had. i11 ei Achter de lamp had Klaar met wan- puilende zakken noem ik dit toch maar een best geslaagde mop MUILEN. te kiezen tussch-en de teer geliefde en zijn brigade-generaal Daarbij kwam nog, dat hij >"n de latere dagen zwaarder dienst had dan ooit. Zijn ritmeester was ziek en diens commando had hij moeten overnemen. Hij voelde zich voor de eerste maal van zijn leven van 't werken moe... Hij moest er wat uit en hij wandelde naar de bittertafel. Daar was het gesprek dien middag t-,Is altijd, weinig geanimeerd, totdat verjaardag je dutje 'ns overslaan?' gei^rood ^va'n "snanning ^Uen^wach- j 'nen °P h6t onderwerp „primotie" lln doezelde hij, slaperig zich ten om een „dank je". i ]cwam. Dan gang t altijd van een met lange uitrekkingen opschokkend! j 't Kwam niét. jleien dakje. Maar daar wilde Meier Hn„.. koppie thee?.... Ja,.... 'k Mag; Nou had ze toch lang genoeg ge-j't al lang niet meer over hebben., toch wel slapen, al ben ik jarig! wacht, ze zou 'm nou wel laten weten' Ook dien middag niet. En hij volgde t Is wat plezierigs, weerlegde ze, dat ie zoo deed. j eerst weer 't gesm-ek toen hii een der terwijl ze in den grooten blauwen 't Gitten manteltje over de stoelleu- i - - - - kop 't dampend licht-bruine vocht in- jning bij de deur hing al, voordat Bets schonk. Moet ik dan in mijn eentje't had gezien, over haa.r schouders, jou verjaardag vieren? j'r Blauwe hoed met lint trok ze recht Nou, vooruit maar. zei hij, zich bij hét deur-open maken en toen Bets, op en neer buigend om goed wakkerverschrokken van haar opspringen, te worden, 'n Enkel keertje kon hij'riep: ..Kom, kom, Jan meent 't zoo toch wel 'ns zonder dutje. jniet".... Bom.... De deur was al dicht. Erg tevreden over zijn mooie toe-' En toen, in-ééns begon ie spijt te geven, schoof hij zijn leunstoel meerkrijgen, dat ie zoo gedaan had. Nou naar 't raam. Slurpte korte teugjes.had ie 'r zoo goed als het huis uit- thee. gegooid. Nu had ie Bets aan 't huilen goed gaan. Betsy, kom nou zelf ook zitten, j gemaakt. Nou was ie kwaad op z'n 't W as een vermetele gedachte, Eenige jaren geleden stond erin Montmartre achter de „Butte", toen de massieve, moderne gebouwen dit door dichters en schilders bewoonde kostelijke plekje van Parijs nog niet hadden overstroomd, een reeks van paviljoens, in kleine, kokette tuintjes die in het voorjaar met mooie rozen prijkten en langs welke zich de ele gante winde met haar groote, blau we oogen lustig omhoog slingerden. Al betaalden de schilders en dioh- I ters hun huur ook niet altfjia gere- geld, ze waren toch voor 't minst'de i eerlijkste menschen van de werelden j nooit had men andere moeilijkheden met hen dan op "den eersten dag van hei; kwartaal. Daarom speet het me- I neer Durand ook zeer, dat hij op ze- j keren dag zijn paviljoen moest ver- huren aan een man, clie geen bepaald J beroep opgaf, maar alleen beweerde, i dat hij zaken deed. Ja, men kon zelfs zeggen, dat meneer Durand zijn oude huurders terugwenschte. j De nieuwe huurder had niet de geringste zwarigheid gemaakt en zonder een spier van zijn gelaat te j vertrekken, had hij alle voorwaarden aangenomen, welke de verhuurder hem stelde hij had een jaar huur vooruit betaald en zelfs de registratie- kosten van het huurcontract voor zijn rekening genomen. Misschien was juist dit dé* reden, i waarom meneer Durand een onwille- keurig ge#voel va.n wantrouwen jegens den onbekende niet kon bedwingen. Misschien was het werkelijk zoo. i In elk geval dacht meneer Durand j aan het spreekwoord, dat men zich I bij een gestolen paard niet om het j hoofdstel bekommert. Een eerlijk kameraden hoorde vertellen, dat de regimentsdokter ziek te bed lag, de oude dokter Tomaas, méér bekend nog om zijn stokoud en stijf paard I ,.Zeus", dan om zijn leunde... En toen schoot Meier pijlsnel een ge- dachte door 't hoofdals hij den I generaal op Zeus wist te krijgen, dan kon allies nog voor den overste leu- Gauw pikte zij met een haarspeldeigen, het theelichtpitje omhoog; schoof; Diep liet hij zich in don stoel toen haar stoel naar 't andere raam.ne]}',zei mets meer. Echt gezellig zoo Anders, als hij Spijt greep zijn gedachten^ vast, maar de uitvoering er van was niet moeïRjk. Meier 'had, als plaatsver vanger van den ritmeester, de he- dutte kg™ MSziUen S moeèi dwont tïn Klaarde denten, wlü «füdng over 'tros. Hij had bevel te zitten kijken, kon m toch niets '«en 1» niet loslaten. Hij wou êt goedgekregen voor den generaal hij diens doen, want hij wou geen licht aan maken. Neen... daar had je op eens aankomst l.-i'i aval i rrn ni n WdM' TprilP*. hebben. Dutten zelf, deed ze niet, kon z'n kriezeligfieid v'eer terug.^^ ze niet, wou ze niet. Nou, nu ze zoo1 niott lekker met hem praten kon, was 't ten houên t Kon hem au ook mets echt nlezierio- in de «chémerinc meer schelen, wat ze doen zou. Maai m S°hhetmSfgIwhB.ng gevod kroop door zijn brem. naar hem te kijken, als hij .J0,1 zijn wit hoofd over de leuning van L,™',huïto,d .zenuwachtigheid den stoel hing snurkend met z'n 'l"5» K'aar naar, 'mis. Die dwarskop mond half o^n. Nou bleef ze hem j» j'ïfJSS;rïï,f? ooni-ni-nri Ir.* -.zrit von Ttin VirtitLr ^^j wat aan d.oen kon,, dat Jan en aankijken Het wit van zijni hoog, h^ar man tom loevaUIg"d6z6i(da lw. kaal voorhoofd kwam door denflau- treltkin „tju,.,, Maai. ondervinden wen schijn van t theelichtje non zoo d t ZQ0 daan hcrft Ge_ mooi uit tegen t donker gordijn. Ze uW. patroon van avond was zelden savonds m zoon pret- JB haar man zaken komt bespreken, tige stemming geweest. 7p zou dfln toch -ns een boekje van Jan, ik wou dat je eiken dag hem opendoen. jarig was. Waarom? vroeg hij, alsof hij haar niet begreep. Hij wou alleen I Jan slurpte weer een kopie thee, maar z'n eigen gedachte uit haar volgde in peinzingen de lijnen van de mrmd honrpn I tapijtfiguren. wafte^l H» Sw'vanHGeerritS'aat m6t ïtoS' Rrrrring^dïde de deurM zenuw- hand^an^ 'tg^ooHioofd^^ achtig. - Bah! gromde Bets. Nie open doen, nukkerde hij? Wiens maar.... ziet ie wel goed., hand is dat?.... Zou Klaar.... Zachtjes^ 'heel eventjes, voorzichtig LrJeJo°rWo7nJf"è -t, duidelijke letters, belde". Klaartje, fluisterde ze. 't Is j Klaartje. Ze heb 'r blauwe hoed met lint op. I Nie open doen, bromde hij, 11 veel leuker vindend met z'n tweetjes j in de schemering dan met die Klaar, erbij.... Wèl opjïn doen, sprak ze tegen: 1 hopend op 'n cadeautje voor haar man. Meteen liep ze naar de deur. Altijd iemand storen. Ze moet maar gauw ophoepelen, knorde hij, kwaad" in den stoel heen en weer draaiend. Bets haalde ook altijd die Klaar aan. Hij kon haar niet lijden, hield niet van die praatjes over kinder- zijn onrustig rollende oogen zagen meel en gepasteuriseerde melk. Nou,toevallig de muilen: op zijn verjaardag zou ze weerover Bets, Bets, bromde hij zacht, dat die kletser ij en beginnen. Dat wou hij is nu_ het tweede cadeautje, dat ik niet, nöe!.... Hij zou haar wel gauw van Klaar krijg. «ien weg te krijgen. Ze denkt ze- Miinheer Hedenavond vernam, ik tot mijn spijt, dat gij dikwijls ernstige 011- eonigheid hebt met andere geëm ployeerden van het kantoor. Daar het volkomen in strijd is met den bloei van onze zaak, zoo hoop ik. dat er spoedig een einde aan ge maakt wordt, zoo niet, dan zullen ook alle betrekkingen tusschen ons ophouden. Hoogachtend, G. LIMMEN. Bleek viel hij terug in zijn stoel. ker, dat ze nog meer te weten zal ko men, om aan haar man te vertellen.. Hm Wel leuk dat hij toevallig toen ook compagnon van Terlinge wou wor i den... Ze kunnen mij wijsmaken, dat1 JAN JOSSEN. ,een vertrouwd paard' gereed te houden. Nu, dat was Zeus zeker. Hij ging erniet van door, hij was niet wispelturig, integendeel Welnu dan En toen dan de generaal aan kwam, werd Zeus vóór hem gebracht. De overste, de rillende overste, die straks voor den generaal zou moeten paradeeren, kon zijn oogen niet ge- looven!... Wat deed Meier nu! Gaf hij den generaal den „strammen Zeus" Maar Meier keek met een stalen gezicht vóór zichTHet halve, aange treden regiment giecheldemaar Meier zag hoogst ernstig.... De over ste schraapte zijn keel. De generaal Zeus de sporen. Overste schreeuwde „Voorwaarts Marsch 1" Hij beval zijn ziel aan, endeheele stoet istelde zich in beweging. Voorop reed de generaal. Naast zich zijn adjudant. En al spoedig was men bij 't kruispunt gekomen, vanwaar men rechts naar hetoudt, links naar het nieuwe exercitieveld ging. De generaal wilde alzoo linies afslaan. Maar 't scheen hem niet te kunnen gelukken. Geen ruk aan den teugel, geen druk van de knie bracht Zeus van zijn ouden, sinds jaren met zijn geliefden regimentsarts ingesla gen weg af. En de generaal zat daar machteloos op Zeus als een pop en achter hem volgde 't regiment Hij had een ander rossinant kun nen bestijgenraaar hij wist wat hij had, niet wat hij kreeg. En hij liet Zeus marclieeren, en toen 'tdier precies op 50 pas afstand van „den hoogen populier" stilhield, zooals hij dat sinds jaar en dag op exercitie dag had gedaan, toen doorstond de generaal ook dat, stil berustend, naar 't uiterlijk leek. Nog nooit had de overste zoo ple zierig gecommandeerd als op dien dag, nu hij dan toch op zijn terre'n had mogen blijven. Hij wist van geen uitscheiden, zelfs niet toen 't half 12 sloeg, het uur dat anders weer inge rukt wend. Maar toon had Zeus. of de gene- man komt flink voor zijn belangen op, alleen de spitsboeven leven als voorname heeren, want zij arbeiden l immers met het goed van een ander. Bovemdien was zijn oogopslag ook niet vrijhij wendde de oogen af, zoodra men hem aankeek, alsof hij vreesde, dat men daarin zijn gedach- ten zou kunnen lezen hij was in elk geval, ook als men hem zonder vooringenomenheid beschouwde, een j zeer onsympathiek persoon, j Feitelijk bevestigde het zonderlin ge gedrag van den man reeds dade- lijk den argwaan van Durand. Hij gang alleen des nachts met de uiter ste voorzichtigheid uitzijn hoed had hij dan diep in de oogen getrok ken en den kraag van zijn paletot opgezetook keek hij oplettend rond of men hem ook achtervolgde. Als hij weer thuis kwam brandde er bij hem tot aan den morgen licht en men hoorde zonderlinge genuiden, waar over de huren heel wat gissingen maakten. Kortom, dit individu moest heel bijzondere radenen hebben, om zich aan de nieuwsgierigheid van 't publiek te onttrokken en zeker oefen de hij een dubbelzinnig bedrijf uit, hetwelk, het daglicht niet mocht zien. Meneer Durand besloot daarom trent, het mocht kosten wat het wil de, de noodige inlichtingen in te win nen. Hij stak een revolver in den zak en klopte moedig aan de deur van zijn huurder. Als voorwendsel ge bruikte hij de omstandigheid, dat hij met den zonderlingen persoon over een dringende reparatie moest spre ken, welke hij -tegen zijn gewoonte in op -zijn kosten aan 't huisje wilde laten uitvoeren. De ander opende ten slotte de deur, nadat hij eerst eenig bezwaar had :emaakt. Een groote verrassing wachtte meneer Durand. Hij zag in de kamer, waarin de onbekende hem bradht, op een tafel een drukpers, platen om -te grave er-en en etsnaal den. Hij werd bleek, twijfel was niet meer mogelijk, zijn huurder -was een echte valsc-he munter. M-eneer, riep hij verontwaardigd uit, ik ken thans uw verachtelijk handwerk, ge maakt bankbiljetten Helaas, jaantwoordde de an der en boog het hoofdhoe zou ik dat kunnen ontkennen? Ik -zal -er aangifte van doen. Ga gerust -de politie er mee in kennis stellen; ten slotte is mij dat nog het liefst, want zi-et u, ik heb genoeg van 't werken... Sedert 20 jaar zoek ik naar een middel om aan deze ongelukkige stukjes papier die zelfde waarde te geven, welke de blauwe biljetten van de Fransche Bank .hebben. En ge -hebt 't niet gevonden? vroeg meneer Durand. Zeker wel, antwoordde de ander heel zacht, bijna onhoorbaar. En ter wijl hij dat zei nam hij een biljet van 50 francs, hetwelk op de tafel lag, en vervolgde kalmZiet u, dat is mijn beste werk. Meneer Durand ging naar 't ven ster en onderzocht hei. biljet oplet tend hij kon een uitroep van ver bazing niet onderdrukkenbij aen zou er zich door hebben laten bedrie gen, zoo onberispelijk was de naboot sing. Welnu? Maar dat' -is inderdaad merk waardig, en ik beken, dat ilc mij zonder aarzelen had laten bedriegen. Maar eigenlijk ben ik ook niet des kundig de Bank van Frankrijk heeft onfeilbare middelen om val- sche bankbiljetten te onderscheiden, die... De Bank van Frankrijk zou er precies inloop en als u... Denkt u dat? Ilc ben zeker van mijn zaak... U kunt u daar zelf immers van over tuigen neem de -proef. Ga met dit biljet naar de Bank en vraag ernaar u kunt me dan aangeven, als u dat volstrekt wilt... wat geef ik ei- om, ilc word toch een rijk man Als ik wil, ben ilc morgen milMonair Maar -ilc heb het reeds gezegd, ik ben moede ik heb er genoeg van... deze Bo-venm en schalij ke inspanning heeft mijn krachten uitgeputilc geef aan alles de voorkeur hoven hef leven, hetwelk ik thans leid, aan de gevan genis, aan het bagno, aan -den dood dan heb ik -tenminste rust. Meneer Durand stak het -biljet bij zich, sprong -in een fiacre en liet zich naar de Banlc -brengen. Meneer, zei hij tot den beambte, naar wien men hem verwees, er loopt i een gerucht, dat er in mijn stadswijk een groot aantal valsche bankbiljet ten worden uitgegeven. De heb dit biljet gisteren ontvangen, het lcomt mij verdacht voor, ik weet zelf niet waarom, wil u het eens bekijken I De beambte begon na een lcorton- i dei-zoek te lachen en zei, terwij-r nij het. bankbiljet teruggaf Dit biljet is echt, door en door echt. Breng ons daarvan maar zoo veel als u wil, we zullen er u zeer gaarne geld voor geven. Meneer Durand keerde naar Mont martre terug. Maar onderweg liepen dikke droppels lcoud zweet van zijü voorhoofd, Hij voerde in zijn binnen- ste een vreeselij'ken strijdzijn ge- j weten was met zijn belang in twee- I strijd gekomen. Zou hij den moed hébben dezen man, die het zoo een- I voudige geheim bezat om geld te krijgen, aan de politie over te leve ren? "Was het niet beter van de ge legenheid ie profiieeren? Een ver schrikkelijke verleiding Meneer Du rand riep zich telkens weer toe, dat hij een eerlijk man was en niets hem van den rechten weg kon afbrengen, maar toch sprak er -in zijn binnenste een bedeesde stern, welke hem wel zacht, maar 'toch duidelijk toefluis terde, dat hij voor een prachtige spe culatie hij wilde een -terrein lcoo- pen, waarop hij reeds lan-g zijn zin nen had gezet dringend 20&000 francs noodig had. Welnu, wai zei de Bank? vroeg de huurder op onverschilligen toon. Het biljet was echt. Dat wist ik oök welik was ze ker van mijn 'zaak. Ziezoo, mijn waande huisheer, ga nu naar de po litie... Waarvoor? Wel, om mij aan te geven. Meneer Durand gaf geen antwoord. Het bleef een oogenblik stil en het h-art klopte Hem, -alsof het zou ber sten. Eindelijk mompelde hij En ge kunt zooveel1 van deze bil jetten maken, als ge wilt? Zeker, als ik wil, kan iik mor gen een millioen hebben... Maar na- tuurlijk zou men biljetten van dui zend francs moeten maken, voor de ellendige vijftig frane-s moet men veel te veel drukte maken. Welnu, maak -dan biljetten van duizend franc®. Ja, maai- ilc -heb reeds -alles moe ten opofferen, wat ik beaat, en ik zou voor dat -doel geheel nieuwe werktuigen en benoodigdheden moe ten hebben, welke tamelijk duur zijn. Wat noemt ge duur? vroeg me- neer Durand, die zioh telkens meer liet meesleepen door 't vooruitzicht op winst. Wel, 25000 francs. 2500Ó francs. Och, wat beteekent -dat, wan neer men dat voorzicht heeft, binnen een maand zoo rijk te worden als Rofch-scbild. Ik zal u het geld leenen, zei meneer Durand', maar daarvoor zult Zijn stern begaf hem. Maar de ander kwam hem te bvip- Accoord, zei hij bedaard. Bin nen veertien dagen zult ge uw aan deel vijfhonderd duizend francs heb ben. Den volgenden -dag bracht meneer Durand zijn compagnon het geld en reeds den daaropvolgend en vernam hij, dat zijn huurder met de Noor derzon was vertrokken. Hij heeft hem nooit weer gezien. Hij was erin geloo-pen en voor goed ook. DIENSTBODEN IN AMERIKA. MUZIKAAL ONTWIKKELD. Een landbouwer had op zich geno men voor een buurjuffer een zeker zangstuk mee te brengen en bij ging met -dat doel naar een muziekhande laar. In welken sleutel wilt u het heb ben vroeg beleefd de winkelbediende Dat kan ilc u niet zeggen. Wou u het in een hoogen of een lagen sleutel hebben? Ik weet het niet, maar en hij hief zijn hand inde hoogte maar het is voor een piano van omtrent zoo'n hoogte, TE LUI. Tot drie bekende luiaards zei een grappenmakerWie van jullie het luiste is krijgt een kwartje. Twee staken onmiddellijk de hand uit maar de derde sprak Stop het maar in mijn vestzakje. Mej. A. ,de Fr emery schrijft uit T coma (Washington) Gelukkig Holland, dat zich ka verheugen in het bezit van goed vertrouwde en bekwame dienstbode Hier in het Noordwesten van Am -rika -is de dienstboden-kwestie van de brandpunten van den da Maar weinige menschen kunnen zi< de weelde van een dienstbode veroo loo-ven, en degenen, diï-e het tot zu een hoogte op de maatsch-appelij! ladder gebracht hebben, dat ze zich een aanschaffen kunnen, klagi steen, en been over de vreeselij! wezens, die ze in huis krijgen, i krijgen van 2030 dollars per maai loon met natuurlijk vrij kost en i woning en dan moet gewoonlijk vrouw des huizes haar nog alles le ren. Ze beginnen me-t niets te ka nen en krijgen toch een hoog looi Ilc vind het knap van de dienstli den, maar lean ine van den Am ei kaanschen man hegrijpen, dat zijn vrouw beduidt het maar zond dienstbode klaar te spelen. En kan me ook heel goed voorstelle dat de Amerikaansohe vrouw zi< twee-, driemaal bedenkt, vóór ze h huwelijksbootje instapt. Want haar lc-omt het natuurlijk allema neer, ofschoon, tot eer van de ma nen moet het gezegd wo-rden, ze h< pen waar ze kunnen. Ik bracht onlangs een bezoek aa een van mijn kennissen, die in ei beeldig huis woont, -schelde aan, de heer des huizes deed me open liet me de 'kamer binnen. Daari verdween hij, tot ik, onder het g sprak, niet meivrouw, een geritsel ac ter me hoorde en mij omd-raaiei zag, -dat het mijnheer was, die he discreet het vuur aanmaakte enzii daarna weer terugtrok. Op een avon bezoek bijjeen ander trof ik mijnhe en mevrouw aan druk beizig- m vaten -wasschen. Mevrouw wasch en mijnheea" droogde -af. Hij deedh brommende, maar hij deed het, dat hij het nu niet zoo heel prett vond, dat was te begrijpen. Het z< voor -velen onzer mannen, die al r hun humeur zijn als ze d& deurevi moeten opendoen bij afwezigheid d meid, een goede school zijn om ei paar jaar een Amerikaansch huw lijksletven door te maken. Ge-Loutei moeten velen tot hun Hollandscl vetpotten terugkeeren, waar een go de dienstbode voor weinig gel-d krijgen is. Natuurlijk richten de menschi zich onder deze omstandigheden z< practisch mogelijk in om het zond meid of knecht te kunnen klaarsp len. De telefoon is het boodschappe meisje bij uitnemendheid. led ere heeft een -telefoon. Arm of rïjlc, hoi of laag, alles heeft een telefoon, d dan ook heel goedkoop is en mai 1 dollar per maand lcost. Gewoonli heeft men eens of tweemaal in week een werkman, die dan. per ui komt werken en daarvoor met cents (Amerik.) per uur betaa wordt. Sommigen, die geen gro huishouden hebben nemen ook w een Japanschen schooljongen, voor 1 idollar per week heel hand het huiswerk doet, 's avonds school gaat in het Japansche zend lingenhuis en verder zijn vrijen ti op een kamer met werken doorbreng Die jongens kunnen dikwijls va veel nut in een huishouden zij maar men moet er op voorbereid w zen, dat ze op een goeden daglcomi aanzetten en zeggen: „Nu ga ik we) En weg gaan ze. Aan zoo iets wei men echter wel hier in Amerika. Di maanden opzeggen van te voren staat niet. Men huurt een huis bij maand of bij -de veertien -dagen, zelfs bij -den dag -en lange huurco tracten zijn er niet. En heiast-ingi ook -niet, ai-s men niet eigenaar v; bet buis is. -De huisheer betaalt al belastingen, ook bet water, dat mi verbruikt, en de huurder betaalt leen zijn huishuur en is dan verd van alles af. De huur komt daardo waarschijnlijk wat duurder, ma men kan -toch een uitstekend ha krijgen voor 30 dollars per maan met e aiorif ère, electrisch liclht en heel en al modern ingericht. Dehi zen zijn zoo comfortabel mogeli ingericht, geheel van hout, ma daar bemerkt men niets van, als m binnen zit. Daarentegen is de stad zelf nog een eenigszins ruwen toestand, ma als men in aanmerking neemt, d er 30 jaar geleden één huis stol terwijl er nu 50-000 inwoners zi dan staat men toch met bewom ring te kijken naar dit voortbi-eng van men-schelijke energie. Electris licht overalelectrische trams, die stad van alle kanten doorkruise mooie, ruim ingerichte staatsschol en breede straten, die over ees* Ji allemaal asfalt zullen zijn. Over een jaar! Maar nu op oogenblik -zijn ze in een periode v overgang die onbeschrijfelijk modi rig is. De regen stroomt in stral neer van 's morgens tot 's avonds komt van het hooger gelegen deelte der stad naar het lagere ruischende rivieren naar bened waar geen overschoenen tegen stand - zijn. Men blijft in de wei modder steken en als men met v moeite dooa* die modderrivieren h< gwaad is en veilig en wel thuis gekomen, dan komt de verzucht in ons op „Och lieve hemel, had nu toch maar een Hollandsehen hl knecht om die vuile schoenen schoon te maken

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1905 | | pagina 6